Buitenlandsch Overzicht. I Verkorte oorlogsberichten uit Abessinië. HET GESTOLEN KIND NIEUWSBLAD VOOR DEN HELDER, KOEGRAS, TEXEL, WIERINGEN EN ANNA PAULOWNA OVERHEMDEN 20 CENT No 7704 EERSTE BLAD ZATERDAG 25 JANUARI 1936 64ste JAARGANG Het kabinet Laval gevallen, verontwaardiging in Frankrijk. - Het geschil tusschen Uruguay en SowjetRusland voor den Volkenbond. - Een poeslief1 Japan, dat men in de gaten moet houden. Japan, de vos die de passie preekt. De vlootconferentie 3 maal per dag Den Helder- De regeetingscrists in Frankrijk opgelost De radicale senator Sarraut aanvaardt de kabinetsformatie in beginsel. WASSCHERIJS. KNOMn.V. Een belangrijke verklaring van Huil. FEUILLETON EEN VERHAAL UIT AFRIKA COURANT Abonnement per 3 maanden bij vooruitbet.: Heldersche Courant 1.50; Koegras, Anna Paulowna, Breezand, Wleringen en Texel 1.65; binnenland 2.—, Nederl. Oost- en West-Indië per zeepost 2.10, idem per mail en overige landen f 3.20. Losse nos. 4 ct.; fr. p. p. 6 ct. Weekabonnementen 12 ct. Zondagsblad resp. 0.50, f 0.70, 0.70, 1.—. Modeblad resp. 1.20. 1.50, 1.50, 1.70. Verschijnt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagmiddag Redacteur: P. C. DE BOER Uitgave N.V. Drukkerij v/h. C. DE BOER Jr. Bureau: Koningstraat 73 Telefoon: 50 en 412 Post-Glrorekening No. 16066. ADVERTENTIËNt 20 ct. per regel (galjard). Ingez. meded. (kolombreedte als redaction. tekst) dubbele prijs. Kleine advertentiën (gevraagd, te koop, te huur) b# vooruitbetaling 10 ct per regel, minimum 40 ct; b# niet-contante betaling 15 ct per regel, minimum 60 ct (Adres Bureau van dit blad en brieven onder nummer 10 ct per advertentie extra). Bewijsnummers 4 ct Het is niet onver wachts gekomen, de vai van het kabinet Laval. Reeds eenige dagen werd h(j verwacht en ook omtrent de motieven tast men niet in het duister. De volle verantwoordelijkheid van deze crisis dragen de radicalen. De pers is over het geheel genomen weinig gesticht over het optreden van Herriot en de zijnen. De Temps schrijft; Een kabinet, dat in de Kamer over een aanmerkelijke meerderheid beschikte, is feitelijk omvergeworpen op aan stichting van een politiek comité. Laval ls gevallen, zooals voor hem Poincaré en Doumergue gevallen zijn. De socialistisch-radicale partij heeft koel bloedig het bestand, waaronder het haar naam geschreven had, verbroken en koelbloe dig een einde gemaakt aan een regeering van republikeinsche eendracht om drie maanden vóór de algemeene verkiezingen een strijd- regiem in te voeren, zonder daarbij in het 'minst rekening te houden met de buitenland- sche en binnenlandsche moeilijkheden van het oogenblik of met het werkelijke verlan gen van het Fransche vólk. De Temps zet verder in haar artikel uit een, dat de socialististen de eigenlijke over winnaars bij den val van het kabinet-Lava! zijn geweest. De radicalen zijn in de macht van Léon Blum gekomen, die de ware over winnaar en in werkelijkheid de meester van den toestand is. Blum beheerscht in alle op zichten de radicalen en heeft over hen te ge zeggen. De Temps meent dat er nu twee dingen kunnen gebeuren: Of de radicalen, verschrikt door wat zij gedurfd hebben, zullen trachten een voorloopige oplossing te vinden zonder de door de Marxisten geëischte „waarbor gen" te geven, door zoo noodig de verkiezin gen te bespoe ligen. Léon Blum zal dan een zoo schoone gelegenheid niet laten voorbij gaan om eea houding van verontwaardigde oppositie aan te nemen, die uiterst gunstig