Buitenlandsch Overzicht.
DAGBLAD
Volkenbondsraad
geopend.
GOEDKOOPSTE
CHINA
NIEUWSBLAD VOOR DEN HELDER, KOEGRAS, TEXEL, WEERINGEN EN ANNA PAULOWNA
REIST PER WACO-
Heldersche Courant
van nederland
Ho. 7809
EERSTE BLAD
DINSDAG 21 SEPTEMBER 1936
64ste JAARGANG
AUTOB U S DlE N STE N
naar HOORN, EDAM, AMSTERDAM
en GEHEEL WEST-FRIESLAND
De geloofsvervolging in
Sowjet-Rusland.
Een beroep op den Volkenb>'d.
De groote manoeuvres van het
Duitsche leger.
Aankoop in België voor wapenen
in Spanje?
De geloofsbrieven der
Abessijnen.
Neem 'n AKKERTJE
Opiumkwestie in den
Volkenbondsraad.
De Abessijnsche geloofsbrieven.
Eden en Blum zijn het eens.
ZIE BIJZONDERHEDEN OP PAGINA 5
Ook uitbreiding van den dienst
plicht in Polen.
De koloniale aanspraken van Polen
feuilleton
EEN
IN
B B E N B O LT
COURANT
Abonnement per 3 maanden bij vooruitbet: Heldereche Courant 1.50; Koegras,
Anna Paulowna, Breezand, Wieringen en Texel 1.65; binnenland 2—,
Nederl. Oost- en West-Indlë per zeepost 2.10, Idem per mail en overige
landen 3.20. Losse nos. 4 ct.; fr. p. p. 6 ct. Weekabonnementen 12 ct
Zondagsblad resp. 0.50, 0.70, 0.70, 1.-. Modeblad resp. 1.20, 1.50, 1.50, 1.70.
Verschijnt D i n s d a g-, Donderdag- en Zaterdagmiddag
Redacteur: 'P. C. DE BOER
Uitgave N.V. Drukkerij v/h. C. DE BOER Jr.
Bureau: Koningstraat 78 Telefoon: 50 en 412
Post-Giro rekening No. 16066.
ADVERTENTIËN:
20 ct per regel (galjard). Ingez. meded. (kolombreedte als redaction. tekst)
dubbele prijs. Kleine advertentiën (gevraagd, te koop, te huur) bij vooruitbetaling
10 ct per regel, minimum 40 ct; bij niet-contante betaling 15 ct. per regel,
minimum 60 ct. (Adres Bureau van dit blad en brieven onder nummer 10 ct
per advertentie extra). Bewijsnummers 4 ct
De tot nu toe bereikte resultaten van het kabinet Van Zeeland. -
Een opsomming van minister Delattre. De agenda van den
Raad van den Volkenbond.
Het
kabinet
Van
Zeeland.
Vorige week heeft te
Bergen de Waalsche
minister van arbeid en
sociale voorzorg, Delat
tre, in een groote rede
het beleid van het kabinet van Zeeland ver
dedigd en daarbij op de bereikte resultaten
gewezen.
De huidige toestand van de schatkist, al
dus de minister, is uitstekend. De regeering
heeft zich geheel van den druk der banken
weten te bevrijden, iets wat men sedert 1830
niet meer had gezien. De winst door den
staat, dank zij de devaluatie gemaakt, is in
tact. De opbrengst der belastingen geeft
reden tot voldoening, de Belgische rente
staat vast en de regeering is er in geslaagd
een „directe" leening af te sluiten, wat een
gebeurtenis mag worden geheeten.
Ook de oeconomische toestand is verbeterd.
De werkloosheid nam in aanzienlijke mate af
en wel in de proportie van 20 25 pet. Het
crediet voor den werkloozensteun zal dit jaar
piet hooger zijn dan 650 millioen francs. Door
de zware industrie wordt thans evenveel ge
produceerd als in 1929.
Inzake de inzichten van de tegenwoordige
regeering zeide de heer Delattre o.m., dat zij
er aan denkt de bankencontrole te ver-
Scherpen.
De financieele lasten welke op de ge-
pieenten drukken zullen worden verlicht, de
lasten van de provinciën worden evenwel ver
zwaard.
