Xig.TERT.IC
Wat jullie lekker vinden
De geheimzinnigheden
van de wereld worden
ontsluierd
PAG. 6
ZATERDAG 24 AUGUSTUS 1935.
1 5
Beste jongens en meisjes.
Het was de vorige week te laat om nog
in 't Kinderhoekje een praatje met jullie
te maken en je m'n plan voor de winter
mee te delen. Zoals je misschien gelezen
hebt, komen er weer Kindermiddagen, die
even gezellig beloven te worden als die
van vorig jaar. Nu heb ik in de Helder-
sche Courant van Zaterdag een oproep
geplaatst aan meisjes die mee willen wer
ken aan het programma. Het gemeen
schappelijk zingen van een liedje en het
uitvoeren van een volksdansje. Woensdag
middag j.1. moesten zij zich opgeven, in
het jongenstroephuis van de Padvinders
aan het Dijkje, waar de beide leidsters
van het vorig jaar hun namen en leeftijd
zouden noteeren.
Nu was het Woensdag nog vacantie en
velen van jullie waren dus nog de stad
uit, bovendien was het heel warm, zodat
de anderen op het strand of in de duinen
lagen te genieten. Gelijk had je. Het ge
volg is evenwel geweest, dat niet vol
doende deelneemstertjes zich hebben aan
gemeld. Dus stel ik de gelegenheid nog
eens open en dan aan het eind van de
vacanties, zodat jullie allemaal in de stad
zijn, n.1. Donderdag a.s. om 4 uur-
Wie mogen zich nu aanmelden, zullen
jullie vragen. Nu, meisjes van 11, 12 of
13 jaar en liefst meisjes die wel eens op
een zangclubje geweest zijn of die van
zingen houden. De eerste Woensdag van
September wordt met de repetities begon
nen en dan verder iedere Woensdag van
4 uur 's middags, tot ongeveer half 6. Veel
tijd vraagt het dus niet en dan gaan we
het laatst van October en in de maand
November naar Texel, naar Wieringen,
naar Breezand en Anna Paulowna en
misschien nog naar andere dorpen en
natuurlijk vergeten we Den Helder piet.
Zij, die dus graag deel willen uitmaken
van ons clubje, 't kost natuurlijk niets,
moeten zich Donderdagmiddag om 4 uur
vervoegen aan het jongenstroephuis aan
't Dijkje. In 't Juttertje van volgende
week worden dan de namen gepubliceerd
van het twaalftal dat meegaat, 't Spreekt
vanzelf, dat je toestemming moet hebben
van vader en moeder.
Kindervriend.
Dadels.
De dadelboom groeit in Arabië, Egypte,
Ethiopië, Palestina, Syrië. In Azië en in
Oost-Indië komen de bomen niet zoo veel
vuldig voor. In deze landen worden zij
wel vaak aangekweekt zoals in West-
Indië het geval is. Zelfs vindt men de
dadelboomen in de gebergten van Spanje
en Portugal, maar hier groeien zij niet zo
snel en gemakkelijk. In Frankrijk, Enge
land, Duitsland, Nederland en België
kan men de dadels niet andenrs dan in
bakken of groote tobben houden, wil men
ze bewaren en dan moeten deze bakken
des winters nog goed op temperatuur
worden gehouden.
De dadelboom heeft een rechte, dikke,
ongetakte stam, welke aan de top is ge
kroond met veerachtige twijgen. De twij
gen zijn ongeveer driekwart meter lengte,
driehoekig dun en aan weerskanten bezet
met rietachtige bladen, welke in het mid
den zijn toegevouwen, zoals bijgaand
prentje duidelijk te zien geeft. Deze bla
deren hebben een scherpe punt, zelfs zo
scherp, dat men zijn hand er aan zou kun
nen openhalen. De twijgen van de dadel
boom beschutten den reiziger, die onder
de boom verkoeling zoekt, voor de felle
zonnestralen. Deze dadeltwijgen worden
dooor de Arabieren vaak als zonnescherm
gebruikt
De hoogte van de dadelboom is vijf
zes meter; de dikte ongeveer ean halve
meter. Hoe hooger de boom is, des te dik
ker is meestal de stam. De dadels, welke
bijna tegen de stam zitten, zijn, wanneer
zij volkomen rijp zijn, ongeveer zoo groot
als een pruim.
