Buitenlandsch Overzicht. (D F T Z Z me"°ea JmiÊda CHINA NIEUWSBLAD VOOR DEN HELDER, KOEGRAS, TEXEL, WIERINGEN EN ANNA PAULOWNA REIST PER WACO- Zuivelgerecliteii maken het huishonden gemakkelijker en goedkooper f No. 7770 EERSTE BLAD ZATERDAG 27 JUNI 1936 MC. PI IS®iü naar HOORN, EDAM, AMSTERDAM en GEHEEL WEST-FRIESLAND EEN IN M BEN BOLT REEDS MEER DAN 20 JAAR DE BEKENDE NAAM VOOR HET BESTE FOTOWERK KEIZERSTRAAT 113 TEL. 450 De kleine staten bijeen te Genève. De negus naar Genève. De binnenlandsche moeilijk heden in Frankrijk. Motie van vertrouwen in de Fransche regeering. De vredesbeweging in Engeland. Snel prachtig bruin. Het lot van de gebroeders Leenaers in Abessinië. De Democratische conventie te Philadelphia. 64ste JAA RGANg COURANT Anna Paulowna 3 ™aanden blJ vooruitbet.: Heldereche Courant 1.50; Koegras, landen ',t"I°djc P« »*P°«t 2.10. Idem per mail en overige ZP- P 6 Weekabonnementen 12 et. rC3P' 7 °'70,7 7®'71Modeblad reep. J 1,20, 1.50, 1.50, 1.70. Waardeering en eril.ek op he. beleid der Engelsche regeering Wie den vrede wil. bereide zich ten oorlog. - Het revolutionnaire plan van v. Zeeland, den Belgischen minister-president. - De spanning in het Verre Oosten. Verschijnt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagmiddag Redacteur: P. C. DE BOER Uitgave N.V. Drukkerij v/h. C. DE BOER Jr. Bureau: Koningstraat 78 Telefoon: 60 en 412 Post-Girorekening No. 16066. ADVERTENTIEN: 20 ct. per regel (galjard). Ingez. meded. (kolombreedte als redaction. tekst) dubbele prijs. Kleine advertentiën (gevraagd, te koop, te huur) bij vooruitbetaling 10 ct. per regel, minimum 40 ct.; bij niet-contante betaling 15 ct. per regel, minimum 60 ct. (Adres Bureau van dit blad en brieven onder nummer 10 ct. per advertentie extra). Bewijsnummers 4 ct. Wie den vrede wil, bereide zich ten oorlog Het oude spreekwoord „Wie den vrede wil, be reide zich ten oorlog", doet in onze dagen weer opgeld. Telkens weer hoort men het verkon digen, wij willen den vrede en dus moeten we een machtige bewapening hebben. Verschillen de Britsche ministers hebben dit thema op verschillende wijze naar voren gebracht. Het was dezer dagen sir Samuel Hoare, die de noodzakelijkheid van de Britsche bewapening weer eens bepleit heeft. Aan een diner van de Royal Empire Society heeft hij o.a. ge zegd: Het zou misdadig en dwaas zijn te beweren, dat een oorlog onvermijdelijk is. Er is in Europa zooveel ontvlambaar materiaal, dat, hoewel geen enkel land den oorlog wenscht, een vonk tot een ontploffing kan leiden, tenzij een groote mogendheid, zooals Groot-Brit- tannië, sterk genoeg is om haar invloed te laten gelden in het belang van den vrede. Daarom doet de regeering het uiterste en zal zij het uiterste blijven doen om het Britsche vlootprogramma in versneld tempo uit te voeren. Als het Britsche leger, de vloot en de luchtmacht bjjtijds voldoende versterkt zijn, komt er geen wereldoorlog, Er wordt wel over gestreden of een krachtig samengestelde vloot, die in staat is een vijand te verslaan, de zeeën open te houden en volkomen uitgerust zich vrij te begeven naar elke plaats ter wereld en zoo haar drieledige taak van be scherming beweeglijkheid en convooi te vullen, gebouwd kan worden nu de luchtmacht wijzi ging heeft gebracht in de krachtverhoudingen. Noch de marinestaf, noch ik, aldus Hoare, zuden zoo dwaas zijn te beweren, dat de ver dediging gelijken tred heeft gehouden met den aanval, maar als mij gevraagd zou worden of de opkomst van de luchtmacht de functies van de vloot heeft veranderd en het onmogelijk heeft gemaakt een vloot te bouwen, die haar traditioneele taak kan vervullen, dan is mijn antwoord: neen. Lloyd George denkt anders over het Engel sche beleid dan sir Samuel. Met bijtend sar casme heeft hij reeds meerdere malen de houding van de regeering