Buitenlandsch Overzicht „DE UNIE GRATIS EEN ONS GEURIGE UNIE-THEE AKKERTJES NIEUWSBLAD VOOR DEN HELDER, KOEGRAS, TEXEL, WIERINGEN EN ANNA PAULOWNA REIST PER WACO- CHINA AUTOBUSDIENSTEN naarHOORN, EDAM,AMSTERDAM en GEHEEL WEST-FRIESLAND Inlichtingen WACO, Kanaalweg 137, Den Helder EEN IN m B E N B O LT Nicaragua treedt uit den Volkenbond De besprekingen te Genève Een verklaring van den negus aan den Volkenbond. Bij den negus. AKKER-CACHETS DEN HELDER, SPOORSTRAAT 3 Van Maandag, 29 Juni t/m Zaterdag, 4 Juli Wederpm een bijzondere Aanbieding! Bij aankoop van f1.-* winkelwaren* waaronder een ons Unie-Thee (VAN DEZELFDE KWALITEIT) jN.V. UNIE-WINKEL-MAATSCHAPPIJ De binnenlandsche moei lijkheden in Frankrijk. De stakingen in Frankrijk. De Arabische opstand in Palestina. Abonnement per 2 maanden bi) vooruitbetBeldersche Courant 1.60; Koegras, Anna Paulowna, Breezand, Wieringen en Texel 1.65; binnenland 2. NederL Oost- en West-Indië per zeepoet 2.10, Idem per mail en overige landen 3.20. Losse nos. 4 ct; fr. p. p. 6 ct Weekabonnementen 12 et Zondagsblad resp. 0.50, 0.70, 0.70,11.—. Modeblad resp. 1.20, 1.50, 1.50, 1.70. Verschijnt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagmiddag Redacteur: P. C. DE BOER Uitgave N.V. Drukkerij v/h. C. DE BOER Jr. Bureau: Koningstraat 78 Telefoon: 50 en 412 Post-Glrorekening No. 16066. ADVERTENTIËN: 20 ct per regel (galjard). Ingez. meded. (kolombreedte als redaction. tekst); dubbele prijs. Kleine advertentiën (gevraagd, te koop, te huur) bij vooruitbetaling 10 ct. per regel, minimum 40 ct.; bij niet-contante betaling 15 ct. per regel, minimum 60 ct. (Adres Bureau van dit blad en brieven onder nummer 10 ct per advertentie extra). Bewijsnummers 4 ct Een moeilijke week voor Genève. De conferentie te Montreux stelt Turkije teleur. - Een redevoering van Roosevelt. Voor Genève breken er uiterst moeilijke dagen aan. Onder het oog van den keizer van Abessinië zal men de Abess|jnsche zaak af moeten doen, zal men terug moeten trekken, na de erkenning, dat de hulp van den Volkenbond niet heeft ge baat. De Negus staat nog steeds op het stand punt, dat Abessinië nog onder de Abessijnsche regeering staat en hij wil van een verovering van Abessinië door Italië niets weten. Ken merkend in deze is de verklaring, elders in dit blad, waar de keizer nog eens uitdrukke lijk zegt, nooit en te nimmer afstand van z|jn kroon te zullen doen en waarbij h|j er op wijst, dat slechts een klein gedeelte van Abessinië door de Italianen bezet is. De N.R.Crt. schrijft: De vergadering van de Assemblée van den Volkenbond in October, over de Abessijnsche kwestie, was verheffend van eensgezindheid en, in daden zich uitende, geestdrift voor het recht. Het staat zeer te vreezen, dat de Assemblée van de volgende week een anti- Climax zal vertoonen. Wij nemen graag aan, dat de, uit Rome komende hoofdgedelegeerde der Argentijnen, evenzeer vervuld is van Ijver voor de leer van Stimson, die de erkenning van de verovering van Abessinië verbiedt, als van begeerte om te bewijzen, dat deze verovering juist niet onder die leer valt. W|j hopen niet, dat deze opzet zal slagen. Een ronde erkenning van z|jn nederlaag kan de Volkenbond zeer wel verdragen. Dat kan er stellig nog bij. Een poging echter tot redding van den schijn, met behulp van advocaat-van-kwade-zakenachtige rechtsverdraaiïng, zou in zijn uitwerking on eindig veel verderfelijker z|jn voor den Vol kenbond dan welk fiasco ook. De teleurstelling der wereld mag nog gewekt worden, niet haar weerzin! Er zijn aanhangers van het fiasco te Genève, en er z|jn zeker ook aanhangers van spitsvondige rechtsverdraaiïng. De aanhangers van het voortzetten van den strijd voor het recht zullen zeer schaarsch geworden zijn. Zij hebben geen kans meer. Daarom moet men op de