TARIEVEN ESONA De burgeroorlog in Spanje 4 BINNENLAND De spelling opnieuw veranderd Waarom al dat prikkeldraad? DERDE BLAD HELDERSCHE COURANT VAX DONDERDAG 23 JULI 1936 Verandering van de verbindings regels en de voornaamwoordelijke aanduiding. Vrijstelling van dienstplicht wegens broederdienst. Het vrije vervoer voor spoorweg personeel. Rijksbijdrage in kosten van controle op werkloozen. De tarieven van de levens verzekeringmaatschappijen. De oppervlakte van Nederland. Distributie van onvermengde margarine. Het nieuwe rijwielplaatje. De eiererenuitvoer naar Duitschland. De opstandelingen winnen veld. Opstandige legers rukken naar Madrid op. In het Noorden en Zuiden wordt zwaar gevochten. Retours zijn geldig tot 1 September Sevilla weer door de regeerings- troepen ingenomen. San Sebastian in handen van de opstandelingen. F EUILLETON De nieuwe regels. In de Staatscourant van gisteren is afge kondigd het Kon. besluit van 18 Juli tot wij ziging van de Kon. besluiten van 23 Augustus 1934 met betrekking tot de schrijfwijze van de Nederlandsche taal. Deze besluiten van 28 Augustus 1934 wijzigen het programma van het eindexamen der gymnasia en van het staatsexamen, van de eindexamens der hoo- gere burgerscholen, van het onderwijzers examen en het eindexamen der Kweekscholen en voor het hoofdonderwijzersexamen. Daarbij werd de z.g. spelling-Marchant verplicht ge steld. In het Kon. besluit van 18 Juli 1936 nu wordt bepaald, dat de toevoeging, vervat in elk der bovengenoemde Koninklijke besluiten, gelezen wordt als volgt: Bij het schriftelijk werk volgt de adspirant de schrijfwijze volgens De Vries en Te Winkel, met de volgende afwijkingen: De e in open lettergrepen. 1. De e wordt aan het eind van open let tergrepen niet verdubbeld. De ee blijft echter aan het einde van een woord, als mede in af leidingen en samenstellingen van woorden op ee (Gelijk aan den regel-Marchant). De o in open lettergrepen. 2. De o wordt aan het eind van open let tergrepen niet verdubbeld. De oo blijft echter Vóór ch in de woorden: goochelen, goochem, loochenen, alsmede in hun afleidingen en sa menstellingen. (Gelijk aan den regel-Mar- Chant). De regel van de sch. 3. Sch wordt alleen daar geschreven, waar de ch gesproken wordt. Echter behoudt het achtervoegsel -isch de thans gangbare spel ling (Conform regel-Marchant). De uitgangen -e en -en. 4. De verbuigingsuitgangen e en en van het lidwoord een, van geen en van de bijvoeg lijk gebruikte bezittelijke voornaamwoorden inijn, uw, zijn, hun en haar, mogen worden Weggelaten, behalve in staande uitdrukkingen fis Hare Hoogheid, te.zijnen huize, en in bijzondere taal en bijzonderen s t ij 1. (De gespatieerde woorden zijn een toe- Voeging op den regel-Marchant; vervallen uit ren regel-1934 zijn de woorden „waar deze uitgangen in de beschaafde gesproken taal worden gehoord"; welke woorden betrekking hadden pp de schrijfwijze van staande uit drukkingen), De naamvalsuitgang -p. 5. De naamvalsuitgang -n bij lidwoorden, yoornaamwoorden, bijvoeglijke naamwoorden Of daarmede gelijkstaande verbuigbare woor den mag worden weggelaten, behalve: a. ip staande uitdrukkingen en in bijzon dere taal en bijzonderen stijl; b. in het enkelvoud bij de namen van man nelijke personen, bij de namen van dieren, die Of uitsluitend een mannelijk individu aandui den, öf een gebruikelijk afleiden op -in ter aanduiding van het vrouwelijk individu naast zich hebben, benevens bij woorden, die een kennelijk mannelijke zelfstandigheid aan duiden. De voornaamwoordelijke aanduiding. 