dagblad voor den helder en hollands noorderkwartier De brand op de „Marnix" Niet-inmenging Handelsverdrag met Duitschland Klachten over Het huwelijk van Prinses Juliana Italiaansche hulp Pijnenburg-Wals weer in het hoofdpeleton ZATERDAG 10 OCTOBER 1936 64e JAARG. No. 7822 get__schip Genua aangekomen gen onderhoud met den gezagvoerder iedereen, die te bed lag, opstaan en de Passagiers kwamen met een zwemvest Hoopgevende klanken voor de toekomst SPANJE HELDERSCHE COURANT UITGAVE. N.V. DRUKKERIJ EN UITGEVERIJ V/H C. DE BOER JR„ KONINGSTRAAT 78. DEN HELDER. TELEFOON 50 EN 412. POSTGIROREKENING 16066 £yan een specialen ANP verslaggever) 'Genua 9 October Even na acht uur gisteravond is de Marnix van St. iAldegonde in de haven van Genua aan gekomen. Toen wij dadelijk daarop aan boord klommen troffen wij den gezagvoerder, kapitein Potjer op de brug waar men 'druk bezig was met de manoeuvres om het schip veilig langszij de Ponte Dei Mille te brengen. Nadat de Marnix goed en wel gemeerd lag en de kapitein de vele werkzaamheden verricht had, die 'de aankomst in een haven met zich brengt en vooral na een reis als deze was hij zoo welwillend een en ander van de lotgevallen van de Marnix te vertel, len. „Op de eerste wacht van den 7de October, dat is tusschen acht en twaalf uur des avonds, zoo ving kapitein Potjer zijn relaas aan, bevonden wij ons in zwaar stormweer met orkaanvlagen. Er was een zeer hooge en wilde zee. waarin het schip zwaar stampte en slingerde en voortdurend kregen wij water en stortzeeën over dek en luiken Terwijl ik om 8.10 uur op de brug stond werd door den officier van de wacht en mij een brandlucht waargeno men. Tevens zagen wij rook uit een luchtkoker komen. De geheele brand weer werd direct uitgepord en alle diens ten werden gewaarschuwd. Dikke rook- welken kwamen uit de luchtkokers van luik twee. Wij maakten groot alarm, sloten alle branddeuren en waterdichte schotten, de sloepen werden klaarge maakt om gevierd te worden. Om half elf vond ik het veiliger het S.O.S.-sein te geven, dat onmiddellijk beantwoord werd door verschillende schepen in de Middellandsche Zee en talrijke kuststa- tions. Ook Scheveningen en Lands-End hoorden ons. Het Britsche oorlogsschip s.Codrington" dat te Majorca lag, seinde dat het met 30-mijls vaart naar ons toe stoomde, het geheele scheepsradio- verkeer op de 600metergolf werd te on zen behoeve stilgelegd. Om de trekking in het schip met het oog op den brand zoo gering mogelijk te houden, heb ik direct besloten voor den wind te hou den en met 't oog-op eventueel aanloo- pen van Ajaccio voeren wij in Noord- Oostelijke richting. Hier kon ik eerder zijn dan een der schepen, die aan mijn oproep beant woord hadden, mij zou kunnen berei ken. „Wij hebben de •„Codrington" om 2.20 uur bedankt en geseind, dat zij DaaT Palma kon terugkeeren. Ondertusschen had het blusschings- werk een anavang genomen. Wij waren zoo gelukkig, de vuurhaard in ruim 2 spoedig te ontdekken. Er werden zeven Saten in het bened endek gebrand en het ruim word natuurlijk gesloten ge houden. Wij gebruikten zwavelzuurgas voor de blussching. Gisteren ochtend kwamen wij te Ajaccio aan, waar wij °P de reede ten anker gingen Hier haakten wij een regeling met het Fransche marinevaartuig Perseverance, dat met acht slangen vijfhonderd ton water p uur kon geven Wij hadden wa- kr in 't ruim gepompt Toen het vrijwel vol water was, was de brand gebluscht. Gisterenmiddag om 44 uur begonnen JviJ met eigen middelen het ruim weer keg te pompen". "Rn de passagiers, kapitein, hoe rea geerden die?" „Er was geen sprake van paniek zeide de heer Potjer. Er heerschte een k<*lïïie stemming onder de passagiers. Natuurlijk hebben wij medegedeeld dat Pr een brand was en de passagiers wer- dpn van alles op de booete gehouden. °m tien uur Woensdagavond moest bij zich in de deksalons. Natuurlijk wa ren velen onder den indruk van het zware stormweer en het geweldige slin geren en stampen van het schip veroor zaakten veel zeeziekte. Het viel sommi gen moeilijk om op de been te blijven. Voor de bemanning heb ik niets dan lof, zeide kapitein Potjer. In alle diens ten