Buitenlandsch Overzicht.
CHINA
Agitatie in de
Volkenbonds
vergadering.
NIEUWSBLAD VOOR DEN HELDER, KOEGRAS, TEXEL, WIERINGEN EN ANNA PAULOWNA
REIST PER WACO-
No. 7772
EERSTE BLAD
DONDERDAG 2 JULI 1936
64ste JAARGANG
naar HOORN, EDAM, AMSTERDAM
en GEHEEL WEST-FRIESLAND
Italiaansche journalisten trachten den
negus het spreken te beletten.
Kijk, dat is
bros-heid!
Abonnement per 3 maanden by vooruitbet.: Heldersche Courant 1.50; Koegras,
Anna Paulowna, Breezand, Wieringen en Texel 1.65; binnenland 2-,
Kederl. Oost- en West-Indlë per zeepost 2.10, Idem per maU en overige
landen 3.20. Losse nos. 4 ct; fr. p. p. 6 ct. Weekabonnementen 12 ct
Zondagsblad resp. 0.50, 0.70, 0.70, 1._. Modeblad resp. 1.20, 1.50, 1.50, 1.70.
Verschijnt D 1 n s d a g-, Donderdag- en Zaterdagmiddag
Redacteur: P. C. DE BOER
Uitgave N.V. Drukkerij v/h. C. DE BOER Jr.
Bureau: Koningstraat 78 Telefoon: 50 en 412
Post-Girorekening No. 16066.
De gedachte van de restauratie der Habsburgers in Oostenrijk
wint steeds meer veid. Duff Cooper de derde minister, die van
ongedisciplineerdheid in het Engelsche kabinet blijk gaf.
ADVERTENTIÉN:
20 ct per regel (galjard). Ingez. meded. (kolombreedte als redaction. tekst)
dubbele prys. Kleine advertentiën (gevraagd, te koop, te huur) by vooruitbetaling
10 ct per regel, minimum 40 ct; bij niet-contante betaling 15 ct per regel,
minimum 60 ct (Adres Bureau van dit blad en brieven onder nummer 10 ct
per advertentie extra). Bewijsnummers 4 ct
Het huis
Habsburg en
Oostenrijk.
In steeds grooteren ge
tale duiken berichten in
de pers op over de res
tauratie van de Habs
burgers in Oostenryk.
Vooral de omliggende
landen houden zich met deze kwestie danig
bezig, wat absoluut niet naar den zin van
Schussnigg en de zijnen is, want deze wil
len deze zaak alleen als een interne, dus
alleen als een binnenlandsche aangelegenheid
zien. Landen als Duitschland en die van de
Kleine Entente zijn het daar echter zeker
niet mee e^ns!
Dat men in Oostenrijk zelf intusschen sterk
aan de restauratie denkt, moge bljjken uit
het onderhoud, dat de correspondent van de
N. R. Cr. te Weenen met dr. Friedrich ridder
Von-Wiesner, den leider der legitlmistlsche
beweging in Oostenrijk had. Deze verklaarde
c.m., dat de beweging, die aanvankelijk
slechts aanhang had in de kringen van den
adel, b(j hooggeplaatste militairen en hoofd
ambtenaren, den laatsten tyjd in het volk
snel veld wint. Over den termijn, waarbinnen
de monarchisten hun doel hopen te bereiken
bewaarde von Wiesner echter het stilzwijgen.
Hij merkte op, dat het program der legitimis
ten van den eersten dag af vrijwel onveran
derd is gebleven. Slechts op één punt is het
gewijzigd; aanvankelijk was het berekend
Voor een groot Oostenrijk, thans nog slechts
Voor den huidigen status.
Met voldoening constateerde von Wiesner
dat de stryd der ligitimisten voor 'de erken
ning van het standpunt dat resauratie geen
Internationale, maar een zuiver binnenland
sche aangelegenheid ls. duidelijk ten hunnen
gunste is gekeerd.
