Abonneert U op dit blad
DE WEEK.
Uit de Pers.
MARKEN
BILJETTEN
BUREAU t/o Postbrug
ZAKIËWMDEyiWS
Zeekrijgsraad
Willemsoord.
VELTHUIJS
s s s
Uit het politierapport
Visscherij
IN FEITEN EN
F A N T A S I E
IO
er in. Weet u niet wat streptococcen zijn Nu,
wij óók niet. maar men moet nu eenmaal nooit
méér leveren dan er gevraagd wordt...... Hg
kreeg, conform den eisch, 30.of 10 dagen.
Ook J. C. te Anna Paulowna had melk ge
leverd, waarin ze voorkwamen. Ook hij kreeg
30.of 10 dagen.
En nu wij het toch over melk hebben,
winkelier A. J. K.. alhier, had koffieroom m
voorraad gehad. Hij acht zich onschuldig. Re-
sultaat: 10.of 3 dagen.
Een ijsbereider had ijs bereid, van een
gehalte aan. ja aan wat weten wg eigenlgk
niet maar het was 8.8 pet. inplaats van de
vereischte 12 pet. „Consumptieijs is eigenlgk
geen roomijs", verklaart bekl., maar de rechter
meent, dat een vakman als L. best zgn ge
halte te bepalen weet. 75.— boete, of
dagen, en deze keer nog geen ambtelijke pu
blicatie van het vonnis.
De Friezinnetjes als getuige.
Ze waren heelemaal van IJlst gekomen
„naar Holland", om te getuigen, dat bekl. het
eigenlijk niet helpen kon. W. M. was bekl. en
had, tegen zijn zin, toe moeten laten, dat een
mede-inzittende het stuur nam, toen hij even
was uitgestapt. Het avontuur duurde kort,
maar net lang genoeg om een ongelukje te
veroorzaken. „Had hem van het stuur afge
slagen", adviseerde mr. Sickenga. De be
klaagde wordt veroordeeld tot 10.zoodat de
rechter „rekening houdt met het gebeurde
Een delictenverzamelaar.
N. C. A. te Alkmaar, werd veroordeeld tot
25.of 10 dagen wegens het niet kunnen
toonen van een rijbewijs, tot 10.of 3 dagen
voor het niet stoppen op het eerste bevel, tot
25.of 10 dagen voor het rijden zonder licht
en tot 25.of 10 dagen voor het onder den
invloed van sterken drank besturen van een
auto, alles op één proces-verbaal. Die kan het
er voorloopig mee stellen.
En de rest
Z., die een zieke kieviet als lokvogel had ge
bruikt, mag op 25 Aug. terugkomen.
P. de B., slager alhier, had een krulstaart
gedood zonder voorafgaande bedwelming.
20.of 4 dagen.
J. C. T„ en M. C. P. Z., beiden alhier, liepen
in de duinen en trokken 4.boete.
J. de Vr., alhier, had een zak met een doode
hond erin, in het Kanaal geworpen 3.of
2 dagen.
F. W., alhier en P. B. te Anna Paulowna,
beiden wegens overtreding Arbeidswet ƒ3.
of 2 dagen.
J. de K. had een paar eigendommetjes in de
Jodensteeg alhier en moest die van de Ge
meente afbreken. Hij is nog steeds in verzuim
en hoorde het O. M. 4.eischen. De Kanton
rechter maakte er 25.van.
De uitvoerder P. C. de H. overtreding Be-
vrachtingswet: 5.
G. P. te Wieringen, slachtte zonder vergun
ning: 10.of 3 dagen.
J. W. J. overtrad de Arbeidswet: 3.of
2 dagen.
G. W. nam ergens een linkerbocht en heeft
10.te dokken.
J. de M., venter te Amsterdam kreeg 5.
boete voor venten.
De timmerman H. B. reed in de Spoorstraat:
3.—.
J. D. kreeg wegens het rijden zonder rijbe
wijs, „bij clementie", 5.of 2 dagen en
P. G. K. gaf geen voorrang: 5.of 2 dagen.
Het was ver over vijven, toen de zitting ein
delijk „lag". Toen begonnen de kinderzaken
iting van Woensdag 29 Juli.
De vrouw in het spel.
Eerste verdachte was dezen middag de
marinier le kl. J. S., die, zooals uit eigen
getuigenis en dat van zijn verdediger bleek,
inderdaad slachtoffer van het huwelijk was
geworden. De man had desertie gepleegd op
27 Juni en was eerst boven water gekomen
op 6 Juli daaropvolgend, onder geleide van de
Haagsche militaire politie.
De fiscaal, mr. Francken, kwalificeerde het
feit als opzettelijk ongeoorloofde afwezigheid,
in tijd van vrede en eisch te twee maanden
gevangenisstraf, met aftrek van het voor
arrest van 6 Juli af.
De verdediger, Mr. J. Mulder, zal over het
juridische gedeelte niet spreken, wel echter
over het motief van deze desertie, omdat hij
de overtuiging heeft dat de oorzaak van de
daad van beklaagde is, de verhouding tot zijn
vrouw.
