Buitenlandsch Overzicht.
Hollandia-Volewijckers
DE GOUDEN
BRUG
De kansen van
Abessinië
NIEUWSBLAD VOOR DEN HELDER, KOEGRAS, TEXEL, WIERINGEN EN ANNA PAULOWNA
Duitschland naar
Londen.
No 7727 EERSTE BLAD
DONDERDAG 19 MAART 1936
64ste JAARGANG
De Duitschers nemen van heden af deel aan de besprekingen
te Londen. De moeilijkheden nog geenszins uit den weg
geruimd. De „vrije" stemming in Du tschland.
De
Duitschers te
Londen.
„Vrije"
stemming in
Duitschland.
Een Duitsche delegatie onder von
Ribbentrop reeds gistermiddag te
Londen aangekomen.
Nog een geheime
missionaris van Duitschland
naar Londen.
Zoekt Duitschland een leening
te Londen?
De Parijsche pers over de
besprekingen te Londen.
Goering spreekt te Keulen
en te Dortmund.
De troepen blijven in het Rijnland
Per W A.C O. naar den
belangrijken voetbalwedstrijd
Eleutherios Venizelos. f
Het defensie-debat in het
Britsche hoogerhuis.
Het Lagerhuisdebat over de
Britsche begrooting van marine.
FEUILLETON.
ROMAN VAN
R HANNO PLESSEN
■P-bb i
COURAN
Abonnement per 8 maanden b(j vooruitbet.: Heldersc.he Courant 1.50; Koegraa,
Anna Paulowna, Breezand, Wieringen en Texel 1.65; binnenland 2.
Nedert. Oost- en West-Indië per zeepost 2.10, idem per mail en overige
landen 8.20. Losse nos. 4 et; fr. p. p. 6 ct Weekabonnementen 12 ct
Zondagsblad resp. 0.50, 0.70, 0.70, 1.—. Modeblad resp. 1.20, 1.50, 1.50, 1.70.
Verschijnt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagmiddag
Redacteur: P. C. DB BOER
Uitgave N.V. Drukkerij v/h. C. DE BOER Jr.
Bureau: Koningstraat 78 Telefoon: 50 en 412
Pos t-Glro re kening No. 16066.
ADVERTENTIE Nl
20 ot per regel (galjard). Ingez. meded. (kolombreedte als redaction. tekst)
dubbele prjjs. Kleine advertentiën (gevraagd, te koop, te huur) bij vooruitbetaling
10 ct per regel, minimum 40 ot; bi) niet-contante betaling 15 ct per regel,
minimum 60 ct (Adres Bureau van dit blad en brieven onder nummer 10 ct
per advertentie extra). Bewijsnummers 4 ct
Duitschland heeft toe
stemmend geantwoord
op de uitnoodiging van
Londen. Gelukkig! Dat
geeft tenminste een wei-
.ïig ontspanning al wil het
natuurlijk geenszins zeggen dat de moeilijk
heden ook maar eenigszins uit den weg zijn
geruimd. En moeilijkheden zijn er vele.
De ster-corr. van de Nw. Rott Crt. te Lon
den telefoneerde Dinsdagavond nog aan zijn
blad:
Hen vergadert, praat, bezoekt, telegrafeert
en telefoneert den heelen dag en bijna steeds
door in het geheim. Er is geen enkel groot
geschil, maar er zijn tal van geschillen tus
schen de confereerende regeeringen. Frankrijk,
Engeland en België, zij hebben niet elk een
bepaalden wenscli, dien zij trachten door te
zetten, maar zjj hebben tal van wenschen,
varieerende naar den vorm van overeenkomst,
die tenslotte tot stand zal worden gebracht
Van alles dwarrelt door de lucht van dreige
menten en gepraat van sancties af, tot voor
stellen of verlangens naar bondgenootschap
pen toe.
Er zuilen zeker nog dagen voorbij
voor er eenig licht komt in deze duisternis
van verwarring, die in de onhandelbaarheid
van het geval zc 4 zijn oorsprong vindt. Men
kan daaruit leeioa, dat verdragen als dat
van Locarno slechts schijnbare verheldering
kunnen teweegbrengen, slechts nuttig zijp,
zoc'ang iemand er aan wil rukken.