6. Onverminderd hetgeen geldt voor staande Uitdrukkingen, bijzondere taal en bijzonderen stijl, richt men zich bjj de voornaamwoorde lijke aanduiding van zelfstandigheden en bij het gebruik van den tweeden naamval enkel voud naar het beschaafde taalgebruik, met 'dien verstande, dat zij, haar, der, dezer, enz. Jiiet gebruikt mogen worden met betrekking tot de namen van mannelijke personen, van dieren, die öf uitsluitend een mannelijk indi vidu aanduiden, öf een gebruikelijk afleidsel op -in ter aanduiding van het vrouwelijk indi vidu naast zich hebben, benevens met betrek king tot de woorden, die een kennelijk manne lijke zelfstandigheid aanduiden, en dat hij, zijn, hen, hun, des, dezes, enz. niet gebruikt mogen worden met betrekking tot de namen van vrouwelijke personen en de namen van dieren, die uitsluitend een vrouwelijk individu aanduiden. De regels 5 en 6 van de thans voor het onderwijs geldende regeling-Marchant luiden: 6. De naamvalsuitgang -n bij lidwoorden, voornaamwoorden, bijvoeglijke naamwoorden of daarmee gelijkstaande verbuigbare woor- den, wordt behalve in staande uitdrukkingen, als onder 4, bedoeld, slechts gebruik in het enkelvoud bij de namen van mannelijke per sonen en bij de namen van dieren, die uit sluitend een mannelijk individu aanduiden; 6. Bij de voornaamwoordelijke aanduiding van zelfstandigheden en bij het gebruik van genetifvormen als der, dezer, des, richt men zich naar het beschaalfde spraakgebruik. Kan alleen worden verleend als zy door belanghebbende of van zijnent wege is verzocht. Een dienstplichtige der lichting 1937 uit de gemeente Hilversum had recht op vrijstelling wegens broederdienst, doch wenschte in mili tairen dienst te treden, zoodat hij geen aan vrage om vrijstelling bij den burgemeester van Hilversum indiende of liet indienen. Ech ter verleende de commissaris der Koningin in de provincie Noord-Holland bij besluit van 2 Maart aan bedoelden ingeschrevene toch vrijstelling wegens broederdienst. De burge meester had namelijk uit eigen beweging het verleenen van de vrijstelling bevorderd, on danks het feit, dat geen aanvrage was inge komen. De ingeschrevene ging tegen de be slissing van den commissaris der Koningin in beroep bij de Kroon, met het gevolg, dat bij Kon. besluit van 6 Juni de bestreden beslis sing is vernietigd. De Kroon overwoog, dat uit art. 23, eerste lid, van het dienstplicht besluit volgt, dat geen vrijstelling van den dienstplicht kan worden verleend dan nadat daarom door belanghebbende of van zijnent wege is verzocht. ONTSLAG AAN GEMEENTEPERSONEEL MET REVOLUTIONAIRE GEZINDHEID TE AMERSFOORT. In de Dinsdagavond gehouden raadsverga dering kwam o. m. aan de orde een voorstel van B. en W. tot vaststelling van een veror dening betreffene ontslag aan gemeenteper- soneel wegens revolutionaire gezindheid. De heer Fremouw (s.d.) verklaarde zich ertegen, de ambtenaren in een uitzonderingspositie te plaatsen. Bovendien vallen, volgens hem de fascisten buiten deze verordening, omdat zij geen staatkundige richting voorstaan. Het voorstel is aangenomen met de stem men van de sociaal-democraten en van den peer Van Tellingen* (Am. bel.) tegen. - De voorstellen der directie tot intrekking ongunstig ontvangen. Dinsdag heeft onder leiding van den perso- neelraad der Nederlandsche Spoorwegen een vergadering plaats gehad van de hoofdbestu ren der vijf organisaties van spoorwegperso neel, waar de voorstellen van de directie der N.S. met betrekking tot het vrye vervoer werden besproken. Het oordeel van de geza menlijke hoofdbesturen over de voorstellen was zeer ongunstig; zij gaven aanleiding tot ernstige critiek en ontstemming. Na uitvoerige bespreking werd besloten door den personeelraad een commissie te doen benoemen, die de voorstellen zal moeten be- studeeren en zoo mogelijk met tegenvoorstel len zal komen, welke de personeelraad met de directie zal moeten behandelen. Tijdens de vergadering werd een zoo juist ontvangen brief der directie ter tafel gebracht, waarbij mededeeling werd gedaan Van het verlangen van den minister van waterstaat' om de pensioenwet voor de spoorwegambte naren 1925 te wijzigen, zoodat voortaan ltt pet. inplaats van 8% pet op de deelgenooten van het fonds zal worden verhaald. De minister van sociale zaken heeft aan de gemeentebesturen