De Nijenrode-zaak De groote rede J van Dr. Colijn Richtingaanwijzers cp lange autos Advies voor het bloembol- lenbedrijf Sport „veredelt" ontploft i5ffn^r?,nswhtr -u I Smokkelwaar in de benzinetank De onregelmatigheden te Vlissingen de haagsche zedenzaak. bijgevuld bij het licht van een petroleumlamp, een felle brand het ge volg. TWEEDE KAMER Een coalitie-regeering te «eng Schouw van het kasteel bevolen. Gisteren zet le het gerechtshof onder pre- sidum van Mr. Joh. M. Jolles de behande ling van de Nijenrode-zaak voort Mr. Muller Massis vervolgt dan zijn plei dooi met de behandeling van het juridisch materiaal. Pleiter is van meening, dat de dagvaarding hinkt op twee gedachten, het middellijke daderschap wordt niet uitge werkt. Is de verzekeringsexpert v. d. Dussen mis leid en in den waan gebracht dat er ingebro ken was door de verklaringen van Onnes? Neen, aldus pl., getuige van der Dussen heeft zelf verklaard, dat dit niet het geval is. Van der Dussen was tot zijn rapport ge komen zooals hij verklaart doordat hij de goederen in vreemde handen aantrof. Voorts wordt aan verd. ten laste gelegd, dat verd. verzweeg dat het geen werkelijke diefstal was geweest. Een verzwijging is echter geen handeling en dus geen listige kunstgreep. - Ook het geven van de lijst van gestolen voorwerpen is geen kunstgreep. Het is slechts een historische vermelding van wat er toen geschied is. Ook op juridische gronden is naar de mee ning van mr. Muller Massis geen veroor deeling mogelijk. ,De president neemt dan met verdachte de dagvaarding nog eens door. Hij heeft het stuk zelf niet gelezen. „Ik ben onschuldig en toen ik de dagvaarding kreeg heb ik haar direct aan mijn verdedigers gegeven". De president deelt dan mede, dat het Hof er over denkt om een bezoek aan Nijenrode te brengen om de situatie op te nemen. Het Hof gaat in raadkamer. Na opening deelde de president mede, dat het Hof een schouw be veelt en wel op Woensdag 2 Dec. te half elf. Ook de politie te Breuke- len, die na de inbraak het eerste on derzoek instelde, zal ter plaatse zijn De zitting wordt geschorst tot half twee. Het hof zal dan de behandeling van de zaak tegen Koning voortzetten. Acht maanden tegen Koning geëischt. Na de pauze staat Koning weder terecht. De president stelt hem alvorens den pro cureur-generaal het woord te geven voor zijn requisitoir nog eenige vragen. Hij be spreekt met hem de kwesiie van de z.g. ge camoufleerde correspondentie. Verdachte houdt vol dat die correspon dentie alleen maar werd gevoerd om geca moufleerd over de inbraakgevolgen mede- deelingen te doen. Verd.: In al dieb rieven wordt een af spraak gemaakt. Pres.: Neen, dat is niet waar. En die cor respondentie in April? Ja, zegt Koning, dat ging inderdaad over de beleening van eenige van mijn schil derijen. Ik moest geld hebben om de ver huizers te betalen. Requisitoir. Ik kan in deze zaak uiterst kort zijn zegt de procureur-generaal, Mr. J. Ver steeg bij den aanvang van zijn requisitoir. Ik heb reeds in mijn requisitoir tegen On nes gezegd, dat ik de verklaringen van Koning als waar en aannemelijk beschouw. Ik ben er van overtuigd, dat verdachte geen vast honorarium is beloofd door On nes. Het was hem voldoende O. te helpen, zoodat hij O. aan zich verplichtte en zoo doende een relatie schiep. Dat blijkt ook wel uit het feit, dat hij, kort nadat de diefstal was uitgevoerd, on derhandelingen met Onnes opende over ver koop of beleeningen van schilderijen. We tende dat het voor Onnes moeilijk was hem iets te weigeren zag hij in Onnes een „melkkoetje". De vraag is hier, welke straf moet wor den opgelegd. Er is een ernstig misdrijf ge pleegd, al