heeft zij zich uitstekend geweerd. Vanochtend zijn wij uit Ajaccio vertrok ken. Ik had eerst gedacht, dat wij niet zoo vroeg klaar zouden zijn met leeg pompen en daarom had ik reeds een excursie in Ajaccio voor de passagiers georganiseerd. Zoo'n verzetje mochten zij wel hebben na zulk een bewogen nacht. Door het vroege vertrek is het uitstapje echter, laat ik maar zeggen in het water gevallen'" „En de oorzaak van den brand kapi tein?" „Ja, dat ïs nog moeilijk te zeggen. Er zat een partij van 250 kisten lucifers in het ruim. Vermoedelijk zal hier de brand ontstaan zijn" Wij spraken nog even met den chef radio-telegrafist, Beerman, het was de eerste keer, dat hij het S.O.S.-had moe ten uitzenden. Hij was er over verbaasd dat de oproep van vele zijden zoo vlug beantwoord werd. Al waren de schepen nog vrij ver verwijderd, het gaf toch een Op een gisteravond gehouden bij eenkomst van het Haagsche Comité voor Volksfeesten e.a. ter bespreking van de plannen tot feestviering bij het aanstaande huwelijk van Prin ses Juliana en Prins Bernhard (zie voor bijzonderheden elders in dit nummer) heeft generaal-majoor J. C. Wagner meegedeeld, dat het vorstelijk huwelijk waarschijnlijk op het einde van Januari zal worden gesloten. gevoel van veiligheid dat hulp, indien deze noodig mocht zijn direct kwam op dagen. Op de Marnix was weinig van den brand te bespeuren. Er hing nog een rooklucht nabij het ruim en bij een blik daarin kon men heel in de diepte zien wat vuur en water van de lading hadden gemaakt. Morgen gaat alles er uit en zal wel blijken hoe de toestand is. Blijkens nadere mededeelingen vertrekt de Marnix eerst op Maandag 12 October a.s. van Genua, zoodat de mailverzen ding uit Nederland thans op Zondag plaats vindt. De correspondentie welke met deze mail moet worden verzonden, moet uiterlijk Zaterdagavond Amster dam bereiken. RUSSISCHE BESCHULDIGINGEN DOOR DUITSCHLAND EN ITA- Llë TERUGGEWEZEN. De non-interventie-commissie verklaarde gisteren, dat de leden allen van meening waren, dat het van dringend algemeen be lang is, dat de klachten zoo snel mogelijk aan een diepgaand onderzoek worden on derworpen. Het communiqué, dat de commissie na af loop van de vergadering heeft uitgegeven, verklaart, dat de commissie heden in het Foreign Office de vijfde bijeenkomst hield, alle landen, leden van de commissie, waren vertegenwoordigd. De voorzitter, Plymouth, zette uiteen, dat hij de commissie bijeen heeft geroepen, teneinde enkele documenten van de Spaan- sche regeering te bespreken, waarin deze er op wijst, dat het verdrag is geschonden. De regeering van het Vereenigd Koninkrijk is van meening, dat indien de genoemde feiten juist zijn, deze een schending zijn van het verdrag van 6 October. Hij legde de documenten aan de commissie voor, opdat deze ze bestudeerde. Overeenkomstig de regels van de procedure nam de commissie er nota van, dat de voorzitter deze docu menten ter kennis heeft gebracht van de regeeringon van Duitschland, Italië en Portugal, met het verzoek schriftelijken uit leg te zenden van de feiten, opdat de com missie dit kan bestudeeren. De vertegenwoordiger van Italië heeft de tegen Italië genoemde fei ten een voor een met kracht ont kend en verworpen. Deze feiten zijn geheel gefantaseerd en van allen grond ontbloot. Dit kan gemakkelijk bewezen worden door het antwoord, dat de Italiaansche regeering zal geven. De vertegenwoordigers van Duitschland en Portugal verklaarden hetzelfde voor zoover hun regeeringen genoemd werden. De commissie behandelde vervolgens de brief, welke de vertegenwoordiger van de Sovjetunie heeft gezonden op 6 October, waarin Portugal beschuldigd wordt van overtreding van het verdrag en waarin wordt voorgesteld een commissie van on derzoek te zenden naar de Spaansch-Portu- geesche grens. De vertegenwoordiger van Portugal ver klaarde aan de bespreking van dit punt geen deel te kunnen nemen, zonder instruc ties van zijn regeering, aan wie het ge noemde document was voorgelegd. De Por- tugeesche vertegenwoordiger verliet hierop de vergadering. Te 16 uur werd de zitting hervat en de voorzitter deelde mede, dat de