medegedeeld, dat over 1936 de tegemoetkoming in de kosten van contröle op werkloozen, overeenkomstig het bepaald bij artikel 4, sub b en artikel 7 van het Kon. besluit van 27 Juni 1935 50 pet. zal bedragen van hetgeen ter zake door de betrokken ge meenten zal worden uitgegeven. De minister vestigt er de aandacht op, dat onder controle-werkzaamheden in den zin van genoemde artikelen moeten worden verstaan de uitoefening van huis- en straatcontröle en de samenstelling van contröle-rapporten daar over (dus geen administratieve werkzaamhe den, evenmin het verrichten van het stempe len en ook niet het houden van het dagelijk- sche toezicht op de werkloozen tijdens hun plaatsing bij de werkverschaffing). De minister vestigt er tevens de aandacht op, dat wanneer bij de van zijnentwege te houden contröle mocht blijken, dat gemeente lijke controleurs doordat hun b.v. nog andere dan de vorenbedoelde contróle-werkzaamhe- den zijn opgedragen, minder tijd aan de con tröle hebben besteed, dan waarop bij de vast stelling van de tegemoetkoming is gerekend, of dat de gemeentelijke contröle eenigen tijd of voortdurend onvoldoende is geweest, de tegemoetkoming zal worden herzien of van de gemeente geheel teruggevorderd zal wor den. k Een aantal groote maatschappijen past haar tarieven b(j de gewijzigde omstandigheden aan. Ruim anderhalf jaar geleden hebben prac- tisch alle in Nederland werkende levensver zekeringmaatschappijen haar tarieven voor lijfrenten moeten verhoogen. De reden daarvan ligt voor de hand: dg verminderde opbrengst van de beleggingen. Naar wij vernemen, is thans een aantal groote maatschappijen met haar nieuwe ta rieven gereed komen en zij zullen deze tarie ven invoeren voor alle van 1 Augustus a.s. ai nieuw te sluiten polissen. Het groote belang van deze technische tariefs herziening voor hen, die een levensverzekering zullen wenschen te sluiten, is inmiddels wèl, zoo deelde men van de zijde van het verzeke ringsbedrijf mede, dat de typische risico-ver zekering goedkooper wordt. De tijden brengen mede, dat, nu vlug sparen voor eigen behoeftfe voor velen steeds moeilijker wordt, naar dito soort verzekeringen veel meer vraag iS'dan> vroeger. Aldus kan men zeggen, dat de bakens tijdig verzet worden. 1 Apeldoorn de grootste, Stad Vol- lenhove de kleinste gemeente: Zuid :i Holland is het dichtst bevolkt. Bij de drukkerij Albani te Den Haag is een door het centraal bureau voor de statistiek samengesteld overzicht verschenen van de op pervlakte der Nederlandsche gemeenten op i Januari 1936. Met de wetten, waarbij ge deelten van het Zuiderzeegebied, die te voren niet gemeentelijk waren ingedeeld, aan de oppervlakte van enkele gemeenten werden toegevoegd, is voor zoover opmeting plaats had, rekening gehouden, terwijl de oppervlak ten zijn verminderd met de tot de gemeente behoorende wateren, zooals deze bekend zijn geworden ter gelegenheid van de volkstelling van 1930. De totale oppervlakte van het Rijk be draagt 3.285.865 ha, over de verschillende pro vincies verdeeld als volgt: Gelderland 502.353, Noord-Brabant 497.199, Overijssel 336.829, Friesland 332.885, Noordholland 294.345, Zuid holland 292.502, Drenthe 266.344, Groningen 229.509, Limburg 219.088, Zeeland 178.575 en Utrecht 136.236. De kleinste oppervlakte heeft Stad Vollen- pove met 5 ha, de grootste Apeldoorn met 83.961 ha. Van de provinciën is het dichtst bevolkt Zuid-Holland met 710.7 inw. per vierk. kilo meter, daarop volgen Noord-Holland met 648.5, Utrecht met 331.9, Limburg met 269.1, Noord-Brabant met 196.1, Groningen met 180.1, Gelderland met 177.4, Overijssel met 164.3, Zeeland met 141.7, Friesland met 124.7 en Drenthe met 89.5. Het gemiddelde voor het geheele Rijk bedraagt 257.9 (op 1 Januari 1830 slechts 80.2). Met ingang van 20 Juli overgeno men door het departement van sociale zaken. De minister van sociale zaken heeft ter kennis van de gemeentebesturen gebracht dat