Buitenlandsch Overzicht.
oetbal
ie
fd
NIEUWSBLAD VOOR DEN HELDER, KOEGRAS, TEXEL, WIERINGEN EN ANNA PAULOWNA
BINNENLAND
DINSDAG 18 JUNI 1935
63ste JAARGANG
HAAS' Azijn goed,
Dat hij élk voldoet!
China en Japan.
PER TABLET VOOR 2-3 PORTIES
Generaal Booth vertrouwt op
den vrede.
De cumulatie van
inkomsten.
Het Engelsch-Duitsche
vlootverdrag.
Uitvoer van komkommers en
andere tuinbouwproducten.
Het overheidspersoneel en het
bezuinigingsontwerp.
Abonnement per 3 maanden bj) vooruitbet.: Heldereche Courant f 1.50; Koegras,
Anna Paulowna, Breeaand, YVieringen en Texel t 1.65; binnenland t 2.
Nederl. Oost- en West-Indië per zeepost f 2.10. idem per mail en overige
landen f 3.20. Losse nos. 4 cL; fr. p. p. 6 et Weekabonnementen 12 et
Zondagsblad resp. t 0.50, f 0.70, f 0.70, f 1.—Modeblad resp. f 1.20, 11.50, 11.50,
f 1.70.
Verschijnt D i n s d a g-, D o n d e rd a g- en Zaterdagmiddag
Redacteur: P. C. DE BOER
Uitgave N.V. Drukkerij v/h. C. DE BOER Jr.
Bureau: Koningstraat 78 Telefoon: 50 en 412
Post-Girorekening No. 16066.
ADVERTENTIËN:
20 ct. per regel (galjard). Ingez. meded. (kolombreedte als redaction. tekst)
dubbele prijs. Kleine advertentiën (gevraagd, te koop, te huur) bij vooruitbetaling
10 cL per regel, minimum 40 et.; bij niet-contante betaling 15 cL per regel,
minimum 60 cL (Adres Bureau van dit blad en met brieven onder nummer:
10 ct. per advertentie extra). Bewijsnummers 4 ct
Het optreden van Japan in China; het figuur van den Volken-
bond. - Het Engelsch-Duitsche vlootaccoord bijna een feit.
Engeland gaat nieuwe schepen bouwen ter vervanging van
verouderde schepen.
Engelsche
vlootplannen.
Het agressief optreden
van Japan in China is
niet alleen voor het
betrokken land hoogst
onaangenaam, maar ook
de groote mogendheden zien met toenemende
zorg, den toestand onder het oog. Opnieuw
bijkt door deze geschiedenis de Volkenbond
niet anders dan een ledepop te zijn. Waar
blijft nu het gemeenschappelijk optreden Men
is beangst zijn handen in het wespennest van
het Verre Oosten te steken. Toch kunnen b.v.
Engeland en Amerika, die zoo groote belan
gen in China hebben, maar niet lijdelijk het
optreden van Japan blijven aanzien. Met be
langstelling mag daarom kennis genomen
worden van de verklaring, die de Engelsche
minister van buitenlandsche zaken, sir
Samuel Hoare, gisteren in het Lagerhuis zou
afleggen omtrent de door Engeland aan te
nemen houding inzake het geschil en die men
wellicht elders in dit blad aantreft.
De „Nw. Rott. Crt." wijdde Zaterdagavond
een hoofdartikel aan den toestand in China.
De gebeurtenissen in het Verre Oosten nemen
hun critieken loop zoo schreef het blad.