Thans behoort het dank zij Schuschnigg
en den vroegeren minister van buitenland-
sche zaken Berger-Waldenegg tot de onver
anderlijke beginselen van het Oostenryksche
staatsbeleid, dat het herstel der Habsburgers
een zuiver Oostenrijksche aangelegenheid is
geworden. De strijd om deze rechtspositie
heeft in het buitenland langer geduurd dan
in het binnenland. Volgens Wiesner is het
officieele westelijke Europa echter voor deze
these gewonnen. Onderminister Cranborne
heeft onlangs in het Engelsche Lagerhuis op
een vraag geantwoord dat de keuze van den
staatsvorm in Oostenrijk niet door volken
rechtelijke restricties belemmerd wordt. En
Delbos heeft de theorie der Kleine Entente
„Herstel ls oorlog" indirect gewraakt door
Zijn letterlijke verklaring, dat „propaganda
voor of tegen een bepaald politiek systeem in
een naburigen staat nooit tot voorwendsel
van oorlog mag dienen". Van Mussolini weet
men, dat hy aanhanger van het hertel ls,
ónder voorwaarde dat er geen tijdstip voor
gekozen wordt, dat zijn eigen politiek zou
kunnen benadeelen. Zelfs In Amerika, dat
zich tot nu toe weinig voor dit vraagstuk
geïnteresseerd heeft, begint in de groote bla
den een gunstige stemming voor het herstel
0oor te breken.
Als antithese diene het volgende bericht!
De Zuid-Slavische bladen vernemen uit
AUTOBUSDIENSTEN
Inlichtingen WACO,
Kanaalweg 137, Den Helder
Genève dat de levendige legitimiatische
actie in Oostenrijk sterk de aandacht
trekt van de Volkenbondsdelegaties der
Kleine Entente. Enkele dagen geleden
heeft de Kleine Entente te Parijs en Lon
den opnieuw laten weten, dat zij vastbe
sloten is met de uiterte, radicaalste
maatregelen eens en voor goed elk her
stel van de Habsburgers onmogelijk te
maken.
De Parijsche
rede van
Duff Cooper
Wy hebben in ons
Dinsdag-nummer het één
en ander kunnen vermel
den van het debat, dat in
het Lagerhuis tusschen
Majoor Attlee en de
minister Sir John Simon en Churchill plaats
had over de rede, die Duff Cooper vorige
week te Parys gehouden heeft. Daaruit is
duidelyk gebleken dat er vrij groote ontstem
ming bestaat jegens den minister van Oorlog
omdat hij in zyn betoog n.1. eenige malen af
week van dat, dat de minister van buitenland-
sche zaken, Eden, weinige dagen tevoren ge
houden had. De Londensche corespondent van
de N.R.Crt. seinde dezer dagen aan zijn blad
o.m.:
In het debat in het Lagerhuis van Dinsdag
avond over de Parysche rede van den minister
van oorlog, hebben Sir John Simon noch Chur
chill den indruk kunnen uitwisschen, dat de
regeering voor de zooveelste maal een slecht
figuur heeft geslagen. De verdediging van sir
John Simon ging uit van twee betwistbare
punte^n.1. dat de inhoud van Duff Cooper's
rede in geen enkel opzicht van het bestaande
regeeringsbeleid afweek en dat het niet de
schuld van de regeering was als de buiten-
landsche pers uit onofficieele redevoeringen
dingen haalde, die er niet in zaten. Daarbij
zag hij echter geheel over het hoofd, dat het
onder de huidige crisis-omstandigheden en bij
de bestaande onzekerheid over de Engelsche
politiek, onvermydelijk is dat elk woord van
een Engelsche regeerings-vertegenwoordiger
nauwkeurig op zijn inhoud wordt geproefd,
zoodat de grootste voorzichtigheid in uitdruk
king geboden is.
Voorzichtig is Duff Cooper nu niet be
paald geweest. Hij heeft op de duidelykste
wijze op de noodzaak van een Engelsch-
Fransch front tegen Duitschland gewezen
en dit enkele dagen nadat Baldwin in het
debat over de sancties sterk had aange
drongen op een Duitsch-Engelsch-Fran-
sche toenadering.
Dat kon niet onopgemerkt blijven. Be-
teekent het een nieuw inzicht by de Engelsche
regeering of zijn Duff Cooper's opmerkingen
slechts „voorloopige en persoonlijke beschou
wingen", zooals Chamberlain's rede voor de
1900-club? Sir John Simon's verklaring, dat
de rede van den minister van oorlog van te
voren door het Foreign Office was goedge
keurd, schijnt de laatste uitelgging uit te
sluiten. Maar daarmede verliezen Duff
Cooper's woorden dan ook hun onofficieele
karakter en worden zij tot een regeerings-
verklaring.
