Buitenlandsch Overzicht ge£'">r"t bruind{ MA7IS AmmELTM-mmm x =*7* ROMA-pudding TJZttLlll AMANDEUJES'DUDDING Een goed examen NIEUWSBLAD VOOR DEN HELDER, KOEGRAS, TEXEL, WIERINGEN EN ANNA PAULOWNA REIST PER WACO- 64ste JAARGANG De plannen van den negus AUTOBUSDIENSTEN naarHOORN, EDAM, AMSTERDAM en GEHEEL WEST-FRIESLAND De kwestie van de vrije stad Dantzig. Een coup van de nazi's onwaarschijnlijk? Drama in de Volkenbonds vergadering. Fotograaf tracht zich van het leven te berooven. *°rd, '(j0^ ^Oor Pr*chti, Nog steeds millioenen geloovigen in Rusland. B B E N B O LT COURAN Abonnement per 3 maanden b*j vooruitbet.: Heldersche Courant 1.50; Koegras, Anna Paulowna, Breezand, Wieringen en Texel 1.65; binnenland 2.—, Nederl. Oost- en West-Indlë per zeepost 2.10, Idem per mail en overige landen 3.20. Losse nos. 4 et; fr. p. p. 6 ct Weekabonnementen 12 ct Zondagsblad resp. 0.50, 0.70, 0.70, 1.Modeblad resp. 1.20, 1.50, 1.50, 1.70. Verschijnt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagmiddag Redacteur: P. C. DE BOER Uitgave N.V. Drukkerij v/h. C. DE BOER Jr. Bureau: Koningstraat 78 Telefoon: 50 en 412 Post-Girorekening No. 16066. ADVERTENTIËN: 20 ct per regel (galjard). Ingez. meded. (kolombreedte als redaction. tekst) dubbele prijs. Kleine advertentiën (gevraagd, te koop, te huur) bij vooruitbetaling 10 ct per regel, minimum 40 ct; bij niet-contante betaling 15 ct per regel, minimum 60 ct (Adres Bureau van dit blad en brieven onder nummer 10 ct per advertentie extra). Bewijsnummers 4 ct Een verwarde toestand in de Engelsche politiek. De stemming te Genève wordt er niet beter op. De Engelsche politiek toont op het oogenblik een verward beeld en als zoodanig is zij een afschaduwing van het politieke beeld van de wereld, dat op zijn zachtst gezegd „duister" is. Men kan moeilijk de groote lijn zien, waar langs de wereld een rustiger politieke con stellatie zal bereiken. Alles is uit zijn even wicht geslagen en men weet moeilijk „den weg terug" te vinden. De verwarring in Engeland op buiten landsch gebied wordt het beste getypeerd door het feit, dat een blad als de Times twee keer in de laatste drie dagen het op schrift „Wat is Engelands politiek?" boven haar diplomatieke correspondenties zet. De Londensche corr. van de N.R.Crt. schrijft naar aanleiding daarvan aan zijn blad: Als de Times zich in het openbaar begint af te vragen waar de regeering nu eigenlijk naar toe wil, moet het verlangen naar zeker heid wel heel erg gestegen zijn. Zelfs tot de regeeringsaanhangers in het Hoogerhuis is de ontevredenheid over het regeeringsbeleid doorgedrongen. De conservatieve Lord Ren- nold heeft daar in scherpe bewoordingen ge wezen op het gebrek aan diplomatieken tact in Duff Cooper's Parijsche rede en op de nood zaak van een groote mate van coördinatie binnen het kabinet. Wat antwoordde hierop Lord Halifax voor de regeering Dat hij „door het debat tot de overtuiging was ge komen, dat het hoogst onverstandig voor een minister was zich over de buitenlandsche politiek uit te laten, zonder zijn woorden eerst in overleg met zijn collega's zeer nauwkeurig gewogen te hebben". Het staat wel droevig met de Engelsche regeering, als zij er een grove diplomatieke blunder en twee debatten voor noodig heeft om tot een dergelijke ontdekking te geraken. Intusschen heeft ook Eden te Genève weinig nieuws gebracht over de door Engeland te volgen politiek. De pers heeft er niet veel over te zeggen. Wel merkt men op, dat Eden's opmerkingen over de niet-erkenning van Italë's verovering toch niet als een Engelsch voorstel ten gunste van een officieele niet- erkenning door de Assemblée konden worden opgevat. Ook op dat