Een benauwd laatste kwartiertje. Noorwegen had tweemaal, Nederland eenmaal de leiding. Het spel der Neder landers pakte niet* De meening der Neder- landsche officials* Nederland speelt gelijk tegenNoorwegen j(Van een "A.N.P.-verslaggever AMSTERDAM, 1 November. Na een week van storm en regenvlagen een Zondag met zon licht, en dus een voebalwedstrijd Nederland Noorwegen onder gunstige weersomstandig heden. Zij, die zich wellicht door het slechte weer van de voorgaande dagen hadden laten af schrikken, besloten toch nog een plaats te nemen, en zoo hoorde een uitverkocht Stadion de woorden aan, die wethouder Boekman voor den aanvang van den wedstrijd sprak. Toespraak van wethouder Boekman. Dat was een nieuwigheid, dat een vertegen woordiger van het Amsterdamsche gemeente bestuur door een toespraak een zeker cachet aan een internationalen voetbalwedstrijd ver leende. Hij zeide dan ook, dat een bijzondere gebeur tenis daartoe aanleiding moest geven. Die ge beurtenis was het feit, dat vandaag voor de 50ste maal een internationale voetbalwedstrijd in de hoofdstad werd gespeeld onder de auspiciën van den K.N.V.B. „Sinds 1909 aldus de heer Boekman is de bond Amsterdam trouw gebleven" en hij vervolgde: „en als de wedstrijd van vanmiddag door onze spelers gewonnen wordt, kan een tweede jubileum gevierd worden, want dan zal het Nederlandsche elftal de 25ste zege in het Amsterdamsche Stadion behaald hebben in internationale wedstrijden". Het lot heeft het echter anders gewild: dat tweede jubileum kon vandaag niet ge vierd worden. Want de Oranjeploeg is er niet in geslaagd den Noorschen gasten een nederlaag toe te brengen. Integendeel, de toeschouwers hebben een benauwd laatste kwartiertje beleefd, toen de stand 32 in het voordeel der Noren was en het in onze voorhoede niet al te best scheen te vlotten. Eerst twee minuten voor het einde kon het doelpunt van De Bock ons althans voor een nederlaag behoeden. Het spelverloop. Eenige minuten voor half drie komen de Noren, gekleed in witte broek en rood shirt, op het veld. De „Postharmonie" speelt het Noor- sche volkslied. Dan volgen de Oranje-mannen, begroet met het „Wilhelmus". Scheidsrechter Birlem (Duitschland) roept de aanvoerders tot zich: Nederland verliest den toss en speelt voor de rust tegen den zwakken wind, die over de lengte van het veld staat. De elftallen stellen zich als volgt op: N ederland: Halle (Go Ahead) Weber Caldenhoven (A.G.O.V.V.) (D.W.S.) Paauwe Anderiessen Van Heel (Feyenoord) (Ajax) (Feyenoord) Wels De Bock Bakhuys Smit (Unitas) (Bloemendaal) (H.B.S.) (Haarlem) Van Nellen (D.H.C.) Brustad Boerresen Martinsen Kvammen (Lyn) (Frederikstad) (Lillestroem) (Viking) Frantzen (Hardy) Holmberg Juve Monsen (Odd) (Lyn) (Hardy) Holmsen Eriksen (yn) (Odd) Johansen (Vaalerengen) Noorwegen: Bakhuys trapt af: de bal belandt al gauw bij de Noren, die echter ook niet ver komen. Dan trekt Nederland voor het eerst ten aanval: Van Nellen krijgt den bal op den vleugel vrij, zet voor en De Bock kopt naast. Even later wordt een schot van Bakhuys gestopt. Vervolgens komt ook de voorhoede der gasten in actie en Halle moet reeds ingrijpen als Frantzen een gevaarlijk schot naar den hoek van zijn doel zendt. Halle stompt het schot corner: de hoek schop wordt door onze verdediging slecht be oordeeld, maar dat heeft geen ernstige gevol gen, doordat een Noor over het doel schiet. In deze eerste minuten is het tempo weinig snel, vooral aan Nederlandsche zijde: de Noren z(jn vaak een fractie van een seconde eerder btf den bal en oefenen zoo eenigen druk uit. Halle stopt dan een harden schuiver, nadat onze achterhoede gepasseerd is. Aan de andere zijde schiet De Bock in vrjj goede positie naast. De eerste Nederlandsche corner wordt door Wels genomen: de Noorsche doel verdediger stompt het leer het veld in. Het gebrek aan tempo doet zich dan opnieuw gevoelen: wederom brengt Noorwegen ons doel in gevaar en eerst na een felle