Stadsnieuws
k
Visscherij
De strijd om de
„Betty
Bonn"
Het overlijden van
Mevr. en den heer De Boer.
Waar gaan we heen
Woensdag 9 December 1936
Tweede Blad
Onze zaak Vrijdag gesloten.
In verband met het overlijden
van Mevr. de Boer-Jongkees
en den heer P. C. de Boer, zal
onze zaak Vrijdag, den dag van
de ter-aarde-bestelling, gesloten
zijn.
Om half twaalf zal het stoffelijk
overschot van moeder en zoon
uit het woonhuis, Koningstr. 87
worden uitgedragen en op de
Algemeene Begraafplaats te
Huisduinen worden ter-aarde-
besteld.
De Heldersche Courant zal
dien dag, na afloop van de
droeve plechtigheid, om onge
veer 3 uur worden rondbe-
zorgd.
Er is rouw
Vertrokken personen.
Advertenties voor het nummer
van Zaterdag.
Wij deelen onzen adverteerders
mede, dat in verband met de
ter-aarde-bestelling van den
heer en mevrouw de Boer,
onze loketten Vrijdag voor
het aannemen van advertenties
gesloten zullen zijn. Onze
colporteurs zullen tot 's mor
gens 10 uur en des middags
na 3 uur, voor zoover hun dat
mogelijk is, de adverteerders
bezoeken, terwijl men voorts
in onze bus zijn annonces kan
deponeeren.
De Nationale Collecte
was een groot succes*
fCT
Licht op voor alle voertuigen
Feuilleton
Zy namen hun hoeden en gingen weg zon
der een woord te spreken.
Het is ons gebleken, dat het even onver
wachte als tragische heengaan van onze
presidente-commissaris, Mevr. M. de Boer
Jongkees en van onzen directeur, den heer
P. C. de Boer diepen indruk in onze stad en
ver daarbuiten heeft gemaakt.
Stonden reeds op dien noodlottigen Maan
dagavond tientallen menschen tot laat voor
ons kantoor om nadere bijzonderheden over
het ongeval te vernemen en sprak de gedrukte
stemming onder hen een duidelijke taal, intus-
schen rinkelde op ons kantoor onophoudelijk
de telefoon van menschen die van hun deel
neming blijk gaven. De aanvrage op de
telefooncentrale naar onze nummers 50 en 412
waren zoo veelvuldig, dat de centralist
assistentie moest laten komen.
Den volgenden dag kwamen nog velen op
kantoor en moesten wij ook toen herhaalde
malen door de telefoon het ontzettende onge
luk bevestigen.
In „Casino" kwamen gisterenmorgen 9 uur
de dames en heeren bijeen, die zouden collec
teeren voor het nationaal huldeblijk, aan te
bieden aan Prinses Juliana en Prins Bernhard
bij Hun huwelijk. Bij ontstentenis van den
voorzitter, wethouder W. de Boer, nam de
burgemeester, de heer G. Ritmeester, het
woord en verzocht den aanwezigen zich van
hun zetels te verheffen. In enkele treffende
bewoordingen huldigde de burgemeester de
nagedachtenis van Mevrouw De BoerJong
kees, die hij schilderde als een ijverig lid van
het bestuur en als een vrouw, die in het plaat
selijk maatschappelijk leven een zeer vooraan
staande plaats innam.
Voorts wijdde hij eenige warme woorden aan
wijlen den heer De Boer, dien hij schetste als
een uitstekend zaken- en vereenigingsman.
De woorden werden in diepe stilte aan
gehoord.
Het Centraal Genootschap voor Kinderher-
stellings- en Vacantiekolonies, Afdeeling Den
Helder, schrijft ons:
De Afd. Den Helder van het Centr. Genoot
schap voor Kinderherstellings- en -vacantie
kolonies mag niet nalaten bij het verscheiden
van haar op zoo noodlottige wijze om het
leven gekomen Vice-Presidente, Mevrouw M.
de Boer—Jongkees, uiting te geven aan haar
deernis met dit treurig gebeuren. De vereeni-
ging verliest in haar een zeer toegewijde me
dewerkster in de behartiging van de belangen
van het zwakke kind. Bijna van de oprichting
af heeft zij in dit werk een zeer belangrijk
aandeel gehad. En de wyze, waarop zij zich
daaraan gaf, is het best te typeeren met:
,.'t was af!" Zij is voor enkele jaren ook nog
als lid van het H.B. in dj algemeene leiding
werkzaam geweest en bleef daarna nog in
nauw contact met dit H.B., nadat zij regle
mentair tot aftreden genoopt was.