Talrijke werken van openbaar nut worden
Uitgevoerd. De regeering bestudeert een plan
van oeconomische aanpassing en industrieele
transformatie.
Op sociaal gebied zal het kabinet Van Zee
land eveneens zijn beloften inlossen. De toe
passing van de jongste sociale wetten zal
«enigen tijd vergen en gaat niet zonder
eenige wrijving maar alles bij elkaar gaat
het toch. Twee commissies bestudeeren de
kwestie van den arbeidsduur in de mijnen
en in de ijzerindustrie. In totaal heeft de
minister een zestal „partaire" commissies in
het leven geroepen.
Tenslotte heeft de woordvoerder de ge
beurtenissen in het buitenlicht behandeld. Na
geconstateerd te hebben, dat de houding door
België aangenomen inzake den strijd in
Spanje is als die van Frankrijk en van
Sowjet-Rusland, zeide:
De communisten die vragen dat België en
Frankrijk hunne houding zouden herzien moet
men naar de U.R.S.S. verwijzen.
Wat den toestand in Frankrijk betreft
zal men goed doen in België het hoofd
j koel te houden. België moet, wat er ook
gebeure, zichzelf blijven. De regeering is
j vastbesloten de actie der troebelwater-
I visschers die onrust zaaien en de open
bare opinie zenuwachtig trachten te
Inlichtingen WACO,
Kanaalweg 137, Den Helder - Tel. 773
maken, op krachtdadige wijze te beteu
gelen.
Bij het einde van zijn rede stelde minister
Delattre zelf de vraag: „Is de regeering bij
machte hare verplichtingen na te komen?",
waarop hij antwoordde: „Ja, maar het is een
vierjarig programma."
De raad van
den Volken'
bond bijeen.
Zooals gemeld, is
Vrijdagavond de Raad
van den Volkenbond te
Genève bijeengekomen
in de Septemberzitting,
die steeds aan de Vol
kenbondsvergadering vooraf gaat. De agenda
voor deze vergadering is niet van groote be-
teekenis. Wel is sprake van eenige „kwesties"
zooals die van de toelating van Abessinië,
een nieuwe plan voor het onderbrengen van
de Assysische Christenen en „Dantzig", maar
zij zijn niet van dien omvang, dan dat zij het
wereldgebeuren zouden kunnen beïnvloeden.
Anders zal dit zijn met de hervorming van
den Volkenbond, zooals de idee ervan heden
ten dage stevig voorgestaan wordt. Doch zal
in deze vergadering nog niet ter sprake ko
men. Hoogstens zal zij worden toegelicht en
doarna naar een van de commissies worden
verwezen om rijp gemaakt te kunnen wor
den vooor een behandeling in een volgende
vergadering.
Toch zal ongetwijfeld de nieuwe gestalte
van den Volkenbond en alles, wat daarmee
verband houdt, dat wil in de eerste plaats
zeggen een nieuwe regeling van den toestand
in Europa, in de tweede plaats het wape-
nigsvraagstuk en in de derde plaats het oeco
nomische vraagstuk te Genève in de komende
weken een belangrijke rol spelen. Niet voor
niets gaat Blum, de nieuwe Fransche pre
mier, zelf naar Genève. Men verwacht van
hem als nieuwe man een frissche aandrift om
tc komen tot de hoognoodige hervormingen.
De N.R.Crt. merkt o.m. op:
Men verwacht van Blum, dat hij behalve
een krachtige toelichting op het Fransche
plan tot versterking van het Volkenbonds
statuut, dat nog dateert van het ministerie-
Flandin, een pleidooi zal leveren voor onver
wijlde maatregelen tot verbetering van den
oeconomischen en financieelen toestand der
wereld. Terecht gaat de Fransche regeering
ervan uit, dat verbetering in den oeconomi
schen toestand een belangrijke politieke ver
betering ten gevolge zal hebben.
Extreme stroomingen mogen geen speciaal
crisisverschijnsel zijn, hun kracht en hun aan
hang ontleenen zij wel aan de crisis. Men
verwacht, dat in de vergadering van de oeco
nomische commissie Fransche voorstellen zul
len worden in gediend tot het bijeenroepen
van een nieuwe oeconomische conferentie,
welke of voornamelijk het karakter zou dra
gen van een muntconferentie, of door een
muntconferentie zou worden voorafgegaan.