is het dan ook minder zwaar dan dat van Onnes. Ook deze verdachte is reeds zwaar getrof fen. Spr. eischte vernietiging van het vrij sprekend vonnis van de rechtbank en verd.'s veroordeeling wegens medeplichtig heid aan oplichting tot acht maanden ge vangenisstraf met aftrek van voorarrest (eveneens ruim acht maanden). Het woord was daarna aan den verdediger Mr. F. A. Kokosky. Pleidooi mr. Kokosky De ver dedigers van Onnes zijn goede regisseurs. Mr. Kokosky noemde zijn taak moeilijk en pijnlijk. Hij zal hier niet moeten trach ten zijn cliënt buiten de gevangenis te hou den, doch hij zal een aanval moeten doen tegen den verdachte Onnes. Ik moet helaas aldus pl. de veroodeeling van Onnes vragen, ik moet het pleidooi van mrs. Muller Massis en Kappeijne ondermij nen. Ik moet mij als verdediger van Koning verzetten tegen de vrijspraak van Onnes. Door diens vrijspraak immers zou Koning tot chanteur worden gestempeld. Hij heeft een fout begaan, doch een chanteur is hij niet. Koning als sportsman vindt de houding van Onnes laf. Inderdaad aldus pl. als Koning gelijk heeft, is de houding van On nes van een ongemeene perfiditeit. Hier staat een verdachte terecht, die volledig be kent: „Mein Liebchen, was willst du noch meh", en... hij wordt niet geloofd, althans, de rechter twijfelt of men zijn bekentenis niet in twijfel moet trekken. Koning werd in een zeer moeilijke positie gebracht. Hij had de aanvallen van een scherpzinnigen verdachte en van twee emi nente verdedigers te verduren. Men heeft gewroet in het verleden van Koning. De hee- ren verdedigers waren goede regisseurs om verd. in de oogen van het Nederlandsche pu bliek zwart te maken en dat is uitstekend gelukt. Maar in dit geval gaat het er om: „Spreekt Koning de waarheid?" Ik zou daarvoor aldus pl. het uit muntende, rustige en waardige requisitoir van den procureur-generaal tegen Onnes op den voet moeten volgen. Dat is niet noodig. Ik ben er diep van overtuigd, dat Koning de waarheid spreekt en dat Onnes inderdaad schuldig is aan hetgeen hem ten laste is gelegd. Typeerend vindt pl. het ook, dat Onnes toen hij gechanteerd werd zich niet tot zijn raadsman heeft gewend, teiwijl hij dik wijls op diens kantoor komt. Toen Koning gevangen genomen was, kwam hij pas met het chantageverhaal. En waarom? Omdat hij een gevaar in Koning zag, gaf hij Ko ning de schuld en beschuldigde hem van chantage. Dat past bij zijn wapenspreuk op de kasteelpoort „Cedo nuli" (ik wijk voor niemand). 1 Koning heeft reeds veel geleden en zal nog veel moeten lijden. Of hij zal een veroordee- lend arrest ten zijnen laste krijgen, of hij zal worden vrijgesproken, waarmee de smet van chanteur op hem zal blijven rusten. Hij wil niet worden vrijgesproken. Als raadsman moet ik mijn pleidooi besluiten met het vreemde verzoek: „Veroordeelt u Koning". De procureur-generaal zal later replicee- ren. Na raadkamer deelt de president mede, dat re- en dupliek in deze zaak ook worden gehouden na den schouw, dus op Woensdag 2 December. Een tweede stel achteraan zeer gewenscht. 's-Gravenhage 13 November Het aan brengen van richtingaanwijzers op auto's zoodanig dat ze in uitgestoken toestand vooral ook voor het achterlij dend verkeer duidelijk te zien zijn, levert vaak moeilijk heden op. Tal van ongevallen zijn reeds aan onvoldoende waarneembaarheid te wij ten geweest en ieder weggebruiker kent het euvel. De laatste tijden, aldus schrijft de A.N.W.B. waren vele automobieleigenaars er toe overgegaan voor de veiligheid een tweede stel richtingaanwijzers aan de ach terzijde van hun wagen te monteeren. De met ingang van 1 November van kracht geworden bepalingen