ONS FOTONIEUWS
Op en om het Binnenhof.
Nieuwe Uitgaven.
n
HELDERSCHE COURANT
■41
Kwartjesdag in Artis. De dierentuin te Amsterdam was op
Hemelvaartsdag voor een kwartje geopend en de toeloop was
dan ook zeer groot. De chimpansé was als ieder jaar de
grootste attractie en trots paradeerde de aap langs de
menschenhaag.
De 1ste Juni is een zwarte dag voor de visschen want dan wordt het seizoen
geopend. Een der vele aanvallers op de onzichtbare prooi, waarvan het den
uitslag met spanning tegemoet ziet.
Groot sprinconcours te Vledder. Mevr. v. d. Loo uit Zwolle
wordt door Drentsche vrouwen gehuldigd.
I
Ajax—P.S.V. te Amsterdam (2—3). De Eindhovensche
doelman Bouman, slaat energiek 'n Amsterdamscben aanval af,
Reünie der K N.M.V. te Hengelo (Gelderland). De motorrijders werden getracteerd op koek en
koffie en natuurlijk werd ook de „bediening" op zeer boegen prijs gesteld!
Op Hemelvaartsdag zpn op het Noordzeekanaal de jaarlijksche studenten-roeiwedsuijüen gehouden.
Nereus won dit jaar het hoofdnummer „oude vier". Bij de finish gaan de Amsterdammers aan den kop
met grooten voorsprong op Njord.
Weekkroniek
Veel werk voor de binnenkamer! Wat helgemeen overleg"
tusschenRegeeringen Staten-Generaal zal moeten opleveren
Een denkbeeld ter meerdere ,,populariseering" van het par
lementaire werd. Waarom aanpassing noodig is", Een
nieuwe Pachtwet ingediend.
dikwijls zaken onvermeld, welke juist waard
l Den Haag, 31 Mei 1935.
De alweer achter ons liggende Meimaand
periode heeft op parlementair gebied stellig
veel belangrijks opgeleverd, al is het dan niet
druk geweest met openbare vergaderingen.
De gróote voorbereidingen zijn getroffen om
te komen tot een definitief antwoord op de
vraag, of Nederland voort zal gaan op den
weg naar de „aanpassing". Het geruchtma
kende bezuinigingsplan met alles wat daar
aan vastzit is nu in de afdeelingen van de
Tweede Kamer onderzocht en veel zijn de ge
ruchten, die naar aanleiding daarvan de ronde
doen. Sommige bladen weten al bijzonder
heden te melden omtrent den inhoud van het
ongetwijfeld lijvige Voorloopige Verslag, en
als waar zou zijn wat beweerd wordt, dan
mag men rekenen op een zeer sterk verzet
tegen sommige onderdeelen van den opzet.
Maar volgens onze Grondwet de Regee
ring stelt wettelijke maatregelen vast „in ge
meen overleg met de Staten-Generaalen ge
lukkig is het in ons land niet aldus, dat be
doeld „overleg" zich bepaalt tot het critiek-
loos beamen wat de heeren wijzen. Dus mag
worden aangenomen, dat er wezenlijk „zaken
met de Regeering zullen worden gedaan, er
van beide kanten offers zullen moeten worden
gebracht. De Regeering zal wel niet zoo naief-
©ptimistisch geweest zijn om te veronder
stellen, dat haar plannen ongeamendeerd de
eindstreep kunnen halen. Het behoort tot de
Voorzichtige politiek, iets méér te vragen dan
strikt noodzakelijk is. Wat natuurlijk niet
zeggen wil, dat men voorstellen zou doen,
welke onverantwoord zijn. Doch een „veilige
marge" is geoorloofd. En voorts kunnen som
mige voorste |sn aan bruikbaarheid winnen
door technische en practische veranderingen,
welke ten slotte het beoogde eindbedrag niet
beïnvloeden.
Bezuinigen is nu eenmaal een ellendig en
ondankbaar werk, ook al heeft men te doen
met lieden, die van de bezuinigingsnoodzaak
doordrongen zijn. Maar ieder heeft zijn „hei
lige huisjes", waaraan niet geraakt mag wor
den. Men ziet het aan 't verzet uit de Utrecht-
sche Universiteitskringen, die inzake de op
heffing van de Armenraden en zooveel meer.