Weer laten de Japansche militairen niet op
hun daden wachten. Men kan zich terug
verplaatst wanen naar het begin van 1932, in
het hartje van de gebeurtenissen in Mants-
joerije. Reeds lang hebben wij hier betoogd,
dat de geruststellende verzekeringen uit Tokio
over een ontspanning meer met de wenschen
van de politieke leiders daar ter plaatse, dan
met de komende feiten in overeenstemming
zouden blijken. Het verstandig inzicht van de
politieke „machthebbers" helpt hun niet en
zal hun verder ook niet helpen, hebben wij
toen gemeend. „Dat de stoot nu uitgewerkt
zou zijn zij het ook maar voorloopig
zullen wij moeten heieven voor wij het ge
loven", konden wij met de volle gerustheid,
niet door de feiten te worden gelogenstraft,
neerschrijven. De Japansche militairen hebben
niet gedraaid. Slag op slag is sedertdien ge
volgd. En nu staat de wereld weer tegenover
een toestand, die voor de groote mogendheden
beschamend wordt, zoodra Nanking zich bij
hen gaat beklagen. Volgens de jongste be
richten Is het daarmede reeds begonnen.
Het beklag van China is een kreet de pro-
fundis. Als een onweerstaanbare vloedgolf
gaat het Japansche imperialisme over het
land heen. Tot weerstand is de regeering van
Nanking niet in staat. Omtrent de bedoelin
gen van de Japanners kan geen onzekerheid
meer heerschen. Ieder voorwendsel wordt aan
gepakt voor de bewerking la Mantsjoerije
van Noord-China. De acherstand, die er is in
de vervulling van de, China in 1915 opgedron
gen „21 eischen", wordt met woeker ingevor
derd. In 1915 gebruikte Japan de gebonden
heid van Engeland voor het stellen van deze
volmaakt onredelijke eischen, en voor het af
dreigen van de aanvaarding ervan. Zij bleken
te veel, en onverwerkbaar voor hetgeen Japan
vermocht. Zij schenen op den duur voor het
meerendeel vergeten. Nu echter verlangt Ja
pan zelfs veel meer. Het verlangt onver
bloemd, wat in die eischen slechts verbloemd,
of in voorbereiding, geformuleéVd stond.
Het is op het oogenbik geen zelfrespect
kweekende waardigheid, groote mogendheid
te zijn. Die waardigheid bestaat voor 'n groot
gedeelte in het ontvangen van kaakslagen.
Het is merkwaardig, dat het nog zoolang
heeft geduurd, voor het gemeengoed in de
wereld geworden was, dat de mogendheden,
aantrekt, zich alles laten welgevallen. Naar-
als men zich slechts weinig genoeg van hen
mate deze wetenschap zich uitbreidt, zal de
wereld meer openliggen als prooi voor de
vrijmoedigsten. Wie handelt en zich niet aan
protesten stoort, riskeert niets. Zij, die het
consequentst het „wie doet mij wat" toepas
sen, brengen het voorloopig ten minste
het verst. Als zij niet de zelden uitblijvende
straf in hun eigen daden vinden, kunnen
zij onbeperkt hun gang gaan.
Het recht van den sterkste en van
den vrijmoedigste krijgt meer dan ooit
de overhand in deze wereld, die aan den
opbouw van een internationale rechtsorde
bezig is, en waarin groote mogendheden
van collectieve veiligheid spreken.
China meent het ernstig, anders had het
de procedure te Genève aanhangig kunnen
maken, die ook tegen een niet-lid van den
Volkenbond mogelijk is.
Door zijn klacht brengt het Londen en
Washington in de noodzakelijkheid, hun on
macht ronduit te erkennen, of dingen te
doen, waarvan de gevolgen niet te overzien
zijn. Het verdrag der negen mogendheden
dwingt de deelnemers niet tot eenig gewa
pend optreden. Maar de diplomatieke actie,
waartoe het aanleiding moet geven, dwingt
de betrokkenen wèl, de gebeurtenissen in
China onder oogen te zien, met een Chinee-
sche voorlichting die niet in ambtelijke map
pen verborgen kan worden.
Het ernstigste is, dat wij, naar alle waar
schijnlijkheid, nog maar aan het begin van de
nieuwe, Japansche actie staan. Deze komt
niet tot rust, dat weten wij.
