TARIEVEN ESONA
De burgeroorlog in Spanje
4
BINNENLAND
De spelling opnieuw
veranderd
Waarom
al dat prikkeldraad?
DERDE BLAD
HELDERSCHE COURANT VAX DONDERDAG 23 JULI 1936
Verandering van de verbindings
regels en de voornaamwoordelijke
aanduiding.
Vrijstelling van dienstplicht
wegens broederdienst.
Het vrije vervoer voor spoorweg
personeel.
Rijksbijdrage in kosten van
controle op werkloozen.
De tarieven van de levens
verzekeringmaatschappijen.
De oppervlakte van
Nederland.
Distributie van onvermengde
margarine.
Het nieuwe rijwielplaatje.
De eiererenuitvoer naar
Duitschland.
De opstandelingen winnen veld. Opstandige legers rukken
naar Madrid op. In het Noorden en Zuiden wordt zwaar
gevochten.
Retours zijn geldig tot 1 September
Sevilla weer door de regeerings-
troepen ingenomen.
San Sebastian in handen van
de opstandelingen.
F EUILLETON
De nieuwe regels.
In de Staatscourant van gisteren is afge
kondigd het Kon. besluit van 18 Juli tot wij
ziging van de Kon. besluiten van 23 Augustus
1934 met betrekking tot de schrijfwijze van
de Nederlandsche taal. Deze besluiten van
28 Augustus 1934 wijzigen het programma
van het eindexamen der gymnasia en van het
staatsexamen, van de eindexamens der hoo-
gere burgerscholen, van het onderwijzers
examen en het eindexamen der Kweekscholen
en voor het hoofdonderwijzersexamen. Daarbij
werd de z.g. spelling-Marchant verplicht ge
steld.
In het Kon. besluit van 18 Juli 1936 nu
wordt bepaald, dat de toevoeging, vervat in
elk der bovengenoemde Koninklijke besluiten,
gelezen wordt als volgt:
Bij het schriftelijk werk volgt de adspirant
de schrijfwijze volgens De Vries en Te Winkel,
met de volgende afwijkingen:
De e in open lettergrepen.
1. De e wordt aan het eind van open let
tergrepen niet verdubbeld. De ee blijft echter
aan het einde van een woord, als mede in af
leidingen en samenstellingen van woorden op
ee (Gelijk aan den regel-Marchant).
De o in open lettergrepen.
2. De o wordt aan het eind van open let
tergrepen niet verdubbeld. De oo blijft echter
Vóór ch in de woorden: goochelen, goochem,
loochenen, alsmede in hun afleidingen en sa
menstellingen. (Gelijk aan den regel-Mar-
Chant).
De regel van de sch.
3. Sch wordt alleen daar geschreven, waar
de ch gesproken wordt. Echter behoudt het
achtervoegsel -isch de thans gangbare spel
ling (Conform regel-Marchant).
De uitgangen -e en -en.
4. De verbuigingsuitgangen e en en van
het lidwoord een, van geen en van de bijvoeg
lijk gebruikte bezittelijke voornaamwoorden
inijn, uw, zijn, hun en haar, mogen worden
Weggelaten, behalve in staande uitdrukkingen
fis Hare Hoogheid, te.zijnen huize, en in
bijzondere taal en bijzonderen
s t ij 1. (De gespatieerde woorden zijn een toe-
Voeging op den regel-Marchant; vervallen uit
ren regel-1934 zijn de woorden „waar deze
uitgangen in de beschaafde gesproken taal
worden gehoord"; welke woorden betrekking
hadden pp de schrijfwijze van staande uit
drukkingen),
De naamvalsuitgang -p.
5. De naamvalsuitgang -n bij lidwoorden,
yoornaamwoorden, bijvoeglijke naamwoorden
Of daarmede gelijkstaande verbuigbare woor
den mag worden weggelaten, behalve:
a. ip staande uitdrukkingen en in bijzon
dere taal en bijzonderen stijl;
b. in het enkelvoud bij de namen van man
nelijke personen, bij de namen van dieren, die
Of uitsluitend een mannelijk individu aandui
den, öf een gebruikelijk afleiden op -in ter
aanduiding van het vrouwelijk individu naast
zich hebben, benevens bij woorden, die een
kennelijk mannelijke zelfstandigheid aan
duiden.
De voornaamwoordelijke aanduiding.
6. Onverminderd hetgeen geldt voor staande
Uitdrukkingen, bijzondere taal en bijzonderen
stijl, richt men zich bjj de voornaamwoorde
lijke aanduiding van zelfstandigheden en bij
het gebruik van den tweeden naamval enkel
voud naar het beschaafde taalgebruik, met
'dien verstande, dat zij, haar, der, dezer, enz.