Zonder stabiliteit in de muntverhoudingen
tusschen de verschillende landen zijn maat
regelen tot oeconomisch herstel tot misluk
king gedoemd.
Een tweede punt op Blum's programma is
de beperking van de bewapening. Het is stel
lig wenschelijk, dat er aan den nieuwen wed
loop van de wapening, die door de internatio
nale tegenstelling tusschen bolsjewisme en
fascisme nog wordt aangewakkerd, een einde
kome.
De vrees bestaat echter, dat er juist van
een kant, die in theoretisch opzicht geheel
aan de zijde van Blum staat, bezwaren
zullen rjjzen. Stellig is Engeland voorstan
der van het beperken van de wapening,
maar het heeft in den jongsten tijd te zeer
ervaren, dat het tegenover jonge en sinds
kort met groote kracht gewapende naties
te zwak is geworden en zal zich voor geen
beperking laten vinden, tenzij het zelf ver
gunning krijgt eerst zijn krachten weer op
peil te brengen. Het gevaar, dat een her
nieuwde ontwapeningsconferentie dezelfde
tafereelen zou toonen als de eerste en daar
door evenals deze tot mislukking gedoemd
zou zijn, is niét denkbeeldig. Toch kan het
geen kwaad, dat de aandacht van de we
reld weer eens op de keerzijde van de
kwestie van de wapening tort et a tra
vers gevestigd wordt.
Al meldt het programma van de huidige
reeks vertooningen geen „groote" nummers,
wat zich achter de schermen zal afspelen, zal
belangrijk genoeg zijn om de aandacht de
komende dagen op Genève gevestigd te hou
den.
Een beroep op den Volkenbond.
De Internationale Broederschap tot Verweer
tegen het bolsjewisme op zedelijk en gods
dienstig gebied heeft aan den secretaris
generaal van den Volkenbond een request ge
richt waarin zij zegt opnieuw haar stem te
moeten laten hooren ten gunste van de ver
volgde broeders en zusters in Sowjet-Rusland.
En in de eerste plaats aldus o.a. het
adres zouden wij uw aandacht willen vesti
gen op het verslag van Ingermanlandsch
Comité te Helsinki, dat op zoo duidelijke
wijze, en met welsprekende soberheid, den
treurigen toestand der arme Finnen van In-
germanland uiteenzet. De kerken van deze
zoo diep religieuse bevolking zijn schier alle
gesloten of voor andere doeleinden aange
wend; haar geestelijke voorgangers zijn een
geweldadigen dood gestorven of bevinden zich
in de kampen voor dwangarbeid; het gods
dienstonderricht der kinderen is verboden, en
vreedzame geloovigen worden naar Siberië
gezonden onder allerlei voorwendsels en me
nigmaal zelfs zonder eenige bekende reden.
De bedoeling der Sowjet-autoriteiten is dui
delijk: men wil die arme Russen van Finschen
oorsprong eenvoudig vernietigen.
Er wordt beweerd, dat de nieuwe Grondwet
het lot der geloovigen aanmerkelijk heeft ver
beterd of zal verbeteren. Maar alleen onweten
den of verdedigers van het bolsjewisme, die
belang hebben bij het verdoezelen der werke
lijkheid, hechten geloof aan deze bedriegelijke
beloften. Alle anderen weten dat van op
rechte wijziging van het stelsel geen sprake is
en dat tallooze gruwelen, onze beschaafde
wereld onwaardig, nog dagelijks worden be
dreven in een toch bij den Volkenbond aan
gesloten land.
Ziedaar de reden waarom de protestantsche
kerken rustig doorgaan met hun eisch van
onmiddellijke invrijheidstelling der geloofsge
tuigen en inzonderheid van hun geestelijke
leiders.
Deze week zullen tusschen Kassei en
Würtsburg de groote Duitsche manoeuvres
beginnen waar een derde gedeelte van het
leger aan zal deelnemen, en die de geweldigste
militaire demonstratie sedert den oorlog zal
zijn.
