Stadsnieuws
Enkele druppels Shell Vloerglans reinigen Uw zeil, parket er
linoleum afdoende en geven het 'n prachtglans, dagenlang
Bij alle drogisten!
IIELDHRSCHE COURANT VANDONDERDAG 4 APRIE 1935
SHELL
Gemeenteraad
Visscherij
voor alle voertuigen.
.pril 19.06 uur.
1* 19.08 uur.
Feuilleton i
Buitcnlandsch Overzicht
Het bezoek van Eden aan Warschau.
Het offieieele communiqué. Geen
succes als te Moskou
He storm in de Adriatische zee heeft
dertig slachtoffers geëischt
In Februari zijn op Ceylon 16.000
nienschen overleden aan malaria
Simon heeft" in het Lagerhuis vcns
klaard, dat de Duitsche luchtmacht
gelijk is aan de Engelsehe
De ontvoering van den journalist
Berthold Jacob. Een krachtige Zwit-
sersche nota te Berlijn overhandigd
Volgens Reuter is Duitschland niet
geneigd den journalist Jacob uit te
leveren
De Oostenrijksche regeering vraagt
aan de groote mogendheden recht tot
invoering van den dienstplicht
Het nieuwe Duitsche leger. Geen op
roeping van de lichting 1915
Uit het jaarverslag van de S.D.A.P.
Teruggang van aantal afdeelingen
en ledental
De werkloosheid in de randgemeen
ten van het IJsselmeer
Het bizondere visschergreglement
voor de afgesloten Zuiderzee
Het geschil tusschen Italië en Abes-
sinië. De toestand wordt gevaarlijker
Omtrek-nieuws
Marktberichten
Marineberichten
Sportnieuws
VlOER^LANi
gen worden afgegeven, op basis van de vroe
gere invoeren der Duitsche importeurs en
machtigen tot het verrichten van betalingen,
gedurende bepaalde periode ten gunste van
een met name genoemden leverancier, bij wien
zjj naar behoefte bestellingen kunnen plaatsen.
De Nederlandsche exporteurs dienen bij de
Visscherij-Centrale een Ausfuhrberechtigungs-
schein of Contingents-Bescheinun„ aan te vra
gen, welke met de «"oederer. wordt meegezon
den. Het wegens elke zending verschuldigde
bedrag woidt in Duits .an> op het tctale
bedrag n de verstrekte Devisen-Beicheinung
afgesch-even.
Te dien einde moeten importeurs van ver-
sche haring naast de factuur de Ausfuhrbe-
rechtigungschein overleggen, terwijl importeurs
van versche zeeviscfc de op grond van de mee
gezonden Contingents-i.esche nung verstrekte
douanekwitantie hebben in te dienen.
Daar evenwel reeds -itvoeren hebben plaats
gevonden, zonder dat de Duitsche afnemers te
voren een Devisen-Bescheinigung hebben
aangevraagd, zullen als vergangsmaatregel
noch Devisen-Bescheinigungen achteraf wor
den verstrekt voor zoover een voor 5 April
1935 uitgeschreven Ausfuhrber' „htigungs-
schein of Contingents-Bescheinigung kan wor
den overlegd, en voor zoover aan de overige
vereischten is voldaan.
spreken van een uitstekend gevuld Musis,
toen Mevr. Grunwald-Poppers om bij half
negen het openingswoord uitsprak en onmid
dellijk het woord aan den heer Alt verleende.
