De huwelijksfeesten
in Indië
tusschenpoozen varieerend van vijf tot vijf
tien minuten.
Venters met ochtendbladen, feestprogram
ma's, eetwaren en vooral met oranje, prijzen
hun waren aan. Velen zijn reeds in de trei
nen in feeststemming gekomen en hebben
zich getooid met oranjelinten, strikken en
mutsen in de kleuren van ons Koninklijk
Huis of van het Huis Lippe-Biesterfeld.
Tegen zeven uur waren alreeds de beste
plaatsen langs de geheele route bezet en
stonden of zaten in vele straten de men-
schen reeds eenige rijen dik langs den weg.
Een zon van vreugde was bo-
van Nederland opgerezen!
In den loop van den nacht joeg een
krachtige Westenwind de dikke regenwol
ken weg. en met blijde verrhssing zagen de
eerste transporten die in de Hofstad aan
kwamen, toen zij buiten de Stationsoverkap
ping waren, een fonkelenden sterrenhemel
met een smallen maansikkel, zoodat alle
bange verwachtingen, door het noodweer
van gisteren gewekt, eensklaps waren ver
dwenen.
Geleidelijk begonnen de sterren te ver-
bleeken en werd de hemel lichter. En ziet
tegen acht uur, als een rose gloed den Oos
telijken hemel kleurt, is het duidelijk, dat
men, althans in de ochtenduren waarin de
grootsche plechtigheid der huwelijksvol
trekking zal plaats vinden een stralend
zonnigen, zachten winterdag mag verwach
ten.
Een zon van vreugde is boven Nederland
opgerezen!
En maar steeds stroomden men-
schen toe.
In de latere morgenuren hield de stroom
van de belangstelenden van buiten af naar
de binnenstad aan. L)e tribunes langs den
bruidsweg vulden zich slechts langzaam,
omdat zij, die daar een plaats hadden gere
serveerd verzekerd waren, den bruidsstoet
goed te kunnen gade slaan en daarom niet
zoo vroeg aanwezig behoefden te zijn. An
ders was het gesteld met hen, die langs de
touwen moesten blijven staan en zich dus
lang te voren van een goede plaats moesten
.voorzien.
Zoo was, vooral in de omgeving van het
Paleis, lang voordat het uur van vertrek
van den stoet was aangebroken de bruids
weg al omgeven door een groote menigte
toeschouwers.
Door muziekcorpsen werden Vaderland-
sche liederen gespeeld, die door het wachtend
publiek werden meegezongen. Ook door mid
del van laudspeakers werd muziek ten ge-
hoore gebracht, afgewisseld door mededee-
lingen van de politie.
De voorbereidselen voor het ver
trek van den stoet.
Tegen tien uur marcheerden onder de to
nen van de Kon. Militaire Kapel onder lei
ding van kapt. Boer de Grenadiers en Ja
gers naar het Paleis op, en vormden daar
voor de vleugels de eerewacht.
Tegen -half elf. arriveerden de afdeelingen
Bereden Marechaussee, de Rijdende Artille
rie en het Commando Cavalerie met Stan
daard en muziekcorps, welke de kop van
den bruidsstoet zullen vormen. Even latei-
kwamen ook de Huzaren in blauwe uni
form voor het paleis aan.
Inmiddels hadden zich in de Paleisstraat
de gaJa-hofrijtuigen opgesteld.
Het vertrek van het Paleis.'
Tegen elf uur reden de eerste berlines,
bestemd voor de bruidsmeisjes en bruids
jonkers uit de Paleisstraat het voorplein
van het Koninklijk Paleis op.
Nadat de hofrijtuigen waren opgereden,
kwam dan eigenlijk het oogenblik, waarop
door talloozen met spanning werd gewacht:
de Gouden Koets, waarin het bruidspaar
naar het Stadhuis en naar de Kerk kon
rijden, kwam langzaam uit de Paleisstraat
rijden en zwenkte het voorplein op.
Commando's weerklonken: de troepen
brachten de voorgeschreven eerbewijzen en
de Militaire Kapel zette het Nederlandsche
Volkslied in.
Op dat moment verscheen het Bruidspaar
op het bordes van het Paleis. Het duurde
eenige oogenblikken, voordat Prinses Juli-
ana en Prins Bernhard in de Gouden Koets
hadden plaatsgenomen en in dien tijd nam
het publiek het Wilhelmus over en zong de
tweede strofe mee.