De vlootbespreking
tusschen Engeland en
Duitschland verloopen
nogal vlot, zoodat, wan
neer Frankrijk en Italië
er ook nog hun instem
ming mee betuigen, het accoord geteekend
zal kunnen worden. Dit goede resultaat schijnt
te danken aan het feit, dat zoowel Engeland
als Duitschland een concessie hebben gedaan,
waarover de Berlijnsehe corr. van de N. Rott.
Crt. o.m. meldt:
Het resultaat is bereikt niet alleen
door de gewichtige concessie van En
gelsche zijde, waarop Duitschland 35
pet. van de Engelsche oorlogstonnage
wordt toegestaan, maar ook door de
stellig niet minder gewichtige concessie
van Duitsche zijde, waarbij Duitschland
aanvaardt, dat de verhouding 35100
zal gelden voor iedere categorie afzon
derlijk.
Ook in de Wilhelmstrasse is men zich be
wust dat Duitschland daardoor een offer
brengt voor den vrede en zeer in het bijzonder
voor de goede betrekking tot Engeland, want
Duitschland ziet daardoor af van een ver
deeling der tonnage naar eigen goedvinden
over de verschillende categorieën; het ziet
dus af van het voordeel, hetwelk het had
kunnen trekken uit het feit, dat het om zoo
te zeggen opnieuw begint, het voordeel n.1.
om zich speciaal te kunnen toeleggen op de
meest effectieve categorieën en op die cate
gorieën, waarin het snelst overwicht had
kunnen krijgen. In den Toestand is hierop
reeds gewezen en men is zich ook te Ber
lijn ten volle van het gewicht van deze con
cessie bewust. Daarbij sluit organisch de be
reidverklaring aan, om Engeland steeds op
de hoogte te houden van alle op het oogen-
blik nog niet vaststaande détails van het
Duitsche vlootbouwprogram, en in alle ge
val geen uitbreiding van vreemde vloten als
voorwendsel te gebruiken om het eigen pro
gram eveneens te vermeerderen.
De bereidverklaring van Duitschland om
alle schepen boven 10.000 ton, alle duikbooten
en alle zware kanonnen te vernietigen is,
ondanks den schijn, voorloopig van niet zoo
veel beteekenis, omdat zij verbonden is aan
de voorwaarde, dat alle andere mogendheden
zich daartoe eveneens bereid verklaren op de
vlootconferentie in den herfst, waaraan
Duitschland hoopt te kunnen deelnemen.
Het optreden
van Japan.
Naar de viootcorres-
pond ent van de Daily
Telegraph meldt, zal
waarschijnlijk in het be
gin van het volgend
jaar aan het Engelsche
parlement het eerste vlootbouwprogramma
op langen termijn, sind de vlootverdragen
van 1922, worden voorgelegd.
De opstelling van dit programma zou, vol
gens het blad, in principe zijn aangenomen.
De bizonderheden zouden evenwel nog gere
geld moeten worden, nadat de resultaten van
de in den herfst te houden vlootconferentie,
te Londen bekend zijn.
Het programma zal zich over een mini
mum tijdsduur van vier jaren uitstrekken, en
het aantal in elk jaar nieuw te houwen sche
pen zal nauwkeurig worden vastgelegd
Voor het begrootingsjaar 1936'37 staat
om te beginnen de voorbereiding voor den
bouw van twee linieschepen op het program
ma, die de verouderde Warspite en Queen
Elizabeth-klasse zullen moeten vervangen.
In 1938 zullen waarschijnlijk wederom twee
linieschepen volgen, en het daaropvolgend
jaar nogmaals een, om de vervanging der ge-
heele „Queen Elizabeth"-klasse te voltooien.
Voorts zouden maatregelen moeten worden
getroffen voor de vervanging van 22 kruisers
en een groot aantal torpedobootjagers, die
alle pverjarig zijn of het dan tenminste zul
len zijn.
De correspondent meldt voorts, dat niet de
activiteit van één enkelen staat doch de vrjj-
wel algemeene uitbreiding van de buiten
landsche vloten sedert het vlootverdrag van
1930 de oorzaak is van het nieuwe Engelsche
vlootbouwprogramma.