Op de nog van vroeger zoo bekende wijze
heeft de spreker ons van Giacomo Puccini,
den Italiaansche kunstenaar, die in 1933 over
leden is, en van zijn onsterfelijk werk, de
opera „La Bohème" verteld. De begaafde
spreker beheerschte zijn onderwerp volkomen,
frappant bijvoorbeeld zooals hij voortdurend
woordelijk den tekst van de in het Hol-
landsch vertaalde opera citeerde. Met een
aangeboren muzikaliteit gewaagt spreker van
de vele schoone passages, die hij op piano,
of gramophoon liet hooren. De tekst ver
scheen op het projectiescherm en met behulp
van een aanwijsstok volgt hij woord voor
woord de gezongen passages, waarvan hij er
de meest bekende uitgezocht had. En om zijn
voordracht nog duidelijker te maken vertoon
de de heer Alt, al vertellende, een zóó groot
aantal lantaarn-plaatjes, dat men zich vol
komen kon inleven in de sfeer, die de opera
zelf schept. Daarbij weet de heer Alt het zoo
aardig te zeggen, hij weet zijn stem zoo goed
de nuanceeringen te verleenen, vereischt door
het gedeelte, waarover hij vertelt, dat men
geboeid en gefascineerd aan zijn lippen hangt,
van de eerste tot de laatste acte. Declamatie
van het zuiverste water, is het zooals hij bij
voorbeeld de meditatie van Marcelle voor
zijn schildersezel (4e acte) vertolkt.
Puccini, aldus, de heer Alt, is het Hoofd
van de nieuwe Italiaansche school, een
school, waartoe o.m. Mascagni en Léonca-
vallo ook behooren. Het libretto voor zijn
„Bohème" heeft hij ontleend aan een boek
van Henri Murger, een Lotharinger, getiteld:
„Scènes de la vie de Bohème". Dus een ge
schrift gesteld in de Fransche taal, doch diePuc-
cine in het Italiaansch becomponeerde. Dat
is eigenlijk jammer, daar de Fransche taal
zich beter leent voor een libretto als dat
van de Bohème, dan de Italiaansche.
Er is nog een bezwaar aan de compositie
verbonden en dat is deze: de muzikale vol
zinnen kloppen niet altijd met de literaire
volzinnen. Doch daar staat tegenover, dat
Puccini's schepping beter de sfeer van het
milieu weergeeft dan de gelijknamige opera
van Massenet. Puccini was een bescheiden
man; hij gebruikte n.1. den Italiaanschen
tekst, omdat hij niet vermoedde, dat zijn
werk nog eens de grenzen van Italië zou
overschrijdenZeker zou hij een Fran-
schen tekst geschreven hebben, als hij gewe
ten had, dat thans op elk uur van den dag
een of ander radiostation een gedeelte van
zijn „Bohème" uitzendt
De schrijver Murger heeft in zija boek
verteld van de lotgevallen van een viertal
kunstenaars, toen zij nog behoorden tot de
„Bohème", d.i. de vagebondeerende kunste
naarsstand. Men weet, dat vooral in de vo
rige eeuw, Parijs een geliefd oord was voor
den jongen kunstenaar, die zich daar vestig
de in het kunstenaarsoord, dat onder den
naam van het Quartier Latin, zoo over
bekend is. (Voor de juiste sfeer in die Quar
tier leze men b.v. het beroemde boek van
Georges Dumaurier „Trilby"). In dat Quar
tier Latin zien we in het jaar 1830 op een
vertrek op de zooveelste verdieping een vier
tal van die jonge kunstenaars, („kunste
makers", zooals de kostbaas ze noemt) wo
nen; des winters in de grootste ellende, zon
der brand in de kachel en vaak vastende ge
durende een aantal dagen achtereen.
Murger heeft voor zijn verhaal werkelijk
bestaande figuren genomen en het boek is
dan ook waarheidsgetrouw de geschiedenis
van hem en drie van zijn vrienden: Frangois
Rude, den schilder; Jean Wallon, den philo-
soof, en Alexander Schané, den pianist.
In het boek en in de opera komen zij on
der de namen van resp. Rodolphe, Marcelle,
Colline en Alexander Schaunard voor. Colline,
de philosoof is de merkwaardigste van de
vier, vooral in zijn kleeding. Hg heeft b.v.
een jas aan, een veertiende-handsche, waar
van hij bepaald geen afstand kan doen; hij
loopt er den heelen dag in gehuld en 's nachts
dient het kleedingstuk tot deken. Hoofd
persoon is hij echter niet, dat is de schrijver
Rodolphe. Vlak na hem krijgen we Marcelle,
wiens liefdesgeschiedenis met de frivole Mu
sette Ons in den breede geschilderd wordt.