De vorm van de dadels verschilt ook
niet veel met die van een pruim. De kleur
is rood of geel, soms met leverlei veran
deringen op verschillende boomen. Ook
vallen de vruchten in het eene land gro
ter, vaster en kleiner van steen, dan in
het andere. In de hierboven genoemde
Oosterse landen maken de dadels een
voornaam onderdeel van het dagelijks ge
recht van de bewoners uit. Zij worden dan
gegeten met suiker, of wel tot een soort
van jam gemaakt, welke door de rijst
wordt gedaan. Ook in de geneeskunde
speelt de dadel een rol. In Arabië worden
de dadels dikwijls als een geneesmiddel
voor een of andere kwaal aangeprezen.
Het hout van de dadelboom is niet bij
zonder nuttig. Men kan het niet overal
voor gebruiken. Ook voor het branden is
het niet geschikt, omdat het sponsachtig
is. Van de bladeren der dadelboomen
vlecht men korven, of eigenlijk een soort
van zakken, welke men als reismanden
gebruikt of welke men op de ezels en an
dere lastdieren legt.
Van het draadachtig weefsel, waarmee
de stam van de dadelboom bezet is, maakt
men een goed touwwerk, dat tamelijk
sterk is.
Het inzamelen van de dadels is een las
tig werkje, want de stam van de boom
is hoog, zoals wij hierboven reeds zeiden
en dan daarbij hebben plukkers, die in de
toppen moeten klimmen, geen steun aan
zijtakken, want de dadelbomen hebben
geen zijtakken. Het plukken van de vruch
ten geschiedt met behulp van lange tou
wen, waarin lussen zitten. De jongens,
zooals de Arabise jongens zijn zeer be
dreven in het plukken van dadels. Zij wer
pen de touwen met de lussen aan het
eind de lucht in; het touw slingert zich
netjes om de boom. Wanneer het tonw
goed stevig zit, klimmen zij erlangs in de
boom en bij handenvol worden de vruch
ten dan naar omlaag gegooid; juist in de
groote lakens, welke rond de bomen zijn
gelegd. Zoodoende gaat geen enkele dadel
verloren.
PETER'S EERSTE FIETS.
Peter kreeg een rijwiel, ad was het dan
ook maar een kleintje, en al had het
rijwiel dan ook drie wielen en geen ketting
en kettingkast, zoals kleine Peter dat
had gehoopt. Maar toch een kleine fiets,
waar de buurjongens trots op waren, en
die je echt schoon kon maken en in een
fietshok kon zetten bij de andere, „grote"
fietsen. Of Petertje blij was? De geheele
daLg, zodra hij uit zijn schooltje kwam,
was hij in het fietsenhok bezig.
Moeder deed hem dan zijn speelpak aan,
dan hoefde Peter niet zo bang te zijn,
dat er olie en wagensmeer aan zijn buisje
en broekje kwam. Aan dat speelpak had
Peter altijd zo'n hekel, want Kees, zijn
negenjarige broer, vond hem daarin net
„een jongetje" en om dat „jongetje" kon
Peter toch zo boos wordenMaar nu be
merkte hij niet eens, dat hjj dat kinder
met rubber handvaten en trappersof
nee pedalen. Nou, hoe vin' je 'm?"
Peters nieuwe vriend stond sprakeloos.
Zo'n fijne fiets had hij nog nooit gezien.
„En wat blinkt die fijn hè," ging Petertje
trots verder. „Ik poets 'm elke dag
Peters vriendje durfde nauwelijks te vra
gen, of hij de nieuwe fiets even probeeren
mocht, maar Peter, zoo klein als hij was,
begreep wel, dat Koos ook wel eens graag
wilde fietsen. Daarom zei hij gul en een
beetje gemaakt onverschillig: „Nou, zeg,
je mag mijn wagen wel even proberen
hoor." Koosje was in de wolken en zat in
een wip op het nieuwe fietsje. Kostelijk
liepen de wieltjes en hoewel zijn beentjes
maar kort waren, kon hij er toch gemak
kelijk bij. Koosje juichte, toen hij de ge
hele tuin van Peters huis had omgereden.
