ONS FOTONIEUWS
Op en om het Binnenhof.
HELDERSCHE COURANT
Wsekkroniek
Een definitieve beslissing nadert - Het opzienbarende uit'
treden van minister Steenberghe. Wat het geval te leeren
geeft. Geen tegenstelling Colijn'Celissen? - Naar historische
dagen
In de tuinzaa) van „Musis Sacrum" te Arnhem werd gisterenmiddag door
den burgemeester, dhr. H. P. J. Bloemers (X), de tentoonstelling geopend,
welke aldaar vanwege de Crisis-Zuivelcentrale wordt gehouden,
Minister Prof. Dr. Ir. H. C. J. H. Gelissen heeft
gisteren zijn werkzaamheden op het Departe
ment van Economische Zaken aangevangen.
De bemanning van het Roemeensche s.s. „Sfantu Nicolae" te Rotterdam
weigert van boord te gaan, omdat zij vanaf 8 Maart geen gage heeft ont
vangen. De mannen vermaken zich met een varken.
Langs de Noordzeekust nabij den Helder werden gisteren de jaarlijksche oefeningen gehouden van de luchtdoelartillerie uit
Utrecht. Nadat eerst met nauwkeurige instrumenten de hoogte van het vliegtuig is bepaald, wordt het schot gelost. Het
projectie] wordt ingebracht,
de Kon. Marine
Jachtclub te den
Helder. De „Schor
pioen" (winnaar).
Te Amsterdam is gisterenavond het wielerseizoen geopend. Leddy
achter Ceurremans doet een energieke poging om Lorjé achter
Slesker te passeeren,
Den Haag, 6 Juni '35.
Uur na uur wordt het duidelijker, dat om
trent de naaste toekomst van ons land bin
nen zeer korten tijd de meest-diepgaanden be
Blissingen zullen vallen. Nog vóórdat het
groote „aanpassingsprogram" in de Tweede
Kamer in openbare behandeling kon komen
deed zich voor de Regeering een ernstig ver
schijnsel voor: Mr. Steenberghe, de beheer
der onzer economische aangelegenheden trad
uit het Kabinet en wel om het bijna ontstel
lende feit, dat hij geen heil meer ziet in de
huidige regeeringspolitiek. Hij acht devalu
atie onvermijdelijk.
„De grootst-mogelijke meerderheid" in het
Kabinet wenscht echter onveranderd vast te
houden aan het deflatieproces èn dus bleef er
voor mr. Steenberghe niets anders over dan
Dit uittreden is het eerste „gevaarlijke
„gevaarlijke symptoom", dat zich tijdens het
optreden van het Crisis-Kabinet-Colijn in den
boezem van dat Kabinet heeft voorgedaan.
Zelfs bleef tot nu toe een conflict met het
Parlement achterwege.
Naar men weet is het in onze parlemen
taire geschiedenis een zeldzaamheid, dat een
minister ontslag vraagt om een conflict met
zijn mede-bewindslieden. De homogeniteit der
in ons land bestaan hebbende Kabinetten bleef
doorgaans onaangetast en wanneer een lid der
Kroon tot heengaan werd genoopt buiten
persoonlijke redenen dan was dat in even
zoovele gevallen vanwege een conflict met de
Volksvertegenwoordiging.
Het ontslagnemen van minister Steenberghe
beteekent dus een vrij zeldzaam gebeuren in
ons Staatkundig leven, en daarnevens heeft
zich een verschijnsel voorgedaan, dat eveneens
opvalt door het "ongewone, namelijk: het direct
bij de hand hebben van een opvolger.
We behoeven waarlijk niet ver te zoeken om
Voorbeelden te vinden die aantoonen, dat het
onverwachts heengaan van een minister een
i,ministercrisis" veroorzaakt, welke gemeen
lijk een poosje duurt, en in negen van de tien
gevallen brengt tot het instellen van een in-
terimaat. We hebben het gezien we
blijven maar „dicht bij huis"! inzake het
heengaan van minister Verschuur en niet min
der na den dood van mr. Kalff. Momenteel is
immers ook nog steeds het wachten op een de
finitieven opvolger van mr. Marchant.