Bekl. is een goed soldaat, die regelmatig
zijn plicht doet, zijn conduite luidt zelfs goed
tot zeer goed. De oorzaak van de daad moet
dus gezocht worden buiten den dienst en de
verklaring die de man gegeven heeft mag dan
ook als juist worden aangemerkt. Hg heeft
van het begin van zijn huwelijk af steeds ge
tobd in zijn huwelijksleven en dat is funest
voor hem geworen. Daarbij komt dat de man
geen sterk gestel heeft en dus ook psychisch
weinig weerstandsvermogen bezit, waardoor
hij gemakkelijk was te beïnvloeden.
De man heeft in een roes gehandeld, hij
heeft zich laten drgven op zijn gevoel en heeft
niet de bedoeling gehad zich aan den dienst
te onttrekken.
Hg beveelt verdachte in de clementie van
den krggsraad aan.
Uitspraak: 2 maanden gevangenisstraf, met
aftrek van het voorarrest.
Van een siaperigen schildwacht
en een actieven sergeant.
De vliegtuigmakersmaat-metaalbewerker J.
C. v. d. V. was in den nacht van 21 op 22 Juni
bij den steiger voor het vliegkamp de Kooij,
om ongeveer half drie in het gras gaan liggen
of zitten. Op zichzelf was daartegen natuur
lijk geen bezwaar, mits de jongeman niet in
dienst was geweest als schildwacht De ser
geant van de wacht, die bij het licht van een
passeerenden auto eens even oplette of hij zgn
schildwacht nog zag, ontdekte dat deze, voor
het oog spoorloos verdwenen was. Hij ging op
het pad om hem op te zoeken en vond v. d. V.
in den voor een schildwacht niet getolereerde
positie. De man had zich onwel gevoeld.
De fiscaal achtte voor bekl. geen veront
schuldiging aanwezig. De man had op zijn
borst een onderscheiding, behaald bij de Vier-
daagsche. Hij heeft daar dus wel uithoudings
vermogen getoond, dan had hg dit ook op zijn
wacht moeten doen. Hjj eischt 3 weken ge-
vangenisstraf.
De verdediger, Mr. Mulder, brengt een com
pliment aan de activiteit van den sergeant
'j gelooft niet, dat het argument, door be-
aagde gebruikt om zijn daad te verontschul
digen. gezocht is. De man zal inderdaad onwel
HELDERSCHE COURANT VAN ZATERDAG i AUGUSTUS 1936
geweest zijn en dat hij aanvankelijk tegen den
sergeant van de wacht gezegd heeft: „ik man
keer niets", moet gezocht worden in het feit
dat hg bang was voor zgn kameraden. Hij
was door hen al eens eerder bespot omdat hij
tijdens een wacht niet goed werd. Pleiter
vraagt in dit bijzondere geval niet te straffen,
doch de zaak terug te wijzen naar den com
mandeerenden officier.
Uitspraak conform aan eisch.
Een groote mond, een klein hart
De zeemilicien-matroos 3e kl. A. H., die
wegens opzettelijke ongehoorzaamheid en be
dreiging van een meerdere terecht stond,
maakte een zieligen indruk. De jongen scheen
door het voorarrest zoo gedeprimeerd, dat hij
totaal van streek was en als de ridder van de
droevige figuur zat te snikken op de beklaag
denbank. Hij had te Harlingen aan een kor
poraal, die dienst deed als onderofficier van
de wacht, dienst geweigerd en den man be
dreigd.
De president zegt tegen beklaagde: „Waar
om sta je nu te huilen? Had niet zoo'n kwa
jongensachtige houding aangenomen in Har
lingen".
De fiscaal eischt drie maanden gevangenis
straf, met aftrek van 15 dagen voorarrest
voor de lichte straf van 9 Juni tot 10 Juli en
de tgd, na 10 Juli in hechtenis doorgebracht,
geheel in mindering.
De verdediger, mr. Buiskool, bestrijdt de
tenlastelegging en zegt, dat deze niet bewezen
is. Opzettelijke ongehoorzaamheid heeft im
mers niet plaats gehad, daar beklaagde den
last wel heeft opgevolgd, alleen kan critiek
geleverd worden op de wijze, waarop hij zich
van die taak heeft gekweten. Er is dus een
tegenstrijdigheid in woorden en daden van
beklaagde.
Ook het tweede feit „bedreiging" acht plei
ter niet bewezen. De betrokken korporaal
heeft het zelf gekwalificeerd als een lolletje
of kwajongensstreek, en hij had er wellicht
geen rapport van gemaakt als een luit. ter
zee hem niet had gezegd, dat hij dat wel
moest doen.
De beklaagde heeft zich verongelijkt ge
voeld, omdat oudere matrozen zaten te lachen
toen hem de opdracht gegeven werd en van
die situatie is hg het slachtoffer geworden,
Mocht de krijgsraad niet tot vrijspraak beslui
ten, dan verzoekt pleiter hem een dusdanige
straf op te leggen, dat hij geboet is met het
voorarrest.