schrijven thans voor dat de richtingaanwijzers niet verder dan 1,20 van de voorruit verwijderd mogen zijn, terwijl het gebruik van een stel ver lichte wijzers of anderszins aan de achterzij de van het motorrijtuig niet meer is toe gelaten. ANWB is van meening uit 'n oogpunt van verkeersveiligheid niet alleen het voeren van een tweede paar richtingaanwijzers moet worden toegestaan, maar dat een positief voorschrift dartoe moet worden uit gevaardigd voor lange motorrijtuigen, zooals dit ook in België het geval is. Het be stuur heeft in dezen zin een verzoek tot den minister van Waterstaat gericht. Dezer dagen kwam de Bedrijfsraad voor het Bloembollenbedrijf in vergadering bijeen. Na breede discussie besloot de Raad, ge let op het bepaalde in art. 15 van de Be- drijfsradenwet en in verband met het per 1 Maart 1937 afloopen van het contract jaar, meer speciaal nog met het oog op art. 18 van het huidige collectief contract bedoelde opzeggingstermijn, aan de contracteerende patroons- en arbeidersorganisaties in het bloembollenbedrijf, het navolgende advies uit te brengen: 1. contracteerende partijen zullen ter be vordering van de rust in het bedrijf, dit jaar geen gebruik maken van de opzeg gingclausule neergelegd in art. 18, twee de alinea van het collectief-contract; 2. partijen zullen, teneinde misstanden te voorkomen, een commissie benoemen en mandateeren, om samen te stellen: a. een loonschaal naar leeftijd voor de jeugdige, niet volwassen arbeiders; b. een regeling, welke een limiet stelt voor het loon voor aangenomen werk. De Raad heeft voorts een breede gedacli- tenwisseling gehouden over het vraagstuk der werkverruiming in het bedrijf. In den nacht van Donderdag op Vrijdag werd te Moerdijk door de marechaussee een Belgische vrachtauto aangehouden. Tijdens het onderzoek wist de chauffeur, zekere H. uit Ephicien in België in de duisternis te ontkomen. Vrijdagmorgen ontdekte de veld wachter van Hooge Zwaluwe den vluchte ling echter in een café. Zoodra. deze den politieman ontdekte, zette hij het op een loopen. Hij kon evenwel later aangehouden worden en voor den burgemeester van Hoo ge Zwaluwe voorgeleid worden. Bij onderzoek in den wagen vond men in de benzinetank niet minder dan 1450 boekjes Belgische sigarettenpapier, welke frauduleus over de grens waren gesmok keld. Mito en sigarettenpapier werden in be slag genomen en met den verdachte ter be schikking van den inspecteur der invoer rechten te Breda gesteld. Tegen ruw voetbalspeler zes maanden geëischt. De Officier van Justitie te Amsterdam requireerde gister tegen een speler van Amstel Boys (Ouderkerk), die bij een wed strijd tegen M.T.S. (Amsterdam) een speler ernstig had gewond, tot een gevangenisstraf voor den tijd van zes maanden. De man, een achterspeler, die wegens zijn ruw spel reeds herhaaldelijk was gewaar schuwd, speelde na de rust in de voorhoe de. Op zeker oogenblik sprong hij met twee rechtbaxk Benzinetank van auto Uitspraak der rechtbank te Middelburg. De rechtbank te Middelburg deed gister uitspraak in de zaken betreffende de fraude bij het bureau voor Maatschappelijk Hulp betoon en het Crisiscomité te Vlissingen. De Rechtbank veroordeelde den oo-jarigen P G. L„ oud-wethouder, wegens het uitioK- kên van diefstal, tot zes maanden gevan genisstraf, den 43-jarigen W. de ^.admi nistrateur van Maatschappelijk Hulpbetoon, tot vier maanden gevangenisstraf, den commies ter secretarie J. P- L., die secreta ris was van het plaatselijk crisiscomité, tot twee maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van drie jaren en bovendien veertig gulden of twintig dagen hechtenis. De col lectanten, de 