Buitenlandsch Overzicht. Jleistfieï IVaco! De opmarsch der Italianen. Natuurboter is niet te vervangen.' DE GOUDEN BRUG Oost'lndië NIEUWSBLAD VOOR DEN HELDER, KOEGRAS, TEXEL, WIERINGEN EN ANNA PAULOWNA No. 7738 EERSTE BLAD DINSDAG 14 APRIL 1936 64ste JRAAGANG De slappe houding van den Volkenbond in de Abessijnsche kwestie. Pn>Duitsche gezindheid in Engeland. De Volkenbond »n Abessynië. Engeland' Duitschland Afschaffing van de slavernij. Het Abessijnsche kabine bijeen. Dertig vragen van den Volkenbond Croeiende onrust te Addis Abeba. De besprekingen der Locarno- mogendheden. Engelsche tevredenheid. ONVOORWAARDELMK ASPI RI N I De gevallen van sabotage bij de Britsche marine. ne"erlands zuivel voedt u goedi De O.G. over de lands verdediging. Amok. FEUILLETON ROMAN VAN El HANNO PLESSEN COURANT Abonnement per 3 maanden by vooruitbet.: Heldereche Courant 1.50; Koegras, Anna Paulowna, Breezand, Wieringen en Texel 1.65; binnenland 2—, Nederl. Oost- en West-Indië per zeepost 2.10, idem per mail en overige Unci( n .120 Losse nos. 4 ct.; fr. p. p. 6 ct. Weekabonnementen 12 et. Zondagsblad resp. 0.50, 0.70, 0.70, 1._. Modeblad resp. 1.20, 1.50, 1.50, 1.70. Verschynt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagmiddag Redacteur: P. C. DE BOER Uitgave N.V. Drukkerij v/h. C. DE BOER Jr. Bureau: Koningstraat 78 Telefoon: 50 en 412 Post-Girorekening No. 16066. ADVERTENTIËN: 20 ct per regel (galjard). Ingez. meded. (kolombreedte als redaction. tekst) dubbele prijs. Kleine advertentiën (gevraagd, te koop, te huur) bij vooruitbetaling 10 ct per regel, minimum 40 ct.; bij niet-contante betaling 15 ct. per regel, minimum 60 ct (Adres Bureau van dit blad en brieven onder nummer 10 ct per advertentie extra). Bewijsnummers 4 ct. Over de houding van den Volkenbond, ten op zichte van het Abessijn sche vraagstuk is slechts een kwalificatie, dat is „slap". Wij zouden niet gaarne de moeilijk heden wegcijferen die de Bond in dit geval heeft, ook al omdat zoo tal van andere vraag stukken zijn aandacht vragen. Doch uit de geheele behandeling blijkt wel, dat de kleine mogendheden nooit veel van den Bond heb ben te verwachten en in hoofdzaak wel aan gewezen zijn hun eigen boontjes te doppen. De N. R. C. schreef Zaterdagavond over den Volkenbond en Abessinië o.m.: De Abessijnsche kwestie overheerscht thans te Genève al het andere. Met de uitkomsten van de Volkenbondsactie is terecht niemand ingenomen en vooral in Engeland, dat van meet af de leiding had, zQn de laatste dagen harde woorden gevallen, zoowel in de pers als in het parlement. Het scherpst zijn de tekort komingen wellicht geformuleerd door Chur- chill, die in het Lagerhuis heeft gezegd: „Wij hebben Frankrijk bewogen een koers te vol gen die niet ver genoeg ging om Abessinië te helpen, maar ver genoeg om Frankrijk en Engeland in onmin met Italië te brengen, en zoodoende Hitier gelegenheid te geven tot zijn Stap van 7 Maart." Inderdaad, Italië heeft zich door het moreel gezag van den Volkenbond niet laten weer houden er op los te slaan, het heeft de finan- cieele en oeconomische sancties, hoe zwaar ze op de volkshuishouding ook mogen drukken, tot dusver doorstaan en het toont weinig of geen geneigdheid thans in te binden en een redelijken vrede te sluiten. Integendeel heeft het allengs steeds onmenschelijker methoden tegen zijn veel zwakkere tegenstanders toe gepast en bij monde van Mussolini te kennen gegeven, dat het de militaire kracht van Abessinië