De oorlog in Abessinië.
DEKENS
DEKENS
DEKENS
Laatste berichten.
DEKENS
HELDERSCHE COURANT VAN.
DONDERDAG 31 OCTOBER 1935.
7
Weer een succesvolle
Kindermiddag van de
Heldersche Courant
Berichten over aanstaand offensief stapelen zich op>
De troepen naderen elkaar. - Intusschen gaan de
diplomatieke besprekingen voort.
75 millioen beschikbaar
voor wapenen en munitie.
De toestand aan de
fronten.
Het front aan de Setit
De onzekerheid over de
Abessijnsche stellingen.
Magalo gebombardeerd. Een
Italiaansch voordeel bij
Gorrahei.
Een treffen tusschen Ras Syoem
en de Italianen.
De Fransch-Engelsche
voorstellen.
Terugroeping van Engelsche
schepen uit de Middellandsche
zee.
Een rede van Hoare.
De toepassing van de
sancties
De toezeggingen inzake de
sancties.
De Italiaansche
maatregelen.
De Ver. Staten en het
conflict.
De verzoeningspogingen.
Het plebisciet voor den vrede
DEKENS
DEKENS
DEKENS
DEKENS
DEKENS
DEKENS
DE ECHTE 200x240
LEIDSE WOLLEN
WESTSTRAAT
Wederom bericht over a.s.
beslissing:.
De vrijwilligers van den dood.
La val zet zijn werk voort.
Voorbereidingen tot den
opmarsch.
Onze hoofd-agent-correspondent te Den
Burg schrijft ons over den feestmiddag:
De roep. die van den Kindermiddag van
vorig jaar was uitgegaan, heeft ditmaal het
verlangen der jeugd om den feestmiddag van
de Heldersche Courant bij te wonen wel zeer
groot gemaakt. Nauwelijks was bekend ge
worden dat hier weer een dergelijk feest ge
geven zou worden, of reeds kwam men van
alle kanten aanzetten om toch maar v00'^
niet te laat te zijn. Sommige cin\\,en'
veraf wonen, waren zoo bevreesd, geen
plaatsje meer te bekomen, dat «de kaar
ten omdat ze geen geld by zich hadden, maar
S 'vooiaat „bestelden" en hun „bestelling"
reeds in den vroegen morgen kwamen halen
om toch vooral aan het feest van de Helder
sche Courant te kunnen deelnemen.
B(j het binnenkomen was het wel een ge
drang van belang, en zelfs waren we be
vreesd, dat er teveel kaarten waren afge
geven, doch ten slotte kreeg toch elk een
behoorlijk plaatsje, en werd niemand teleur
gesteld. De groote bioscoopzaal van den heer
Pen was tot in de verste hoeken gevuld, ja
zelfs mogen we aannemen, dat het aantal
aanwezigen elk record sloeg, er waren ruim
500 toegangsbewijzen afgegeven.
De volle zaal en al die stralende kinder
gezichtjes, in afwachting van de dingen, die
komen zoudsn, leverden een alleraardigst
schouwspel op.
De heer Bijlsma, die evenals vorig jaar, de
leiding van het feest had, opende met een
kort welkomstwoord Spr. wees op de popula
riteit, die de Heldersche Courant in de plaat3
van uitgave heeft en ook in den verren om
trek. Een groote voldoening had de redactie
vooral met de prijsvraag bij de gehouden
winkelweek, te Den Helder, waarbij niet min
der dan 18127 oplossingen waren ingekomen.
Hoewel men met het uitzoeken hiervan nog
niet gereed is gekomen, is een der geestig
ste, die men reeds gevonden heeft, wel de
slagzin: „Zelfs Haille Selassie draagt de Hel
dersche Courant in z'n jassie".
Hierna nam het feest een aanvang.
Als no. 1 op het programma stond ook nu
het Propaganda-lied van de Heldersche Cou
rant, dat door alle aanwezigen uit volle
borst werd gezongen, daarna volgden enkele
alleraardigste zangspelletjes van een twaalf
tal meisjes onder leiding van de dames Die-
trich en Speyer, vervolgens kwamen de speel
man en Jan Katrol, de clown, op de proppen,
die met hun grappen de jeugd kostelijk ver
maakten, de zaal daverde meermalen van het
hartelijk gelach der kinderen. De pauzen wer
den prettig aangevuld door het spelen van
populaire wijsjes, die de jeugd luidkeels mede-
zong. Groot succes had de clown vooral met
zijn vertooning van den jongen met de klep
perhoutjes, die besloten werd met het zingen
van het Klepperlied door alle aanwezigen.