Als straks de Memorie van Antwoord naar
aanleiding van het (nu nog niet verschenen)
V. V. wordt gepubliceerd, zal het Nederland-
sche volk in het bezit zijn van waardevolle
documenten om „wegwijs" te worden in de
nmoeilijke vraagstukken, die ten aanzien van
ons land ten huidigen dage opgeld doen. Het
ia jammer, dat de „Kamerstukken", d. z. het
genoemde officieele verslag en de Regeerings-
beschouwingen, eigenlijk zoo betrekkelijk
weinig door de massa worden gelezen. Zeker,
•te dagbladen geven uittreksels, doch uit den
aard der zaak zijn deze beknopt en bit ven
- i
zijn algemeen goed te worden. Er is reeds
herhaaldelijk gewezen op het euvel, dat onze
Regeering lang niet voldoende de kust ver
staat, „reclame" te maken om 't zoo eens
te zeggen voor al hetgeen door haar werd
gedaan en bereikt. Waarbij dan tevens ver
duidelijkt kan worden, waarom zooveel, dat
zeer stellig hoogst-wenschelijk is, tot de mo
menteel onbereikbare dingen behoort.
Onze .regeerders houden nu eenmaal niet
van „geuren", van „groot gaan" op eigen
daden en verrichtingen, wat aan één kant
hoogelijk te waardeeren is, doch dat ook wel
wat te ver gedreven kan worden. Maar de
massa behoeft zeker niet zonder voldoende
voorlichting te blijven, als men die begeert.
Zooals reeds gezegd: de schriftelijke (en na
derhand de mondelinge) gedachtenwisseling
tusschen Regeering en Parlement lijdt onge
twijfeld niet aan gebrek aan openhartigheid.
Nu binnenkort over ons land op het Binnen
hof de gewichtigste beslissingen zullen vallen
blijft het de plicht van ieder staatsburger en
-burgeres, zich deugdelijk op de hooget te
stellen van het juiste feitenmateriaal, ontdaan
van de visie eener „gekleurde bril".
Zeer velen komen er niet toe, de benoodigde
stukken bij de Alg. Landsdrukkerij te bestel
len. Men weet niet wat een en ander precies
kost, het vergt allemaal aparte moeite, want
het bedrag moet bij vooruitbetaling worden
voldaan. Waarom mag wel eens worden
gevraagd maakt het Rijk de verkrijgbaar
stelling van de officieele bescheiden, als waar
op ik doelde, niet wat gemakkelijker? In
boekwinkels, in kiosken kan men de meest-
verscheidene lectuur vinden, niet het minst op
Staatkundig gebied. Er verschijnen tegen-1
woordig legio politieke brochures, welke
overal te koop worden aangeboden. En velen j
daarvan zijn nu niet bepaald geschikt om het;
Staatsgezag te schragen. Daarom zou hetj
stellig aanbeveling verdienen, als via de
Landsdrukkerij een populaire uitgave ver
scheen van al hetgeen tusschen Regeering en.
Volksvertegenwoordiging omtrent de belang- j
rijke zaken werd geschreven en gesproken. De I
gewone „witte stukken" zien er wat al te stijf j
en zakelijk uit. Daarom verdient het aanbe-|
veling, een en ander in een „smakelijker!
kleed" te wikkelen, wat geschiedt, als men er
een soort brochuretje van maakt, met frisch^
kleurige kaft.
Men behoeft zich van de resultaten van
deze eventueele „nieuwe koers" niet buiten-1
gewoon veel voor te stellen, maar toch zou
't best kunnen wezen, dat de massa die
door de benarde economische omstandigheden
veel meer dan vroeger geneigd is kennis te
nemen van Regeeringszaken, spoediger
wordt gebracht tot het nagaan van hetgeen
anders voor daar een „gesloten boek" pleegt
te blijven.
En: zoo'n boekje kan makkelek worden be
waard om naderhand nog eens te worden ge
raadpleegd. Ér is dus niets, dat tegen de ge
opperde denkbeelden pleit, integendeel. Laat
men de gelegenheid dan ook spoedig aan
grijpen. Een proef is er altijd mee te nemen!
Natuurlijk zou de nieuwe methode slechts
completeeren wat de dag- en weekbladen
geven aan stof omtrent het algemeene regee-
ringsbeleid. En daarbij komt dan de partij
politiek, die een eigen visie op dat beleid
heeft. Die „toelichting" is natuurlijk onmis
baar voor den politiek geschoolde. De poli
tieke bladen doen heel veel aan staatkundige
voorlichting en nog is het mogelijk te zeg
gen, dat op dit gtbied heel wat meer gedaan
kan worden. Maar men doet zijn best. Zoo
yerscheen dezer dagen in de c.-h. „Nederlan
der" een instructief artikel op de vraag,
„waarop aanpassing noodzakelijk is". Een
lezer van genoemd blad schreef o. a. het vol
gende
„Nu is de vraag: Wat helpt het nu, of we
door loonsverlaging enz. de productiekosten
gaan verlagen, als het buitenland ons product
toch niet, of slechts voor een gering deel wil
hebben? Ons product is in het buitenland
duur, niet om de hooge productiekosten in
Holland, maar om de hooge invoertarieven,
die het buitenland op ons product legt. Hoe
goedkooper wij leveren, hoe hooger invoer
recht het buitenland laat betalen.