overwinning van de aanhangers van het tot de noodzakelijkste grenzen beperkt, eerlijk fiasco hopen. Over de herziening van den Volkenbond, die ook in deze zitting ter sprake komt, Schrijft het blad o.m.: De herziening is op zich zelf niet zoo ge- Wichtig, omdat het functioneeren van den Volkenbond nog heel lang meer van de ge zindheid van zijn leden dan van de letter van z|jn bepalingen zal afhangen. Hoeveel ruimte het tegenwoordige handvest biedt, is juist in de Abessijnsche aangelegenheid gebleken. De cardinalen oliesancties is niet gestrand op het statuut, maar op de houding van bepaalde leden. Zeker, er zou verbeterd kunnen worden; men zou het voor tal van staten moeilijker kunnen maken zich aan hun mortele ver plichting te onttrekken, onmogelijk maken kan men dat niet. Maar het gevaar bestaat, als men aan het handvest gaat roeren, men meer verliest dan wint. Dat hangt ook weer met de gemoedsgesteldheid van allerlei leden samen, men ziet het, nu men van herziening spreekt, merkt men onmiddellijk twee stroo mingen op; een die versterken en een die verzwakken wil. Weegt het risico van een herziening tegen de mogelijke voordeelen op? Onze regeering heeft eens daarvoor gewaar schuwd. Om deze reden meende zij zelfs een losmaking van het verdrag van Versailles, hoe onsympathiek ons allen overigens de ver binding daarmede zijn moge, niet te moeten bepleiten. Wat toen wijsheid was, is het onder de tegenwoordige verwarrende omstandig heden zooveel te meer. Wij gelooven, eerlijk gezegd, dat een herziening, en daarna de onmiddellijke ratificatie van eventueele resultaten, heel weinig kans hebben tot stand te komen. Eden, de Engelsche minister van buitenlandsche zaken, die de hervorming van den Volkenbond te Genève zal bepleiten. Verdwijnend optimisme. Turkije, dat langs of- ficieelen weg herziening van verdragen bepleit en daardoor een bescha mend lesje geeft aan Duitschland, Italië en andere landen, heeft nog niet veel eer van z|jn initiatief. Het optimisme in Turkije aldus meldt de Times uit Konstantinopel betreffende een spoedig bevredigend resultaat van de conferentie te Montreux vermindert. Men had wel moeilijkheden bij technische kwesties voorzien, maar geen ernstige bezwaren om politieke redenen verwacht tegen de Turksche voorstellen. De Turksche openbare meening ondervond dus een schok, toen uit Italië werd gemeld, dat men daar de conferentie niet beschouwd als handelende op normale wijze, daar op die conferentie een voor de Middellandsche Zee zeer belangrijk probleem behandeld wordt in afwezigheid van een groote Middellandsche Zee-mogendheid en met veronachtzaming van de officieele reserves, welke de Italiaansche regeering heeft gemaakt. Onmiddellijk na de ontvangst van dat nieuws uit Italië heeft het officieele Turksche persbureau een commu niqué gepubliceerd, waarin herinnerd wordt aan het feit, dat de Turksche minister van buitenlandsche zaken Tewfik Rtisdü Aras in het openbaar heeft verklaard, dat hij hoopte, dat Italië op de conferentie aanwezig zou zijn FEUILLETON UIT HET ENQELSCH DOOR 6) Forsyth gaf onmiddellijk een order aan het hoofd van de familie, die de sampan als woonschip gebruikte, waarna de boot zich in beweging zette. Terwijl ze door het stille water van het kanaal gleden, keek Dick Forsyth het meisje aan. „Was dat briefje van Li Weng-Ho?" „Ja," antwoordde ze. „Die man is een van rijn bedienden. H|j wenscht, dat ik met hem meeging naar de boot van z|jn meester." Ze gingen door een netwerk van kanalen, heele straten van booten, waar het krioelende uitheemsche leven van Canton zich afspeelt, onder verschillende fantastische en wankele bruggen door, en voorbij vroolijk versierde drijvende amusementspaleizen, tot ze de rivier bereikten, waar ze enkele minuten later naar een groote, proper-uitziende, wit