Buitenlandsch Overzicht
JlMfiaïlMaco!
het
gestolen kind
HONIG S BOUILLONBLOKJES 6 voor lOct.
NIEUWSBLAD VOOR DEN HELDER, KOEGRAS, TEXEL, WIERINGEN EN ANNA PAULOWNA^
Aspirbn
DINSDAG 25 FEBRUARI 1936
64ste JAARGANG
Amerika, de vlootconferentie en wat er meer aan vast zit
Japan draait bij of doorzichtige politiek van Tokio,
De vloot'
conferentie
„Frankrijk wil geen oorlog".
De Fransche begrooting van
marine.
Faciliteiten voor toeristen
in Frankrijk.
De demilitariseering van het
Rijnland.
BETROUWBAAR
Hitier en de Britsch-Indische
medici-
De vlootconferentie.
De amnestie in Spanje.
De Belijdenisbeweging in
Duitschland.
De verkiezingen in Japan.
De Syrische regeering afgetreden.
China en Japan.
FEUILLETON
COURANT
Abonnement per 3 maanden bij vooruitbet.: Heldersche Courant 1.50; Koegras,
Anna Paulowna, Breezand, Wieringen en Texel 1.65; binnenland 2.-,
Nederl. Oost- en West-Indië per zeepost 2.10, idem per mail en overige
anden 3.20. Losse nos. 4 ct.; fr. p. p. 6 ct. Weekabonnementen 12 ct.
Zondagsblad resp. 0.50, 0.70, 0.70, 1.Modeblad resp. 1.20, 1.50, 1.50, 1.70.
Verscbynt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagmiddag
Redacteur: P. C. DE BOER
Uitgave N.V. Drukkerij v/h. C. DE BOER Jr.
Bureau: Koningstraat 78 Telefoon: 50 en 412
Post-Girorekening No. 16066.
ADVERTENTIËN:
20 ct. per regel (galjard). Ingez. meded. (kolombreedte als redaction. tekst)
dubbele prijs. Kleine advertentiën (gevraagd, te koop, te huur) bij vooruitbetaling
10 ct per regel, minimum 40 ct; bij niet-contante betaling 15 ct per regel,
minimum 60 ct (Adres Bureau van dit blad en brieven onder nummer 10 ct
per advertentie extra).Bewijsnummers 4 ct
De vlootconferentie
vertoont al een even op
wekkend beeld als de
ontwapeningsconferentie,
d.wa. er wordt veel ge
praat, maar weinig „gedaad", om maar eens
een eigen woord te gebruiken, dat mag je je
als journalist zoo nu en dan wel eens permit-
teeren. U behoeft het niet over te nemen.
Doch terzake, het gaat met de vlootconferentie
lang niet naar wensch en Amerika, dat een
van de deelnemers is, is ontzettend bang zich
te branden aan den Europeeschen vulkaan.
„Een vlootconferentie is een vlootconferentie,
meent Norman Davis met recht", zoo schrijft
de Nw. Rott. Crt. En hij vindt dat speciaal
Europeesche aangelegenheden er niets te ma
ken hebben.
Dat Norman Davis schrikt, als men op de
vlootconferentie met speciaal Europeesche aan
gelegenheden komt aandragen zoo zegt het
blad verderop in zijn beschouwingen be
grijpen wij maar al te goed. Hij zit nu in
Europa, ziet wat daar gebeurt, van naderbij
dan een gewone Amerikaan in Amerika.
Intalië probeert nu van alles te gelijk. Het
heeft onderhandelingen met Duitschland aan
geknoopt, zoo in het oog loopend mogelijk, om
de sanctionisten, in het bijzonder Frankrijk en
Engeland, schrik aan te jagen. Tegelijk echter
pleit het voor het herstel van het „front van
Stresa", dat een uit vrees, ja, paniek geschapen
samenwerking tegen Duitschland ten doel had.