De Amerikaansche troepen te
Tientsin.
Zoowel het ministerie van binneniandsche
zaken als dat van oorlog weigeren commen
taar te leveren op het in de dagbladen gepu
bliceerde bericht, dat de Ver. Staten voor
nemens zouden zijn, de Amerikaansche troe
pen, in garnizoen te Tientsin, terug te trek
ken.
In verband met den poiitieken toestand in
Noord-China, heeft de Japansche minister
van oorlog, Hajasji, generaal Itegaki tot
opperbevelhebber van de Japansche troepen
te Peking en Tientsin benoemd.
Te Sjanhaikwan zijn Vrijdag 6 Japansche
torpedojagers aangekomen, die daar voor
anker zijn gegaan. Bovendien heeft een
flotilje torpedobooten op last van het Japan
sche ministerie van marine de oorlogshaven
Sasebo verlaten en is naar Tsjifoe opge-
stoomd.
Japansch optreden te Tientsin.
Japansche troepen, gewapend met geweren
en mitrailleurs hebben gistermorgen manoeu
vres uitgevoerd in de Japansche concessie te
Tientsin. gedurende welke talrijke straten
gesloten werden voor voertuigen en voetgan
gers. Des namiddags hebben 5 Japansche
officieren te paard en twee pantserauto's vol
soldaten een tocht gemaakt door de Chinee-
sche stad.
Met toestemming van den Japanschen
minister van oorlog zal te Moekden een bewa-
kings-corps voor den spoorweg Peking-
Tientsin-Moekden worden opgericht.
Hierbij zal een eskader Japansche bombar-
dements-vliegtuigen en een afdeeling lichte
artillerie worden ingedeeld. Het corps zal
reeds in de komende week zijn dienst aan
vangen. De regeering van Mantsjoekwo heeft
verder toegestaan, dat 5000 koelies worden
aangeworven voor het Japansche leger voor
het aanleggen van wegen in de richting van
den grooten Chineeschen muur.
heeft tegen het Engelsch-Duitsche vloot
accoord, mits dat niet in strijd is met de
Japansche voorstellen. Verder heeft Japan de
voorwaarde gesteld, dat het Engelsch-Duit
sche accoord geen wijziging brengt in de
vlootverhouding met andere staten, doch uit
sluitend Engeland en Duitschland betreft.
Na een wereldreis van vier maanden, waar
bij zij o.a. Australië, Nieuw-Zeeland, Britsch-
Indië en Amerika heeft bezocht, is generaal
Evangeline Booth, de commandante van het
Leger des Heils, Zondag te Southampton
teruggekeerd. Generaal Evangeline verklaar
de, dat zij de leidende staatslieden in de
meeste landen, die zij heeft bezocht, heeft ge
sproken, en dat zij getroffen was door den
religieuzen geest van hen, die met de macht
bekleed zijn.
„Te oordeelen naar wat ik heb waargeno
men en ik heb mij onder alle klassen be
wogen bestaat er een groote strooming
naar het religieuze. Het gebed in ieders hart
is, dat er geen oorlog meer zal komen. Zelf
ben ik de stellige meening toegedaan, dat er
te veel hart op de hooge plaatsen der wereld
is om een nieuwen oorlog mogelijk te maken.
Er zal geredetwist zijn en kleine schermutse
lingen, doch een werkelijke oorlog is naar
mijn meening niet mogelijk".
HET MEX1CAANSCHE KABINET
AFGETREDEN.
Een twist tusschen president Cardenas en
den oud-president Calles heeft in Mexico tot
een politieke crisis geleid en het aftreden van
de regeering ten gevolge gehad.
De houding van Japan.
De Daily Telegraph meldt uit Tokio, dat
Hirota aan zijn Britschen collega Hoare
heeft medegedeeld, dat Japan geen bezwaar
De strekking van het ingediende
wetsontwerp.