geheel wil breken en het Abessijn sche volk wil ontwapenen. Het valt niet langer te ontkennen: Genève heeft het uithoudingsvermogen van Italië on derschat en is met zijn maatregelen niet ver en niet snel genoeg gegaan. Het heeft de volkswijsheid, die neergelegd is in het Duit- »che rijmpje: „Greif' memals in ein Wespen nest, doch tust du es, so greife fest" niet genoegzaam voor oogen gehouden. Hoe dat komt is niet zoo moeilijk te be- oordeelen. De Volkenbond bestaat uit vogels van zeer diverse pluimage, wier wenschen en streven ver uiteenloopen. Genève is een verzamelbegrip, geen eenheid. Is het wonder dat in die omstandigheden geen doorslaand succes te bereiken was en dat Genève thans moet zien den Abessijnschen boedel nog zoo goed mogelijk te liquideeren? Dat zulks „bin nen het kader van den Volkenbond en in den geest van het Handvest" zal kunnen geschie den, dat m.a.w. de territoriale onschendbaar heid van Abessinië bij de onderhandelingen Voorop moet staan, zal ook de grootste opti mist wel niet meer gelooven. 3 maai per dag Den Helder- Wieringermeer - Medemblik - Hoorn - Amsterdam. Verbinding met geheel West-Friesland. Men kan het gebeurde uit verschillende ge zichtspunten beschouwen, maar niemand zal kunnen ontkennen dat de idee, die te Genève voorzat, toen het besloot op te komen tegen het met voeten treden van internationaal recht en verdragen, grootsch en bewonde renswaardig was. Is er een kans dat de uitvoering van het beginsel, 't welk het zuiverst is neerge legd in het verdrag van Kellogg, op betere grondslagen komt te rusten? Blijkens te Genève ingediende voorstellen zoekt Frank rijk het in de vorming van een Volkenbonds- leger. Het is een denkbeeld dat al heel wat jaren oud is en naar men weet het eerst in ons land is geopperd. Zooals het Fransche vredesplan het formuleert is het echter slechts een verplaatsing van de moeilijkheid. Elk land zou namelijk zijn contingent in eigen beheer houden en het slechts, als de nood aan den man kwam, ter beschikking van den Volken' bond stellen. Welken waarborg zou men even wel hebben, dat aan deze verplichting ook werkelijk de hand werd gehouden? En wat zou er gebeuren de vraag is lang geleden al door den sedertdien overleden Franschen journalist Bainville gesteld als de inter nationale politietroep eens verslagen werd door een overtreder van het internationale recht? Wie dit middel wil zal een methode moeten verzinnen om een internationaal politieleger te onttrekken aan nationale invloeden. Het lijkt een utopie, vooral in Europa, waar de politieke regeeringsvormen zoover uiteen loopen, dat een gekleurde kaart ervan een rijk geschakeerd mozaïek zou toonen. Er is in Engeland een toenemend pro-Duitsche gezindheid waar te ne men, waarover de Lon- densche corr. van de N. R. C. aan zijn blad berichtte: De heer Eden is niet te benijden. Zelf on getwijfeld overtuigd van het groote gevaar de Duitsche vredesplannen op goed vertrou wen te accepteeren, heeft hij te strijden tegen een sterke pro-Duitsche strooming in een on nadenkend en goed bedoelend publiek, dat dageiyksch meer anti-Fransch wordt. De schuld van deze groeiende anti-Fransche gezindheid ligt we) hoofdzakelijk bij Frank rijk zelf. Op het oogenblik dat de verontwaar diging over de Fransche politiek van draaierij en uitstellen inzake het ItaliaanschAbes sijnsche geschil door de nieuwe internationale complicaties eenigszins vergeten is en op het oogenblik dat Frankrijk handhaving