Het toont, ondanks al het gebeurde, nog steeds
de behoefte te gevoelen het Derde Rijk als een
voor Europa gevaarlijke instelling te karakte-
riseeren en in samenwerking machteloos te
maken; en tegelijk „papt het aan" met Berlijn,
om Parijs en Londen te in timideeren. Zouden
Parijs, Londen en Berlijn daarvan de dupe
Worden
Parijs en Londen zouden geen bezwaar ma
ken tegen een herstel van het front van Stresa,
als Mussolini er niet wat veel voor vroeg. De
sancties zouden moeten worden opgegeven en
verloochend. Verraad van Parijs en Londen
aan den Volkenbond zou dus de prijs moeten
«tin. Dit zal Parijs en Londen te duur wezen.
Maar het spel gaat verder.
Niet onverdienstelijk uit een oogpunt van
politieke kermisvreugde is het gebruik, dat
Berlijn van deze gelegenheid maakt Terwijl
Mussolini Duitschland uitspeelt heel goed de
onbruikbaarheid daarvan voor zijn bijzondere
politiek begrijpende, speelt Berlijn Mussolini
Uit, ofschoon de bedoelingen van den duce vol
maakt doorziende. Goering gaat met deze be
doeling naar Polen. De Polen zijn nu weer zoo
fnuikend lastig voor de Duitschers, als in de
kwaadste tijden. Goering's komst is niet eens
In staat, den feilen toon van de Poolsche pers
te verzachten. Maar hij zal het den Polen wel
vertellen. Duitschland geïsoleerd? Het lijkt er
wat naar. Het heeft de hand uitgestoken naar
Litauen, den doodsvijand van Polen, die kort
3 maal per dag Den Helder-
Wieringermeer - Medemblik - Hoorn -
Amsterdam.
Verbinding met geheel West-Friesland.
geleden nog felle dreigementen uit Berlijn te
hooren kreeg. Er is nog Hongarije, waarop
Berlijn altijd kan rekenen, voor alles. Italië,
en dan van zelf Oostenrijk er nog bij, en nolens
volens Zuid-Slavië: Polen hoeft maar ja te
zeggen, en het is lid met preferente aandeelen
van de grootste en meestbelevende kongsie, die
Europa ooit heeft gezien. Vrees voor Rusland?
Berlijn onderhandelt weer met Moskou over
zaken. Men zie slechts, hoe ontzaglijke bedra
gen het toch met contanten niet bovenmatig
gezegende Duitschland bezig is, Rusland in den
vorm van industrieele credieten aan te bieden.
Zou het dat doen, als het meende, van Rus
land kwaad te duchten te hebben?
De toenaderingspogingen van Rome hebben,
hoezeer Berlijn ook de intrinsieke waarde er
van moge wantrouwen, voor de Wilhelmstrasse
toch de groote beteekenis, dat zij er te War
schau partij van kan trekken. Als Warschau
nu maar weer niet wantrouwig is
Eb- schijnt eenig licht
te komen in de verhou
ding tusschen Japan en
Rusland, die vooral de
laatste weken zeer ge
spannen was, zoo gespannen, dat men vrees
de voor een gewapend conflict. Dat zou even
wel Rusland niet gelegen komen, gezien de
spanningen die eraan den anderen kant van
de grens heerschen en die nog wel eens mili
taire aandacht konden vragen en ook Japan
is nog niet klaar om een oorlog optima forma
te voeren.
Het Hbl. wijdde Zaterdagavond onder den
kop „De wind eenigszins gedraaid", een hoofd
artikel aan den toestand in het Verre Oosten.