zal zijn voor de vorkenningsbelangeü van de uiterste linkerzijde. De andere oplossing zou zijn, dat deze zelfde radicalen vierkant de politiek van Léon Blum zouden volgen, die aldus in deze heele kwestie niet slechts de officieuze, maar de officieele overwinnaar zou worden. Een derde hypothese is er ook nog, zegt de Temps. zij zou hierin bestaan, dat de radicale leiders zich uit verkiezings voorzichtigheid onttrokken aan de verant woordelijkheid van de regeering. Maar, zegt het blad, wij zullen hun niet de beleediging aandoen hierbij stil te staan. Het geschil tusschen Uruguay en Sowjet- Rusland, omtrent com munistische agitatie in Uruguay, is Donderdag behandeld voor den Raad van den Volkenbond. Uruguay heeft daar een pover figuur geslagen, omdat het slecht heeft geargumenteerd en door Lltwinof een moreele nederlaag heeft geleden. Litwinof betoogde in een uitvoerige rede, dat Uruguay artikel twaalf van het Volkenbonds verdrag heeft geschonden door het afbreken der diplomatieke betrekkingen zonder de klachten, die Uruguay ten aanzien van de Sowjet-regeering had vooraf aan het oordeel van den Volkenbondsraad voor te leggen of aan ecu arbitrale beslissing te onderwerpen, zooals artikel twaalf van het Volkenbonds verdrag eisclit ten aanzien van geschillen die tot een breuk kunnen leiden. Litwinof ver klaarde dat deze schending van het artikel twaalf van het Volkenbondsverdrag op het oogenblik het eenige punt ls dat de Sowjet- regeering bij den Volkenbondsraad heeft aan hangig gemaakt Hy wilde echter bovendien wel verklaren, dat alle aanklachten van de regeering van Uruguay alsof de Sowjetregee- ring revoluties in Zuid-Amerika door tus- schenkomst van haar gezant te Montevideo zou aankweeken, volkomen ongegrond zijn. De vertegenwoordiger van Uruguay, Guanl, antwoordde ln een niet minder uitvoerige rede, waarin hy verklaarde dat Uruguary tot het afbreken van de diplomatieke betrekkingen is moeten overgaan, daar de gezant van de Sowjet-regeering te Montevideo een bron van onruststoker# voor geheel Zuid-Amerika was. Het was uit een gevoel van solidariteit met de andere Zuid-Amerikaansche staten, die onder de aanwezigheid van den Sowjet-gedele- geerde in Uruguay te lijden hadden, dat de regeering van Uruguay tot het afbreken der diplomatieke betrekkingen heeft besloten. Het debat over het geschil werd Donderdagmiddag voorgezet met de repliek van Litwinof aan Guani. De raadsvoorzitter Bruce gaf hierna in over weging de discussies niet langer voort te zet ten, doch de raadscommissie van drie leden te benoemen voor de verdere regeling van het geschil. Hij stelde voor deze raadscommissie te doen bestaan uit Titulescu als voorzitter, en voorts de Madariaga en Munch. Intusschen trachtten de Zuid-Amerikaan sche raadsleden Guani nog voor een nederlaag te behoeden. De Argentijnsche gedelegeerde Guinazu hield een lang betoog ter verdediging van Guani's standpunt, dat de Volkenbond on bevoegd is. Guinazu achtte het dus onge- wenscht een raadscommissie van drie te be noemen. De gedelegeerde van Chili verklaarde even eens een voorbehoud over de raadsbevoegd- heid te moeten maken. De raadsvoorzitter Bruce Het zich echter door deze houding van Argentinië en Chili niet van zijn voorstel ter benoeming van een raads commissie afbrengen. Daar de Zuid-Ameri kaansche leden niet uitdrukkelijk stemming aanvroegen, verklaarde Bruce zijn voorstel voor aangenomen. De commissie zal ln de eerste plaats moeten trachten om