Duitsche deskundigen wijzen eenstemmig op
het belang van deze manoeuvres, die door de
militaire attaché's der buitenlandsche
mogendheden zullen worden bijgewoond, en
die voor het eerst sedert het vroegere keizer
rijk uit werkelijke gevechtsoefeningen, en
niet uit eenvoudige tactische verrichtingen be
staan.
De Spaansche militaire attaché
vergat documenten in den trein.
In den trein BrusselAntwerpen is Vrij
dag door den Spaanschen militairen attaché
kapitein Huesca, een boekentasch vergeten,
die, bij opening door ambtenaren van de Bel
gische Spoorwegmaatschappij, diverse docu
menten bleek te bevatten betrekking hebben
de op de levering van wapenen, tegen het
Belgische regeeringsverbod in, aan de Spaan
sche regeering. In een dezer documenten
werd o.m. gezegd, dat kapitein Huesca zich
ongetwijfeld, voor deze levering, met succes
zou kunnen wenden tot den heer Jean Del-
vigne, een der secretarissen van de Belgische
arbeiderspartij. Het toeval wil, dat dé heer
Delvigne, een paar dagen geleden, van een
reis naar Madrid, in België is teruggekeerd-
Een gerechtelijk onderzoek is geopend.
De openingsrede van Rivas Vicuna.
De zeventiende Volkenbondsvergadering is
gisterochtend met een korte redevoering van
den voorzitter van den Volkenbondsraad,
Rivas Vicuna (Chili) geopend, die vooral op
drie punten den nadruk legde:
1. Al het mogelijke zal beproefd moeten
worden opdat de Volkenbond universeel wordt.
Bij de bespreking van de plannen tot hervor
ming var het Volkenbondsverdrag zal vooral
dit punt in het oog moeten worden gehouden.
2. Van deze volkenbondsvergadering zal een
initiatief moeten uitgaan, dat de oeconomi
sche en financieele volkenbondsorganen weer
met kracht aan den arbeid gaan.
3. Niets zal mogen worden verzuimd om,
in samenwerking ook met de niet-Volken-
bondsstaten, den vrede te handhaven, dien alle
volken wenschen.
Hierna stelde voorzitter Rivas Vicuna de
verkiezing van de commissie voor de geloofs
brieven aan de orde. Overeenkomstig de ge
woonte deed hij als tijdelijk voorzitter van de
Volkenbondsvergadering zelf een voorstel om
trent de samenstelling van die commissie. De
commissie zou worden samengesteld uit Tu-
dela (Peru), die als voorzitter bestemd is,
Eden, Delbos, Litwinof, mr. J. Limburg,
Osuski (Tsjecho-Slowakije), Politis (Grieken
land), Jordan (Nieuw-Zeeland) en Roesjdi
Arras (Turkije).
Zooals men ziet, maakt onze landgenoot,
mr. Limburg, deel van deze combinatie uit.
Nadat voorzitter Rivas Vicuna mededeeling
had gedaan van de namen der gedelegeerden,
die hij voor het lidmaatschap der commissie
bij Migraine, „Kater", Hoofdpijn, enz.
aanbeval, vroeg de gedelegeerde van Abes
sinië het woord om een geheime stemming
hierover te verlangen.
De voorzitter verklaarde onmiddellijk aan
dezen wensch gevolg te zullen geven.
Bij geheime stemming werden toen de vol
gende leden van de commissie gekozen: Eden
en Litwinof ieder met 47 van de 51 uitge
brachte geldige stemmen, Delbos 46, Osuski
en Politis ieder 43, Tudela en Roesjdi Arras
ieder 41, Jordan 40 en mr. Limburg 39 stem
men. De negen candidaten van den voorzitter
hadden dus allen de volstrekte meerderheid
van stemmen behaald.
De Volkenbondsraad heeft Zaterdag voor
het eerst in het openbaar in het nieuwe Vol-
kenbonds-paleis vergaderd.
De opiumkwestie.
De Volkenbondsraad besprak drie rapporten
van de Vasconcellos over verschillende kwes
ties met betrekking tot het opiumvraagstuk.