veroordeeld en dezer dagen heeft hij zich weer eens laten gaan. Te Long Eaton heeft hij in een her denkingsrede van dr. John Clifford o.a. ge zegd: „Wij nemen de leiding te Genève en 51 naties volgden ons, want zij zeiden: Engeland is ontembaar en neemt nooit een zaak ter hand zonder haar te volvoeren. Wij hebben nooit partij- of sektegeschillen laten komen tusschen de vlag die Engeland te Genève ge- heschen had, maar gisteren in het Lagerhuis werd die vlag omlaag gehaald door een ge oefende hand. AUTOBUSDIENSTEN Inlichtingen WACO Kanaalweg 137, Den He er fEUILLETON UIT HET ENGELSCH DOOR 6) Een vluchtige glimlach trok over het ge- Zicht van den Chinees. „Het is in mijn pro vincie gelegen," legde hij uit. „Het behoort tot mijn werk, dingen te weten, die er mee in Verband staan, wie komt en gaat in het bijzonder welke vreemdelingen dat gebied be zoeken." Hij zweeg een oogenblik, als om deze woorden goed tot zijn gast te laten door dringen; toen voegde hjj er aan toe. „De Jhenschen in Young-Foo houden niet van Vreemde duivels." Hij uitte deze verklaring op kalmen toon, onverschillig of de woorden als een opzette re beleediging zouden worden opgevat, en ■Wachtte. De zendings-arts, dronk 'n paar slok jes geurige thee voor hjj antwoordde. Daarna «Prak hij glimlachend: „Ik kan het vooroordeel begrjjpen. Het is niet meer dan natuurlijk, toaar ik ben een dokter, geen prediker. Ik kan uw zieken genezen, hun lijden verzac. - kn en..." „Hun heilig geloof schenden; hun gebonden Voeten bevrjjden; hun leeren, dat het vei oo pen van huwbare meisjes uit den booze is. s dat niet zoo?" "Och," gaf Forsyth goedmoedig toe, „u "«Kt het nogal grof, geachte heer, maar dat Drie elkaar opvolgende ministers van buitenlandsche zaken hebben gefaald in de taak die zjj op zich genomen hadden. Dat is niet meer het Engeland uit de dagen van Clifford. Nooit was de kans om het inter nationale recht in de wereld te doen over winnen grooter dan bij deze gelegenheid. De grootste naties, Frankrijk en Rusland waren met ons en wij zouden de havens en hulpmid delen van 51 kleine en groote naties tot onze beschikking hebben gehad. Waarom hebben wij niet doorgezet? Omdat de aanvaller gedreigd had terug te slaan als wjj de sancties zouden hebben door gezet. Is het dus waarljjk zoo ver gekomen, dat Engeland zjjn plicht verzaakt uit vrees voor een blauw oog? Het revolutionaire plan van Zeeland. Het program, dat Van Zeeland Woensdag in de Belgische Kamer heeft ontvouwd en waarvan we in ons nummer van Don derdag een uittreksel gaven, bevat hervormin gen op bijna elk gebied. Men kan zich terugverplaatst wanen in de jaren 19181919, toen besluiten van verre strekking, overal in Europa, zonder veel om haal genomen konden worden schrijft de „N. Rott. Crt.". Als Van Zeeland al zijn plan nen zal kunnen uitvoeren, dan brengt hij zoo veel tot stand, dat menige revolutie het met minder heeft moeten doen. Wat Van Zeeland nastreeft is duidelijk. Hij wil politieke bewegingen, die op critiek van het bestaande en op sociale ontevredenheid berusten, den wind uit de zeilen nemen. De omstandigheden in België boden ruimschoots voedsel tot critiek. Van Zeeland wil afdoend werk doen. Hij is te knap financier, om geen zorgen te koeste ren omtrent de oeconomische en financieele gevolgen van dit alles. Maar dit wordt nu blijkbaar de nieuwe leuze: Op hoop van zegen. Dat was het motto van Auriol, den Fran- schen minister van financiën, en het is nu het motto van Van Zeeland. Heelemaal nieuw het motto van Van Zeeland. Heelemaal nieuw is het voor het overige niet. Toen von Papen als Duitsch rijkskanse lier, in 1932 zijn stelsel van aanzwengeling met rijksmiddelen lanceerde, verklaarde hij ronduit, dat het mis zou zijn, als in den loop daarvan niet een verbetering van den alge- meenen toestand