van het internationale recht eischt en verstrekkende vredesplannen opstelt, kromt het zich te Ge nève in allerlei bochten om Mussolini te hel pen het internationale recht te blijven schen den en de vruchten van een aanvalsoorlog te plukken. Met recht vraagt men zich hier dan ook af, wat er van de beroemde Fransche logica ge worden is. Met recht rijst er hier in de open bare meening twijfel aangaande Frankrijks oprechtheid bij het aandringen op de on schendbaarheid van internationale verdragen. Zooals de Times vanochtend zegt: „Wanneer de commissie van dertien den volgenden Donderdag bijeenkomt, zal zij niet langer beslissingen kunnen ver mijden zonder de verdenking te vestigen, dat sommige van haar leden niet zoo zeer begaan zijn met de onschendbaarheid van verdragen, als met de onschendbaarheid van bepaalde verdragen." Op welk land hier gedoeld wordt is duide lijk. De diepgaande verontwaardiging en afkeer van Flandin's laatste opportunistische ma noeuvre, die na den schok, die Mussolini's be vel tot vernietiging van Abessinië en het be kend worden van den gasoorlog hier gewekt hebben, wordt in Frankrijk blijkbaar nog steeds niet begrepen. Het argument dat het al te laat is voor een uitbreiding van de sancties tegen Italië maakt hier althans bij het groote publiek geen in druk, want dit argument is gebaseerd op de redeneering dat de toepassing van sancties alleen nuttig is, voor zoover zij een oorlog tot een spoedig einde kunnen brengen, terwijl het Engelsche publiek in de eerste plaats over tuigd is de noodzakelijkheid van de kracht en de realiteit van het Volkenbondsinstrument te demonstreeren. En ook dit schijnt men in Frankrijk niet te kunnen of willen begrijpen. Het gevolg kan alleen maar zijn dat de pro- Duitsche strooming met haar gevaren aan zienlijk versterkt wordt, hoezeer de regeering haar ook in toom mag trachten te houden. „De triomphantelijke opmarsch onzer troepen in de verschillende sectoren van het noordelijk front wordt voortgezet", aldus vangt het jongste legerbericht van maarschalk liadoglio aan. „Een onzer colonnes, die uit Gondar was vertrokken, heeft op 12 April het schiereiland Georgora aan het Tsana-meer bezet. Hier is de Italiaansche vlag geheschen. Onze troepen werden door de bevolking met vreugde ontvapgen. Het Tsana-meer is met Gondar verbonden door een autoweg, die tegelijk met den opmarsch dar troepen werd aangelegd. Aan het Zuidelijk front heeft een klein ver kenningsdetachement nabij Wadara een numeriek sterkere vijandige groep ontmoet. Na een hevig gevecht is deze tot den aftocht gedwongen. Aan onze zijde weiden 46 blanke soldaten gedood of gewond. De vijand leed zware verliezen". Twee bijzonderheden vallen over het verloop van den strijd gedurende het weekeinde te ver meldengeruchten omtrent de bezetting van Dessie door de Italianen en een hernieuwd be zoek van vijandelijke vlingtuigen boven de Abes- sinische hoofstad. Maarschalk Badoglio zal morgen een decreet van 12 artikelen publiceeren, waarbij de slavernij in het geheele gebied, dat de Italianen thans bezet hebben, wordt afge schaft. BIJZETTING VAN VON HOESCH TE DRESDEN. Vermoedelijk zal het stoffelijk overschot van den overleden Duitschen ambassadeur te Londen, von Hoesch in het midden van de komende week naar Duitschland worden overgebracht en worden bjjgezet in het familiegraf te Dresden. Reuter meldt uit Addis Abeba: Het Abessijnsche kabinet heeft Zaterdag morgen vergaderd over het antwoord