Stadsnieuws
Gemeenteraad
De strijd om de
„Betty
Bonn"
Hef voorloopig programma der Oranjefeesten.
ASTO
OOK UW TAXI?
Waar gaan we heen
Maandag 14 December 1936
Heldersche Courant
Tweede Blad
Heldersche Padvinders
herdenken
den heer P* C de Boer*
Wintervacantie
Plaatselijk Oranje Comité
Schaakclub „Schaakmat"*
F e uilleton
door Friedrich
L i n d e m a n
TELEF. 6 36
Licht op voor alle voertuigen
Burgerlijke Stand van Den Helder
Onze stadgenoot Jb. Nieuwkamp behaal
de op de Nat. Pluimveetentoonstelling te Aar-
landerveen op 4 en 5 Dec. 1.1. met 2 Nos. zw.
javakrielen twee le prijzen, benevens 5 eere-
prijzen, waaronder 1 eereprijs als mooiste No.
afd. Krielen,
Den 9en Dec. 1936 slaagde te Batavia bij
liet aldaar gehouden examen voor lsten
stuurman onze oud-stadgenoot de heer M. J.
de Lange, stuurman bij de K. P. M.
Korte toespraak van den heer P. J.
N. van Doorne.
Zaterdagmiddag heeft in het Padvinders-
troephuis aan het Dijkje een korte plech
tigheid plaatsgevonden.
Zooals men weet is de heer P. C. de
Boer geruimen tijd voorzitter van de Hel
dersche afdeeling geweest en het bestuur
wilde in een bijeenkomst, ten overstaan
der leden, het werk van den op zulk een
noodlottige wijze om het leven gekomen
voorzitter herdenken.
In het troephuis waren aanwezig behalve
de welpen, verkenners en voortrekkers, ook
de leiders der andere plaatselijke groepen,
benevens het bestuur der afdeeling.
In de groote zaal was men bijeen, de zaal,
gedecoreerd met de welbekende doeken en de
tropheeën aan de muren. Het was alles als
vanouds en toch was er niet die stemming,
die wij hier anders gewend zijn.
Om half drie treden de jongens aan. Ze vul
len de geheele zaal.
Dan gaat de vlag halfstok, er wordt saluut
gemaakt en een padvinder zegt de 10 wet
ten op.
Hierna treedt hopman Metselaar naar
voren, die in enkele woorden de reden van
dit samenkomen mededeelt en den heer P. J.
N. van Doorne, den vice-voorzitter van de
afdeeling, het woord geeft.
De heer van Doorne.
De heer van Doorne vangt zijn toespraak
aan met een verklaring van de functie van
den heer P. C. de Boer in de internationale
broederschap der padvinders. De plaatselijke
groepen worden gecontroleerd door een aparte
instantie en hiervan was de overledene voor
zitter.
Voor deze toezichthoudende functie zijn,
aldus spr., twee factoren van essentieel be
lang: kennis en liefde. En beide bezat de heer
De Boer in hooge mate. De samenwerking
van de bestuursleden met den voormaligen
voorzitter wordt geprezen. Deze was al dien
tijd bijzonder aangenaam en als illustratie
hiervan deelt de heer van Doorne mede, dat
het nimmer voorkwam dat in de bestuurs
vergaderingen gestemd behoefde te worden:
het onderling overleg alleen bleek steeds vol
doende.
Het is slechts enkele dagen geleden, dat
men nog ten huize van den heer De Boer
bijeengekomen was ter bespreking van eenige
zaken, de groepen 1 en 2 betreffende. Had
men zich toen kunnen voorstellen dat dit de
laatste maal geweest was!
Dit plotseling verscheiden, aldus gaat spr.
verder, doet ons wederom gedenken het feit
hoe broos, hoe zeer vergankelijk dit leven is.
Het leven, dat is een taak met vele, vele ver
plichtingen en die ons steeds weer herinnerd
worden door de padvindersbelofte.
Wij allen hebben in dit leven een taak. De
één een groote, de andere een kleinere.
Hoe deze evenwel ook moge zijn, men zal
geoordeeld worden naar de wijze, waarop
men deze taak ten uitvoer bracht.
Spr. is er van overtuigd, dat de heer
De Boer deze taak op de juiste wijze ver
vulde.