een verzoening tusschen Sowjet- Rusland en Uruguay tot stand te brengen. Japan moet men in de gaten houden als het vredelievende redevoerin gen gaat houden, 't Is trowens niet alleen Japan, dat b# agres sieve doeleinden, lief praat, we kunnen dich ter bij huis blijven om te hooren hoe voor de beschaving van een natie bommen en grana ten noodig zijn. Doch terzake, dezer dagen heeft de Japansche minister van buitenland- sche zaken. Hirota een redevoering gehou den, waarvan de ,,N_ Rott. Crt." zegt, dat zij deze met groot, zij het ook platonisch, ge noegen gelezen heeft. Het is goed te vernemen, zegt het blad, dat er nog landen zijn, die hun vreedzamen kijk op de zaken van de wereld nog niet heb ben verloren, die allerwege oude vriendschap pen wenschen voort te zetten of nieuwe te sluiten en niet aangetast blijken door de on rust van dezen tijd. De woorden van den Japanschen minister zouden ons echter nog meer hebben verheugd als de ervaring niet bij ons een zeker wantrouwen had doen wor tel schieten tegen redevoeringen, waarin de staatslieden van bepaalde, door hun optre den en toebereidselen niet altijd geniststel ling wekkende landen, een opmerkelijke vre delievendheid aan den dag leggen. De figuur van den vos, die de passie preekt, is ons helaas al te bekend geworden. Hirota sprak als een optimist. „Gelukkig", zoo zeide hij, „is de wereld, zij het ook ge leidelijk, er toe gekomen, Japan's oprechte verlangen om tij te dragon tot -de stichting van vrede in de wereld te erkennen en in het byzonder de oprechtheid van onze pogingen tot stabilisatie van Oost-Azië." Inderdaad! De menschheid zou ook wel heel hardleersch moeten zijn als zij de zachtmoedigheid van Japan nu nog niet besefte na het gebeurde in Mantsjoerije, te Sjanghai, in Noord-China, in Mongo lië, na Japans vertrek uit den Volken bond en van de VlootconferentJe. Maar gelulckig is er nog gevoel voor ware vredelievendheid in de wereld. Hirota had voor ieder een welwillend ver manend woord. Als men maar naar hem luistert zullen Amerika, Engeland, China en Rusland, niets meer te vreezen hebben. Er waren echter anderen voor w.e hij geen geruststellende woorden oyer had, die hy niet met name noemde, maar in wier richting hij toch duidelijk genoeg wees. Hij sprak toen van de veilige beschikking van Japan over bronnen van grondstoffen, en over markten voor zijn producten. Hij klaagde ook over beperkende maatrege len in zekere landen. Hirota's rede was een verkiezingsrede daar de regeering, die gevaar liep op grond van de oeconomische en financieele moeilijkheden door de militaristische en imperialistische politiek teweeggebracht, last kan krijgen met het parlement, dit parlement heeft ontbon den. Zijn rede was in opze oogen niet duide lijk genoeg als programrede. Zij ha-3 ook door den felsten generaal of admiraal in dezelfde bewoordingen gehouden kunnen worden. Greiser, de president van den Dantziger Senaat deed het gisteren in den Raad van den Volkenbond niet beter. De toelichting van DultechJand tot de conferentie. Het A.N P. meldt uit Londen, dat de Fran sche delegatie ter vlootconferentie zich heftig verzet tegen de toelating van Duitschland en andere mogendheden tot de conferentie. Zij zou op het standpunt staan, dat een dergelijke toelating een schending van het verdrag van Versailles zou beteekenen. Een uitlating van Japans vlootvoogd. De Japansche vlootcommandant heeft in een redevoering voor driehonderd indus: riëelen in Osaka