De genoemde „tegenvallers" voor het Ka
binet hadden in geen enkel opzicht het ka
rakter van de recente gebeurtenis. Zij ston
den buiten de eigenlijke Kabinets-politiek en
tastten dus geenszins de grondslagen van het
«onmaal opgestelde werkprogram aan.
De weigering van mr. Steenberghe om
verder met de negen anderen de oude koers
te blijven volgen raakt nu juist regelrecht de
hoofdlijnen van het tot heden toe gevolgde
landsbestuur. En dat is een ernstig verschijn
sel voor dr. Colijn en zijn mannen.
De plotselinge zwenking van den thans ex-
bewindsman lokt tot gissingen. Er moet dan
kort geleden iets gebeurd zijn, waardoor zijn
inzichten radicaal veranderen? Of bestond
er reeds langer eenigen tijd twijfel aangaande
de „vastheid" van den jeugdigen minister?
Het feit, dat onmiddellijk bij het vermelden
van de ontslag-aanvrage kon worden meege
deeld, wie de opengevallen plaats zal inne
men doet tot de meening overhellen, dat de
premier reeds eerder zijn „voelhorens" heeft
uitgestoken...
Van mr. Steenberghe werd veel verwacht.
Ook in de Kamer „mocht" men hem zeer ze
ker gaarne en had hij door flink optreden
en door vaardig debatteeren een goeden in
druk als bewindsman gemaakt. Aan zijn
naam blijft onverbrekelijk verbonden het
kortgeleden door den Senaat goedgekeurde
ondernemersovereenkomsten - ontwerp, dat
door mr. Steenberghe knap verdedigd werd.
Zoo jong minister en weer zoo spoedig tot
heengaan genoopt... Velen hadden zich de
carrière van den energieken industrieel an
ders gedacht. Het allergrootste landsbelang
is betrokken bij de vraag, of mr. Steen
berghe... juist gezien heeft toen hij tot de
conclusie kwam, dat het roer van het Schip
van Staat omgegooid moet worden.
Dat dr. Colijn erin geslaagd is een man
van groot gezag als prof. ir. Gelissen aan het
hoofd van het Departement van Economische
Zaken te krijgen versterkt weer in hooge
mate het prestige van de huidige Regeering.
Uit het onmiddellijk bij de hand hebben van
een zoodanigen opvolger blijkt, hoezeer de
premier een „tacticus" is. Hij besefte blijk
baar zeer goed, dat vooral nü een minister -
crisis aan Economische Zaken en nog wel
veroorzaakt door ernstige strubbelingen in
het Kabinet sterk gevaar opleverde voor
onrust in het land. Alles draait tegenwoordig
om Economische Zaken. Indien heir verwar
ring heerscht, een krachtige leiding ont
breekt, wat kan er dan voor ons land worden
verwacht? De speculanten liggen op den
loer. De visscher-in-troebel-water zijn er im
mers als de kippen bij om via het versprei
den van geruchten en het wekken van pa
niekstemmingen hun slag te slaan.
Wie kennis neemt van den „staat van
dienst" van den nieuw te benoemen minister
voelt diepen eerbied voor het scheppende in
tellect van dien landgenoot. Zonder ook
slechts iets af te willen dingen op de voor
treffelijke kwaliteiten van den scheidenden
bewindsman mag worden opgemerkt, dat de
„ruil" toch wel een man van méér algemeen
gezag aan het beheer onzer economische aan
gelegenheden heeft gebracht.
Hoe zal zijn contact met de Volksvertegen
woordiging zijn? Mannen als prof. Gelissen
zijn „kopstukken" van de eerste orde en de
practjjk heeft meermalen aangetoond, dat
dezulken in de parlementaire arena een feilen
strijd te strijden hadden, vooral indien zij in
zekeren zin steeds buiten het actieve poli
tieke leven hebben gestaan. Het „contact"
met de hoogedelgestrenge dames en heeren
vereischt een speciaal „instinct" en maakt
genegenheid tot soepel overleg zeer noodig.