Haar aandenken zal lang bij allen, die met
haar in nadere aanraking kwamen, zeker ook
bij de ouders en kinderen, die mede door haar
arbeid hun leven zagen verhelderen, in dank
bare herinnering blijven.
Namens het bestuur van de
Afd. Den Helder, C. G.,
De secretaris,
T. VAN HEUSDEN.
Een onzer abonné's schrijft ons:
Er is rouw en verslagenheid in Holland's
noordpunt.
Ontsteltenis en schrik bracht de mare door
Den Helder.
Nu is er droefheid en ziele-smart.
Twee levens, waarvan nog zooveel verwacht
kon worden, in den greep van het noodlot, in
den greep van den onverbiddelijken dood!
En zij, die achterbleven, kunnen het verlies
nog niet ten volle beseffen, daarvoor was de
schrik te hevig, de tijd te kort.
Toch, allengs gaat de ontroering van
hart tot hart, van huis tot huis, als een stille
bode, die zachtjes met onzichtbare vleugelen
zijn droeve taak vervult.
De goede daden teekenen zich af, blijven in
de herinnering, vele, vele jaren lang.
Moge dit zoo zijn en moge dit gezegd wor
den van deze beide levens, door het noodlot
achterhaald.
Waartoe dan nu nog vele woorden, als de
daden blijven getuigen?
Hier is zwijgen, welsprekend.
Zoo zij het.
Wij ontvingen voorts tal van schriftelijke
en telegrafische betuigingen van deelneming,
van meer persoonlijken aard.
Dezer dagen waait op Huize „Parkzicht"
de vlag halfstok.
J. M. M. Tendijck, R.K., naar Tilburg,
Zomerstraat 52 A.
J. Mulder, R.K., koopman, naar 's-Graven-
hage, Groeneweg 64.
W. J. Welsing, R.K., dienstbode, naar
's-Gravenhage, Groeneweg 64.
J. P. van der Zwaan,-geen, naar Castricum,
Oosterstraat.
G. van der ZwaanVisscher, geen, zonder,
naar Castricum, Oosterstraat.
J. DijksterhuisLaffra en dochter, geen,
naar Groningen, Starkenberghstraat 129.
M. de Jong— van der Linden, N.H., en kin
deren, geen, naar Alphen aan den Rijn,
Bloemhofstraat 21.
E. H. Snijder, controleur „De Nederlander
1870", en gezin, N.H., naar Voorburg, Van
Sevenberghestraat 49.
T. W. M. VolkersKleijn, N.H., naar Schie-
broek, Iepenlaan 67, bij C. J. Cohart.
J. C. Sturk, R.K., electricien, naar Haarlem,
Hunzestraat 22.
E. van DrielSijtsma, naar Leeuwarden,
Florabuurt 14.
C. Bronmeijer, muzikant, en gezin, N.H.,
naar Middelburg, Vlissingschestr. 65 K.
J. Slieker, varensgezel Rott. Lloyd, en gezin,
N.H., naar 's-Gravenhage, Bloemfonteinstraat
165.
Een netto opbrengst van 1.345,49!
Zoo is dan gisteren hier ter stede de
Nationale Collecte gehouden en tot een
groot suces uitgegroeid. Met een warm
enthousiasme waren des morgens om on
geveer half tien de ongeveer 150 dames
en heeren, die zich bereid verklaard had
den om daadwerkelijk aan deze collecte
mede te werken, naar buiten, het slechte
weer in, getrokken en kwamen zij des
namiddags om half vier voldaan en even
enthousiast in Casino terug. Hun werken
is op schitterende wijze beloond, want toen
's avonds balans opgemaakt werd, bleek
dat men een bedrag van niet minder dan
netto... 1.345,49 bijeen gebracht had.
Dit houdt een groot compliment in voor
hen, die dit bedrag ophaalden zoowel als
voor allen, die hun gave offerden.
Om thans chronologisch te werk te gaan,
beginnen we met de bijeenkomst, die des
morgens te 9 uur in de voorzaal van Casino
plaats had. daar toch kwamen de dames en
heeren collectanten bijeen, om de afspraak
gestand te doen, die zij in het Raadhuis ge
maakt hadden. Bij ontstentenis van den voor
zitter, wethouder W. de Boer, nam de burge
meester, de heer G. Ritmeester, de leiding op
zich. Zooals elders in dit blad in een afzonder
lijk berichtje vermeld, huldigde hij op eer
biedige wijze de nagedachtenis van Mevrouw
M. de BoerJongkees en van den heer P. C.
de Boer.