Evenals die van Rodolphe met Mimi, die
tragisch een einde neemt door het sterven
van Mimi, die door de ontberingen, die
zij met den armen kunstenaar heeft moeten
doorstaan, door tering wordt aangetast.
Dat is eigenlijk de geheele inhoud van de
opera: een blik op het leven in het Quartier
Latin van 1830 en de geschiedenis van de
vier geliefden, die zoo weinig het geluk van
een door niets verstoord bestaan kenden.
Mede door de grenzenlooze jaloesie, waarmede
Marcelle en Rodolph behept waren en die
aanleiding waren tot menig conflict en zelfs
tot verwijdering. Dat alles heeft Puccini
verwerkt in toon en muziek en wel zoo goed,
dat, men weet 't, de „Bohème" op het we
reldrepertoire een zeer voorname plaats in
neemt.
De heer Alt vertelde den inhoud van elke
acte; er zijn er 4, waarvan de eerste zich af
speelt in het vertrek van het viertal In het
Quartier Latin, de tweede op de Boulevard
de Paris tijdens het Réveillon (dag voor
Kerstmis), de derde op het terras van de be
kende kunstenaarstaveerne Monbusse en de
vierde weer in de kamer der 4 getrouwen.
Tot half twaalf hield de heer Alt zjjn audi
torium aangenaam bezig met woord, beeld,
vleugel en gramophoon, toen eerst kreeg
mevrouw Grunwald gelegenheid de dank
baarheid van de aanwezigen, die dit door
hartelijk applaus reeds te kennen hadden ge
geven nog eens te onderstrepen. In Den
Helder, waar men helaas zoo zelden een
opera te genieten krijgt, is men blij, de wel
verzorgde uiteenzetting van den heer Alt te
kunnen meemaken. Met een handdruk dankte
mevrouw Grunwald den bekwamen spreker,
waarna allen voldaan huiswaarts keerden.
VERGADERING N.S.B.
Utrecht slaagde voor het doctoraal
Indologie, de heer S. J. Verschuur.
De vraag, of de N. S. B. al dan niet chris
telijk is werd gisterenavond behandeld
door den heer De Bruin in „Huize Boni",
uitgaande van Groep Den Helder der Natio
naal Socialistische Beweging. De spreker
werd geïntroduceerd door den heer Verste
gen, en ving zijn rede aan met Schopen-
hauer's citaat: „De wereld is schoon om te
zien, maar vreeselijk om in te leven." En in
derdaad, aldus de heer De Bruin, haat en
strijd regeeren de wereld. De verschillende
klassen der bevolking zijn tegen elkaar op
gestaan, op alle plaatsen loert de haat u aan
en zelfs in de uiting van zjjn nationale ge
voelens wordt men belet. Toch zal deze ter
reur de N. S. B. niet beletten haar weg te
volgen, omdat zij niet meer tegen te
houden is. Als de wereld echter beter zal
worden, en de N.S.B. heeft zich dat ten doel
gesteld, dan zal dit niet gebeuren dan met
God's hulp, en het gebod: „Hebt uw naaste
lijef als uzelf", zal geen holle theorie meer
an het Instituut Mereurius, Loods-
12, alhier, slaagde mze stadgenoot, de
in Meyer, voor het diploma machine-
ak de flora te heemstede
Het volk heeft zich in ontelbare groepjes,
ook godsdienstige, verdeeld, en op 't eerste
gezicht lijken deze geheel geïsoleerd. Doch
dit was niet de wil van God, en vanuit dezen
chaos zal de N.S.B. trachten te komen tot
de groote nationale eenheid.
Schoon moet de wereld worden, roept de
heer De Bruin uit, voor arbeidgever en
arbeidnemer, voor de rijken niet alleen, ook
voor de minder bedeelden.
Arbeid mag geen vloek zijn doch wie
beschouwt haar thans niet aldus? Dat de
arbeider veel van zijn rechten verliest, rech
ten, die hij in den strijd van den haat ver
overde, is ook in belangrijke mate de schuld
der kerken, aldus spr., en wel door hun
starre behoudzucht.