De komst van Duitschland heeft dus wel
hei directe gevaar afgewend van sancties en
andere narigheden, waarvoor men zou hebben
gestaan als Hitier geweigerd had aan de be
sprekingen deel te nemen, maar er zitten nog
duizend adders in het gras, die hun venijnigen
kop op kunnen steken en een doodelijken beet
toe kunnen brengen.
Zoo schreef b.v. de N. R. C. Dinsdagavond
in een hoofdartikel, gewijd aan het Londen-
eche probleem:
Gisteren ia weer het woord .mobilisatie" ge
varen, toen Flandin verbitterd raakte over
het vermoeide scepticisme van de anderen.
Oorlog zou een misdaad zijn die slechts de
blijkbare krankzinnigheid van hem, die ertoe
zou overgaan, als verzachtende omstandig
heid heeft. Oeconomische sancties, hoe ge
ducht ook in hun uitwerking op Duitschland,
zouden weinig minder geducht blijken voor
velen van hen die ze zouden toepassen. Bo
vendien ware er alle kans, dat dit uiterste
strafmiddel tegen een aanvaller ad absurdum
zou worden gedreven als men het nu naar
twee kanten tegelijk en om zeer uiteenloopen-
de redenen toepaste. Dat zien allen wel in,
ook de FranschEn.
niettemin is de stemming ongunstig voor
Duitschland. Het wantrouwen tegen Hltler en
de vrees voor hetgeen men nog verder van
hom verwacht, wordt niet verminderd door
de vredelievend klinkende verkiezingswelspre
kendheid zijner twee laatste redevoeringen.
Daarin zijn al elementen die meer onrust wek
ken dan het tegendeel. Het blijft bedenkelijk
een nieuw Locarno op de ruïne van het oude
Locarno te willen bouwen, met een slechts
zeer tijdelijk tevredengesteld Duitschland.
Men ziet: we zijn er nog niet, maar toch
zal Engeland geen poging onaangewend laten
voor het tot stand brengen van een bevredi
gende regeling van de huidige moeilijkheden.
Eten van de „zege
ningen" van het natio-
naal-socialisme, is de be
knotting van de geeste
lijke vrijheid van zijn
volgelingen. De Duit-
echer moet denken zooals de Führer denkt,
zijn sympathieën moeten uitgaan naar de
sympathieën van den leider, zijn stem zal
hij dus moeten uitbrengen naar de meening
van Hitier. En nu is het wel moeilijk indivi
dueel de menschen te dwingen, maar men
heeft toch in Duitschland de middelen om de
menigte in een bepaalde richting te sturen.
En een van de machtigste middelen daarvoor
ls de pers, nog meer dan het gesproken woord.
De vlammende redevoeringen van Hitier en
de zijnen, mogen een groot deel van het
Duitsche volk tot enthousiasme brengen,
's avonds, voor men zich ter ruste legt, is
er al weer veel van de nuchterheid terugge
keerd. Het geschrven woord blijft langer
hangen en dus schrijft men de pers voor, hoe
de krant geredigeerd moet zijn in de komende
weken.
Lees maar:
Dé Duitsche pers heeft naar de Neue
Zürcher Ztg. uit Berlijn verneemt van het
ministerie van propaganda instructies gekre
gen in verband met de Rijksdagverkiezingen
op 29 dezer. Bladen die ze niet opvolgen kun
nen worden verboden.
De verkiezingen aldus de instructies
rrtoeten de positie van Hitier tegenover
het buitenland versterken. Daarom moet bij
alle publicaties de overweging voorzitten, wel
ken Invloed zij op de verkiezingen kunnen
hebben. Aan kleinigheden behoort de pers
thans geen aandacht meer te wijden, van con-
fessioneele moeilijkheden, deviezenprocessen,
enz. moet zij voorshands maar geen gewag
maken. „Mopperaars" moet zö nu niet met
spot en verachting te lijf gaan, maar trach
ten hen voor positieve medewerking te win
nen. Steeds dienen de bladen voor oogen te
houden, dat de strijd thans niet tegen iets
of iemand gaat, maar voor Duitschland en
voor den vrede.