Daarna deed hij eenige mededeelingen be
treffende de collecte. Van te voren waren 75
„wijken" klaargemaakt, die zoo samengesteld
waren, dat alle collectanten tusschen de 120
en 140 huizen te bewerken hadden. Zij kregen
allen een bus mede, die een nummer droeg,
dat overeenstemde met de wijk, die door de(n)
drager (draagster) geloopen werd. Deze werk
wijze bleek zeer practisch te zijn en heeft
dan ook uitstekend voldaan. Vervolgens
werd er om de wijken eerlijk geloot en daarna
ging ieder, gesierd door een Oranje-band om
den arm, en met enthousiasme, dat heerlijk
aandeed, naar de voor hem (haar) bestemde
wijk.
Onder hen, die met het busje' en den
Oranje-armband de straat op gingen, be
vonden zich de burgemeester en mevrouw
Ritmeester, die samen een wijk voor hun
rekening namen.
Zonder uitzondering waren alle collectan
ten en collectrices best te spreken over hun
ervaringen langs den weg.
Vrijwel de geheele gemeente deed mee.
Er mag hier b.v. met voldoening ge
constateerd worden, dat vrijwel de ge
heel e burgerij de collecte gesteund heeft
Daar waren enkele grootere gaven, vele
middelmatige, maar het grootst in aantal
waren de kleine bijdragen, geofferd door
de minst kapitaalkrachtigen. Uit alle lagen
van de bevolking kwamen de dubbeltjes,
kwartjes en guldens binnen en de busjes
begonnen in den loop van den dag dan
ook zwaar te worden.
Het volgende voorval is een aardige illus
tratie van de geest, die er onder de eenvou
dige menschen heerschte. In een niet nader
te noemen wijk verscheen op het bellen van
den collectant een oud moedertje aan de deur,
die haar gave allang klaar had liggen, Zij
kwam tenminste met... 2 pakjes thee aan de
deur en zij vroeg den collectant of hij die
mee wilde nemen en ze wilde opsturen aan de
Prinses en Prins Bernhard als haar huwe
lijkscadeau... De collectant moest het vrouwtje
teleurstellen, maar het voorval frappeert door
de warme gezindheid van deze eenvoudige
vrouw jegens het Prinselijk Paar.
De collecte verliep in een vlot tempo, zoodat
allen om half vier, het des morgens door den
burgemeester gewijzigde tijdstip van „verza
melen", in de Casino-foyer weer bijeen waren.
Ieder zette zich aan een tafeltje en telde
zijn (haar) ontvangsten uit, waarna enkele
bestuursleden deze natelden en op een lijst
boekten. Snel werd daarna een optelsommetje
gemaakt en zoo kon de burgemeester in zijn
slotwoord, een voorloopig bedrag mededeelen,
dat zoo'n indruk maakte, dat allen hard be
gonnen te applaudiseeren.
De heer Ritmeester dankte de dames en
heeren hartelijk voor het belangrijke werk,
dat zij dezen dag gepresteerd hadden en
hoogst voldaan ging het gezelschap even
later uiteen.
Intusschen hadden Huisduinen en Juliana-
dorp nog niet afgerekend, want de betrokke
nen wisten niets van het veranderde tijdstip
van samenkomst. Des avonds verschenen deze
afgevaardigden echter prompt aan de zaak
van den heer H. C. M. Nypels, secretaris van
het bestuur en toen wisten we weldra wat we
gaarne weten wilden: de netto ontvangst. Met
een gevoel van begrijpelijke voldoening kon de
heer Nypels ons het volgende staatje overleg
gen:
In totaal opgehaald, met inbegrip
van Huisduinen en Julianadorp 1.347,16
Joodsche Sociëteit 5,
Totale onkosten
1.352,16
6.67
Netto ontvangst 1.345,49
Dit was dus het meer dan schitterende
resultaat van deze Nationale collecte in Den
Helder. Een woord van groote waardeering
aan allen, die aan dit prachtige resultaat
meegewerkt hebben, is hier zeker op zijn
plaats. Onze stad zal waardig deelnemen
aan het huwelijksgeschenk, dat het Neder-
landsche Volk H.K.H. Prinses Juliana en
Prins Bernhard straks zal aanbieden!