Dat velen de N. S. B. onchristelijk noemen,
noemt hij belachelijk. Het is juist haar
streven den naaste lief te hebben, allen in de
nieuw te stichten volksgemeenschap gelijk te
doen zijn, en menschen van hen te maken,
die elkander in de oogen durven te zien. Dit
zal alleen dan mogelijk zijn als men samen
gaat, hand in hand, hart aan hart. en al
lijkt het misschien idealistisch, men zal zich
los moeten werken uit z'n belangen-cirkeltje.
;Er is een tijd geweest, dat men dacht, het
wel zonder dien God te kunnen klaarspelen,
en zie het resultaat: wat is „het leven" ge
worden? Iedere diepere zin is volkomen ka
pot gemaakt, en behalve materieel staan er
ontelbaren, ook moreel in de diepste duister
nis. Meer dan 100.000 jonge kerels alleen in
ons land, zijn werkloos. Geestelijk worden
deze vermeld. Want wat bleef hun van de
verwachting in de toekomst? Zij demoralisce-
ren en men wordt bang bij de vraag, wat er
met deze menschen zou moeten gebeuren.
Doch daar kwam de N.S.B., roept de heer de
Bruin uit, en wil dit volk opbeuren. Door
bidden en werken zal zij daden verrichten,
.daden, die God eischt, en ondanks alle las
ter en tegenspraak, wil hij verklaren, dat de
bi bel, wel degelijk een richtsnoer der partij
is dat zal blijven, en men de souvereiniteit
vtn God erkent Vervolgens waarschuwt hij
véor het Communisme, en verklaart, op
welke wijze men in de te stichten nieuwe
volksgemeenschap tegen de vroegere tegen
standers zal staan. Spr. verwacht dat de
meesten van de laatsten toekomstige vrien
den zullen zijn.
De geest van het liberalisme wordt ge
hekeld, en en passant vlecht de heer De
Bruin den a.s. verkiezingsstrijd door zijn be
toog. Men zal verbaasd zijn, zoo zegt hij,
bij het vernemen van den uitslag, doch zeker
is het, dat de partij er, en waarschijnlijk zeer
spoedig, komen zal.
Dan zal de kerk haar ware plaats weer
inhemen, een plaats, die thans bedorven is.
Trouw en eerlijkheid zullen in het volk weer-
keeren, dat snakt naar een leider. De spr.
legt uit, hoe men zich dien leider heeft voor
te' stellen, en zegt, dat ook het Vorstelijk
Huis dan geen ornament meer zal zijn.
Doch het geheele volk zal moeten ontwa
ken, en men zal elkander in werkelijkheid
móeten liefhebben.
Hierna besloot de heer De Bruin zijn rede,
wcjlke op zeer rustige wijze aangehoord, en
meerdere malen door applaus onderbroken
wérd.
yermelden wij volledigheidshalve, dat er na
de1 pauze gelegenheid was tot het stellen van
schriftelijke vragen en dat zich noch in, noch
buiten de vergadering eenige stoornis heeft
voorgedaan.
LEZING PREI# B. GOTZE,
Uit Lemmer is een bericht aan de Nw. Rott.
Crt. dat de visschersvloot maar in het geheel
niet is uitgevaren de vorige week, omdat er
toch niets te verdienen was.
Ons is verzocht te herinneren aan de lezing
welke hedenavond zal woraen gehouden in het
evangelisatie-gebouw Palmstraat over den
geestelijken en stoffelijken nood in Oost-
Europa door den ooggetuige Pred. B. Götzo.
De toegang .s vrij.
Aan „Het Volk" wordt uit IJmuiden ge
meld, dat de stoomtrawler „Gerberdina Jo-
hanna IJm. 38" van de V.E.M. Woensdag te
IJmuiden zou aankomen met een vangst van
1500 manden, die de trawler na een week vis-
schen aan het Noordelijkste punt van Europa
had weten te bemachtigen. De „Gerberdina
Johanna" is de eerste Nederlandsche trawler
die zóó noordelijk de vischvangst iutoefen-
de. Daar meer Noordbooten onderweg zijn
met visch, zou de V.E.M door middel van de
radio een regeling hebben gemaakt, waar
door verhinderd werd, dat de markt, door
gelijktijdigen aanvoer, zou worden overvoerd.