Wij ontleenen daaraan het volgende:
De betrekkingen tusschen Tokio en Moskou
kenmerken zich al sedert ten naastenbij vier
jaren door spanningen, die nu eens sterker,
dan weer zwakker zijn, maar nooit bepaald
afwezig zijn geweest. Zij hebben zich aanvan
kelijk geconcentreerd om den Chineeschen
Oosterspoorweg (thans Noord-Mandsjoerij-
schen Spoorweg), waarvan Moskou na lang
durige onderhandelingen tegen een betrekke
lijk lagen prijs afstand heeft gedaan, in de
hoop aldus het pad te effenen voor een betere
verstandhouding tot de Japanners. Moskou
heeft hun dezen spoorweg als het ware als
vette kluif toegeworpen om hun imperialisti-
schen honger, die reeds gedeeltelijk verzadigd
was door de opslokking van Mandsjoerije,
definitief te stillen. Zooals men weet, te ver
geefs. Japan heeft sedertdien hardnekkig alle
voorstellen der Russen tot het sluiten van een
non-agressiepact, dat den vrede tusschen de
Sowjet-Unie en Japan in de naaste toekomst
moest waarborgen, afgewezen. De Japansche
militairen zijn voortgegaan om, met het grond
gebied van Mandsjoekwo als basis, hun terri
toriale acquisities voortdurend te vergrooten
en zijn geleidelijk overal komen te staan of
aan de grens van het Russisch grondgebied
Siberië df aan de grens van de Russi
sche invloedssfeer, Buiten-Mongolië.
Feitelijk is Japan al sedert 1931 op het
oorlogspad zonder dat het, zooals vroeger
gebruikelijk was, den oorlog verklaard heeft.
Tegenover het weerlooze China kon, en kan,
het zich deze weelde veroorloven, maar wat
de Sowjet Unie betreft, is het tenslotte ge
stuit op een goed-gewapenden tegenstand,
dien het niet eindeloos kan tarten of prikkelen
zonder daarvan de wijde consequenties onder
het oog te zien.
En naar men moet aannemen is Japan nog
inderdaad niet voldoende voorbereid op een
gewapend conflict met de Sowjets om de
definitieve hegemonie op het vasteland van
Azië. Het heeft zelf nog te kampen met ern
stige financieele en economische moeilijk
heden, het heeft de handen vol aan de con
solidatie van Mandsjoerije en Noord-China en
het wacht, vermoedelijk, het tijdstip af, dat
de Sowjets ook aan hun Europeesche gren
zen in moeilijkheren worden gewikkeld, die
hun weerstandskracht in het Oosten ver
zwakken. Wellicht werkt ook mede de over
weging, dat Groot-Brittannië den laatsten tijd
avances maken jegens de Sowjets en daar
door de positie der Japanners zwakker wordt.
Vermoedelijk heeft het inzicht, dat de tijd
nog lang niet rijp is voor een gewapend con
flict van grooten omvang, en dat het aanbe
veling verdient in rust te consolideeren dat
gene wat Japan betrekkelijk zonder slag of
stoot heeft verworven, tegenover Moskou
milder gestemd. Tokio blijkt n.1. opeens te
gevoelen èn voor een nonagressie-verdrag ên
voor een grenscommissie. Het nonagressie-
verdrag zou echter een korten looptijd moeten
hebben, n.1. van drie jaar, ongeveer den tijd
dat Japan voldoende orde op zijn zaken kan
hebben gesteld om zijn expansieplannen op
het Aziatisch continent verder uit te werken.
MOTTA,
de Zwitscrsche minister van binnenlandsche
zaken.
AZANA,
de nieuwe Spaansche minister-president.
Een getuigenis van Sarraut.
In een toespraak in de American Club te
Parijs, heeft Sarraut, de minister-president,
onder meer gezegd: „Gij, die in Frankrijk
leeft, kunt getuigen, dat wij geen oorlog
willen. Wij wenschen ontwapening. Oud
strijders, zooals ik,- vergeten den haat. Wij
zijn bereid de tegenstanders de hand te
reiken, teneinde in Europa een gemeenschap
te vormen in den geest van het Briand-
Kellog pact, dat den oorlog verklaart aan
den oorlog. Wij trachten van de vereeniging
der volkeren een instrument te maken van
collectieve veiligheid, waarvan de wereld
vrede afhangt".
