Buitenlandsch Overzicht.
HOLTAP Kan
N.V Jb. WZOON
AKKERTJES
WEL KOM THUIS
Kont Ge niet slapen?
NIEUWSBLAD VOOR DEN HELDER, KOEGRAS, TEXEL, WIERINGEN EN ANNA PAULOWNA
BINNENLAND
ZATERDAG 18 MEI 1935
63ste JAARGANG
AKKER SACHETS
Na den dood van Pilsudski.
Met anti-semitisme in Beieren.
Staat en kerk in
Duitschland.
De huwelijksgeschenken voor
Prinses Ingrid.
in extra prima kwaliteit
SPOORSTRAAT 49
Tel. interc. 46
De kruiser „De Ruyter".
De Koningin en de Prinses
terug in het land.
BEANTWOORD U NU DE VOLGENDE VRAGEN:
NaamAdres
COURANT
Abonnement per 8 maanden bil vooruither u u
Anna Ruulowna. Breezand, Wieringen en
Nedert. Oost- en West-lndlë per «eepost f 2 in l binnenland f 2.-,
landen t 3.20. Losse nos 4 ct f maU e]n overige
Zondagsblad resp. 10.50. 10.70 f0 70 M L^'^Weekabonnementen 12 ct.
f i.7o 1Modeblad resp. f 1.20. f 1.50. f1.50.
Verschijnt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagmiddag
Redacteur: P. C. DE BOER
Uitgave N.V. Drukkerij v/h. C. DE BOER Jr.
Bureau: Koningstraat 78 Telefoon: 50 en 412
Post-Girorekening No. 16066.
ADVERTENTIE N:
20 Ct. per regel (galjard). Ingez. medsd. (kolombreedte als redaction. tekst)
dubbele prijs. Kleine advertentiën (gevraagd, te koop, te huur) b(j vooruitbetaling
10 ct. per regel, minimum 40 ct.; b(j niet-contante betaling 15 ct. per regel,
minimum 60 ct. (Adres Bureau van dit blad en met brieven onder nummer:
10 ct. per advertentie extra). Bewijsnummers 4 ct
Eden over het vraagstuk der ontwapening; een stil verwijt aan
Duitschland. - De houding van Engeland ten opzichte van het
geschil tusschen Italië en Abessinië. De „goede oude tijd"
herleeft.
Eden over de
ontwapening.
De Engelsche minister
Eden, de lord geheim
zegelbewaarder, heeft
Donderdag te Fulham
een belangwekkende rede
gehouden, waarhjj hij o.m. gesproken heeft
0Ver het vraagstuk der ontwapening.
Xn alle ontwapeningsbesprekingen zoo
«jide de minister is tot dusver als vast
staande aangenomen, dat er pariteit zou be
staan in de sterkte der In Europa gestation-
'neerde legers tusschen de drie westelijke
'groote continentale mogendheden: Frankrijk,
Duitschland en Italië. Daarop was ook het
Engelsche voorstel, het z.g. plan van Mac-
Donald, gebaseerd.
Daarin werd een legersterkte van 200.000
man voor Frankrijk, Duitschland en Italië ge
opperd, terwijl een veel hooger cijfer, n.l.
500.000, voor Rusland was voorzien. Het ver
dient opmerking, dat Duitschland voorheen
deze ontwerp-overeenkomst herhaaldelijk heeft
geprezen en zijn leedwezen heeft betuigd, dat
van de beginselen daarvan werd afgeweken.
ANTHONIE EDE,
blzonder vertegenwooridger der Engelsche
regeering in Volkenbond»- en
ontwapeningskwesties.
De ontwapeningsconferentie heeft metter
daad dezer ontwerp-conventie aanvaard, met
inbegrip van Duitschland, als grondslag van
verdere besprekingen. Een jaar geleden, toen
spr. een bezoek bracht aan Berlijn, Rome en
Parijs, is het beginsel van pariteit tusschen
dc drie westelijke vastelandsche mogendheden
nergens bestreden. Duitschland vroeg toen
evenwel, dat 't cjjfer van de legersterkte niet
200.000, maar 300.000 man zou zijn. Indien de
Duitsche regeering thans 550.000 man eischt,
is het duidelijk, dat op een zóó hoog peil
pariteit tusschen de drie westelijke continen
tale mogendheden op een gelijke basis van
oefening onmogelijk is.