Jiiet gebruikt mogen worden met betrekking
tot de namen van mannelijke personen, van
dieren, die öf uitsluitend een mannelijk indi
vidu aanduiden, öf een gebruikelijk afleidsel
op -in ter aanduiding van het vrouwelijk indi
vidu naast zich hebben, benevens met betrek
king tot de woorden, die een kennelijk manne
lijke zelfstandigheid aanduiden, en dat hij,
zijn, hen, hun, des, dezes, enz. niet gebruikt
mogen worden met betrekking tot de namen
van vrouwelijke personen en de namen van
dieren, die uitsluitend een vrouwelijk individu
aanduiden.
De regels 5 en 6 van de thans voor het
onderwijs geldende regeling-Marchant luiden:
6. De naamvalsuitgang -n bij lidwoorden,
voornaamwoorden, bijvoeglijke naamwoorden
of daarmee gelijkstaande verbuigbare woor-
den, wordt behalve in staande uitdrukkingen,
als onder 4, bedoeld, slechts gebruik in het
enkelvoud bij de namen van mannelijke per
sonen en bij de namen van dieren, die uit
sluitend een mannelijk individu aanduiden;
6. Bij de voornaamwoordelijke aanduiding
van zelfstandigheden en bij het gebruik van
genetifvormen als der, dezer, des, richt men
zich naar het beschaalfde spraakgebruik.
Kan alleen worden verleend als zy
door belanghebbende of van zijnent
wege is verzocht.
Een dienstplichtige der lichting 1937 uit de
gemeente Hilversum had recht op vrijstelling
wegens broederdienst, doch wenschte in mili
tairen dienst te treden, zoodat hij geen aan
vrage om vrijstelling bij den burgemeester
van Hilversum indiende of liet indienen. Ech
ter verleende de commissaris der Koningin in
de provincie Noord-Holland bij besluit van
2 Maart aan bedoelden ingeschrevene toch
vrijstelling wegens broederdienst. De burge
meester had namelijk uit eigen beweging het
verleenen van de vrijstelling bevorderd, on
danks het feit, dat geen aanvrage was inge
komen. De ingeschrevene ging tegen de be
slissing van den commissaris der Koningin in
beroep bij de Kroon, met het gevolg, dat bij
Kon. besluit van 6 Juni de bestreden beslis
sing is vernietigd. De Kroon overwoog, dat
uit art. 23, eerste lid, van het dienstplicht
besluit volgt, dat geen vrijstelling van den
dienstplicht kan worden verleend dan nadat
daarom door belanghebbende of van zijnent
wege is verzocht.
ONTSLAG AAN GEMEENTEPERSONEEL
MET REVOLUTIONAIRE GEZINDHEID
TE AMERSFOORT.
In de Dinsdagavond gehouden raadsverga
dering kwam o. m. aan de orde een voorstel
van B. en W. tot vaststelling van een veror
dening betreffene ontslag aan gemeenteper-
soneel wegens revolutionaire gezindheid. De
heer Fremouw (s.d.) verklaarde zich ertegen,
de ambtenaren in een uitzonderingspositie te
plaatsen. Bovendien vallen, volgens hem de
fascisten buiten deze verordening, omdat zij
geen staatkundige richting voorstaan.
Het voorstel is aangenomen met de stem
men van de sociaal-democraten en van den
peer Van Tellingen* (Am. bel.) tegen.
-
De voorstellen der directie tot
intrekking ongunstig ontvangen.
Dinsdag heeft onder leiding van den perso-
neelraad der Nederlandsche Spoorwegen een
vergadering plaats gehad van de hoofdbestu
ren der vijf organisaties van spoorwegperso
neel, waar de voorstellen van de directie der
N.S. met betrekking tot het vrye vervoer
werden besproken. Het oordeel van de geza
menlijke hoofdbesturen over de voorstellen
was zeer ongunstig; zij gaven aanleiding tot
ernstige critiek en ontstemming.
Na uitvoerige bespreking werd besloten
door den personeelraad een commissie te doen
benoemen, die de voorstellen zal moeten be-
studeeren en zoo mogelijk met tegenvoorstel
len zal komen, welke de personeelraad met de
directie zal moeten behandelen.
Tijdens de vergadering werd een zoo juist
ontvangen brief der directie ter tafel gebracht,
waarbij mededeeling werd gedaan Van het
verlangen van den minister van waterstaat'
om de pensioenwet voor de spoorwegambte
naren 1925 te wijzigen, zoodat voortaan ltt
pet. inplaats van 8% pet op de deelgenooten
van het fonds zal worden verhaald.