op der tig vragen, die men naar men beweert van den Volkenbond heeft gekregen, waarin gelijk men zegt, eenige zeer belangrijke punten ter sprake zijn gekomen. Een speciale correspondent van Reuter heeft vernomen, dat men zeer geschrokken is van het karakter van deze vragen en dat de Abessjjnen met groote verbazing hebben kennis genomen van den inhoud van verschil lende punten van deze vragen, die een be antwoording zeer moeilijk maken. De openbare meening blijkt zeer teleurge steld te zijn, want uit de vragen zou duidelijk blijken, dat de commissie van dertien, van welke commissie meD hulp verwachtte, alle mogelijke pogingen doet om haar verant woordelijkheid van zich af te schuiven en pogingen in het werk testellen om tot lederen prijs Abessinië onafhankelijk met Italië te laten onderhandelen. Te Genève niets bekend van dertig vragen. Te Genève zegt men, niet te weten welke dertig vragen van de zijde van den Volken bond men kan bedoelen, in het bericht van Reuter uit Addis Abeba. Uit Addis Abeba wordt gemeld: Het stage voortrukken van de Italiaansche troepen begint de Abessijnsche bevolking in hooge mate te verontrusten. Men volgt met de grootste belangstelling de besprekingen te Genève, in de oop, dat men er inderdaad spoedig in zal slagen, een rechtvaardigen vrede te formuleeren. Een te Addis Abeba-verschijnende courant bespreekt op lronischen toon de machteloos heid van Genève. Het blad verlangt, dat de Volkenbond nu eindelijk eens tot de daad zal overgaan. Het hoofd van de Koptische kerk heeft alle bisschoppen in het buitenland een Paaseh- boodschap gezonden, waarin hij protesteert tegen de onmenschelijke oorlogsmethoden van de Italianen. Na afloop van de conferentie van Vrijdag gaf de Britsche delegatie aan de internatio nale pers te kennen, dat zy in hooge mate voldaan was over het verloop van de bespre kingen tusschen de Locarno-mogendheden Vrijdagmiddag en Vrydagavond. De Britsche delegatie vindt, dat de bespre kingen zeer nuttig zyn geweest en was vooral voldaan erover, dat thans de deur voor ver zoening nog niet gesloten is en dat de Britsche regeering weer een nieuwen tyd van een maand gekregen heeft om een verzoening tusschen de Locarno-mogendheden en Duitsch land tot stand te brengen. Britsche persstemmen. De Daily Telegraph geeft uitdrukking aan zyn teleurstelling dat de zitting van de com- alleen hef besle voor Uw gezondheid Uitsluitend verkrijgbaar in de oranje-bendbuisjes van 8) 90 tabl. 70 ets. en oranjezakjes van 2 tabl. i 10 ets. missie van dertien wederom een week is uit gesteld, aangezien deze opschorting Italië ten goede komt. Het blad critiseert Flandln, die, naar het schijnt, geëischt heeft, dat Abessinië veranwoordeiyk moet worden gesteld voor een verlenging van den duur van den oorlog, indien het de onderhandelingen zou afbreken. Het is logisch onjuist, dat ieder land, dat een vrede op vernederende voorwaarden ver werpt, den oorlog verlengt. Dat evenwel een zwak land hierdoor alle aanspraak op hulp zou verliezen, wordt een verbazingwekkende opvatting genoemd. De correspondent van het blad te Genève schrijft, dat de Volkenbond moet kiezen tus schen de speculatie van Italië of het afdwingen van een boycot tegenover Italië, waardoor dit land niet de vruchten van zyn aanval zou oogsten. Geen dezer beide mogeiykheden is voor Engeland aantrekkelijk, daar de eerste het mislukken van het collectieve veiligheids systeem inhoudt, en de tweede mogeiykheid zou kunnen