de distributie van onvermengde margarine aan werkloozen en daarmee gelijkgestelden, welke tot nu toe geschiedde door de Neder landsche Zuivercentrale, per 20 Juli is over genomen door het departement van sociale zaken. De Nederl. Zuiver-Centrale blijft bij de distributie optreden als orgaan namens het departement van sociale zaken, belast met de Uitvoering van bepaalde met de distributie van onvermengde margarine samenhangende werkzaamheden. Voor het geval de kleinhandel wordt inge schakeld, kan dezen een vergoeding van maxi mum 2 cent per kilogram worden uitgekeerd. De minister van financiën heeft in de St.ct. bekend gemaakt.dat in de periode van 1 tot on met 8 Augustus geen boete zal worden ge- iischt voor het rijden met een fiets zonder jeiastingplaatje. De A.N.W.B. merkt ten aanzien hiervan op, lat deze maatregel getroffen werd om te roorkomen, dat zij, die onwillens verzuimen net ingang van 1 Aug. het nieuwe plaatje in ;ebruik te nemen, direct onaagename gevol- en daarvan ondervinden. Men apprecieere eze prettig aandoende departementale op- latting en. make er geen misbruik van, zoo- at de toepassing alleen beperkt bly ve tot «iegene voor wie zij bestemd is. Dus verder ieder den lsten Augustus het nieuwe belastingplaatje op zijn rijwiel! De maximumprijzen met ruim 20 pet. Verhoogd. De maximumprijzen voor den uitvoer van piepen naar Duitschland zijn met ingang van heden belangrijk gewijzigd en als volgt vast gesteld B. eieren f 4.10 per 100 (voorheen f 3.20) A. eieren f 4.40 per 100 (voorheen f 3.50) eieren f 4.70 per 100 (voorheen f 3.80) In verband hiermede is de monopoliebijslag an f 0.10, die de regeering gaf bij export, ver engen door een heffing van f 0.80 pér 100 ieren. É)e N. R. Crt. merkt hierbij op, dat deze drijsverhooging van ruim 20 p'ct,'een even- edjge achteruitgang van den eierenexport qaar Duitschland Beteekent, daar, zooals be kend, hier voor een geldcontingent is vastge speld, dat thans dus eerder uitgeput zal zijn. 1 DE BLOEMEN- EN PLANTENTENTOON- STELLING TE BERGEN AAN ZEE. 'j •-. I Het comité voor de Bloemen- en Planten- tentoonstelling in het Parnassiapark te Ber gen aan Zee, besloot, ondanks de hooge liosten voor het onderhoud, de tentoonstel ling die 22 Juli gesloten zou worden, gedu rende den duur van het seizoen te verlengen. Enkel Retour 1 choorldam Alkmaar Amsterdam ie Kaj. 0.50 0.80 1.00 ae Kaj. ie Kaj. 0.40 0.70 0.45 0.80 0.75 1.40 ae Kaj. 0.50 0.80 1.00 Naar Reuter uit Londen meldt, trekken de legers der opstandelingen naar Madrid op. Eén leger marcheert uit Zuidelijke richting en is afkomstig uit de opstandelingencentra Algeciras en Cadix. Het tweede leger komt uit het Noorden en wordt aangevoerd door generaal Mola. In het Noorden schijnen de opstandelingen veld te winnen. In het Zuiden blijft de toe stand onduidelijk. Tien van de vijf-en-veertig provincies schijnen thans in handen der op standelingen, n.L Valladolid, Saragossa, Na- varra, Toledo, Huesa. Vittoria, Burgos, Se- govia, Cordoba en Sevilla. In het Zuiden. In het Zuiden ls de toestand ongeveer als volgt: In het binnenland van Spaansch-Marokko heerscht over het algemeen rust. In het ge heele westelijke gebied heeft het leven zijn normalen loop. In de haven van Tanger daar entegen wordt gevochten. De havenkapitein heeft Dinsdagavond een bericht ontvangen van het hoofdkwartier der opstandelingen te Ceuta, waarin de neutrale schepen worden verzocht de haven te verlaten, daar de op- andelingen van plan zijn de tien Spaansche oorlogsschepen, die de regeering trouw zijn gebleven, te bombardeeren. Kort hierop is de kruiser Jaime Primero, die om zeven uur in het zicht van Tanger kwam, door twee groote bombardéments-vliegtuigen gebombardeerd. Het schip antwoordde met luchtafweerge schut. Schelde werd niet eiangericht. Ceuta is verder door vier regeeringssche- pen gebombardeerd, weiarop een ernstig ge vecht met de batterijen van de stad volgde. De