scrimmage weet de achterhoede ruimte te maken. Eenige Noorsche aanvallen worden dan door offside onderbroken. De gasten laten zich daardoor overigens n»c ontmoedigen, hun middenlinie staat goed op gesteld en stuwt de voorhoede steeds weer ten aanval, zoodat Halle, Weber en Caldenhove lang geen gemakkelijke taak hebben. Smit, die nog weinig fraai werk heeft laten zien, schiet bij een aanval der onzen in, maar te zacht. Johansen heeft den bal gemakkelijk. Het is dan langzamerhand duidelijk gewor den, dat Nederland dezen wedstrijd nog met gewonnen heeft, dat er zelfs hard zal moeten worden gewerkt om een eervol resultaat'te be reiken. De Noren stormen al weer op ons doel af: het gevaar dreigt thans van den rechtervleugel. Halle werpt zich naar voren, grijpt mis, maar de bal gaat juist zijn heiligdom uit. Even later schiet een der Noren naast. Ook de Nederlandsche voorhoede probeert het telkens weer. Van een belangrijk overwicht ten gunste van een der partijen kan niet ge sproken worden. Smit krijgt een vrij behoorlijke kans, die hij mist. Als de linksback Holmsen de situatie verkeerd beziet, heeft De Bock den bal in goede positie, maar ook zijn schot faalt. Bij een door Nederland genomen corner brengt Johansen redding. Na deze eerste periode van ongeveer 25 min. worden de Nederlandsche aanvallen wat veel- vuldiger, maar de Noorsche verdediging is sterk en voorloopig wordt het doel der gasten niet al te veel verontrust. Bakhuys wordt stevig bewaakt en het is wat wonderlijk, dat de onzen in die omstandigheden niet meer op de vleugels spelen. Datzelfde is trouwens een bezwaar van het Noorsche aanvalsspel: kort en ver doorgevoerd samenspel, weinig verras sende momenten. Bijna neemt Nederland dan toch de leiding. Smit duikt voor het doel op, krijgt den bal toe gespeeld en schiet hard: de bal ketst buiten het bereik van Johansen tegen den paal. Juve, de Noorsche spil, verlaat het veld en wordt vervangen door Andersen. De Noorsche aanvalskracht heeft daar blijkbaar weinig van te lijden, want, nadat Johansen een schot van den even ontsnapten Bakhuys onschadelijk heeft gemaakt, is het oogenblik voor het eerste Noorsche succes gekomen. Na 33 minuten: 01. Na 33 minuten appeleert onze achter hoede bjj een Noorschen aanval voor bui tenspel, ten onrechte, want wel is Weber naar voren geloopen, maar men denkt er niet aan, dat Paauwe zich dicht bij het doel bevindt. De Noorsche middenvoor Martinsen kan dan ook gemakkelijk den bal langs Halle jagen, terwijl onze backs werkeloos toezien. (01). Met dezen achterstand trekken onze jongens opnieuw naar voren. Terwijl het binnentrio den bal heeft, loopt Johansen uit en hij is nog al fortuinlijk, als hij in deze positie een schot kan stoppen. Na een fraaien aanval schiet Bakhuys naast. Het wil niet lukken. Wels, die overigens een goede partij speelt, plaatst eenige malen achter. De tijd verstrijkt zonder dat de Oranjeploeg zich een veldoverwicht kan verschaffen. Halle moet zelfs nog tweemaal handelend optreden. Zoo golft het spel heen en weer, maar de rust komt met een 1O-voorsprong voor de Noren: Nederland heeft niet gelijk kunnen maken. De stand gelijk. Maar de tweede helft is nog maar nauwelijks begonnen, als de toeschouwers reden tot juichen krijgen. Even zijn de Noren aan het woord, dan snelt Wels langs de lijn, geeft den bal aan Bakhuys, die zich, door even naar links te zwenken, vrijspeelt en met een onhoudbaar schot in den linkerhoek de partijen op gelijken voet brengt. (1I). BAKHUIJS Luide aangemoedigd snelt de Oranje-aanval weer naar voren, maar de Noorsche achter hoede laat zich niet ten tweede male over rompelen. Het spel is thans vooral bij de Nederlanders vuriger, feller en dus gevaarlijker. Een corner op het Noorsche doel wordt gefor ceerd, waaruit de bal naast gekopt wordt. Wels schiet daarna over, terwijl hij zwaar gehinderd wordt. Nederland heeft de leiding. Het blijkt nu, hoe productief een voor hoede kan spelen, als