Brief
voor Indië
Marine-brieven uit Indiê
T JTJTTERTJE
ZATERDAG 19 SEPTEMBFR 1936
PAG. 5
4
dat het hoofdzakelijk gaat om het pret-
maken zelf en dat de reden daartoe weinig
gewicht in de schaal legt... Tot op zekere
hoogte is dat natuurlijk wel het geval,
maar men overdrijve de zaak niet: Van
oudsher heeft de Amsterdamsche bevol
king zich gekenmerkt door een groote
verknochtheid aan ons Vorstenhuis, en al
mogen de laatste decennnia democratie en
demagogie een beetje aan die geknochtheid
geknaagd hebben de echte Amsterdam
mer is en blijft in zijn hart „Oranjeklant"
en zal in voorkomende gevallen malgré
lui desnoods! daarvan getuigenis afleg
gen! De officieele viering der vorstelijke
verloving j.1. Zaterdag en vooral ook de
dag van Donderdag 17 September, waarop
hte „vorstelijk paar" zich aan de Amster
damsche burgerij kwam voorstellen, heb
ben duidelijk gedemonstreerd, hoezeer
breede lagen der bevolking in deze jubel
dagen met ons vorstenhuis medeleven,
vooral natuurlijk ook omdat de recht-
streeksche aanleiding tot de feestvreugde
een feit is, dat zoo direct tot het mensche-
lijk hart spreekt en waaraan de „politiek"
grootendeels vreemd is...
Overigens mag het geen verwondering
wekken, dat de „feestviering" zich ook
ditmaal weder in veie opzichten geken
merkt heetf door het traditioneele en toch
altijd weer bekoorlijke primitivisme, dat
de „volksmassa", en speciaal de Amster
damsche, in zulke gevallen aan den dag
pleegt te leggen een primitivisme, dat
soms op verrassende wijze totaal onverge
lijkbare grootheden combineert en diepe
ideologische kloven overbrugt, dat b.v.
bij een gelegenheid als deze liedjes doet
schallen, waarin van allerlei geografische
aanduidingen als b.v. „de Zaan" en van
allerlei nuttige instellingen van algemeen
gemak, zooals b.v. de „kattenbakcentrale"
gerept wordt, zonder dat daarmede na
tuurlijk ook maar iets oneerbiedigs wordt
bedoeld! Men dient ten opzichte van zulke
dingen natuurlijk wat toegeeflijk te zijn en
zoowel de (onbewuste) humor als de ge
moedelijkheid ervan te apprecieeren.
Betreurenswaardige doublure.
Stellig niet gemoedelijk integendeel
betreurenswaardig is een feit, dat zich
dezer dagen in de Amsterdamsche tooneel-
wereld heeft afgespeeld: twee tooneelge-
zelschappen brachten in twee verschillende
theaters tegelijkertijd hetzelfde stuk onder
een verschillende benaming. Het betrof een
Amerikaanschè klucht een soort charge
op toestanden in de filmwereld niet be
paald een „eerste rangs"-stuk en ook niet
qua inhoud van bijzondere importantie,
maar toch alleszins het aanschouwen en
aanhooren waard. Het Amsterdamsch too-
neel bracht dit stuk in den Stadsschouw
burg onder de benaming „Happy" en twee
dagen later gaf het gezelschap van Cees
Laseur de „première" van hetzelfde stuk
in het Centraal Theater, hier onder den
titel „Boy meets girl" (Een jongen ont
moet een meisje). Naar in de pers verze
kerd werd, is deze „doublure" in zekeren
zin aan toeval toe te schrijven en zou bij
geen der gezelschappen „kwade trouw"
hebben voorgezten. Voor Amerikaansche
stukken behoeft, gelijk bekend, geen au
teursrecht betaald te worden, daar Ame
rika niet is aangesloten bij de Berner Con
ventie. Beide gezelschappen nu zouden,
onafhankelijk van elkaar en onkundig van
de voornemens der andere partij, dit stuk
in studie hebben genomen en eerst met
eikaars plannen bekend zijn geworden,
toen de voorbereiding al zeer ver gevor
derd was, de decors waren ontworpen en
uitgevoerd enzDat in dat stadium
geen van beide gezelschappen er voor
voelde, zijn moeiten en kosten ongedaan
te maken is, tot op zekere hoogte, te be
grijpen en te verontschuldigen. Maar niet
temin blijft het een betreurenswaardig
feit, dat zich heeft voorgedaan.