Wat met deze verklaring bedoeld wordt,
kan men gemakkelijk begrijpen. Het Duitsche
FEUILLETON
EEN
IN
UIT HET ENGELSCH
DOOR
B B E N B O LT
7)
Ze gaf Kathleens hand een drukje en sloot
de oogen weer. Zonder verder iets te zeggen,
bleef Kathleen het handje vasthouden, ze
keek met medelijdende oogen naar het kleine
figuurtje, dat gekleed was in een blauw jakje
en rose zyden broek, met de zielig gebonden
voetjes, die kreupel waren door de barbaar-
sche gewoonte, die jaarlijks duizenden kin
deren het leven kost en de jeugd van een
halve natie tot één vreeselijke nachtmerrie
doet zyn.
Terwyl ze zoo zat, kwamen de dokters
weer binnen en na een kort onderzoek, waar-
t»ö Kathleen het kinderhandje bleef vasthou
den, bracht Forsyth het meisje onder nar
cose. Toen legden ze het kind op een tafel en
terwyl ze de arme verminkte voetjes ont-
zwachtelden, wendde Kathleen haar oogen af.
2e hoorde Dick Forsyth zeggen, dat het een
geluk was, dat het verband er niet meer zoo
vast omheen zat en ving het geluid van wa
ter op, toen Dr. Burritt de windsels nat
maakte om te verhinderen, dat het vleesch
jjjeegetrokken werd. Na een heelen tyd hoor
de ze de stem van den Amerikaan, die van
verontwaardiging trilde:
„Alle teenen van den rechtervoet en twee
van den linker. Arm kind! De idioten, die dat
gedaan hebben, moesten gestraft worden!"
„Zullen we de voetje kunnen redden, Bur
ritt?"
„Wie zal het zeggen?"
Het werd weer een poos stil; zoo nu en dan
klonk een korte aanwijzing; toen sprak Dick
Forsyth:
„Klaar, gelukkig! Vreeselyk vind ik zoo
iets en dan te moeten bedenken, dat er mil-
lioenen zijn, die in hetzelfde geval verkeeren
als deze peuter."
De twee sterke mannen legden het kind
zacht In het bedje, ruimden den rommel op,
terwyl Kathleen Barrington haar plaats
naast het kind weer innam. Daarna ging Dr.
Barrington weg om enkele minuten later
terug te komen met den vader van het kind.
Zyn gezicht was even uitdrukkingloos als
dat van' een steenen Boeddha, maar door het
vlugge bewegen van zijn waaier, terwyl hij
zich over het kind heen bukte, merkte men
de ontroering, die zyn gezicht verborg. Een
minuut lang keek hy onafgebroken naar het
kleine slachtoffer van een barbaarsche ge
woonte, toen zochten zijn oogen die van
Kathleen Barrington.
„Zult u goed op myn duifje passen?" vroeg
hy plotseling.
Dr. Burrit begon te spreken, maar werd
door Kathleen zelf in de rede gevallen.
„Voor een paar dagen, ja als ik mag
voegde ze er in het Engelsch aan toe, terwyl
ze zich tot Dr. Burritt wendde.
„Mag!" beet hy haar haast toe. „Ik wilde
het u juist vragen, want ik heb wel gemerkt,
dat de kleine meid erg op u gesteld is en
als ik dit kind redden kan dan heb ik met
myn zendingswerk meer bereikt dan in al
de vyf jaar, die achter mij liggen."
„Dan zal ik blyven," antwoordde ze, en na
antwoord op de vragenlyst is nog niet binnen
en naar dezelfde correspondent meldt, begint
men in Londen daaraan te wanhopen. Niet on-
mogelyk is het dus, dat Duff Cooper's woor
den als een waarschuwing aan Duitschland
bedoeld zyn, maar als dat zoo bedoeld is, dan
mag men er zich wel over verwonderen dat
die waarschuwing in zoo'n vorm gegoten is,
een vorm, die onvermydelyk tot geruchten
over een nieuwe indiscretie aanleiding moes
ten geven.
De correspondent vervolgde:
Waarom was het de minister van oorlog,
inplaats van den minister van buitenlandsche
zaken of de premier, die als spreekbuis voor de
regeering moest optreden En waarom was er
in Duff Cooper's rede geen woord over den
Volkenbond, dien de premier en de minister
van buitenlandsche zaken altyd zorgvuldig in
al hun verklaringen over de buitenlandsche
politiek inlasschen? Was het dan per slot van
rekening toch alleen zyn persoonlyke overtui
ging, die Duff Cooper in Parys uitsprak en
meende men op het Foreign Office, dat elke
minister op zyn beurt de kans moest hebben
zijn meening over Engelands buitenlandsch
beleid uit te spreken!