Ook de positie van den heer Gelissen in
het Kabinet, is verre van makkelijk. Een
man van zijn kwaliteit voegt zich met zoo
heel spoedig naar de inzichten van den opper-
leider. Hoe dan ook: de nieuwe bewindsman
zal zeer stellig een krachtig stempel druk
ken op de gestie van het Crisis-Kabinet en
het zou wel eens kunnen gebeuren, dat de
thans in te luiden periode naderhand wordt
gekenmerkt als die van het Kabinet-Colijn-
Gelissen"
Tenminste, wat men aan de hand van het
verleden des nieuwen bewindsman te weten
komt, wijst op een gansch andere zienswijze
dan die van dr. Colijn,die bij dé laatste be-
grootingsdebatten in de Tweede Kamer nog
zoo bitter weinig enthousiast sprak over de
ordeningsgedachte, welke door prof. Gelissen
de man van het technologisch Instituut in
Limburg juist warm wordt voorgestaan.
Van groot gewicht is de vraag, of de pre
mier den ander sterk heeft beïnvloed of dat
prof. Gelissen erin geslaagd is, dr. Colijn te
overtuigen van de noodzakelijkheid eener ac
tieve her-groepeering. Liever gezegd: of mi
nister Colijn zijn inzichten gewijzigd heeft en
dientengevolge een man als den heer Gelis
sen den zoo bealngrijken ministerszetel heeft
aangeboden
Al deze vragen behooren beantwoord te
worden. Het land heeft er recht op, te weten,
wat de benoeming van prof. Gelissen precies
beduidt. De komende debatten in de Tweede
Kamer beloven in dit opzicht buitengewoon
belangrijk te worden!
Een gunstig teeken voor den nieuwen mi
nister is, dat hij over het algemeen een
goede pers heeft. Verschillende invloedrijke
bladen spreken van „een uitstekenden greep",
welke de premier in deze gedaan heeft.
Vreemd is echter, dat juist sommige katho
lieke bladen (speciaal die in het Zuiden des
lands! met kennelijke graagte profeteeren,
dat de recente mutatie aan Economische
Zaken een teeken van het naderende einde
van Colijn's regime kan worden genoemd.
„Colijn wankelt", heet het daar. Maar het
katholieke hoofdblad „De Maasbode" oor-
delelt heel anders, waar het schrijft:
„Is het ministerie-Colijn door het aftreden
van mr. Steenberghe en het optreden van
dr. Gelissen verzwakt of versterkt? Men
hoort het een en het ander beweren. Het
Huisgezin" schrijft kort en bondig: „Colijn
wankelt".
De partieele ministercrisis kan naar onze
meening een versterking van het Kabinet
beteekenen. Indien n.1. het Kabinet, na nog
eens zoo scherp mogelijk devalutatie te heb
ben afgewezen, ook den moed en den wil zal
hebben om het andere deel van het dilemma
te volgen: consequente deflatie, maar dan als
basis van een positieve,, constructieve wel-
vaqrtspolitiek.
Wij twijfelen er geen oogenblik aan, of de
Tweede Kamer zal bij het komende debat,
waarvan deze ministerwisseling zeer zeker
het; voorwerp zal zijn, het Kabinet met groote
beslistheid stellen voor de consequentie van
het heengaan van minister Steenberghe, op
het door dezen aangegeven motief.
Is het Kabinet bereid deze consequentie te
aanvaarden, dan achten wij het niet uitge
sloten, dat de Kamer bereid zal zijn het Ka
binet te volgen, omdat speciaal de Katho
lieken vertrouwen zullen hebben in den nieu
wen minister, die haast de verpersoonlijking
kan heeten van de door het katholieke volks
deel zoo sterk verlangde positieve, construc
tieve welvaartspolitiek.
Minister Steenberghe heeft Kabinet en Ka
mer! gedwongen tot een beslist partijkiezen.
Dat lijkt ons een groote verdienste."