De fiscaal wijst er den verdediger op, dat
hij bij zijn bestrijding van de tenlastelegging
nog het oude artikel van dienstweigering in
terpreteert, doch nu wordt dienstweigering
reeds ten laste gelegd bij weigeren of nalaten
van iets. Beklaagde is dus strafbaar, Ook het
tweede feit is uit militair oogpunt niet licht
en moet gestraft, al laakt spr. de houding
van de matrozen. Hij persisteert bij zijn eisch.
Mr. Buiskool repliceert.
Uitspraak: Twee maanden gevangenisstraf,
met aftrek van het voorarrest vanaf 10 Juli.
Nog een schildwacht, die zjjn
dienst verzuimde.
De marinier 3e kl. A. J. P. was in den nacht
van 24 Juni, toen hij dienst deed als schild
wacht, in zijn kooi gaan liggen en was door
oververmoeidheid ingeslapen.
De fiscaal acht oververmoeidheid geen ver
ontschuldiging voor beklaagde, die wel de
vierdaagsche kan meeloopen. Als hij physiek
zoo'n uithoudingsvermogen heeft, moet hij ook
physisch maar wat meer weerstand aankwee-
ken. Hij eischt 4 weken gevangenisstraf.
De verdediger, de 2e luit. der mariniers,
baron Lewe v. Aduard, kwalificeert den ma
rinier als een uitstekend militair. De omstan
digheden geven dit geval dan ook een bizonder
aspect. Den dag tevoren was een training»
marsch gemaakt van 45 jem, daar komt bij,
dat de kazerne te Groenendaal een van de
heetste gebouwen te Rotterdam is, waar een
dertigtal mariniers in een kleine slaapzaal
met weinig ventilatie zijn ondergebracht. Be
klaagde, die tot 12 uur in zijn kooi had rond-
gewoeld, was daarna ingeslapen, of zooals het
bij de marine heet „bewusteloos in zijn kooi
blijven liggen".
Om 4 uur was hij gepord en is zijn post
gaan loopen, nog vermoeid van den zwaren
tocht van den vorigen dag en door de slechte
nachtrust. De man is bij een van zijn rondes
tegen zijn kooi gaan rusten en weet zich ver
der niet meer te herinneren wat er gebeurd
is. Aangenomen mag dan ook worden, dat hg
de strekking van zijn houding niet meer heeft
gerealiseerd. Spr. toont dit met verschillende
bewijzen aan. Hij verzoekt den krijgsraad de
uiterste clementie te betrachten en zoo moge
lijk de zaak ter afdoening terug te wijzen
naar den commandant of bekl. anders voor
waardelijk te veroordeelen.
De fiscaal wijst op den ernst van het feit
door te zeggen, dat alle dienstdoen moet be
schouwd worden als voorbereiding voor den
oorlog. Van de schildwacht moet de volle 100
procent geëischt worden, en als hij die niet
kan geven behoort hg zich te melden bij den
korp. van de wacht. Spr. persisteert bij zijn
eisch.
De verdediger repliceert en wijst er op, dat
de kazerne Groenendaal er zich heelemaal niet
toe leent om zich bewust te worden van den
ernst van het schildwacht loopen en wijst
nogmaals op de omstandigheden, waarin de
marinier verkeerde en op zijn uitstekende hoe
danigheden.
Uitspraak: 3 weken gevangenisstraf, on
voorwaardelijk.
EEN VERKEERS-VANDALIST.
Jongen r(jdt meisje aan op Konings
plein.
Vrijdagmiddag omstreeks 3 uur is mej. A-
van Z. die zich per rgwiel op het Koningsplein
bevond, door een jongen, die de vluchtheuvel
omreed op verkeerde wgze, geramd.
Zg kwam te vallen en werd door eenige
omstanders in bewusteloozen toestand opge
nomen.
Het bleek, dat zg eenige, niet ernstige ver
wondingen boven de oogen had.
De politie stelt een onderzoek in.
EEN APPARAAT VOOR WATER-POLO.
Uitvinding van badmeester Vellekoop.
Tijdens de zwemwedstrijden om het Haag
sche kampioenschap te Voorburg is, zoo lezen
wjj in de Haagsche Courant, tgdens den
waterpolo-wedstrgd voor het eerst in Neder
land gebruik gemaakt van een apparaat, het
welk door den heer Vellekoop, chef van de
Voorburgsche zweminrichting, is uitgedacht.
Bij den aanvang van den strgd rust de bal
midden op het water op een bakje. Dit bakje
wordt van den wal af bediend, is een der
spelers bg den bal aangekomen, dan verdwijnt
dit bakje automatisch onder water en de bal
is vrij. Is er een doelpunt gemaakt dan moet
de bal weer midden uit, en het bakje komt
weer boven. Alle aanwezige polospelers waren
enthousiast over deze nieuwe vinding.
REIS-
TIVOLI-THEATER.
Romantiek en Sensatie.
Ongetwijfeld de belangrijkste der beide
hoofdfilms, welke deze week in Tivoli gegeven
worden is die, welke naar den zoetgevooisden
naam luistert van „La Vie Parisienne".