De minister van sociale zaken heeft aan de
gemeentebesturen medegedeeld, dat over 1936
de tegemoetkoming in de kosten van contröle
op werkloozen, overeenkomstig het bepaald
bij artikel 4, sub b en artikel 7 van het Kon.
besluit van 27 Juni 1935 50 pet. zal bedragen
van hetgeen ter zake door de betrokken ge
meenten zal worden uitgegeven.
De minister vestigt er de aandacht op, dat
onder controle-werkzaamheden in den zin van
genoemde artikelen moeten worden verstaan
de uitoefening van huis- en straatcontröle en
de samenstelling van contröle-rapporten daar
over (dus geen administratieve werkzaamhe
den, evenmin het verrichten van het stempe
len en ook niet het houden van het dagelijk-
sche toezicht op de werkloozen tijdens hun
plaatsing bij de werkverschaffing).
De minister vestigt er tevens de aandacht
op, dat wanneer bij de van zijnentwege te
houden contröle mocht blijken, dat gemeente
lijke controleurs doordat hun b.v. nog andere
dan de vorenbedoelde contróle-werkzaamhe-
den zijn opgedragen, minder tijd aan de con
tröle hebben besteed, dan waarop bij de vast
stelling van de tegemoetkoming is gerekend,
of dat de gemeentelijke contröle eenigen tijd
of voortdurend onvoldoende is geweest, de
tegemoetkoming zal worden herzien of van
de gemeente geheel teruggevorderd zal wor
den.
k
Een aantal groote maatschappijen
past haar tarieven b(j de gewijzigde
omstandigheden aan.
Ruim anderhalf jaar geleden hebben prac-
tisch alle in Nederland werkende levensver
zekeringmaatschappijen haar tarieven voor
lijfrenten moeten verhoogen.
De reden daarvan ligt voor de hand: dg
verminderde opbrengst van de beleggingen.
Naar wij vernemen, is thans een aantal
groote maatschappijen met haar nieuwe ta
rieven gereed komen en zij zullen deze tarie
ven invoeren voor alle van 1 Augustus a.s. ai
nieuw te sluiten polissen.
Het groote belang van deze technische tariefs
herziening voor hen, die een levensverzekering
zullen wenschen te sluiten, is inmiddels wèl,
zoo deelde men van de zijde van het verzeke
ringsbedrijf mede, dat de typische risico-ver
zekering goedkooper wordt. De tijden brengen
mede, dat, nu vlug sparen voor eigen behoeftfe
voor velen steeds moeilijker wordt, naar dito
soort verzekeringen veel meer vraag iS'dan>
vroeger.
Aldus kan men zeggen, dat de bakens tijdig
verzet worden. 1
Apeldoorn de grootste, Stad Vol-
lenhove de kleinste gemeente: Zuid :i
Holland is het dichtst bevolkt.
Bij de drukkerij Albani te Den Haag is een
door het centraal bureau voor de statistiek
samengesteld overzicht verschenen van de op
pervlakte der Nederlandsche gemeenten op
i Januari 1936. Met de wetten, waarbij ge
deelten van het Zuiderzeegebied, die te voren
niet gemeentelijk waren ingedeeld, aan de
oppervlakte van enkele gemeenten werden
toegevoegd, is voor zoover opmeting plaats
had, rekening gehouden, terwijl de oppervlak
ten zijn verminderd met de tot de gemeente
behoorende wateren, zooals deze bekend zijn
geworden ter gelegenheid van de volkstelling
van 1930.
De totale oppervlakte van het Rijk be
draagt 3.285.865 ha, over de verschillende pro
vincies verdeeld als volgt: Gelderland 502.353,
Noord-Brabant 497.199, Overijssel 336.829,
Friesland 332.885, Noordholland 294.345, Zuid
holland 292.502, Drenthe 266.344, Groningen
229.509, Limburg 219.088, Zeeland 178.575 en
Utrecht 136.236.
De kleinste oppervlakte heeft Stad Vollen-
pove met 5 ha, de grootste Apeldoorn met
83.961 ha.
Van de provinciën is het dichtst bevolkt
Zuid-Holland met 710.7 inw. per vierk. kilo
meter, daarop volgen Noord-Holland met
648.5, Utrecht met 331.9, Limburg met 269.1,
Noord-Brabant met 196.1, Groningen met
180.1, Gelderland met 177.4, Overijssel met
164.3, Zeeland met 141.7, Friesland met 124.7
en Drenthe met 89.5. Het gemiddelde voor het
geheele Rijk bedraagt 257.9 (op 1 Januari
1830 slechts 80.2).
Met ingang van 20 Juli overgeno
men door het departement van
sociale zaken.