„Nu," zei Peter, blij, dat Koosje zijn fiets
ook zo schitterend vond. „Als je morgen
een beetje vroeg van school komt, mag
je er weer op." „Fijn Peter," riep Koosje,
„ik zal reuze vroeg uit school komen
dag!" en weg was hij. Peter keerde terug
naar zijn fiets. Hij moest nodig worden
afgeboend. Koosje had met het voorwiel
zo maar in een regenplas gereden
ach tig kruippakje met de blinkende
knoopjes droeg. Hij had alleen oog voor
zijn fiets, zijn „kar", zoals hij groten
Kees napraatte.
„Kom eens even naar mijn nieuwe fiets
kijken," zei Peter op een middag tegen
een nieuw schoolvriendje. „Kijk. hier staat
hij in het hok. de zitting is van hout.
maar vader zegt, dat de rest van metaal
is. En kijk eens naar die wielen. Gummi
banden, die je op kunt pompen. Een stuur
De Indiërs en de „grote vliegende
Vogel". - Het fotograferen van
land uit vliegmachines
door
Mevr. M. Jansenv. Deventer.
De Indische Radjah en zijn ministers
schudden hun hoofd, en kijken de lange,
magere Engelsman vol verbazing aan. Zij
hebben hem gevraagd om te komen. Hij
moet namelijk voor hen werken, en pro
beeren om iets te volbrengen, dat hij
zo denken de Radjah en zijn ministers ten
minste toch onmogelijk kan. Ze hebben
gehoord, dat deze Engelsman vanuit een
vliegende machine foto's van de ondoor
dringbare oerwouden kan maken, oer
wouden, die bijna twee derde van het hele
land bedekken! Nog nooit is het iemand
gelukt, om er dóór te dringen; het is er
erg geheimzinnig in die bossen.
De Radjah zelf weet van die bossen
niet méér, dan dat de mensen, die hij in
de oerwouden stuurde om de daarin
levende stammen belasting te laten be
talen, nooit terugkeerden. En deze Engels
man vertelt, alsof hij het doodgewoon
vindt, dat hij foto's van de bossen zal
nemen hij wil het tenminste proberen
en de ministers vertellen precies, waarom
zij die delen van het land gefotografeerd
willen hebben.
De tolk vertaalt alles wat de heren
zeggen, voor de Engelsman, en wanneer
die gehoord heeft, wat er van hem ver
langd wordt, verlaat hij het paleis, terwijl
de ministers hem glimlachend nazien en
naar hun voorhoofden wijzen!
Er gaat enige tijd voorbij, en de Indische
ambtenaren horen rare dingen van de
Engelsman en zijn blanke vrienden, en
ook over twee zilveren vogels, die meer
lawaai maken dan milllarden wilde bijen.
De grote vogels dalen op het water neer.
Hoe dat mogelijk is begrijpen ze niet,
maar wéér is het!
Dan, op een goede dag, komt de Engels
man weer in het paleis. De ministers
komen bijeen. Grote rollen papier worden
op de prachtige marmeren tafel uitge
spreid en de heren zijn allemaal stom
verbaasd! Ze zien foto's, bijna twee meter
groot en een reusachtig deel van het land
is er op te zien. En zij zjjn zó schérp, dat
alles precies te zien is!
En alle foto's vormen één geheel net
een puzzle!