de vleugelspelers in de combinatie betrokken worden. Want zooals Wels de man was, die den grondslag legde voor het eerste doelpunt, zoo heeft hij ook een belangrijk aandeel in het tot standkomen van den tweeden goal. Na snel te hebben opgebracht, plaatst hij den bal voor het Noorsche doel, waar Smit gereed staat om met een goeden kop bal Johansen te passeeren. Zoo is de stand na 8 minuten 2—1 in het voordeel der onzen. Het tempo is intusschen veel sneller gewor den, maar anderzijds wordt het spoedig duide lijk, dat de Noren er geenszins van overtuigd zijn, dat zij hun wedstrijd verloren hebben. Ons doel komt weer in gevaar. Vallend stopt Halle een schot van Brustad en dan kan Caldenhove na een hevige doelworsteling redding brengen. Niettemin is Nederland in dit tijdvak belang rijk sterker. Dat overwicht wordt echter niet behoorlijk geëxploiteerd, veelal wordt de bal zóó ver naar voren geplaatst, dat de voorhoede hem onmogelijk kan bereiken. Van Nellen, wiens spel niet zeer overtuigend is, maakt dezelfde fout: zijn voorzetten belan den meermalen achter het Noorsche doel. Weer is het Wels, die het binnentrio een kans geeft: De Bock dringt zich naar voren, doch juist als hij schiet, kan een Noor nog red dend ingrijpen. Dat de Noren ook vaak gevaarlijk zijn, komt voor een belangrijk deel op rekening van onze verdediging, die den linksbuiten Brustad meestal vrij laat staan. Zijn landgenooten zijn dan ook zoo verstandig, zoo vaak mogelijk op dezen man te spelen. Weer gelijk! Als er nog 18 minuten gespeeld moet worden, heeft één der Noorsche aanval len succes. Frantzen Is nel doorgeloopen en naar binnen gezwenkt, zjjn schot wordt nog even gestopt, maar de bal springt in het veld terug, waarna de toe schietende Brustad van dichtbij scoort. (2—2). Vergeefs trachten de onzen een voorsprong te herkrijgen. Van Nellen kan de richting niet vinden: als onze voorhoede tot dicht bij het Noorsche doel genaderd is, schiet hij hoog over. Wels probeert het onvermoeibaar, een ver doorschietenden bal weet hij juist bij de achterlijn nog in te halen en voor te zetten, maar succes brengt ook dat niet; na een doelworsteling is het gevaar voor de Noren geweken. Onze tegenstanders laten intusschen de oranje-verdediging geen rust en eens kan Halle slechts redden, door zich moedig op den bal te- werpen. Maar negen minuten voor het einde wordt een Noorsche aanval Nederland weer noodlottig. Een schot van den rech tervleugel stopt Halle. Hjj raakt den bal echter kwjjt en het is weer Brustad, die daarvan gebruik maakt. Hij doelpunt weer van dichtbij en zoo is de stand 23 geworden. Het lijkt er dan reeds op, dat Nederland een nederlaag te slikken zal krijgen. Maar met een uiterste krachtsinspanning vallen de Oranjemannen aan. Tweemaal nog gaat een schot naast, doch dan gebeurt toch nog, wat niemand meer had durven hopen. Twee minuten voor het einde krijgt de Bock den bal in goede positie voor het Noorsche doel en reeds ligt de gelijk maker in het net. 33. Op het laatste oogenblik heeft Nederland een gelijk spel weten te bevechten. Na afloop van den wedstrijd hebben wij enkele der Nederlandsche officials naar hun meening gevraagd. De voorzitter der Keuze-commissie van den K.N.V.B., de heer H. W. H. Herberts, meen de, dat er matig gespeeld is aan Nederland sche zijde. De overtuiging ontbrak. Hoe dat kwam? Noorwegen is een zeer moeilijke tegenstander, dat is nu wel heel duidelijk gebleken. Het Nederlandsch elftal heeft slechts ge durende een korte periode goed gespeeld, direct na de rust. Toen zat er gang in, toen was er groot enthousiasme, toen gaven wij tempo aan. Het is typisch Hollandsch, dat na den stand 21 het spel verflauwde, het zakte weer terug tot het peil van voor de rust. De middenlinie speelde in de eerste helft in teruggetrokken positie, en ik geloof, dat dat met deze Noorsche voorhoede wel goed gezien was. Alle spelers hebben overigens hun plicht gedaan, de inzet van het nieuwe seizoen is goed. En ik denk niet, dat er veel ver anderd zal worden voor de ontmoeting tegen Duitschland. En de debutant de Bock? Die heeft een behoorlijk debuut gemaakt, aldus den K.C.