De begrooting van de marine bedraagt dit
jaar 2047 millioen frank. Dit jaar zal er een
kruiser van 35.000 ton op stapel worden ge
zet van hetzelfde type als thans te Brest
wordt gebouwd. Verder zullen drie torpedo
jagers van 1762 ton en een duikboot van 800
ton worden gebouwd.
Buitenlanders kunnen „carte de
tourisme krijgen.
Teneinde het verblijf in Frankrijk van
buitenlandsche toeristen te vergemakkelijken
heeft minister president Sarraut, den presi-
den der republiek, een ontwerp-decreet voor
gelegd, dat een speciale identiteitskaart in
stelt, een zg. „toeristenkaart".
Buitenlanders, die voornemens zijn in
Frankrijk te komen met een toeristisch doel,
kunnen op hun verzoek, door zich tot den
Fransehen consul in hun woonplaats te rich
ten, een dergelijke kaart verkrijgen, welke
hen in staat stelt vrijelijk in het geheele ge
bied van Frankrijk en overzeesche gebieden
te circuleeren gedurende een periode, welke
de zes maanden niet overschrijdt. Zij behoeven
zich dan niet te onderwerpen aan de bepalin
gen van het decreet van 6 Februari 1935, het
welk de voorwaarden voor het verblijf van
buitenlanders in Frankrijk regelt.
De afgifte dezer kaart geschiedt kosteloos
en is aan geen belasting of recht onderhevig.
Een Fransche persbeschouwing.
Mevr. Tabouis schrijft in het Parijsche blad
Oeuvre: Volgens betrouwbare berichten woont
Hitier sedert enkele dagen te Potsdam de
conferentie van generaals, welke tweemaal
per jaar vergadert, bij. De bijeenkomst heeft
de kwestie van de gedemilitariseerde Rijn
land-zone overwogen en de vrees van Duitsch
land voor een gezamenlijken stap van Frank
rijk, Engeland en België daartegen heeft heil
zaam gewerkt, aangezien ze Duitschland
stellig zal afhouden van eenige actie in dezen
vóór de a.s. zomer.
Mevr. Tobouis schrijft voorts dat de groote
steden in het Rijnland een remilitariseering
wenschen omdat zij van de aanwezigheid van
gekazerneerde troepen profijt verwachten. Zij
besluit: „In internationale kringen te Berlijn
is men van oordeel dat de toestand voors
hands niet zal verergeren, maar dat de hoop
op toetreding van Duitschland tot „eenig
groot Europeesch acccord" moet worden op
gegeven."
w e r k f b i j
verkoudheid steeds
Uitsluitend verkrijgbaar in de oranje-bandbuisjes van
20 tabl. 70 ets. en oranieiakjes van 2 lab!, 10 ets.
Reuter meldt uit Bombay:
De onlangs door Hitier gehouden rede, waar
in hij op de superioriteit der blanke rassen
wees zal waarschijnlijk een boycot van Duitsche
goederen, onder andere van medicinale pro
ducten, door Indische doktoren, tengevolge
hebben. De medische vereeDiging te Bombay
heeft een resolutie aangenomen, waarin ver
klaard wordt, dat deze boycot een represaille
maatregel ls naar aanleiding van de bewuste
redevoering.
Het Amerikaansche standpunt met
betrekking tot de slagschepen on
gewijzigd.
De Amerikaansche delegatie ter vlootcon
ferentie blijft haar eisch inzake groote slag
scheppen van 35.000 krachtig handhaven. Dit
is den Franschen ambassadeur gistermiddag
medegedeeld door den Amerikaanschen gede
legeerde Norman Davis, die duidelijk te ken
nen gaf, dat er in het officieele standpunt
der Vereenigde Staten der slagschepen geen
enkele verandering is gekomen.
De tekst van het ammestie-decreet.
Het eenige artikel van het decreet luidt:
Amnestie wordt verleend aan personen die
veroordeeld zijn, of die een vonnis afwachten
ter zake van politieke en sociale delicten.