Zooals in het kort reeds is aangekondigd,
is thans bjj de Tweede Kamer ingediend een
wetsontwerp tot wijziging van verschillende
wetten, met het doel de z.g. cumulatie van
inkomsten uit overheidsklassen te beperken.
Aan de memorie van toelichting wordt het
volgende ontleend:
In de laatste jaren is er een stijgende ont
stemming waar te nemen tegen het gelijktijdig
genot van inkomsten uit verschillende over
heidskassen door één persoon of door meer
leden van één gezin. Hoewel die ontstemming
in verband met de heerschende werkloosheid
is te begrijpen, is de critiek op de cumulatie
van inkomsten niet altijd gerechtvaardigd. De
artikelen 67 en 69 der Pensioenwet 1922
de Pensioenwetten voor de Zee- en Land
macht en voor de Spoorwegambtenaren be
vatten overeenkomstige bepalingen grij
pen ten deze reeds zeer sterk in.
Ten aanzien van de bezwaren, geuit tegen
het gelijktijdig of achtereenvolgens bekleeden
van pensioengerechtigde betrekkingen, mag
niet over het hoofd gezien worden, dat dit
niet steeds kan worden vermeden, omdat de
kwaliteiten, welke door een bepaalde betrek
king worden vereischt, niet zelden juist in
bijzondere mate voorkomen bij hen, die reeds
een pensioengerechtigde betrekking beklee
den of bekleed hebben.
Verder dient er op gewezen, dat in tal van
gevallen, waarin cumulatie van inkomsten
uit openbare kassen werd gesignaleerd, die
cumulatie het gevolg was van het bekleeden
van politieke functies (wethouder en gedepu
teerde), waarop uit den aard der zaak de
regeering geen invloed kan uitoefenen.
Tot een goed begrip van den omvang dezer
cumulatie diene dat een onderzoek heeft aan
getoond, dat in tal van gevallen het genot
van deze politieke wachtgelden of pensioenen
is beperkt wegens het genot van inkomsten
uit arbeid of bedrijf, nk het ontslag ter hand
genomen.
Uit de verschillende reeds getroffen maat
regelen blijkt, naar de meening der regeering,
dat de cumulatie van inkomsten uit openbare
kassen reeds zeer beperkt is. In het thans
ingediende wetsontwerp wordt voorgesteld de
bestaande regeling te vereenvoudigen, voorts
in de cumulatiebeperking te betrekken ver
goedingen, genoten wegens het bekleed hebben
van politieke functies en verder regelen te
stellen voor toekenning van deze vergoe
dingen.
Eenige opluchting voor de rest
van het kwartaal, wat betreft den
uitvoer naar Duitschland.
In den henarden toestand van den tuin
bouw is tenminste weder eenige opluchting
gekomen, doordat de stap, die de, in het
Centraalbureau voor de Veilingen vereenigde
Veilingsvereenigingen b(j minister Gelissen
gedaan hebben om te verkrijgen, dat er op de
clearing nog wat geld beschikbaar gesteld zou
worden om den vastgeloopen uitvoer naar
Duitschland weder eenigszins op gang te bren
gen, tot op zekere hoogte succes gehad heeft.
Naar gebleken is, heeft men er voor d©
resteerende dagen van het kwartaal iets op
gevonden, zoodat de uitvoer in beperkte mate
kan worden hervat.
o
Een motie van verzet.
Tegen Zaterdagmiddag had het comité ter
behartiging van de belangen, van overheids
personeel te 's-Gravenhage een vergadering
belegd ter besprekingen van het Bezuini
gingsontwerp en van de aanpassingspolitiek
der regeering.
Sprekers waren de heeren Van Driel en
Vijlbrief.
De voorzitter las een motie voor welke in
de 16 vergaderingen, Zaterdagmiddag door 't
A.C.O.P. gehouden, in stemming zou komen.
In deze motie wordt verzet aangetcekend te
gen onderscheidene voorstellen uit het Bezui
nigingsontwerp en met name tegen de ver
slechteringen van het Overheidspersoneel.