-voorzitter. Hij had voor de tweede helft het consigne gekregen: blijf in de voor hoede spelen, en daar heeft hij zich goed ge weerd. Het doelpunt dat hij gemaakt heeft, was daarom zoo goed, omdat hij het op een beheerschte wijze had gedaan. Trouwens, de Nederlandsche doelpunten waren van een beter gehalte. Ottode Vries, voorzitter van de tech nische commissie, vertelde ons, dat hij de Noren beter in het veld vond dan het Neder landsche elftal. Een groote fout was geweest, dat voor de rust te weinig op links was ge speeld. Bakhuys werd zwaar gedekt en niet temin beging men de fout veel op hem te spelen, een zelfde fout, die in den wedstrijd tegen Engeland werd gemaakt. De bal kreeg in deze ontmoeting steeds een eigenaardig draai-effect, hetgeen voor onze spelers eigen aardige situaties meebracht. Enkele spelers meenden, dat de dopjes onder hun schoenen te hoog waren en in de rust is dat veranderd. Overigens, de cijfers geven de verhouding goed weer, over het resultaat mogen we tevreden zijn. Ook het debuut van de Bock noemde deze official bevredigend. De scheidsrechter moest z. I. een oud-voet baller zijn geweest, (inderdaad), want hij voelde het spel uitstekend aan, hield vooral niet door te veel fluiten den wedstrijd op. De heer E. G. M u n d t, lid der Keuze- en der Technische Commissie, verklaarde, dat de Noren in het veld z. i. beter hadden gespeeld dan de onzen. Desondanks hebben wij b.v. voor de rust meer kansen gehad. Onze backs namen tegen over dit spel een te afwachtende houding aan en met dezen scheidsrechter noemde hij de buitenspeltactiek onzer verdediging gevaar lijk. De Bock had een goeden wedstrijd ge speeld, met dat doelpunt bewees de Bloemen daler dat hij met zijn hersens er bij was. Paauwe vond de heer Mundt de beste van allen. De heer F. G. T r i e b e 1, eveneens lid der Keuze- en Technische Commissie, was van meening, dat de Noren zeer snel in hun bewe gingen waren. Hij roemde hun tactiek. Tegenover dit spel waren de Hollanders te rustig. Ook was hij met het resultaat tevreden. De Bock had goede dingen gedaan, uitblin kers waren er niet geweest. De directeur van het stadion, de heer Jan P. van den Berg, bleek al geen uitzonde ring te vormen op de algemeene opinie. We mogen tevreden zijn. Toen hij van Heel in de tweede helft op een gegeven moment slecht zag plaatsen, had de stadion-directeur tegen zijn buurman gezegd: dat kon ons wel eens een doelpunt kosten. En inderdaad was dat het geval geweest. De heer van den Berg wilde hiermede aantoohen, dat het in een dergelijken wedstrijd tusschen twee gelijkwaardige tegenstanders soms van een kleinigheid afhangt. Het oordeel van scheidsrechter Birlem. De Noren hebben veel beter gespeeld dan te Berlijn, toen zij eveneens onder mijn lei ding, tijdens het Olympisch Tournooi van Polen.wonnen en daarmede den derden prijs wonnen, aldus het oordeel van den heer Birlem. En, zoo voegde deze scheidsrechter er bij, dat behoeft niet zooveel verwondering te wek ken, omdat zij toen te Berlijn reeds enkele zware wedstrijden achter den rug hadden. De heer Birlem vond Anderiessen zwak, en onze backs een vabanque spelletje spelen, in plaats van de tegenstanders goed te dek ken. Halle had z. i. schuld aan het tweede, zoowel als het derde doelpunt. De beide spillen van Noorwegen hebben hun taak, Bakhuys te dekken, goed opgevat. Dat eerste Noorsche doelpunt was niet te annuleeren wegens buitenspel, omdat het dat eenvoudig niet geweest was. Overigens ha4 de Duitsche scheidsrechter het een prettigen wedstrijd gevonden. Even had het er naar uit gezien, dat de Noren te hard zouden gaan spelen, o.a. de midvoor, doch het was overigens uitstekend verloopen. En beide partijen mochten volgens hem met dit gelijke spel tevreden