uiteengezet, dat de actieradius van de Japansche vloot moet worden aangepast aan de Japansche oeconomische expansie. De tot dusverre bestaande actieradius wordt Wieringermeer - Medemblik - Hoorn - Amsterdam. Verbinding met geheel West-Friesland. begrensd door de lijn Mantsjoekwo-Sachalln- Formosa. De actieradius van de vloot zal moeten worden Ingesteld op de bescherming van den Japanschen handel. Albert Sarraut op het Elysee. Na Delbos is de oud-minister-president Al- bert Sarraut ontvangen, Sarraut formateur. De radicale Senator Saurraut heeft de op dracht om een kabinet te vormen ln beginsel aanvaard. Hij is onmiddellijk begonnen met zijn besprekingen met de partyleiders. Nader meldt Reuter uit Parijs: Sarraut heeft in beginsel aangenomen een nieuw kabinet te vormen, doch h# behield zich voor een definitief antwoord te geven na de besprekingen, welke hij denkt te voeren. Hij zeide: „Ik ben niet zeer geneigd deze functie te aanvaarden en ik heb president Le brun mannen aangewezen, die boter dan ik in staat zijn deze taak te volbrengen." Reuter meldt uit Parijs, dat Sarraut een kabinet heeft gevormd, dat behoudens wijzi gingen, die nog op het laatste oogenblik zou den kunnen worden aangebracht, als volgt zal zijn samenegsteld: Minister-president en minister van binnen landsche zal:en: Sarraut (soe.-rad.); minister van staat: Yvon Delbos (soc.-rad.; justitie: Fourcade; buitenlandsche zaken: Flandin (Dem. Verbond); financiën: Regnier (so.- rad.); oorlog: Paul Boncour (soc.); marine: Pietri (rad. linkerzijde); handel: George Bon net (soc. rad.); p.t.t.: Mandel (onafh.)open bare werken: Camille Chautcmps (rad.); luchtvaart; Laurent Eynac (rad. linkerzyde); nat opvoeding: Gucrnut (soc. rad.); land bouw: Chappedelaine; koloniën: Varenne (soc.); arbeid: Frcssard (soc.); pensioenen: Réné Bssse; koopvaardij: Stern (zonder partij); volksgezondheid: Maze; onder-staats secretaris v. h. minister-presidentschap Jean Zay (soc. rad.); onder-staatssecretaris van binnenlandsche zaken: Jacquinot. Het kabinet gevormd. Reuter meldt uil Parijs: Gisterenmiddag om vijf minuten over half drie was het ministerie-Sarraut offi cieel gevormd. Reuter meldt nader uit Parijs: In de samenstelling van het kabinet is een belangrijke wijziging gekomen: Paul Boncour wordt minister van staat; generaal George wordt belast met de porte feuille van oorlog. (Generaal George is de generaal, die by den moord op den koning van Zuid-Slavië te Marseiile ernstig gewond werd). Daar Jacquinot bedankt heeft, zou André Beauguitte onder-staatssecretaris van binnenlandsche zaken worden. Jacquinot heeft vanaf 20 JANUARI (keurig opgemaakt). Telefoon 473. medegedeeld, dat z#n part#, het republikein sche centrum, hem niet heeft gemachtigd, tot de regeering toe te treden. De nieuwe regeering en de socia listische unie. Alexandre Varenne, afgevaardigde voor Puy de Dórne, heeft, naar Reuter uit Parjja meldt, bekend gemaakt, dat de Kamergroep der zg. socialistische unie goedgevonden heeft, dat haar leden aan het kabinet-Sarraut deel nemen. Afvloeiing van goud. Reuter meldt uit Parijs: Naar aanleiding van de ministercrisis heb ben wederom speculaties op de valutamarkt plaats. Volgens de Matin is van 10 tot 21 dezer meer dan frs. 600 millioen aan goud uit de kelders van de Bank van Frankrijk naar het buitenland afgevloeid. HET RAPPORT rAN DE COMMISSIE VAN DERTIEN IN DEN VOLKENBONDSRAAD De Volkenbondsraad heeft het Donderdag reeds medegedeelde rapport