vertegenwoor diger van Portugal hem had verklaard, dat zijn vertrek uit de vergadering niet moest worden opgevat, als beteekenende, dat zijn regeering zich uit de commissie terugtrok. Overeenkomstig de regels van de proce dure zond de voorzitter onmiddellijk een klacht naar den Portugeeschen vertegen woordiger en de commissie besloot, dat in afwachting van het antwoord, het voortijdig zou zijn te spreken over de benoeming van een enquete-commissie. De commissie had verder voor zich het schrijven van den vertegenwoordiger van de Sovjetunie van 7 October, waarin deze verklaart dat zijn regeering vreest dat de toestand, welke is ontstaan door de her haalde schending van het verdrag, tenge volge heeft, dat dit verdrag in feite niet bestaat en zijn regeering zal in geen geval toestaan dat het verdrag wordt gewijzigd in een dekmantel, welke militaire hulp, aan de opstandelingen verstrekt door sommige deelnemers aan het pact, verbergt. Hij is derhalve gemachtigd te verklaren dat indien de schendingen van het verdrag niet onmiddellijk ophouden de Sovjet-re- geering zich bevrijd zal achten van de ver plichtingen welke uit het verdrag voort vloeien. Hierop zeide de vertegenwoordig- ger van Italië, na een aantal schen dingen van het verdrag door de re geering van de Sovjetunie te heb ben opgenoemd, dat indien het de bedoeling was van de Sovjet-unie zich te bevrijden van de verplich tingen van het verdrag, het te pre- fereeren zou zijn, als dit niet ge schiedde door te trachten de ver antwoordelijkheid op anderen te wer pen door ongegronde beschuldigin gen. De vertegenwoordiger van Italië protesteerde krachtig tegen derge lijke methoden van de Sovjet-regee ring en sprak de meening uit dat de Sovjets de verklaring hadden ge publiceerd om propagandadoelein den. Zijn regeering weigerde eenige verantwoordelijkheid te aanvaarden door een eenzijdige beslissing van een van de onderteekenaars, welke dan alleen de volle verantwoorde lijkheid voor de gevolgen van zijn handelwijze moet aanvaarden. De vertegenwoordiger van Duitschland was van meening, dat de vertegenwoordiger van de Sovjet-Unie zich buiten de commis sie stelde door niet de regels van de proce dure te volgen en dat dit als een zuiver po litieke actie moest worden beschouwd. In zijn antwoord ontkende de Russische vertegenwoordiger de beschudigingen wel ke de Italaansche vertegenwoordiger had ge uit en verlangde, dat maatregelen zouden worden genomen, om schendingen, zooals in zijn schrijven genoemd, te doen eindigen. Aangezien geen concrete voorstellen wa ren gedaan, kan niet geantwoord worden op dit Russische schrijven en enkele leden wenschten nadere instructies van hun re geeringen te vragen. Ook kwam men overeen dat de vertegen woordigers aan hun regeeringen nadere in lichtingen verzochten, inzake de verscheping van wapens en oorlogsmateriaal uit havens van landen, welke het verdrag ondertee kenden. Persstemmen over de Russische demarche. Londen, 9 Oct. (ANP). De „Times" schrijft naar aanleiding van het Russische dreigement met betrekking tot het niet-in- mengingsaccoord, dat de demarche van Moskou in strijd is met de overeengeko men procedure, volgens welke slechts com- munique's zouden worden uitgegeven onder gemeenschappelijke verantwoordelijkheid van de onderteekenaars van het accoord. NOG DIT JAAR DE ACHTER STALLIGE VORDERINGEN BE TAALD? Verschenen is de Memorie van Ant woord aan de Tweede Kamer over het wetsontwerp tot goedkeuring van het NederlandschDuitsch verdrag nopens de regeling van het goederen verkeer voor het jaar 1936 met bij lage en bijbehoorend slotprotocol op 23 December 1935 te Berlijn geslo ten. Aan genoemde memorie ontleenen wij het volgende: De regeering kan zich geheel aansluiten bij de meening van de vaste commissie voor overleg met de regeering inzake handelspo litieke aangelegenheden, dat een zuivere be oordeeling van dit en de daaraan de laatste jaren voorafgegane handelsverdragen met Duitschland alleen mogelijk is, indien men deze verdragen beschouwt in het licht van de ontwikkeling van het betalingsverkeer tusschen beide landen. Daarentegen is de regeering niet