intrad. En is het systeem van Roosevelt anders? Van Zeeland's hervormingsplannen zjjn ver bijsterend universeel. Zij omvatten: Loon regeling, betaalde vacantie, 40-urige werk week in door den Koning aan te wijzen be drijven, verplichte verzekering tegen ziekte en invaliditeit; verhooging van de ondersteu ning voor werkloozen, uitbreiding van den leerplicht, bepalingen tegen cumulatie, ver vroeging van het pensioen in ongezonde be drijven; woningverbetering, arbeiderstuinen en arbeiderskolonisatie, bouw van ziekenhui zen, sanatoria; aanleg van nieuwe rioolstel sels, waterleiding, zweminrichtingen en speel plaatsen. Verder belooft Van Zeeland con versie, goedkooper crediet, scherp toezicht op bank- en crediet- eri verzekeringswezen, her ziening van het statuut van de nationale bank, schepping van nieuwe credietorganisa- ties van overheidswege; valorisatie van land bouwproducten, bescherming van den midden stand, scherpe controle op wapenfabricage en wapenhandel, op feitelijke monopolies ook, zooals de leverantie van electrischen stroom en brand- en meststoffen; herziening van het stelsel der naamlooze vennootschappen, vrij heid van geologisch onderzoek in den Congo, kolonisatie van Belgen daar te lande. Ziedaar zijn oeconomisch program. En daarnaast het politieke: versterking van de stabiliteit van het uitvoerend gezag, schepping van nauwere banden tusschen oeconomisch leven en wet geving, numerieke en rethorische inperking van het parlement, schepping van het referen dum, vervanging van koninklijke commissies door snelwerkende koninklijke commissaris sen, versterking van den invloed van de oeco nomische lichamen op het bewind, en draco nische onderdrukking van de mogelijkheid tot een corruptieve vereeniging van politiek en oeconomische belangen, zooals in de laatste jaren in talrijke gevallen aan den dag is ge komen vruchtbare voedingsbodem voor Legrelle's sensatiezucht. Waarlijk, wat blijft er aan agitatiestof in het land over, als de regeering dit alles be looft? De dictaturen zullen schrikken van dit aangekondigde tempo! te Nanking wil houden om Nanking en Kan ton te verzoenen, wenscht het Zuidwesten niet op die vergadering aanwezig te zijn. Tenzij alle voorstellen van het Zuidwesten goedge keurd worden en zal Kanton zich van de vergadering terugtrekken en een beroep op de natie doen om Kanton als zetel van de nationale Chineesche regeering te erkennen, waarna het anti-Japansche programma van het Zuidwesten volledig ten uitvoer gelegd zal worden. Men gelooft dat deze voorstellen, die na tuurlijk onmogelijk zijn, gedaan zijn om Nan king ongerust te maken, en Tsjiang Kai-tsjek te dwingen een financieel of ander accoord ter tafel te brengen. Volgens ervaren deskundigen is de eenige doeltreffende oplossing van deze geheele zaak alleen te verkrijgen door burgeroorlog. De spanning in het Verre Oosten Naar de „Times" uit Hongkong meldt, eischt in een geïnspireerd arti kel, een krant, die te Nanking verschijnt, een strafexpeditie in het Zuid-Westen, hetgeen een aanwijzing betee- kent dat een dergelijke actie van de troepen van de centrale regeering waarschijnlijk niet lang meer op zich zal laten wachten. De atmosfeer te Kanton is weer uiterst zenuwachtig, en de koers van de valuta zakt weer in. Het Zuid-Westen heeft steeds weer eischen aan Nanking gesteld om tot een accoord te komen, maar deze eischen zijn zoodanig, dat het absoluut geen doel heeft erover te beginnen. In de eerste plaats nameljjk eischt het Zuidwesten dat de diplomatieke betrekkingen met Japan zouden moeten worden verbroken. In de tweede plaats zouden de vernederende Chineesch-Japansche overeenkomsten moeten worden opgezegd. In de derde plaats eischt het Zuidwesten emancipatie van de massa, herstel van de vrijheid van het woord en van de vrijheden van het volk. Tenslotte