Heeft de massa nu geen gelijk, als ze zegt:
lager productiekosten brengt ons geen stap
nader?"
Het redactioneele antwoord culmineerde
hierin:
„In de eerste plaats geeft men het Regee-
ringsstandpunt niet geheel juist weer, indien
men het doet voorkomen, dat de Regeering
van meening is, dat alle loonen en andere
kosten nog verder omlaag moeten. In de Me
morie van Toelichting op het Bezuinigings-
ontweip zegt de Regeering uitdrukkelijk, dat
het loonpeil in een aantal bedrijven nog te
hoog moet worden geacht en dat de aanpas
sing daarvan belet wordt, doordat sommige
kosten van levensonderhoud niet voldoende
zijn gedaald. Het gaat dus thans vooral om
het wegnemen van ongelijkmatigheden en on
evenwichtigheden in het prijzenstelsel en niet
om het omlaag drukken van alle loonen en
kosten zonder onderscheid.
In de tweede plaats is aanpassing aan de
buitenlandsche prijzen niet het eenige motief,
waarom verlaging van te hooge loonen en
lasten noodzakelijk moet worden geacht. De
geldinkomens van de massa onzer bevolking
zijn de laatste jaren zoodanig veiminderd,
dat voor het koopen van goederen en dien
sten ook in het binnenland minder geld be
taald kan worden, wil men het bezit niet op
teren. Tal van particulieren en ondernemin
gen worden daartoe in dezen tijd gedwongen
wegens de onmogelijkheid hun uitgaven aan
de inkomsten aan te passen, omdat die uit-
termljn, zijn vastgelegd of buiten hun wil
gaven gedeeltelijk contractueel op langen
verstard zijn. Voor den staat en de lagere
publiekrechtelijke lichamen geldt dit in bij
zondere mate. Daar deze geen vermogen
hebben om in te teren, vermeerderen zjj hun
schuld. Hieraan kan slechts een eind worden
gemaakt zoolang de geldinkomens niet
weer toenemen door verlaging van uitga
ven, d.i. door verlaging van loonen en lasten,
tot prijzen en kosten weer in evenwicht zqn
en de begrootingen weer sluiten. Dit is een
probleem, dat zich in een periode van dalen
de geldinkomens binnen elk land voordoet,
■afgezien van alle concurrentie met het bui-
tebJafid."
Vervolgens wordt uiteengezet, dat ook onze
export wel degelijk nog gevoelig is voor
prijsdaling, dat een concurreerende prijs op
de buitenlandsche markt waarlijk niet kan
wordt-1 gemist. Is de prijs te hoog, dan dreigt
het gevaar, dat wij het toegestane contin
gent niet eens vol maken!
Geconcludeerd wordt, dat naast de aan
passingspolitiek een politiek zal dienen te
worden gevoerd, die gericht is op verster
king der binnenlandsche koopkracht en
maatregelen noodzakelijk zullen zijn om te
voorkomen, dat onze exporteurs door te
scherpe onderlinge concurrentie de prijzen,
die wij in het buitenland kunnen maken, on-
noodig bederven.
Dit is inderdaad de realiteit. Nu kan de
strijd beginnen over de alles omvattende
vraag, hoe de Regeering denkt die buiten
landsche koopkracht te verhoogen 1 De
j komende schriftelijke stukken en niet min-
j der de mondelinge behandeling betreffende
de groote bezuinigingsplannen zullen binnen-
kort genoeg stof opleveren voor beschou-
j wingeh.
Ook op ander gebied zit de Regeering niet
stil. Een nieuwe Pachtwet werd ingediend,
welke rekening houdt met de bezwaren der-
genen, die indertijd tegen de in de Eerste
i Kamer verworpen Pachtwet ageerden. Het
I zoozeer aangevochten continuatierecht werd
behouden, maar de procedure is veranderd
en wel hierin, dat niet gehandhaafd is de be-
paling, dat de rechter de pachtovereenkomst
zelfs gedurende 10 jaar kon verlengen,
i De thans voorgestelde regeling vermijdt
j deze nadeelen. De verpachter kan de over
eenkomst opzeggen, al zal, bp verzet van den
pachter, de zaak door den rechter moeten
worden getoetst. En zoowel pachter als ver
pachter kunnen bij den rechter tusschentijds
wijziging der pachtvoorwaarden, en met name
verlaging of verhooging van den pachtprijs
vorderen. Nimmer zal het kunnen voor-
komen, dat partijen gedurende een lange
reeks van jaren gebonden zijn aan dé bépa- :j
lingen van een onveranderlijk pacnteontract.