van oor deel, dat deze omstandigheid aanleiding geeft tot de conclusie, waartoe de commissie in haar verslag met betrekking tot de ont wikkeling van den uitvoer naar Duitschland meende te moeten komen Immers men dient de daling van den uitvoer naar Duitschland te bezien in het kader van de daling van den totalen Nedcrlandschen uitvoer, welke van 1929 tot 1935 naar de waarde 66 pet. be droeg. Ook moet bij een vergelijking in aan merking worden genomen, dat de Devisen- bewirtschaftung in Duitschland eerst in Augustus 1931 werd ingesteld. De regeering is dan ook van meening, dat andere facto ren naast de betalingsmoeilijkheden op den gedaalden uitvoer naar Duitschland van in vloed zijn geweest. Om een voorbeeld te noemen, mag niet uit het oog worden verloren, dat in de door de commissie aangehaalde jaren juist de sterk opgevoerde agrarische protectie in Duitsch land valt, welke op het geheel der Neder landsch—Duitsche handelsbetrekkingen haar stempel heeft gedrukt. Niet alleen de uitvoer naar Duitschland is echter in belangrijke mate verminderd. De achterstand van de clearing is dan ook voor het grootste gedeelte een gevolg van de daling van den invoer van Duitsche goede ren hier te lande. Tegen het eind van het jaar schoon voor! Terecht constateert de commissie, dat in de ontwikkeling van het betalingsverkeer in den allerlaatsten tijd een zekere verbetering is ingetreden. De regeering is van meening, dat, indien deze verbetering aanhoudt, het niet uitgesloten moet worden geacht, dat tegen het einde van het loopende jaar de op het Sonderkonto en Trcuhandkonto uit staande achterstallige vorderingen van Ne- derlandsche exporteurs zullen zijn aange zuiverd. Indien zulks het geval Is, zal hot handelsverkeer daarvan in de toekomst een gunstigen invloed kunnen ondergaan. Wat de naaste toekomst betreft merkt de regeering op, dat voor het derde kwartaal 1936 de betalingscontingenten voor het eerst niet zijn verlaagd. Dit kan worden toege schreven aan het betrekkelijke evenwicht, waarin zich de Nederlandsch-Duitsche clea ring momenteel bevindt. Dat door het toelaten van invoer uit Duitschland belangen van de Nederlandsche industrie geschaad kunnen worden, ontgaat de regeering niet. Daar staat echter tegen over, dat, indien deze offers niet gebracht zouden worden, andere belangen wellicht in sterkere mate zouden kunnen worden ge troffen. Voorts herinnert de regeering er aan, dat, al is Duitschland niet meer de grootste af nemer van Nederlandsche producten, de prij zen, die voor onzen uitvoer naar Duitschland verkregen worden, vaak hooger liggen dan de op andere markten verkregen prijzen. De Duitsche dumping. De regeering heeft een open oog voor de moeilijkheden, die zijn ontstaan met betrek king tot de door de Duitsche regeering ver leende exporttoeslagen. Er is dan ook niet nagelaten daartegen zeer ernstig bezwaar te maken. Vergeten mag echter niet worden, dat deze toeslagen voor het overgroote deel een gevolg zijn van het kunstmatige prijs niveau in Duitschland. Nu zou de Duitsche industrie zonder deze exporttoeslagen, welke een onvermijdelijk gevolg zijn van de Duitsche economische po litiek, in beduidend mindere mate in staat zijn gebruik te maken van de door Duitsch land op de Nederlandsche markt verkregen invoermogelijkheden. Geen lager invoerrecht op bo ter. Het uiterste bereikt. Een verlaging van het huidige Duitsche invoerrecht op boter komt de regeering voor als een in de tegenwoordige omstandighe den niet te bereiken ideaal. Waar Nederland sedert 1934 uit eigen hoofde over een ver laagd recht in Duitschland beschikt en daar door, wat zijn boteruitvoer betreft, niet meer afhankelijk is van de verhouding van Duitschland tot derde landen, is de regee ring van meening dat op dit punt thans het maximum bereikt is, wat in de gegeven omstandigheden mogelijk moet worden ge acht. De stap moet veroordeeld worden, omdat hij zonder eenigen twijfel provoceerend is: de verklaring heeft het karakter van een op roep, gericht tot de communistische gezind heid, waar die zich ook openbaart. Intusschen aldus het blad hebben anderen zeker den inhoud van het