Bij het optreden van den goochelaar werd
deze reeds met applaus begroet, wel een be
wijs, dat ondanks de sterke controle, die men
vorig jaar op Prof. Samir Haoffiem had uit
geoefend, zijn experimenten nog frisch in het
geheugen der Texelsche jeugd lagen. Ook nu
was zijn optreden een groot succes, vooral
het nummer: „De citroen als brandkast" was
een bizonder knap stukje goochelkunst.
De twaalf jongedames uit Den Helder
zongen daarna op verdienstelijke wijze een
drietal alleraardigste liedjes, een Fransch, een
Duitsch en een Hollandsch. Buitengewoon
veel succes oogstte dit twaalftal echter met
de Lichtdansen en met het Maskaradenum-
mer.
Verder trad nog een speelman of muzikaal
wonder op, die op vier verschillende instru
menten bekende kinderliedjes speelde, waar
bij de jeugd zich niet onbetuigd liet. Groot
succes had ook de snelteekenaar, die met en
kele lijnen keurige dierenfiguren teekende,
en die door den clown op koddige wijze tel
kens in zijn arbeid werd gestoord. Daarna
gaf de goochelaar nog eenige goocheltoeren.
De tijd verstreek echter zoo snel, dat niet het
geheele programma kon worden afgewerkt,
daar het Heldersche gezelschap weer met de
laatste boot moest vertrekken. Tot groote
vreugde der kinderen werd onder de aan
wezigen nog een tiental aardige prijsjes ver
loot, en tot slot kregen de kinderen nog een
reep chocolade, waarna allen zonder uitzon
dering hoogst voldaan huiswaarts keerden.
De redactie van de Heldersche Courant
heeft opnieuw getoond de jeugd volkomen te
begrijpen, en aan allen weer een middag van
onvermengd genot geschonken.
SIEM DE WAAL VEltTELT VAN ZIJN
FIETSTOCHT DOOK 13 LANDEN.
Voor een uitstekend bezette zaal heeft gis
teravond in hotel „De Oranjeboom" de be
kende Esperanto-propagandist-relziger S. de
Waal, een ver haal gedaan van zijn dezer dagen
beëindigden fietstocht. De bijeenkomst werd
geopend door den voorzitter van de Texelsche
Esperanto-vereen., den heer M. J. Oele, die er
op wees, dat dit de 2e speciale Siem de Waal
avond was, die de vereeniging kon geven. De
groote opkomst meende spr. voornamelijk te
moeten toeschrijven aan het verlangen van
velen om den sportleven peddelaar eens over
z'n interessante reis te hooren vertellen. Hierna
verkreeg de jeugdige wereldreiziger het woord,
die zonder eenige inleiding direct begon met
z'n reisverhaal. Hij vertelde dan hoe hij den
eersten dag naar Ede is gefietst, waar hij dien
nacht zijn intrek had genomen bij de familie
van een Esperantiste, die hij op een van zijn
vorige reizen in Stockholm had leeren kennen.
Den volgenden dag reisde hij naar Venlo waar
h\j voor het eerst in de openlucht sliep in zijn
slaapzak, hetgeen hem uitstekend beviel; den
volgenden morgen stak hij daar de Duitsche
grens over.
Interessant vertelde Siem nu verder over zijn
tocht door Duitschland en vooral ook over zijn
tocht over de Alpen, die hij met een Esperanto-
vriend maakte. Vooral zijn verblijf in het ge
bied van de eeuwige sneeuw had daar op hem
den grootsten indruk gemaakt. Door Italië en
op een groot deel van zijn verdere reis werd hij
vergezeld door een Esperantist, een student
uit Wenen. Siem vertelde ons alleaardigst van
zijn tocht door geheel Italië waarvan zjjn be
zoek aan den Krater van den Vesuvius de clou
vormde. Verder gaf hij een keurige beschrij
ving van zijn zeer moeilijken tocht langs de
Noordkust van Afrika, vooral zoo moeilijk, om
dat ze aanvankelijk te ver naar het Zuiden
waren getrokken en door de uiterst slechte
wegen en het gebrek aan drinkwater de tocht
daar met zooveel moeite gepaard ging.
By Oran staken de Esperantisten de Mid-
dellandsche Zee over naar Spanje waar Siem
ook zeer interessante ontmoetingen heeft ge
had, zelfs woonde hij te Madrid een der groot
ste stierengevechten bij. Hy vertelde dan ver
der over een bezoek aan het smokkelaarsnest
Andora en zjjn reis door de Fransche en Ita-
liaansche Rivièra en de Po-vlakte naar Weenen.