De minister van sociale zaken heeft ter
kennis van de gemeentebesturen gebracht dat
de distributie van onvermengde margarine
aan werkloozen en daarmee gelijkgestelden,
welke tot nu toe geschiedde door de Neder
landsche Zuivercentrale, per 20 Juli is over
genomen door het departement van sociale
zaken.
De Nederl. Zuiver-Centrale blijft bij de
distributie optreden als orgaan namens het
departement van sociale zaken, belast met de
Uitvoering van bepaalde met de distributie
van onvermengde margarine samenhangende
werkzaamheden.
Voor het geval de kleinhandel wordt inge
schakeld, kan dezen een vergoeding van maxi
mum 2 cent per kilogram worden uitgekeerd.
De minister van financiën heeft in de St.ct.
bekend gemaakt.dat in de periode van 1 tot
on met 8 Augustus geen boete zal worden ge-
iischt voor het rijden met een fiets zonder
jeiastingplaatje.
De A.N.W.B. merkt ten aanzien hiervan op,
lat deze maatregel getroffen werd om te
roorkomen, dat zij, die onwillens verzuimen
net ingang van 1 Aug. het nieuwe plaatje in
;ebruik te nemen, direct onaagename gevol-
en daarvan ondervinden. Men apprecieere
eze prettig aandoende departementale op-
latting en. make er geen misbruik van, zoo-
at de toepassing alleen beperkt bly ve tot
«iegene voor wie zij bestemd is.
Dus verder ieder den lsten Augustus het
nieuwe belastingplaatje op zijn rijwiel!
De maximumprijzen met ruim
20 pet. Verhoogd.
De maximumprijzen voor den uitvoer van
piepen naar Duitschland zijn met ingang van
heden belangrijk gewijzigd en als volgt vast
gesteld
B. eieren f 4.10 per 100 (voorheen f 3.20)
A. eieren f 4.40 per 100 (voorheen f 3.50)
eieren f 4.70 per 100 (voorheen f 3.80)
In verband hiermede is de monopoliebijslag
an f 0.10, die de regeering gaf bij export, ver
engen door een heffing van f 0.80 pér 100
ieren.
É)e N. R. Crt. merkt hierbij op, dat deze
drijsverhooging van ruim 20 p'ct,'een even-
edjge achteruitgang van den eierenexport
qaar Duitschland Beteekent, daar, zooals be
kend, hier voor een geldcontingent is vastge
speld, dat thans dus eerder uitgeput zal zijn.
1
DE BLOEMEN- EN PLANTENTENTOON-
STELLING TE BERGEN AAN ZEE.
'j •-.
I Het comité voor de Bloemen- en Planten-
tentoonstelling in het Parnassiapark te Ber
gen aan Zee, besloot, ondanks de hooge
liosten voor het onderhoud, de tentoonstel
ling die 22 Juli gesloten zou worden, gedu
rende den duur van het seizoen te verlengen.
Enkel Retour
1
choorldam
Alkmaar
Amsterdam
ie Kaj.
0.50
0.80
1.00
ae Kaj. ie Kaj.
0.40 0.70
0.45 0.80
0.75 1.40
ae Kaj.
0.50
0.80
1.00
Naar Reuter uit Londen meldt, trekken de
legers der opstandelingen naar Madrid op.
Eén leger marcheert uit Zuidelijke richting
en is afkomstig uit de opstandelingencentra
Algeciras en Cadix. Het tweede leger komt
uit het Noorden en wordt aangevoerd door
generaal Mola.
In het Noorden schijnen de opstandelingen
veld te winnen. In het Zuiden blijft de toe
stand onduidelijk. Tien van de vijf-en-veertig
provincies schijnen thans in handen der op
standelingen, n.L Valladolid, Saragossa, Na-
varra, Toledo, Huesa. Vittoria, Burgos, Se-
govia, Cordoba en Sevilla.
In het Zuiden.
In het Zuiden ls de toestand ongeveer als
volgt:
In het binnenland van Spaansch-Marokko
heerscht over het algemeen rust. In het ge
heele westelijke gebied heeft het leven zijn
normalen loop. In de haven van Tanger daar
entegen wordt gevochten. De havenkapitein
heeft Dinsdagavond een bericht ontvangen
van het hoofdkwartier der opstandelingen te
Ceuta, waarin de neutrale schepen worden
verzocht de haven te verlaten, daar de op-
andelingen van plan zijn de tien Spaansche
oorlogsschepen, die de regeering trouw zijn
gebleven, te bombardeeren. Kort hierop is de
kruiser Jaime Primero, die om zeven uur in
het zicht van Tanger kwam, door twee groote
bombardéments-vliegtuigen gebombardeerd.
Het schip antwoordde met luchtafweerge
schut. Schelde werd niet eiangericht.