Spr. erkent, dat de Duitsche regeering het
door haar gevraagde hooge cijfer motiveert
met haar bezorgdheid over Oost-Europa, Hjj
gaat derhalve voort den toestand daar te be-
studeeren. Wat Sowjet-Rusland betreft, spr.
is nooit in een land geweest, dat meer reden
heeft zich in de eerstkomende jaren met den
binnenlandschen toestand te bekommeren als
Rusland.
De groote plannen, die het bezig is te ver
wezenlijken, zouden toch niet erger in de war
gestuurd kunnen worden dan door een oorlog.
Bovendien scheiden groote afstanden Berlijn
van Moskou en sedert de wedergeboorte van
den grooten Poolschen staat, is de mogelijk
heid van een Russischen aanval op Duitsch
land een geografisch anachronisme geworden.
Om deze redenen kan spreker de beducht
heid van een militairen aanval door Rusland,
welke in Duitschland schijnt te heerschen,
niet deelen. Bovendien is hij overtuigd, dat
een volk, dat beducht is voor zijn veiligheid,
niet beter kan doen dan zijn plaats in te
nemen in den Volkenbond en zoodoende te
profiteeren van de weldaad van collectieve
veiligheid.
4 4
Engeland
en het
Italiaansclv
Abessijnsche
geschil.
Volgens den diploma-
tieken corr. van de
„Daily Telegraph", zou
men te Londen van ge
voelen zijn, dat, nu Rome
stappen genomen heeft,
om zijn leen van de Ita-
liaansch - Abessijnsche
commissie te benoemen,
bet voor den bond tenslotte misschien toch
onnoodig zou zijn, om de Abessinischc klacht
.n dit stadium te behandelen. Zoo naief zal de
Britsche regeering echter wel niet zijn, dat
zij uit het oog verliest, dat Mussolini's aan
wijzing van commissieleden niet beteekent,
dat hij nu ook de grenskwestie, zonder welker
beslechting het incident van Walwal niet goed
beoordeeld kan worden, als onderwerp van be
spreking erkend heeft.
De correspondent van hetzelfde blad te
Addis Abeba meldt dan ook, dat de keizer
van Abessinië zijn verzoek om onmiddellijke
bondsactie rechtvaardigt met Italië's weige
ring om de commissie een algemeene grens
herziening te vergunnen.
De Times publiceert hedenochtend een ar
tikel, dat klaarblijkelijk ais een sobere, maar
ernstige waarschuwing aan het adres van
Mussolini bedoeld is. Het blad beantwoordt
diens rede aldus, dat noch Groot-Britannië,
noch Frankrijk aan een formeele diploma
tieke interventie denkt, maar dat het recht
van consulatie tusschen hen en Italië opge
sloten ligt in algemeene verdragen als het
handvest, ln het bijzonder in die over Abes
sinië.
Uit het artikel blijkt duidelijk genoeg, dat
Neem dan voor 'i naar bed gaan
eens zoo'n "AKKERTJE en
slaap heerlijk rustig en fijn. door
Volgens recept van Apotheker Oumont
de Times ganschelijk niet overtuigd is, dat
Italië gelijk heeft met zich dik te maken over
het incident van Wal-wal. Zij wijst er op, dat
Britsche troepen ieder oogenblik dergelijke
incidenten aan de Abcssinische grens hebben,
maar dat de oorzaak in den regel in ruzies
tusschen stammen ligt en dat de keizer zijn
best doet.
Onder dit hoofd
schrijft de N. R. Crt.
een hoofdartkiel. waar
in het op cynische
wijze hekelt den terug
keer tot den z.g. „goe
den ouden tijd", wat zijn ideeën betreft van
bewapening tot en met, om den vrede te be
waren. Inderdaad de mensch is niet veran
derd en beginselen en idealen veranderen den
mensch ook niet, zoolang ze zijn wezen on
aangetast laten. De veranderde gezindheid
van het hart eerst kan scheppen een ver
andering in het maatschappelijk leven.
Jarenlang heeft men gezocht naar hervor
mingen, naar verbetering van het maatschap
pelijk leven, naar een basis van onderling
vertrouwen en nu is men weer aangeland op
het standpunt van voor den oorlog: „Wie den
vrede wil, wapene zich ten oorlog." Een
standpunt uit de hel.