Hieronder vallen de leden van Baskische ge
meenteraden, wier vonnissen voor geen
rechtsmiddel meer vatbaar zijn.
De regeering zal de Cortes rekenschap
geven van het gebruik dat zij van dit decreet
heeft gemaakt.
President Zamora heeft het am
nestie—besluit onderteekend.
President Zamora, aldus meldt Reuter uit
Madrid, heeft het amnestie-decreet ondertee
kend en de regeering gelast, dat de onder de
amnestie begrepen, onmiddellijk in vrijheid
moeten worden gesteld. Ook Companys en
vijf leden van Catalaansche generaliteit zijn
vrijgelaten.
In beslag genomen goederen wor
den niet teruggegeven.
Staatspresident Zamora heeft een decreet
onderteekent, waarbij alle werkzaamheden, in
verband met het teruggeven van de geconfis-
keerde goederen van de grandes van Spanje,
worden gestaakt, evenals de betaling van de
renten van deze goederen.
Oude bewindslieden In hun functies
hersteld.
Het eerste besluit van de In hun functie
herstelde stadsbestuurders te Oviedo was,
naar Reuter van daar meldt, de gemeentelijke
ambtenaren, die na de October-revolutie wa
ren ontslagen, weer in dienst te nemen en
hun volle loon uit te betalen sedert het ont
slag. Alle voordeelen, welke gegeven zijn aan
de ambtenaren, die door de regeering na de
revolutie zijn aangesteld, zijn teniet gedaan.
Werkloozen moeten zich bij hun
vroegere werkgevers melden.
Alle werklieden, die in verband met de
October-revolutie van 1934 hun werk verloren,
zijn, naar Reuter uit Madrid meldt, uitgenoo-
digd zich vanochtend weer te vervoegen bij
hun oude werkgevers. Indien deze weigeren
hen weer aan te nemen, moet dit onmiddellijk
ter kennis worden gebracht van den burge
meester of den civielen gouverneur.
Zet den strijd tegen Kerrl voort.
De tiende rijkssynode van de Belijdenisbewe-
ging, welke een week lang te Oeynhausen (bij
Hannover) in besloten bijeenkomsten heeft
vergaderd, is Zaterdagavond geëindigd. Vol
gens Reuter heeft «qj besloten dat de evange
lische geestelijken zich zullen blijven verzetten
tegen de voorschriften van minister Kerrl en
zqjn kerkelijke commissie. De militante geeste
lijken hebben hun zin gekregen.
De voorloopige kerkregeering, welke onder
leiding stond van bisschop Marahrens, is af
getreden. Een commissie is gevormd om de
kerkelijke zaken te behartigen tot tijd en wijle
met de regeering een vergelijk zal zijn ge
troffen.
Voorts heeft de Synode besloten elke
samenwerking met de kerkcommissies van
Kerrl af te wijzen.
De definitieve uitslag. Een over
winning voor de Minseito.
De definitieve uitslag van de verkiezingen
is:
Minseito 205 zetels, Seijoekai 175, Sociale
massa 18, Showakai 20, Kokumindomei 15,
onafhankeljjken 24 en andere partijen 9.
Het merkwaardige van deze verkiezingen is
het onverwachte succes van de candidaten der
„sociale massa partij", de proletarisch partij.
In totaal waren er 877 candidaten voor
466 zetels.
De regeering van het mandaatsgebied Syrië
heeft gisteren den Franschen hooge-commis-
saris de Martel haar ontslag ingediend, aldus
meldt Reuter uit Jeruzalem.
De hooge commissaris heeft den huidigen
minister van justitie, El Ajoebi, met de vor
ming van een nieuw kabinet belast.
Een nieuwe regeering gevormd.
Reuter meldt nader, dat Ajoebi reeds een
regeering heeft gevormd, waarin twee leden,
n.1. de minister van justitie, Said Gazi, en
de minister van onderwijs, Emir Moestafa
Cebar, tot de nationalistische partij behooren.