punt schijnt de Engelsche regee ring vaagheden boven concrete voorstellen te verkiezen. Hetzelfde geldt voor de vraag of Italië's hoop op financieele hulp vor de ontwikkeling van het geannexeerde gebied verijdeld zal worden. Eden heeft hier met geen woord over ge rept. Zijn verklaring, dat de oeconomische n financieele maatregelen geen nut meer heb ben, wijst echter eerder op een bereidwillig heid ook op financieel gebied weer volkomen vrijheid van handelen met Italië toe te staan dan op het tegenovergestelde. Eén punt in Eden's rede schijnt echter niet voor misverstand vatbaar, namelijk zijn mee ning, dat het er bij een hervorming van den Volkenbond op aankomt, de methoden voor de handhaving van het Internationale recht zóó te herzien, dat zij werkelijk uitvoerbaar zullen Zijn. Het is duidelijk wat hiermede wordt be doeld: regionale pacten, waarbij alleen de direct bij het conflict geïnteresseerde partyen tot militaire acties verplicht zullen zijn. Somberheid te Genève Te Genève heerscht in de wereld van den Vol kenbond een trieste stemming, zoo schreef de N.R.Crt. dezer dagen in een hoofdartikel. Het behagen in het on vermijdelijke, waartoe men te besluiten heeft, is heel gering. Het blad haalt een uitspraak aan van een consequent sanctionnist die sprak van de huichelarij, die de groote mogendheden aan den dag leggen. De N.R.Crt. neemt het echter tegen deze uitspraak op en het blad schrijft dat dit ver-, wijt volkomen onverdiend is, want dat er nooit minder is gehuicheld en dat men nooit op een Internationale bijeenkomst van dezen aard, onverbloemder heeft laten blijken, dat men zich verslagen en vernederd voelde. Diplomaten plegen hun schaamte, als zij die bezitten, niet ten toon te spreiden. Te Genève kan men nu dit merkwaardige verschijnsel waarnemen. De sympathie voor de Italianen is er uitermate gering. Wat hun memorandum had kunnen goedmaken is nog meer dan be dorven door het collectief optreden van hun journalisten. Ofschoon men vermoedt, dat zij op last handelden, ofschoon men mocht aan nemen, dat verschillende van de deelnemers waarlijk niet met vreugde hebben meegewerkt bij het spektakel, wachtte men toch met zekere spanning af hoe Rome op het gebeurde zou reageeren. Zou men de aangehouden journa listen misschien toch verloochenen, nu het tafereel zoo unaniem afkeer verwekt had Rome heeft dat niet gedaan, maar de daad in bescherming genomen. Men vraagt zich af, waar de edelmoedig heid, het heroïke, waarop men te Rome zoo prat gaat, eigenlijk te zoeken zijn. Men zegt nu van Italiaanschen kant, dat de journalisten door hun woede over hetgeen zij zagen en hoorden overmand zijn. Maar hebben mannen van hun leeftijd en positie dan als straatjon gens fluitjes in hun zak?, want het bezit van die fluitjes is het criterium geweest voor het ln arrest houden van de deelnemers aan de demonstratie. Acht van de tien bleken er mede voorzien. Wat den negus betreft, deze zal geen baat vinden bij zijn optreden te Genève, maar heele- maal voor niets gekomen is hij zeker niet. Enkelen mogen zich geraakt hebben gevoeld door zijn vrijmoedige critiek daartoe be hoorden ook onder andere de Franschen, die zich te weer hebben gesteld ook zij hebben begrepen, dat zoo men iemand het recht van vrijuit spreken moest toestaan, het zeker deze ongelukkige balling was. Nu echter houdt men zich met de vraag bezig of hij balling blijft. Hij heeft te kennen gegeven naar zijn land te willen terugkeeren om zich aan het hoofd te stellen van het verzet tegen Italië. Hij zou zich voorstellen met een Vliegtuig binnen zijn oude grenzen te kunnen komen. Hij maakte daarop in zijn rede een toespeling, toen hij aan