Hieronder geven we nog een kort uittrek
sel uit het artikel van de N. R. Crt.:
Zy, die den goeden ouden tijd terugwen-
scnen, hebben verschillende redenen tot te
vredenheid in deze dagen. Niet slechts de
herrijzenis van het Fransch-Russisch ver
bond is er, om oude herinneringen te doen
herleven. Te Moskou is nu ook officieel het
klassieke beginsel „si vis pacem, para bel-
lum", „als gij den vrede wilt, bereidt u dan'
voor op den oorlog", in eere hersteld. Het
behoud van den vrede laat geen verzwakking
van de bewapening toe, zoo is daar in over
eenstemming verkondigd.
Van de nachtmerrie van de ontwapening
heeft men zich gelukkig bevrijd. Nu gaat
men weer leven volgens het oude, gezonde
beginsS, waaraan wy zoovele oorlogen te
danken hebben. De homoeopathie op dit ge
bied blijkt waarlijk moeilijk uit te roeien,
hoe slechte ervaringen men ermede ook op
gedaan heeft.
zwaaid worden door den loop der geschie
denis.
Waarlijk, het tafereel schiet niet te
kort in schilderachtigheid. Maar wij
zagen het alles liever op zyn plaats, en
minder aan den goeden, ouden tijd her
innerend.
Het défilé langs de baar.
Sedert Woensdagnacht stoomen honderd
duizenden naar de Sint Johannes-Kathedraal
te Warschau, waar het stoffelijk overschot
van maarschalk Pilsudski op de baar ligt.
In het midden van de kathedraal staat de
kist op een hooge katafalk, de kist is ge
maakt van het hout van de boomen, welke
groeiden by het geliefde Wilna van Pilsudski.
Het hart van den maarschalk, dat thans
nog op het slot Belvédère rust, zal naar
Wilna worden overgebracht.
De kist is van zilverbeslag, het gelaat van
den doode kan men zien door een glazen plaat
in den deksel.
Duizenden en nogmaals duizenden trekken
voorbij de kist en brengen den laatsten groet
aan den dooden maarschalk; buiten wachten
geduldig de tienduizenden, tot het hun beurt
is langs de kist te schrijden.
Weer grooteren omvang aangenomen.
met medeweten en goedkeuring van de ver
antwoordelijke instanties, bljjkt uit een rede
van den Beierschen minister van binnenland-
sche zaken, die Zondag j.1. op een boerenver-
gadering verklaarde, dat het hem verheugde
deze opschriften te lezen.
Voor
Rusland erkent de noodzakelijkheid van
een sterk Fransch leger. Daarvoor is het
Kremlin bereid geweest, een concordaat te
sluiten, ten opzichte van de houding van zyn
gcloovige aanhangers in Frankrijk. Deze
krijgen dispensatie van de verplichting tot
anti-militarisme; ja, hun zal zelfs als plicht
worden opgelegd, niet langer tegen het Fran-
sche leger te ijveren, daar dit nu ook het
wapen is geworden van het communistische
Rusland. Zoo verandert de wereld, zoo maken
beginselen buitelingen. Maar met dat al blijft
de wereld toch weer zoo treffend dezelfde.
Helaas!
Wat ons moeilijk lijkt, en in ieder geval
inconsequent, is, de dispensatie van anti-
militarisme alleen tot Frankrijk te beperken.
Waarom het niet te laten gelden voor alle
landen, die een Duitsch gevaar te duchten
hebben, indien Duitschland zoo gevaarlijk is
als Moskou gelooft? De communisten, die
nooit voor kapitalistische handelsbetrekkin
gen belangstelling hebben getoond, maar die
nu gloeiend ontwikkelen voorzoover zy Rus
land betreffen; die den Volkenbond, lang een
gruwel in hun oogen, door hun curie tot troe
telkind, en het verfoeilijke statuut van
Genève -tot een catechismus hunner inter
nationale politiek hebben zien maken, moeten
het gevoel krijgen, dat zij vreemd rondge-
Naar V.D. uit MUnchen verneemt, neemt
het anti-semitisme in Beieren de laatste we
ken weer 'n grooteren omvang aan. Op brug
gen, by tramhaltes en op andere drukke pun
ten zyn de laatste dagen duizenden plakkaten
aangebracht met opschriften zooals „sterili
seert de Joden" en „De Joden werpen het
volk in een oorlog en profiteeren daarvan".