zijn. De spelers. Uitblinkers in de Nederlandsche ploeg heb ben wij niet kunnen ontdekken. Zwakke punten echter ook niet. Halle kan op een goeden wedstrijd terug zien. Hij heeft enkele brillante dingen gedaan, maar zijn uitloopen wekte niet altijd ver trouwen. Weber en Caldenhoven hebben indi vidueel wel voldaan, maar hun spel-opvatting vonden wij niet juist. Hun opstelling konden wij niet roemen. De aanvallen der Noren, toch hoofdzakelijk in kort spel, uitgevoerd, hadden veel eerder dienen te worden gebroken. Wij hadden het gevoel, dat men het juiste tegenspel niet kon vinden, waardoor op ver scheidene momenten men een rommeligen in druk van onze verdediging kreeg. Ook het verband met de middenlinie klopte lang niet altijd en zelfs het afgeven van den bal mislukte vele malen door het slechte plaatsen. Onvoldoende waren beiden niet, maar een grooten indruk hebben zij toch niet achterge laten. En wat te zeggen van aanvoerder Van Heel? Weer heeft hij ons laten genieten van zijn talrijke staaltjes knap technisch voetbal, van zijn routine, die hem in menig hachelijk moment redding brengt. Maar toch hebben wij hem verscheidene malen minder gelukkig het leder zien afgeven, was zijn op stellen soms vrij riskant, waardoor de buiten speler van de tegenpartij gelegenheid kreeg tot passeeren. En is hij eigenlijk niet in zijn taak te kort geschoten als aanvoerder, is hij wel de bezie lende leider in het veld geweest Was het niet de taak van Van Heel ge weest aan Bakhuys tijdens den wedstrijd te zeggen, dat hij meer moest gaan zwerven, dat hij nu eens met De Bock, dan weer met Smit van plaats moest gaan verwisselen, al was het maar voor momenten? Dan had misschien de kans bestaan, dat hij aan zijn voortdurende bewaking zou kunnen ontsnappen, dan was er verwarring in de Noorsche gelederen gekomen, dan waren de scoringskansen verdubbeld. Anderiessen vonden wij bepaald zwak, vooral in de eerste helft. In de tweede helft ging het wel wat beter, doch het was zeker niet een van zijn beste wedstrijden. Paauwe vonden wij nog de beste van de drie. In de tweede helft ging van hem de meeste kracht uit, stuwde hij de voorhoede op, ook al door zijn weergaloos enthousiasme, waar mede hij zich in den str\jd wierp. Ongetwijfeld heeft de Feyenoorder fouten in vergelijking met de anderen, volkomen gemaakt, maar zjjn totaal prestatie was, zeker voldoende. En de voorhoede? Als linie nog lang niet de slechtste. Over Bakhuys hadden wij het reeds, zjjn doelpunt was een juweeltje, al mislukten vrijwel alle andere schoten. Hij was echter niet de aanvalsleider, die hij anders van onze voorhoede is geweest. Daarvoor bracht hij te weinig variatie ia het spel, ja zelfs zijn passes naar de vleugels waren verre van goed. Wels heeft goed gespeeld, zooals Wels nimmer teleurgesteld heeft. Hij was de grond legger van twee der drie doelpunten. Toch was z(jn samenwerken met De Bock lang niet prima, een sterke rechtervleugel stond er ditmaal niet in het veld. Voor een debutant heeft de Bloemendaler bevredigend ge speeld en daar om zou het on juist zijn thans reeds een oor deel over zijn spel neer te schrijven. Deze speler zal nog eerst aan dit milieu moeten wennen en eerst dan zal blijken, of hij een aan winst voor de ploeg beteekent. Zijn doelpunt getuigde intus schen van over leg en inzicht. De linkervleu gel is als vleu gel mislukt. Smit was er in de eerste helft niet in. Zijn plaatsen leek naar niets en voorts gelukte zijn samenspel met Van Nellen allerminst, die overigens juist in de eerste drie kwartier weinig te doen kreeg. In de tweede helft ging het bij Smit beter, zijn doelpunt mocht er zijn en hij stuwde meer dan daarvoor de anderen tot den aanval op. Voorts betrok hij Van Nellen meer in het spel, doch de laatste was er in het geheel niet in. Zijn voorzetten mislukten in de meeste gevallen, zijn snelheid Hielp hem niets, want zijn tegenstanders waren minstens even snel. Dat toch nog