Aan rondvisch schijnt nog wel behoefte te
zijn. Laatst vermeldden we een soort nood
kreet uit Rotterdam, dat reikhalzend werd
uitgezien naar de toen onderweg zijnde Noor-
sche schelvisch, omdat er aan de Rotterdam-
sche markt niet zooveel „kookvisch" aanwezig
was, dat in de vraag kon worden voorzien.
Vermoedelijk zal de uitzending van den
trawler naar het hooge Noorden wel een uit
vloeisel zijn geweest van dezen roep om
Noorsche schelvisch en in dit verband is het
toe te juichen dat door Nederlandsche vis-
schers daar aan kan worden voldaan. We zijn
nieuwsgierig naar de totaalbesomming van
dezen trawler en of er daardoor aanleiding
zal zijn meer dergelijke uitzendingen naar het
hooge Noorden te ondernemen.
Wij bepleiten toentertijd om b.v. panharing
als kookvisch te gaan inwerken. Er is immers
thans visch genoeg, doch het is vaak onbe
kendheid met de bereiding, die het publiek er
van weerhoudt een ander soort visch dan ze
gewoon zijn te consumeeren. Panharing, zoo
oordeelt men, is alleen geschikt om te bak
ken. Daarom zal de haring als kookvisch er
niet zoo gemakkelijk ingaan, ondanks de
thans zoo buitengewoon lage prijzen en
ondanks de buitengewone voedingswaarde van
haring.
Men weet immers niet anders dan pan
haring, bakbokking en gerookte bokking
(harde)! De „kook"-haring zou dus eerst ge
propageerd moeten worden. En het is o, zoo
moeilijk het conservatisme, in welken vorm
dan ook, te overwinnen.
Maar enfin, er is nu rondvisch en laten we
hopen, dat het besommingsresultaat groot is.
De Noorsche aanvoer kan dan misschien wor
den uitgeschakeld en vinden eigen landslui
daarin een boterham.
17 Maart is de trawler vertrokken; er mag
dus wel een behoorlijke besomming zijn, wil
zoo'n reis revenu afwerpen.
smokkelarij
Wjj deelen op verzoek mede dat de heer
C. Koom, Sluisdijkstraat, met de smokke
larij van het sigarettenpapier, in het geheel
niets uitstaande heeft.
Donderdag 4 April.
EvangelisatiegebouwPalmstraat8 uur, Pred.
Götze; uit Warschau (Polen).
Film „Cavalcade", Held. Bestuurdersbond,
Tivoli, 7..10 uur.
zesde en laatste marineconcekt.
Ja. wel is het weer koud en guur, maar
nochtans is de komst van het voorjaar aan
staande; wjj zien het aan de uitbottende
heesters en struiken, maar ook aan de din
gen zooals gisterenavond, toen we voor dit
seizoen wederom afscheid namen van den heer
Leistikow en zjjn mannen, en we weer eens
even onze gevoelens van dankbaarheid kon
den uiten voor wat ons in het nu afgeloopen
seizoen geboden werd. Het was wederom de
heer Delgorge, die namens de Muziekcom-
missie een kort en hartelijk afscheidswoord
sprak, die den heer Leistikow en zijn mannen
dank bracht voor het vele dat zjj ons weder
om hadden geschonken, die vervolgens deze
kunst met een groote K beloonde met een
fraaien krans, en die daarna woorden van
dank sprak tot de autoriteiten: den Schout-
bjj-Nacht, Commandant der Marine aller
eerst, het Gemeentebestuur vervolgens, dat
het voortbestaan ervan door een subsidie
mogelijk maakte. Dit alles geschiedde na
afloop van het eerste deel, dus vóór de pauze.