In het kantoor van een Joodsche firma, wel
ker directeur gedurende den wereldoorlog in
het Duitsche leger heeft gediend en drie maal
gewond werd, zyn tot twee keer toe de rui
ten ingeworpen, terwy'1 in een der winkel
straten vele spiegelruiten zyn vernield, door
dat ze bestreken zyn met chemische middelen.
Bij den toegang tot tientallen dorpen in
Opper-Beieren zijn op de officieele naambor-
*flen opschriften aangebracht: „Joden worden
hier niet gewenscht". Dat dit wordt gedaan
Geen vergelijk bereikt.
De onderhandelingen tusschen minister
Frick en den bisschop Marathrens, den verte
genwoordiger van de Belijdeniskerk, zyn, vol
gens den Berlynschen correspondent van de
Times, mislukt. Zij waren een dag of tien
geleden begonnen met het doel, door een ver
gelijk een einde te maken aan het geschil
tusschen kerk en staat. De beslissing om ze
af te breken is genomen in een onderhoud
tusschen Frick en Hitier en ze strookt met
het kennelijk voornemen van de leiding der
N.S.D.A.P. om ondanks allen tegenstand een
nationale kerk te stichten.
De verrassende bewering van Hess te
Stockholm, dat de kerkelijke geschillen op
kunstmatige wijze in het leven zijn geroepen
door atheïstische communisten en agnostische
marxisten, bewijst, dat in de hoogste regee-
ringskringen toch wel een zeer dreigende
geestesgesteldheid tot uiting komt.
Het kan gemakkelijk zoo uitgelegd worden,
dat de Partij-Staat zich voorbereidt om met
belde groote kerkgenootschappen den strijd
aan te binden zoodra de buitenlandsche po
litieke horizon een beetje opgeklaard zal
zijn.
Prinses Ingrid, die op 29 dezer met kroon
prins Frederik van Denemarken in het hu
welijk treedt, wordt goed bedacht met kost
bare geschenken. De correspondent van de
Daily Tel. geeft er een opsomming van. Van
Koning Gustaaf krijgt de bruid een diaman
ten en paarlen bezette sieraden, prachtige
staaltjes van Duitsche juwelierskunst uit het
begin der 18e eeuw. Zy hebben behoord aan
koningin Victoria van Zweden, die ze van
haar moeder, groothertogin Louise van Baden
had geërfd.
De prinses zal dezelfde oranjebloesem, nu
geel van ouderdom, dragen als haar moeder,
prinses Margaret, dochter van den hertog
van Connaught, bij haar huwelijk met den
Zweedschen kroonprins te Windsor (15 Juni
1905), en ook denzelfden bruidsluier, gemaakt
van oude Iersche kant
De bruidskrans zal worden gemaakt van
hetzelfde mirt groen als die van prinses Mar-
garit. Deze mirt door prinses Margarit naar
Zweden meegenomen, staat nog ln de Oran
jerie van het zomerpaleis van den kroonprins
in Zuid-Zweden.
Het geschenk van het Zweedsche volk zal
bestaan uit een zilveren tafelservies, geheel
in Zweden gemaakt tafellinnen en een collec
tie Zweedsche boeken.
De bruid zal haar rijpaard en haar hondje,
een Schotsche terriër, naar Kopenhagen mee
nemen.
HET NIEUWE BOEK VAN ROSENBERG.
Van terugneming geen sprake.
De correspondent van de N. R. Crt. te
Berlijn meldt:
De brochure van Rosenberg: „An die
Dunkelmënner", heeft een zoodanigen ver
Uitsluitend naar
koop gevonden, dat een hoeveelheid van hon
derdduizend exemplaren in den tijd van 3%
dag was verkocht. Dientengevolge moest de
verkoop eenigen tijd worden stopgezet, en
deze is thans hervat. Ook de tweede honderd
duizend is met razende snelheid verkocht.
Tengevolge van de pauze in den verkoop is
het gerucht ontstaan, dat de brochure zou
worden teruggenomen; een gerucht dat door
Reuter is vernield; doch van een dergelijke
terugneming is hier natuurlijk niets bekend.
Beooek van leden der Eerste Kamer
aan de werf Wilton-Feysnoord.