Vermelden we nog, dat de heer Polak van
Casino gratis zijn zaalruimte beschikbaar had
gesteld, waarvoor het comité zeer erkentelijk
was.
Restitutie Teeltheffing Aardappelen.
De Nederlandsche Akkerbouwcentrale
maakt bekend, dat de ingevolge art. 6, lid 2,
sub a t/m. der Crisis-Aardappelbeschikking
1936, in te dienen aanvragen om restitutie der
geheele of gedeeltelijke teeltheffing voor aard
appelen, oogst 1936, voor zoover deze në. 12
December a.s. mochten worden ontvangen,
niet meer in behandeling zullen worden ge
nomen. (adv.)
Natuurhistorisch Museum. Elke weekt
Woensdag nam. van 35 u. en van 810 u.
en Zaterdag nam. van 36 u., alsmede op
den eersten Zondag van elke maand nam,
van 35 u.
Woensdag 9 December:
Chr. Militair Tehuis, Kanaalweg, 8.15 u,
Ned. Chr. Vrouwenbond.
Casino, 8 u. Feestvergadering S.D.A.P.
Alg. Mil. Tehuis, 8 u. Feestavond Joodsche
Sociëteit.
PORTRET ATELIER
JAC.bt BOER
Woensdag 9 Dec.
16.15 uur
Nogmaals de maaswijdte.
Blijkens een mededeeling in het Visscherij-
blad voor Ostende is de Internationale
Raad voor de Noordzeevisscherij, die te Lon
den is bijeeh geweest om te komen tot over
eenstemming omtrent de maatregelen tot be
houd van den vischstand in de Noordzee, met
haar besprekingen niet tot een definitief be
sluit gekomen, omdat de Fransche afgevaar
digden verschillende voorstellen niet konden
goedkèuren.
Nu zijn de verdere besprekingen uitgesteld
tot het laatst van Januari in het volgende
jaar.
Middelerwijl heeft Holland reeds zijn bepa
ling van de maaswijdte van 7% cm inge
voerd, zoodat er bij onzen kustvisscher het
wrange smaakje niet is weggenomen, omdat
de visschers van België en Frankrijk vrijelijk
met hun nauwmaziger netten rustig de ton
getjes kunnen opvisschen, die door de maas
van het Hollandsche net hebben weten te ont
snappen en dus op hun eigen markten kun
nen brengep, terwijl deze soort visch mis
schien anders voor export had kunnen dienen,
De Belgen gaan nog geregeld door met
aanbouw van nieuwe trawlers. Met groot
vertoon naar buiten wordt elke stapelloop
officieel verricht, zoodat er dus daar lang
zamerhand bij. het publiek groote belangstel
ling voor het vischbedrijf begint te ontstaan.
Men droomt er zelfs van, dat Ostende een
maal de grootste visschershaven van Europa
zal worden.-
Nu heeft dat nog wel even geduld, maar
feit is toch, -dat men zich voor de visch-
voorziening geheel tracht onafhankelijk te
maken van den buitenlandschen vischinvoer.
Dat men daarin al ten deele is geslaagd,
merken onze exporteurs al aan den lijve. En
wanneer die het merken, ligt het voor de
hand, dat er dadelijk den terugslag van wordt
gevoeld bij de eigenlijke visscherij.
Dit te constg-teeren, sluit tevens in zich, dat
onze export zich meer zal hebben te richten
naar andere gebieden. Voor onze haring is
men daarmee de laatste twee jaren voor een
deel in geslaagd. Maar voor onze versche
visch hebben we nog geen ander terrein kun
nen aanboren. Men had gedacht in Tsecho-
Slowakije een goed exportgebied gevonden te
hebben, maar dat is weer afgesprongen en is
de boel weer gecontingenteerd.
Rusland een groot gebied, met nog
schier onbeperkte mogelijkheden ja,
maar hoe zal men daar voor onze versche
visch slagen? Officieele verbinding missen we,
zoodat zuiver particulier initiatief dit zal moe
ten bewerken.
We weten echter, dat er zooiets is als semi-
officieele medewerking, die al heel wat heeft
bereikt, maar de aanpak moet toch uitgaan
van den particulier.