Vandaar uit maakte hij met zijn vriend een
tocht door Hongarije. De terugtocht maakte
Siem alleen door Tsjecho Slowakije en Duitsch
land; op dezen terugtocht had hij aanvankelijk
met zeer regenachtig weer te kampen, hoe
dichter hij echter Holland naderde hoe beter
het weer werd en toen hy in minder bergach
tige streken kwam, legde hij meermalen 250
km per dag af.
Hoewel Siem zeer beknopt was in zijn ver
telling duurde zjjn reisverhaal van 9 uur tot
half twaalf. Daarna werden door den heer
Duinker nog een tweetal films vertoont, de
eerste had betrekking op het Esperanto-leveri
op Texel en het vertrek van onzen reiziger
naar het Zuiden. Een zeer klein gedeelte van
deze film was door een Esperanto-vriend in
Italië voor Siem opgenomen. De tweede filni
had betrekking op Spanje, doch was niet
tijdens den grooten fietstocht opgenomen. Siem
de Waal vertelde nog hoe verbazend veel dienst
hij heeft gehad van zijn kennis van het Es
peranto overal ontmoette hij Esperanto-be-
oefenaars en menigmaal heeft een Esperanto-
vriend hem en zijn medereiziger een gastvrij
onthaal bezorgd.
Volkomen onvoldoende geneeskundige
verzorging. Abessinië kan het vier
jaren volhouden. Groote veldslag
in het Noorden verwacht.
(Van onzen specialen correspondent
W. F. DEEDES).
Addis Abeba, Woensdagavond.
Abessinië is nu in staat om, indien noodig,
een bedrag van minstens 75 millioen aan
wapenen en munitie te besteden, naast de
reeds aangeschafte voorraden. Ik kreeg deze
mededeeling vandaag uit betrouwbare bron.
Ik ben daardoor in staat de eerste authentieke
cijfers over Abessijnsche financieele reserves
te geven.
De regeering heeft op het oogenblik de han
den vol. Nu het wapenuitvoerverbod is opge
heven, wordt alles in orde gemaakt voor zoo
snel mogelijk transport van deze wapenen
naar Abessinië. De noodige papieren zijn nog
niet geteekend en ter plaatse aangekomen,
maar naar ik verneem, heeft de regeering
stappen genomen om het transport met een
minimum van vertraging te doen geschieden.
De wapenen zullen door eenige Britsche leve
ranciers, die in persoonlijke verbinding met de
regeering staan, worden geleverd.
Het bedrag van 75 millioen is uit vier
verschillende bronnen afkomstig. Het bestaat
in de eerste plaats uit het persoonlijke bezit
van den keizer. Haile Selassie, die het geheele
bedrag, zijnde 40 tot 50 millioen, onlangs
aan de ageering heeft overhandigd voor mili
taire doeleinden.
Dit bedrag werd bij een Londensche bank
gedeponeerd en is thans verspreid over Zwit
serland, waar een groot gedeelte is belegd,
over Frankrijk voor een gering percentage,
over Engeland en Amerika. Het geheele be
drag is ter beschikking van de Abessijnsche
regeering.
Daarnaast heeft de regeering eenige mil-
lioenen ontvangen van de diverse „dedzjas-
matsen", „Rassen" en legeraanvoerders uit
alle deelen van het land. Ras Ayeloe leverde
de grootste bijdrage, terwijl de kleinste ont
vangst 5000 daalders bedroeg.
Hier moet aan toegevoegd worden, dat deze
bedragen in twee groepen zijn verdeeld, een
gedeelte is der regeering overhandigd voor
eigen gebruik, terwijl een ander deel haar is
toevertrouwd, speciaal voor het aanschaffen
van wapenen voor de afzonderlijke legers.
Een derde bron van inkomsten bestaat uit
een belasting naar draagkracht, die de regee
ring een jaar geleden heeft opgelegd. Gewone
Ingezetenen betaalden ieder een daalder, an
deren droegen anderhalven daalder bij, naar
gelang van hun inkomen. Een totaal bedrag
van 5 millioen werd door deze heffing bij
eengebracht.
En ten slotte kan de regeering putten uit
een fonds, dat gedurende de laatste vier jaren
door den minister van Oorlog is bijeenge
bracht. Dit fonds, waarin ieder jaar 10 mil
lioen daalders worden gestort, bestaat thans
uit een bedrag van bijna 3 millioen.
Bij de 75 millioen is de schat van Menelik
en de „Adoea-compensatie" niet inbegrepen.