Dit eerste gedeelte van het programma
stond in het terken van Schubert. wat bet
instrumentale gedeelte van Grieg wat het
vocale gedeelte betrof. Beide de ouverture
„Rosamunde" en de twee deelen van de onvol
tooide symphonie, waren oude bekenden voor
de bezoekers en misschien juist daardoor vie
len z(j nog meer in den smaak. Ook de soliste,
mejuffrouw Corry Bijster uit Haarlem, is hier
vaker opgetreden. Haar glashelder, zuiver,
tamelijk licht geluid, haar fraaie voordracht,
haar beschaafde uitspraak, dat alles viel
zeer in den smaak bij het talrijke publiek.
Na de pauze kregen we een heel ander
soort programma: Weber's „Invitation ft la
valse" opende en daarna kwam de zangeres
•net een walslied, dat zij geestig, fjjn en muzi
kaal voordroeg en waarmee zij terecht aller
harten won. De heer Donkers behaalde suc
cessen op zijn fluit met een wals-rondo van
Wilh. Popp, maar vooral op de piccolo met
des directeurs compositie „De Luistervinken",
opgedragen aan den heer W. Vogt. Dit
geestige en pittige melodietje, waarvan ook
de instrumentale begeleiding boeiend was,
behaalde een succès fou, zoodat het moest
Worden gebisseerd. Op de gebruikelijke wijze
werd met het oude Wilhelmus besloten.
Zaterdag 8 April.
Uitvoering Friesche Verecniging, Militair Te-
huis, Spoorstraat, 8 uur.
Helders Fanfarecorps, Concert, Casino, 8 uur.
„Tuindorp", „Vischmarkt", „Oude Helder" en
„Centrum". Op de stands is aangegeven door
welke afdeeling de daar tentoongestelde voor
werpen werdengemaakt. In het midden van
de zaal werden eenige tafels geplaatst en
daarop een soort expositie-in-'t-klein voor
„Veilig Verkeer" geplaatst. Dit is niet het on
interessantste gedeelte en 't zal zeker belang
stelling genieten.
Iedere tentoonstelling begint met een offi
cieel gedeelte, en derhaive nam om even over
2 de voorzitter, de heer Lücker, het woord,
en heette de aanwezigen welkom op deze vier
de tentoonstelling van de vereeniging. Naar
aanleiding van het nog niet zoo lang geleden
gevierde 5-jarig bestaan memoreerae hij de
sympathie en medewerking welke men van tal
van zijden ontvangt, niet in 't minst van die van
het Gemeentebestuur. H(j hoopt dat dit zoo
zal blijven, en geeft het woord aan den loco
burgemeester, den heer De Boer, wethouder
van onderwijs.
Deze noemde zijn taak een prettige, en
sprak woorden van waardeering voor de
ouderen, die de jonge leden in hun vrijen tijd
zoo met raad en daad bijstaan. Na nog een
aantal vriendelijke 'oorden voor de dames en
heeren leiders en leidsters, opende de heer De
Boer officieel de expositie.
En toen kregen wij van de afd. „Tuindorp"
een pracht van 'een marsch op mondharmoni
ca's, terwijl de genoodigden onthaald werden
op thee en koek, de eerste gratis ter beschik
king gesteld door de fa. Keg, en de laatste
door de Coöperatie alhier.
Zoodat u wel gelooven zult, dat de aanwezi
gen het er heel gezellig vonden, en wij onze
lezers gaarne advlseeren er een dezer dagen
eens een kijkje te gaan neme-i.
Vermelden wij tenslotte nog, dat wij onder
de aanwezigen opmerkten uit het gemeente
bestuur de heeren Van der Vaart en Minnes,
van politiezijde de heer Helder, en voorts
eenige hoofden van scholen. Bericht van ver
hindering was ontvrngen van den Comman
dant der Marine, den wethouder van Sociale
Zaken en de directeuren van Handelsschool en
Ambachtsschool.
een nadere bijlage hieromtrent gekomen is,
verheugt spr., omdat nu de bijdrage aan deii
directeur afhankelijk wordt gemaakt van de
winst. Spr. zou zelfs een zeker winst-percen
tage willen bepalen voor den directeur, waar
door lüj aandeelhouder wordt (10% bijvoor
beeld). Om een bedrag te noemen acht spr.
principieel niet juist.