Donderdagmorgen hebben eenige leden van
de Eerste Kamer een bezoek gebracht aan de
werf Wllton-Feyenoord te 3chiedam, ter be
zichtiging va den kruiser ie Ruyter. In een
viertal auto's arriveerden de voorzitter, mr.
W.L. baron de Vos van Steenwyk, de leden
mr. D. Fock, jhr. mr. H. C. de Savornin Loh-
man, jhr. mr. H. A, M. van Asch van Wyck,
mr. J. N. J. E. Heerkens Thjjssen, M. Visser,
mr. P. E. Briët, mr. P. Drooglever Fortuyn,
mr. dr. G. Kolft en de griffier jhr. dr. W. A.
Beelaerts van Blokland.
Ter verwelkoming was aanwezig de direc
tie der n.v. Wilton-Feyenoord, de heeren Wil
ton, ir. Teschmacher en Ir. Verloop. Mede
waren aanwezig schout bij nacht Vos
en de toekomstige commandant van den krui
ser kapitein-luitenant ter zee v. d. Sande La-
coste, en de officier van den marinestoom-
vaartdiens* lste klasse de Vries.
Donderdag rolde de Koninklijke trein het
station van 's-Hertogenbosch binnen, onder
hartelijk gejuich van de groote menigte be
langstellenden, die door de politie tot de helft
van het perron werden toegelaten. Het pu
bliek was zoo geestdriftig dat het door de po-
litieafzetting heenbrak. Koningin en Prinses
dankten wuivend voor de Haar gebrachte hui-
de, waarop de menigte spontaan iet Wilhel
mus inzette.
De salon rijtuigen werden hier aan den in
middels uit Utrecht gearriveerden trein ge
koppeld. De menigte volgde den trein, die om
3.33 vertrok, zoo ver mogelijk.
Feuilleton.
De wonderlijke belevenissen
van dr Kaïserlien
82)
Daarmee is Kaiscrlien eigenlijk aan het eind
van zijn Latijn, maar gelukkig sèhiet hem
tijdig iets te binnen, waardoor hij het gesprek
handig over een anderen boeg kan gooien:
»Zjjn vrouw moet, naar ik hoorde, toch geld
hebben gehad. Kon die zijn schulden dan niet
hetalcn
De conciërge lacht schamper. „Zyn vrouw?
ïh ben er hcelemaal niet zeker van, dat hy
een vrouw heeft."
■■O, ja!" verzekert Kaiserlicn en om zijn
Voorden meer kracht bij te zetten, vervolgt hij
"•ot eenige overdrijving: „Hij heeft mi) zelf
het trouwboekje laten zien!"
..Nu ja," geeft de ander half toe, „als dat
trouwboekje fiink oud was. kan dat wel
hloppen. Hy Is wel eens getrouwd geweest,
jnaar dat is dan toch al heel lang geleden. Dat
"vvelijk liep trouwens spaak en daarna is hij
Bescheiden. Af en toe zie ik zyn gescheiden
vrouw nog wel eens. Een keurige verschijning.
Maar Ik geloof niet, dal zij van haar geld ooit
eeh cent hp-»ft teruggezien.'
..Dat kan alles best waar zijn, maar hij is
Ool< nu nog getrouwd!" houdt Kaiserlien vol.
..Neen!" ontkent de conciërge niet minder
hardnekkig, ,,'t Kan zijn, dat hij vaste verkee-
heeft. Een tydlang kwam hier tenminste
21 eens zoo'n la ge juffrouw met schelvisch-
£en maai uie hen ik nu een paar maanden
al niet meer gezien. Dat hij met haar ge-
owd was, geloof ik niet."
',Ken lange juffrouw met schel visch-
:en?" overlegt Kaiserlien. Dat „lang" zou
B op Edith Wismu.h van toepassing kunnen
zyn. maar schelvischoogen... Het was hem
nooit opgevallen, dat Edith Wismuth schel-
vischoogen had... Maa* mischien had zoo'n
Berlijnsche conciërge zyn eigen begrippen over
schoonheid... in ieder geval moest hy probee-
ren meer uit den man te krijgen.
M't Kan zyn, dat wy dezelfde op het oog
hebben." tast hy verder. „Misschien is hy ook
niet met haar getrouwd." En alsof hem plot
seling dat te binnen schiet, laat hy er op vol
gen: „Dat is waar ook ik heb een foto,
waaruit blykt. dat hy met haar getrouwd is."