Belde zijn op een plaats begraven, welke al
leen maar den minister van Oorlog, die thans
aan het front is, bekend is.
Mijn zegsman, een hooggeplaatst regee-
ringsambtenaar, is van meening, dat deze be
dragen Abessinië in staat stellen den oorlog
minstens vier jaren voort te zetten zonder in
moeilijkheden te geraken. Hij voegde hier aan
toe, dat de regeering thans geheel zonder
schuld is, daar het ontbreken van credieten
het noodig maakt alles in baar geld te be
talen.
De eenige vrees is blijkbaar de twijfel, of
Engeland en de andere landen, waarmede men
in onderhandeling is, wel in staat zullen zijn
voldoende hoeveelheden wapenen met grooten
spoed te leveren. Een groot gedeelte is na
tuurlijk reeds aangemaakt, zoodra de eerste
opdrachten maanden geleden werden gegeven.
Ik verneem, dat de geweren uit België zul
len worden ingevoerd en de zwaardere wape
nen uit Tsjecho-Slowakije. Engelsche firma's
zullen, in overleg met België, het grootste
deel der munitie leveren.
Ook verneem ik, dat het vertrek van den
keizer naar C^ösié zal worden uitgesteld, tot
dat Abessinië gereed is voor een groot offen
sief in het Noorden. Sommigen hier vreezen,
dat de aanwezigheid van den keizer de troepen
In het Noorden dusdanig in opwinding zal
brengen, dat zij niet terug te houden zullen
zijn.
's Keizers adviseurs trachten hem op het
oogenblik over te halen om zijn troepen voor
uit te zenden naar Dessié en zelf per vliegtuig
te volgen. Het groote leger, dat uit 20.000 ét
30.000 man bestaat, zal er zeker drie weken
over doen, om Dessié te bereiken en men legt
den nadruk op de gevaren van die reis.
Dr. Hoekman is vanochtend uit Dzjidzjiga
vertrokken met eenigen zijner assistenten en
drie waggons, die hij met veel moeite van de
regeering heeft losgekregen.
Een nadere beschouwing van de cijfers, die
ik hier heb weergegeven, doet blijken, dat de
manier, waarop de Roode Kruis-afdeeling is
behandeld, werkelijk ongehoord is. Een bedrag
van nog geen 10.000. dat uit individueele
toezeggingen bijeen is gebracht, is beschikbaar
voor alle fronten gezamenlijk. Het beschikbare
materiaal is zoowel wat menschen als uitrusi-
ting betreft, volkomen ontoereikend. Ik ver
neem, dat de Abessijnsche Roode Kruis-een-
heid over minder dan 100 bekwame helpers
beschikt, terwijl de Italianen minstens 6000
dokters hebben. Toch wordt hieraan niets ge
daan. De regeering schijnt zich niet het minst
bewust te zijn van de misdaad, die zij begaat
door de medische uitrusting harer troepen zoo
te veronachtzamen.
Men verwacht te Addis Abeba, dat vijande-
lijkb- '"o ieder oogenblik zul
len beginnen. Er gaan eveneens geruchten,
dat Ras Seyoem een gedeelte van zijn leger
rond Adoea heeft opgesteld.
(Copyright Morningpost-A.N.P.),
De berichten, dat de Italiaansche opmarsch
in het Noorden nu spoedig verder zal gaan,
beginnen een zekere eentonigheid te verkrijgen.
Gisteren is deze opmarsch opnieuw aangekon
digd en het schijnt, dat generaal de Bonn zich
naar het voorste gedeelte van het front heeft
begeven. De Italiaansche voortrekkers zijn
Makallé thans dicht genaderd, zij hebben eenige
kleinere gevechten' geleverd met ongeregelde
afdeelingen Abessiniërs.
Een groot gedeelte van de Abessijnsche troe
pen die den laatsten tijd naar het Noordelijk
front gezonden zijn, wordt geconcentreerd bij
de Setit, als tegenmanoeuvre vermoedelijk
tegen den Italiaanschen opmarsch die aan den
anderen kant van het front in de richting van
Makallé zou geschieden.
Men maakt melding van een gezamenlijk op
trekken van troepen van ras Syoem en dedzjaz-
matsj Kassa, die tot dusverre Oostelijk van
Makallé zijn troepen in stelling had gebracht,
in Westelijke richting.
Gorrahei aan het Zuidelijk front is nog niet
in handen van de Italianen, doch er bevinden
zich geen Abessijnsche troepen van eenige be-
teekenis in deze stad. Wel hebben gisteren
afdeelingen inheemsche Italiaansche troepen
de Abessijnsche troepen uit het gebied rondom;
Scillave verdreven tot dicht bij Gorrahei.