La Vie Parisiennewel, dat toovert ons,
ook al heeft men dan deze film niet gezien,
voor oogen een Montmartre met z'n Quartier
Latin, z'n Tour Eiffei, z'n Follies Bergères, en
al dat andere, dat zoo behoort bij de gedachte
aan de romantiek der lichtstad. Het doet ook
denken aan een heel oude operette, waarbij
eens, jaren geleden, Jacques Offenbach de
muziek schreef en nu is het aardigste van dit
alles, dat dit inderdaad déze operette is.
Maar het is meer, want Robert Siodmak,
die geniale Rus, voerde de regie over dit ge
geven en van hém in de laatste plaats zou
men mogen verwachten dat hg hiervan een
hartelooze en derbe klucht zou maken.
Hetgeen dan ook niet geschiedde. Integen
deel, anderhalf uur lang heeft men het onver
deelde genoegen te constateeren hoe deze
Siodmak zich in deze materie ingeleefd heeft,
hoe hij de sfeer voor dit alles wist te puren
uit dat wondere Parijs en hoe hij in een
simpele klucht wist te leggen: kennis en:
gratie.
La Vie Parisiennewel, het is alles zeer
luchtig en vroolijk meerendeels en het loopt
zoo vlot als een jong veulen in de Mei-wei.
Hier en daar is het wel een tikje t e gekruid,
doch dat hoort zoo bij Paris la Nuit. Maar
goeddeels is het prettig om te zien en men
zal er zeker van genieten. Van de rolvertol-
kers zeker, van de mise en scène en niet in
de laatste plaats van de knappe regie.
Een luchtige film, maar: met zwier en
charme.
De Sensatie.
Numero twee voert ons over den Oceaan
naar het land, waarvan ons door de film het
idee bijgebracht wordt, dat het louter bestaat
uit wilde paarden, stieren, lasso's e/i cowboys.
Niets is minder waar, maar dat doet eigenlgk
niet ter zake.
Wat wèl ter zake doet, dat is het feit, dat
men hier een Wild-West talky geserveerd
krijgt, waar de liefhebber van dit genre (en
die categorie is groot!) van smullen zal.
Hij krijgt het heele repertoire; volledig!
Van de langs de wegen daverende mustangs,
van Den Boef en De Schoone Belaagde, van
het nimmer falend schot en de suizende lasso.
Daartusschen door heeft men, Ameri-
kaansch-handig natuurlijk, een goed deel sen
timent geweven en er is een cowboy die zingt
als een nachtegaal. Ook een film, die onze
uitgelaten vacantie-stemming slechts vermag
te stimuleeren en die men met welgevallen
aan z'n oog kan voorbij laten rollen.
SOLDAAT VERLIEST BIJ ZWEMMEN
HET BEWUSTZIJN.
Donderdagmiddag omstreeks half drie be
vond zich aan het strand te Huisduinen, on
geveer ter hoogte van de consumptietent van
den heer Steinman, de soldaat P. de Koning,
ingedeeld bij het 2e bataljon van de le com
pagnie te Erfprins.
Toen K. zich, teneinde eenigen tijd te zwem
men, in het water begaf, heeft hg door onbe
kende oorzaak plotseling het bewustzijn ver
loren.
Het was een gelukkige omstandigheid, dat
eenige omstanders dit bemerkten, en de man
spoedig op de wal gebracht kon worden.
Nadat omstanders getracht hadden den dren
keling bij te brengen, moest men constateeren
dat dit niet lukte. Vandaar dat door den ser
geant-ziekenverpleger van Erfprins de zieken
auto van vliegkamp „De Kooy" opgehaald
werd, waarmee K. naar het Marine-Hospitaal
gebracht werd. Na aankomst was hg nog
steeds niet tot bewustzijn gekomen, doch na
behandeling in de inrichting wist men den
onfortuinlgken zwemmer echter weer bg te
brengen.
UITSLAG VERLOTING S.V. „ATLAS".
o
8
0
1
O O
:S I :S
PL J o.
o f O b
hJ J PU 1-3
1 2202 45 68i 89 735 133 1787
2 1826 46 1385 90 866 134 1224
3 4°3 47 709 91 1064 135 1238
4 1484 48 348 92 1852 136 927
5 70 49 106 93 997 137 1728
6 2318 50 545 94 1279 138 109
7 2100 51 225 95 1676 139 1585
8 1154 52 2168 96 1415 140 947
9 240 53 2451 97 814 141 1679
10 1129 54 1222 98 737 142 1241
11 '853 55 362 99 659 143 1743
t2 1935 56 1291 100 1897 144 2211
r3 343 57 2191 ÏOI 2276 145 936
J4 544 58 763 102 758 146 1081
15 2382 59 2367 103 1518 147 852
16 746 60 1267 i°4 1215 148 551
17 854 61 1032 105 122 149 252
18 1268 62 1148 106 2228 150 669
19 2188 63 1523 107 1824 151 1551
20 235 64 1950 108 1079 152 12
21 283 65 243 109 1687 153 1609
22 216 66 1380 110 963 154 2086
23 1938 67 2235 in 1835 155 378
24 1790 68 1303 112 1510 156 1466
25 33° 69 2345 113 105 157 1216
26 1390 70 1842 114 30 158 352
27 9'8 71 1141 115 393 159 2106
28 1701 72 1317 116 i3o 160 1440
29 880 73 1272 1I7 1554 161 975
30 1844 74 914 n8 1699 162 1195
31 817 75 1323 119 90 163 911
32 2124 76 2390 120 846 164 1850
33 798 77 1823 121 1230 165 609
34 865 78 2126 122 2142 166 1091
35 1606 79 1721 123 1340 167 1087
36 1730 80 1574 124 1189 168 917
37 1909 81 1576 125 1625 169 2055
38 976 82 1219 126 540 170 257
39 138 83 1694 127 64 171 321
40 74 84 1653 128 165 172 2052
41 289 85 1724 129 1975 173 215
42 1630 86 82 130 465 174 1953
43 2236 87 649 131 1419 175 1580
44 1610 88 1369 132 1845
De prijzen kunnen worden afgehaald Scha-
genstraat 77. Prijzen die binnen 21 dagen niet
zijn afgehaald, vervallen aan de vereeniging.