Een verklaring van den nieuwen
Japanschen ambassadeur in China.
De nieuwe Japansche ambassadeur in China,
Arita, die te Tokio op doorreis van Kobe naar
Nanking is aangekomen, verklaarde aan de
journalisten, dat Japan wenscht dat Nanking
Noord-China erkent als een speciaal gebied
met het oog op den invloed van Mantsjoekwo.
Hij voegde hieraan toe, dat hij kennis zou wil
len nemen van de voorstellen der Nanking-
regeering, alvorens zijn wenschen nader te
formuleeren.
Arita deelde tenslotte nog mede, dat hij geen
instructies gekregen had om te onderhandelen
over een Japansche leening, teneinde de Chi-
neesche regeering eventueel te helpen.
EEN VERHAAL UIT AFRIKA
37.
Ze begreep, dat het onweer snel naderde
€n terwijl de kano te water gelaten werd,
staarde ze uit in de duisternis. Nu Rimington
erbjj was, moesten ze tweemaal een tocht
over het meer maken; en Honor ging met
hem bjj de eerste groep. Fatuma en de twee
overgebleven mannen stonden hen op te
wachten aan den anderen oever en Rimington
Werd zoo vlug mogelijk naar bed gebracht.
^9 lag heftig te ijlen en Honor gaf hem een
alaapmidel, dat ze vond in een klein medicijn-
kistje, dat Fatuma haar gewezen had, toen
Waschte ze zijn wond uit met een ontsmet
tingsmiddel en verbond hem opnieuw. Ze was
nauwelijks klaar, toen een helle bliksemstraal
door de duisternis flitste, gevolgd door een
geweldigen donderslag, die de tinnen voor-
Werpen in de tent deed rammelen en het lin-
"en deed klapperen; de lamp, die aan den
nvensten stang was opgehangen, hing Ict-
^9k heen en weer te dansen.
°en kwam de regen, een geweldige stort
regen, die als een gordijn van water neer-
etste op de aarde. Geen linnen was be
stand tegen een dergelijke watermassa. Op
erscheidene plaatsen begon het water in
2 e riviertjes de tent binnen te strooinen.
e trachtte eerst met haar vinger een weg
vinden voor die miniatuurbeekjes, maar
c hielp niets en met hulp van Fatuma
trachtte ze alles zoo goed mogelijk in orde
te maken voor den zieke.
Nog eens en nog een flitste de bliksem, de
donder kraakte en echode in het naburig
woud met een geweldig rumoer, het geplas
van den woesten regen werd steeds luider
en het leek of de tent zou bezwijken onder
den last van het neervallende water.
Er was niet veel wind en daar was ze
dankbaar voor. Eenmaal sloop ze naar den
ingang van de tent en keek naar buiten. Een
bliksemflits verlichtte het landschap voor
haar maar ze zag niets dan evenwijdige stra
len water, die de oppervlakte van het meer
tot een dikke schuimmassa striemden. Ze
sloop weer terug, kletsnat geworden in die
eene minuut en bleef naast Fatuma en Ri
mington zitten wachten tot het onweer voor
bij zou zijn.
Het scheen uren te duren, toen begon het
lichten iets te verminderen, de donder scheen
af te drijven en hoewel de regen nog steeds
gestadig doorroffelde op het linnen van de
tent, wist ze, dat het onweer begon te be
daren.
Ze keek naar Fatuma, die in een nogal
ongemakkelijke houding in slaap was geval
len. Honor liep naar Rimington, die den
heelen tijd heel rustig had gelegen, trok voor
zichtig de dekens wat hooger op en legde het
zeildoek recht, dat ze over hem heen gelegd
hadden als bescherming tegen het water, dat
door het linnen heenlekte. Toen ging ze in
een dekstoel zitten om verder den nacht door
te waken. Maar binnen vijf minuten vielen
haar oogen dicht en was ze in een onrustigen
slaap gevallen.