Te Harrar zijn nieuwe troepen aangekomen,
die over het Zuidelijk front verdeeld zullen
worden. Speciale afdeelingen zullen belast wor
den met de bewaking van de spoorbaan. Dezei
is den laatsten tijd van bijzonder veel belang,
omdat er thans zeer vele wapentransporten
over deze baan geschieden.
Verder zijn zoowel aan het Noordelijk, als
aan het Zuidelijk front de Italiaansche ver
kenningsvluchten met groote activiteit voort
gezet.
t
Reuter meldt uit Asmara:
In het weinig bekende noordwesten van
Abessinië, waar de Setit de grens vormt tus-
schen de vijandelijke legers, duren de vijande
lijkheden thans reeds een maand. In dit gebied
is een overvloed van wild en het oerwoud
wordt afgebroken door koffie- en bananen
plantages.
De Italiaansche ongeregelde troepen houden
hier een front ter lengte van 80 km bezet
tegen kleine Abessijnsche benden. Aan beide
zijden ratelen dagelijks de mitrailleurs. Naar
thans bekend wordt, hebben de Abessiniërs
drie weken geleden getracht de Setit te over
schrijden, doch werden zij herhaaldelijk terug
gedreven. Aan beide zijden werden aanzien
lijke verliezen geleden.
Er is iets huiveringwekkends in den lang-
zamen opmarsch van de Italianen op het
Noordelijk front door de woeste, bergachtige
streek, in achtervolging van een onzichtbaren
vijand. Snel bewegend, in kleine, afzonderlijke
benden, voeren de Abessiniërs een guerilla,
waartegen de Italiaansche artillerie weinig
vermhg. Vandaag begonnen de Italianen hun
stellingen in het dal van de Farasmai te ver
sterken.
De Romeinsche avondbladen schrijven, dat
de Italiaansche voorhoede de laatste dagen in
het gebied ten Zuiden van de lijn Adrigat
AdoeaAksoem goede vorderingen heeft ge
maakt en dat men thans bezig is de nieuw
ingenomen stellingen te versterken. Men is
druk doende met het aanvoeren van munitie
naar de nieuwe fronten en ook worden de
zware kanonnen naar voren gebracht. De
voedselvoorziening van de soldaten levert
geen moeilijkheden op. Men verwacht, dat, nu
de Italiaansche soldaten aan het klimaat ge
wend zijn, het verder doordringen in Tigré een
kwestie van eenige dagen is.
Het oprukken van de Italiaansche voorhoede
heeft geen noemenswaardigen tegenstand
ondervonden. Men houdt echter rekening met
de mogelijkheid, dat de Abessijnsche troepen
de Italianen bij verrassing willen overvallen.
In verband hiermede gaat het verder trekken
zeer voorzichtig, omdat het mogelijk is, dat
de Abessijnsche troepen zich in het gebergte
voor Makallé verborgen houden.
BRITSCHE KODDE KRUISHULP.
Het Britsche roode kruis, dat 79.000 pond
sterling bijeen heeft gebracht voor de orga
nisatie van een eerste hulpdienst in het Abes
sijnsche leger, zal op 17 November het eerste
contingent artsen, medicamenten en verband
middelen naar Abessinië zenden.
Naar men te Rome uit Mogadisco ver
neemt, heeft een escadrille Caproni-bom-
bardementsvliegtuigen de versterkte stad
Magalo in het Zuid-Oosten van Abessinië
gebombardeerd en in brand gestoken. De
vliegtuigen wisten het vuur van het lucht
afweergeschut te ontwyken en kruisten
voortdurend boven de stad, waarop zy
een waren bommenregen lieten vallen,
totdat de Abessijnsche strijdkrachten uit
hun versterkingen in de stad vluchtten
naar de bergen.
Bij een luchtaanval op Gabredarre vloog een
munitiedepot in de lucht.
Nadat de loopgraven rondom Magalo waren
gebombardeerd en de Abessijnsche sotdaten
aldus waren gedwongen hun dekking te ver
laten, vlogen de Italiaansche machines laag
over de vluchtenden heen, die door machine
geweervuur uit de vliegtuigen bestookt wer
den.
Tenslotte wordt nog van Italiaansche zijde
gemeld, dat een afdeeling doebats uit Ita
liaansch Somaliland tusschen Scillave en Cor-
rohei een Abessijnsche afdeeling heeft ver
slagen en 732 geweren heeft buitgemaakt.