het slot de vraag stelde: Welk antwoord hij aan zijn volk zou moeten overbrengen. Zijn figuur en optreden hebben te Genève onmis kenbaar sympathie verwekt, en men is niet bij voorbaat geneigd wat hij zegt over terug keer als grootspraak te beschouwen. De grondstemming in deze essemblee ls voor Italië zeer ongunstig. De sancties zijn machte loos geworden, goed, dan zal men ze opgeven. Maar tevergeefs zal Italië tot nog toe naar eenige teekenen van vergevensgezindheid ge speurd hebben. Het is als aanvaller aangewezen en dit vonnis blijft gehandhaafd. Zelfs utilisti sche overwegingen kunnen de regeeringen niet bewogen de Italiaansche heerschappij ln Abessinië te erkennen. Dat ls reeds duidelijk. De sombere stemming van de Assemblée wordt verergerd, ja, misschien zelfs in hoofd zaak gevormd door de zware schaduw van Duitschland, die er haast voelbaar over heen ligt. Zwaarder nog dan de teleurstelling van het oogenblik drukt de zorg voor de toe komst. Van - een optimisme, waarvan Genève immers de zetel heette, merkt men op het oogenblik niets meer. Men spreekt vriendelijke woorden, zooals Baldwin in het Lagerhuis heeft gedaan en zooals Blum, die uitdrukkelijk zich tot de af wezigen richtte, in zijn rede deed. Maar met de innerlijke overtuiging dat men voor doove ooren spreekt. Reuters correspondent te Genève heeft van de Abessijnsche delegatie gehoord, dat een terugkeer van den negus per vliegtuig naar Abessinië zelfs niet is overwogen. De negus blijft tot het einde van de Assemblée te Genève en gaat vervolgens naar Londen terug. Zijn verdere plannen zijn nog onbekend. DE NEGUS VAN ABESSINIË. Zaterdagmiddag bijeenkomst der coördinatie-commissie. Indien, naar men gelooft, de zitting van den Volkenbond Vrijdag- of Zaterdagochtend ein digt, zal de coördinatie-commissie Zaterdag middag kunnen bijeenkomen, tot vaststelling van de wijze, waarop de sancties tegen Italië zullen worden opgeheven. De stemming te Rome. De te Genève gehouden redevoering zijn aldus de Romeinsche correspondent van de Times in de Italiaansche pers niet direct Inlichtingen WACO Kanaaiweg 137, Den Helder gecommentariseerd. Het is echter niet moeilijk te zien, dat de gebeurtenissen te Genève tot nog toe in het algemeen teleurstellend zijn gebleken; In de vertrouwelijke zitting van den Volken bondsraad, die Donderdagavond na afloop van de zitting van de Assemblée is gehouden, is besloten, de kwesüe van Dantzig op de agenda van den Volkenbondsraad te plaatsen, en den voorzitter van den senaat van Dantzig uit te noodigen, naar Genève te komen. De aangelegenheid zal Zaterdag in den Raad ter sprake worden gebracht. De Britsche meening. In diplomatieke kringen te Londen gelooft men niet in de mogelijkheid van een coup van de nazi's in Dantzig. De redenen, die Duitsch land er van zullen weerhouden invloed uit te oefenen in deze richting zijn: 1. De eenstemmigheid, die te Genève ten aanzien van het vraagstuk Dantzig heerscht waar Frankrijk, Engeland en Polen een ge meenschappelijk front vormen. 2. Het oogenblik zou thans wel zeer onge lukkig zijn, omdat Duitschland zoolang het geen antwoord heeft gegeven op de Britsche vragenlijst wil voorkomen dat Groot-Brittan- niet gedwongen wordt nog nauwere samen werking met Frankrijk te zoeken. 