regeeringsschepen moesten zich ten slotte terugtrekken. In de omstreken van Gibraltas wordt eveneens zwaar gevochten. Berichten komen binnen, dat Tarifa, een plaatsje ten Westen van Gibraltar, door vliegtuigen is ge bombardeerd. Sevilla in handen der opstande lingen. Sevilla Is weer ln handen der opstande lingen. In en om Madrid. Te Madrid is de regeering den toestand nog meester. Het ministerie van binnenland- sche zaken heeft gisteren alle doktoren van Madrid door middel van de radio opgeroepen. Zij worden verzocht zich ter beschikking van de regeering te stellen en zich bij de medi sche faculteit aan te melden, i Het ministerie van financiën heeft voorts een reeks decreten uitgevaardigd, welke o.m. ten doel hebben het betalingsmoratorium, dat eenige dagen geleden is afgekondigd, als ook de schorsing der bankoperaties, met 48 uur te verlengen. Verder een decreet, dat de re geering de bevoegdheid geeft beslag te leg gen op bedragen, vereischt voor het hand haven van de orde. Tevens ls bepaald, dat de ambtenaren, die aan den opstand hebben deelgenomen, ontslagen worden. Opstandige troepen rukken naar de hoofdstad op. Intusschen rukken de opstandige troepen van het Zuiden uit in de richting Madrid op, onder afinvoering van generaal Queipo de Llano. In het Noorden. Volgens Reuter zyn Valladolid, Saragossa, Toledo, Huesca, Vittoria, Burgos, Segovia en Cordobo in handen van de opstandelingen ge vallen. Ook de provincies Leon en Galicië, Volgens berichten, afkomstig van officieren, c^ie naar Portugal zyn gevlucht. Grenswachten en douane-beambten loopen naar de rebellen over. Aan de grens van Hendaye en Benobie zijn de grenswachten en Spaansche douanebeamb ten naar de opstandelingen overgeloopen. Personeel van ambassades ont vlucht Spanje. De Petit Gironde publiceert het volgende telegram uit Bayonne: Drie reizigers, behoorende tot de gezant schappen, resp. van Engeland, Frankrijk en Nederland, hebben des middags San Sebastian verlaten. Zij slaagden er in de Spaansche grens te passeeren. De auto van twee secre tarissen der Fransche ambassade, die het di plomatiek valies meevoerden, droeg de spo ren van kogels. Twee Amerikaansche oorlogsschepen naar de Middellandsche Zee. Twee Amerikaansche oorlogsschepen heb ben opdracht gekregen naar de Middelland sche Zee te vertrekken. Op de Spaansche vloot niet alles pais en vree. De regeering zegt, geestdriftige betuigin gen van trouw te ontvangen van de beman ningen van de kruisers Libertad, Espania en Jaime. De Jaime patrouilleert in de Straat; van Gibraltar en werkt mede aan de onder drukking van den opstand ln Marokko. Het telegram der bemanning van dezen kruiser luidt: „Wjj hebben ernstigen tegenstand van dienstdoende officieren ondervonden en hen met geweld bedwongen. Een kapitein en een luitenant ter zee werden gedood, acht kwar tiermeesters, een luitenant ter zee, een luite nant ter zee tweede klasse, twee artillerie- kwartiermeesters en twèe matrozen werden érnstig gewond." De Jaime heeft verder geseind, dat het Schjp op weg is naar Tanger. Te Tanger liggen op het oogenblik 12 Spaansche oorlogsschepen in de haven te wachten op orders van de regeering om naar Algeciras te stoomen. De bemanning staat voor het meerendeel onder commando van communisten. In het Noordenheeft de opstandige be weging zich Dinsdag nogal uitgebreid. Van Pamplons, dat gelyk men weet, reeds eenigen tijd in handen van de opstandelingen is, on der aanvoering van generaal Mola, is men na veel hindernissen naar San Sebastian getrok ken en heeft zich van deze stad meester ge maakt. Dinsdagavond zijn de rebellen vervol gens naar Bilbao opgerukt, Irun, aan de Fransche grens, ls echter nog in handen van de regeering. Een ander groot leger uit Pamplona rukt, onder leiding van generaal Mola, op naaf Madrid, dat uit het Zuiden bedreigd wordt door troepen van generaal Quiepo de Llano, die. uit Sevilla komen. In het Zuiden heeft