Italiaansche verliezen f
Te Addis Abeba zijn koeriers aangeko
men uit het hoofdkwartier van ras Syoem
(waarvan, zooals men weet, de plaats
niet bekend is) met het bericht, dat er
de vorige week een ernstig treffen heeft
plaats gevonden tusschen troepen van ras
Syoem en een afdeeling Italiaansche sol
daten in een dal, zuidelyk van Adoea.
De Italianen zouden zich onder een on-
stuimigen Abessijnschen aanval hebben
moeten terugtrekken, teneinde dekking te
zoeken. Zij zouden zware verliezen ge
leden hebben.
In officieele kringen te Londen scheen men
gistermorgen van meening te zijn, dat de
voorstellen, die te Parijs door Fransche en
Engelsche deskundigen zijn opgesteld, „een
basis zouden kunnen vormen voor een rege
ling van het conflict." Men vindt niet, dat
deze voorstelen aan de Italiaansche regeering
moeten worden gebracht in den vorm van
„tegenvoorstellen". Men verklaart, dat indien
men ze aan Rome moet voorleggen, dit pas
zou geschieden na de eerstkomende zitting
van den Volkenbondsraad.
Toegegeven wordt, dat de beide Fransche
deskundigen, die naar Engeland zyn gekomen
om de samenwerking te bespreken, ook de
Fransch-Britsche samenwerking van de vloot
in de Middellandsche Zee zullen bespreken,
doch geheel in het kader van paragraaf drie
van artikel zestien. Vermoedelyk zal ook de
samenwerking in de lucht boven de Middel
landsche Zee worden besproken.
Als gevolg van deze overeenkomst kan men
het terugroepen van een bepaald aantal Engel
sche oorlogsschepen uit de Middellandsche Zee
verwachten in ieder geval echter den terug
keer van twee linieschepen en verscheidene
kruisers.
De Fransch-Engelsche onderhandelin
gen der laatste weken zouden derhalve,
kort samengevat, het volgende resultaat
hebben gehad. Onder de tegenwoordige
omstandigheden is de wederzijdsche bij
stand der beide vloten overeengekomen.
Het aantal Engelsche oorlogsschepen in de
Middellandsche Zee wordt echter vermin
derd, zonder evenwel tot het normale peil
te worden verlaagd.
Voor latere gevallen is men het er over eens,
dat iedere tegen Italië toegepaste maatregel
voor Frankrijk slechts dan militaire verant
woordelijkheid medebrengt, wanneer hieraan
een gemeenschappelijk besluit der Volken-
bondsmogendheden ten grondslag ligt en Parijs
vooraf zijn goedkeuring er aan gehecht heeft.
Dit is, zoo zegt Pertinax, het Fransch-En-
gelsch accoord, dat in de nota's van 18 en 26
October is vastgelegd.
Geen wijziging in de Britsche
politiek.
In een rede te Chelsea beschuldigt Sir
Samuel Hoare de oppositie kwaadaardige in
sinuaties te hebben verspreid; hij zeide, dat
Eden hem heeft verzocht mee te gaan naar
Genève en dat tusschen hen beiden steeds de
beste verstandhouding heeft geheerscht.
Er is nooit een wijziging gekomen in het
Britsche standpunt inzake het Abessijnsche
geschil.
Sir Samuel ontkent categorisch, dat Enge
land met Italië achter den rug van den Vol
kenbond om tot een oneervolle overeenkomst
zou willen komen.
De geheele wereld weet, dat vele regeerin
gen de mogelijkheid van een vreedzame rege
ling hebben bestudeerd en de Fransche en
Britsche regeering hebben onderhandelingen
gevoerd om tot een basis van besprekingen
te komen.
Indien iets definitiefs voortkomt uit deze
besprekingen, dan is Engeland bereid de eerste
gelegenheid aan te grijpen om het den Volken
bond mede te deelen.
„Ik herhaal, indien een regeling mogelijk
wordt geacht, dan zal deze regeling zijn in het
kader van den Volkenbond en zal deze den
drie betrokken partijen moeten voldoen.
De overgroote meerderheid van de wereld
keurt onze bemoeiingen om een einde te
maken aan dezen hatelijken oorlog, goed,"
Een stroom van toezeggingen op
het Volkenboiidssecretariaat ontvan
gen.