Nu is het niet bepaald een unicum, dat
twee gezelschappen tegelijk, of althans
ongeveer op hetzelfde tijdstip, eenzelfde
stuk brengen. Afgezien van de klassieke
en eenige „kasstukken" van jongen datum,
die min of meer geregeld door diverse
tooneelgezelschappen worden opgevoerd, is
het ook al eerder voorgekomen, dat een
.■nieuw stuk" ongeveer gelijktijdig door
verschillende gezelschappen voor het voet
licht werd gebracht. O.a. geschiedde dat
indertijd met „Het proces van Mary Du-
gan", waar niet minder dan vier gezel
schappen gelijktijdig op aanvielen...
Wanneer het nu gaat om een stuk, dat
nsin of meer als „thriller" betiteld kan
worden en kwaliteiten heeft, die het een
„lang en intensief leven" schijnen te waar-
horgen, dan kan zulk een veelvoudige op
voering nog door den beugel (om dezelfde
reden, waarom er stellig geeq bezwaar
tegen is, dat een nieuwe film van Charley
Chaplin of Gretha Carbo gelijktijdig in
meerdere bioscopen wordt afgedraaid!) al
lijkt ook dan een concours van vier gezel
schappen wel wat overdadigHappy of
..Boy meets girl" hoe men het stuk dan
noemen wil! is echter, zooals gezegd,
niet een stuk van zóó verdragende impor-
tatie. Het is een stuk, dat er „zijn" mag
en dat bij een goede opvoering „wat geld
in het la-tje" kan brengen, maar twee
varkens maken de spoeling al eenigszins
dun, wat in onzen tijd met zijn „noodlij
dend" tooneel stellig geen aanbeveling
verdiend! Daar komt dan nog bij, dat het
gebruik van tweeërlei titel verwarrend is
en een zeker aantal schouwburgbezoekers
een desillusie kan bezorgen!... Van twee
kanten beschouwd valt het gebeurde dus
af te keuren en vooral aan het begin van
het seizoen maakt een dergelijk feit een
alles behalve „fraaien" indruk.
„Heb je dien brief gepost, die op mijn
bureau lag?"
„Zeker, mijnheer."
„Idioot. Zag je niet, dat er geen adres op
stond?"
„Zeker, mijnheer, maar ik dacht dat u
dat met opzet gedaan had omdat ik niet
mocht weten aan wie u geschreven had."
GOUDMIJN GEVONDEN IN ENGELAND
Na twee jaren zoeken is thans in Wales,
en wel in de nabijheid van het plaatsje
Ogopau in goud groote hoeveelheid gevon
den. Het goud wordt zuiverder, hoe dieper
men in de aarde dringt. Op 80 meter
diepte bedraagt het reeds één en één derde
ons per ton kwarts. Zelfs het leisteen, dat
men in den bodem vindt, is goudhoudend.
Ook platina is, hoewel in zeer kleine hoe
veelheid, gevonden.
Proefboringen hebben verder uitge
maakt, dat de goudaderen tot 150 meter
diepte gaan. Engeland bezit dus de groot
ste goudgroeve in Europa. Uit oude ge
schriften heeft men kunnen nagaan, dat
reeds de oude Romeinen op dezelfde plaats
in Wales, waar thans de goudader is ge-
vinden, naar edel metaal zochten, doch
het niet vonden. De werkzaamheden In de
goudgroeve van Wales heeft overigens
tweehonderd arbeiders aan werk geholpen.
TOKIO STRIJDT TEGEN DEN
ZELFMOORD.
De wolkenkrabbers worden
bewaakt!