gesohilderde boot gebracht werden, over de reeling waar van een paar Engelsche meisjes, met oogen stralend van nieuwsgierigheid, het leven om hen heen gadesloegen. „De zendingsboot," zei Forsyth glimlachend. ,,En die twee meisjes zjjn de passagiers voor Fong-Chin. Ik hoop, dat u ze aardig vindt. Ze kennen China niet zoo goed als u, ze z(jn pas bier." Aan boord van de sampan gekomen, stelde Forsyth Kathleen Barrington aan de twee dames van de zending voor en toen ze met elkaar begonnen te babbelen, ging hjj weg om een oogje te houden op het inladen van de bagage. Het viel hem op, dat er zooveel was, maar h|j vond een verklaring in de ver onderstelling, dat een gedeelte er van handels waar moest z|jn. Toen alles ingeladen was, werden de kabels van de sampan losgeworpen, de Zuidenwind bolde de zeilen en het vaar tuig werd stroomopwaarts gevoerd, waarna het de Pi-Kiang ingedreven werd, de groote Noordeijke rivier, die verbinding vormt naar Fong-Chin en het meer afgelegen Yong-Foo. Terwijl dit gebeurde werden Forsyth's oogen getroffen door een groote jonk met een dubbel stel driehoekige zeilen. Hjj nam zijn kijker, richtte dien op de Jonk en zag, dat de kleuren van de boot dezelfde waren als van de livrei van Li Weng-Ho's bediende; en h|j twijfelde er niet aan of het was de jonk van den mandarijn, een feit, dat hem, toen de sampan over de wijde wateren zeilde, ernstig aan het denken bracht. IV. Brood op de wateren. Laat in den middag ging de wind liggen, de bemanning haalde de roeiriemen te voor schijn en roeide de sampan naar een groot dorp, waarvan de pagode al van verre te zien was. Toen z(j naderbij kwamen, klonk trom geroffel over het water tot hen door, For syth legde uit, dat er feestelijkheden aan den gang waren, waarna een der nieuw aangeko- menen den wensch te kennen gaf, aan land te gaan. „Dat wilde ik Juist voorstellen," antwoord de h(j. „Er is hier een zendingsstation, waar en waarin voorts verklaard wordt, dat „helaas de bespreking van vraagstukken, die van vitaal belang zijn voor andere landen, niet kunnen worden uitgesteld zoolang Italië dat wenscht". Na vervolgens een uiteenzetting te hebben gegeven van den slechten toestand in de wereld, die verduisterd wordt door achter docht en onverdraagzaamheid, zeide spreker, dat de Amerikanen in 1776 een einde gemaakt hebben aan de autocratische politiek, doch dat sindsdien door de opkomst van de machi nes, spoorwegen en electriciteit een nieuwen vorm van despotisme over Amerika gekomen was, ditmaal op oeconomisch gebied. Een kleine groep heeft de volledige contröle in handen van alle goederen, geld, arbeid en zelfs over het leven van de anderen. De verkiezin gen van 1932 gaven ons de volmacht om een einde te maken aan dit despotisme en wij maken er een einde aan. In andere landen hebben de menschen, die vroeger vochten voor hun vrijheid, naar het schijnt dien strijd opgegeven. Zjj hebben de erfenis van hun vrijheid verkocht voor een illusie. Ze hebben hun democratie opgegeven. Ik geloof in het diepst van mijn hart, dat alleen onze strijd en ons succes hun opnieuw hoop kunnen geven. Zij beginnen te bemer ken, dat wij in Amerika een grooten oorlog voeren, niet alleen tegen de oeconomische ont binding en demoralisatie, maar ook voor de handhaving van de democratie. Om te strijden, om voor ons zelf en voor de wereld deze groote regeeringsvorm te handhaven, aanvaard ik de candidatuur, die gij mij aanbiedt en stel ik me zelf met u in dienst om dezen strijd verder te voeren. Redevoering van Roosevelt. In Amerika wordt op het oogenblik een felle strijd gestreden voor hét presidentschap. De te genwoordige president, Roosevelt, schijnt het baantje, niettegenstaande de ernstige moeilijk heden waartegen hij heeft te strijden gehad en de vele