accoord geschonken. De klachten aan het adres van Duitschland, Italië en Portugal, moeten on- derzocht worden. SCHERPE STRIJD OM OVIEDO. BASKENLAND AUTONOOM. Hier en daar zijn in de afgeloopen vier en twintig uur wat schermutselingen ge leverd, maar in het algemeen is het zeer rustig geweest op de fronten. Alleen om Oviedo wordt hevig gevochten. De mijnwerkers zetten hun aanval in de stra ten der stad met groote verwoedheid door, terwijl de rechtschen met niet geringe felheid hun stellingen verdedigen. De regeeringstroepen hebben het stadsdeel bij het Noord-station bezet, waardoor zij tot den aanval op het centrum der stad kunnen overgaan, waar de opstandelingen zich ver schanst hebben. Op verschillende plaatsen in de buurt van de kerk van St. Jan is brand uitgebroken. Nieuwe klacht tegen Italië. Op de Spaansche ambassade te Londen werd gisteren het volgende bericht uit Ma drid ontvangen: „Het eiland Ibiza is door de opstandelin gen genomen met bijstand van 700 Italia nen eri twee driemotorige Italiaansche vlieg tuigen. De expeditie werd geleid door den Italiaanschen graaf Rossi, bevelhebber van de opstandelingen op Majorca. De troepen werden overgebracht door het Spaansche schip „Ciudad de Palma", me tende 3950 ton. Het schip is zwart geschilderd en op een der zijden van de steven is de Italiaansche vlag geschilderd. Aan de bezetting van Ibiza namen meer Italiaansche soldaten dan opstandelingen deel, slechts een kleine groep fascisten nam aan de bezetting deel." Zooals bekend is Ibiza een eiland van de Pitysen-groep, ongeveer 80 km. ten zuid westen van Majorca gelegen. Bij het begin van den burgeroorlog werd het door de regeeringstroepen bezet. Toen de poging van de regeeringstroepen om Majorca te nemen \tfas mislukt, zonden de opstandelingen van Majorca een expedi tie naar Ibiza om het eiland te bezetten. Baskenland autonoom. Gisteren heeft de autonome regeering van Baskenland haar taak aanvaard. De eeuwenoude droom der Basken in ver vulling! Maar onder welke omstandigheden. Het grootste deel van het land bezet. De fraaie steden een puinhoop. Handel en industrie lam gelegd. Waarlijk de omstandigheden waaronder de regeering haar bewindsperio de begint zijn weinig gunstig. Toen het gisteren donker werd, stond Don José Antonio Aguidde, de eerste president van de Basken, in een stilte, slechts verbro ken door het geritsel van dorre herfstbla deren, onder den ouden eikeboom te Guer- nica en legde, in bijzijn van vertegenwoor digers van het volk, den eed af, die zoo oud is als de boom. Eerst in het Baskisch, daarna in het Spaansch zei hij: „Nederig tegenover God, maar verheven op Baskischen bodem onder den Eik van Biscaje, zweer ik bij de nage dachtenis van mijn voorouders, dat ik mijn plichten trouw zal vervullen." De gouverneur van Biscaje droeg daar na de waardigheid van den nieuwen presi dent aan hem over in naam van de centrale regeering. PARIJSCHE ZESDAAGSCHE. Ook SchönPelicnaars in de kop groep. Het scheen'gisteren de avond der Neder landsche renners te zijn. Na de sprint van haif acht, gaan de Neder landers er van door. Onophoudelijk belaag den zij de leiders en hoewel Ignat—Diot alle moeite doen om hun voorsprong te be houden, moeten zij toch capituleeren en on ze renners een plaatsje in het hoofdpeleton afstaan. Gemakkelijk ging het niet. In een jacht van zeker anderhalf uur, razen de kereis als pijlen langs de houten latten. De tegenstan ders geven geen kamp, maar Holland blijkt onoverwinnelijk en weet op waarlijk heroï sche wijze den achterstand van drie ronden in te loopen. De stand van gisteravond half tien luidde: 1. OlmoDi Paco 197 pt.; 2. IgnatDiot 145 pt.; Aerts—Buysse 134 pt.; 4. Pijnenburg —Wals 127 pt.; 5. SchönPellenaars 121 pt.; 6. Archamhaud—Lapébie 112 pt.; 7. Macs—De Pauw 59 pt. Op 1 ronde; 8. MagneGuimbretière 126 p. op 4 ronden: 9. WarnbstLacquehagy 98 p op 5 ronden: 10. Charlier—Deneef 195 pt op 6 ronden: 11. LeducqDaven 44 pt.; op 8 ronden: 12. Duequeux—Tonnelier 139 pt., 13. BouchardLamoreux 78 pt.; op 10 ronden; 14. Grillo—Giliberti 66 pt.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1936 | | pagina 1