Het is allemaal even vreemd en onbegry-
pelyk. Het resultaat is dan ook, dat de ge
ruchten omtrent gebrek aan discipline binnen
het kabinet meer dan ooit ingang vinden.
Eerst Hoare, daarna Chamberlain, nu Duff
Cooper. Waar is de besturende hand van den
premier? Op Checquers om „een paar da
gen van het mooie weer te profiteeren", zoo
als het officieele bericht van vorigen Zater
dag luidde. Men zal hem de rust gaarne gun
nen. Hy heeft het sinds hy „zyn lippen ver
zegeld heeft", hard te verduren gehad, zoo
hard, dat het een wonder mag heeten, dat hy
nog immer het heft in handen houdt.
De eerste dag van de voortzetting van de
zestiende Volkenbondsvergadering heeft de
negus overeenkomstig zijn wensch reeds voor
een volle zaal het woord gevoerd, doch boven
dien werd zijn aanwezigheid en zijn spreken
in de Volkenbondsvergadering de aanleiding
tot twee incidenten, die heel wat beroering
verwekten.
Het eerste incident deed zich reeds voor het
begin van de Volkenbondsvergadering in het
bureau er van voor, dat bijeen moest komen,
om te beslissen wie de Volkenbondsvergade
ring tijdelyk zou presideeren, aangezien voor
zitter Benesj zyn ontslag had genomen. In
deze bijeenkomst van het bureau heeft de ge
delegeerde van het met Italië zou nauw be
vriende Hongarije, zich er tegen verzet, dat
aan den negus, die immers naar de Hongaar-
sche opvatting geen land meer heeft, waar
over hij eenig gezag kan uitoefenen, de gele
genheid zou worden gegeven, persoonlyk het
woord te voeren.
De Hongaarsche gedelegeerde vond
ondersteuning bij Motta, Zwitserland,
doch stuitte op krachtig verzet by de
Valera, Ierland, die op zijn beurt byge-
staan werd door minister De Graeff en
den gedelegeerde van Zuid-Slavië.
Het bureau heeft zich, doordat het niet
trad in het verzet van den Italiaanschen
secondant Hongarye, getoond, dat de Vol
kenbondsvergadering nog niet van plan is
voor alle Italiaansche eischen het hoofd
te buigen.
De ontvangst van den negus.
Terwyl het bureau nog vergaderde, groeide
intusschen het publiek voor het gebouw, waar
in de Volkenbondsvergadering plaats vond tot
een groote menigte aan, die eerst Leon Blum
by zyn aankomst toejuichte, waarbij echter
ook een zwak gefluit gehoord werd en die
daarna weder een zeer hartelyke ontvangst
aan den negus bereidde.
Te midden van de openingsrede van Eden
kwam de negus binnen en nam in alle stilte
plaats op een der voor de Abessynsche dele
gatie bestemde zetels.
De rapporteur van de commissie voor de
geloofsbrieven, prof. Bourquin, België, deelde
hierop mede, dat 34 staten mededeeling had
den gezonden van eenige wyzigingen in hun
delegatie sinds September. De commissie
voor de geloofsbrieven had vastgesteld, dat
al deze wyzigingen op de voorgeschreven
wijze ter kennis van het Volkenbondssecreta
riaat waren gebracht en stelde dus voor ze
allen goed te keuren.
Tot deze landen behoorde ook Abessinië.
De negus en ras Nassiboe zyn in de plaats
getreden van Wolde Mariam, die In het geheel
niet meer deel van de Abessynsche delegatie
uitmaakt. De Volkenbondsvergadering ver-
eenigde zich zonder eenige discussie met het
voorstel der commissie voor de geloofsbrieven,
zoodat de geloofsbrieven van den negus en
van ras Nassiboe werden goedgekeurd.
Van Zeeland voorzitter.
Eden stelde hierop de verkiezing van een
nieuwen voorzitter inplaats van Benesj aan
de orde. Overeenkomstig de verwachtingen
werd de Belgische ministerpresident van Zee
land met byna algemeene stemmen, namelijk
47 van de 50 gekozen.
Het Italiaansche memorandum.