teleurstellingen, nog niet moe te zijn. Hij verdedigt z|jn candidatuur tenminste op heftige wijze tegenover z|jn tegenstanders. Zaterdag heeft Roosevelt op de Democratische conventie te Philadelphia voor een enorme menschenmenigte een rede gehouden, waarin hij begon met zijn candidatuur te aanvaarden. Alf. E. Smith, de bestrijder van de herverkiezing van president Roosevelt. Naar Reuter uit Genève meldt, is Nicara gua uit den Volkenbond getreden. De regee ring van Nicaragua heeft geen toelichting gegeven van dit besluit. Minister de Graeff candidaat voor het voorzitterschap van de Assemblée? De kwestie van de benoeming van den voor van de Volkenbondsvergadering is nog niet geregeld. Behalve Bruce, die op het oogenblik de conferentie te Montreux presi deert, noemde men Zaterdagavond als can- didaten voor het voorzitterschap Politis, mi nister de Graeff en Monteiro. De negus zou in verbinding staan met de regeering in Abessinië. Ras Nassiboe heeft in opdracht van den negus een verklaring aan den Volkenbond doen toekomen, waarin de negus zegt, dat minder dan de helft van het grondgebied van Abessinië op dit oogenblik door de Italiaan sche tropen bezet is en dat zelfs dit gedeelte nog niet in hun bezit zich bevindt, daar slechts hier en daar vijandelijke troepen ge kampeerd z|jn. De Abessijnsche troepen hebben hun verzet voorloopig moeten staken wegens gebrek aan wapenen en munitie, doch deze tijdelijke stilstand mag niet be schouwd worden als opgeven van den strijd, noch als de erkenning van een vol dongen feit. De negus deelt verder mede, dat zich in het niet bezette deel van Abessinië een regel matige regeering bevindt, die door den negus zelve is gevormd en aan wie de negus de noodige volmachten voor het bestuur over het land en voor de handhaving van het gezag, heeft toevertrouwd. De negus staat in ver binding met deze regeering. H|j herhaalt ver der, dat hij geen afstand van z|jn rechten heeft gedaan. Daarom verlangt hij nogmaals namens het Abessijnsche keizerrijk als lid van den Volkenbond de eerbiediging van territo riale integriteit en van de politieke onafhan kelijkheid. De negus heeft ook nimmer er van afgezien om van alle Volkenbondstaten te verlangen, de naleving van de aan Abessinië gedane en in het Volkenbondsverdrag nader omschreven beloften, op welke naleving Abes sinië door z|jn toetreding tot den Volkenbond recht heeft. H|j zal nooit aftreden. Een verslaggever van het Journal is in het salonrijtuig van den negus van het Noor der-station tot het Gare de Lyon gereisd. Een dame bood hem roode rozen aan en de negus in grijzen schoudermantel bladerde in een boek, of keek naar buiten en snoof de geur Met een doosje "AKKERTJES" bij U loopt Ge geen kans Uw reis te be derven door: hoofdpijn, kiespijn, spier- oi zenuwpijnen, vrouwen- pijnen, „wagenziekte", 'n kou, enz. Koker met 12 stuks 62 ct. Zakdoosje, 3 stuks 20 ct. BOVENDIEN OP DE MEESTE WINKELWAREN 15 KORTING 'Uitgezonderd Sufker, Roomboter, Margarine, Slaofio, m éAm 'I WMmiM U,W. 66 der bloemen in. Een secretaris verzekerde den journalist, dat de keizer, heel moe was van alle recepties te Londen en zich zeker niet daar te stede zal vestigen. De negus bevestigde hem nooit te zullen aftreden en zich overtuigd te houden, dat het Fransche volk hem zal helpen om van den Volkenbond recht te verkrijgen. Nog 153.000 stakers. Volgens een mededeeling van het ministerie van binnenlandsche zaken bedroeg het aantal stakers in geheel Frankrijk Vrijdag nog ruim 153.000. Twee dooden te St. Nazaire. Volgens een bericht van de Intransigeant heeft de staking onder de arbeiders van de scheepswerven en metaalfabrieken te St. Na zaire twee dooden geëischt. Een schilder werd tijdens een vergadering van de stakers zoo zeer door woede gegrepen, toen h|j twee ar beiders deze