Ceuta is verder door vier regeeringssche-
pen gebombardeerd, weiarop een ernstig ge
vecht met de batterijen van de stad volgde.
De regeeringsschepen moesten zich ten slotte
terugtrekken.
In de omstreken van Gibraltas
wordt eveneens zwaar gevochten. Berichten
komen binnen, dat Tarifa, een plaatsje ten
Westen van Gibraltar, door vliegtuigen is ge
bombardeerd.
Sevilla in handen der opstande
lingen.
Sevilla Is weer ln handen der opstande
lingen.
In en om Madrid.
Te Madrid is de regeering den toestand
nog meester. Het ministerie van binnenland-
sche zaken heeft gisteren alle doktoren van
Madrid door middel van de radio opgeroepen.
Zij worden verzocht zich ter beschikking van
de regeering te stellen en zich bij de medi
sche faculteit aan te melden,
i Het ministerie van financiën heeft voorts
een reeks decreten uitgevaardigd, welke o.m.
ten doel hebben het betalingsmoratorium, dat
eenige dagen geleden is afgekondigd, als ook
de schorsing der bankoperaties, met 48 uur
te verlengen. Verder een decreet, dat de re
geering de bevoegdheid geeft beslag te leg
gen op bedragen, vereischt voor het hand
haven van de orde. Tevens ls bepaald, dat de
ambtenaren, die aan den opstand hebben
deelgenomen, ontslagen worden.
Opstandige troepen rukken naar
de hoofdstad op.
Intusschen rukken de opstandige troepen
van het Zuiden uit in de richting Madrid op,
onder afinvoering van generaal Queipo de
Llano.
In het Noorden.
Volgens Reuter zyn Valladolid, Saragossa,
Toledo, Huesca, Vittoria, Burgos, Segovia en
Cordobo in handen van de opstandelingen ge
vallen. Ook de provincies Leon en Galicië,
Volgens berichten, afkomstig van officieren,
c^ie naar Portugal zyn gevlucht.
Grenswachten en douane-beambten
loopen naar de rebellen over.
Aan de grens van Hendaye en Benobie zijn
de grenswachten en Spaansche douanebeamb
ten naar de opstandelingen overgeloopen.
Personeel van ambassades ont
vlucht Spanje.
De Petit Gironde publiceert het volgende
telegram uit Bayonne:
Drie reizigers, behoorende tot de gezant
schappen, resp. van Engeland, Frankrijk en
Nederland, hebben des middags San Sebastian
verlaten. Zij slaagden er in de Spaansche
grens te passeeren. De auto van twee secre
tarissen der Fransche ambassade, die het di
plomatiek valies meevoerden, droeg de spo
ren van kogels.
Twee Amerikaansche oorlogsschepen
naar de Middellandsche Zee.
Twee Amerikaansche oorlogsschepen heb
ben opdracht gekregen naar de Middelland
sche Zee te vertrekken.
Op de Spaansche vloot niet alles
pais en vree.
De regeering zegt, geestdriftige betuigin
gen van trouw te ontvangen van de beman
ningen van de kruisers Libertad, Espania en
Jaime. De Jaime patrouilleert in de Straat;
van Gibraltar en werkt mede aan de onder
drukking van den opstand ln Marokko. Het
telegram der bemanning van dezen kruiser
luidt: „Wjj hebben ernstigen tegenstand van
dienstdoende officieren ondervonden en hen
met geweld bedwongen. Een kapitein en een
luitenant ter zee werden gedood, acht kwar
tiermeesters, een luitenant ter zee, een luite
nant ter zee tweede klasse, twee artillerie-
kwartiermeesters en twèe matrozen werden
érnstig gewond."
De Jaime heeft verder geseind, dat het
Schjp op weg is naar Tanger.
Te Tanger liggen op het oogenblik 12
Spaansche oorlogsschepen in de haven te
wachten op orders van de regeering om naar
Algeciras te stoomen. De bemanning staat
voor het meerendeel onder commando van
communisten.
In het Noordenheeft de opstandige be
weging zich Dinsdag nogal uitgebreid. Van
Pamplons, dat gelyk men weet, reeds eenigen
tijd in handen van de opstandelingen is, on
der aanvoering van generaal Mola, is men na
veel hindernissen naar San Sebastian getrok
ken en heeft zich van deze stad meester ge
maakt. Dinsdagavond zijn de rebellen vervol
gens naar Bilbao opgerukt, Irun, aan de
Fransche grens, ls echter nog in handen van
de regeering.
Een ander groot leger uit Pamplona rukt,
onder leiding van generaal Mola, op naaf
Madrid, dat uit het Zuiden bedreigd wordt
door troepen van generaal Quiepo de Llano,
die. uit Sevilla komen.