Het volkenbondssecretariaat heeft weer een
indrukwekkend groot aantal telegrammen
van regeeringen over de naleving van de
besluiten der coördinatie-commissie ontvan
gen. In alle werelddeelen leeft blijkbaar het
besef, dat de regeeringen niet mogen aarze
len in de toepassing van hun verplichtingen,
die art. 16 van het Volkenbandsverdrag aan
alle Volkenbondsstaten oplegt en ter uitvoe
ring van welk verdrag de coördinatiecommis
sie bepaalde voorstellen aan de Volkenbonds
staten heeft gedaan.
Verblijdend is, dat ook enkele Zuid-
Amerikaansche staten zooals Argentinië
en Uruguay, die tijdens de besprekingen
van de coördinatiecommissie nog een
eenigszins weifelende houding aannamen
met het oog op het groote aantal Italia
nen, dat in hun land woont, den Volken
bond een telegram fezonden hebben, mel
dende, dat zy desnietetn.in tot toepas
sing van de financieele en oeconomische
sanctiemaatregelen tegen Italië bereid
zijn.
Het Volkenbondssecretariaat heeft van 41
regeeringen de gewenschte mededeeling over
het verbod van wapenuitvoer naar Italië ont
vangen en van resp. 34 en 33 regeeringen het
gewenschte antwoord inzake de financieele en
oeconomische sancties. Bovendien hebben 18
regeeringen uitdrukkelijk bevestigd, dat zy in
beginsel bereid zyn onder voorwaarde van
wederkeerigheid gevolg te geven aan de aan
beveling van de coördinatiecommissie Inzake
wederzijdsche hulpverleening in verband met
de schade, die de Volkenbondsstaten door de
sanctiemaatregelen zouden ondervinden.
Naar men verneemt, heeft de Italiaansche
regeering het plan om het handelsverkeer
met de landen, die aan de sancties zullen deel
nemen geheel stop te zetten respectievelijk
bij de producten die niet onder de sancties
vallen, zooveel mogelyk te belemmeren. Graan
en suiker is er, naar men verzekert, voor
binnenlandsch gebruik in voldoende groote
hoeveelheden aanwezig. Suiker heeft men
zelfs in meer dan voldoende mate.
Reuter meldt nog uit Rome, dat met in
gang van 5 November het vleesch zal worden
gerantsoeneerd, voorloopig voor den tyd van
zes maanden.
Op bepaalde dagen zullen de slagerswin
kels gesloten zyn.
Verschillende syndicaten zullen de visschery
en de jacht meer intens organiseeren.
Behalve dat de regeering maatregelen heeft
getroffen tot beperking van het vleeschver-
bruik, zal tevens gestreefd worden naar ver
mindering der kosten van de staatsbedrijven
alsook van de scholen.
Tenslotte moet ter besparing van kolen de
kantoortijd in principe beperkt blijven van
8 uur 's morgens tot 6 uur 's middags, waar
door het verbruik van brandstof en electrisch
licht zoo laag mogelijk wordt gehouden. Het
denkbeeld, de consumptie door een kaarten-
systeem te rantsoeneeren, heeft Mussolini van
de hand gewezen, daarby uitgaande van het
standpunt, dat óp de beproefde zelfbeheer-
sching van het Italiaansche volk gerekend
kan worden. Met name zal geen wijziging in
treden in den verkoop van brood en meel,
daar de oogst van dit jaar, die 7.7 millioen
ton bedraagt, voldoende is om het binnen
landsch verbruik te dekken.
President Roosevelt heeft een onderhoud
gehad met secretaris van Staat, Huil, en den
ondersecretaris van Staat, Phillips. Wellicht
wyst dit op een a.s. wijziging in het buiten-
landsch beleid.
Ten vervolge op het bericht inzake de ver
moedelijke wijziging in de buitenlandsche poli
tiek van de Vereenigde Staten wordt nog de
aandacht gevestigd op de rede van Huil van
Zaterdag, over het antwoord op de voorstellen
van den Volkenbond, waarin hij zeide, dat de
Vereenigde Staten vasthouden aan het Kellogg-
Briand-pact.
Men veronderstelt, dat het departement van
buitenlandsche zaken het voorbeeld zat volgen
van den vroegeren minister Stimson, toen deze
in den geest van dit pact, weigerde souvereinl-
teitsrechten te erkennen over gebied dat met
geweld was veroverd.
Het bezoek van Drummond aan
Mussolini.
Reuter meldt uit Rome:
De besprekingen van Mussolini en sir Eric
Drummond van Dinsdag kenmerken het her
vatten van de directe besprekingen tusschen
Londen en Rome, nadat deze voor geruimen
tyd verbroken zijn geweest en het contact via
Parijs werd bewaard.