Bij behandeling van de onderwerpen: wereld
vrede en verzoening tusschen de volken mag
de pers niet in slap pacifisme vervallen. Zij
dient vergelijkingen te maken tusschen 1932
en thans, met vermelding van de sedert drie
jaar gesloten handelsverdragen, de vlootover-
eenkomst met Engeland, de verzoening met
Polen en andere successen op buitenlandsch
politiek gebied. Op het terrein van de binnen-
landsche staatkunde moet de pers op den
roorgrond stellen wat het derde rijk voor den
arbeider heeft gedaan en o.m. gewag maken
van de winterhulp, en den arbeid van „Kraft
durch Freude". Met nadruk dienen de bladen
te betoogen dat slechts het stemmen vóór
Hitier den terugkeer tot de toestanden van
1932 kan verhinderen. Het woord: ,,'t geloof
kan bergen verzetten", moet richtsnoer bij
alle beschouwingen zijn. Bij de besprekingen
van de buitenlandsche politiek moet de pers
voorts zorg dragen dat de bevolking niet ver
ontrust wordt; derhalve moet zij de grootste
voorzichigheld in acht nemen bij de weerge
ving van buitenlandsche persstemmen, welke
sancties eischen.
Dinsdagmiddag om kwart over vier heeft
de secretaris-generaal van den Volkenbond,
Avenol, het antwoord van dDuitsche regee
ring op het telegram van den Volkenbondsraad
ontvangen. Het telegram was onderteekend j
door den rijksminister van buitenlandsche za
ken von Neurath. De tekst luidde als volgt:
VON RIBBENTROP,
J
die de leiding heeft van de Duitsche delegatie,
te Londen.
„Ik erken met dank de ontvangst van
Uw telegram van 16 Maart en ik heb de
eer U mede te deelen, dat ambassadeur
von Ribbentrop de Duitsche regeering in
den Volkenbondsraad zal vertegenwoor- j
digen bij het onderzoek van de door de
Belgische en Fransche regeering opge
worpen kwestie. Hij zal van Donderdag- j
morgen af in Londen ter beschikking
staan."
Voordat de inhoud van het telegram gepu
bliceerd was, verwachtte men in diplomatieke
kringen te Londen nog, dat de Duitsche re
geering zich alleen bereid zou verklaren om
vertegenwoordigers naar Londen te zenden,
op voorwaarde, dat zij de zekerheid kreeg,
dat de gedelegeerden gelegenheid zouden kry-
gen besprekingen te voeren met de vertegen
woordigers van de vier andere mogendheden,
die het verdrag van Locarno hebben onder
teekend.
Naar Havas uit Berlijn meldt, is hertog
Ernst van SaksenCoburg-Gotha Dinsdag
avond met een extra-vliegtuig naar Londen
vertrokken.
De hertog is, zooals men weet, verwant
aan het Britsche Koninklijke Huis. Hij zou
een geheime opdracht hebben ontvangen
van den kant van den rijkskanselier en aldus
von Ribbentrop, die als vertegenwoordiger
van het Duitsche Rijk voor den Raad van
den Volkenbond zal optreden, „doubleeren".
Volgens Financial News loopt in de City het
hardnekkige gerucht, dat een BerEjnsch ban
kier, een vriend van Schacht, onlangs te Lon
den verschillende menschen heeft gepolst naar
de kansen op een leening voor de Duitsche
regeering. Men sprak zelfs van besprekingen
over een groote buitenlandsche leening.
Teleurstelling en bitterheid.
Havas meldt uit Parijs:
In de Echo de Paris schrijft Pertinax naar
aanleiding van de onderhandelingen te
Londen:
Het is nutteloos te wijzen op den afgrond
welke het Fransche programma scheidt van
den nachtelijken geestesarbeid van het Brit
sche kabinet Het is verwonderlijk, dat Flan
din en Paul Boncour niet geweigerd hebben
een dergelijke combinatie in overweging te
nemen. Zij zeggen, dat zij niets teruggenomen
hebben van de Fransche stelling. Maar het is
reeds te veel, dat zij gisterenochtend geduren
de twee uren en 's avonds nog eens geduren
de twee uren mee hebben gedaan aan een
gedachtenwisseling, die geen enkel resultaat
kan opleveren en met de waardigheid van
Frankrijk in strijd is.