Voorzitter Van Zeeland las hierop het reeds
langen tijd geleden aangekondigde memoran
dum van de Italiaansche regeering voor, dat
aan den voorzitter van de Volkenbondsverga
dering was geadresseerd en dat door minis
ter Ciano is onderteekend. In dit memoran
dum verwyst de Italiaansche regeering naar
haar overige documenten, waarin de gronden
voor het optreden van Italië tegen Abessinië
werden uiteengezet. De Italiaansche regeering
werpt verder de schuld voor het feit, dat het
niet tot een vrede door onderhandelingen tus
schen Italië en Abessinië gekomen is op de
schouders van de Abessijnsche regeering, die
verscheidene Volkenbondspogingen van de
hand zou hebben gewezen.
De Italiaansche regeering verklaart zich
voorts bereid den Volkenbond in de toekomst
op de hoogte te houden van haar beschavings
werk in Abessinië en geeft tenslotte haar be
reidwilligheid te kennen om weder daadwer-
kelyk in den Volkenbond mede te werken in
de verwachting, dat de Volkenbond met een
geest van rechtvaardig begrip den toestand
in Abessinia zal weten te waardeeren. De
Italiaansche regeering herhaalt echter thans
reeds haar overtuiging, dat de Volkenhond
grondig moet worden hervormd en dat zonder
verwyl de hindernissen, die de verwezenly-
king van het werk van internationale samen
werking voor handhaving van den vrede on
der deelneming van Italië belet hebben en
nog belet, uit den weg zullen worden ge
ruimd.
De verklaring van Argentinië.
Na voorlezing van het Italiaansche memo
randum werden de algemeene discussies ge
opend. De eerste spreker was de gedelegeer
de van Argentinië, Cantillo, ambassadeur van
Argentinië te Rome. Hij verklaarde, dat zyn
regeering het noodzakelyk had geacht dat op
WILT U EEN VLUGGE EN GOEDKOPE HULP IN DE HUISHOUDING?
Laat Rinso U dan helpen, het bekende zeeppoeder, dat met zijn
bijzonder hoog vetgehalte alles grondig reinigt. En bovendien geeft
Uw winkelier U thans bij elke 2 pakken Rinso een standaardbus
Vim, de onmisbare hulp overal in huis, geheel gratis. Wacht
dus niet langer. Vandaag nog
naar Uw win
kelier om wat
pakken Rinso
met gratis Vim.
RSA 92-0252 u.
dit in politiek opzicht, zoo belangryke tijd
stip de geheele Volkenbondsvergadering zal
byeenkomen, opdat alle volkenbondstaten ge
legenheid zouden hebben hun meening ken
baar te maken. Cantillo hield hierop de ver
wachte lofrede op het Amerikaansche begin
sel van de niet-erkenning van door geweld
tot standgekomen gebiedwyzigingen. Hij
hoopte, dat de Volkenbondsvergadering dit
beginsel zou bevestigen, daarby echter als
het ware terloops, de onder de tegenwoordige
omstandigheden met het oog op Italië zoo
belangryke tusschen-zinsnede invoegend:
„behoudens de verscheidenheid der omstandig
heden". Dit voorbehoud opent natuurlijk den
weg tot een latere erkenning van de ver
overing van Abessinië door Italië.
Cantillo heeft door deze redevoering, waarin
hy eenerzijds het Zuid-Amerikaansche begin
sel van niet-erkenning van veroveringen be
wierookt, doch anderzyds een aan Italië wel
gevallig voorbehoud lanceerde, geheel aan
de verwachtingen beantwoord, dat hy de kool
en de geit zou weten te sparen.
Cantillo sprak ook nog over de noodzake
lijkheid van een Volkenbondshervorming en
dreigde evenals Chili de vorige week in den
Volkenbondsraad, met uittreding uit den Vol
kenbond, indien het niet gelukken zou het
Volkenbondsverdrag en de toespassing daar
van in harmonie te brengen met de Zuid-
Amerikaansche opvattingen.
Italiaansche journalisten gedragen
zich schandelijk.
De voorzitter Van Zeeland verklaarde hier
op, dat het woord was aan zyne majesteit,
keizer Haile Selassie, eerste gedelegeerde van
Abessinië.
Overeenkomstig het tydens Motta's presi
dentschap van Zwitserland geschapen prece
dent, bleven de gedelegeerden rustig zitten
toen de negus in fraaie zwarte toga, met
witte das, met de van hem gewone groote
waardigheid door de zaal naar het spreekge
stoelte schreed en aldaar zyn rede begon.