wordt ge wapende weerstand geëischt tegen den aanval van de Japansche troepen in Noord-China, waarvoor een algemeene mobilisatie afgekon digd moet worden. Tenzij deze eischen opgenomen worden op de agenda van de vergadering welke het cen traal executief comité van de Kwomintang Geen verzet tegen de opheffing der sancties. De vertegenwoordigers der zeven kleine staten, die ook in Mei kort voor de bijéénkomst van den Volkenbondsraad gemeenschappelijk te Genève beraadslaagd hebben over den in ternationalen toestand, vooral met betrekking tot de taak in de toekomst van den Volkenbond zgn Donderdagmiddag hier weer bijeengeko men met het oog op de aanstaande zittingen van den Volkenbondsraad en de Volkenbonds vergaderingen. De Nederlandsche regeering was vertegenwoordigd door minister de Graeff De besprekingen werden ook Donderdag weer door Munch geleid. Een officieele mede- deeling werd na afloop der besprekingen van vandaag niet verstrekt en zal vermoedelijk in het geheel niet worden uitgegeven, daar de ministers weldra in de volkenbondsvergade ring de gelegenheid zullen hebben persoonlijk door redevoeringen hun standpunt openbaar te maken. De ministers hebben vandaag overal de Abessijnsche kwestie besproken. Een der ministers deelde na afloop aan de pers mede, dat van geen der zeven aan de conferentie deelnemende regeeringen verzet tegen de op heffing der sancties tegen Italië te ver wachten is. Uitgeleid door een talrjjke menigte Keizer Haile Selassie is Donderdagmiddag een trein later dan minister Eden van het Victoria Station te Londen naar Genève ver trokken. Er was een geweldige menigte op de been die den negus een groote ovatie bracht. Op het perron zei de vorst: „Ik vertrek uit Londen naar Genève om daar de rechtvaardige zaak van mjjn land en volk te bepleiten. De gastvrijheid en het mede gevoel van het Engelsche publiek waardeer ik ten zeerste en zij zullen mij helpen bjj de ernstige taak die mij wacht. Ik dank u allen harteljjk voor uw betuiging van vriendschap." Het onderhoud van Eden met den Negus. De Abessijnsche legatie te Londen heeft gistermiddag een verklaring gepubliceerd vol gens welke het onderhoud, dat Eden Dinsdag met den Negus heeft gehad een uur duurde. Bjj dit gesprek heef de Negus de verzekering gekregen, dat Groot-Brittannië voort zal gaan met de eerbiediging van het Volkenbondspact en de annexatie van Abessinië door Italië niet zal erkennen, doch wel het oude Abessinië zal blijven erkennen. De Negus sprak zijn teleurstelling uit over het besluit der Britsche regeering de sancties prijs te geven en hij verklaarde zich voor te stellen krachtig bij den Volkenbond te protes teeren tegen de opheffing der sancties. Nog steeds stakingen. In verscheidene bedrijven blijven de stakin gen voortduren. Volgens berichten van het DNB zijn ongeveer 300 arbeiders van de ma rinewerf van St. Denis bij St. Nazaire, die herstelwerkzaamheden uitvoerden aan boord van vier duikbooten, in staking gegaan. De arbeiders hebben twee loodsen in de nabijheid van de werf bezet. Verder zouden in de Loire- werf in St. Denis 400 arbeiders in de afdee- ling turbinebouw het werk hebben neergelegd Te Lyon hebben kellners, het hotelpersoneel en de bouwvakarbeiders het werk nog niet hervat. Dé staking van het trampersoneel is echter geëindigd. Door de staking in de pe- troleumraffinaderijen is het autoverkeer te Lyon sterk verminderd. De relletjes bij het gare St. Lazare. Over de relletjes, die gisteren ten tweede male bjj het gare St. Lazare hebben plaats gevonden, weet de Times nog te melden, dat op een zeker oogenblik de menigte zoo'n dreigende houding aannam, dat de politie en mobiele garde, zich genoodzaakt zagen kracht dadig op te treden. Toen een inspecteur van politie echter zijn manschappen het bevel gaf de betoogers van