47-jarige C. R., de 44-jarige H. V., de 35-jarige C. G. en de 36-jarige A. B. werden veroordeeld respectievelijk tot drie maanden, 1 maand, 1 maand, en 1 maand gevangenisstraf. Naar wij vernemen, heeft de Officier van Justitie besloten tegen vier personen, die indertijd gearresteerd zijn als verdacht van betrokken te zijn bij de zedenzaak, een ver volging in te stellen wegens overtreding van art. 248 bis Wetboek van Strafrecht. De personen, die wel vervolgd zullen wor den zijn: v. d. Z„ G., P., en D. Naar wij voorts vernamen heeft de Offi cier van Justitie in de zaak tegen Mr. F. nog geen beslissing genomen. Ds. BIK BELEEDIGD. De twee vischhandelaren uit Enkhuizen die Ds. Bik beleedigden, zijn door het ge rechtshof te Amsterdam ieder tot vijftien gulden boete veroordeeld wegens beleediging van Ds. Bik, predikant in hun woonplaats. Het gerechtshof bevestigde hiermede het vonnis van den politierechter. Geruimen tijd geleden werden zooals men weet de kooplieden, toen zij met een lading visch van Enkhuizen naar Amsterdam re den, nar hun meening door Ds. Bik, die vóór de vrachtauto reed, verhinderd te pas- seeren. Op de IJpont kwamen beide auto's naast elkaar te staan. Gedurende een twist gesprek voegde het tweetal den dominee be- leedigende woorden toe. beenen op het been van de back van de tegenpartij. Deze werd ernstig gewond en moest met een gebroken been naar het zie kenhuis worden gebracht. Hij verscheen heden ter zitting als getui ge. Hij loopt thans geruimen tijd na den wedstrijd nog kreupel. De Officier van Justitie hield een scherp requisitoir en zeide, dat spelers, als deze verdachte, niet op het voetbalveld thuis hooren, daar zij een lichamelijk gevaar voorh un tegenpartij vormen. Verd. voerde aan, dat hij niet met opzet had gehandeld en dat het gebeurde aan een ongeluk te wij ten was. In een opslagplaats van de firma Mol, gelegen aan de Assendorperstraat te Zwolle is gisteravond omstreeks kwart over zeven een felle brand uitgebroken. Deze brand is ontstaan in de middelste van de vijf opslag, ruimten, waarin de loodsen zijn onderver deeld en de oorzaak ervan is waarschijnlijk gelegen in het feit, dat de bakker O. uit Zwolle, die zijn bestelauto juist had gestald, de tank van zijn wagen met benzine heeft willen bijvullen bij het licht van een bran dende petroleumlamp. De benzine heeft hierdoor vlam gevat, waardoor de bestelauto spoe dig in lichter laaie stond. Toen de tank ontplofte, deelde het vuur zich aan de omgeving mede. Een tapis sière van den expediteur Hersevoort, gevuld met huisraad, waaronder een piano, ging dientengevolge in de vlammen op, evenals goederen van den meubelhandelaar van Amels- foort en een expeditie-auto van de nieuwe coöperatieve winkelvereeni- ging. Toegeschoten omwonenden wisten te ver hinderen, dat ook een tapissière van den ex pediteur Schuurhuis verloren ging. Zij kon den deze auto in een nabijgelegen garage binnenrijden. Verschillende bakfietsen en een handwagen konden eveneens in veiligheid worden gebracht. De brandweer, die het vuur aan twee kanten aantastte, had den brand omstreeks half tien onder de knie. Haar krachtig optreden leidde ertoe, dat de overige opslagloodsen behouden konden blij ven, al kregen de goederen, welke hierin waren opgeslagen en die men niet bij tijds naar buiten had kunnen brengen, veel wa terschade. De drie tapissiere-auto's waren niet verzekerd, evenmin als de meubelen van de firma van Amelsfoort. De eigenaars lijden dan ook groote schade. Al staat de totale schade nog niet vast, toch is zij aan zienlijk. Verschillende ruiten van de omlig gende perceelen zijn door de hitte gespron gen. De brand trok