De motie werd met algemeene stemmen
aangenomen.
DE ELECTRICITEITSTAKIEVEN IN
NOORD-HOLLAND.
Dezer dagen heeft te Alkmaar een gecom
bineerde vergadering der besturen van de
vier districten van den Koninkl. Midden
standsbond in Noord-Holland plaats gehad.
De leiding dezer vergadering berustte b(j
den bondsvoorzitter, den heer Ed. G. Schür-
mann uit Rotterdam, terwijl tevens aanwezig
waren de heeren J. J. Korff uit Amsterdam,
lid van het Hoofdbestuur en F. L. van der
Leeuw, uit Den Haag, directeur van het
Bondsbureau. Ook verscheidene afdeelingen,
uit alle deeien der provincie hadden afge
vaardigden gezonden.
Als eenig onderwerp van bespreking was
aan de orde: de tarieven van het P. E. N.,
waaromtrent uitvoerig werd gediscussieerd.
Tal van bezwaren werden daarbij onder het
oog gezien.
Tenslotte werd het voorbereiden van ver
dere stappen bij de bevoegde instanties opge
dragen aan een commissie, bestaande uit de
heeren M. W. Wiewei te Amsterdam (dis
trict X), W. D. Niestadt te Schagen (dis
trict XI), W. P. Schoonman te Wormerveer
Feuilleton.
10)
en
„En nu, het geheele partijtje ga mee!"
riep een gebiedende stem. Jack giste dat alle
aanwezigen geprest werden om mee te gaan
naar het dichtstbij gelegen politiebureau, om
daar tot den volgenden morgen In de cellen
opgesloten te worden. Vervolgens zouden zij
beschuldigd worden van het bezoeken van
een verdacht speelhol, waar de schandaligste
dingen voorvielen. Hij moest het meisje op de
een of andere wijze zien te bevrijden. De
schande zou haar den dood aandoen, en den
braven ouden Bob Willen den nekslag ge
ven.
„Blijf dicht bij mij, Miss Willen," fluisterde
hij. „Ik heb buiten een taxi wachten, en de
chauffeur weet wat ik van hem verlang.
Zoodra wij buiten op straat gekomen zijn, zal
ik de aandacht van die kerels" met een
blik naar de agenten „afleiden, en dan
moet ge uw kans gekomen achten. Zet het
op een loopen, en spring in de taxi. Hier is
wat geld, dat u aan den chauffeur moet ge
ven." Hij drukte haar de beloofde f 5 in de
handen.
„Ik ben zoo angstig!" fluisterde zij terug,
op een toon, die Carstairs liet smachten van
verlangen om haar in zijn armen te drukken
en haar te troosten.
„Dat begrijp ik, lieve; houd je evenwel
nog een oogenblik goed, en laat alles aan
mij over."
Zijn stem boezemde vertrouwen in. Zij
hing aan den arm van Carstairs, toen de po
litiemannen hun levende vangst als een kudde
schapen de trap afdreven, en vervolgens de
straat op.
Jack Carstairs liep voortaan, met Maisie
Willen, die zich als een klit aan zijn arm
vasthield. Hij was op het punt alles op haren
en snaren te zetten.
Zou de taxi-chauffeur zijn belofte nageko
men zijn? Dat was de levensvraag, waar het
op aan kwam.
Hij had aan Daniël William Smith niet be
hoeven te twijfelen. Dit snel bevattelijk heer
schap had alvast de voorzorg genomen het
nummerbord van zijn taxi te verwijderen, en
wachtte nu op een paar ellen afstand van
den uitgang.
Zijn uiterlijk mocht het niet laten vermoe
den, maar Daniël William Smith bezat iets
van den Don Quichotte; het was een lief
hebberij van hem, zoo nu en dan tegen een
windmolen te vechten. De politie had nco't
tot zijn dierbare en naaste vrienden behoord.