van de raads. comm>ssie van dertien over den Italiaansch- Abessynschen oorlog aangeDomeD. Er was geenerlei discussie hierover. Alleen verklaarde Aloist, dat h# Diet in een beoordeeling van dit rapport wilde treden en zich van stemming zou onthouden. De vertegenwoordiger van Abessinië gaf stizwijgend zijn toestemming aan het rapport. De Veroenigdo Staten zullen zich bij hun politiek ten opzichte van den oorlog niet oriënteeren naar andere mogendheden. Reuter meldt uit Washington; Met betrekking tot de besluiten van Genève heeft staatssecretaris Huil verklaard, dat de Amerikaansche regeering ten opzichte van den oorlog van Italië tegen Abessinië een eigen onafhankelijke politiek blijft voeren en niet voornemens is deze politiek naar andere mogendheden te oriënteeren of in te gaan op vragen betreffende hulp b# het tegengaan vaD petroleumtransporien naar Italië. De normale petroleumuitvoer van Amerika naar Italië is bovendien zeer gering en bedraagt ten hoogste tien percent van den Italiaanschen olie-import. Voor de toekomst kan de regeering zich niet vastleggen: haar besluiten hangen zoowel van de besluiten van het Congres als van de ver dere ontwikkeling van het conflict af. Huil hoopt, dat het Congres niet, zooals vele kringen van het Congres dit wenschen, de bestaande neutrallteitswetgeving ongewij zigd zal aannemen, maar in overeenstemming met het wetsontwerp van de regeering vol macht zal geven den uitvoer van voor den oorlog belangryke grondstoffen te beperken tot de normale gemiddelde hoogte ln tjjd van vrede. Zoolang het lot van dit wetsontwerp niet vaststaat. z#n de handen van de regee ring gebonden en iedere uitlating, die ook slechts een indirecte samenwerking met den Volkenbjnd aanduidt, zou een vers.erkte op positie van de senatoren ten gevolge hebben, die voor een strikte isolatie van Amerika z#n, benevens van de politici die den druk van groepen kiezers volgen en een petroleum- embargo tegen Italiëzouden willen verhinderen. nieiutte HONI G'SKALFS'SO E P Volgons het Italiaansche legcrtoericht vras men in het Italiaansche hoofdkwar tier op de hoogte gebracht van de plan- en van ras Kassa om oen aanval te ont ketenen in Zuid-Tembien. Men besloot hierop den vjjand in den aanval voor to E#n. De actie, die de Abessiniërs verraste, gaf aanleiding tot verwoede gevechten, die volgens de Italianen volkomen in hun voordeel z#n geëindigd. Generaal Grazianl heeft te Neghelll de afschaffing van de slavernij in de Gatla- provlncle Borana afgekondigd. Aan de verovering van NeghelU ztya 141 Italiaansche bombardement»- en 49 verkenningsvluchten voorafgegaan. De Abesslni ërs spreken de verovering van Neghelll uitdrukkelijk tegen. De Abessiniërs deelen mede, dat drie dagen geleden b# Dagamodo een Ita- Uaansch vliegtuig met twee Italianen en drie Inlanders ls verongelukt. De Inzit tenden zouden gevangen z#n genomen. In het Noorden zoowel als in bet Zui den wordt de militaire actie belemmerd door hevige regens. Het is waarschijnlijk, dat zoowel het Italiaansche als het Abessljnsche offen sief In het Noorden op niets ls uitgeloo- pen. De voorzitter van de commissie van achttien, de Vasconcellos, heeft de des kundigencommissie van toezicht op de naleving van de tegen Italië getroffen sanctiemaatregelen op den 29sten Januari bijeengeroepen. Tevens heeft bjj de deskundigencom missie, die een onderzoek zal hebben in te stellen naar de doeltreffendheid van een potroleum-embargo tegen Italië, op den 3den