3. Duitschland zal waarschijnlijk niet in buitenlandsche avonturen wilen treden voor het einde van de Olympische spelen in Augus tus en totdat het voldoende reserves heeft vpor zijn buitenlandsche deviezen. „Danziger Freiheit". Een afdeeling van de S.A. te Dantzig heeft onlangs een reis gemaakt in het industrie gebied van Midden Duitschland. Zij werden overal met geestdrift begroet. Het gemeente bestuur van Gera heeft nu besloten het plein waarop de begroeting der nationaal-socialisten uit Dantzig plaats vond in de toekomst „Danziger Freiheit" te noemen. Persstemmen. De Daily Herald wist gisteren te melden, dat zoowel te Londen als te Genève gevreesd werd, dat de nationaal-socialisten een onmid dellijke poging zouden ondernemen, om zich van Dantzig meester te maken. Veel zal in dit opzicht aldus het blad afhangen van doet Ge, als Ge rustig kunt nadenken, zónder angst-gevoel, zónder gejaagdheid, zónder hoofdpijn. Neem daarvoor n „AKKERTJE". Zoo'n metalen zakdoosje met 3 stuks voor slechts 20 cent is voor U bijzonder geschikt. Overal verkrijgbaar. de houding, die door den Poolschen minister van buitenlandsche zaken, Beek, zal worden aangenomen. Een krachtige verklaring van zijn kant, dat Polen er zorg voor zal dragen, dat het Volkenbondsgezag in Dantzig gehand haafd blijft, zou de nationaal-socialistlsche bedreiging nog kunnen afwenden. Groote ontsteltenis is gisterenmorgen in de Assemblée van den Volkenbond ge wekt door een poging tot zelfmoord van den fotograaf van de „Prager Presse", Stefan Lux. Terwijl de gedelegeerde van Cuba zijn rede hield, weerklonk plotseling een schot door de zaal. Op een der banken zakte langzaam Iemand ineen. Een ontzettende verwarring ontstond. Sommige gedelegeerden renden qe zaal uit, anderen begaven zich hals over kop ln de richting, van waar het schot weerklon ken had. Te midden van de ontstane verwarring schorste de voorzitter, de Belgische premier Van Zeeland, onmiddellijk de besprekingen, die inmiddels om 11 uur 45 weer hervat zijn. De zwaargewonde werd buiten de zaal ge bracht en onverwijld volgde een uitgebreid onderzoek. Wat de reden van de poging tot zelfmoord is geweest, staat tot op dit oogenblik nog niet vast. Men neemt aan, dat de man door de span ning der laatste dagen zenuwziek is gewor den. Onder zijn collega's was hij amper be kend. Het schijnt, dat de poging tot zelfmoord tot ln alle détails was voorbereid. De politie vond in Lux' zakken een aantal brieven, gericht aan den secretaris-generaal Avenol, aan minister Eden, aan den koning van Enge land, aan de „Times" en aan de „Manchester Guardian". Op de Prager Presse is Stefan Lux (of Luchs) onbekend: Onze correspondent te Praag telefoneert ons: Een journalist Stefan Luchs, die in het be richt uit Genève correspondent van de Prager Presse wordt genoemd, is hier op de redactie zoowel als op de foto-afdeeling van genoemd blad volkomen onbekend. Ook in andere Tsjechische journalistenkringen kent men den naam van Stefan Luchs niet. De journalist overleden. Uit een brief die Lux aan Avenol gericht heeft en uit verdere mondelinge verklaringen blijkt, dat Lux het besluit tot zijn zelfmoord in de Volkenbondsvergadering genomen heeft, met het doel om de aandacht van de wereld op de behandeling van de Joden in Duitschland te vestigen. Lux, die van oorsprong Oostenrijker is en tijdens den wereldoorlog in het Oosten- rijksche leger heeft gediend, is na den wereld oorlog staatsburger van Tsjechoslowakije ge worden en heeft langen tijd in Duitschland ge woond. Hij is zelf Jood, en heeft korten tijd ge leden Duitschland verlaten. Hij is getrouwd en heeft een kind van twaalf jaar. Later werd nog gemeld, dat de Tsjechische journalist en fotograaf Lux gisteravond is over leden. Een beeld van de verwarring. Stefani seint over het incident in de Volken bondsvergadering, waarbij een Tsjechisch pers fotograaf de hand aan zich zelf sloeg, dat de gedelegeerden eerst dachten, dat hij van zins epsn9.