Het Petit Journal schrijft: Groot-fBritannië
gaat voort den staat, die Locarno geschon
den heeft en den staat, die door deze schen
ding bedreigd wordt, als gelijke te beschou
wen en dit is, naar men moet erkennen, de
kern van het geschil, dat op het oogenblik
tusschen de regeeringen te Parijs en Londen
bestaat. Engeland wil tot eiken prijs voort-
gaan de rol van bemiddelaar en verzoener
tusschen Frankrijk en Duitschland te spelen.
Maar het gaat hier niet om bemiddeling.
Frankrijk richt zich tot den staat, die het
verdrag van Locarno gewaarborgd heeft en
over dit verdrag gaat het op het oogenblik.
Het is te vreezen, dat, zoolang het misver
stand voortbestaat, er tusschen Frankrijk en
Engeland geen werkelijke solidariteit zal kun
nen gevestigd worden.
Goering heeft Dinsdag te Keulen verklaard,
dat Duitschland weerstand zou bieden aan
iedere poging om oeconomische sancties tegen
dit land toe te passen en dat de Duitsche
troepen in het Rijnland bleven. De wereld kan
ons niet veroordeelen. Niemand heeft het
recht om Duitschland te veroordeelen, wan
neer dit land rechtmatig handelt. De leider
heeft het Duitsche volk toevertrouwd over
hem te oordeelen, als Duitschland een ver
drag geschonden heeft.
Behalve te Keulen heeft minister-president
Goering Dinsdag ook te Dortmund een rede
voering gehouden.
Hij zeide hier o.m.: De Führer heeft tegenover
Europa het grootste gebaar gemaakt dat een
staatsman ooit zou kunnen maken: het aan
bod van den vrede voor den duur van 25 jaar.
Over verstandige voorstellen willen wij gaarne
op verstandige wijze onderhandelen.
Tegenover de „bolsjewistische gewelddaden"
deed Goering een beroep op het verstand der
volken.
Duitschland wil den vrede en wanneer het
Vertrek Den Helder 12.10. RETOUR f 1.40.
Inlichtingen bij de chauffeurs en egentsehappen.
verstand zou overwinnen, zal men erkennen
dat de Führer met zijn stap een groote bij
drage heeft geleverd voor den vrede, de wel
vaart en het geluk in Europa en in de wereld.
Wij hebben een goed geweten en w(j hebben
juist gehandeld, besloot Goering, het recht
van het Duitsche volk is een goddelflk recht,
dat het Duitsche volk de vrijheid heeft terug
gegeven Indien men ons aan gene zijde van
de grens begrijpt, is de weg vrij voor een
duurzame overeenstemming.
De Grieksche staatsman is op
71-jarigen leeftijd te Parijs over
leden.
Met Eleutherios Venizelos, den Griekschen
staatsman, die gisteren op 71-jarigen leeftijd
te Parijs is overleden, verdwijnt een merk
waardige figuur, die sinds 1910 zjjn stempel
heeft gedrukt op het politieke leven in Grie
kenland. Zelden is een staatsman zoo ver
afgood en zoo verfoeid als deze Kretenzer,
Er zijn tijden geweest, dat de wereld in hem
den redder zag van het Grieksche volk, maar
ook tijden, dat hfj als het noodlot van zijn
volk werd beschouwd. In eigen land heeft hij
tjjden gekend van oppermachtigheid en tijden
van diep verval, waarin hfj als balling bui
tenslands moest zwerven om in zi)n eigen
land de doodstraf te ontgaan. Of hij zijn land
ten zegen is geweest of ten vloek T Naast
veel goeds, dat hij het bracht, heeft hfj het
onnoemelijk veel leeds berokkend. Wat ten
slotte zal overwegen, zal de historie moeten
uitmaken.