Februari bijeengeroepen. De Italiaansche regeering heeft een memorandum doen overhandigen aan de regeeringen van de mogendheden, die sancties toepassen, waarin z# protesteert tegen de interpretatie van paragraaf 3 van artikel 16 van het Covenanf, die de Britsche regeering heeft aangegeven ais basis voor de militaire ententes tusschen de Britsche regeering en de mogendheden aan de Middellandsche Zee. De kabinetscrisis in Frankrijk. Volgens de berichten uit Parijs is Sarraut er in geslaagd een kabinet te vormen, al ls het wel mogelijk, dat In de bezetting van enkele posten nog wijziging wordt gebracht. Flandin zou minister van buitenland sche zaken worden. NIEUWE BRITSCHE KRUISER VAN STAPEL GELOOPEN. De negenduizend ton metende kruiser „Newcastle" is gister van stapel geloopen. Dit is het eerste schip van een serie van acht eenheden van het type-„Southampton". D» „Newcastle" moet in Januari 1937 afgeleverd worden. 24) Fatuma zat ineengedoken, maar haar hoofd was opgeheven, haar oogen tuurden voor zich Uit en er lag een uitdrukking van doodelyken schrik op het gezicht. De vrouw praatte door, zachte onsamenhangende woorden die Honor niet begreep; toen klonk weer boven het trom geroffel uit de angstige kreet, die ze al eer der ghoord had. Fauima hoorde het ook en het was of het geluid een magischen invloed °P haar had. De kleine Bwana... Ze duwde Honoris hand weg en vloog naar de tentopening. Honor liep haar na. Ze greep haar vast en trachtte de vrouw duidelijk te maken, dat ze wachten moest, terwijl ze naar de mannen bij het vuur wees, die ook opge sprongen waren en ingespannen naar het bosch tuurden. Maar Fatuma glipte onhoorbaar de tent uit en sloop in de tegenovergestelde richting van die waarin de zwartjes met zoo'n ingespan nen verwachting tuurden. Honor durfde haar ln den opgewonden toe- eland, waarin ze verkeerde, niet alleen laten en Legrand's waarschuwing vergetend, volg de ze Fatuma impulsief. Het leek wel alsof de zwarte vrouw in de usternis kon zien. Onhoorbaar sloop ze om et kamp heen met Honor achter zich, tot veilig en wel iu do schaduwen aan den eren kant verscholen waren... de plek waar Legrand en Mannering het woud ingegaan. Nog eens hoorden ze dien flauwen, klage- lijken kreet. Het trommelgeroffel werd steeds wilder. Fatuma greep haar b# den arm en sleepte haar met zoo'n vaart mee, dat het meisje haar ternauwernood by kon houden. Een andere klank voegde zich nu bij het hel- sche geroffel, het geluia had een woest ge zang en ze holde dwars door het lange gras in de richting van dat geluid. Honor struikel de en wondde haar handen aan de doornige struiken, waaraan ze zich trachtte op te hou den. Fatuma wachtte niet op haar en toen Honor opgestaan was, zag ze de gestalte van haar gezellin als een vluchtende schaduw op vry grooten afstand voor zich. Wacht even, Fatuma, riep het meisje hijgend. Maur Fatuma hoorde haar niet, was haar waarschijnlijk volkomen vergeten. Zo rende maar door en Honor trachtte wanhopig haar te volgen. Een rotsige heuvel rees plotseling uit de duisternis op. Ze zag da kantige con touren scherp afgeteekend tegen een rossi- gen gloed, die den hemel verlichtte en die, naar ITonor dacht, het iicht van de opgaande maan moest zijn. Terwijl ze de helling begon op te klimmen, zag ze plotseling Fatuma's gestalte op mis schien driehonderd meter afstand als een zwart silhouet tegen het roode schijnsel. Ze scheen een oogenblik stil te staan en keek blykbaar naar