S.v.p. niet op Zondagen afhalen.
OPENING RECLAME-ATELIER
„KLEUREN-HARMONIE".
Reclame-cursussen onder leiding van
den heer Winkels.
De heer K. H. Winkels, de bekende reclame
ontwerper voor tal van Heldersche zaken en
wiens prestaties meermalen opvallend van
smaak en originaliteit zijn, heeft besloten
over te gaan tot het oprichten van een
Reclame-atelier, door hem genoemd „Kleuren-
harmonie" en hetwelk gevestigd is op West
straat no. 79.
De heer Winkels heeft het direct maar flink
aangepakt en besloten tot het vormen van een
3-tal cursussen, welke aanvankelijk een half
jaar zullen duren.
Ten eerste is daar een Winkeliers-cursus,
ten tweede een cursus tot opleiding van win
kelpersoneel en ten derde een dagcursus voor
jongelui welke zich wenschen te specialiseeren
op dit gebied.
De deelnemers en deelneemsters zgn in de
gelegenheid de door hen gedane kennis reeds
dadelijk in de practijk te brengen in een aan
tal Heldersche zaken, terwijl op alle cursus
sen onderwijs gegeven wordt, bijv. in verf
spuiten, cliché-ontwerpen, étalage-inrichting,
lichtreclame, tout court, in alles, waar de toe
komstige verkooper of reclame-expert in
dezen tijd bedreven in MOET zijn.
Het zou ons niet verwonderen indien deze
qursussen voor étaleur, décorateur en reclame
schilder succes zullen boeken: ten eerste is
goed reclame-werk met name in dezen tijd
een primaire vereischte voor den verkooper
en ten tweede garandeert de naam Winkels
den toekomstige leerlingen een grondige op
leiding,
I Voor alle bijzonderheden, deze dag- en
avondcursussen betreffende, verwijzen wij
naar de advertentie, welke in dit blad opge
nomen werd.
Beleediging.
Door een bewoner van de Middenstraat werd
klacht gedaan, dat hij is beleedigd door een
hem onbekend persoon.
Rgwiel no. zooveel.
Door een marineschepeling werd aangifte
gedaan van vermissing van zijn rijwiel uit een
rijwielrek nabij de Schutsluis.
Zóó jong en reeds verdorven.
Door de politie werd een jongen aangehou
den, die zich had schuldig gemaakt aan ver
duistering van gelden ten nadeele van zijn
werkgever. Na zijn verhoor waarbij hij be
kende het feit te hebben gepleegd, is hij heen
gezonden.
De roekelooze.
'ii
Werd telefonisch kennisgegeven dat een
bestuurder van een personenauto door roeke
loos rijden bijna twee wielrijders had aange-
zjec^eji. Een onderzoek wordt ingesteld.
v
Waar is de taschf
Door een bewoonster van de Weezenstraat
werd aangifte gedaan van vermissing van
haar tasch, welke zg bij haar rijwiel in de
duinen had geplaatst.
In kenneljjken staat.
Door de politie werd een persoon, die in
kennelijken staat van dronkenschap verkeer
de, ter ontnuchtering in bewaring gesteld.
Ontucht met minderjarigen.
Door de politie is tegen een tweetal inwo
ners dezer gemeente proces-verbaal opgemaakt
wegens het plegen van niet nader te noemen
handelingen met een minderjarige. Een hun
ner is naar het huis van bewaring te Alkmaar
overgebracht.
Eveneens werd door de politie aangehouden
en in arrest gesteld een persoon, die de voor
melde handelingen met ongeveer een 10-tal
minderjarigen had gepleegd. Ook hij zal ter
beschikking van de justitie worden gesteld.
De heer W. A. Boot te Woubrugge houdt
in de N.Rt.Ct. een pleidooi voor den aanbouw
van nieuwe schepen voor onze visschersvloot,
zoowel voor de kustvisscherij als voor de uit
gebreide vaart. Hiervoor zou, volgens hem,
het werkfonds zich kunnen interesseeren.
De heer Boot is, als we ons niet vergissen,
geïnteresseerd bg den scheepsbouw, zoodat
ook hiermee het belang van zijn scheepswerf
zou zijn gediend. Maar dat neemt niet weg,
dat tevens hiermee het visschersbedrijf kan
worden gediend.