Willekeurige verbrekingen en veranderingen
worden tegengegaan; beëindiging en véran-1
dering met objectieven grondslag wordt
daarentegen bevorderd.
Het wetsontwerp bevat natuurlijk nog aller
lei andere zaken, doch de genoemde vormen I
toch wel de hoofdzaak. I
Dat deze Pachtwet het Staatsblad bereikt j
mag worden aangenomen. Er is aan de be-
zwaren der Eerste Kamer tegemoet gekomen.
waardoor zij eigenlijk kans heeft gezien het
oorspronkelijke ontwerp te „amendeeren", zij
het dan langs een zeer indirecten weg.
Laat men nu echter maar eens wat vlug'
opschieten met die nieuwe Pachtregeling. Zij
komt toch al rijkelijk laat! Parlementariër.
INRIJ VERBODEN
Een roodc cirkel met
wit veld beteekent:
gesloten voor alle ver
keer in beide richtingen
HET KANDBOEK 1935 DER K.N.A.C.
Sinds 1932 geeft de K.N.A.C. ieder jaar een
handboek uit. Dit steeds omvangrijker wor
dende boekwerk (het telt niet minder dan 440
bladzijden)- blijft 'ich in de steeds stijgende
belangstelling van autorijdend Nederland ver
heugen. Dit is nu werkelijk een handboek in
den waren zin des woords een vraagbaak
op automobilistisch gebied, welke aan alle
daaraan te stellen eischen oeantwoordt. De
K.N.A.C.-leden, ie dit boen ieder jaar gratis
en franco ontvangen, zouden het dan ook
slechts noode willen missen.
De talrijke verbeteringen, welke reeds het
vorig jaar de voornaamste kenmerken vorm
den van het toen erschenen handboek, heb
ben ook nu weer de basis gevormd voor de
veranderingen, elke in de uitgave voor 1935
noodzakelijk waren.
De kaarten der provincies en oie van de
plattegronden der steden met de doorgaande
verbindingen zrn alle weer geheel vernieuwd
en tot het laatst toe bijgewerkt.
Aanvullingen en verbeteringen bleken ook
noodig in de opgaven der voor het publiek
opengestelde landgoederen, de afstandstabel
len voor Binnen- en Buitenland en bij vele
andere hoofdstukken.
De wijzigingen in Motor- en Rijwiel Regle
ment en Beschikking, benevens de daarbij in
gevoerde nieuwe verkeersborden zrn uitvoe
rig vermeld.
Voor het eerst zijn in deze uitgave door
middel van kaartjes de uren van openstelling
der douanekantoren voor het voornaamste
reisgebied van Europa vermeld, een aanvul
ling, welke dom haar handigheid in een be
hoefte voorziet.
Deze kaartjes zijn in kleurendruk uitge- j
voerd en door een uiterst practisch systeem
kan de autotoerist, die op een gegeven mo
ment, hetzij overdag of 's nachts de grens
over wil, in één oogopslag zien, welke grens-
kantoren he~ hierbij nog kunnen helpen en
langs welke wege; hij op de snelste wijze het
door hem uitgezochte grenskantoor kan be
reiken. Het is handig bedacht en vele auto
mobilisten zullen alleen hierom reeds het
handboek waardee.en.
Alles bijeen zal het Handboek 1935 weer
een betrouwbaar en veel geraadpleegde gids
vóór dén automobilist zijn.
Voor niet-leden der K.N.A.C. is dit Hand
boek verkrijgbaar tegen den prijs van 4.50
per stuk.
Verschenen bij N.V. Van Holkema Wa-
rendorfs Uitg. Mij. te Amsterdam:
1. Het eerste nummer van den 30en jaar
gang van „De Vrouw en haar Huis", uit
welks zeer verzorgden inhoud we noemen:
„Populaire Vrouwen" door H. G. Cannegie-
ter; „Uit het land van de Hekla" door Betty
Blok (naar aanleiding der studentenreizen
naar IJsland)„Waardeering van Vrouwen
arbeid", loor C. C. Voüte Jr., „Zomer- en
Weekend-huisjes", door Arch. A. V. Hartogh;
terwijl de recepten, de afdeeling mode met
patronen, de afdeeling fraaie handwerken enz.
ook in dit nummer niet ontbreken.