Bij de behandeling van het werk der opium
commissie tijdens haar zitting van Mei, richtte
de Vasconcellos een dringend verzoek tot de
regeeringen om steeds meer energieke maat
regelen te nemen ter bestrijding van het
kwaad van dezen smokkelhandel in verdoo-
vende middelen. Zijn rapport over de Volken-
bonds-conventie-van Limburg, voor de strenge
bestraffing van hen, die zich aan smokkel
handel schuldig maken, gaf den Portu-
geeschen rapporteur de gelegenheid nogmaals
op de noodzakelijkheid van een krachtig op
treden tegen den sluikhandel aan te dringen.
Hij hoopte, dat de nieuwe conventie spoedig
door een groot aantal regeeringen geratifi
ceerd zal worden. De Vasconcellos bracht in
zijn rapport ook dank aan de toewijding en
bekwaamheid van den voortreffelijken voor
zitter mr. Limburg, die zooveel tot het wel
slagen van deze Volkenbondsconventie heeft
bijgedragen.
Met betrekking tot de al of niet goed
keuring der geloofsbrieven van de Abessijn
sche delegatie door de Volkenbondsvergadèring
schijnt de tegenstand tegen den Fransch-
Engelschen wensch om de Abessijnsche dele
gatie niet toe te laten, eenigszins te groeien.
Verscheidene vertegenwoordigers van kleine
staten beginnen meer en meer het gevaarlijke
van een dergelijke beslissing in te zien. In
dien de Abessijnsche gedelegeerden niet zou
den worden toegelaten op grond van de be
zetting van Abessinië door een vreemde
mogendheid, zal dit voor andere kleine staten
in de toekomst een gevaarlijk precedent kun
nen scheppen.
Een andere moeilijkheid, is, dat het niet ge
makkelijk schijnt te zijn een gedelegeerde te
vinden, die het voorzitterschap van de com
missie voor de geloofsbrieven zal willen aan
vaarden en die de niet-goedkeuring van de
geloofsbrieven aan de Volkenbondsvergade
ring zal moeten voorstellen.
Minister Eden is Zondagmiddag op Le Bour-
get aangekomen. Hij heeft een onderhoud ge
had met minister-president Blum.
Blum heeft tegenover de journalisten om
trent zijn onderhoud met Eden verklaard, dat
zij gezamenlijk den huidigen diplomatieken
MET INGANG VAN 1 OCTOBER
HET
toestand en de vraagstukken voorkomende opj
de agenda van de zittingen van den Volken*
bondsraad en de Volkenbondsvergadering be*
studeerd hebben. Zij hebben eveneens gespro*
ken over de voorbereiding van de conferentie
van de 5 mogendheden, die het Locarnopact
hebben onderteekend, tot welke conferentie
andere mogendheden uitgenoodigd zullen kun*
nen worden, wanneer voldoende vorderingen
zijn gemaakt bij de besprekingen tusschen
Duitschland, België, Frankrijk, Groot-Britan*
nië en Italië.
JAPAN BESLUIT TOT VERSTERKING
VAN HET DERDE SMALDEEL.
De ministerraad te Tokio heeft zoo juisï
besloten, troepenversterkingen te zenden voo*
het derde Japansche smaldeel, dat zich in dg
wateren van Sjanghai bevindt.
De taak van het detachement zal zijn, dei
Japansche troepen te Hankou te versterken
en zoo noodig ook andere „bedreigde plaat*
sen" te beschermen. De Japansche bladen
deelen in extra-edities mede, dat de Japan*
sche regeering ervan overtuigd is, dat de re*
geering te Nanking niet in staat is, de be*
scherming der Japansche onderdanen in Chinn
voldoende te waarborgen.
De Keizer van Japan machtigt tol
troepenzendingen.
De Japansche minister van marine heeft
van den Keizer machtiging gekregen tot het
zenden van Japansche marine-troepen naad
China.
Een antwoord op de verlenging
van den diensttijd in Duitschland.
Havas meldt uit Warschau, dat daar een
vrijwillige arbeidsdienst is ingesteld, die be*
schouwd moet worden als een antwoord op de
verlenging van den diensttijd in Duitschland,
Men heeft tot dezen maatregel besloten om
den diensttijd niet van twee tot drie jaar be*
hoeven te verlengen. Er zullen bij den vrij*
willigen arbeidsdienst, die voor den tijd van
twee jaar gelden, jonge lieden worden inge*
ltjfd, voornamelijk jonge werkloozen. Hun
aantal zal binnenkort de 100.000 bereiken. De
recruten zijn onderworpen aan leiders en aan
het militaire reglement, doch zij zullen den
dienst kunnen verlaten na een proefijtd van
vier weken.