het stationsplein te verwij deren, weigerden deze sergeanten tot groote voldoening van de menigte aan dit bevel ge hoor te geven. Zij verlieten het plein, terwijl de ongelukkige inspecteur moeizaam pogingen in het werk stelde om de namen en adressen der betoogers te weten te komen. De kreet: „La police avec nous", die men den laatsten tijd veelvuldig te Parijs kan hooren, was dan ook aan de orde van den dag Met 185 tegen 58 stemmen aange nomen. De Senaat heeft met 190 tegen 94 stemmen de motie-Lemery inzake het sluiten van de debatten over de buitenlandsdhe politiek ver worpen. De tekst van de motie luidt als volgt: „De Senaat spreekt zjjn vertrouwen uit in de regeering, opdat zij het vredeswerk zal voortzetten, getrouw aan de aangegane ver dragen en voor de nationale veiligheid en gaat over tot de orde van den dag." De regeering had den Senaat nog gevraagd niet zijn goedkeuring te hechten aan deze motie, zonder nochtans aan dit verzoek de kwestie van vertrouwen te verbinden. Een motie van vertrouwen werd vervolgens aange nomen met 185 tegen 58 stemmen. In het Lagerhuis heeft een conservatief aan Baldwin gevraagd of hij maatregelen wilde nemen tegen de Peace Union, die in een on langs versohenen nummer van haar orgaan heeft medegedeeld, dat de bond de 100.000 leden had overtroffen, die allen vastbesloten waren als zjj dienst moesten nemen in geen geval in een eventueelen oorlog te schieten op wien dan ook? Baldwin antwoordde kortaf: Neen Geniet van licht, lucht en water, doch wrijf U van te voren goed in met de snelle, huid bruinende Zjsnmefiuurt Clérne Een geheel nieuwe vinding, die Uw huid snel, prachtig egaal bruint en zonnebrand voorkomt. Flacon 90ct, Tube 60ct, Doos 50 en 25 d. Hoopgevende berichten, Geljjk bekend is heeft het ministerie van buitenlandsch zaken zich dezer dagen tele- grafisch in verbinding gesteld met de Fran« sche regeering, met het verzoek, berichten te mogen ontvangen omtrent de heeren J. E. M, en J. H. M. Leenaers, die in Abessinië in gevaar zouden verkeeren. Thans zjjn door bemiddeling van de Fran- sche regeering de volgende mededeelingen ontvangen: De heeren Leenaers, die op het oogenblik op hun plantages vertoeven, genieten een goede gezondheid en zjjn in staat, den moei lijkheden, waarmede zij te kampen hebben* het hoofd te bieden. Een expeditie, door het Italiaansche hoofd* kwartier naar het gebied der Aroussi gezon den is er in geslaagd, met hen in verbinding te komen. Ze heeft hen niet kunnen ontzetten tengevolge van haar onvoldoende sterkte en de onveiligheid der streek, welke het tooneel is van voortdurende gevechten tusschen in- heemsche Gallas en Abessjjsche bandieten Het Italiaansche hoofdkwartier heeft het besluit genomen, een sterke colonne, gere- cruteerd uit de divisie Sabanda, naar deze streek te zenden. Zij zal tot taak hebben, de heeren Leenaers en de vreemdelingen, die bij hen een toevlucht hebben gezocht, te bevrij den. Geen meerderheid meer noodig. Na den geheelen nacht vergaderd te hebben, heeft de organisatiecommissie van de Demo cratische Conventie te Philadelphia besloten, de regeling, volgens welke voor de verkiezing van den candidaat voor de Democraten een meerderheid van noodig is en welke regel reeds gedurende honderd jaren gold, af te schaffen. ZUIVEL VOEDT'U COEDI BBHBIBBBHBBBHBBHBBMnUBi is ongeveer het programma." „Dus u zult die dingen in Yong-Foo, dat in mijn provincie ligt, uitvoeren?" De mandarjjn zweeg en staarde zijn gast onverstoorbaar aan, toen vroeg hij: „Ik veronderstel, dokter, dat u daar alleen met mgn toestemming handelen kunt?" „Die zal mij hoöplijk, niet onthouden worden," antwoordde Forsyth rustig. Li Weng-Ho waaide zich koelte toe. Toen de Chinees weer sprak, was de Engelschman verbaasd, want zijn gastheer veranderde plot seling van koers. „Kent u