In het Zuiden heeft de regeering een suc
ces te boeken. Dinsdagavond werd n.1. ge
meld, dat Sevilla zich heeft overgegeven aan
de regeeHngstroepen.
Een gespannen toestand in het
Noorden.
Dinsdagmorgen is op enkele kilometers af
stand van de grens een botsing ontstaan tus-
schen een krachtig afdeeling opstandelingen,
die uit Pamplona kwamen en regeeringsge-
Het is zomermaand. Laat ons hopen, dat,
wanneer de lezer deze regelen onder de
oogen krijgt, de zomer zelf inderdaad in het
land, is en wij, om ons daarvan te overtui
gen, niet de kalender behoeven te raadple
gen. JMoeder Natuur neemt weer eens een
loopje piet ons, want in plaats van stra
lende zonnewarmte, worden we onthaald op
dreigende wolken en gure Westenwind,
.waarvan niemand dan mijn kolenleverancier
genoegen beleeft. Doch wellicht bedenkt zij
zich spoedig en herinnert zij zich de narig
heden, vyeike de arme. menschheid op dit
ondermaansche krygt te verwerken, ter
hechter tijd. Dan zullen de sombere wolken
plaats maken voor gouden zonnelicht en de
feachte streeling van een zuidelijk koeltje
zal ons de strafheid der gure zeewinden
doen vergeten.
De groote* vacantie ia er. Dan ma
ken velen onzer zich op, om in de vrjje na
tuur rust en ontspanning te zoeken voor het
lichaam en den geest; de meesten na een
Vol jaar van ingespannen arbeid. Duizenden
én duizenden in den lande gaan dan zwerven
door bosschen en velden of zoeken verpoo-
Zing aan het zeestrand. Hun hart popelt
reeds bij de gedachte hoe heerlijk het zal
zijn onder het koele lommer van statige beu
ken te wandelen, zich rffeer te vlijen op het
zachte mostapijt aan den voet der dennen,
of de zon te zien ondergaan in een blauwe,
eindeloos schijnende watervlakte. Ja, groot
is het verlangen van velen en vele zijn de
illusies, welke thans worden gekoesterd.
Doch hoevelen zullen teleurgesteld naar
hun woning in de stad terugkeeren Teleur
gesteld en ontmoedigd, wijl zoovele schoone
plekjes, waaraan zoo lieflijke herinneringen
Waren verbonden, voor goed onbereikbaar
Waren geworden door een nijdig „Verboden
Toegang" of een nog nijdiger haag van prik
keldraad? Waarom toch al die bordjes?
Waarom overal toch die dreigende, venijnige
stalen punten? Wat blijft den moeden wan
delaar over, wat den rustzoekende Een
ieder, die buiten de grenzen heeft vertoefd,
weet, dat nergens zooveel afgesloten ter
reinen zijn als juist in het kleine, schier
overbevolkte Nederland.
Toen ik eenige jaren geleden na een lang
durig verblijf in het buitenland in Holland
terugkeerden op een schoonen zomermorgen
mijn lang gekoesterde begeerte om te dwa
len door velden en bosschen te bevredigen
dacht en blij te moede mijn schreden naar
oude, nooit vergeten plekjes richtte, werd
mijn blik weldra onaangenaam getroffen
door de vele bordjes met „verboden
toegang" en de onafzienbare omrasteringen
van prikkeldraad, welke een nog duidelijker
taal spraken. Het duurde niet lang of mijn
blijheid was verdwenen en boosheid en ver-
pntwaardiging waren er voor in de plaats
gekomen. Ik wist natuurlijk nog wel van
vroeger, dat er in Holland terreinen waren,
welke voor het publiek niet toegankelijk zijn
en het om gegronde redenen ook niet kun
nen wezen. Maar zooals ik mijn land n u
aantrof!
Met grimmige humor moest ik aan het:
„een ieder wordt geacht de wet te kennen"
denken. Jawel. Welke gemiddelde Nederlan
der weet wat er in het Wetboek van Straf
recht staat. Maar de strekking van art. 461
kent het onnoozelste kind!
Wilt ge, wandelaar, door de duinen dwa
len? Weest voorzichtig en kijk uit. Gij mocht
u in uw onbezonnen vreugde over de
schoonheid rondom u eens bezeeren aan de
stalen punten eener afsluiting, daar aange
bracht uit overwegingen, welke met die
vreugde niets van doen hebben. Wilt ge u
vermeien in het lommer van gindsche boo-
men? Weest voorzichtig en let op of ge niet
zoo'n blauw, rechthoekig bord met witte let
ters ziet of een wit bord met zwarte letters,
die echter hetzelfde vertellen, n.1. dat ge
daar, waar ge u verpoozen wilde, juist niet
mag zijn. Maar gindsche boschrand dan?