VENIZELOS.
Een groote figuur, een karakter, was hij
dan ook stellig en als zoodanig zal hij stel
lig in de geschiedenis blijven voortleven, wat
ook het oordeel moge zijn, dat ten slotte
over hem geveld zal worden, (N.R.Crt.)
Naar Havas meent te weten, zal het stoffe
lijk overschot van Venizelos over ongeveer
een week naar Kreta worden overgebracht
Waarschijnlijk zal eerst te Parijs een lijk
dienst worden gehouden.
Lord S win ton over de plannen.
Het Engeische Hoogerhuis is Dinsdag een
tweedaagsch debat over de voorstellen van
het Witboek begonnen. Lord Swlnton, de
minister van luchtvaart, stelde de aanneming
der voorstellen voor, op grond dat de regee
ring in haar strijd voor het bereiken van de
collectieve veiligheid over voldoende machts
middelen moest beschikken om met de gelijk
gezinde Volkenbondsstaten lederen aanvaller
te kunnen afschrikken, en als dit niet hielp
te kunnen afslaan. Een politiek van isolatie
kon niet meer gevoerd worden wilde de re
geering om haar beginselen van versterking
van den Volkenbond de collectieve veiligheid
vasthouden.
Een nieuw type vliegtuigen.
De regeering is van plan de luchtmacht
voor de komende drie jaren vliegtuigen te
geven, die beter zijn dan de toestellen, zooals
die ln de zeventien jaren na den oorlog Ia
gebruik geweest zijn. Deze toestellen zjjn ge
heel verschillend, dan alle andere toestellen
die ln gebruik zijn en zij zijn wat betreft
snelheid en gemakkelijke bestuurbaarheid
met geen andere toestellen te vergelijken. Er
is mogelijk geen land in de wereld dat niet
verlangt eenige van deze vliegtuigen te be
zitten zelfs, al zou men langen tijd moe
ten wachten, voor dit het geval kan zijn.
Lord Ponsonby vroeg namens de oppositie
verwerping der voorstellen, omdat de collec
tieve veiligheid nooit door aanschaffing
maar slechts door afschaffing van wapens
kan bereikt worden, gevolgd door opsporing
en wegneming van de oeconomische oorza
ken. van de oorlogen,
Ben velligheidsgemeeasohap voor he#
Verre Oosten tusschen Engeland, Frank
rijk, Nederland en Portugal?
Bij het verdere debat over de begrooting
van marine, zeide Winston Churchill,
dat de grondslag van de Britsche politiek
de aanvaarding ls van pariteit met de Ver.
Staten. Tusschen beide landen kan geen sprake
van vlootrivaliteit zijn. Churchill noemde het
een gelukkig verschijnsel, dat de drie mogend
heden, die groote linievloten bezitten, in ver
schillende hoeken der aarde zitten, zoodat aan
vallen van den een op den ander zoo goed als
onmogelijk zijn.
Archlbald Sinclair, de liberale leider, gispt»
de ongelijkheid tusschen de bestede bedragen
en de daarvoor verkregen resultaten, waarin
Winston Churchill hem bijviel.
De conservatief Graharn drong erop aan
dat Engeland ten aanzien van het Verre
Oosten een veillgheidsgemeenschap zou
sluiten met Frankrijk, Nederland ea
Portugal,
Stuart Emeny, die zes maanden als ooï*
logscorrespondent van de „News ChronleW
ln Abessinië vertoefd heeft, wordt, nu hij t»
Londen is teruggekeerd, overstroomd met de
vragen:
„Wie zal er winnen?"
„Wat zal er gebeuren?"
„Hebben de Abessijnen een kans?"
Hij antwoordt in zijn blad, dat, als de Vol
kenbond geen verdere doeltreffende sancties
aan Italië oplegt, de agressie het winnen zal,
maar het zal heel wat jaren duren, voordat
het verzet in Abessinië gebroken ls en tegen
dien tijd zal de bodem gedrenkt zijn met Ita-
liaansch bloed. Alleen de dood van den negus
of een overweldigende nederlaag, die tot een
opstand zou leiden, zou de Italianen aan een
spoedige overwinning kunnen helpen. Aan een
overweldigende nederlaag gelooft Emeny niet
Hij acht de overwinningsberichten van Ba-
doglio overdreven en merkt op, dat de Abes
sinië rs van hun fouten weten te leeren.