-nian Flacon 90 cU_Tube 60 ct Doos 50 en 25 ct. was een aanslag te plegen. De meeste gedele* geerden trachtten te vluchtten, stoelen en ban* ken werden omgeworpen en een aantal damea verlieten in allerijl de zaal. De algemeene opschudding heeft de corres* pondent van Stefani echter niet kunnen belet* ten om te constateeren, dat ras Kassa en ras Nacciboe het eerst wegvluchtten en dat „Ta- fari", zooals het persbureau den negus gelieft te noemen, doodsbleek onder een bank kroop. Een nieuwe methode van bestri}* ding der religie. De nieuwe grondwet der Sowjet-Unie ver leent ook aan priesters en rabbijnen weer zekere burgerrechten, zooals b.v. het kies recht. Het was te verwachten, dat deze maat regel b(j een deel der bevolking, die steed3 heeft moeten hooren, dat de geestelijken „agenten der bourgeoisie" en verraders van het Roode vaderland zijn, verbazing zou wek ken. Aan de „Daily Telegraph" wordt uit Mos kou gemeld, dat Emelian Jaroslawski, een der veteranen van het regime en leider van de strijdbare liga der godloozen, thans tracht den maatregel der regeering te rechtvaardigen door de redeneering, dat het beter is geen administratieve maatregelen te mengen in den strijd tegen den godsdienst, omdat officieele onderdrukking dikwijls juist leidt tot religieus fanatisme. „We zullen onze anti-religieuze propaganda met kracht voortzetten, maar we hoeven, nu ons bewind zooveel sterker is ge worden, den priesters hun stemrecht niet meer te onthouden. Hoewel de godsdienst aan het uitsterven is, zijn er in ons land nog steeds millioenen geloovigen. Men moet niet denken, dat de godsdienst verdwijnt als de uitoefening er van verboden is. Wij zullen blijven strijden tegen den godsdienst en tegen religieuze in* stellingen." De opvattingen van Jaroslawski zijn in den loop der jaren eenlgszins gewijzigd: ln 1930 stelde hij voor alle kerken van Moskou te sluiten en tn 1932 alle kerken ln het heeie land. Zes onzer ledige buitenverpakkingen kunt U bij Uwen winkelier inruilen met bijbetaling van 15 ets, tegeneen afbeelding van beroemde schilderijen in diepgestempelde gouddruk. •"7JF>OL^.Knv. &J=iONI.N&EN UIT HET ENGELSCH DOOR 8) „Neen, Ching. Handelswaar denk ik. Dat gaat ons trouwens ook niet aan." Ching aarzelde zichtbaar, 't was alsof hij Iets wilde zeggen; toen, er van overtuigd, dat Forsyth niet voor een praatje te vinden was, keerde hij zich om en maake toebereidselen om de bagage uit te laden. Forsyth sloeg hem gade, en nadat hij gezien had, dat de kisten op een kruiwagen geladen waren en Ching gereed was, begaf hij zich op weg met hem naar het zendingsstation. Na verscheidene walgelijk riekende, mor sige straten doorgeloopen te heben, kwamen ze aan een soort plein, omgeven door hoornen, waar - a het eene eind een groot huis stond, omringd door een hoogen steenen muur. De poort was niet gesloten, ze liepen door een laan met oranjeboomen naar het huis, waar van het dak gebogen was met breede over stekende randen en de deurposten met dra ken besneden waren. Een lange ascetisch uitziende Chinees haastte zich hem tegemoet te komen en 'n oogenblik later stelde Ching hem voor aan Vtjn collega en assistent. „Dokter Wang-Hi. De dokter hier ls een groot geleerde. Hij zal u helpen arme zielen gezond te maken." Forsyth vond hem sympathiek en begroette hem hartelijk; na een minuut of tien toen ze van de thee genoten, werd hij het een en an der over Yong-Hoo gewaar. Wang-Hi, die in Londen gestudeerd had, sprak perfect En gelsch en na een poosje stelde Forsyth hem een directe vraag. „Is de mandarijn Li Weng-Ho erg lastig?" „Ik heb geen last van hem gehad," ant woordde de inlandsche dokter bedaard., „Maar Li Weng Ho's afschuw voor vreem delingen is niet te onderschatten. Ik geloof, dat bevelen van hoogerhand hem weerhouden