De zaal onthield zich ook van applaus,
doch nauwelyks had de negus het: mynheer
de voorzitter in de Fransche taal uitge
sproken, of van de perstribune weerklonk een
gesis.
Voorzitter van Zeeland klopte met den i
voorzittershamer om stilte, doch het ge
sis werd nog sterker en luider. Een groot
rumoer ontstond op de perstribune en
beneden in de vergaderzaal werd men na-
tuuriyk zeer onrustig. Het waren de Ita- J
liaansche journalisten, die op de pers-
tribune alle regels van betamelijkheid en j
van hun beroepsuitoefening schonden. De j
andere journalisten protesteerden ter- J
stond tegen dit Italiaansche optreden, j
Weldra kwamen politiedienaren op de tri- j
bune om de Italianen, die bovendien ook
tegen de politie weerbarstig werden te
verwijderen.
Met zyn zevenen werden zy in een taxi naaf
het politiebureau gebracht, waar zy ge-
ruimen tyd ln hechtenis bleven. Toen zy uit de
Breek een groote ronde
beschuit van Paul C.
Kaiser door: ze verkruimelt niet 1
omdat ze zoo bros is omdat de samen»
stelling zoo juist-afgemeten is! Het beste
van het beste wordt ervoor gebruikt
en dat kunt U direct proeven! 9 ct. per
rol van 9 stuks met Paula-bon.
JI.V. PauKMiaiser
Groote. ronde beschuit
N. V. PAUl C. KAISER. BESCHUITFABRIEKEN - ROTTERDAM
nog een blik op zyn dochterje geworpen te
hebben, groette de mandarijn Kathleen ten
Elfscheid met zyn waaier, waarna hy in ge
zelschap van den Amerikaan het vertrek ver
liet.
„Wat zal uw vader zeggen?" vroeg Dick
Forsyth, toen hy met het meisje alleen was.
„Ik weet het niet", zei ze kalm. „Ik kan dit
arme ding niet alleen laten. Maar als u alles
behalve myn eigen bagage meeneemt naar
Yong-Foo, dan is hy misschien niet kwaad.
De vader van het kind is een mandaryn"
ze zweeg even en liet een schel lachje hooren"
en myn vader wakkert de vriendschap met
officieele personen graag aan. Misschien be
schouwt hy myn verblijf hier als 't brood op
de wateren."
Er klonk iets bitters in haar stem, hetgeen
Forsyth niet ontging, maar hy wenschte er
geen verdere aandacht aan te schenken.
„Ik vind het heel lief van u," klonk het
warm. „Als u my vertelt, welke bagage van
u is, zal ik die dadeiyk halen en er zorg
voor dragen, dat de rest met den grootsten
spoed naar uw vader gestuurd wordt."
Ze beschreef de bagage, die ze noodig had
en zonder eerst te eten verliet Forsyth het
ziekenhuis en begaf zich door de stad naar
de rivier. Daar overkwam hem een ongewoon
avontuur. In tegenstelling met de stad met
de honderd lantaarns, was de kade erg don
ker en nagenoeg verlaten en het kostte hem
eenige moeite om een boot te krijgen, die
hem naar de sampan zou brengen. Plotseling
maakte zich een boot in de duisternis los.
waarvan de inzittenden drie Chineezen waren
en hy begon met hen te onderhandelen.
ja" zei een van de mannen, „wy roeien
u voor twee tael naar de sampan."
De prys was exorbitant hoog, maar zonder
af te pingelen, stapte Forsyth in de boot die
onmiddellyk afvoer. Na de eerste slagen
schenen ze in de richting van de sampan te
varen, waarvan de lichten helder zichbaar
waren, toen veranderden zy van koers en gin
gen stroomopwaarts.
„Dat is de boot, waar ik heen moet," ver
klaarde Forsyth tegen den man aan het roer,
terwijl hy naar de sampan wees.
Deze echter nam er niet de minste notitie
van.
„Hoor je me? Dat is de sampan..."
Hij maakte zijn zin niet af. Tot zyn ver
bazing nam de man vlug zyn roeiriem uit het
water en zwaaide die boven zyn hoofd om
te slaan. Maar Dick Forsyth was een handig
man. Bliksemsnel greep hy de beenen van
de Chinees vast, en, toen de man struikelde,
vielen ze samen overboord. Onder water liet
de dokter zyn slachtoffers los en boven ge
komen, zwom hy snel naar de sampan, den
Chinees aan zyn lot overlatend. Een gorge
lende kreet achter hem verried hem, dat de
aanvaller zich in nood bevond, maar ver
moedend, en terecht, dat de mannen in de
boot zich eerder om hun makker dan om
hem zouden bekommeren vervolgde hy zijn
weg.