De heer van Doorne besluit zijn gevoel
volle woorden met het verzoeken om een
oogenblik stilte.
Het is tenslotte de heer Klapmeyer, secre
taris van de groep, die deze korte bijeenkomst
besluit met er op te wijzen, dat de heer De
Boer inderdaad een goed padvinder was, en
spr. den heer van Doorne dankt voor zijn tref
fende woorden.
Het Reisbureau Wm. H. Müller Co. te
Amsterdam stelt de bewoners van Den Helder
in de gelegenheid hier ter plaatse alle inlich
tingen te verkrijgen betreffende een reis naar
een of andere wintersportplaats. Nadere in
lichtingen zult u vinden in de annonce, welke
in dit nummer voorkomt.
Ter gelegenheid van het a.s. huwelijk van
H.K.H. Prinses Juliana en Z.D.H. Prins Ber-
nard roept bovengenoemd Comité zangers en
zangeressen op tot het uitvoeren en zingen
van eenige Oud-Hollandsche Volksliederen (in
een bewerking van Feike Asma) en het zoo
juist gecompagneerde: „Huwelijksfeestlied"
van onzen stadgenoot en muziekleeraar Tj.
Joh. Dito.
Men zie de advertentie in de Heldersche
Courant van 1.1. Zaterdag.
Simultaanavond.
Onze bekende Heldersche schaker, de heer
K. Geus, zal Dinsdagavond voor de Schaakclub
„Schaakmat" een simultaan seance houden
in het gebouw van de C.J.M. V. in de Spoor
straat. Zij, die hun krachten in deze seance
met den heer Geus willen meten, gelieven
zich vóór Maandagavond 8 uur op te geven
bij den secretaris der club, den heer P. N.
Kelder, Nieuwstraat 74. Wij twijfelen er niet
aan of vele schaakliefhebbers zullen deze ge
legenheid, om met den heer Geus een lans te
breken, niet laten voorbijgaan. Voor verdere
bijzonderheden zie men de advertentie in onze
courant van Zaterdag j.1.
Wijziging Verordening, regelende de belooning
van de plaatsvervangende hoofden van
scholen in Den Helder.
B. en W. schrijven aan den Raad:
Volgens de in Uw vergadering van 11 April
1933 vastgestelde verordening, regelende de
belooning van de plaatsvervangende hoofden
van scholen in deze gemeente, wordt aan den
onderwijzer of de onderwijzeres die door de
daartoe bevoegde macht is aangewezen als
plaatsvervangend hoofd van een openbare of
bijzondere school voor gewoon-, uitgebreid- of
buitengewoon lager onderwijs, een belooning
toegekend voor het vervangen van het hoofd
der school bij diens afwezigheid. Eén dezer
dagen is ons gebleken, dat, zooals de verorde
ning thans luidt, de toe te kennen belooning
in den pensioensgrondslag van betrokkene
moet worden opgenomen. Daar het per jaar
uit te keeren bedrag zeer wisselend is, omdat
het afhankelijk is van de waarneming gedu
rende een aantal schooltijden, geeft de vast
stelling van dit gedeelte van den pensioens
grondslag tot niet onbelangrijke administra
tieve moeilijkheden aanleiding. Het personeel
zelf heeft van de opneming van de belooning
in den pensioensgrondslag veelal weinig of
geen voordeelen. Wel moet dat personeel
Thompson maakte hem open en las:
Nu, kijk eens aan. Hg wist al, dat wi)
komen zouden. Winch, ge kunt toch om 7 uur
Winch knorde alleen maar, zooals altjjd.
Het kon net zoo goed ja of neen beteekenen.
Thompson nam het voor ja. Hij had trouwens
ook niets anders verwacht. Hij wendde zich
tot mij:
Ga maar eens mee, jonge man, dan kunt
ge misschien nog iets leeren van den ouden
Billy Thompson.
Hoewel deze toon mij ergerde, beloofde ik
het toch.
Het was reeds donker, toen wij opweg gin
gen. Internationaal Bar, Wall Road, had Spur-
thig als plaats van ontmoeting opgegeven.
Zal wel zoo'n spelonk zijn, bromde
Thomson.
Het was echter een van deze kleine Spaan-
sche gelegenheden, die er hopeloos burgerlijk
en nuchter uitzien.