tot vervolging oevr te gaan. Maar toch is er op zijn vreemdelingenhaat één uitzondering neen, twee." „O, ja?" „Ja, er is hier een handelaar, een Engelsch- man, Barrington genaamd, die zich met zijn dochter in de bescherming van den mandarijn verheugt... Ze schijnen overal in de provincie heen te kunnen gaan en alles te mogen doen. Niemand hindert hen. Toch begrijp ik niet waarom de man hier wonen mag, want dit is geen verdragshaven." Dick zat een poosje in gedachten verdiept; toen vroeg hij abrupt: „Wang-Hi, kunt u mij ook zeggen wat voor reden de mandarijn kan hebben om Miss Barrington's bagage te laten doorzoeken De Chineesche dokter keek peinzend, toen schudde hij het hoofd. „Neen, ik zou het niet weten. Li Weng-Ho en Mr. Barrington zijn heel dikke vrienden. Ze werken altijd samen. Ik begrijp niet wat tusschen hen gekomen kan zijn." „Ze werken samen. Wat bedoelt u, Wang- Hi?" „De mandarijn is een rijk man, die graag nog rijker wordt, en de Engelschman ls geen zendeling; neen, hij kwam hierheen om for tuin te maken. Geen van tweeën bekommeren ze er zich om wat er met China gebeurt, als zij maar rijk worden en er staat een kort pad open, dat naar rijkdom voert..." „Opium?" „Ja, opium." „Maar de wetten?" „Wat kan het den mandarijn schelen; hij moet de wetten uitvoeren, hij is de wet zelf. Yong-Foo ls Peking niet, ook geen verdrags haven. Li Weng-Hoés wil ls even groot en machtig als die van Tze Hsi, in de oude da gen voor de revolutie." „En denkt u, dat ze de wet met voeten tre den en kalmweg opium in Yong-Foo smok kelen?" „Ik ben er van overtuigd, Dr. Forsyth. Als U door de benedenstad wandelt, zult u ver scheidene opiumkitten zien, de prijs van dat goed is zoo geweldig gestegen. U zult ook het gemopper van de kooplieden kunnen hooren, omdat ze niet in een winstgevender artikel mogen handelen. Verleden week heeft de mandarijn een bekend handelsman een boete van vijfhonded tael opgelegd en hem een dracht bamboeslagen laten toedienen, omdat hij opium aan een koelie verkocht had; hij dreigde, dat de volgende overtreder onthoofd zou worden. Zoo heeft hij de reputatie van deugdzaam te zijn, maar tegelijkertijd deelt hij in de winst van den Engelschman." Een verontrustende uitdrukking kwam in Dick Fosryth's oogen. „Denkt u, dat Miss Barrington iets van deze onderneming afweet?" „Ik weet het niet. Ik heb haar nooit ge sproken, maar aangezien ze haar vaders se cretaresse is, zou ik denken, dat ze er wel mee op de hoogte is." Een moment zag Forsyth de lieflijke schoonheid van het meisje voor zich, hij zag hoe zij zich over het kinderbedje in Burrits hospitaal boog en maakt onmiddellijk voor zichzelf uit, dat Dr. Wang-Hi ongelijk had. Kathleen Barrington moch haar vaders secre- tarsse zijn, ze mocht onwetend zijn werktuig zijn, maar het was buitengesloten, dat ze samenspande met den mandarijn en Barring ton bewust meehielp opium te smokkelen; neen, dat kon zij niet gelooven. Hij hield zijn gedachten voor zich en vroeg: „Waar is Mr. Barrington's kantoor?" Op de kade van de hoofdrivier. Daar heeft hij zijn kantoor, maar zijn huis staat op den heuvel, geen steenworp van de hekken van het paleis van den mandarijn verwijderd." „Ik denk, dat ik hem vanavond ga opzoe ken. Ik moet hem vertellen waar zijn dochter is." „Zijn dochter..." „Ja. Ze is in het zendingsstation in KaiBing en verpleegt een klein meisje, dat daar met verminkte voetjes ligt." Verrassing stond in Dr. Wang-Hi's gezicht te lezen. „Ik sta verbaasd." „Ja." Forsyth lachte even. „En ik denk, dat mr. Barrington niet minder verbaasd zal zijn als hij de feiten hoort." „Hjj zal kwaad zijn," zei Wang-Hi met overtuiging. En die overtuiging