Leiand Barrington goed, Dr. For- sjjth?" „Neen," gaf de dokter direct ten antwoord. „Ik heb hem vanavond pas voor het eerst in mjjn leven gezien." Ah!" Na dien uitroep bewaarde de man darijn een oogenblik te stilzwijgen; daarna vroeg hjj abrupt: „En de charmante mis Kathleen, is zij voor u ook een vreemde?" „Zjj was een vreemde, mijnheer. Ik hoop dat we nu vrienden zijn." Het gezicht van den Chinees was even onbeweegljjk als een masker, maar toch scheen er na de vurige woorden van den an der een schaduw over te zijn gevallen en hjj vouwde met vlugge bewegingen zijn waaier dicht. Toen sprak hij met effen stem: Dr. Forsyth, in Yong-Foo zal geen tjjd zjjn om vriendschap te sluiten." Maar begon Forsyth impulsief, doch een gebiedend gebaar met de ivoren waaier deed hem zwjjgen. Ik zei: geen tijd. Ik zou er aan toe willen voegen geen gelegenheid als u ten min ste van uw werk houdt, dat, vergeet het n et geheel van mijn genade afhankelijk Dick Forsyth was zich ineens bewust wat de ander bedoelde en begreep waarom de uit nodiging geschied was. Hjj herinnerde zich wat hjj gevoeld had, toen hij den Zoon van het Hemelsche Rijk met het meisje had zien praten in het Paleis der Tienduizend Zalig heden, en wist dat hij zich niet vergist had. Hij begreep drommels goed, dat er achter die effen woorden een nauwelijks verborgen dreigement lag; dat de mandarjjn met een eigen doel zjjn vriendschap met Kathleen Barrington verbood; en dat hjj, indien hij niet instemde met de wenschen van den Chi nees, dat duchtig in zijn werk voelen zou Een gevoel van verontwaardiging, dat Li Weng-Ho veronderstellen zou dat hjj ach tot zulk een gemeene overeenkomst verlagen zou, greep hem aan; maar hij hield zich in, deed alsof hij het bedekte dreigement niet begreep en antwoordde bedaard: „Ik heb die genegenheid wel en ik hoop dat ik tijd zal hebben een vriendschap te onderhouden, die mij aantrekt." De mandarijn vouwde met een klap zijn waaier dicht en stond plotseling van zijn zit plaats op. Forsyth begreep, dat het onder houd een einde had genomen en voelde bij instinct, dat de man voor hem voortaan zijn vijand zou zjjn. Li Weng-Ho's gezicht echter was even onbeweeglijk als steeds en zijn stem klonk effen toen hij met een licht accent sprak „U moet mij nu excuseeren, Dr. Forsyth. Ik heb een langen dag achter mij en ik hen vermoeid." Hij liep naar de gong, luidde en zei, toen de bediende binnenkwam: „We zullen elkaar, zonder twijfel, in Yong-Foo terugzien." Hij boog ernstig. Forsyth beantwoordde de buiging en nadat de bediende de zijden voor hangsels terzijde geschoven had, verdween hjj uit dat rijke vertrek om naar zijn eigen ka mer te gaan. Maar toen hij in bed lag, wilde de slaap eerst niet komen. En toen hjj eindelijk sliep, droomde hij van een groote spin met een koel, uitdrukkingloos gezicht als dat van den mandarijn, die in een geweldig groot web op zijn slachtoffer zat te waohten. Hjj zelf sloeg de spin ademloos gade en toen hij op den rand van het web Kathleen Barrington ontdekte, riep hij haar toe en wilde haar waarschuwen; hij werd wakker van zjjn eigen stem. Het was morgen. De geluiden op straat zei den hem, dat het tijd was om op te staan, aangezien hjj dien dag per sampan naar Yong-Foo zou reizen. Hij kleedde zich aan en pakte de handtasch in, die hij bjj zich had. Den geheelen tijd waren zjjn gedachten ver vuld van Kathleen Barrington. Zou hij haar zien? Zou hjj gelegenheid hebben haar te spreken, voor hij wegging? Zjjn tweeledige vraag werd kort daarop, toen hij naar het restaurant ging om te ont- bjjten, beantwoord. Hjj wilde juist de met gordijnen afgesloten deuropening passeeren, toen Li Weng-Ho uit het restaurant kwam. De Oosterling groette hem ernstig; hij be- anwoordde den groet en liep hét restaurant binnen, waar Kathleen Barington de