leiden tot een oorlog in de Mid- dellandsche Zee. Niemand gelooft evenwel, dat er een middenweg bestaat, welke den Vol kenbond zou vrijwaren tegen het verwyt van ongeschiktheid. De Times wijst erop, dat de commissie van dertien thans geen beslissingen meer uit den weg kan gaan. Uit Londen meldt het D. N. B. De geheime dienst te Plymouth heeft opdracht gekregen een onderzoek in te stellen naar een geval van sabotage, dat op de onderzeeboot 154 heeft plaats gehad. De onderzeeboot bevond zich voor reparatie in het dok te Devonport en bij het onderzoek der scheepsmotoren werd ontdekt, dat zich een moersieutel in de machines bevond, zoodat het niet mogelijk was, den motor te starten. Bij ten minste vier van de in den laatsten tijd geconstateerde zes gevallen van machine- schade bij de Engelsche marine, is volgens een officieele mededeeling sprake van sabotage, die gepleegd werd, terwijl de schepen in het dok lagen. Twee gevallen hebben betrekktng op het slag schip Repulse en op de onderzeeboot H. 28. Sabotage is eveneens geconstateerd op de onder zeeboot Oberon en op het slagschip Royal Oak in Devonport. Verder op den kruiser Cumberland en op den torpedobootjager Velox te Chatham. Hoewel de laatste weken een geheele reeks gevallen van sabotage bekend is geworden, is tot dusver, naar in het Lagerhuis is medegedeeld, nog geen enkele arrestatie geschied. Ook is niemand disciplinair bestraft. GRIEKSCHE PREMIER OVERLEDEN. De Grieksche premier Demerdzis is gisteren morgen plotseling aan een beroerte overleden. Generaal Metaxas heeft het premierschap en de leiding van Buitenlandsche Zaken op zich genomen. Verder zijn in het ministerie geen wijzigingen aangebracht. „Och, waren alle metuchan wijs (Dat is haelamaal niet noodlg, als ze achter het ttuur maar'n klein beetje beter wilden opletten, dan konden we al héél tevreden zijn I) Een persgesprek te Medan. Onze defensiestellingen zyn gereed en de vloot is paraat. Tydens zyn verbiyf te Medan heeft de gou verneur-generaal behalve met de Deli Ct., ook een persgesprek gehad met de Sumatra Post. Wy ontleenen aan het interview via de Tel. het volgende: Leger en vloot hebben gewonnen aan innoriyke kracht. Met groote waardeering sprak de landvoogd ook over leger en vloot, waaraan veel ver beterd is, want, zoo zeide hy, wel werd het leger beperkt, maar het heeft gewonnen aan inneriyke kracht door de doelmatige gevechts toerusting. die het, mede door uitbreiding en verbetering van het materieel, heeft verwor ven. Wy zyn nu paraat met de krachten die wy hebben. En toen kregen wy weer een hoogtepunt van de kostelgke nuchterheid en het practisch inzicht van den gouverneur-generaal. Wy hebben, zeide hy, Soerabaja gereed, en nu is er natuurlijk wel iets te zeggen voor de meening van deskundigen, dat zy voor een bepaald doel eigenlgk een kanon van 15 cm noodig achten, maar al is een kanon dan mis schien eenigszins onder de maat, het is toch beter het niet in de goedang magazijn te laten, doch het in stelling te brengen, dan kan men er alvast mede beginnen te schieten. Immers, een kanon van bijvoorbeeld 12 cm is toch ook niet prettig in zyn uitwerking. En ook Tarakan en Balikpapan zyn gereed, en daarmede voorkwam ik, dat men straks, als de nood aan den man komt, zou moeten zeggen: „wat jammer, daar hebben wy nu al vyftien jaar over gedelibereerd en wij hadden dit punt juist willen versterken, en nu komt de vyand nog net even te vroeg!" Nu staan onze stellingen echter