Reuter meldt uit Warschau, dat de Poolschg
regeering, door te Genève uitbreiding van da
mandatencommissie te vragen, de belangstel*
ling te kennen heeft willen geven, welke zij
heeft voor emigratie en bevolkingsvraagstuk*
ken. Polen, dat een bevolking van drie en een
half millioen Joden heeft, meent dat jaarlijks
een contingent van honderdduizend zou moe*
UIT HET ENQELSCH
DOOR
42
„Als Miss Barrington
„O," lachte de mandarijn zachtjes," als u
denkt, dat u haar meteen mee krijgt, dan kent
U Nang-Kung niet. Zij staat, alsof haar over
leden moeder, uit een geslacht van vrouwen,
dat vijf honderd jaar lang China geregeerd
heeft. Over een maand zal zij de baas zijn
van deze provincie en ik, als altijd, zal haar
bevelen hebben te gehoorzamen! Hij lachte
nogmaals en toen, ernstiger weer: „maar dat
ze dat kanik hoef u niet te zeggen, wie
daarvoor onze dank toekomt? Nietwaar dok
ter, U kunt haar de gezondheid van het ge
laat lezen. Zie mijn kleine bloesem aan. Nu
zijn er geen schaduwen onder haar oogen, en
haar gezicht is als de bloesem van den per
zik. Ze is gezond, ze is gelukkig en haar
«gouden lelies
De mandarijn maakte even een pauze voor
hij dezen poëtischen term voor voeten ge
bruikte en glimlachte toen.
„Ik vertrouw dat ze goed zijn," sprak For
syth.
„Nog wel niet heelemaal goed, maar beter,
Veel beter. Ze kan, zooals u zult zien, loo-
pen
Hij maakte den zin niet af, zich blijkbaar
Hu weer de inboorlingen herinnerend, die nog
steeds in het stof gebogen lagen. Hij riep een
van zijn dienaren, gaf hun een kort bevel, en
een halve minuut later stonden allen overeind
en holden naar huis. Nang-Kung's vader
staarde hen na.
„Dwazen," klonk het medelijdend. „Groote
dwazen! Maar dat kunt ge verwachten, Dr.
Forsyth wanneer mannen als ik zelf onze
dochters kunnen martelen op het altaar der
oude, ingeroeste gewoonten? Maar ik heb me
bij de vooruitstrevende beweging aangesloten
en waar ik kan, zal ik me tegen zulke dwaas
heden verzetten. Hier in de Westelijke pro
vincie heeft dat starre conservatisme nog de
overhand, maar als gouverneur zal ik veel
kunnen doen. Ik heb mijn vriend Dr. Burrit
geschreven, om zijn zendingsstation naar m'n
hoofdstad over te brengen."
„Dan zal Burritt dat doen," verklaarde
Forsyth met overtuiging.
De manderijn, die heelemaal vervuld was
geweest van de onverwachte ontmoeting, dacht
nu aan zijn koelies, gaf hun order den stoel
neer te zetten en steeg uit.
„Kom dokter, wij zullen in deze „Geluk
ster" afstappen en terwijl mijn bedienden het
kamp opslaan, zult U me vertellen, wat U zoo
ver van Yong-Foo doet."
Terwijl Forsyth het verhaal deed, luisterde
de gouverneur met al die vreemde onbewogen
heid, zijn ras eigen en pas aan het einde deed
hij een kiesche vraag:
„En het meisje, wat is zij U, mijn vriend?"
„Alles!"
„Dat veronderstelde ik al!" Het was een
oogenblik stil en de mandarijn sprak verder:
„Yong-Foo is een gesloten poort voor U en
Miss Barrington zoolang Li Weng-Ho daar
heer en meester is, waarom komt ge niet met
Burritt naar Yunnan? Daar houd ik, een
vriend, de teugels van het bewind en zult ge
van harte welkom zijn, U en Kathleen." Een
lachje danste in de oogen van den mandarijn
toen hij dien naam gebruikte. „Die vrijheid is
onder vrienden veroorloofd, nietwaar? Zoo
spreken Nang-Kuijg en ik altijd over de edele
dame, die haar kinderlijke vrees verjoeg. U
zult naar Yunnan komen, Forsyth? Ik ver
lang het zeer!"