De levensmoeden in de Japansche hoofd
stad hebben een plaats, waar zij met voor
liefde een einde aan hun leven maken:
dat is n.1. de hoogste wolkenkrabber van
Tokio. Van het dak van dezen wolken
krabber zijn in de laatste vijf a zes jaren
reeds heel wat menschen naar omlaag ge
stort. In 1931 waren het 18 mannen en
7 vrouwen, in 1922 22 en 14, in 1933 in
totaal 25, in 1934 16 en in het vorig jaar 20.
In dit jaar zal het aantal zelfmoorden
minder groot zijn, daar de overheid alle
maatregelen in het werk stelt, om dit
schrikbarend aantal te doen afnemen.
O.a. maakt men het den zelfmoordenaars
onmogelijk, door alle groote gebouwen van
Tokio te bewaken en den toegang tot de
daken te versperren. In het hoogste ge
bouw van Tokio zetelen enkele directies
van groote Japansche industrieën en ver
der worden de bovenste etages aan parti
culieren verhuurd. De daktuin, die een
groote opervlakte heeft, is door de politie
met prikkeldraad en tralies omzoomd, ter
wijl er dag en nacht twee wakers rond-
loopen. Alleen zij, die permissie hebben,
mogen den daktuin bezoeken.
Dat de maatregelen baat vinden blijkt
wel uit het feit, dat er zich in het afge-
loopen jaar 1936 nog geen enkel geval van
zelfmoord heeft voorgedaan, tenminste
niet vanaf den wolkenkrabber.
In Tokio hebben enkele filantropen een
instituut opgericht, waar levensmoede
menschen worden opgenomen en zorgzaam
worden verpleegd. Aan het hoofd van dit
instituut staat Dr. Rinosuke Kobayashi,
een zenuwarts van internationale ver
maardheid en een sociaal-denkend mensch.
Menigeen, die zich levensmoede gevoelde
en in deze instelling zijn troost zocht,
heeft de bekwame geneesheer gezond ge
maakt naar geest en lichaam.
Beste Jaap.
Je zit nu lang genoeg in het oude land,
om weer eens iets uit Jan Oost te hooren.^
Als je te spoedig berichten krijgt ben je
nog niet vrij van de gedachte, dat er met
liet thuisvaren eens iets niet in orde zou
zijn en dat je misschien toch weer terug
geroepen wordt.
Inmiddels zal deze vrees nu wel ge
weken zijn, zoodat ik besloot maar van wal
te steken.
De belangrijkste gebeurtenis na je ver
trek vormen wel de Vlootdagen. Je weet,
dat er in Maart al plannen in de pen
waren om naar buitenlandsch voorbeeld de
band tusschen marine en burgerij meer
daadwerkelijk te versterken. De Navy-
weeks in Engeland en de Duitsche Marine-
Volkswoche, die eens per jaar gehouden
worden, doen deze marines veel goed en
versterken de gedachte, dat voor een zelf
standig volksbestaan een weermacht noodig
is; en wat meer is zij doen de menschen
zien dat deze weermacht voor haar taak is
berekend, zij weerspreken op de beste ma
nier alle laag bij de grondsche kritiek, die
voor een weermacht zoo fnuikend is.
Aangezien het plan voor ons nieuw was
werd de uitvoering aan een commissie op
gedragen, die de plannen tot in alle
details uitwerkte.
Zoo werden dan 21, 22 en 23 Augustus
de Vlootdagen gehouden, die naar una
niem oordeel in alle opzichten geslaagd
zijn. Zelden hoorde men zoowel in als buiten
de marine met zooveel lof en vpldoening
over een dergelijke gebeurtenis spreken.
Het programma omvatte in groote lijnen
het bezichtigen van schepen, van het vlieg
kamp en van een marine-tentoonstelling in
de nieuwe jagersloods op Vrijdag en Zon
dag, terwijl de Zaterdag tot „vaardag"
werd gekozen.
De belangstelling was ongehoord groot.