De bespreking kan dus worden beschouwd
als een geruststellend feit in de diplomatieke
actie en bewijst, dat aan beide zyden de ern
stige wil tot onderhandelen bestaat.
Men blyft evenwel van oordeel, dat Enge
land de eerste voorstellen moet doen.
Woensdagavond hadden 39 staten het ver
bod van wapenuitvoer naar Italië uitgevaar
digd. Veel belangerijker is echter de groote
deelneming van staten, die uitdrukkelijk be
vestigden, dat zij ook tot financieele en oeco
nomische sanctie-maatregelen bereid zijn. Het
aantal regeeringen, die een financieele boycot
tegen Italië zullen toepassen, die binnen kor
ten tyd in werking zal worden gesteld is
thans reeds tot 32 gestegen. Niet alleen uit
kwantitatief oogpunt, maar ook in kwalita
tief opzicht is er reden tot tevredenheid.
Nog verblijdender is dat ook 29 regeeringen
zich hebben bereid verklaard tot het toepas
sen der oeconomische sanctiemaatregelen over
te gaan.
Het plebisciet voor den vrede zooals het
DESERTIE UIT HET FASCISME.
Naar wij vernemen hebben de heeren J,
Hessing, Den Haag (Voorzitter), Ir. de B,
Wigersma, Haarlem (ondersecretaris), M. A.
van Hey (secretaris) en Mr. J. A. C. ten
Bokkel, Haarlem (penningmt er)bestuur
van de Nederlandsche Vereeniging tot Studie
van het Fascisme, bedankt als leden van de
N.S.B. Als reden werd opgegeven, dat een
opbouwende samenwerking met de in de
N.S.B. leiendde krachten zooveel moeilijk
heden opleverde, dat de uitgetredenen zich
onverantwoord achten om lid van de N.S.B.
te blijven.
LIJK AANGESPOELD,
Te IJmuiden is een lyk aangespoeld van een
manspersoon, waarvan de identiteit niet kon
worden vastgesteld.
Ongecorrigeerd.
DEKENS
WONING-IN RICHTING
Journal de Nations de rondvraag van het
Volkenbondssecretariaat bij de regeeringen
over de naleving van de sanctie-maatrege
len noemt, Is beantwoord op een wijze, die
voor de zaak van de internationale solidari
teit alleszins bemoedigend is.
Reuter meldt uit Adoea:
Er doen zich steeds duidelijker teekenea
voor van een sterke actie aan het Noordelijk,
en misschien ook het Zuidelijk front. Het is
zeer wel mogelijk, dat men tegelyk in het
Noorden-en het Zuiden een beslissing zal
trachten te bewerken. De verkenningstochten
van de inlandsche troepen in de richting van
Hausien en aan den weg naar Makallé geven
de richting aan van den verwachten opmarsch.
Men verwacht, dat de Italianen zich snel
meester zullen maken van alle wegen, welke
Adrigat verbinden met de dorpen in Tigré die
in handen van de Abessiniërs zyn, teneinde het
vervoer vna de artillerie te verzekeren.
De Romeinsche correspondent van de Pa-
rysche Soir heeft met één der 200 Italiaansche
vrijwilligers van het iuchtwapen gesproken,
die zich hebben aangemeld, om ingeval van
oorlog met een Europeesche mogendheid zich
in hun vliegtuig, met ontplofbare stoffen be
vracht, pylsnel van groote hoogte op het dek
van een oorlogsvaartuig te weipen, in welk
geval zy met de uitbarsting ondergaan. Dit
moet de eenige zekerheid meebrengen, dat een
pantserschip zoo al niet tot zinken gebracht,
toch buiten gevecht gesteld wordt.
De S 79-toestellen kunnen twee bommen
van 1000 kg meevoeren en 400 km in het uuü
afleggen.
Naar de Matin meldt, wordt het werk der
verzoening, dat Lava! heeft ondernomen, op
bevredigende wijze voortgezet. Nog nimmer,
schryft het blad, zyn diplomatieke onderhan
delingen mei zooveel voorzorgen omgeven.
Men heeft dan ook te doen met een werk van
langen adem, maar over het resultaat daar
van heeft Laval goeden moed.
Reuter meldt uit Addis Abeba:
Van Abessynsche zijde wordt medegedeeld,
dat de Italianen zich schijnen voor te berei
den op een grooten opmarsch, waarvan de om
vang evenwel nog niet bekend is. Ook de Abes
sijnsche strijdmachten zetten hun opmarsch
voort. Op 2 November zal de negus zijn laat
ste audiëntie houden, waarna hij naar het
front vertrekt.