De amicale manier, waarop de mandarijn
hem toesprak, roerde den jongeman diep. „Als
het uw wensch isdan gaarne," ant
woordde hij, „maar ik moet eerst naar Can-
ton rapport uitbrengen."
„Dat wil zeggen, vóór alles naar Yunnan,"
verbeterde de mandarijn opgewekt. „Daar sta
ik op. Vergeet niet dat U zich in mijn pro
vincie bevindt en u zich dus niet tegen mijn
voorschriften verzetten moogt!"
En zoo gebeurde het dat ze naar Yunnan-Fu
trokken, langzaam reizend door rustige, vrien
delijke streken. Ten laatste, op een zonnigen
middag, bereikten ze den Yamen van den Gou
verneur, saamgedromde burgers gaven den
weg aan, en buiten de poorten van het paleis
was de gebruikelijke verzameling misdadigers,
vastgebonden met de zwaren houten halsban
den, die een deel van hun tuchtiging uitmaak
ten. Uit zijn stoel liet Forsyth een meewarigen
blik langs hen glijden, toen hjj plotseling een
gezicht opmerkte, vastgezet in een schandblok
met spijkers en een verbaasde schrik zich van
hem meester maakte. De oogen van den
gestrafte ontmoetten de zijnen. Hij zag dat de
man hem herkende en toen hij door de Yamen
poort ging, wist hij zeker, dat hij zich zooeven
niet vergist had.
XXIX.
In veilige haven.
Zodra het hem mogelijk was, ging Forsyth
weer naar buiten. De ongelukkige schelmen,
die den -schandpaal moesten doorstaan, waren
er nog en zonder aarzeling liep Forsyth op den
gestrafte toe, dien hij strakt opgemerkt had.
De man had een gegroefd gezicht, dat met een
kleurstof bewerkt was om een Chineesche teint
te krijgen; zijn wenkbrauwen waren donker
gemaakt, maar zijn oogen waren blauwj de
blauwe oogen van een Europeaan, en For
syth zag dat ze met bloed doorloopen waren
tengevolge van zenuwoverspanning en pijn
waarschijnlijk.
„In 's hemels naam, Forsyth
„Dus zoover is het met U gekomen, Leiand
Barrington!"
Zeg liever met wat er van Leiand Barring
ton over is," gaf de handelaar ten antwoord.
Vijf dagen heb ik in deze Chineesche hel ge
leefd en de ploert, dien ik heb betaald om me
te voeden, is er vandaag niet geweest. Nog
een dag en ik word gek."
Forsyth beschouwde hem aandachtig. Bar-
rington's toestand was meelijwekkend genoeg.
De houten kraag verhinderde hem te gaan
liggen of achterover te leunen, maakte het
hem zelfs onmogelijk voedsel naar rijn mond
te brengen.
„Hoe kom je in dezen toestand?" infor
meerde de dokter.
„Opium smokkelen! De plaatsvervangende
gouverneur is jong en een dienstklopper. Ik
werd gesnapt en omdat ik in Chineesche klee-
ren was en mijn gericht geverfd had hield
hij me voor een halfbloed denk fk. In ieder
geval ik heb er vijf dagen van gelust en nog
zoo'n dag
„Wat is er inmiddels van je dochter gewor
den?"
Een loerende blik kwam in de met bloed
doorloopen oogen.
„O, die maakt het best! Ze zit in Fong-Foo."
„Weet je dat zeker?"
„Natuurlijk! Waar zou ze anders zijn?"
Forsyth vond het niet noodig hem in te
lichten. Die gemeene manier van kijken
leverde Het duidelijke bewijs dat Leiand Bar
rington méér wist dan hij wenschte los te
laten en de quasi-onschuldige luchtige toon
waarop hij had geantwoord, was die van
iemand, die een leugen met bluf denkt te
kunnen bemantelen. Vol walging wendde de
jonge dochter zich af.