Maar zoo goed als voor de pekelharing veel
is tot stand gekomen, zoo goed kan het ook
bereikt worden met de versche visch, mits
door Friedrich
Lindem a n
Jimmy Bolston bleef verlegen lachend bij
de trap staan.
Plotseling schreeuwde Thompson, de ree
der, met een verschrikkelijk harde stem, alsof
hij thuis was.
Waar is de Consul?
Gewoon: „de Consul" alsof er in Gibraltar
Waar één Consul was.
Maar Bolston greep de gelegenheid aan,
sprong te voorschijn en bleef gedienstig ac
ter de ruggen der beide Amerikanen staan.
Komt de Consul dadelijk?
Ja.
Zeg hem: Mr. Thompson en Mr. Win
chester wachten al een half uur.
Jimmie Bolston boog onderdanig bij eze
Woorden. Hij wist niet goed of hij zich kwaad
moest maken over dezen toon en zijn waar
digheid bewaren of... Maar hij besloot de
draden in handen te houden en den Consul
te laten halen.
Een boy snelde de deur uit.
In de hall was het stil geworden. Door het
hreede venster kwamen de geluiden v
straat. Tusschenbeide stak een Spaansche
jongen zijn gezicht door het raam en z°n<=
heesche melodie. Maar direct trokken zij
hunne neuzen weer terug, zoodra zij de ang
stige stilte binnen bemerkten. De rust was
onaangenaam, tastbaar en geladen. Het Bris-
tol-parlement waagde het niet zich te ver
roeren, durfde niet met hun stoelen kraken,
ken, hun glazen niet neerzetten op het mar
meren blad, alleen om geen enkel teeken vna
leven der anderen te verzuimen. Maar ook
van dien kant kwam geen enkel geluid.
De beide Amerikanen zaten en zwegen. Zij
schenen te slapen. Alleen de zoetige tabaks
lucht, die in la\ge slierten door de palmen
slingerde, bewees, dat zij nog wakker waren.
Ik zelf zat in mijn hoekje, boog mrj over mijn
papier en lachte in mijzelf.
Ook toen na een oogenblik de Consul bin
nengestormd kwam, de beide heeren begroette
en met hen in de leerzaal verdween, veran
derde er eigenlijk niets.
Jimmie Bolston en zijn vrienden waren ver
over hun tijd. De whisky verschraalde in de
glazen. Maar zij konden nog geen afscheid
nemen. Zij hadden nog steeds het overtuigend
gevoel, dat er binnenkort iets buitengewoons
gebeuren zou. Maar er gebeurde niets, hoege
naamd niets.
Na ongeveer een half uur ging de deur
van de leeszaal weer open. De drie kwamen
er gezamenlijk uit. Men hoorde een paar on
benullige zinnen.
De Consul nam afscheid en ging weg. De
Amerikanen nestelden zich opnieuw in hun
stoelen en soesden verder. Wederom kronkel
den de slierten rook om de palmen.
Dit was te veel, of liever gezegd, te weinig
voor de drie Bristol-parlementariërs. Zij
stonden op, zwijgend, en gingen met hangen
de koppen weg.
Jimmie Bolston speet het van harte, dat
hy hun niets beters had kunnen laten zien.
Het kwam hem als een nadeel voor den roep
van zijn hotel voor. Maar hij kon niet meer
doen dan berustend de schouders ophalen. De
Amerikanen waren suffers.
Maar de Amerikanen waren geen suffers.
Alleen zij wisten te wachten. Dat was alles.
Zij hadden misschien geen goede manieen. Ja,
het waren slecht opgevoede menschen. Dat
kon men al zien aan de wijze, waarop zij in
hun stoelen lagen. Misschien wisten zij ook
niet, wat zij de bloem van Gibraltar ver
schuldigd waren. Zij hadden waarschijnlijk tot
op heden niet eens geweten, wat Gibraltar
eigenlijk wel was.
Alleen een naam op de kaart en een nood
haven voor hun schepen, maar iets anders
schenen zij zeer goed te weten; en daar ging
het om, zg wisten, wat zij wilden. Zij hadden
slechts een doel voor oogen en dat wilden
zij bereiken, 't kwam er niet op aan hoe, met
list, met de ellebogen of met geld. Zij wonden
zich er niet over op.
Deze „Betty Bonn" geschiedenis was voor
hen een zaak, zoogoed als alle anderen, die
zij op de beurs te New-York deden.