2. De Mei-aflevering van „Onze Aarde".
Op den omslag vinden we een afbeelding van
den hoofdingang van een prachtigen tempel
te Madura.
J. W. de Roemer schrijft over „Koraal
riffen en -eilanden" en over een bekend on
derzoeker daarvan Dr. Pieter Buitendijk,
scheepsarts bij e Mij. „Nederland". J. Sibin-
ga Mulder levert een bijdrage over Kandy en
Peredeniya, twee plaatsen op Ceylon, be
roemd door een tempel met den tand van
Buddha en door een prachtigen plantentuin.
Over paleolitische kunst schrijft J. f -.ens
Kappers, terwijl J. J. v. der Meulen pleit voor
vliegtochten om het eigen land uit de lucht te
leeren kennen.
Bij dezelfde uitgeefster verschenen de vol
gende boeken:
1. „Wilde Bob", door C. Joh. Kievit. Zesde
druk.
Eigenaardig, dat de jongens uit dezen tijd
toch nog greag een zoo 'erouderd boek lezen
als Wilde Bob, dat vrijwel wat stijl als wat
inhoud betreft niet meer in het kader van
dezen tijd past. De plechtige manier, waarop
oudere menschen spreken, de volkomen on
mogelijke ma van neef Pieter, de it het post
kantoor gestolen gouden tientjes welke
jongen uit dezen tijd heeft ooit tien gouden
tientjes bij elkaar gezien. Overigens geen haar
kwaad.
Rie Reinderhoff zorgde voor nieuwe illustra
ties en bandteekening.
Ing. 1.10. In prachtband 1.75.
2. „Jan Blok en de Vliegtocht", door S.
Franke.
De Uivcrtocht naar Melbourne ligt aan dit
verhaal ten grondslag. De K.L.M. en de direc
tie van de biscuitfabriek Patria stonden vele
foto's af voor i.1 rstratie. De historie van Jan
Blok, een MULO-scholier, die droomt van een
toekomst als vliegenier is doo- de geschiede
nis heen gewerkt. Ondanks schrijvers gewel
dige bewondering voor de prestaties der Ui-
verbemanning laat iuj toch alle recht weder
varen aar de helden der ïucht Scctt en Black.
Een interessant boek, vooral wat betreft de
race, maar toch ook aangaande den knaap, die
als verstekeling te Londen aankomt, naar
Mildenhall hoopt te gaan, om de start te zien
of misschien zelfs nee te vliegen, maar dade
lijk door de politie opgepikt wordt en na een
paar dagen veilig thuis gebracht.
Prijs ing. 2.Geb. 2.90
3. „Ons Honk" door' Piet Kramer, tweede
druk. Een zeer goed meisjesboek, alleszins
waard herdrukt te worden. Het leven in het
gezin, wat uit e'kaar geslagen door den dood
van de moeder en het strenge, stroeve beheer
van Juf, de moeilijkheden van den kreupelen
oudsten zoon, cte hartelijkheid, maar zorge
loosheid van het oudste meisje, de eigenlijke
heldin van het verhaal, de twee jongere kin
deren, het is alles zoo echt, zoo levend gëtee-
kend. Hoe mooi ook tenslotte de strijd en zelf
overwinning van de oudste, die besluit moe
ders plaats in te nemen.
Rie Reinderhoff zorgde voor e.ikele vlotte
illustraties.
Prijs 1.10. ib. ƒ1.75.
Verschenen bij Kemink en Zoon. N.V: te
Utrecht: de April-aflevering van „Historia"
met een artikel van H.M. Koningin Emma,
groothertogin van Luxemburg door J. Steur;
„Enkele opmerkingen over de zaak Lodewijk
XVII" door prof. Mr. R. Bruin; het laatste
beleg van Naarden door Dr. B. D. E. Kraft,
terwijl de artikelen over de Loire-kasteelen en
over de Heldin van Gaëta worden voortgezet.
„De Kroniek" E. E. E."
„De Kroniek wijdt een artikel aan het on
geval met de „Leeuwerik", de nieuwe ramp,
welke ons luchtvaartvcrkeer trof. Voorts
wordt de aandacht gevestigd op de tentoon
stelling „Mooi Nederland", welke van 719
Mei in de Apollo-Hal te Amsterdam zal plaats
vinden en die een aantrekelijke show belooft
te worden an het vele goede en schoons, dat
op vaderlandschen bodem te vaak... over het
hoofd wordt gezien. Het nummer laat verder
Dr. Franz Döring, directeur van de Rijksbank
te Berlpn aan het woord voor een belangwek
kend betoog over het Duitsche Transferpro
bleem.