De oyerige groote, rechtsche pers is even
eens gunstig te spreken over de nieuwe be
noeming, al blijkt de „Rotterdammer" (a.r.)
niet weinig ontstemd over de „vlucht" van
den nu ex-minister, die n.b. onder het bezui-
nigingsontwerp (dat werd ingediend juist om
devaluatie te voorkomen!) nog zijn naam
heeft geplaatstIets, waarop ook het
„Handelsblad" (lib.) de aandacht vestigt. Dit
blad en eveneens de liberale „N. Rott. Crt."
achten de ministerwisseling lang niet slecht.
Laatstgenoemd blad doet een bijzonder be
roep op de Kamerleden:
„Op onze Volksvertegenwoordiging rust
thans de moeilijke taak om de regeering in
haar bezuinigingsplannen te steunen. Nie
mand zal ontkennen, dat de weg, dien wij
gaan moeten om op eerlijke wijze en met
een ongeschokt internationaal aanzien en cre-
diet de moeilijkheden te overwinnen, waarin
de internationale verwarring en zinneloos
heid ons land gedompeld hebben, met door
nen begroeid is. Thans meer dan ooit mo
gen wij echter bij onze Kamerleden den ern-
stigen wil veronderstellen om alle partijge
schillen op zij te zetten en door eendrach
tig schouder aan schouder te strijden het
einddoel te bereiken: een met eerlijke midde
len verkregen nationaal herstel."
De socialistische pers meent reden tot
juichen te hebben, wijl zij bij de katholieken
steeds meer ontstemming over de gestie van
het zittende Kabinet meent te bespeuren.
Zij ziet reeds een ,rood-Roomsch" devaluatie-
Kabinet in 't verschiet.
Maar de „toon" in de meeste Roomsche
bladen is verre van bemoedigend voor de
genen, die dit ideaal koesteren. De meerder
heid beschouwt de vermaarde „uiterste nood
zaak" als een der minst-begeerlijke oplossin
gen, ook, wijl men zich herinnert, wat die
combinatie in het oude Duitschland heeft
opgeleverd.
De nieuwe .politieke bom", welke zoo kort
na de „ontploffing-Marchant" in onze rustige
lage landen uiteensprong heeft weer heel wat
geschrijf en gewrijf in het leven geroepen.
De naderende Tweede Kamer-debatten zullen
ongetwijfeld door een en ander aan belang
rijkheid en spanning winnen. De moreele rust
is inderdaad die vóór een heftig-bewogen at
mosfeer!
Nog is niet precies te zeggen, wanneer de
groote strijd een aanvang zal nemen. Op 19
Juni a.s. behandelt de Kamer het ontwerp
nopens de zenderkwestie (Nozema)waar
schijnlijk zal dan iets nader kunnen worden
meegedeeld over de behandeling van het be-
zuinigingsontwerp. Het V.V. moet nog ver
schijnen, waarna de Memorie van Antwoord
wel eenigen tijd op, zich zal laten wachten.
Juli wordt het zeker, eer men goed en wel
van wal kan steken. Het worden dan voor
Nederland dagen van historische beteekenis!
Parlementariër.
Ome ïïoekbeófiïckwcf
LAST VAN SLECHTE SPIJSVERTERING.
Altijd angst voor pijn na den maaltijd.
Kan nu weer alles eten.
Jaren lang sukkelde ik met een slechte
spijsvertering. Ik probeerde van alles, maar
zonder succes. Toen begon ik met Kruschen
Salts en ik wil U nu even schrijven, hoe blij
ik daarover ben. Het is een geluk voor me
geweest, want ik kan nu weer alles eten,
zonder angst voor pijn naderhand. Kruschen
is mij meer waard dan alle geld ter wereld.
Indien er iemand is, die meer aan indigestie
heeft geleden dan ik, zou ik hem wel eens
willen ontmoeten, en ik zou hem gauw ver
tellen, hoe hij dit verhelpen moet. Ik ben hier
in mijn woonplaats B. goed bekend, en overal
waar ik kom, vertel ik de menschen wat
Kruschen Salts voor mij gedaan heeft.