Herhaaldelijk schreven ook wij, dat gestreefd
moet worden naar vernieuwing van onze vis
schersvloot. We meenden, dat te zien in uit
breiding van de kottervloot met daarnaast
enkele grootere schepen, op de modernste
wijze ingericht, die zouden kunnen zorgen voor
den aanvoer van de rondvisch, dus de noor
delijkste wateren zouden moeten kunnen be-
visschen.
Al zou het niet kwaad zijn, dat het werk
fonds hierbij werd ingeschakeld, toch zou ook
de industrie-financiering hierbg kunnen wor
den betrokken.
Wanneer dit instituut zou willen zorgen voor
verstrekking van crediet op langen termijn, met
een lagen rentevoet, zou het risico van crediet-
verstrekking uiterst gering zijn, omdat de
credietnemer al zijn kracht zou inspannen om
zoo spoedig mogelijk van dit op zijn bedrijf
drukkende crediet ontheven te worden.
Men weet, dat van verschillende kanten
(kortelings ook weer door de vischhandelaren-
vereeniging „De Eendracht" te Amsterdam)
wordt aangedrongen op aanvoer van meer
rondvisch. Men liet sterk blijken, dat invoer
van Deensche en Noorsche visch op uitgebrei
der voet diende plaats te hebben, als de aan
voer te IJmuiden onvoldoende plaats had.
Zoo dus te IJmuiden wel voldoende aanvoer
van deze vischsoort zou zijn, zou de roep om
buitenlandsche visch hierdoor verstommen.
De bevoegde instanties mogen wel ernstig
gaan luisteren naar dit steeds krachtiger wor
dende geluid, want het voortbestaan van ons
bg uitstek vaderlandsch visscherij bedrijf is
hiermee voor een groot deel gemoeid.
Op de vragenlijst van de Ned. Visscherg-
Centrale naar den toestand bij de kleinhande
laren in het vischbedrgf (en ook bg den groot
handel) komt ook deze vraag voor: Kunt U
nog bepaalde gegevens, welke van belang
kunnen zijn, mededeelen, b.v. op welke wijze
Uws inziens verbetering is te brengen in de
bestaande wgze van distributie, of het visch
verbruik in uw rayon verhoogd kan worden
en zoo ja, op welke wijze.
Onder deze kleinhandelaren hebben we ons
oor te luisteren gelegd en in groote trek
ken kregen we den indruk hoe men deze
vraag zou beantwoorden:
In de eerste plaats verlaging van heffing
op bakolie en boter; daarnaast uitbreiding van
onze kustvloot met snurrevaadvisscherij; dan
ruimere voorziening van rondvisch (door aan
bouw van daarvoor geschikte schepen).
Ook deze belanghebbenden zien dus in het
wat anders inrichten van onze vloot verbete
ring in het bedrijf.
En deze meening was tamelijk algemeen,
Nu straks de ingevulde vragenlijsten zullen
zijn binnen gekomen bg de Visscherij-Centrale,
waardoor dus een overzichtelijk geheel zal zijn
verkregen, zal men hopelijk tot de conclusie
komen, dat er iets concreets moet worden ge
ri^an De Minister, die een open oog heeft
voor het vischbedrijf, kan dan daaruit waar
schijnlijk het besluit nemen, gelden te voteeren
(desnoods met inschakeling van andere in
stanties) om de andere inrichting der vloot
mogelijk te maken.
De heer Boot wijst er op, dat daardoor ook
in den scheepsbouw wat opleving kan komen
hetgeen natuurlijk van beteekenis is
maar tevens kan er een opleving worden ge
bracht in het visschersbedrijf.
Wanneer hierdoor de aanvoer van visch kan
worden opgevoerd, is men natuurlijk nog niet
tot een resultaat gekomen, want voor den
grooteren aanvoer dient ook een geregelde
afname te zijn, daar anders de visschers
(reeders) hiervan de dupe zouden kunnen
worden. De handel dient daarom in het be-
langencomplex te worden ingelascht. Dit kan
in de eerste plaats worden verkregen, wan
neer klein- en groothandel zich nauwer met
elkaar verstaan. Immers thans komt het her
haaldelijk voor, dat de venters geen negotie
hebben, hetzij wegens te geringen aanvoer,
hetzij omdat de prijzen zoodanig zgn, dat er
geen voldoende afname is.
Zou het zoover kunnen komen, dat er eenige
stabiliteit in de vischprijzen zou kunnen wor
den verkregen, dan zal dat zeker stimuleerend
werken op de afname. Lang niet gemakkelijk
zal deze overeenstemming tusschen visscherij
en handel zijn te bereiken, maar, als men het
belang van alle groepen in het oog houdt, zal
het toch eenmaal zoo ver moeten komen, wil
men aan vele handen werk en brood geven.
Er is contact tusschen klein- en groothandel
gelegd, er is contact tusschen sommige ree
ders en handelaren. De eerste stoot in de goede
richting is gegeven, het komt er nu op aan
in goodwill dit verder uit te bouwen.