Vrijdag en Zaterdag waren bestemd voor
het Europeesche publiek en dit meldde zich
Beste Jan,
Dezer dagen kreeg ik bericht, dat ik in
het Haagje geplaatst bent en nu moet ik
toch heusch ophouden met Marine brieven
over Indië te schrijven. Ik hoop nu regel
matig zoo de gebeurtenissen hier in het
koude land te beschrijven dan hebben jul
lie daar in Indië ook wat aan, want er
zijn zoo van allerlei dingen waar je in
Indië in de Hollandsche kranten overheen
leest en die wij hier in Holland altijd nog
wel een pietsie belangrijk vinden. Natuur
lijk kan ik niet zoo uitgebreid over onze
Marine schrijven omdat ik nu eenmaal niet
in Den Helder zit, maar zoodra ik er iets
over onze Navy bij kan halen dan kun je
ervan opaan dat ik het ook in mijn brieven
vertellen zal. Op deze manier verlies ik
dan ook het contact niet met Indië en sta
ik over een paar jaar als we onze barring
weer aan de goede zorg van de Geus over
moeten dragen daar aan de Perakkade
niet als een kat in een vreemd pakhuis,
zooals dat de vorige maal bij het begin
van mijn 2e term wel het geval was.
Den Haag viert nog steeds feest van
wege de verloving van Onze Prinses.
Reusachtig man wat kunnen de menschen
hier feesten. Zaterdagmiddag stond ik in
een tiendubbele haag om den optocht
voorbij te zien trekken, die langs het pa
leis ging.
Het was tevens sluiting van het zit
tingsjaar van de Kamer. We keken onze
oogen uit naar een leege galakoets van het
hof. Dergelijke fraaie wagens zien jullie in
Indië niet, maar ik denk wel dat ze een
overweldigende indruk op den Inlander
zouden maken met al dat goud en rood,
die vergulde statiebokken en die koetsiers
met driekante steek op. 's Avonds was het
nog tot in den nacht feest in de stad met
allerlei kunstemakers, ronzebonzen, apen
in de lantaarnpalen en alle café's stamp
en stamp vol. Een echte gezellige tijd in
het Haagje op het oogenblik, hoor. De
Prinses en Prins Bemard begeven zich
soms gewoon onder het publiek. Reeds
tweemaal gingen Ze de Cineac bezoeken,
waar hun huldiging vertoond werd. Soms
bemerkt het publiek het niet dadelijk. Zoo
b.v. gisteren werd het jonge Paar door een
paar bloemetjesverkoopsters op straat
aangehouden of ze een speldje wilden
koopen en toen de Prins dat voor Hem en
de Prinses deed werden ze pas herkend.
Maandagavond was het vuurwerk op
het Malieveld. Een hoop publiek kerel,
zooals ik nog nooit bij elkaar gezien heb.
We kwamen op een gegeven moment in
het gedrang. Dat was een warm oogenblik.
Ik zou byna zeggen „gelukkig" viel er bij
vrywel in zijn geheel aan. De plaatsruimte
aan boord van de schepen maakte het
noodig om voor het medevaren een limiet
te stellen en het zal je misschien interes
seeren dat er 1500 menschen medevoeren,
terwijl er nog een duizendtal teleurgesteld
moesten worden.
Het was een trotsch gezicht om weer
twee kruisers in kiellinie het Westgat uit
te zien stoomen, en ik geef je de verzeke
ring dat de oefeningen, die als demonstra
tie werden gehouden, niet tot de eenvou-
digsten behoorden. Het programma om
vatte alles wat bij een oefeningsreis ook
gebeurt, lanceeren van jagers en onderzee
booten, bomaanvallen van vliegtuigen met
luchtafweer, mijnenleggen enz., enz., tot
het strijken van vliegtuigen met vaart-
loopend schip toe. Alles verliep in de punt
jes, feilloos en buitengewoon vlot. Typisch
was de opmerking, die ik van een vooraan
staand Soerabajaan beluisterde, van iemand
die naar mij bekend, reeds het een en
ander van de wereld zag: „Nu zijn we zes
uren aan boord geweest", zoo hoorde ik
hem zeggen, „en we hebben ons geen mi
nuut verveeld."