Laat ons gaan zien. Neen, niet over dien
aanlokkelrjken heuveltop, dat mag niet.
Hier langs dit zanderige wegje, tusschen die
twee rijen prikkeldraad door. Ziezoo, we zijn
er. Ziet ge iets? Neen. Ja toch, daar tegen
dien stam! Een bordje. Wat staat er op. Stil,
maar, ik zie het al. En ziet ge daar die paal
tjes op regelmatigen afstaind van elkaar
Daar loopt prikkeldraad langs.
Blijf af, Nederlanders, van den Nederland-
schen grond
Droef en ontmoedigd ging ik verder. Na
dat ik een half uur had geloopen, kwam ik,
aan een groot ijzeren hek, dat den toegang
naar een park afsloot, of liever: niet afsloot,
want het stond wagenwijd open. En vlak er
achter stond een bord, met twee woorden er
op, doch niet die van art. 461. „Vrije wan-
deling" stond er.
Ik betrad het park. Een zachtgroen mos
tapijt op glooienden grond, met dennen be-
plant ter rechterzijde. Verderop een vijver,
daar zwaar geboomte omzoomd. Aan de
linkerhand prachtige gazons'met bloemen in
velerlei tinten. Wat een genot, hier te mo
gen wandelen. Voor ik honderd meter had
geloopen, was mijn bittere stemming gewe
ken; ik genoot van de schoonheid rondom.'
Ergens in het bosch zong een vogel en
langs den dunnen stam van een den rende
een eekhoorn.
In de verte, voor mij uit, stond een groepje
menschen. Zij droegen iets ih de armen en
gesticuleerden. Vlak in hun nabijheid stond,
stil, een tengere zwarte figuur.
Een jonge man kwam haastig uit een
boschje toegeloopen. Ook hij droeg iets en
met de vrije hand drong hij zyn metgezellen
tot medegaan, zich daarbij telkens naar de
stille, zwarte figuur aan den kant van den
weg wendend. Zy liepen mrjn kant uit. Na
derbij gekomen, zag ik, dat wat ze in de
armen hadden, groote bossen bloemen en
takken, welke blijkens sommige geknakte
stengels en de rafels aan de twijgen, ruwweg
waren afgerukt.
Het gezelschap bestond uit twee vrouwen
en drie mannen van het bekende dagjes-
menschen-type.
Onder het voorby gaan hoorde ik één der
vrouwen zeggen:
„Waar bemoeit dat mensch d'r eige mee;
ik zal toch zeker wel een bloemetje magge
plukke, assik daar zin in heb?"
,,Nou," antwoordde één der mannen, „nou
t>en je nog es voor je plezier uit en dan
ia)- je nog complemente van zoo'n oud wyf
piotte afwachten zeker, Ke'-je begrijpe!"
En de jonge man, die het laatst te voor
schijn was gekomen, zeide:
„Stil maar, ik heb die kale madam es
llink de huid vol gescholden, die zal d'r
voortaan wel met d'r eige zake bemoeie!"
Wat er verder werd gezegd, verstond ik
piet meer ter zijde van den weg, op een wan
delstok geleund, stond nog de eénzaihe,
zw'arte gedaante. Een oude dame met zilver
grijs haar. Ik voelde mij gédrongen iets je
ieggen. 't Was mij alsof ik haar vergeving
motst vragen voor de ergerlijke bejegening,
Paar door onze mede-wandelaars aangedaan
gls: antwoord op haar ongetwijfeld waardig
Ïrdtest tegen zooveel schennis van 'de
cfioonheid rondom.
I „Ach," zeide de oude dame, „het is zoo
droevig, steeds weer te moeten ontwaren,
4att er nog zoo veel menschen zijn, die geen
oog hebben en geen gevoel voor de schoone
gatuur en zich niet ontzien het eigendom
van een ander te vernielen en te bederven.
Ik 'vraag mij wel eens af: hoe komt het
toch dat dé menschen vaak zoo ruw en on
verschillig zijn?"
„Ik denk gebrek aan innerlijke beschaving
en aan opvoeding op dit gebied, mevrouw,
ns volk wordt nog zoo weinig geleerd in
at opzicht."
De oude dame staarde eenige oogenblik-
ken in gedachten voor zich uit en ging toen
Ïa een vriendelijken groet haars weegs. Ook
i ging verder, inwendig boos en diep ver
ontwaardigd over het vandalisme mijner
medewandelaars.
Even later zag ik een tuinman bezig met
Pet opbinden van eenige ontredderde planten.
..Het lijkt wel of hier een storm over is
gegaan", zeide ik tot hem.