de regeering een suc ces te boeken. Dinsdagavond werd n.1. ge meld, dat Sevilla zich heeft overgegeven aan de regeeHngstroepen. Een gespannen toestand in het Noorden. Dinsdagmorgen is op enkele kilometers af stand van de grens een botsing ontstaan tus- schen een krachtig afdeeling opstandelingen, die uit Pamplona kwamen en regeeringsge- Het is zomermaand. Laat ons hopen, dat, wanneer de lezer deze regelen onder de oogen krijgt, de zomer zelf inderdaad in het land, is en wij, om ons daarvan te overtui gen, niet de kalender behoeven te raadple gen. JMoeder Natuur neemt weer eens een loopje piet ons, want in plaats van stra lende zonnewarmte, worden we onthaald op dreigende wolken en gure Westenwind, .waarvan niemand dan mijn kolenleverancier genoegen beleeft. Doch wellicht bedenkt zij zich spoedig en herinnert zij zich de narig heden, vyeike de arme. menschheid op dit ondermaansche krygt te verwerken, ter hechter tijd. Dan zullen de sombere wolken plaats maken voor gouden zonnelicht en de feachte streeling van een zuidelijk koeltje zal ons de strafheid der gure zeewinden doen vergeten. De groote* vacantie ia er. Dan ma ken velen onzer zich op, om in de vrjje na tuur rust en ontspanning te zoeken voor het lichaam en den geest; de meesten na een Vol jaar van ingespannen arbeid. Duizenden én duizenden in den lande gaan dan zwerven door bosschen en velden of zoeken verpoo- Zing aan het zeestrand. Hun hart popelt reeds bij de gedachte hoe heerlijk het zal zijn onder het koele lommer van statige beu ken te wandelen, zich rffeer te vlijen op het zachte mostapijt aan den voet der dennen, of de zon te zien ondergaan in een blauwe, eindeloos schijnende watervlakte. Ja, groot is het verlangen van velen en vele zijn de illusies, welke thans worden gekoesterd. Doch hoevelen zullen teleurgesteld naar hun woning in de stad terugkeeren Teleur gesteld en ontmoedigd, wijl zoovele schoone plekjes, waaraan zoo lieflijke herinneringen Waren verbonden, voor goed onbereikbaar Waren geworden door een nijdig „Verboden Toegang" of een nog nijdiger haag van prik keldraad? Waarom toch al die bordjes? Waarom overal toch die dreigende, venijnige stalen punten? Wat blijft den moeden wan delaar over, wat den rustzoekende Een ieder, die buiten de grenzen heeft vertoefd, weet, dat nergens zooveel afgesloten ter reinen zijn als juist in het kleine, schier overbevolkte Nederland. Toen ik eenige jaren geleden na een lang durig verblijf in het buitenland in Holland terugkeerden op een schoonen zomermorgen mijn lang gekoesterde begeerte om te dwa len door velden en bosschen te bevredigen dacht en blij te moede mijn schreden naar oude, nooit vergeten plekjes richtte, werd mijn blik weldra onaangenaam getroffen door de vele bordjes met „verboden toegang" en de onafzienbare omrasteringen van prikkeldraad, welke een nog duidelijker taal spraken. Het duurde niet lang of mijn blijheid was verdwenen en boosheid en ver- pntwaardiging waren er voor in de plaats gekomen. Ik wist natuurlijk nog wel van vroeger, dat er in Holland terreinen waren, welke voor het publiek niet toegankelijk zijn en het om gegronde redenen ook niet kun nen wezen. Maar zooals ik mijn land n u aantrof! Met grimmige humor moest ik aan het: „een ieder wordt geacht de wet te kennen" denken. Jawel. Welke gemiddelde Nederlan der weet wat er in het Wetboek van Straf recht staat. Maar de strekking van art. 461 kent het onnoozelste kind! Wilt ge, wandelaar, door de duinen dwa len? Weest voorzichtig en kijk uit. Gij mocht u in uw onbezonnen vreugde over de schoonheid rondom u eens bezeeren aan de stalen punten eener afsluiting, daar aange bracht uit overwegingen, welke met die vreugde niets van doen hebben. Wilt ge u vermeien in het lommer van gindsche boo- men? Weest voorzichtig en let op of ge niet zoo'n blauw, rechthoekig bord met witte let ters ziet of een wit bord met zwarte letters, die echter hetzelfde