groote belangstelling. De politie heeft den bakker O. op het hoofdbureau aan een langdurig verhoor on derworpen. De defensie-vooruitzichten. Geen opheffing van de landbouw crisismaatregelen. Verdediging van het gevoerde regeeringsbeleid Het a.s. Vorstelijk Huwelijk. DEN HAAG, 13 Nov. '36. Wij, Nederlanders, betrachten ook inzake gewichtige aangelegenheden eenvoud, so berheid, kenmerk van het ware, gelijk men zegt.Zonder eenige bijzondere formalitei ten gingen heden aanstonds onder den pre- sidieelen hamer door de ontwerpen, waar bij onzen a.s. Prins-Gemaal den staat van Nederlander verkrrijgt en toestemming wordt verleend voor het huwelijk van Prin ses Juliana. Het afdeelingsverslag had im mers reeds de ingenomenheid der leden met den loop van zaken vertolkt, men wenschte daaraan niets toe te voegen. Pre sident Aalberse vond slechts aanleiding, de aan de orde komende ontwerpen met eenige plechtstatigheid in zijn stem te annoncee ren.. Maar dat was dan ook alles! Na afdoening van een reeks „hamerstuk ken" kreeg Dr. Colijn, de premier, gelegen heid, zijn antwoord-rede op de algemeene beschouwingen der leden te doen volgen. Zijn forsch gebouwd betoog was vooral belangrijk, waar het zich bezig hield met details, hetgeen niet beteekent, dat „de groote lijn" ontbrak. Wat dit laatste be treft om daarmee maar te beginnen! dr. Colijn houdt blijkbaar niet sterk reke ning met de mogelijkheid op herstel, na de verkiezingen van de oude coalitie. Zelf acht hij haar in de gegeven omstandigheden niet boven alles gewenscht! De premier wees in het staatkundige gedeelte van zijn in de Kamer klimmende aandacht gevolgde rede op de onmogelijkheid, in Nederland een klassiek „parlementair Kabinet" te vormen, maar wat hij eigenlijk de hoofdzaak acht te, dat was een vruchtbare samenwerking tusschen Kabinet en Volksvertegenwoordi ging. Dr. Colijn vervolgde en hierin schuilde zijn visie op de toekomst: Zulk een harmo nische samenwerking, een dergelijke gees telijke verwantschnp is slechts bestaanbaar bij de erkenning van het feit, dat de Neder landsche natie een Christelijke natie is. „Maar men trokke de grenzen niet te eng!" aldus de premier met bijzonderen nadruk, want bij de „hopelooze versplintering" op het godsdienstige terrein, zou dat leiden tot negatie van de Christelijke beginselen Dr. Colijn wilde gezamenlijk de groote le venswaarheden van het Christendom in toepassing brengen, wijl z.i. slechts een krachtige, Christelijke levensovertuiging een waarborg is tegen de „grenzelooze geestes- verwildering", tegen de „ontbindende, ver woestende krachten van dezen tijd". Wie vertrouwt op menschelijk verbuft, leunt op een rietstaf!, aldus de premier. Zijn inzichten willen blijkbaar niet stil staan bij een mogelijk herstel der oude, rechtsche samenwerking, maar dringen naar een ruimere samenwerking, ook mede met hen zoo zei de premier die op grond der traditie willen rekening houden met den invloed der Christelijke levensbeschou wing, óók op staatkundig terrein. Met an dere woorden: niet alleen een meerderheid van positief-Christelijke groepen. Hoe Z. Exc. de practische toepassing van een en ander precies ziet, dat vernamen wij heden nog niet! Maar dat zij ten slotte heel veel zal afwijken van de huidige situatie mag weinig waarschijnlijk worden ge noemd Zooals reeds gezegd, het grootste deel der ministerieele rede hield zich met onderdee- len bezig, was mede een korte, maar krach tige, door „teekenende cijfers" gesteunde verdediging van het gevoerde regeeringsbe leid. Het Kabinet blijkt zich thans wel be wust van de resultaten, welke het heeft we ten te behalen, want mr. Oud, de bewaker