..Geen storm, maar menschen", antwoord
de de man kortaf, ,,'t Is een schande!'' En
mevrouw laat nog alsmaar volk ln haar park
toe; ze is veel te goed."
i Welke mevrouw toch niet
„Nou, die mevrouw, waar u zooeven mee
stond te praten; dat is de eigenares van het
|>ark."
j
j Ik Wandelde verder.' Na een minuut of
tien kwam ik aan een open plek in het
bosch. Ik keek rond en walgde. Men had
hier gepicnict. Waarschijnlijk het gezelschap
van zooeven. Ik spaar u de gedétaiileerde
beschrijvingvan wat ik aantrof. Die hoort
in de inventarislijst van een vuilnisbelt
thuis, gesteld, dat zoo'n ding bestond.
Ik moge volstaan met te zeggen, dat dit
tevoren lieflijke stukje grastapijt, thans één
sprekende, felle aanklacht vormde tegen de
onnadenkendheid, de slordigheid, de onzinde
lijkheid en de verregaande onverschilligheid
van 'n zeker deel van ons volk, dat nog steeds
niet heeft geleerd het eigendom van een
ander teontzien en steeds maar weer door
gaat op grove, stuitende wijze uiting te ge-
yen aan zyn waardeering voor verleende
gastvrijheid.
i
Toen ik den volgenden dag een bosch ln
yrandelde, dat nu eens niet voor het publiek
was gesloten, vond ik ook daar weldra over
vloedige bewijzen van dezelfde botte onver
schilligheid. De grond met zyn kranten- en
andere papierflodders, lappen, pindadoppen,
ètc.. bood een gore, vieze aanblik. Toen welde
deze gedachte in mij op, spontaan en wel
gemeend:
^Nederlanders, ge hebt uw prikkeldraad
dubbel en dwars verdiend!"
Of wilt ge het anders?
„De overheid is wel genoodzaakt het wei
nige natuurschoon, dat uw land is overge
laten, de particuliere grondbezitters zijn wel
gedwongen hun eigendommen te bescher
men tegen de schennende handen, tegen uw
tuchteloosheid, welke gy voor vrijheid aan
ziet.
Eenige dagen later wederom het park wil
lende ingaan, vond ik het hek gesloten en
het bord met „Vrije Wandeling" vervangen
door een ander, ook met twee woorden. Wilt
gij weten welk? Gaat dan overal elders, waar
schoonheid heerscht, daar dus, waar te be
derven. te vernielen, te schenden valt, het
geen ook ongetwijfeld zou geschieden, In
dien zulk een bord met die twee woorden ei!
niet was..„.i en geen prikkeldraad.
Een groot deel van de Nederlandsche jeugd
is baldadig, dikwerf verregaand, en tuchte
loos. Deze klacht kon men onlangs in de
groote dagbladen lezen, in alle toonaarden
werden (en worden) de klaagliederen over
de baldadigheid van de hope des Vaderlands
gezongen. En terecht.
j Wat is de oorzaak? Aan wie de schuld
van dezen toestand? Of is hier geen sprake
van schuld in den gewonen zin van het
woord en hebben wjj deze uitingen van
energie eenvoudig te aanvaarden, omdat hun
aard nu eenmaal zoo is Geen sprake yan
schuld?" hoor ik reeds zeggen. „Die'kwajon
gens, die dit hebben bedorven en dat
vernield; de bekende onverlaten b.v. die het
Rijk voor duizenden schade hebben berok
kend aan vernielde, openbare verlichting te
Rotterdam, geen schuld? Ik weet niet of
ónder die bende volwassenen waren, maar
de lieden, wier gedragingen ik hierboven
schetste, waren het in elk geval wel. Man
nen en vrouwen, vaders en moeders van
kinderen misschien. Laat ons aannemen, dat
zij inderdaad kinderen hebben. Wat denkt
ge: zullen zulke ouders ooit in staat zyn
hun kroost te 1 e e r e n ontzag te hebben
voor al het schoone, dat leeft in God's vrye
natuur. Neen, want wat men zelf niet heeft
geleerd of niet beseft, kan men ook niet
aan een ander mededeelen. Die kinderen zul
len het voorbeeld van de ouders volgen, of
liever: zij zullen hen ver overtreffen, want
op het jeugdig gemoed werkt niets zoo sti-
muleerend als het slechte voorbeeld van vol
wassenen. Wie heeft nooit uit een kinder
mond vernomen: „M'n vader doet het ook,
dus dan mag ik het ook best doen?" Eea
„dusje", dat te denken geeft.
I legde zooeven den nadruk op het woordje
leeren. Liefde voor de Natuur is iets, dat
velen (niet allen!) moet worden bijgebracht.
(Slot volgt).