van Dr. Wang-Hi wreekte zich toen Dr. Forsyth, even voor zonsonder gang, zijn voorgenomen bezoek bracht. Hij gaf zijn kaartje aan den Chineeschen bedien de, die hem opendeed en even daarop zei een grove stem, die van binnen uit het huis kwam, hem, dat Leiand Barrington thuis was. De bediende kwam zeggen, dat zijn meester den bezoeker zou ontvangen en ging deze voor tot aan de deur, waarvoor een zijden gordijn gehangen was. Hij klopte en kondigde op Europeesche wijze aan: „Dokter Forsyth." Een moment later begroette hem Barring- tons harde, booze stem met de woorden: „En, dokter Forsyth, wat hebt u met mijn dochter gedaan?" Hij wendde zich om en merkte den spreker op, die gezeten was op een gebeeldhouwde, ebbenhouten bank en hem met onvriendelijke oogen aankeek. „Ik heb niets met haar gedaan," gaf de zendingsarts ten antwoord. „Zë wilde nog een paar dagen in Kai-Ping blijven. Ik heb een briefje voor u meegebracht." HQ overhandigde Barrington een gezegelde enveloppe, die hij zonder zich te excuseeren opende. Toen hij met lezen klaar was, ont spanden zich zijn booze trekken eenigermate. „Zoo," begon hij, „is mijn dochter een zen delinge geworden?" „Dat niet bepaald," antwoordde Forsyth. „Ze is daar uit medelijden gebleven en ver pleegt een kindje van een manderijn, dat erg ziek ls." „Ja, dat heb ik begrepen, en de Taot'ai in Kai-Ting is een machtig man. Misschien was het wel goed als ze bleef. Zelfs een heiden- Chinees kan dankbaar zijn en je kunt nooit weten, hoe je dat nog eens te pas kan komen. Ik veronderstel, dat Ik u mijn dank moet brengen, dat u mijn bagage op de zendings sampan heeft vervoerd." „Miss Barrington scheen van meening te Zijn, dat ze u ten spoedigste bezorgd moest worden, en ik was blij haar van dienst te kunnen zijn." „Zeker, zeker." De handelaar zweeg en liet toen een korten lach hooren. „Het is een reuzenmop om de zendingssampan voor dit doel te gebruiken." „Een mop kan geen mop genoemd worden, als de persoon in kwestie er buiten blijft. Misschien wilt u zich nader verklaren, Mr. Barrington." „Ik niet!" lachte Barrington. „Dat zou alles bederven. Vraagt u het Kathleen, misschien zal zjj het u vertellen. Zij heeft alle recht om er trotsch op te zijn, want zij heeft de mop verzonnen." „Als ik de gelegenheid krijg, zal Ik het Miss Barrington zeker vragen. Het is ongetwijfeld een goede mop, dat u er zooveel plezier om hebt." Barrington gaf hierop geen antwoord, maat vroeg: „Denkt u, dat u veel met die zendlngsbewe* ging in Yong-Foo te doen hebt, dokter?" „Waarschijnlijk wel." „Hqf. is gevaarlijk om je met dingen ln China te bemoeien," hernam Barrington. „Het is het beste: te leven en te laten leven. Wees niet kwaad, dat ik dit zeg." De koopman lachte. „Het is om eigen bestwil, dokter. Ala u zich bij uw pillen en drankjes houdt, ls het niet zoo erg. Maar steek uw neus niet in andermans zaken. Maak geen slapende honden wakker!" De waarschuwing werd zóó nadrukkelijk gegeven, dat Dick Forsyth voelde, dat de man er iets anders dan zijn eigen welvaren mee op het oog had, maar het maakte geen indruk op hem. „Ik doe alleen mijn plicht," antwoordde hij. „H'm!" gromde Barrington spottend; toen zei hij met een lach: „Toch kan ik niet nalaten u nogmaal te zeggen, dat u, als u zich in deze stad niet uitsluitend met uw eigen zaken bemoeit, een bittere pil zult slikken. Geloof mij, dokter; ik weet, wat ik zeg. Wij hebben niet veel dingen gemeen maar we zijn beiden Engelschen en het zou mij spijten als u het slachtoffer zou wordea van Chineesch recht. De mandarijn ls eea barbaar en..." 4 (Wordt vervolgd, i J

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1936 | | pagina 1