„Och kom!" zegt de conciërge ongeloovig.
'ja," verzekert Kaiserlien, terwyl hij de
foto, welke hy van Hasenstab heeft gekocht,
uit zyn portefeuille neemt. „Kykt u maar!"
De conciërge werpt er een vluchtigen blik
op en heeft zijn oordeel onmiddeliyk gereed.
„Neen, dat is haar niet," zegt hy hoofd
schuddend. „Dat Is een andere".
„Maar dr. Körthe is het toch wel?"
„Die is het!" bevestigt de man.
"Diens gezicht ken ik uit duizend anderen."
„Misschien is dat dan zyn gescheiden
vrouw?" polst Kaiserlien.
„Neen!" is het antwoord. „Zyn gescheiden
vrouw ziet er heel anders uit. Die is al heel
wat ouder."
Hy schynt by zichzelf te overleggen. Dan
zegt hy plotseling: „Wacht eens. Laat u my
die foto nog eens zien!"
Kaiserlien voldoet aan het verzoek. De
conciërge bekykt de foto nu nog eens van
weer vlak onder zijn neus en zegt eindelijk
alle kanten, houdt haar op een afstand, dan
htzaam: „Ik zou er geen eed op durven
doen maar ik geloof, dat ik die toch ook ken.
Als ik my niet vergis, heeft zy twee of drie
dagen hier gewoond, maar dat moet dan toch
minstens een jaar of twee geleden zyn. Lang
heeft zy het niet bij hem uitgehouden. Ik
heb altijd gedacht, dat zij niet met hem ge
trouwd was, maar nu ik die foto zie, schynt
het toch. dat ik my vergist heb";
Weer staart hy even peinzend voor zich
uit. Dan vervolgt hy: „Ik geloof zeker, dat
het dezelfde is. die toen maar een P'mr da
gen by hem bleef, 't Was de eenige aardige,
die ik hier ooit gezien heb. Zy was tenminste
beleefd en had ook voor menschen als wy nog
eens een vriendelyk woord over".
„En weet u niet, waar zij nu is?"
,,'t Spyt me. Dat kan ik u helaas niet zeg
gen."
Goed beschouwd, was Kaiserlien dus nu
nog even ver als na zyn bezoek aan het Be
volkingsbureau. Ook zyn nasporingen in de
Passauerstraat hadden hem geen enkel aan-
knoopingspunt opgeleverd met betrekking tot
de tegenwoordige verblyfplaats van Edith
Wismuth, die nu dus eigenlyk Edith Körthe
bleek te heeten.
De middag was intusschen reeds ver ge
vorderd. Hij voelde zich teleurgesteld. En die
teleurstelling wekte een gevoel van moede
loosheid. Hij had zich dat alles veel gemak
kelijker voorgesteld. By zijn terugkeer in Ber-
lyn had hij verwacht, dat de namen „Nora
Tilden" en „Cinon" een „Sesam, open u" zou
den vormen voor deze geheele miserable ge
schiedenis. Nu bleek echter, dat hy ook daar
mee nog niets wyzer was geworden.
En toch moest er iets worden gedaan. Het
had geen zin op zyn hotelkamer te gaan zit
ten en daar te, wachten op de dingen, die
komen zouden. Wanneer bleek, dat het spoor
van Nora Tilden en professor Cinon op het
oogenblik niet verder te volgen was, dan
moest hij op een ander punt beginnen. Als
zyn vermoeden, dat de omineuze Spiona iden
tiek was aan Hammer's secretaresse, juf
frouw Schafer, juist was, dan moest hy ook
langs dien weg tot de oplossing van het
raadsel kunnen komen.
Hij zou dus Hammer's secretarisse in het
oog moeten houden. Ook dat was echter ge-
makkelyker gezegd dan gedaan, want voor-
loopig had hij er geen idee van, waar zy
woonde. Het Bevolkingsbureau was natuur
lijk al gesloten en met een en ander tot mor
gen te wachten, beteekende noodeloos tijd
verlies.
Kaiserlien dacht ingespannen na, Wacht
eens er was nog een andere mogelijkheid:
hy zou haar onopvallend kunnen volgen, als
zij het kantoor van het syndicaat verliet.
Een klok aan een der winkels in zijn on-
middellyke nabijheid wyst kwart voor zes.