iets, da de helling van den heuvel voor het meisje verborgen hield. Het woe3te gezang scheen nu heel d'chtbij. De trommels rolden even roffelend na, toen k—am één korte, dreunende, oorverdoovende slag. Een diepe stilte volgde, toen zag Honor, terwijl ze nog h#gend tegen den heuvel op- zwoegde, hoe de zwarte gestalte voor haar plotseling de handen omhoog wierp ln een wild, wanhopig gebaar en over den heuveltop verdween. De stilte duurde voort, vreemd en dreigend na het helsche lawaai van een oogenblik geleden. Toen klonk de scherpe knal van een geweer, nog een en nog een, verward geroep van stemmen, een wild ge huil van Inboorlingen, zooals ze henog nooit eerder gehoord had. Ze was geslagen met doodelijke ontzetting. HOOFDSTUK XHI. De sterren stonden nog aan den hemel en de aarde was vochtig en kil, toen Alcc Rimington een open plek in het woud bereikte, waar het gras minder hoog was en de boomen uit elkaar groeiden. Hij had bijna den geheelen nacht doorgemarcheerd, met een korte rust voor de dragers. Negen uur waren voorbijge gaan sinds h# Fatuma's bericht ontvangen had en de tocht door het donkere woud was buitengewoon zwaar geweest. De mannen, die h# in de schaduw van de boomen had achterge laten, waren totaal uitgeput en ook hijzelf was doodop van vermoeidheid, maar zyn krachtige wil dreef hem voort en h# mar cheerde stevig door, zijn geweer onder zijn arm geklemd, terwijl zijn oogen het mistige landschap voor hem afzochten. De sterren begonnen te verbleeken, de morgenwind deed de dauw in groote druppels van de boomen vallen, in het Oosten begon een roode gloed te gloren, toen h# eindelijk recht voor zich uit datgene ontdekte, dat hij zoolang gezocht had: een groepje met riet bedekte hutten, die zich scherp afteekenden tegen den horizon. Hij bleef een oogenblik staan. Ceen wolkje rook was er te zien, geen geluid hoorde h#. De bewoners waren blyk baar nog niet wakker, maar h# wist dat de zon op het punt was op te gaan en het maar een paar minuten zou duren of het dorp zou ontwaalct zijn! H# haastte zich voort en vond toen een smal pad, dat hij volgde, en toen hij op niet meer dan twintig meter afstand was, wierpen de eerste lichtstralen plotseling een breed licht op het kleine dorp; een hond sprong te voorschijn en begon woedend te blaffen en op hetzelfde oogenblik kwam een krachtig ge bouwde inboorling naar buiten, bijna geheel naakt en met een groot getatoueerd kruis op zijn borst. Hij zag Rimington niet dadelijk, maar toen hij den blanke in het oog kreeg, was h# misschien de meest verbaasde neger van heel Afrika. Hij stak zijn beide armen verschrikt omhoog en zou haastig zfln hut weer binnengegaan zijn als niet Rimington snel zijn geweer opgeheven had en in het inlandsch een kort bevel gegeven had. Sta stil! De man bleef stokstijf staan, terwijl zijn oogen angstig heen en weer rolden. Riming ton liep op hem toe en vroeg scherp: Waar woont Mom bwana? De neger wees naar een hut, die een beetje apart stond van de andere eu Rimington knikte. Breng me naar hem toe. Loop voor me uit en denk er aan dat er een geweer vlak achter je is. De man ging inet een angstig gezicht vooruit Rimington volgde hem en na een paar minuten stond hij voor de kegelvormige hut De man wees den ingang, maar Riming ton schudde het hoofd. Breng hem hier en gauw! Zeg hem dat een blanke Bwana hem spreken wil! Een uitdrukking van vrees kwam l#ke neger met een allesbehalve innemend ge zicht naar buiten, knorrend als