By de boot gekomen, klauterde hy op het
dek, en keek, druipend van het water achter
om, toen een van de bemanning hem onder
het licht van de lantaarn zag staan.
„O, Mista Forsyth," riep hy, zonder op de
natte kleeren van de dokter acht te slaan,
„er is hier zoo iets geks gebeurd."
„Zoo, Ching, en wat is dat?"
„Toen u aan wal gegaan was, kwamen er
vyf mannen in een boot; ze dreven ons in de
hut en hebben alles doorgezocht, vyf leelyke
mannen. Ze begonnen de bagage na te kyken,
voornamelijk Missie Barringtons bagage. Toen
braken ze twee kisten open en gin geil daarna
weg. Ze zagen eruit als echte zeeroovers."
„Hebben ze iets gestolen?" vroeg Forsyth
ontsteld.
„Neen, ze hebben niets gesloten, dat is
juist zoo gek. Toen ze weg waren heb ik de
kisten weer dichtgespykerd."
Het was zeker gek en het ging, evenals de
dwaze aanval op hem, boven Forsyth's be
vattingsvermogen. Een moment staarde hy
over het water naar het kleine stadje met de
veelkleurige lantaarns. Toen kreeg hy een
idee.
„Toen die zeeroovers, zooals jy ze noemt..i
weggegaan waren, welken kant gingen ze
toen uit, Ching?"
Ching wees stroomopwaarts. „Daarheen.
Daar ligt een groote Jonk, dezelfde, die van
morgen de rivier opgevaren is."
„Ah."
Forsyth had den sleutel op het raadsel ge
vonden. Li-Weng-Ho was waarschynlyk aan
sprakelijk op den aanslag op hem, vanwege
zyn antipathie voor Forsyth, maar hy be
greep niet waarom Katleen Barrington'9
bagage doorzocht was. Hy piekerde een uur
lang over dit probleem, maar hy kon geen be
vredigende verklaring vinden. Hy besloot niets
tegen het meisje te zeggen, hoezeer hy ook
in de verleiding kwam om haar te onder
vragen. En 's morgens, toen hij de rivier op
keek, was de jonk van den mandaryn ver
dwenen.
V.
Chlneesch recht.
Vyf dagen later kwam de sampan in het
gezicht van Yong-Foo, 'n ommuurde stad, op
een heuvel gelegen, waarvan op het hoogste
gedeelte een uit vier verdiepingen bestaande
pagode gebouwd was „de pagode van den
Rechtvaardigen weg."
Een menigte jonken lag in de rivier buiten
de stad verankerd en Forsyth vroeg zich aft
hoe ze daar tusschen door moesten, toen
sampan ln het kanaal voer, dat om de stad
heen liep, en zyn weg vond tusschen schepen
met koopwaar, woonschuiten, die aan den
oever gemeerd lagen en allerhande vaartui
gen, die op het water in de omgeving van een
Chineesche stad plegen te liggen.
Ze dreven onder een brug door, die zoo laag
was, dat de mast neergelaten werd en d§
sampan met de boomen neergelaten moest
worden.
Toen ze de sluizen achter zich hadden,
wist Dick Forsyth, dat ze zich nu in de sta4
Yong-Foo bevonden, waar Li Weng-Ho heer
en meester was.
Terwyi Dick op den landings-steiger stapte,
herinnerde hy zich zyn belofte aan Kathleen
Barrington en besloot die onmiddelyk na té
komen.
„Ching," zei hy. „Weet je ook waar Mr,
Barrington woont?"
„Mista Barrington?" Een byna onmerk
bare verandering kwam in het gezicht van
den Oosterling.
„Ja. Weet zijn huis heel goed."
„Ik wil, dat de bagage, die Miss Barring
ton by zich had. daar dadeUjk bezorgd wordt.
Haal een kruiwagen en een stuk of wat koe
lies en stuur ze er onder aanvoering van een
van je mannetjes heen."
„Ja, ik zal doen," antwoordde Ching; toen
vroeg hij abrupt: „Weet u wat in die kisten
ls, Mr. Forsyth?"
(Wordt vervolgd.);