Maar om nog even terug te komen op het
verlangen tot uitbreiding van de snurrevaad,
levende bij den kleinhandel. Dit vindt zijn
grond hierin, dat met deze visscherij een
prachtig soort visch wordt aangebracht.
Bovendien blijken de besommingen van deze
visscherij in den regel ver uit te gaan boven
die van de andere kustvisschers, zoodat er
eigenlijk alles voor te zeggen is om tot uit
breiding van een dergelijke vloot te komen.
Een belemmering is het ontbreken van
financien, zoodat het inderdaad tijd wordt, dat
er een weg wordt gevonden, dat hierin kan
worden voorzien.
Het geld zou zeer nuttig zijn besteed.
Ook in Engeland legt men zich meer en
meer toe op deze wijze van visschen en dit zal
wel gekomen zijn omdat het resultaat er mee
gunstiger is dan met de oude vischmethode.
In de wintermaanden, wanneer de snurre
vaad moeilijker kan worden uitgevoerd, zou de
treilvangst kunnen worden uitgeoefend.
Tweeërlei uitrusting zou dus noodig zijn en
ook hiermee diende dan rekening te worden
gehouden.
Er was deze week een trawler, die een
besomming had van over de 5000 gulden. Der
gelijke reizen doen weer wat optimisme ont
staan en er blijkt uit, dat, onder bepaalde om
standigheden, het visscherijbedrijf nog wel
mogelijkheid van bestaan biedt.
Deze week brachten weer ruimere aalvang
sten in het IJselmeer. Gemiddelde vangsten van
over de honderd pond en meer waren geen
zeldzaamheid.
De prijzen wisten zich goed te handhaven.
Het blijkt al meer en meer, dat de aalvis-
scherij voor de visschers nog de eenige soort
visscherij is, die, zij het dan tijdelijk wat ver
dienste weet te bezorgen.
De opbrengsten van de andere soorten vis
schen, welke er nog zijn of die zich langzamer
hand daar vestigen, mag nog van geen betee
kenis worden genoemd.
Het rekwest der Duitsche gees
telijken.
De Nw. Rott. Crt. schrijft:
Het rekwest, dat de leiders der bgbelsche
richting in de Duitsche Evangelische Kerk tot
Hitier hebben gericht, is nu in de Basler Nach-
richten gepubliceerd. Lang is het bestaan er
van geheim gebleven. Toen er iets van uitlekte,
wist men reeds, dat het stuk den dictator nooit
bereikt had. En ook daarna had men nog geen
nauwkeurige inlichtingen kunnen verkrijgen
over den volledigen inhoud. Nu wg van dien
inhoud hebben kennis genomen, begrijpen wg
zeer wel die voorzichtigheid. Het rekwest is de
noodkreet van ernstige en voorzichtige, maar
tegelijk ook onvervaarde mannen in de uiterste,
geestelijke benauwenis. Zij voelen zich als hoe
ders van de moraal van hun volk, niet enkel
als herders van hun eigen kudde. En als zoo
danig hebben zij gesproken. Als men hun stuk
leest, gaat men zich afvragen in welken tijd
wij leven, nu een dergelijk vertoog, vertrouwe
lijk aan het hoofd van den staat toegezonden,
als een uiting van grooten moed, ja, van ver
metelheid moet worden beschouwd. Als men de
„vrijmoedigheid" van deze woorden beziet in
het licht van onze opvattingen van vrijheid van
spreken en denken, dan wordt het nog moei
lijker te begrijpen wat er in en met onze wereld
is geschied. En zoo is hèt waarlijk niet in
Duitschland alleen. In Duitschland echter treft
het ons te feller, om het geestelijk verleden van
het volk, en om de geestelijke krachten, die er
nog steeds in aanwezig moeten zijn. Dat dit
laatste geen overdreven optimisme is, blijkt
vooral nu wg den inhoud van het stuk kennen.
Het verwonderlijke is vooral, dat alleen de
Duitsche Evangelische Kerk, en nergens de zoo
trotsche, Duitsche wetenschap tot een der
gelijke daad den moed heeft gevonden. De, in
net tegenwoordige Duitschland onvergelgkelgk
Raads-kauwgom.
Van groote verscheidenheid zijn de impres^
sies, Dinsdagavond in het Raadhuizelijk Slot
aan het walmend Kerkgrachtje opgedaan en
daar we deze week slechts te kiezen hebben
tusschen de Kom-mer-mer-Zeeslang en den
Raad zullen we trachten in deze regelen
enkele scheuten van dien overvloed te gieten.
Tot Aangename Verpoozing En Nuttige
Uitspanning.
Het is, u zult het beslistelijk gelezen heb
ben in uw lijfblad, een zitting geworden van
groot kaliber, een zitting waarin door de
leden recordprestaties gepleegd zgn inzake
„babbelzucht". Eenige hebben het zelfs be
staan hun 6-dagen-record met enkele volzinnen
te verbeteren. Hulde, gij pioniers van het
gulden woord. Driewerf hulde.
Het schellinkie was vol. Boordevol met
lieden, die, wat men zoo noemt, geladen
waren. Reeds in de vestibule hadden de
raadspaladijnen de Ruiter en Bels zich twee
maal verslikt over deze opkomst, die iedere
verwachting tartte en het had er den schijn
van of het hier een gratis-bioscoopje gold.