Door een houtenkralengordijn, dat er echter
zoo iets van een Oostersche sfeer met geislias
en opiumkitten, doet vermoeden, betraden wii
®en koele ruimte: vier wanden, de onderste
he*ft bedekt met baksteenen en de bovenste
helft met spiegels: de bodem bedekt met zwar
te en witte rietmatten.
Zooiets als een aquarium. Een paar bonte
lampions die van de zoldering afhingen en
afschuwelijke zoetige papieren bloemen boven
de toonbank was het eenig opbeurende in deze
kroeg en moest wellicht er den internationalen
toon aangeven. Achterin bij de toonbank zaten
een paar halfdronken matrozen van een oor
logsschip op hooge krukken. Maar zelfs die
durfden eigenlijk niet luidruchtig zijn in deze
koude ongemoedelijke ruimte.
Ik keek juist naar mijn beeld, dat honderd
voudig door de spiegels weerkaatst werd, toen
ik Thompson met zijn geweldige stem al hoor
de roepen:
Hallo, Spurling, hoe gaat 't?
Op hem afging en hem de hand schudde als
een oude bekende.
Waarachtig, daar zat hij aan een smerig
tafeltje in een blauwe overjas, met .zijn smoe
zelig boord, met zijn verwarden baard, als
een dagschuwe uil.
Hier in deze omgeving had hg niets meer
van het verbetene, wat hij bij Trevor, of van
het griezelige, wat hij aan boord gehad had.
Misschien was het ook de doordringende, alles
opzij schuivende manier van Thomson, die dit
onderdrukte.
Zoo zaten we dan met z'n vieren om de
witte steenen tafel, op harde gzeren stoeien,
die zoo wrak waren, dat men elk oogenbliit
dacht tegen den grond te zullen slaan, als men
zich verroerde. Winchester had „Hallo, Spur
ling!" geknord en zweeg.
Mij had de Kapitein met een wantrouwen
den blik begroet. Thompson sprrak. De vieze
Spaansche waard, die van achter zijn toon
bank gekropen kwam, hield ons op zijn bevel
Ge zijt mijn gasten vier glazen Ver-
mouth en een schaal ftiet olijven gebracht.
Thompson dronk eerst, at toen vier van de
natuurlijk van het op te nemen bedrag pen
sioensbijdragen betalen.
In verband met één en ander is daarom
vanwege den Pensioenraad in overweging ge
geven de bovenaangehaalde verordening zoo
danig te wijzigen, dat daarin wordt bepaald,
dat de belooning „bij wijze van tijdelijke toe
lage" wordt verleend. Wij kunnen ons met een
zoodanige oplossing volkomen vereenigen en
wij geven daarom in overweging het volgende
besluit te nemen:
De Raad der gemeente Den Helder;
Gelezen het voorstel van Burgemeester en
Wethouders;
Besluit:
vast te stellen de volgende:
VERORDENING tot wijziging der
verordening, regelende de belooning
van de plaatsvervangende hoofden
van scholen in de gemeente Den
Helder.
Artikel 1.
In regel 9 van bovenaf worden in artikel 1
achter het woord „wordt" ingevoegd de woor
den „bij wijze van tijdelijke toelage".
Artikel 2.
Deze verordening wordt geacht in werking
te zijn getreden op 1 Januari 1933.
Onbewoonbaar verklaring van woningen.
De Inspecteur van de Volksgezondheid te
's-Gravenhage heeft de woningen Vijzelstraat
nos. 79, 81, 83 en 85 aangewezen als zgnde
woningen, welke ongeschikt zijn ter bewoning
en niet door het aanbrengen van verbeterin
gen, welke in redelijken staat staan tot de
waarde der woningen, alsnog in bewoonbaren
staat kunnen worden gebracht.
B. en W. stellen voor deze woningen onbe
woonbaar te verklaren.
Het comité verwacht nog vele gulle
gaven! Een Helder-Racing-kamp ter
stjjving van de kas. Belangrijke
medewerking van Gemeentebestuur
en Marine.
Met spoed nadert thans de dag, waarnaar
geheel Oranje-gezind Nederland uitziet: de
dag, waarop Prinses Juliana en Prins Bern-
hard in het huwelijk verbonden zullen worden.