gereed en paraat en het mynenveld voor Batavia wordt eveneens verdedigbaar. En ook aan de zeemacht wordt hard ge werkt, zoodat wy dezer dagen te Priok een flinke zeemacht in de haven hadden liggen. En wanneer de beschikbare schepen, en die, welke volgens het program voor de verdedi ging daaraan nog moeten worden toegevoegd, eenmaal aanwezig zyn, dan hebben wy aan deze vloot, waarbjj voortdurend twee kruisers in actie kunnen worden gebracht met de noo- dige jagers en onderzeeërs, een zeemacht die waariyk niet van beteekenis is ontbloot, en die op de verbindingsUjnen en in de kleine zeestraten den vijand handenvol werk zal kunnen geven, vooral als zij samenwerkt met de luchtmacht, die nu wordt uitgebreid. Maar natuuriyk onder voorwaarde, dat al les ook paraat is. En om dit te bereiken, heb lk, met medewerking van de commandanten van leger en vloot, voortdurend en met kracht gearbeid. En nu zou een grootere vloot wel wenscheiyk zyn, maar wy moeten ook reke ning houden met onze financieele potentie. Twee dooden, drie zwaar gewonden. De resident van Banka seint dat Dinsdag een Chinees in Kampong Loemoet amok maakte. Een vrouw en een tienjarige jongen werden gedood, drie personen zwaar gewond. De amokmaker werd door de veldpolitie neer geschoten. Tydens zyn overbrenging naar het hospitaal is hy overleden. 19) „Naar Weenen?" vraagt Vonberg. „Wel neen, dat is toch de Rome-expres!" „En meneer Szartossy? Reist die met den- delfden trein?" „Neen, die biyft nog hier. Hy brengt de barones naar het station." Dies biyft Sylvester Vonberg niet veel anders over dan post te vatten in de hall om den Hongaar by diens terugkeer onmiddeliyk te kunnen interpelleeren. Daarby is zijn denk vermogen volkomen uitgeschakeld en zoo be merkt hy niet, dat uren voorbij gaan. Het ont gaat hem, dat het middag wordt en de hotel gasten zich naar de eetzaal begeven en even min bemerkt hy dat zy na tafel de hall weer Paaseeren. Hij hoort niets van hun lachen en Praten „n hun haastige schreden, hy ziet niet, dat de schemer valt en de avond komt. Syl vester Vonberg wacht op Stefan Szartossy Hil wacht... wacht... wacht... en niets dan dat. De bagage van barones Geitier is verzorgd. ïn een eerste klas coupé heeft Szartossy voor de oude dame een plaats aan het raam ge- reserveerd. Np overhandigt hij haar nog een stapel kranten en tydschriften, bonbons en 'ruit. "Harteiyk dank, beste Szartossy... U krygt direct een kaart van me uit Triëst... en uit Cairo schryf ik dan uitvoerig... en in Weenen komt u ons toch opzoeken, ja?" „Als u het permitteert, zal ik graag aan uw uitnoodiging gevolg geven". „Hoe lang blijft u dan eigeniyk nog ln Igls?" „Voorloopig nog... nog... in ieder geval tot dat wil zeggen". Szartossy wordt rood en is zichbaar verlegen. Maar de barones bemerkt niets en babbelt opgewekt door: Hopeiyk krygt u gauw een nieuwen bridge partner voor my ...Ach ja, met dien Falk te spélen, is heusch niet zoo eenvoudig. Doet u hem vooral nog de harteiyke groe ten van me en ook aan miss SpencerAch weest u zoo lief en kgkt u eens in myn ka mer en in die van Hannerl, of we in de haast toch nog niet wat vergeten hebbenJa en voor de post zorgt u toch ook, hè dat die ons wordt nagestuurd. Op dat hotel personeel kun je je nu eenmaal niet verla ten Szartossy werpt een steelschen blik op de stationsklok. Gelukkig nog maar drie mi nuten. In dien korten tyd zullen de barones wel niet al te veel eervolle opdrachten meer te binnen schieten. Maar