Het Toilet van de Bruid.
Het bruidstoilet dat de Prinses droeg,
was van ivore satin peplum en in overleg
met H. K. H. in oen eenvoudig, smaakvol
gedrapeerd model, waarvan de sierlijke lij
nen aan een Grieksch gewaad deden den
ken, met manteau de cour, vervaardigd.
De sluier was in tulle geborduurd met
zilveren rozen, zoodanig gerangschikt, dat
men daarin de emblemen van Lippe-Bies
terfeld herkende.
De bruidskrans was van oranjebloesem en
gegarneerd met vijf echte brillanten rozen,
in grootte afloopend, wederom zoodanig ge
arrangeerd, dat zij het embleem Lippe-Bies
terfeld vormden.
De ceintuur was gegarneerd met naturel
oranje bloesems, waarbij als aardige bijzon
derheid is te vermelden, dat deze afkomstig
zijn gedeeltelijk van bloeiende nranjeboomm
van Paleis het Loo, gedeeltelijk gezonden
door eenige Nederlanders wonende in Italië
De manteau de cour. waarvan de sleep 5
meter lang was, werd opgehouden door de
vier bruidskinderen, in het wit gekleed.
Langzaam reed de Gouden Koets het voor
plein af en toen barstte een daverend en
langdurig gejuich uit de dicht opeengepakte
mensehenmen-iete los.
Natnvelijk was de Gouden Koets het voor
plein afgezwenkt en het Noordeinde inge
reden of de Glazen Koets, bestemd voor H
M de Koningin en Prinses Armgard, reed
voor.
De kapel ging voort met het spelen van
hef Wilhelmus, het geiuich hield aan, -veer
klonken de commando's, weer werden de
militaire ec-hewiizen gebracht en toen ver
scheen de Koningin, onmiddellijk gevolgd
door Prinses Armgard, op het bordes.
De Koningin was gekleed in een parelgrij-
zen mantel, griizen hoed en droeg het
blauwe lint met het eere-teeken van groot
meester der orde van den Nederlandschen
Leeuw.
Prinses Armgard droeg een wit hermelij
nen mantel met een rose bloem en een hoed
met groote witte veer.
Toen de Glazen Koets in het Noordeinde
was aangekomen, hield de muziek met het
spelen van het Wilhelmus op en reden de
overige galarijtuigen voor.
Samenstelling van den Stoet.
Zoo formeerde zich de geheele Stoet, welke
zich langzaam in beweging zette. Hij werd
geopend door een afd. Kon. Marechaussee
te paard, ter sterkte van 8 ruiters, gevolgd
door een afd. van het korps Rijdende Artil
lerie, in de blauwe uniform, ter sterkte
van 16 ruiters alsmede 9 trompetters.
Hierna kwam een eskadron van 2 pele-
tons van het 3e half regiment Huzaren, sa
mengesteld uit de drie in Den Haag aanwe
zige eskadrons voorafgegaan door den
Standaard van het 3e half regiment Huza
ren en het muziekkorps.
Dan kwamen 3 berlines, elk bespannen
met 2 paarden en gaande 1 lakei naast elk
portier, waarin gezeten waren de bruids
meisjes en bruidsjonkers.
Vervolgens kwam de Gouden Koets met 't
Prinselijk Bruidspaar. De koets was bespan
nen met acht paarden, voorafgegaan door
2 postillons, gaande een koetsier naast elk
paard en vier lakeien naast elk portier.
Het bruidspaar had een eere-begeleiding
van 20 officieren, allen dragende de huza
ren-uniform met blauwe uitmonstering in
ceremonieel tenue.
Onmiddellijk hierna volgde de Glazen
Koets, waarin gezeten waren H. M. de Ko
ningin en H. D. H. Prinses Armgard.
Het rijtuig was bespannen met 4 paarden,
gaande een koetsier naast elk paard en 4
lakeien naast elk portier.
Dan volgde een berline, bespannen met
vier paarden, gaande twee lakeien naast
elk portier en waarin gezeten waren Z. H.
Hertog Adolf Friedrich van Mecklenburg 'en
Z. D. H. Prins Ernst Aschwin van Lippe-
Biesterfeld.
Op deze berline volgden nog vijf rijtuigen
waarin familieleden en de getuigen bij het
Huwelijk hadden plaats genomen.