Hij voelde sympathie voor Carstairs, ten
eerste omdat hij was wat Smith zelf als een
„echt, onvervalsch heer" betiteld zou hebben,
ten tweede om zijn vorstelijke mildheid.
biljet van vijf pondnu, daar kon
je gerust wat op wagen!
Toen Carstairs naderde, het meisje aan
zijn arm, ving Smith, toen hij omkeek, een
blik van eerstgenoemden op. De chauffeur
knikte, want hij had den toestand met één
oogopslag begrepen.
Carstairs veegde onmiddellijk een ruimte
om zich heen schoon, en trok het meisje voor
waarts. Een detictive, die hem in den weg
trad, werd door een opstopper met de vuist
van den voetballer neergeslagen.
en
Een
Toen volgde een episode van snel, hard
handig en ruw handelen, maar niettegen
staande de politie gewoon was om relletjes
als deze snel en degelijk den kop in te druk
ken, trad zij bij deze gelegenheid niet vlug
genoeg op. Met opoffering van de helft van
zijn overjas, zijn boord en zijn hoed, zag de
Hon. John Carstairs, het meisje half in zijn
armen dragende, kans om naast de taxi te
komen en Maisie er in te duwen.
„En nu weg, als de bliksem!" chreeuwde
hij, en trouw aan zijn woord en belust op de
toegezegde 5, liet Daniël William Smith
zijn vehikel vooruitschieten, onder een heesch
gebrul, dat voor de eene helft een gejubel en
voor de andere ct uitdaging moest betee-
kenen. Hij scheerde langs een detective, die
beproefde op de treeplank te springen, en hoe
wel aan alle zijden op poiitiefluitjes gebla
zen werd, was hij weldra in de nachtelijke
duisternis verdwenen.
Bleef over, Carstairs een vergenoegd
glimlachende Carstairs.
Beste, brave mannen!" riep hij op den
luchthartigsten toon, toen hij alweer van de
been geknokt werd, „waarom al die opwin
ding? Dit is immers geen roeiwedstrijd!
Houdt je bedaard ik zal „rustig meegaan"
zooals jullie dat noemen!"
Toen hij opgeheschen was, maakte hij een
droeven indruk. Maar toch glimlachte hij, om
dat hij zich gelukkig gevoelde. Hij had vol
bracht wat hij zich voorgenomen had; hij had
een onschuldig meisje voor een gruwelijke
schande behoed.
Hij wenkte den chef van de afdeeling agen
ten, en de inspecteur liep met loome schreden
naar hem toe.
„Dit zullen we onthouden!" riep hg drei
gend.
„Onthoud alles wat je wilt, brave man.
Maar dit zal ik jou zeggen: die jonge dame
werd binnen de Lotus-Club gelokt door een
schoft, dien ik half vermoorden zal, zoodra
ik hem te pakken krijg. Zij was volkomen
onschuldig; zij wist niet naar welke plaats
men haar gebracht had"
„Maak dat je grootje wijs!" schimpte de
ander.
„Ik proheer het jou aan het verstand te
brengen! Daarom had ik mij voorgenomen
om haar te laten ontsnappen. Haar geheele
leven zou vernietigd geweest zijn als jullie
haar in je vuile klauwen gehouden hadden!
Wat mij betreft, het kan mij totaal niets
bommen nu niet meer!''
En de Hon. John Carstairs liet van geluk
een uitdagend lachje hooren.
HOOFDSTUK VH.
Een opschudding in de Samenleving.
De samenleving is behept met vele zonden,
maar heeft deze liever niet over de geheele
wereld uitgebazuind. Het melding maken
daarvan in de nieuwsbladen, is voor de be
voorrechten der maatschappij uit den booze.
Mondje dicht, is het parool; „als de buiten
wereld het maar niet weet," is hun lijfspreuk.