daar hoort hy haar alweer roepen: „M'n hemel, dat had ik toch byna verge tenWat een geluk, dat ik er nog aan denk Haastig buigt zy zich uit het coupé raampje om den onmiddeliyk naderbij treden den Szartossy by de revers van zijn jas te pakken: „Luister eens, beste Szartossy... dat moet u vandaag toch beslist nog even voor me doen. Ik heb zoowaar Renat' heelemaal ver getenWilt u even voor me by de Lan taarn aangaan „Natuuriyk, baronesDirect......!" In Szartossy's stem klinkt een onderdrukte juichtoon. Het liefst zou hy de oude dame om den hals zyn gevallen. „Doet u haar vooral myn harteiyke groe ten en vertelt u haar maar uitvoerig waar om ik zoo hals over kop uit Igls vertrok ken ben en dat het me verschrikkelijk spyt, dat we elkaar niet meer ontmoet hebben..." Zonder ophouden praat de barones door, niettegenstaande de trein zich reeds lang zaam in beweging zet. Szartossy loopt mee. „Zegt u haar maar, dat ik haar spoedig zal schrijven en dat ze beslist eens naar Wee nen moet komenIk denk, dat we daar in Maart wel weer zullen zynEn dan kunt u het misschien zoo schikken, dat u ook komt, ja?" „Heel vriendeiyk van u... natuuriyk Goede reisen m'n groeten aan de barones „Dank uTot ziensEn niet ver geten Wat Szartossy niet mag vergeten, kan hy niet meer verstaan, daar hy den wedloop met den trein, die nu tamelijk snel onder de over kapping uitstoomt, moet opgeven. Nochtans haast hy zich nu om het sta tion te verlaten. Op het Stationsplein neemt hy een taxi, waarmee hy zich naar de Pra- monstratenser Abdy laat brengen. Vandaar gaat hy te voet verder, dwars over de hel ling den kortsten weg nemend naar de Lan taarn. Therese wil juist de soep opdienen als Szartossy belt. Luid blaffend van biydschap springt Bella tegen hem op, terwijl Renate hem harteiyk welkom heet. „Snel nog een couvert er by," zegt zy tot Therese. „Wat hebben we vandaag eigeniyk voor lekkers? Hopenlijk houdt meneer Szar tossy er ook van". „Dat denk ik wel", antwoord Therese met een veelbeteeenend knipoogje, en na een korte pauze welke de verwachting van den gast beoogt op te wekken, laat zy er op vol gen: „Wiener Schnitzel". „Heerlijk!" zegt Szartossy met een geest drift, welke luj in dit geval echter in den zelfden graad voor gebakken zaagsel aan den dag zou hebben gelegd. Weldra zit hy tegenover Renate aan tafel en laat hy zich door haar bedienen. Hy eet en ziet en praat en luistert en voelt zich on- uitsprekeiyk gelukkig. Ook Renate verheugt zich oprecht over de aanwezigheid van haar dischgenoot en het gezellige gesprek, waar- by het eene woord het andere uitlokt. Na den maaltijd wordt in den „Schrijfhoek" een sigaret gerookt. Daarby vertelt Szartossy van het onverwachte vertrek der beide dames Geitier en brengt hij de groeten over van de oude barones. Innig verheugt hij zich erover, dat Renate hem direct en slechts om hem zelf zoo hartelijk heeft ontvangen en niet als afgezant van haar familie. Hy behoeft dus geen bijzondere reden te hebben om haar te bezoeken. Z'n blik omvat geboeid de ïynen van haar gestalte, die met nonchalante gracie in de hooge fauteuil leunt. Renate's meisjesachtige verschyning die bekoring uit, welke voor komt uit de tweede, door rijpe ervaring nog mooier geworden vrouwenlente. Met de teere iyn van haar hals gelijkt zij op die afbeeldin gen van oude Engelsche meesters, welke aan geen tyd gebonden zyn, omdat hun jeugd- expressie steeds weer opnieuw bekoort. Renate kan luisteren en praten. Zij