vertellen, n.1. dat ge daar, waar ge u verpoozen wilde, juist niet mag zijn. Maar gindsche boschrand dan? Laat ons gaan zien. Neen, niet over dien aanlokkelrjken heuveltop, dat mag niet. Hier langs dit zanderige wegje, tusschen die twee rijen prikkeldraad door. Ziezoo, we zijn er. Ziet ge iets? Neen. Ja toch, daar tegen dien stam! Een bordje. Wat staat er op. Stil, maar, ik zie het al. En ziet ge daar die paal tjes op regelmatigen afstaind van elkaar Daar loopt prikkeldraad langs. Blijf af, Nederlanders, van den Nederland- schen grond Droef en ontmoedigd ging ik verder. Na dat ik een half uur had geloopen, kwam ik, aan een groot ijzeren hek, dat den toegang naar een park afsloot, of liever: niet afsloot, want het stond wagenwijd open. En vlak er achter stond een bord, met twee woorden er op, doch niet die van art. 461. „Vrije wan- deling" stond er. Ik betrad het park. Een zachtgroen mos tapijt op glooienden grond, met dennen be- plant ter rechterzijde. Verderop een vijver, daar zwaar geboomte omzoomd. Aan de linkerhand prachtige gazons'met bloemen in velerlei tinten. Wat een genot, hier te mo gen wandelen. Voor ik honderd meter had geloopen, was mijn bittere stemming gewe ken; ik genoot van de schoonheid rondom.' Ergens in het bosch zong een vogel en langs den dunnen stam van een den rende een eekhoorn. In de verte, voor mij uit, stond een groepje menschen. Zij droegen iets ih de armen en gesticuleerden. Vlak in hun nabijheid stond, stil, een tengere zwarte figuur. Een jonge man kwam haastig uit een boschje toegeloopen. Ook hij droeg iets en met de vrije hand drong hij zyn metgezellen tot medegaan, zich daarbij telkens naar de stille, zwarte figuur aan den kant van den weg wendend. Zy liepen mrjn kant uit. Na derbij gekomen, zag ik, dat wat ze in de armen hadden, groote bossen bloemen en takken, welke blijkens sommige geknakte stengels en de rafels aan de twijgen, ruwweg waren afgerukt. Het gezelschap bestond uit twee vrouwen en drie mannen van het bekende dagjes- menschen-type. Onder het voorby gaan hoorde ik één der vrouwen zeggen: „Waar bemoeit dat mensch d'r eige mee; ik zal toch zeker wel een bloemetje magge plukke, assik daar zin in heb?" ,,Nou," antwoordde één der mannen, „nou t>en je nog es voor je plezier uit en dan ia)- je nog complemente van zoo'n oud wyf piotte afwachten zeker, Ke'-je begrijpe!" En de jonge man, die het laatst te voor schijn was gekomen, zeide: „Stil maar, ik heb die kale madam es llink de huid vol gescholden, die zal d'r voortaan wel met d'r eige zake bemoeie!" Wat er verder werd gezegd, verstond ik piet meer ter zijde van den weg, op een wan delstok geleund, stond nog de eénzaihe, zw'arte gedaante. Een oude dame met zilver grijs haar. Ik voelde mij gédrongen iets je ieggen. 't Was mij alsof ik haar vergeving motst vragen voor de ergerlijke bejegening, Paar door onze mede-wandelaars aangedaan gls: antwoord op haar ongetwijfeld waardig Ïrdtest tegen zooveel schennis van 'de cfioonheid rondom. I „Ach," zeide de oude dame, „het is zoo droevig, steeds weer te moeten ontwaren, 4att er nog zoo veel menschen zijn, die geen oog hebben en geen gevoel voor de schoone gatuur en zich niet ontzien het eigendom van een ander te vernielen en te bederven. Ik 'vraag mij wel eens af: hoe komt het toch dat dé menschen vaak zoo ruw en on verschillig zijn?" „Ik denk gebrek aan innerlijke beschaving en aan opvoeding op dit gebied, mevrouw, ns volk wordt nog zoo weinig geleerd in at opzicht." De oude dame staarde eenige oogenblik- ken in gedachten voor zich uit en ging toen Ïa een vriendelijken groet haars weegs. Ook i ging verder, inwendig boos en diep ver ontwaardigd over het vandalisme mijner medewandelaars. Even later zag ik een tuinman bezig met Pet opbinden van eenige ontredderde planten. ..Het lijkt wel of hier een storm over is gegaan", zeide ik tot hem. ..Geen storm, maar menschen", antwoord de de man kortaf, ,,'t Is