Het beloofde wat...
Er zijn Dinsdagavond rare dingen gezegd,
en het kwam ons voor, dat de juffrouw „Die
Leidt", vele malen gebloosd heeft om zooveel,
ja vul zelf maar verder in
Vooral 's-heeren Schoeffelenberger's tong
sloeg roffels en hij sprak dien avond méér,
zij het niet beter dan Brugman. Het bleek dat
er ditmaal ook bij hem geen sprake was van
NAT VUURWERK, integendeel, het was
droog als pulver en brandde als een lier; het
knalde, en siste en plofte en ratelde en gierde.
De vuurwerk-critiek was toomeloos en spaar
de noch ontzag niemand. Als Nemesis zelve
zat spreker daar, en deed z'n veiligheidsklep
waarlijk klapperen van over-druk.
Daarbij willen wij aanteekenen, dat enkele
bona-fide raadsleden (dit zijn de kalme, wel
te verstaan!) volkomen uit het lood geslagen
waren door zooveel spraakwater, en dat het
College enkele malen 's heeren Schoeff's
through passes handig out-side wisten te
trappen.
't Schellinkje genoot, 't Kreunde van ple-
zanterie over zooveel kennis en on-kennis
van zaken. Daar haalde geen Wild-West-Tom-
Mix-film bij. En de zitting ebde voort... soms
wel eens met puntige en ad remme opmer
kingen, maar ook dikwijls taai, taai als stop
verf, als een in de zon gelegen nougat-blok,
als kauwgom!
Inmiddels gingen de uren voorbij... en
paladijn de Ruiter als soigneur van het pele-
ton liep het vuur uit z'n sloffen om toch
maar voldoende water te putten en den
praat-varen over te reiken. Er is dien avond
minstens 300 liter vocht verwerkt.
De zaal zelf lag, gezien van de perstafel,
achter een rookgordijn verborgen, veroor
zaakt door de met groote energie verrookte
raads-sigaren (welke „Ritmeestertjes" de
voorzitter blijkbaar niet prefereert) zoodat,
toen op een gegeven moment de heer Uithol
de balcondeuren open smeet en het zicht wat
opklaarde, bleek dat vele leden reeds „uit
geteld" waren, althans lang niet fit genoeg
meer waren om oppositie te voeren. Enkelen
spraken echter door, zij het met rauwe kelen,
gescheurde lippen en druipende voorhoofden.
Dat waren de gebroeders Boogaard, en
Schoeffelengerger en een eere-saluut voor dit
uithoudingsvermogen zij hier op de juiste
plaats.
Om half twaalf liep het publiek weg en
het speet ons, dat er niet, net als in de
Tivoli zoo'n bordje geprojecteerd kon worden
met erop: „Welterusten". Nu liep men nog
mopperend weg ook, terwijl het College vree-
selijk kwaad keek en paladijn Bels als een
Abessijnen-hoofdman de supporters bezwoer,
zich kalm te houden.
Inmiddels vlogen de resteerende voorstel
len er door. We maken ons sterk, dat, al had
het College een miljard gevraagd het dit ge
kregen had. Men was öp!
Het einde kwam en toen we 't slagveld
overzagen bleek, dat het meerendeel in die
5 uren behept geworden was met een schor1
stemgeluid, met tranende rook-oogen en een
water-buik.
En thans moeten wij ons helaas aan eenige
kleine indiscreties bezoedelen. We KUNNEN
ze echter niet verzwijgen, ook al wilden we
het...
In het ruikend-duister van de Kerkgracht
zagen we hoe 2 uitgesproken Hollandsche
meisjes den heer Steenlage om den hals vielen
en hoe vervolgens het trio arm-in-arm huis
waarts toog. Spreker had dit trouwens ver
diend aan haar.
Vervolgens zagen we dat de heer Boogaard,
in toorn nog steeds ontstoken, spinnijdig
twee handen modder-en-bagger uit het Stink-
kanaaltje opdiepte en die op het bordes van
het Raadhuis smeet (als symbolisch protest).
En hoe de heer Schoeffelenberger met een
wanhopig gebaar zijn Handleiding van Dal-
meijer's Volks-Universiteit „Hoe leer Ik in
het Openbaar spreken?" in de wateren van
weer hetzelfde grachtje deed ploffen, daar
mede heel inconsekwent dit „met-de-hand-
dempende"
En tenslotte, hoe de heer Van Loo, wan
trouwig achteromziende, of niemand het zag,
in het spiegelglas van de eerste de beste
étalage loerde, teneinde te zien of er WEER
slaapluizen aanwezig waren. En nog NEt
konden we zien, dat ze er NIET waren.
Hulde!
En thans mijne heeren: prettige vacantie
en: sans rancune!
sterke, moreele kracht, die het bijbelsche pro-
testantsohe christendom daarmede wederom
aan den dag heeft gelegd, moet een bescha-
ming zijn voor allen, die vroeger meer dan de
evangelische geestelijkheid van moreelen moed
moed van overtuiging hebben gesproken!
en