De heer Terra kan zich niet met de bij
lage vereenigen; het salaris van den directeur
ia voldoende en het is ook zijn belang als het
het internaat goed gaat.
De heer Bot kan zich vereenigen met de
redeneering van dr. Feenstra Kuiper. Maar
laat men ook rekening houden met de jongens
zelf; er zijn er bij, die best een restitutie ge
bruiken kunnen.
De heer Biersteker wijst er op, dat dit
werk, dat voor het internaat verricht is, een
geheel vrijwillige daad is van den directeur.
Dank zij zijn belangstelling bloeit het zoo.
Het best is nog het voorstel dr. F. K. aan te
nemen; wat de heer Bot wil is niet zoo een
voudig.
De heer VanderVeer sluit zich aan bij
het standpunt van den heer Schoeffelenberger.
De directeur is moreel immers verplicht zicli
ten volle te geven ook aan dit werk; het feit;
dat hij in den tegenwoordigen tijd een derge
lijke goedbetaalde betrekking heeft, maakt;
dat het zijn zuiver eigenbelang is als hij tracht
de school in stand te houden. En als hem dat
langs dezen weg gelukt, is dat op zichzelf al
belooning genoeg.
De heer R a n vraagt splitsing van het
voorstel: eerst beslisse men over de vraag of
wel vergoeding gegeven moet worden, daarna
over het bedrag.
De heer Van L o o geeft de nieening weer
van de Commissie van Bijstand voor het On
derwijs. Daar heeft men de zaak uitvoerig
besproken; aan 's directeurs werk is het te
danken, dat de school er nog is, en dat heeft
heel wat voeten in de aarde gehad. Het gaat
dan ook niet aan om het hier aldus voor te
stellen als zou hrj door de instandhouding der
school voldoende beloond zijn. Spr. kan zich
met de bijlage vereenigen.
De heer B o o g a a r d :De fractie stond aan
vankelijk ook afwijzend tegenover dit voor
stel. Nu wij echter van de ware toedracht op
de hoogte zijn gesteld, kunnen wg onze stem
aan de voordracht geven. De directeur, die
vrijgezel is (en wij mogen daar zeer dankbaar
voor zijn, anders zou deze belooning op geheel
andere basis moeten geschieden) heeft met
zijn auto het geheele land doorgereisd ten
bate van het internaat en aan zijn werk is het
te danken, dat het bestaan der school ge
waarborgd is. Wel is spr. het eens met den
heer Bot, om de' overschotten ponds-ponds-
gewijs over de leerlingen te verdeelen. Do
fractie, die aanvankelijk tegen dit voorstel
was, zal thans voorstemmen.
De heer T i e s s e n dacht aanvankelijk aan
potverteren. Thans blijkt wel, dat de directeur
zich inderdaad zeer veel werk ervoor gegeven
heeft. Spr. zou thans voor het internaat een
progressie willen invoeren.
De Voorzitter beantwoordt de verschil
lende sprekers. Den heer Schoeffelenberger
zegt hij, dat tusschen den arbeid van den
directeur en den conciërge groot verschil be
staat. Van eerstgenoemde hangt inderdaad
het voortbestaan der school af. Achtereenvol
gens waren de aantallen leerlingen voor de lo
en 2e klasse in 1930 9 en 4; 1931 8 en 6; 1932
7 en 5; 1933 14 en 17. In dat jaar is 's direc
teurs arbeid begonnen. In Augustus had do
regeering beslist, dat elke klasse 15 leerlingen
moest hebben om voor rijkssubsidie in aan
merking te komen. In 1934 was het aantal 23
en 10; in dat jaar is het internaat begonnen
en voor 1933 waren de cijfers 27 en 15. Do
beide klassen voldeden toen voluit aan do
eischen der regeering. Hadden We dat inter
naat niet gehad, dan was er geen sprake'ge
weest van subsidie; onze 2e klasse was zeker
al verdwenen en er was geen sprake van dat
Vergadering van Dinsdag 2 April. 1995.
Voorzitter de heer W. de Bóer. Afwezig
de heeren Speur en De Nrjs.
Conversie geldleening.