Maar, als je zoo ongelukkig bent, dat de
buitenwereld het in den neus krijgt, dan is
het niet meer dan billijk dat je er de straf
voor draagt. Dien nacht werden geruchten
op de vleugelen van den wind verspreid, met
het gevolg, dat toen het Lotus-nachtclub-
geval in behandeling genomen werd door den
politie-rechter, die al zoo tallooze sensatio-
neele zaken berecht had, een groot deel van
de publieke tribune ingenomen werd door
geparfumeerde, zoo niet in deii reuk van
heiligheid staande dames, de vtrtegenwoor-
rtigsters van de Samenleving, op het top
punt van nieuwsgierigheid.
Want ga eens na: de Hon. John Carstairs,
die er van beticht werd In den afgeloopen
nacht alle fatsoen opzettelijk met de voeten
getreden te hebben, was de drager van een
trotschen naam, de erfgenaam van een reus
achtig vermogen. Die hoovaardige en onbe
rispelijke edelman, Lord Overton, was zijn
vader.
Uithoofde van zijn naam en zjjn maat
schappelijke positie werd Carstairs „het
neusje van den zalm" in het geval. De be
schuldiging tegen de ongewenschte vreem
delingen, wegens het exploiteeren van de
Lotus Club als een verzamelplaats van „wel
bekende individuen van verdacht allooi",
waar cocaïne en andere verdoovende midde
len mild verstrekt werden, verloor in de
oogen van hen, die nu naar de zitting ge
stroomd waren, alle belangrijkheid, die ze
anders gehad zou hebben, en bij het nég
grootere aantal nieuwsgierigen buiten, dat
in de zaal geen plaats had kunnen krijgen,
was het niet anders gesteld, nu de naam
van „den Hon. Jack Carstairs" er mee ge
moeid was
Het volgende gebeurde, nadat al degenen,
die gearresteerd waren als bezoekers van
„dit voorportaal der hel", zooals een ver
slaggever met een bloemrijke pen het later
beschreef, in een rij vóór de bank der be
schuldigden opgesteld waren, welke laatste
gereserveerd was voor hen, die de club ex
ploiteeren.
De chef van de brigade, die den inval ver
richt had, zat in de getuigenbank. Hjj hield
een opschrijfboekje in de hand, en daaruit las
hij de namen van hen, die daarbij gearres
teerd waren, voor Toen hij aan den naam
„de Hon. John Carstairs" gekomen was,
wierp getuige een blik naar den magistraat.
„U heeft nota genomen, sir, van het bizon-
dere feit, aan dezen delinquent bovendien ten
laste gelegd?"
Het publiek hield hoorbaar den adem in,
en toen klonken de koude, snijdende woorden
van den rechter.
„Ik heb van die bizondere beschuldiging
nota genomen; ze zal behandeld worden na
afhandeling van de zaak in haar geheel."
Alweer die zuchten van verbazing in de
zaal ditmaal hoorbaarder! De loopend©
geruchten waren dus niet overdreven! Wat
zou zijn vader, Lord Overton, daarvan zeg
gen Toen het opgewonden gekwetter, dat
zelfs de deurwaarder niet bjj machte was
geheel te onderdrukken, tot hem doordrong,
kwam Jack pas voor de eerste maal tot het
besef van den ernstigen toestand, waarin hfl
zich geplaatst had. Tot nog toe had hjj het
voorval van dien nacht, voor zoo ver hij er
zelf bij betrokken was, slechts als een koste
lijke grap beschouwd.
Maar hier, op deze plaats, zaten pers
mannen, die alles opschreven, om straks zijn
naam naar alle vier hoeken van het Rijk te
broadcasten, nog gezwegen van vele venijnig©
tongen, die dagen achteen niet zouden op
houden hun laster uit te braken.
Hij beet zich op de lip, toen hg aan zijn
vader dacht dien kouden, stuurschen man,
die zgn goeden naam, z\jn familie-eer, met
een bijna fanatieken ijver bewaarde. Hij was
dankbaar dat Lord Overton de zitting, te
midden van die op schandaal beluste me
nigte, niet persoonlijk was komen bijwonen.
Maar dan ook weer, was een politie-hof de
laatste plaats, waar zijn vader waarschijnlijk
een voet zou zetten.
(Wordt vervolgd