vergadering zag verlaten, dat hij een mes trok en hen beiden doodstak. De staking te Marseille geëindigd. De staking te Marseille is naar het sch|jnt 1 geheel bijgelegd. Sinds gistermorgen is hej) verkeer in de haven weer normaal. Zes mail* schepen hebben gisteren de haven veriateil en een aantal andere, waaronder verscheidene! buitenlandsche schepen zijn binnengeloopen. Wederom een trein beschoten. De avondtrein op het traject LyddaJeru* salem is Zaterdagavond wederom door Ara> bieren beschoten. Nabij Azzoen, in Noord- Palestina, vuurden troepen op een verdachtél bende Arabieren, waardoor een Arabier werd gedood en een tweede gewond. Verder werd b|j Khan Lubban een gewapend Arabier door een militaire patrouille doodgeschoten. Een invloedrijk lid van de hooge Arabisch^ commissie, verklaarde, dat de algemeene toe- stand erger wordt. De Arabieren houden aisi op den eersten dag vast aan hun eischen eg de staking zal worden voortgezet indien dë regeering niet overeenkomstig deze eischeii handelt. Van andere z|jde wordt medegedeeld, da|j de toestand dezelfde blijft. De energieke maat* regelen van de regeering schijnen wel de aan* vallen van de Arabieren te doen verslappen, doch men verwacht nog geen einde hiervan. een vriend van mij een hospitaal heeft. We zullen zijn provisikast plunderen en er bleven eten." Hij keerde zich lachend tot zijn nieuwe vriendin. „Wat zegt u er van, miss Barring ton?" „Ik zou het heerlijk vinden," antwoordde deze opgewekt. Toen het anker uitgeworpen werd, was de schemering al ingevallen; het licht van vroo lijk gekleurde lantaarn flikkerde langs de kust en terwijl zij landden klonk het geroffel der trommels luider. De straten waren tjok vol. Onder het voortwandelen werd het lawaai steeds grooter; nu hoorden zij lachen en schreeuwen en kreten van opgewonenheid. Geknal weerklonk, een regen van gouden vonken viel hoog boven hun hoofden neer en plotseling verscheen om een hoek een vreemdsoortig geïllumineerd dier, vijf en twintig voet lang, dat zich, al kronkelend en wringend een weg baande door de straat. „Lieve deugd!" riep een der Engelsche meisjes, „wat is dat?" „Een papieren draak," lachte de dokter. „Laten we aan den kant gaan, anders ver slindt hjj ons nog." Halthoudend trok hij het heele gezelschap tegen een winkel aan, waar ze goed in den schemer stonden, want hjj was lang genoeg in China geweest om te weten, dat de bevol king, wanneer ze in feeststemming is, tot allerlei baldadigheid geneigd is. Kahleen Bar rington wist dat ook, ze was zich bewust, dat een menschenmenigte, zooals zich nu door de straten drong, korte metten met do „vreemde duivels" zou maken. „Neem zoo min mogeljjk notitie van wat er gebeurt", fluisterde ze den Engelsche meisjes toe, terwjjl ze tusschen hen in ging staan. Ge lukkig was de menigte te zeer verdiept in de groteske kronkelingen van den draak om de vreemdelingen op te merken. Toen het trom geroffel, het geknal en gespetter van het vuurwerk en het lawaai der menschelijke stemmen verminderde, 't monster verdwenen was en de straat leeger werd, vervolgden de vreemdelingen hun weg. Ze kwamen plotseling in 'n rustige straat, die heel donker was, na de straat met al die lantaarns; Forsyth bleef voor een hooge schutting staan en klopte luid op de deur. Even daarna hoorden ze het geluid van zachte voetstappen op het grint en toen de dokter weer klopte, vroeg een stem in het Chineesch. „Wie is daar?" Forsyth antwoordde, de stem zei iets terug, daarna verwijderden de voetstappen zich weer. Een van de anderen fluisterde: „Uw vriend is een voorzichtig man, dokter." „Hij is verstandig op een avond, dat er feest is! De menschen hier zjjn nogal vijandig. Hijmaar wie komt daar?" Een draagstoel werd door twee mannen de stille straat binnengedragen, voor en achter