Ik peuterde nog zoo'n beetje aan mijn arti
kel, zonder goed erby te zijn. Van tijd tot tijd
keek ik eens tusschen de palmen door naar
de beide anderen daar aan den overkant.
Maar het beeld bleef onveranderd. Ik zag den
breeden rug van Thompson en het smalle
profiel van Winchester. Een fijne blauw-witte
damp van tabaksrook hing boven hun hoof
den. Zoo bleef het ruim een uur.
Om drie uur kwam de Consul terug.
Thompson draaide zijn hoofd naar links en
vroeg:
Wanneer?
Spring nam een stoel, ging zitten en zei:
Om vijf uur.
Thomson knorde:
AU right.
Daarna bleef het beeld tusschen de palm-
boomen weer hetzelfde, alleen met dit ver
schil dat nu ook een tweede gezicht en pro
fiel te zien was: de Consul. Het veranderde
niet gedurende de twee uur. Alleen werd de
tabakswalm een beetje dichter en rook an
ders.
De Consul rookte Spaansche sigaretten.
Af en toe sloop Bolston in de buurt rond,
wierp een schuwen blik naar de groep aan het
venster en verdween weer geruischloos ach
ter zijn bureaudeur.
Het gaf iets spookachtigs, deze stilte, deze
starre palmbladeren, deze onbeweeglijke
rookslierten, dit sprakelooze heen en weer
sluipen van Bolston.
Mij maakte dit wachten nerveus, deze
zwijgende zekerheid, die den tyd had, omdat
toch alles gaat, zooals men het zich voorge
nomen heeft. Dan daarbij de vraag: wat is
het, dat men zich voorgenomen heeft? Ik
was nu eenmaal op noodlottige wyze in deze
zaak betrokken, zoodat het my niet onver
schillig laten kon, wat deze Amerikanen
met Trevor voor hadden.
De drie gestalten onder den palmboom za
ten onbeweeglijk. Liefst had ik hen met pa
pierkogels bekogeld, alleen maar om hen
uit hun onaangenaam aandoende rust te
halen.
Zeker, ik had natuurlgk eenvoudig kunnen
opstaan en weggaan, maar in den grond van
mpn ziel was ik per slot van rekening nog
meer gespannen dan de drie van het Bristol-
parlement, omdat ik meer wist, omdat ik de
figuren beter kende, die hier op dit ongewone
tooneel ageerden en omdat het per slot van
rekening toch ook om Nancy ging.
Mijn eigen koppigheid om te büjven maakte
ik goed, door mijn plicht om myn artikel voor
de dagbladen te moeten afkrijgen. Daarmee
schoot ik niet op. Ik keek elk oogenblik op
de klok.
4 uur 40. Winchester stopte een nieuwe
PÖP-
4 uur 45. De drie maakten nog steeds geen
aanstalten.
4 uur 50. Waren zij per slot van rekening
dan toch nog ingeslapen?
4 uur 55. De Consul ging staan.
Well.
Meer zei hij niet.
Ook de beide anderen gingen staan.
Well.
Nu stelde ik ook geen belang meer in mijn
artikel. Vlugger, dan behoorlijk was, rende ik
naar het raam.
Daar gingen de drie op een ri), alsof zij
niets met elkaar te maken hadden. Uitge
zwermd in een verdedigingslinie, dacht ik.
De aanval begon.
Toen bogen zy den hoek van de Mainstreet
om.
Arme Trevor! Ik wist niet, wat de Ame
rikanen van hem wilden, maar ik kreeg zoo'n
gevoel als hij zich verzet, heffen zij eenvoudig
hun armen op en boksen hem tegen den
grond.
Trevor was er de man niet naar om met
dit soort reeders, met deze soort havenarbei
ders, om te gaan.
Lang bleef ik aan het venster staan en
staarde naar buiten in de zon.
Ik zag niets, van wat er buiten gebeurde.
Ik moest regelmatig denken aan de scene,
die zich daar op kamer drie, in het koele
gerechtsgebouw nu aan 't afspelen was. Ik
moest er daarom zoo sterk aan denken, om
dat ik geen flauw idee had, wat er gebeurde.
Kwamen die twee als getuigen? Waarom dan
deze kostbare reis over den oceaan? Per slot
van rekening waren zy er toch bij geïnteres
seerd, dat de schuldige of de onschuldigen ge
vonden werden. Dan waren zij vrijgesteld
van de betaling van het bergloon.
Wordt vervolgd.