Een uur ging voorbij. De lamp, die aan de
dwarsstang van de tent was opgehangen, be
gon flauwer te branden bij gebrek aan olie,
toen plotseling buiten zachte voetstappen
klonken. Ze hoorde het in haar droomen en
werd wakker door het bijna geruischloos
stappen van een dier...
Ze keek haastig om zich heen. Rimington
lag nog rustig te slapen. Fatuma was van
houding veranderd, maar sliep ook nog.
De regen had opgehouden, heel ver weg
klonk nog een dof gerommel.
Maar het geluid, dat ze in haar droomen
gehoord had, hoorde ze nog... en ze luisterde
scherp toe en trachtte in het halfduister van
de tent rond te kijken, zonder zich in haar
stoel te bewegen.
Weer hoorde ze het geluid, dezen keer bij
de gesloten ingang van de tent, waar de man
scheen te blijven staan. Ze bleef volkomen
stil zitten, terwijl ze scherp uitkeek, maar ze
zag niets. Een minuut ging voorbij, twee mi
nuten, toen hoorde ze de zachte voetstappen
weer. Ze schenen om de tent heen te gaan.
Dadelijk glipte ze uit den stoel en greep het
geweer, dat In een drooggebleven hoek van
de tent stond. Toen maakte ze haastig de
klep van de tent open en glipte onhoorbaar
naar buien. Bjj het licht van een verre blik
semstraal kon ze 't heele slapende kamp
overzien, maar den indringer, aien ze ge
hoord had, zag ze nergens.
Haastig liep ze met een vrij groote bocht
naar den achterkant van de tent, tevergeefs
trachtend het geluid, dat haar voeten in den
doorweekten grond maakten, te vermijden.
Toen bereikte ze een bloeiende struik, die
zoel en sterk geurde na den regen en van
waar ze 't geheele kamp kon overzien. Dezen
keer vond ze den man, dien ze zocht, dadelijk,
en zelfs zonder het licht van den bliksem.
Tegen het lichte linnen van de tent teekende
zich vaag de gestalte van een man af, die
met Iets aan de tent scheen bezig te zijn.
Een zacht scheurend geluid bereikte haar en
toen begreep ze wat hij deed hij was bezig
een gat in de tent te snijden.
Ze wachtte met ingehouden adem, terwijl
ze zich afvroeg of hij van plan was naar
binnen te gaan. Maar dat scheen zijn bedoe
ling niet te zijn. Plotseling straalde flauw
licht naar buiten, door de opening, die hij
gemaakt had, maar een oogenblik later ver
dween het weer, doordat de man zich naar
voren boog, hoewel de bovenste lichtstraal
haar even den rand van een zonnehelm liet
zien: het was dus een blanke!
Maar wie? En die vraag werd meteen op
gevolgd door een andere: Wat deed hij daar?
Het antwoord op die tweede vraag kwam
kwam bijna dadelijk. Uit den hoek, waar hij
bezig was, had hij het geweer genomen en
er stond daar nog 'n tweede. Dat was het
wat hij zocht. Een oogenblik later werd
haar vermoeden bevestigd. De man richtte
zich op, hief zijn arm omhoog en het licht
glinsterde even op het metaal van het ge
weer, dat hij naar tuiten trok.
Ze stond als geboeid naar hem te staren.
Was hij alleen maar een dief of had hij een
andere bedoeling met den diefstal van dat
geweer Ze herinnerde zich plotseling hoe
haar schot van dien morgen het wapen van
hun achtervolger onbruikbaar had gemaakt...
Klik!
Zacht, maar duidelijk klonk dit geluid tot
haar door, de bekende klank van het spannen
van den haan. Onhoorbaar ging ze overeind
staan in haar schuilplaats, terwijl haar hart
heftig klopte, toen bleef ze als gehypnoti
seerd toekijken, terwijl de man naar den an
deren hoek van de tent sloop de hoek waai
Rimington lag te slapen en zijn geweer
aanlegde. Nu wist ze wat zijn duivelsch plan
was en ze trachtte te roepen. Maar de klank,
die zich door haar droge keel wrong, was bij
na onhoorbaar, maar de man scheen het toch
gehoord te hebben. Even keek hij in haar
richting, om zijn plan snel uit te voeren.