bungelde een lantaarn. Naast den stoel liep een derde man, die iemand van gezag bleek te zijn, want, nu de kleine stoet bjj de poort van het ziekenhuis kwam gaf hjj een bevel, waarop de dragers den stoel neerzetten. Ter wijl zjj dit deden, hoorden de Engelschen een klaageljjk gekreun. Forsyth ging een stap naar voren. „Wat is er?" vroeg hjj in de taal van het land. „Mijn dochtertje Nang-Kung", antwoord de een beschaafde Chineesche stem. „Ze is erg ziek. Haar voetjes zjjn gebonden Forsyth liet een uitroep van ergernis hoo- ren, haakte vlug een der lantaarns los en hield die boven den open draagstoel. Hjj zag, dat de inzittende 'n Chineesch meisje was van een jaar of zeven. Ze was rijk in zijde gekleed, maar haar gezicht was doodsbleek en onder haar oogen waren donkere kringen. Terwjjl het licht op haar viel, openden zich de oogen, die donker waren en vol tranen stonden, en weer kwam een pijnlijk gekreun over de witte lippen. „Och, dat arme kind!" fluisterde een van de Engelsche meisjes. „Het is zeker erg ziek!" „Er zijn duizenden kinderen in China, die er zoo aan toe zijn," vertelde Kathleen Bar rington. „Hallo, Forsyth!" kwam een stem van over den muur. „Ben jij daar, kerel?" „Ja, Burrit met gezelschap." Een houten afsluitboom werd teruggescho ven, de poort ging open en een lange magere man met een lantaarn in z|jn hand, werd zichtbaar. Voor hjj hem goedendag kon zeg gen, kwam Dick Forsyth tusschenbeide. „Bekommer je niet om ons, kerel. Hier is iemand anders met een kind, waarvan de voeten gebonden zijn. Schijnt een autoriteit te zjjn en het kind ls er naar aan toe. Schenk daar eerst je aandacht aan; wij gaan onzen weg wel." Hjj sprak met de meisje en ging een groot huis binnen, waarvan de benedenvensters ver licht waren. Hjj wilde juist vertellen, dat Bur rit ongetrouwd was, toen de Amerikaan hem achterna kwam. „Ik heb je noodig, Forsyth. Wat een geluk! De man, die je zag, is een mandarjjn en heel gezien in de streek. Meer dan eens heeft hij gedreigd het hospitaal met den grond ge lijk te maken; nu brengt hjj me zjjn eenig kind, zijn oogappel, dat voeten heeft, die weg rotten. Als we ze konden redden „Dat moet eenvoudig!" zei Forsyth, terwjjl hjj naar de deur riep: „U moet ons excusee- ren, dames Misschien kunnen wjj helpen," stelde een van de Engelsche meisjes voor. „Kent u de taal?" vroeg de Amerikaan bruusk, „Ik wel," antwoordde Kathleen Barrington rustig. Dr. Burritt wierp haar een stuggen, goedf keurenden blik toe en sprak: „Mooi. Als u dag dat arme meiske probeert te kalmeeren, ma* ken wjj alles klaar. Kom mee." Door de twee doktoren vergezeld, liep rg naar een kamer, als ziekenzaaltje ingericht waar vier bedjes stonden, in een waarvan hel kleine patiëntje lag te kreunen van pijn. Bur» ritt wees naar het bedje en fluisterde Kathleen toe: „Praat wat met haar. Doe wat u kunt. Zg heeft ontzettende pijn en is bang van ons. We z|jn over tien minuten klaar." Alleen gelaten met het kind, begaf Kg* thleen zich naar het bedje. Het meisje had dë oogen gesloten. Haar donkere wimpers waren nat van tranen en een klaaglijk gekreuil kwam over haar lippen. Kathleen stond een oogenblik stil, door medeljjden bewogen; toeg ging ze op een bankje zitten en nam de hand van het kind in de hare. „Kleine bloem!" zei ze met rustige stem. Het meisje opende de oogen, die vol ven» wondering op Kathleen gericht werden, maat eensklaps kromp ze weer ineen door de hé» vige pjjn. „Mjjn voeten," fluisterde ze. „Ze branden zoo." „Ja, ik weet het. Maar de dokter komt. Hjj zal ze losmaken van de windsels, dan bran den ze niet meer. Je moet niet bang zijn,, kleintje!" „Neen als u Lij me bljjft. Ik weet niet wie u bent, maar ik houd van u." 4RHW* (Wordt vervolgd.);

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1936 | | pagina 1