onzer schatkist, die zooals dat behoort na den premier het financieele gedeelte voor zijn rekening nam, riep uit, dat „of men het onbescheiden vindt, of niet", het Kabinet de goede vruchten, welke de depre ciatie van de munt oplevert, (verhoogd staatscrediet) eenvoudig voor zich opeischt! De rede van dr. Colijn nu verder op den voet volgend, bleek, dat het wetsontwerp nopens goudclausules in contracten het de partement reeds verlaten heeft. Aanstonds ging de premier in op de beschouwingen ten aanzien onzer defensie. Men had critiek op het feit, dat de Regeering met verdere uit breidingen wil wachten tot na de verkiezin gen. Dr. Colijn betwistte natuurlijk, dat hij ver antwoordelijkheden van zich zou willen af schuiven, wijzend op de huidige versterkin gen, die eerst na eenige jaren effectief zul len worden, Nieuwe ingrijpende voor stellen achtte dr. Colijn van dit Kabinet on mogelijk, het zou slechts een „parade-paard- je" voor de verkiezingen kunnen zijn! En daarbij, de minister-president wilde toch ook dat het volk bij de verkiezingen weet, wat de plannen zijn, dat de uitbreiding dèr de fensie straks, na de verkiezingen, niet een onaangename verrassing wordt Gesteld §ens, aldus dr. Colijn met een lachje, dat ik in April a.s. bij de Kamer kwam met een voorstel om het jaarlijks contingent met tien a twaalf duizend man te vergrooten en den diensttijd van 5% maand op 12 maan den te stellen zou de Kamer dat vlak voor de verkiezingen willen aannemen? Z.F.xc. voelde de zedelijke verplichting, om bij de stembus zooveel mogelijk opening van zaken te geven. Nu iets betreffende het beleid van het Ka binet in het verleden! Ten eerste: de hand having van het gezag. De premier wees er op, dat de Regeering niet steeds ongeregeld heden kon voorkómen, maar zij wil steeds krachtig optreden tegen herhalingen. Zoo wat het verstoren van vergaderingen betreft, de Regeering zal er voor zorgen, dat die ver schijnselen niet meer voorkomen, anders zouden de verkiezingsvergaderingen onmo gelijk worden gemaakt. Een colportage-ver- bod begeert de Regeering nog niet, zij bepaalt zich tot repressief toez'^ht. Men moet niet al te bevreesd zijn voor de gevaren, uit de persvrijheid voortvloeien zoo zei dr. Colijn geruststellend, want „noch het Communis me, noch het Nationaal-Socialisme, heeft in Nederland een goede kans!" Men begeert uitsluiting der Communisten uit de kamer! Men vergete niet, dat de voor stellen der Regeering inzake de Grondwets- herziening alleen het oog hebben op de re- volutionnairen, dus niet alléén de Commu nisten...... De heer Goseling had sympathie doen blijken voor een verbod van derge lijke partijen, doch de premier zag daarin geen heil, gesteld, dat de regeering zooiets zou willen, want b.v. de heer De Visser zou toch weer in de Kamer komen via een „partij met als eenig doel „verhooging der steunnormen"En de heer Sneevliet zou de leuze kunnen aanheffen: Een ieder kosteloos tandheelkundige behandeling! De heer Mussert. kan weer iets anders beden ken: Afschaffing van bruggelden voor de binnenschippers Zonder exorbitante bevoegdheden der Re geering zal in deze weinig positiefs gedaan kunnen worden. Maar Z.Exc. wees op En geland, waar men dezer dagen pas een uni formverbod aannam, alsook een weercorp- sen-verbod, alsmede het strafbaar stollen van beleedigingen van volksgroepen... Ook Belgie neemt nu eerst ons land ten voor beeld, wel een bewijs, datwij niet achteraan komen sukkelen! Wat de „zwarte lijst" voor ambtenaren betreft, de premier erkende dat de huidi ge regeling niet deugt; er zal een betere moeten komen. Net economisch beleid en de bestriidintr m „merk,l0.