eenige gast was. Ze zat aan het verste eind van de groote zaal, in gedachten verdiept en met een verontruste uitdrukking op haar knap ge zichtje. Ze was zoo afwezig, dat ze hem niet zag aankomen, terwijl hjj haar tafeltje naderde; en eerst toen hij sprak, werd ze zich van zijn aanwezigheid bewust. „Goeden morgen, miss Barrington!" Bjj deze begroeting schrok ze op en lachte toen om zichzelf. „O! Goeden morgen, dokter. Wat hebt u mij aan het schrikken gemaakt! Ik heb u niet eens zien binnenkomen." „Neen," antwoordde hij glimlachend. „Dat merkte ik. U was zoo ingedachten verdiept." „Ja," erkende het meisje. „Ik overwoog hoe ik in Yong-Foo moest komen. Mijn vader is inderhaast vertrokken gisterenavond en nu moet ik op mijn eigen houtje gaan. Hij heeft een briefje achtergelaten. Ik moet zoo spoe dig mogelijk in Yong-Foo komen en de ba gage, die hjj hier heeft laten staan, mee nemen. Vrije overtocht is mij aangeboden..." „Door Li Wong-Ho?" „Ja," klonk het en het meisje keek hem verbaasd aan. „Hoe weet u dat?" „Ik vermoedde het," antwoordde hjj, „ik ontmoette den mandarijn, toen hij uit het resaurant kwam." Hij zweeg even, vervolgde toen bedaard: „Miss Barrington, als ik u was, geloof ik niet, dat ik dat aanbod zou accepteeren." „Dat wil ik ook liever niet." Er was een verontrustende uitdrukking op het meisjes gezicht. „Maar het is moeiljjk om te weige ren. Li Weng-Ho is 'n vriend van mjjn vader..." „Hoe wist hij, dat u op reis gaat? Hebt u hem dat verteld?" „Neen. Maar 't schijnt, dat hjj mijn vader gisterenavond gesproken heeft eer hij weg ging..." Ze zweeg toen ze naar het gezicht van den arts keek. Wat is er?" „Er viel mjj iets in," antwoordde hjj op luchtigen toon, maar toen hjj zich afvroeg of er eenige verstandhouding bestond tus schen Barrington en den mandarijn, voelde hij zich ernstig gestemd. Doch hij voegde er levendig aan toe: „Ik geloof, dat ik die moeilijkheid wel voor u kan oplossen, als u geen bezwaar hebt de reis naar Yong-Foo te maken in een sampan van de zending." Het meisje lachte opgelucht. „Ik zou het erg prettig vinden." Dr. Forsyth keek op zjjn horloge. „Wij gaan over twee uur weg dan kunt u zeker wel klaar zjjn. Er gaan nog twee dames mee, ik zelf ga ook mee. De dames moeten naar Fong-Chin, dus voor we daar zjjn is ei# niet zooveel ruimte..." „Het zal in ieder geval beter zjjn dan in Li Wong-Ho's woonschip," viel ze hem glim lachend in de rede. „Veel heter," stemde hjj ernstig- toe. „Excuseert u mij dan, Dr. Forsyth. IK moet nog toebereidselen maken voor mijn vertrek. Over een uur ben ik klaar." „Mooi," antwoordde hij. „Dan hebben we tijd in overvloed om naar de zendingsboot te gaan." Nadat zij verdwenen was, zette hjj zich aan een der tafeltjes en bestelde zjjn ontbijt. Terwijl hij at, was hij in gedachten verdiept* maar niet zoozeer, dat het hem ontgaan was dat een, in rijk livrei gekleede Chinees twee maal binnengekomen was om het grooter wordende aantal gasten op te nemen en weer te verdwijnen. En toen hjj het restaurant verliet, verraste hij den man, terwijl deze in onderworpen houding van een dienaar van Li Weng-Ho stond. Forsyth maakte daardoor voor zichzelf uit, dat hjj de bediende van den mandarijn was. Hij twijfelde er dan ook niet aan, dat Li Weng-Ho's dienaar instructies had gekregen een oogje op hem en Kathleen Barrington te houden. Dit feit werd anderhalf uur later bevestigd, toen het meisje door hen begeleid, in een sampan stapte en dezelfde man haar een briefje overhandigde. Ze nam het aan, las het, schudde toen haar hoofd en zei een paar woorden tegen den boodschapper. De man protesteerde eerbiedig, maar het meisje ne geerde hem, en wendde zich tot Forsyth* waarna zjj aan boord van de sampan ging, (Wordt vervolgd.) j

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1936 | | pagina 1