Nu neemt de Engelsman een eigen
aardig instrument in zijn hand, en zet het
op de foto's. Alle ministers zien één voor
één door het instrument, en ze slaken
kreten van bewondering, want alles wordt
opeens groter. Prachtig kun je nu
zien! De ene boom kun je van de
onderscheiden. Het oerwoud i§ an<^ere
helm meer! g6en W-
En niet alleen vindt men op de
de verborgen woningen van toeko 8
belasting-betalers, wat natuurlijk"8''86
groot voordeel is. Maar nu kunnen d 860
wouden doorkruisd worden, en welk
schatten zullen er nu niet gevonden
den! Misschien prachtige houtsoort^"
petroleum en ertsen. h,
Meestal denken de vorsten van d
landen niet aan die laatste mogelijkhed
Maar wanneer ze dat wel doen, verand'"'
er opeens reusachtig veel in zo'n ia
Alles ziet er dan anders uit - en er wo di
veel verdiend. Allemaal dank zij de mare
Engelsman, die van de ene staat naar
andere reist, en de vorsten van die lande
helpt.
Hij is in dienst van de maatschappij, die
veel verdient op deze manier. Het ij de
„British Air Survey Company". 54.837
vierkante mijlen land in alle delen der
aarde heeft deze maatschappij nu al ge
fotografeerd. Het ene geheim na het
andere werd ontsluierd!
Deze firma begon haar werk met het
fotograferen van de Irawadi-delta in op
dracht van de regering van Burma. Dat
was in de tijd dat men in Indië nog hele-
maal niet gewend was aan vliegmachines,
en de Engelschen hadden veel moeite ont de
Indiërs voorzichtig met de toestellen te
laten omgaan. Ook duurde het een heel
tijdje, vóórdat er een overgehaald kon
worden, om een reisje per vliegtuig te
maken. Jullie zouden zeker niet aarzelen,
wanneer iemand zo iets voorstelde! Maar
de Indiërs voelden er niet erg veel voor.
En wanneer er eentje overgehaald werd.
Y/as hij later stom verbaasd, dat hij een
afstand met de „witte vogel" aflegde in
vijftig minuten, terwijl hij meer dan twèe
dagen nodig had om per motorboot terug
te komen.
Daarna fotografeerde deze maatschappij
in opdracht van den Radjah van Sarawak
4.000 vierkante mijlen land. Men ontdekte
toen voor de eerste maal de geloetong-
boom, welke het product levert, die de
Amerikanen voor hun kauwgom kopen.
Toen moest de maatschappij grote stuk
ken van de Witte Nijl en omgeving foto
graferen. Jaarlijks hebben daar reus
achtige overstromingen plaats, en men
wilde, met behulp van goede kaarten, die
plekken van dammen voorzien.
De piloten van de „Air Survey Com
pany" worden de laatste tijd ook gebruikt
om grote rivieren in onbekende gebieden
te fotograferen. Daarbij worden dikwijls
nieuwe zandbanken ontdekt
Ook bfl het aanleggen van spoorwegen
vraagt men deze piloten om hulp. Ze
moeten dan de kortste en goedkoopste
route trachten te vinden. En zo worden
langzamerhand alle geheimen der aarde
ontsluierd!
WAT DE ZON IN DE TROPEN VERMAG
Op de oever van het Nyaisameer ligg®
grote, kilozware stenen, die overdag deer
de zon zo sterk worden verhit dat iemand,
die zfln hand op de stenen zou leggen, het
vel zou verbranden. Zoals je weet gaat de
zon in de tropen heel snel onder. Binnen
een half uur kan het daglicht in diepe
duisternis zijn veranderd. 'Hierdoor komt
het ook, dat alles dan snel afkoelt en de
stenen, welke eerst nog zoo heet werden,
worden zo gauw Jjskdud, dat de bovenste
steenlaag afbreekt Dergelijke stenen lig'
gen ook op rotsgebergten en meer dan
eens komt het voor, dat de stenen in de
nacht afbrokkelen en met een vreselijk ge-
raas naar omlaag storten. De tropische
zon kan een geweldig verwoestende o»"
werking hebben, vooral op steenmassa*
Er worden zelfs ontzaggelijke steenbrok-
ken in de dorre, onvruchtbare Sahara ge
vonden, de geleerden beweren, dat deze
stenen afkomstig zijn uit vulkanische ge
bieden. De stenen zouden, volgens hen, me
een geweldige kracht omhoog zjjb Sf
gooid (door de hitte en de werking van e
vulkanen) en in de woestijnen terecht zïD
gekomen.