Vóór deze nationale hoogtijdagen evenwel, is
daar de dag van de aanteekening van het
huwelijk en ook deze zal men zoowel in het
geheele land als in Den Helder gaan herden
ken. Hieronder kunnen wij thans een globaal
overzicht laten volgen van de diverse feeste
lijkheden, die men op deze dagen hoopt te
houden, doch wij vestigen er de aandacht op,
dat het niet onmogelijk is, dat zich in dit pro
gramma nog wijzigingen voordoen. Een zekere
mate van voorbehoud is hier alzoo geboden.
Wij maken van deze gelegenheid ge
bruik er op te wijzen, dat het Centraal
Oranje-Comité, dat zich in de achter ons
liggende weken op zulk een buitengewoon
actieve wijze aan al deze, zoowel tijd als
liefde, vergende werkzaamheden heeft ge
wijd, bij zijn arbeid de meest hartelijke
medewerking mocht ondervinden van ge
meentelijke en marine-zijde. Een woord
van waardeering, ook van onzen kant, is
hier dan ook zeker op zijn plaats.
Doch er is nóg iets: het is namelijk ge
bleken, dat bij het inzamelen der gelden, deze
niet zóó rijkelijk vloeiden als het comité zich
dat wel voorgesteld had. Om het maar onver
bloemd te zeggen: het viel tegen en dit spijt
deze instantie ten zeerste. Temeer, daar bleek,
dat het bijdragen aan buurtcomité's wél met
milde hand geschiedde.
Er zal dezer dagen nog een beroep op
de burgerij gedaan worden en deze krijgt
de gelegenheid alsnog in haar portemon-
naie te tasten voor deze toch ongetwijfeld
eervolle taak. Men rekent er op, dat deze
maal geen teleurstelling zal worden. Ten
slotte is het een eerezaak voor de oude
Oranjeveste, die Den Helder heet, dat zij
op waardige wijze het komende Oranje
feest zal kunnen vieren.
Een „Helder"„Racing" kamp.
Eveneens ter stijving der geldmiddelen
heeft men besloten op den tweeden Kerst
dag des middags een voetbalwedstrijd te
organiseeren tusschen onze beide plaatse
lijke favorieten „Helder" en „Racing". Er
zal worden gevochten om een herinnerings-
voorwerp en men verwacht, dat onze stad
zal uitloopen om deze klassieke worsteling
te aanschouwen. Wij twijfelen hieraan
niet
Zaterdag, 19 December a.s. de dag,
waarop aangeteekend wordt.
Op dezen dag zullen door onzen stads-
beiaardier diverse carillonbespelingen gegeven
worden op het Helden der Zeemonument. De
concerten worden gegeven zoowel 's morgens,
's middags als 's avonds.
Des avonds maakt de Stafmuziek een rond
gang door de stad, welke ontbonden wordt bij
het Casino op den Kanaalweg, alwaar dien
avond een feestelijke bijeenkomst gehouden zal
worden. De Staf zal hier concerteeren, met
medewerking van „Helders Mannenkoor", het
welk versterkt is met het „Christelijk Mannen
koor" en het „R.K. Kerkkoor".
Het vocale programma wordt begeleid door
het „Stedelijk Muziekcorps", en staat onder
leiding van den heer Leewens.
Waarschijnlijk zal dien avond ook een con
ferencier aanwezig zijn. De bijeenkomst is toe
gankelijk voor de leden der beide Oranjever-
eenigingen met dame en voorts voor overige
belangstellenden.
Het Huwelijksfeest.
Vóórdat de eigenlijke feestdagen aangebro-
*ak ^5Pr0ntj
H Ur *"°eder
'l du&er
,ed* 101
re>
Natuurhistorisch Museum. Elke weekt
Woensdag nam. van 35 u. en van 810 u.
en Zaterdag nam. van 36 u., alsmede op
den eersten Zondag van elke maand nam.
van 35 u.
Maandag H December.
Casino, 8 u. Generale repetitie Off. Tooneel-
vereeniging „De reis naar Turkije". (Toegang
marineschepelingen
Gebouw Hoogstraat 65, 8 u. Psychometri
sche séance.
Dinsdag 15 December.
Café Centraal, 8 u. Openbare Propagada-
vergadering der Intern. Ver. Bellamy.