de Noorsche verdediging de handen vol werk heeft gehad, pleit voor het individueel der onzen, maar niettemin bleven op een enkele uitzondering na allen beneden hun normale peil. De geheele Noorsche verdediging, met kee per Johansen aan het hoofd, was subliem, vooral, zooals wij reeds deden uitkomen, in tactisch opzicht. De spil als derde back, als bewaker van Bakhuys, speciaal, deed uitmun tend werk, zooals Juve eerst als later invaller Andersen. De kanthalfs Hielden uitstekend hun plaats. In de voorhoede was de kleine midvoor Martinsen snel en gevaarlijk, maar over een doodelijk schot beschikte hij niet. De vleugelspelers waren nuttig in hun spel, dat getuigt ook wel het feit, dat er van dien kant juist doelpunten kwamen. In de eerste helft voornamelijk short passing spelend, wisselde men na de rust open met kort spel af. En dat werd uitgevoerd met een snelheid, een handigheid, een bewegelijk heid, die bewondering afdwong. En menig applausje van onze landgenooten was voor de Noren bestemd. De leiding van den heer Birlem kon ons niet in alles bevrediging schenken. Hij leidde rustig en kalm, voelde het spel wel goed aan, doch was op buitenspel niet zeker, ja af en toe aarzelend. (Van een eigen medewerker Wij moesten tijdens den wedstrijd Holland- Noorwegen telkens denken aan onze voorbe schouwing, welke wij Zaterdag aan den wed strijd gewijd hebben: „Als er ook maar iets hapert aan den moter, dan kon het wel eens zijn, dat Nederland ook den vierden wedstrijd tegen de Noren niet won". - Welnu, een groot gedeelte van den wed strijd heeft het gehaperd aan den Nederland- schen motor, het ding wilde maar niet op het volle toerental loopen. Van den aftrap af tot aan de rust toe „pakte" het niet in onze gelederen, het ging allemaal zoo stroef, zoo stugWat daar de oorzaken van waren? Wel, een elftal is slechts dan in staat een goede partij voetbal te spelen als elke man den vorm bereikt krachtens welke hij zijn plaats in het vertegenwoordigend elftal ver overd heeft. Een Smit moet „de" Smit zijn, een Anderiessen de spil, die men minstens van hem mag verwachten en het tempo moet zoodanig zijn, dat het op internationaal peil staat. Men zal reeds begrepen hebben, dat we nu een en ander gaan aanmerken! Alweer denken we aan onze voorbeschouwing en wel speciaal aan dat gedeelte, dat we aan Kick Smit gewijd hebben. Onze vrees, als zou hij niet de oude zijn, is helaas waarheid geble ken. Hij was niet de groote zwervende ver bindingsspeler. Zijn fabelachtige techniek, zjj liet hem dezen middag dikwijls in den steek. Hoevele malen hebben wij gezien, dat een harde bal van eigen- of tegenpartij hem be reikte, doch dank zij een gebrek aan tech nische beheersching, een prooi werd van een tegenstander. Daar moest je vorig seizoen om komen! Zijn passeeren mislukte meermalen, zijn aangeven en plaatsen was onzuiver, zijn samenwerking met v. Nellen liet dikwijls, veel andere malen alles te wenschen over. Neen, Smit was Smit niet en bijgevolg was de Oranje-voorhoede dé voorhoede niet. Alleen herkenden we steeds den Haarlem-crack aan zijn zeer harde werken, zijn onversaagdheid, zijn doorzettingsvermogen en zijn ausdauer. Maar dat alles kon zijn totaal-prestatieniet als voldoend doen qualificeeren. Jammer! Wij twijfelen er echter niet aan of deze slechte wedstrijd zal door betere ge volgd worden. Smit is een te goede voet baller dan dat hij zich niet spoedig zou her stellen. We blijven vertrouwen in hem stellen! Volgt Anderiessen. We zijn zeker niet origi neel als we hier zeggen, dat de Ajacied nooit een buitengewoon voetballer, een „^"-voet baller geweest is. Doch dank zij de door hem met zooveel energie aangekweekte capacitei ten, was hij altijd nuttig en dikwijls onmis baar. Gisteren was hij dat niet. We vermoe den, dat het tempo, dat voor de rust (daar over direct) toch niet snel was, hem parten ANDERIESSEN

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1936 | | pagina 5