een wild zw#n en met een lange speer ln de hand. Toen h# Rimington zag brulde hij iets dat het heele dorp deed ontwaken. Uit alle hutten kwamen haastig inboorlingen naar bulten loopen, sommige met lansen en andere met primitieve, roestige geweren. De meesten bleven doodstil van verbazing, toen ze den blanke ln het oog kregen, die daar rustig stond te wachten ln het licht van de eerste zonnestralen. Hun operhoofd riep hun woedend Iets toe en lichtte de speer op. In hetzelfde oogenblik had Rimington, beseffend dat dat het eenigste was wat hij doen kon, zijn geweer aangelegd en gevuurd. De neger uitte een woedende Jammerkreet, zijn hand liet de speer .los en viel slap langs zijn l#f. Een wild gehuil steeg op en de inboorlingen stormden woedend op Rimington toe, die echter volkomen kalm bleef. Hij liet een korte waarschuwing hooren, laadde zijn geweer op nieuw en vroeg bevelen, met den loop van het geweer op het opperhoofd gericht: Waar is het kind dat uit het dorp ge stolen is? Bij die woorden ging een onderdrukt ge mompel op, maar niemand gaf antwoord. Hij wachtte een oogenblik en maakte even een veelzeggend teeken met zijn wapen. Dit deed het dikke opperhoofd haastig antwoorden: Het is niet hier, Ewana! Ik vroeg waar het was. Geet antwoord! We hebben he' kind naar Rahutu ge bracht, zooals het hevel luidde. Zoo! Het woorl viel als ten pistoolschot In de doodeiyke stilte en Rimington's oogen begonnen onheilspellend te flikkeren. En wie gaf het bevel het kind uit Mar- du te stelen? Wéér kwam er geen antwoord, maar de Inboorlingen bewogen zich onrustig; het op perhoofd keek om zich heen alsof hij ver wacht had dat iemand anders het verlangde antwoord zou geven. Maar niemand scheen erg begeerig die taak van hem over te ne men en na een korte stilte nam Rimington weer het woord. Was het de blanke toovenaar, die bevel gaf het kind te stelen en naar Rahutu over te brengen? Geef mij antwoord! Een uitdrukking van angstige vrees kwam op het dikke gezicht De breede lippen begon nen te trillen, de neger schuifelde met z#a voeten, ging eerst op z#n eene been staan en toen op het andere, blijkbaar bang te ant woorden. Toen kwam er plotseling een ver heugde blik op z#n zwart gezicht z#n oogen zwierven langg z#n onderhoorigen en bleven op een man rusten. Was het de blanke toovenaar, die bevel gaf het blanke kind te stelen, Mombala? De aangesprokene begon te sidderen, ea toen, ziende dat hij geen keus had. antwoord de hij met toonlooze stem: Hot was de blanke toovenaar! Bij die woorden steeg een angstig gemom pel op uit de groep negers en zelfs de hoofd man, die zich op die manier uit de moeilijk heid om zelf te antwoorden, gered ha<L maakte gebaren van doodelijke ontzetting. Rimington begreep, dat hij waarschijnlijk niet veel van hen te hooren zou krijgen, maar h# deed nog één vraag: En wat zal er met die kleine Bwana gebeuren Bij die vraag scheen de vrees van de dor pelingen sterker te worden dan hun ontzag voor Rimington's geweer. Het dikke opper hoofd keek wanhopig om zich heen en twee of drie van zijn volgelingen glipten weg naar hun hutten. Geef antwoord. Mombwana! Wat zal er met de kleine Bwana gebeuren? herhaalde Rimington. Er kwam een blik als van een opgejaagd dier op het dikke gezicht van het opperhoofd. Zijn uitpuilende oogen vlogen weer langs ziju onderdanen, om iemand anders te vinden het antwoord te geven. (Wordt vervolgd.)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1936 | | pagina 1