Achter het laatste Hofrijtuig volgde een
afd. Veld-Artillerie te paard van het 2e Re
giment, waarbij ingedeeld waren 12 trom
petters met de pauken, hierna kwam pen
eskadron van 2 peletons van het «3e half
Rergiment Huzaren, terwijl de stoet geslo
ten werd door een afd. politie-troepen te
paard, ter sterkte van 8 ruiters.
Het publiek was opgestogen over den
kleurrijken stoet, een wondere mengeling
van prachtige toiletten en uniformen. Alge
meen was men zeer verrukt over de bruids
toiletten van de Prinses en de Bruidsmeisjes
Een zegetocht van twee gelukki.
ge Menschen-Kinderen, die als
in een sprookje ter bruiloft
rijden.
Terwijl van voor het Paleis het gejuich
aanzwelt en dichterbij komt met het nade
ren van den stoet, klinken kort en scherp
de bevelen der officieren aan de troepen
langs den weg, die in de houding staan
voor het brengen van het militaire eerbe
toon. Achter de afzettingen verdringen zich
de mienschen, uit de ramen der bovenhui
zen hangen zij ver voorover en in dichte
rijen zitten, zij in de etalages van de win
kels in de Heulstraat, dié in overdekte tri
bunes zijn herschapen.
Luid klinkt het geiuich op als de stoet uit
de Heulstraat den Kneuterdijk opzwenkt,
waar het publiek in zeer dichte drommen
opeengedrongen staat. Enkele kleine tribu
nes zijn dicht bezet, evenals de ramen der
hier gevestigde winkels, restaurants en
bankgebouwen.
Het is een treffend oogenblik als het jonge
bruidspaar tusschen de beide eere-fronten
van oud-gedienden doorrijdt, die stram en
ernstig het Militaire Saluut brengen. Het
zijn de gepensionneerde officieren van de
Kon. Landmacht, de Kon. Marine en het
Kon. Ned-Tndische leger, die hier staan op
gesteld, en daarnaast de vergrijsde Ridders
van de Militaire Willemsorde met hun eere-
teekenen groot op de borst.
Voorbij de Plaats gaat het naar het Bui
tenhof, waar de belangstelling het grootst is
En terecht heeft het publiek een bijzondere
voorkeur voor dit plein gehad, want het is
een prachtig schouwspel, als de kleurige
schitterende Bruidsstoet van den Kneuter
dijk langs den Hofvijver het fraai versierde
plein met zijn dichte menschenmenigte op
rijdt, Het is een schittering van kleuren, die
te levendiger uitkomen in het licht van de
zacht stralende winterzon. En een gedaver
van vreugde klinkt uit deze bonte menge
ling op. Het jonge Bruidspaar kan slechts,
overstelpt door de overweldigende blijken
van aanhankelijkheid, gelukkig glimlachend
terugknikken en wuiven in de Gouden
Koets, waarmee onze Kroonprinses als de
Prinses uit het sprookje met haar Bruide
gom ter bruiloft rijdt.
En daarachter, in de fraaie Glazen Ko<Hs,
ziet men twee gelukkige moeders, beiden
eveneens luide en hartelijk toegejuicht, en
dankend met een blijden glimlach om het
geluk van de beide Vorstenkinderen en om
het meeleven, dat uit al deze toejuichingen
spreekt.
Door de smalle Gravenstraat gaat het, waar
de menschen dicht opeengedrongen in de
winkeletalages en voor de ramen staan.
Op het smalste gedeelte nabij de Groen
markt en tegenover het Raadhuis is geen
publiek meer toegelaten. Stram staan .de
hier opgestelde cadetten der Kon. Mil. Aca
demie in de houding en eerbiedig brengen
zij het militaire eerbetoon als de Vorstelijke
stoet het Stadhuis nadert.
Het eerste gedeelte van het militaire es
corte, dat den Stoet opende, reed het Stad
huis voorbij en langzaam ging de Gouden
Koets voorwaarts tot vlak voor het bordes
van het Stadhuis. Terwijl de muziek het
Wilhelmus inzette en de troepen de militai
re eerbewijzen brachten, stegen Bruid en
Bruidegom uit.
De ontvangst ten Stadhnize,
De loco-burgemeester, Prof. Ir. C. L. van
der Bilt, verwelkomde het jonge paar op 't
bordes van het stadhuis.
Ook waren hier aanwezig de Groot
meester van de Prinses, baron Rengers, en
de kamerheer, baron Baud.