Maar Honor Donthorne was sneller dan hij.
Elke andere overweging week voor het be
wustzijn, dat Rimington's leven op het spel
stond. In een ondeelbaar oogenblik had ze
haar geweer aangelegd, gericht en gevuurd
en haar schot viel één seconde voor dat van
den moordenaar.
De man bij de tent uitte een luiden kreet,
hief zijn hand omhoog en liet zijn geweer
vallen, toen zette hij het op een loopen
regelrecht in haar richting, terwijl vanuit de
hutten en de tent luid gepraat en geroep
klonk. Het meisje bleef onbeweeglijk op haar
plaats staan, dwars in den weg van den
vluchteling. De man scheen haar plotseling
te zien, toen hij op een paar meter afstand
was, want hij uitte wéér een kreet en week
van zijn pad af, terwijl ze even 'n glimp kon
zien van zijn doodsbleek en vertrokken ge
zicht. Ze bewoog zich nog niet, toen de man
het dichte struikgewas achter de tent in
vluchtte; ze was bijna versteend door een
plotselinge vrees. Was ze te laat geweest?
Had de man zijn doel bereikt? Uit het bosch
klonk het geluld van een vallend lichaam, ge
volgd door een wilden gil, die bijna verloren
ging in het rumoer van het kamp. Ze hoorde
het, maar ze draaide zich ook nu niet om.
Ze wachtte, trillend van angst. Toen klonk
uit de tent een stem, zwak maar bevelend:
Verdraaid, Juma: Schei uit met dat la
waai? Waar is Ba-Mama? Vooruit, gauw,
of
Toen zfl die woorden hoorde, rende zij naar
de tent als iemand, die uit een tooverban ver
lost is.
XX.
Toen Honor bij den ingang kwam, kon ze
die bijna niet binnenkomen, doordat alle dra
gers haar in den weg stonden. Ze duwde ze
opzij en toen ze binnen was, zag ze Alec
Rimington met een angstige uitdrukking op
zijn gezicht in zijn kampbed zitten, terwijl Fa
tuma met het kind in haar armen gekneld,
met verschrikte oogen naar den ingang van
de tent staarde.
Honor! Honor! Gelukkig, dat je er bent!
Op hetzelfde oogenblik zag zij het geweer
in haar hand en riep:
Wat is er? Ik hoorde schieten en iemand
roepen!
Ze begon haastig te vertellen. Hij luis
terde zwijgend, maar toen ze halverwege was,
riep hij Juma een kort bevel toe.
De drager ging een beetje schoorvoetend de
tent uit en kwam na een minuut terug met
het geweer, dat de indringer uit de tent ge
haald had. Toen hij het zag, knikte Riming
ton even en Honor vertelde het slot van haar
verhaal.
Ik kon niet roepen, toen heb ik ge
schoten.
Alec Rimington draaide zijn hoofd om en
ontdekte in het linnen van de tent een klei
nen scheur. Toen keek hij haar weer aan:
Je hebt mijn leven gered, lieveling. En
hij voegde erbij: Heb je hem geraakt?
Ik weet het niet, ik denk van wel. Hij
riep iets en toen kwam hij naar me toe loo
pen. Hij was vlak bij me en toen zag hij me
en liep een anderen kant uit.
Zg brak af en er kwam een uitdrukking
van afschuw op haar gezicht.
Rimington zag het.
—Heb je zijn gezicht gezien, Honor? vroeg
hij.
Ja!
Heb je hem herkend?
Neen, neen! antwoordde ze zoo heftig,
dat hij ervan schrok. Ik heb hem maar
even gezien. Ik kende hem niet. O, het kan
George Mannering niet geweest zijn!
(Wordt vervolgd,)