De inval van Italië heeft in Abessinië een
grootere eendracht teweeggeroepen dan ee
ooit bestaan heeft en men moet niet vergeten,
dat de Italianen met al hun successen thans
slechts 80 km dichter bij Addis Abeba staan
dan in November. Ook in het Zuiden ls men
eigenlijk nog niets gevorderd. In het Oosten
hebben de Italianen hun plannen geheel laten
varen.
Tanks zijn in den guerilla-oorlog van gc«
8)
:-U krijgt geen antwoord. Maar plotseling
klinkt in de onmiddellijk nabijheid het geblaf
yan een hond. Angstig grijpt de barones den
arm van dr. Falk. Op hetzelfde oogenblik
'litst het licht van een zaklantaarn aan en
een vrouwenstem commandeert:
„Hier Bella!"
„Bella?" herhaalt de koetsier verheugd en
..Therese??" voegt hij er nog verheugder aan
toe. Want de koetsier van Iglerhof en het
Heisje voor alles uit de „Lantaarn" zijn neef
en nicht. De begroeting tusschen het twee-
*"a' in den dichten nevel ls allerhartelijkst,
Vooral van de zijde van Gustl, al komt daar
bij dan ook vast te staan, dat hij een heel
eind van den goeden weg is afgedwaald,
want de slede staat nu op ongeveer honderd
Pas afstand van de „Lantaarn". Onbewust
heeft hij daarmee echter de, inmiddels min of
Heer wanhopig geworden situatie van het
gezelschap, dat aan zijn zorgen ls toever
trouwd, gered, want dat men hier voorloopig
ziin intrek zal nemen, daarover zijn neef en
n eht het onmiddellijk eens.
Hit alles speelt zich zoo vlug af, dat Gustl s
passagiers hun zoo onverwacht veranderde
positie nauwelijks beseffen, maar in ieder ge
val is het hun een pak van het hart, dat zij
zij het ook in de meening, dat de „Lan
taarn" een of andere herberg is de slede
kunnen verlaten, waarin zij een zeer be
nauwd half uurtje hebben doorgebracht.
Szartossy vergezelt de vrijwel geheel uitge
putte barones en dr. Falk ontfermt zich over
miss Spencer. Therese is Gustl behulpzaam
bij het uitspannen der paarden en Bella, de
even schrandere als welopgevoede hond, opent
de deur van het huls van zijn meesteres voor
de gasten.
Onwillekeurig blijft het viertal, als men de
„Lantaarn" betreedt, aarzelend staan, waar
bij zij elkaar vragend aanzien. De betimmerde
hall met de groote planten in de hoeken, het
smaakvolle arrangement, der fraaie meubelen,
de kostbare, een warm licht verspreidende
kroon aan het plafond, dat alles wekt niet
direct den indruk van een herberg. Eenigs
zins verlegen staart Szartossy naar zijn ski
schoenen, waarvan het vuile sneeuwwater op
het pauwblauwe Oostersche tapijt sijpelt.
„Hm", verbreekt dr. Falk het beklemmen
de' stilzwijgen, „er schijnen dus in het jaar
1935 nog betooverde kasteelen te bestaan!"
Very comfortable, indeed", constateert
miss Spencer, terwijl zij zich in een diepe
fauteuil laat vallen.
Barones Geitier meent nu eveneens iets te
moeten zeggen, maar zij wordt daarin door de
binnentredende There verhinderd. Het meisje
helpt de onverwachte gasten bij het uittrek
ken van mantels en jassen en brengt hen
daarna naar Renate's woonkamer. DaarbU
legt zij een zoodanige welsprekendheid aan
den dag. dat niemand aan het woord kan ko
men. Lang en breed betuigt zij den dames en
heeren die in zoo'n onaangename situatie zijn
geraakt, haar deelneming om eindelijk te be
sluiten met de toezegging, dat mevrouw on
middellijk bij hem zal zijn. En dan heeft zij de
deur alweer'achter zich gesloten, nog vóór
iemand haar iets heeft kunnen vragen.