J. S. te B.
De meest voorkomende oorzaak van indi
gestie of maagzuur is een onvoldoende wer
king der inwendige organen, waardoor alle
afvalstoffen niet geregeld uit het lichaam
verwijderd worden. Uw voedsel gaat gisten
en een overmaat van maagzuur ontstaat. De
gassen welke zich hierbij vormen doen de
maag uitzetten en kunnen dat onaangename
gevoel van opgezwollenheid teweegbrengen.
Doordat Kruschen Salts Uw afvoerorganen
aanspoort tot volmaakte, geregelde werking,
wordt voorkomen, dat dit pijnlijke maagzuur
zich ooit weer ophoopt, of die ongewenschte
gassen zich weef zullen vormert. Wanneer
U dan trouw blijft aan de kleine dagelijk-
sche dosis" zult U geen angst meer behoeven
te hebben voor pijnen of andere narigheid na
Uw maaltijden.
Kruschen Salts is uitsluitend verkrijgbaar
bij alle apothekers en drogisten 0.90 en
1.60 per flacon, omzetbelasting inbegrepen.
Stralende gezondheid voor een 1 cent per dag.
Let op, dat op het etiket op de flesch zoowel
als op de buitenverpakking, de naam Rown-
tree Handels Maatschappij voorkomt. (Adv.).
Verschenen bij N. V. Servire te Den Haagi
„Karakter, Ziekte en Genezing" door Dr. F'.
Künkel, het vijfde boek in deze serie, die ge
heel volledig zes of zeven deelen zal bevatten.
Dr. A. M. Meerloo de vertaler schrijft in een
leiding: „Dit boek behandelt in groote trek
ken voor artsen, paedagogen en lèeken, het
psychische lijden van den mensc/i in en door
het individualistische tijdperk. Vaag beseft
men, dat ziekte en neurasthenie samenhan
gen met de cultuur. Het aantal zieke en on
evenwichtige menschen neemt toe." En ver
der „De crisis der cultuur dwingt tot psycho
logische opheldering; het is een soort zelf
genezing van de moderne menschheid."
„Het is de bijzondere verdienste van Kün
kel, dat hij spreekt voor de groote groep van
artsen en leeken die gretig grijpt naar psy
chologische opneldering. Künkel heeft veel te
leeren, hij doet dat op heldere manier, hij zal
dus velen helpen.
Een moeilijkheid bij het lezen van verschil
lende psychlogische schrijvers is, dat ieder een.
eigen vaktaal, een eigcu nomenclatuur schept.
Ook bij Künkel is dat zoo, men moet wennen
aan zijn terminoogie. -ran zijn „es" en z t
„wir", maar wanneer men. eenmaal begrijpt,
wat hij daarmee bedoelt, dan begrijpt men ook,
hoe Künkel de mensch van individualisme los
wil maken door de genezing brengende groep.
Zeer mooi en helder zijn vooral de voorbeelden
door schrijver gegeven van „geesteszieke" kin
deren en hun genezing in het eerste deel van
het boek.
Prijs ing, 2.75. Geb. j 3.50.
Verschenen bij van Loghum Slaterus' Uitg.
Mij. te Arnhem in de Zeemeeuwen-serie:
No. 11. „Jacqueline en haar Japanners"
door Heinrich Eduard Jacob, vertaald door
M. Dutric. Schrijver noemt zjjn boek, een klei
ne roman.
Maar hoofdzaak is niet het romantisch gebeu
ren, niet de ellende in Duitschland, vooral in
Berlijn gebracht door i. tlatie en het uitraken
uit de armoe en den honger, hoofdzaak is het
wederkeerig trachten te begrijpen van Duit-
sche en Japansche zielen, de afkeer, de groei
ende achting, de diepe bewondering, do
schaamte van oen Duitschen kunstenaar over
eigen kleinheid 'genover de oneindige fijnheid
van deze Japanners.
Prachtig is df irtusschendoor de vlucht uit
Berlijn van en zijn vrouw, na zich
lang in een cabaret vernederd te moeten heb
ben, prachtig is he* weerzien met den Japan
ner, die kamers had gehuurd in hun Berlijnsche
huis, de kennismaking en de maaltnd met hun
vrienden.
Een boek. dat langzaam gelezen moet wor
den.