Wanneer het kantoor niet om vyf uur sloot,
kan hy het nog net halen. En verder zou het
dan slechts een kwestie van geluk zyn of hy
die juffrouw Schafer onder het personeel zou
ontdekken en e- in zou slagen haar onge
merkt te volgen.
Een taxi brengt hem in tien minuten naar
dè voorstad. Twee minuten voor zes is hy,
waar hy zijn moet. Op eenige tientallen me
ters van den hoofdingang laat hy den auto
stóppen en verzoekt hy den chauffeur te
wachten. Nu komt het er op aan listig te
werk te gaan en zich een plaatsje te zoeken,
vanwaar hy den hoofdingang in het oog kan
houden zonder zelf gezien te worden.
Aah den overkant.bevindt zich een cafétje,
dat aan de eene zyde begrensd wordt door een
tuin en aan de andere zyde door een per
ceel bouwterrein, dat afgezet is door een
schutting. Het café biedt vrijwel de eenige
kans om zich te verbergen en juist staat Kai
serlien op het punt van die kans gebruik te
maken, als hy plotseling iets ontwaart, dat
hem een oogenblik als aan den grond gena
geld doet stilstaan: eenige tientallen meters
van hem verwijderd wandelt rustig een man,
die zich van geen kwaad bewust schijnt te
zyn, maar die hem Kaiserlien toch
merkwaardig bekend voorkomt. Neen, hy
kan zich niet vergissen. Die man, die, terwijl
hij kalm voortschrydt, het hoofd wat terzyde
buigt en met iets van jeugdigen overmoed
het lichaam voortdurend van links naar
rechts laat wiegelen, is niemand anders dan
Professor Cinon!
Kaiserlien begrypt, dat hy in deze minuut
een onbetaalbare ontdekking heeft gedaan.
Professor Cinon hier buiten voor het front
van het Silfide Syndicaat, op iemand wach
tend! Op wie zou hij anders wachten dan op
Hammer's secretaresse, juffrouw Schafer!
Daaruit bleek; dys wel overtuigend, dat hij
met zyn vermoeden inzake de medeplichtig
heid van deze „Spiona", aan het rechte eind
had gehad!
Kaiserlien heeft ditmaal slechts een secon
de noodig om tot een besluit te komen, Met
een ruk draait hy zich om en haastig, zon
der nochthans op te vallen, begeeft hy zich
naar den auto, waar hy den chauffeur toe
voegt: „De meneer, die daar loopt, moeten
wy in het oog houden. Hy wacht vermoede-
lyk op een dame, die hier direct uit het ge
bouw zal komen. Als dat zoo Is, moeten wfl
hen onopvallend volgen."
Dan stapt hy in.
De sirenes kondigen loeiend het einde van
de dagtaak aan. Een minuut later stroomt
een dichte menschenmenigte ter weerazyde
van het hoofdgebouwd door de wyd geopende
poorten naar buiten. - Dat zijn de arbeiders;
haastig verspreiden zy zich in alle richtin
gen.
Het kantoorpersoneel moet door den hoofd
uitgang in het gebouw zelf komen, taxeert
Kaiserlien.
Zijn vermoeden wordt ook ditmaal bewaar
heid.
De file manneiyke en vrouweiyke employé's
is minder dicht en daardoor overzichtelijker.
Professor Cinon is intusschen omgekeerd
en slentert nu langzaam in de richting van
den uitgang.
„Nu moét het gebeuren," voett Kaiserlien
en zyn hart klopt hem in de keet
En het gebeurt ook. Als een der laatsten
treedt uit de vestibule een lange, slanke
dame naar buiten. Even kykt zy rond; dan
begeeft zy zich haastig naar Cinon. Zy draagt
een grijs toilet, een grijze hoed en gryze kou
sen.
Het wordt Kaiserlien schemerig voor de
oogen. Hy kent de dame, die daar professor
Cinon vertrouweiyk de hand toesteekt; het is
Ina Heldt.
(Wordt vervolgd.)
Uit hoeveel leden bestaat de oplichtersbende, welke zich Kaiserlien's
bezittingen heeft toegeëigend
Antwoord
Hoe is de ware naam van don leider?
Antwoord
Maken de volgende personen deel uit van de bende:
a.) Edith Wismuth
b.) Ina Heldt?
c.) Professor Cinon
Zie de mededeeling onder het plaatselijk nieuws,