een schande!'' En mevrouw laat nog alsmaar volk ln haar park toe; ze is veel te goed." i Welke mevrouw toch niet „Nou, die mevrouw, waar u zooeven mee stond te praten; dat is de eigenares van het |>ark." j j Ik Wandelde verder.' Na een minuut of tien kwam ik aan een open plek in het bosch. Ik keek rond en walgde. Men had hier gepicnict. Waarschijnlijk het gezelschap van zooeven. Ik spaar u de gedétaiileerde beschrijvingvan wat ik aantrof. Die hoort in de inventarislijst van een vuilnisbelt thuis, gesteld, dat zoo'n ding bestond. Ik moge volstaan met te zeggen, dat dit tevoren lieflijke stukje grastapijt, thans één sprekende, felle aanklacht vormde tegen de onnadenkendheid, de slordigheid, de onzinde lijkheid en de verregaande onverschilligheid van 'n zeker deel van ons volk, dat nog steeds niet heeft geleerd het eigendom van een ander teontzien en steeds maar weer door gaat op grove, stuitende wijze uiting te ge- yen aan zyn waardeering voor verleende gastvrijheid. i Toen ik den volgenden dag een bosch ln yrandelde, dat nu eens niet voor het publiek was gesloten, vond ik ook daar weldra over vloedige bewijzen van dezelfde botte onver schilligheid. De grond met zyn kranten- en andere papierflodders, lappen, pindadoppen, ètc.. bood een gore, vieze aanblik. Toen welde deze gedachte in mij op, spontaan en wel gemeend: ^Nederlanders, ge hebt uw prikkeldraad dubbel en dwars verdiend!" Of wilt ge het anders? „De overheid is wel genoodzaakt het wei nige natuurschoon, dat uw land is overge laten, de particuliere grondbezitters zijn wel gedwongen hun eigendommen te bescher men tegen de schennende handen, tegen uw tuchteloosheid, welke gy voor vrijheid aan ziet. Eenige dagen later wederom het park wil lende ingaan, vond ik het hek gesloten en het bord met „Vrije Wandeling" vervangen door een ander, ook met twee woorden. Wilt gij weten welk? Gaat dan overal elders, waar schoonheid heerscht, daar dus, waar te be derven. te vernielen, te schenden valt, het geen ook ongetwijfeld zou geschieden, In dien zulk een bord met die twee woorden ei! niet was..„.i en geen prikkeldraad. Een groot deel van de Nederlandsche jeugd is baldadig, dikwerf verregaand, en tuchte loos. Deze klacht kon men onlangs in de groote dagbladen lezen, in alle toonaarden werden (en worden) de klaagliederen over de baldadigheid van de hope des Vaderlands gezongen. En terecht. j Wat is de oorzaak? Aan wie de schuld van dezen toestand? Of is hier geen sprake van schuld in den gewonen zin van het woord en hebben wjj deze uitingen van energie eenvoudig te aanvaarden, omdat hun aard nu eenmaal zoo is Geen sprake yan schuld?" hoor ik reeds zeggen. „Die'kwajon gens, die dit hebben bedorven en dat vernield; de bekende onverlaten b.v. die het Rijk voor duizenden schade hebben berok kend aan vernielde, openbare verlichting te Rotterdam, geen schuld? Ik weet niet of ónder die bende volwassenen waren, maar de lieden, wier gedragingen ik hierboven schetste, waren het in elk geval wel. Man nen en vrouwen, vaders en moeders van kinderen misschien. Laat ons aannemen, dat zij inderdaad kinderen hebben. Wat denkt ge: zullen zulke ouders ooit in staat zyn hun kroost te 1 e e r e n ontzag te hebben voor al het schoone, dat leeft in God's vrye natuur. Neen, want wat men zelf niet heeft geleerd of niet beseft, kan men ook niet aan een ander mededeelen. Die kinderen zul len het voorbeeld van de ouders volgen, of liever: zij zullen hen ver overtreffen, want op het jeugdig gemoed werkt niets zoo sti- muleerend als het slechte voorbeeld van vol wassenen. Wie heeft nooit uit een kinder mond vernomen: „M'n vader doet het ook, dus dan mag ik het ook best doen?" Eea „dusje", dat te denken geeft. I legde zooeven den nadruk op het woordje leeren. Liefde voor de Natuur is iets, dat velen (niet allen!) moet worden bijgebracht. (Slot volgt).

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1936 | | pagina 9