„Het wordt steeds beter", meent dr. Falk
te mogen opmerken.
„It seems really to be een betooverd slot,
zooals u hebt just gezegd", knikt miss Spen
cer.
„Ik begin het nu ook te gelooven," zegt
Szartossy. „En dit hier zal dan wei de be
tooverde prinses zijnIIü wijst op een
schilderij, dat aan den muur boven den vleu
gel hangt. Het is het portret van een lief
tallig jong meisje, dat op zeldzaam innemen
de wijze den beschouwer toelacht. Het losse,
blonde haar en het golvende, van geen mode
getuigende gewaad, dat door een zilveren
ceintuur bijeen wordt gehouden, idealiseeren
het werk van een schilder, die zijn kunst zeer
wel moet hebben gegrepen. In den rechter
hoek van het schilderij zijn, onder een negen-
puntige gravenkroon twee wapens aange
bracht: drie zilveren lelies op een rood veid
en twee gekruiste zwaarden op een zwarten
driehoek.
„Neen, een betooverde prinses is dat niet,"
zegt de kleine, oude barones in heftige ge
moedbeweging. „Dat is Liserl Zerlett, God
hebbe haar ziel. Dat schilderij van Moll ken
ik. Het hing destijds op de tentoonstelling in
Weenen. Pep Royter was er immers maar wat
trots op
De anderen begrijpen niets van deze, even
raadselachtige als verrassende onthulling,
maar nog voor zij in staat zijn eenige nadere
opheldering te vragen, zegt een melodieuze
vrouwenstem:
„Hebt u mijn ouders gekend mevrouw?"
Het is Renate, die onopgemerkt ls binnen
gekomen en nu op de oude dame toetreedt.
„Renaterl, nee maar kind!" zegt deze, ter
wijl zij de sierlijke gestalte ln de zilvergrijze
Kasjmirjapon in een plotselinge opwelling
van teederheid in haar armen sluit. Snel
drukt zij een kus op de donkere schelding,
maar reeds het volgende oogenblik is zij
weer geheel vrouw van de wereld. Met een
paar woorden is de situatie spoedig opge
helderd en dan volgt de kennismaking.
Bijzonder hartelijk en zichtbaar verheugd
heet Renate de, haar door de natuur gezon
den gasten, welkom.
Al heel spoedig is er tusschen de vijf men
schen, wier maatschappelijke positie niet zoo
heel ver uiteenloopt, een brug van verstand
houding geslagen en een levendig, vlot ge
sprek is daarvan het logisch gevolg. Er is
immers zooveel, waarover men kan praten.
De opwindende tocht door den nevel vormt
alleen reeds een dankbaar onderwerp en daar
bij komen dan nog de vele vragen en antwoor
den over Igls en Innsbruck, over het weer en
de reeds gemaakte tochten en over het leven
in Weenen, Berlijn, Liverpool en Boedapasb
Het gesprek daarover leidt weer tot andere
dingen, die er op de een of andere manier
verband mee houden en interessant genoeg
zijn om er uitvoerig over van gedachten te
wisselen. Daartusschendoor zwelgt de barones,
die Renate natuurlijk „tante Sopherl" moet
noemen, in familieherinneringen uit den goe
den, ouden tijd, toen zij nog jong en Weenen
nog de oude Keizerstad was, waar de Geitiers
met de Hasslingens en de Roytcrs met de
Zerletts tezamen en over en weer met elkaar
bevriend en verwant waren.
Tijdens den gezelligen maaltijd komt men
nog andere relaties tusschen de beminnelijke
gastvrouw en haar bezoekers op het spoor.
Zoo ontpopt dr. Falk zich als een ijverig lezer
van Renate Llen's novellen en miss Spen
cer geraakt ln extase bij de herinnering aan
het fraaie landhuis, dat een familielid te Lon
den naar een antwerp van den Weenschen
architect, Wolfgang Lien, heeft laten bouwen.