Maandag 14 Dec16.15 uur
van 12 December 1936.
ONDERTROUWD: H. J. van Dok en G. J«
Ebben.
BEVALLEN: A. Boekeide Vries, d.
OVERLEDEN: H. Versteeg (m.), 35 jaar.
ken zijn, hoopt men in de verschillende kerkge
bouwen nog wijdingsdiensten te hóuden-
Dinsdag 5 Januari.
Op dezen dag zal des avonds een rondgang
van de Staf door de stad gemaakt worden.
Woensdag 6 Januari.
Deze dag vangt aan met een reveille van
padvinders en Oranjegarde.
Op de scholen zal een kinderfeest gegeven
worden.
Vervolgens: een défilé en zanghulde voor het
Raadhuis door de schooljeugd met muziekbe
geleiding. Eenige duizenden schoolkinderen
zullen hieraan deelnemen. Een rondgang der
jury ter beoordeeling door de versierde straten,
eventueel wijdingsdiensten en bezichtiging der
straten door comité en autoriteiten (met
muziek).
Donderdag 7 Januari.
Rondgang door de stad van 3 muziek
corpsen (opmarcheerend uit 3 verschillende
stadsgedeelten), Carillonbespelingen, lui
den der klokken, saluutschoten der Marine
op het oogenblik der plechtigheid.
Aanbieding huldeblijk aan het Gemeen-
tebestuur door het Centraal Oranje Comité.
Zanguitvoering door een aantal versterkte
zangvereenigingen.
Tocht van ouden van dagen per auto
door de versierde straten, besloten met een
gezellig samenzijn.
Massale fakkeloptocht van een groot
aantal vereenigingen met een vaandelhulde
aan het hoofd der gemeente voor het Stad
huis. Daarna rondgang door de stad.
Vrijdag 8 Januari.
Reveille door de herauten te paard, carillon
bespelingen en vermoedelijk een parade. Kin
dervoorstelling in de 3 bioscopen, gratis aan
geboden door den heer Van Twisk. O.a. zal ver
toond worden de film der trouwplechtigheid.
Tocht naar Julianadorp en Huisduinen door
het .comité, autoriteiten en „mederijders" (per
auto) ter aanbieding van een huldeblijk.
Muzikale rondgang door de plaatselijke mu
ziekcorpsen.
Bijeenkomst van autoriteiten en genoodigden
in Casino, ter besluit van de feestelijkheden.
grijsgroene vruchten op een tandenstoker ge
spietst. Daar kauwde hij op en redeneerde.
Af en toe spuwde hij een pit uit.
Ik wist niet goed, of hij de onsmakelijke
manier van doen niet met opzet deed om het
pgnlijke van de geschiedenis, dat nu toch be
slist komen moest, de kracht een beetje te
ontnemen. Of zou hij het hachelijke van de
situatie niet eens begrijpen? Ik voelde het en
ook Spurling scheen niet op zijn gemak. Een
hand had hij in een zak van zijn overpjas.
Met de andere hield hij krampachtig zijn pijp
vast. Waarschijnlijk had deze hana nerveus
heen en weer bewogen, als hij ze had laten
gaan, hulpeloos en angstig was zijn blik. Ik
kon mij zijn bedrukte stemming niet anders
verklaren dan: een slecht geweten. Hij zei
bijna geen woord. Zijn stem was heesch.
Thompson had de laatste olijfpit uitge
spuwd. Nu rukte hij energiek zijn stoel bij de
tafel, leunde met beide armen breeduit op
het blad en ging direct op zijn doel af:
Nu, Spurling, eindelijk eens geluk gehad,
hé? Beroerde zaak, niet? Alle man van
boord
Spurling verroerde geen vin bij deze woor
den. Hij zakte een beetje dieper in elkaar,
alle spieren gespannen. Als men hem aange-
stooten had, was hij beslist als een houten
pop omgevallen. Zijn oogen hield hij strak op
zijn glas gericht.
Thompson was in zijn element.
Maar daar niet van. Gij hebt de „Betty"
binnengebracht. Ge eischt bergloon. Goed.