°Slieid:. ,,Dr' Co,i'n constateerde terecht, dat Ir. Albarda daar niet zeer gunstig over oordeelt. Doch diens vergelij kende cijfers kon de premier niet aanvaar den, wijl die afgevaardigde 1929 als uit gangspunt nam, terwijl het „Crisis Kabi- m, mt!rSt T 33 ,.°Ptrad! °r. Colijn kwam 35 e c'!fers' In de Periode '33- tot f 711 mm-® U1ivo,er van f 750 millioen tot f 711 millioen dat is dus een achteruit gang (tijdens het bewind) van f44 millioen uRvn men even bedenkt, dat alleen de met f 7noam-iPUltSCHhla!ld in die Periode dat hp r millioen daalde, dan beseft men dat de regeering, ondanks de ontzettende belemmeringen, erin geslaagd is de uit voer omhoog te breneon tw JjSuSSS***!* réd„n, 'O^vend. d„ werk te krijgen is, doch wat zijn de gevol gen? Duitschland besteedde in de periode 24'29 niet minder dan 15000 milliard aan de eigen koopkrachtverruiming, maar wat zijn de gevolgen? Credietverruiming achtte de premier best, als er dan maar afzetgebied is. De tuinbouw heeft bewezen, welk een ellende te wachten is van een te groot bedrijf! Men vergete voorts nooit, dat de Staat zijn verplichtingen steeds moet nakomen; hij werkt met geld van anderen, van de burgers. Aangaande de werkloosheid waarschuwde dr Colijn tegen de gedachte, dat zij weldra verdwijnen zal. Betreffende den schommelenden gulden" rekende Z. Exc. voor, dat die fluctuaties ten opzichte van den dollar hoogstens 11.6 cent uitmaakte. De crisispolitiek besprekend verklaarde de premier, dat ook de Regeering snakt naar loswikkeling der knellende banden, maar noch de contingenteeringspolitiek, noch de landbouwsteun zal voorloopig kunnen wor den gemist. „Wij kunnen den landbouw nog niet aan zijn lot overlaten!, riep dr. Colijn uit. De belangrijke rede-Colijn werd zooals gezegd gevolgd door die van mr. Oud. Die zijn financieele gestie verdedigde tegen de heeren Goseling en De Geer, uitroepend, dat hiJ nimmer „te optimistisch" is geweest en steeds een open oog heeft gehad voor de na- deelen zijner politiek. Speciaal ook ging Z. Exc. in op zijn houding tegenover de ge meenten wat betreft het Werkloosheidssub- sidiefonds. Mr. Oud betwistte nog, dat wij tot deva- V i! 7'ijn overPTgaan. De depreciatie is slechts een gevolg van het verlaten van den Gouden Standaard. Een vrijwillige devalu atie zou ons Staatscrediet hebben geschokt, wat thans niet het geval is, getuige de schit terend geslaagde Staatsleening. Maar nu moeten de Socialisten niet gaan zeggen, al- dus nog mr. Oud, dat daardoor bewezen is, nat het „Plan" uitvoerbaar zou zijn, want we moeten een voorzichtige financieele poli tiek blijven voeren, het publiek vertrouwen mij ven inboezemen, wat het niet heeft in de Plannen, aldus de minister van Finan- cion Ir. Albarda nog verder antwoord ge vend op diens vraag, wat. er met de deprecia- icwinst der Ned. Bank dient te geschieden. Die is er nog niet, zei Mr. Oud, die komt pas na vaststelling van den nieuwen Gou den Standaard. Maar als zij komt, dan moet zij worden aangewend ,voor verstan dige maatregelen" als daar zijn inhalen allerlei achterstand, verlaging van crD,f„S on *en aanzien van de uit- iJ?0?,e.n we eveneens de uiterste voorzichtigheid blijven betrachten, want aoen we dat niet, dan zitten we binnen een paar aar weerh ee] djep jn dg put, pinUomf' ,'°°t met te zeggen, dat, als er '3^ opleving komt, dit voornamelijk te danken zal zijn aan den moeizamen aan- passingsarbeid uit de laatste jarent rn„LrPp I33kf,n wpi"den uitgesteld tot a.s. ïnsdag. Dan beginnen we tevens aan de u"n.'"'ersaderingon. Bihnenlandsche Za ken is het eerst „aan bod"! U'

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1936 | | pagina 14