„Forsyth," schreeuwde de handelaar. „In
's hemelsnaam, je bent toch niet van plan me
hier zoo te laten staan..."
„Neen," was het antwoord. „Ik zal je wel
helpen."
Zonder Leiand Barrington verder een blik
te gunnen, ging Dick den Yamen weer bin
nen en zocht den gouverneur op, dien hij van
zijn wonderijke ontmoeting vertelde.
„Wat wilt ge dat ik doen zal, vriend?"
vroeg de mandarijn.
„Hem in vrijheid stellen, natuurlijk."
„En hem hier laten komen, om zijn dochter
te zien?"
„Neen, weerde Forsyth snel af. „Hij is een
door-en-door slecht mensch. Ik geloof niet,
dat Kathleen hem ooit verlangt terug te
zien. U herinnert zich wat u over Li Weng-
Ho vertelde. Hoe deze ontaarde vader
„Ik herinner het me. De vraag is nu maar:
wat zal ik met hem doen?"
„Zorgen, dat hij uit China verdwijnt, als u
dat mogelijk is
„Dat is mij zeker mogelijkdat wil zeg
gen, ik kan in ieder geval maken, dat het
niet veilig voor hem is zijn gezicht buiten de
verdragshaven te laten zien. Hij is bekend als
opiumsmokkelaar, en de nieuwe wetten zijn
heel streng op dat punt. De schandpaal is
maar een lichte strafik zou het volste
recht hebben een doodvonnis over hem uit te
spreken."
„Zegt u hem dat, misschien kunt u hem
zoo den angst op het Kjf jagen, dat hij de
wijste partij kiest en China heelemaal ver
laat."
„Dat zal ik doen voor U, Forsyth en
Kathleen. Ut zal hem nu meteeen laten
halen."
Forsyth was niet bij het onderhoud tegen
woordig, wilde er ook niet bij zijn, maar een
uur later hoorde hij het resultaat.
„Leiand Barrington is wegzoo mak als
een lam! Drie soldaten en een van mijn ci
viele ambtenaren begeleiden hem. Hij gaat
eerst naar Yong-Foo om zijn huis te verkoo*
pen en vervolgens naar Hong-Kong, waar hij
zich naar Engeland zal inschepen. We behoe*
niet ongerust te zijn, dat hij dit niet zal doeni
want de abtenaar heeft een brief bij zich, dig
naar den Engelschen gouverneur gaat aUl
Barrington niet per eerste gelegenheid ver*
trekt. Hij heeft den brief gezien en ik ver*
zeker u dat hij eieren voor zijn geld zal
kiezen."
„Ik ben u heel dankbaar
„Tusschen ons mag geen sprake zijn van
die gemaakt heeft dat mijn kind zingt als een
voorrecht den man van dienst te kunnen zijn*
die gemaakt heeft dat mijn kind als een
lijster. Wel, daar hoor ik mijn Nang Kung en
uw Kathleen!"
Ze kwamen nader, de armen om elkaaö
heen: heide stralend van gelukkige jeugd en
juist even voor rij binnentraden, duwde dg
mandarijn Forsyth een brief in de hand.
„Neem dien, mijn vriend. Hij is van Bar*
rington en voor Kathleen bestemd," zei hij
haastig en met gedempte stem. Maar lees
hem eerst zelf en geef hem haar, wanneer het
u wenschelijk voorkomt. Ik weet wat er in
staat," de mandarijn pauzeerde even en met
een glimlach: „ik heb hem gedicteerd en me
overtuigd dat hij alles woordelijk heeft opge*
schreven."
Forsyth liet den brief in rijn zak glijden en
las hem zoodra zich een geschikte gelegen»
heid voordeed. Hij was heel kort en bevestig*
de, dat de schrijver China onmiddellijk ver*
liet en gaf verder uiting aan de hoop, dat
Kathleen, die, zooals Barrington mededeelde
te hebben gehoord, binnenkort met Forsythi
in het huwelijk zou treden, heel gelukkig zou
worden. Dat was alles, want de mandarijn
had hem gedwongen zich hij de hoofdzaak tg
houden en alles wat naar leugenachtig ver*
toon van gevoel zweemde, te vermijden.
(Slot volgt