Slechts Stefan Szartossy is zwijgzaam.
Nochtans heeft hij zich zijn geheele leven nog
nooit zoo gelukkig gevoeld als dezen avond
in de „Lantaarn". Terwijl hij Bella, die hem
haar zeer bijzondere gunst verleent, den
kop streelt, laat hij geen oog van de vrouw
des huizes af. Met voorname gracie beweegt
Renate zich tusschen haar gasten. Het ge
animeerde gesprek heeft haar wangen een
teere blos verleend en stralend ls haar blik,
welken de twee jaar van eenzaamheid lang
zamerhand versluierd hebben. Een zeldzame
verschijning, denkt Stefan Szartossy. Haar
stem is muziek voor hem, een kunstwerk de
smalle, edele handen.
Therese, die de koffie ronddient, vind haar
meesteres eenvoudig betooverend mooi en zoo
Jong, net een bakvlsch.
„Dat komt, omdat ze eindelijk weer eens
ln een passend milieu is, weet Je," meent ze
in de keuken Gustl te mogen toevertrouwen,
waarbij ze vooral den nadruk legt op het
vreemde woord.
Wanneer ze echter denkt Gustl daarmee te
kunnen imponeeren, ls ze aan het verkeerde
adres. Als koetsier van Iglerhof, waar h\j
dagelijks de defstlgste menschen rijdt, ls hij
minstens zoo ontwikkeld als zi).
„Nou ja, antwoord hij droog, „ze moest
ook eigenlijk veel meer aanspraak hebben,
die mevrouw van jou; altijd en eeuwig alleen
met iemand als jij, dan moet je wel ver
zuren!!"
Hevig beleedigd opent het meisje den mond
voor een even scherp antwoord, maar Gustl
laat het niet zoover komen.
„Bij ons beiden ls dat natuurlijk wat an
ders", zegt hij sussend. „Wij zouden ons heele
leven bij elkaar kunnen zijn en dan toch
eiken dag opnieuw weer pleizier kunnen heb
ben, niet meid?"
Maar zoo gauw capituleert Therese niet.
„Met jou alleenNou, daar zou ik
eerst nog eens een paar nachtjes over moeten
slapen; ik geloof, dat ik nog liever
Maar ze krijgt geen gelegenheid om U
vertellen, wat ze liever deed. want de bel
uit de huiskamer roept haar naar binnen. ...«4
„Ziezoo en nu gaan we naar bed!" com
mandeert tegen middernacht barones Geitier.
„Tja, maar we mogen toch van uw gast
vrijheid geen misbruik maken, mevrouw,**
meent dr. Falk aan de conventie te moeten
voldoen.
„U mag niet alleen, u zult zelfs moeten,
dokter, lachte Renate. „Kijkt u maar eens!"
Ze tilt de tule gordijnen van de groot»
schuiframen wat op. Eten dikke, ondoordring
bare nevel belet elk uitzicht. „Schikt u zich
dus in het onvermijdelijke. Therese zal u da
kamer wijzen, die u met meneer Szartossy
zult moeten deelen. Hopelijks vindt u daar
alles tot uw tevredenheid. Ik wensch u een
aangename nachtrust." Daarmee reikt z(J
belden heeren de hand.
Szartossy drukt deze aan zfln lippen.
Geen theaterhandkus, constateert Renate
verrast. Zij kijkt den man, wiens blik haar
meto nauw verholen bewondering omvat,
scherp aan. Een lichte verlegenheid maakt
zich van haar meester, maar deze wordt in
de kiem gesmoord door barones Geitier, dia
haar terzijde trekt en haar haastig toe
fluistert:
„Die twee mannen kan je natuurlijk b(|
elkaar stoppen, maar als Je mij met die miss
in één kamer Inkwartiert, blijf ik m'n leven
lang boos op Je!"
„Maar waarom dan?" vraagt Renate ge
amuseerd.
„Omdat ze snurkt, dat schepsel
„Hoe weet u dat nu?"
„Maar kind, hoe kan Je dat nu vragen?!
Oude vrijsters snurken altijd!"
(Wordt vervolgd.)