Alles puik in orde. Maar nu bemoeit zich
eensklaps die ellendige paragravenschender,
die Trevor, zich er mee. Ge weet ook wel
waarom. Beroerde geschiedenis voor u. Kan
ik aanvoelen. Zou zelf niet weten, hoe ik
eruit moest komen. Heb daar lang over
nagedacht, dat kan ik u wel vertellen. Moet
goed luisteren, hoe ik het me nu verder voor
stel.
Gij gaat gemoedelijk naar dezen... dezen
Trevor, ge neemt uw hoed in uw hand en
zegt: „Zeer geachte meneer, ik weet bliksems
goed, wat gij van mij denkt, van de „Betty
Bonn" en zoo. Zeker, dat zaakje is misschien
ook niet heelemaal pluis, en ik kan me inden
ken, hoe ge op dergelijke gedachten komt.
Maar ik zal u bewijzen, dat ik niets, maar
hoegenaamd dan ook niets, met die heele ge
schiedenis te doen heb. Vergoed mij mijn kos
ten, en ik, John Spurling, ziek volkomen af
van de uitbetaling van het bergloon. Punt.
Dan zal hij natuurlijk eerst een minuut of
vijf geslagen zijn, dan zal het hem langzamer
hand zoo'n beetje voor 't hoofd gaan scheme
ren: hebt ge uw neus toch misschien niet er
gens ingestoken, dat per slot van rekening
een leelijk tintje voor u zal kunnen krijgen?
Dan zal hij zich wel bezinnen en antwoorden:
Goed, beste Spurling, ik ziè nu in, dat
ik mij vergist heb. Gij zijt een man van eer.
Het onderzoek wordt opgeheven. Dat zal hg
zeggen. En als hg dat niet inziet, dan garan
deer ik u, dat morgen alle anderen het inzien,
dat heel Gibraltar het inziet, en dat ik toch
het ergste voor hem. Ons zal het een zorg
zijn. Wij hebben wat wg willen. Ik: mjjn schip.
En gij: uw onschuld en het geld. Dan koopt
gij u zoo'n klein gezellig huisje met een stukje
land, verbouwt uw kool en laat de anderen
zich doodwerken op zee. Wat het geld betreft,
dat komt vanzelfsprekend in orde. Daar heb
ben wij geen' paragrafen- en wetten ver
draaiers voor noodig. Dat gaat onder Ameri
kanen op handslag en woord van eer. Nu,
Spurling? Wat denkt ge ervan?
De kapitein had zich niet verroerd. Hij zei
maar één woord, scherp als de kreet van een
vogel:
Neel
Thompson begreep het niet goed.
Hoe? Wat? Neen? Man, Spurling, wat
beteekent dat?
Deze bleef onbeweeglijk zitten, zijn hoofd
diep tusschen zijn schouders gedrukt. Weer
klonk zijn scherpe stem:
Het gerecht zal oordeelen!
Thompson geraakte totaal overstuur. Dat
was nu het allerlaatste, wat hij had kunnen
verwachten: deze Spurling snakte naar het
Gerecht. Of...? plotseling viel hem wat in.
Listig lachend trok hij zijn wenkbrauwen om
hoog.
Oude schurk. Is het zoo bedoeld, maar
mij vangt ge niet met zoo'n truc.
En opnieuw begon hg haast broederlijk:
Gerecht?, nu, nu Spurling, met het Ge
recht wil niemand toch graag'wat te doen
hebben. Deze speurneuzen hebben zoo'n on-
aaangename gewoonte... ge zijt daar nooit
zeker van uw zaak...
Voor den eersten keer kwam er eenige be
weging in den kapitein. Met een ruk hief hij
zijn gezicht op: stekend waren zijn woorden:
Ik behoef voor het Gerecht niet bang
te zijn.
Dit antwoord bracht Thompson tot razernij
Hij werd grof:
Kletspraat! onzin! wat beteekent dat?
Wij weten allebei toch zeer goed wat er aan
de hand is.
Opnieuw draaide de kapitein zijn vogelkop
met een ruk om:
Gij weet niets!
Thompson werd bloedrood van woede en
schreeuwde:
Een piraat zijt ge! Gij! Dat weet ik! een
moordhaai, dat zeg ik u dan!
Nu gebeurde iets, wat geen van ons ver
wacht had, wat niemand van voor mogelijk
gehouden had. Tusschen de smalle, bloede-
looze, eeuwig samengeknepen lippen van