ver staat het te vragen, zoowel als te vertellen en Szartossy vergeet tyd en plaats Eerst als de schemering haar schaduwen inu de kamer werpt, wordt hy zich plotse ling bewust, dat ook dit gelukkige samenzyn aan tijd gebonden is. „Ik heb u schandeiyk opgehouden, me vrouw", zegt hy tot de taal der conventie terugkeerend, maar haar toon biyft persoon- kjk-warm. „Toch niet, meneer Szartossy", zegt zy lachend, „de mogeiykheid tot een geanimeer de gedachtenwisseling is een uitzondering, een welkome uitzondering, een welkome uit zondering in mijn eenzaamheid..." „Dam zult u misschien toch gevolg geven aan de invitatie van barones Geitier om haar in Weenen te bezoeken „Dat kan ik op het oogenblik werkeiyk niet zeggenMaar daar kunnen wy den volgenden keer dan eens over praten". „Mag ik dan nog eens terugkomen?" „Ik reken enverheug me erop, meneer Szartossy". Dam vergezelt Renate haar gast tot voor de huisdeur. Szartossy hoort nog geruimen tyd de klank van haar stem. Hy voelt nog den hartelijken druk van haar hamd, die smalle, veelzeggende hand van de aristocratische kunstenares. En hy denkt slechts dit eene, dat hy haar moet veroveren. Stap voor stap. Dat hy dienen wil om haar en dathet leven wondermooi kan zijn. Het is niet te verwonderen, dat hy, in deze gedachten verdiept van den kortsten weg naar Igls afdwaalt. Het duurt byna drie uren voor hy het hotel bereikt. In de hall verspert Sylvester Vonberg hem den weg. zyn gelaat is ingevallen, onder zyn oogen liggen donkere kringen. „WaarWaar isbrengt hy er lallend uit. Szartossy, onmiddeliyk beseffend, dat elk opzien moet worden vermeden, trekt hem met zich mee in de, op dit uur geheel verlaten rooksalon. „Barones von Geitier is op dringend advies van haar dokter in Milnchen naar het Zuiden gereisd, waar zy haar tante zal ontmoeten". „WaarWaarhoudt Vonberg, byna smeekend aan. Szartossy aarzelt een oogenblik. Eigeniyk moest hy dien kerl niets zeggen en hem rustig in het onzekere laten. Een dergetyke handelwyze zou zeker ook geheel in overeenstemming zyn met de be doelingen van het dappere meisjeMaar tenslotte heeft hy toch medeiyden met den man, wiens blik wel zeer duideiyk zyn diep- geschokten gemoedstoestand verraadt. Zich zelf veel te gelukkig voelend om hard te kunnen zyn, zegt hy langzaam: „De dames zullen elkaar in Triëst ontmoe ten. Het doel van hun reis is Cairo Shepheard HotelDan verlaat hy haas tig de salon. Sylvester Vonberg laat zich in een fauteuil vallen. Hy lacht bitter. CairoShepheard HotelDat kost geld, veel gelden zyn geheele bezit bestaat uit drie Oostenryksche shillingen En zyn lachen verkeert in een wanhopig snikken, dat hy niet vermag te onderdruk ken Sinds uren hoort Johanna niets anders dan het monotone geratel der wielen van den trein, die haar naar het Zuiden brengt. Met elke minuut verwydert zy zich verder van den man, die haar het hoogste geluk deed vermoeden om haar daarna het verbitterst teleur te stellen. Blind voor de grandioze schoonheid van de Alpenwereld, waar de Tauerspoor haar doorheen voert, staart zy slechts op de krampachtig gevouwen han den in haar schoot. Op het klaptafeltje van de coupé, welke zy tot haar geluk met niemand behoeft te deelen, ligt een wit couvert in kwarto for maat. Het is een zakenenveloppe. waarop de naam is gedrukt van het Recherche- en In formatiebureau Schwarzer, Mlinchen, Brien- nerstraat 31. (Wordt vervolgd.)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1936 | | pagina 1