Man, je moest eens zien hoe ze in de
snert en de boontjes hapten, de kombuis
kon het nauwelijks bijhouden.
Op alle schepen was een loudspeaker
aangebracht, waardoor alle te verwachten
oefeningen van te voren werden aange
geven. Als er b.v. een onderzeebootaanval
werd aangekondigd renden alle gasten naar
de zijde waar de torpedo zou komen, terwijl
de „Han Hollanders" door de radio het
resultaat vermelden.
Het was een vruchtbaren dag en ik
meen dat hier wel iets van zal blijven
hangen, als staat de barometer voor het
oogenblik ongunstig. Wij zullen moed
houden.
Over de andere dagen, die eveneens zeer
insloegen, een volgend maal.
Saluut, Piet,
ons in de buurt een juffrouw flauw, waar
door de omstanders een beetje schrokken,
de politie er aan te pas kwam en we door
een „gaatje" eruit konden komen. Ja, ik
moet ook een beetje wennen aan de groote
stad hoor. Altijd gewend om in de Jutterij
te wezen of Soerabaja en in zoo'n Indische
stad is altijd nog wel de ruimte en is
bovendien niet zooveel publiek op de been-
Dinsdag jl. was het Prinsjesdag, opening
van de Staten Generaal.
Het was een record opkomst van het
publiek waar ik me, gezien de ervaringen
van de vuurwerk-avond maar niet teveel
aan gewaagd heb. Het moet anders prach
tig geweest zijn, trouwens jullie hebben
dat ook in de radio kunnen hooren. Zooals
je waarschijnlijk weet, staan bij de ingang
van de Kamers de adjudanten in buiten
gewone dienst van Hare Majesteit, onze
Koningin op te wachten. Hierbij waren o.a,
onze oud Commandant van de „Zeven Pro
vinciën, tevens oud-vlootvoogd admiraal
ten Breecke Hoekstra en overste Termij-
telen, eerst kortelings uit Indië terugge
keerd, waar Z.H.E.G. Commandant van
een der mijnenlegers was. Ook de nieuwe
adjudant van Hare Majesteit, luitenant ter
zee van Holthe, was aldaar aanwezig.
Dezer dagen kwamen zich op het mini
sterie van Defensie melden, de nieuwe be
noemde en pas beëedigde officieren van de
Zeemacht. Zij teekenden ook de felicitatie-
registers ten paleize, wat een zeer aardig
moment was daar aan het Noordeinde.
O ja, ik vergat nog te zeggen dat bij de
opening van de Staten Generaal, de mari
niers de eerewacht vormden.
Kolonel Dorren was eveneens aanwezig,
terwijl ik door de radio de stem van den
compagnies Commandant, als die van
Kapitein van Gijn herkende. Misschien dat
het jou daar 's avonds aan de radio ook
is opgevallen.
Trouwens zoo juist hoor ik ook bij het
verslaan van de blijde inkomste van de
Koningin, de Prinses en Haar Verloofde
in Amsterdam, dat op de Dam ook mari
niers aanwezig waren. Die „soldaten" van
ons daar kunnen we toch maar mee voor
den dag komen.
Bij jullie heeft op het oogenblik de wis
seling van de landvoogdij plaats gehad. Ik
las en zag in de luchtpostbrieven en kieken
dat collega van Vreeswijk zich als adjudant
geweerd heeft. De jagers gaven aan den
nieuwen Gouverneur Generaal escorte
vanaf Sabang, en deden ook Excellentie
de Jonge uitgeleidde. Dat zijn van die
extra tripje die je meemaakt en die je
term wat doen opschieten.
En nu weet ik niets meer te vertellen
kerel.
Saluut hoor, ik hoop dat deze manier van
brieven in jullie smaak zal vallen. Zoo ja,
dan zal ik er mee doorgaan.
HENK.