Op verzoek van den Voorzitter komt
allereerst in behandeling het voorstel tot het
converteeren der geldleening, oorspronkelijk
groot 615.000, restant op 1 Juli 1935 (na de
gewone af flossing op dien datum) 251.000.
De heer Biersteker maakt van de ge
legenheid gebruik om zijn erkentelijkheid te
betuigen jegens de directie der Rijkspost
spaarbank (die deze leening overnam) en
hoopt, dat ook de Postchèque- en Girodienst
(van wien de oorspronkelijke leening afkom
stig is) zijn standpunt ten deze ook nog eens
zal herzien.
Het voorstel tot conversie is hiermede aan-
kenomen.
LA BOHEME" VAN PUCCINI.
rectificatie.
In de adv. van firma L. Buter, A'blad komt
*°or 6 L. flesch Ammonia 25 cent. Dit moet
2 L. flesch ammonia ft 25 ct.
OPENING tentoonstelling van de
speeltuin vereeniging
„den helder".
£>e Standaard heeit een bericht uit Huizen
waarin o.a. wordt aangemerkt, dat de haring
export vanuit Huizen naar Duitschland geheel
is vervallen.
Huizen ligt nu wel niet meer aan de zee,
die( de haring oplevert, maar dat neemt niet
weg, dat thans de haring vanuit ue Wadden
zee wordt en kan -orden betrokken.
I|n normale omstandigheden zou het dus
voor Huizen toch mogelijk zijn geweest haring-
export in stand te houden.
yiet de Huizensche connecties toch kon deze
export nog van groot belang zijn, zoowel voor
de Huizensche vischhauidel als voor de prijs
stelling aan de Waddenzee.
Per jaar gingen vroeger b.v. een 1000 wa-
gorjs haring naar Duitschland.
Hu stopgezet. Dit bewijst ter duidelijkste
hoei ontzettend ingrijpend al de belemmeren
de bepalingen zijn.
En de haringprtjzen aan de afslagen rond
do Waddenzee bewijzen wel hoe funest de ge
volgen zijn.
Onderstaande medede ling van de Regee-
ringspersdienst werpt tevens een schel licht
op Üe moeilijkheden voor den export
Ingekomen stukken.
Deze worden voor kennisgeving aangeno
men; aan den heer B. Th. Avenarius wordt
op zijn verzoek eervol ontslag verleend als
hoofd der openbare U.L.O.-school aan de Mo
lenstraat, en onder dankbetuiging voor de aan
het onderwijs en de gemeente bewezen dien
sten, en met ingang van den door B. en W. te
bepalen datum.
Winst internaat Zeevaartschool.
Den heer Schoeffelenberger is dit
voorstel niet sympathiek. Iemand met dit
salaris heeft geen verhooging noodig, zegt
spr. Billijker zou het zrjn indien aan den con
ciërge deze vergoeding werd gegeven, door
de leege lokalen Is zijn werk verminderd. Spr.
apprecieert den arbeid van den directeur,
maar met deze extra vergoeding gaat hij niet
accoord.
De heer dr. Feenstra Kuiper is het
met dit standpunt niet eens. Het betreft hier
een door de gemeente gesticht internaat, een
„zaak" zou men het kunnen noemen. Die zaak
kan winst, maar eventueel ook verlies ople
veren. Zij is een prachtige steun voor de
school, raa&i: Staat ej; overigens los van. Pat
Uitvoer van versche haring en «ee-
visch naar Duitschland.
Exporteurs van versche haring en van versche
zeevisch naar Duitschland worden erop ge
wezen, dat de Devisen Bescheinungen te stor
ten bij de Verrechnungs-Kasse te Berlijn, ter
betaling van deze artikelen door de Duitsche
afnemers moeten worden aangevraagd, vóór
dat, van Nederlandsche rijde tot uitvoer wordt
overgegaan.
Deze vooraf verstrekte Devisen-Bescbeinun-
Als U door ds KEIZERSTRAAT loopt,
kijk dan even bij JUWELIER
BEEMSTERBOER, schat den
goudschat en sttiurUw oplossing
in. Misschien is U de gelukkige 1