Prof. vand er Bilt geleidde hen naar de
vestibule, waar burgemeester de Monchy
bruid en bruidegom ontving.
De vestibule had hetzelfde aanzien als op
den 19cn December; de dag van aanteeke-
ning.
De burgemeester geleidde vandaar het
bruidspaar naar zijn kamer, welke voor deze
gelegenheid als ontvangstsalon was inge
richt.
In de kamer van den burgemeester werd
een enkel oogenblik vertoeft, totdat allen
zich hier verzameld hadden.
Van de bruidsmeisjes en bruidsjonkers
deden in het stadhuis 4 paren dienst; twee
paar waren bij den ingang aanwezig en be
geleidden het bruidspaar tot aan de trouw
zaal.
In de burgemeesterskamer werd de stoet
geformeerd door Baron Baud; de Groot
meester van de Prinses had zich reeds eenige
oogenblikken tevoren naar de trouwzaal be
geven.
Op den drempel van de trouwzaal wachtte
Baron Rengers den stoet op, welke even
later, voorafgegaan door Jhr. Mr. Six, die
het gewaad van Johanitter-Ridder droeg, tus
schen de Cadetten en Adelborsten door over
de gang naar de trouwzaal schreed.
Hoe de trouwkamer er uitzag.
Voor de tafel, welke met een rood kleed
was bedekt, stonden twee kostbare zetels,
welke aan de voormalige Keizerlijke regee
ring in Weenen hebben toebehoord en thans
door de firma Cats uit Dieren aan bruid en
bruidegom zijn aangeboden.
Deze zetels waren van donker eikenhout
en de zittingen en rugleuningen met roode
zijde overtrokken.
Op de tafel stonden twee oude zilveren
candelabers en in de hoeken van het vertrek
Queen Ann-stoelen. Voor de ramen waren
bloembakken gevuld met witte anjers en
goudsbloemen neergezet.
De trouwplechtigheid.
Nadat de bruid en de bruidegom op de
voor hen bestemde zetels hadden plaatsge
nomen, zeide de burgemeester:
„Bruid en Bruidegom, gij zijt voor mij,
ambtenaar van den Burgerlijken Stand,
verschenen, opdat uitvoering zal worden ge
geven aan uw voornemen om in het huwelijk
te treden. Nu aan de formaliteiten, bij de
wet voorgeschreven, is voldaan en de afkon
diging van het huwelijk zonder stuiting is
verloopen, bestaan er geen bezwaren tegen
thans tot de voltrekking van Uw huwelijk
over te gaan, mits de Moeder van den Brui
degom en de Moeder van de Bruid hare toe
stemming verleenen".
Vervolgens richtte de burgemeester zich
eerst tot de Moeder van den Bruidegom en
vroeg haar of zij hare toestemming verleent
tot het huwelijk van haar zoon met H. K. H.
Prinses Juliana Louise Emma Marie Wilhel-
mina der Nederlanden, Prinses van Oranje-
Nassau, Hertogin van Meckelenburg, enz.,
enz.
Nadat deze vraag bevestigend was beant
woord, richtte hij zich tot de Moeder van de
Bruid.
Als ook de Koningin de vraag bevestigend
heeft beantwoord, richtte, de burgemeester
zich weer tot Bruid en Bruidegom. Hij ver
zocht Hun op te staan, elkander de ontbloote
rechterhand te geven en de vragen, welke
hij Hun stellen zal, bevestigend te willen
beantwoorden.
Aan den Bruidegom vroeg de burgemeester:
„Prins Bernhard, enz., verklaart gij in
tegenwoordigheid Uwer getuigen, H.K.H.
Prinses Juliana, enz., enz. aan te nemen tot
Uw echtgenoote?"
Na de bevestigende beantwoording van
deze vraag ging de burgemeester als volgt
voort:
„Verklaart Üwe Hoogheid getrouwelijk alle
de plichten te zullen vervullen, welke de
.wet aan den huwelijken staat verbindt?"
Nadat Prins Bernhard ook deze vraag be
vestigend had beantwoord, richtte de burge
meester beide vragen in gelijken zin tot
Prinses Juliana en als H.K.H. hetzelfde ant
woord als haar man heeft gegeven, zeide de
burgemeester:
„Dan verklaar ik, als ambtenaar van
den Burgerlijken Stand in naam der
wet (hamerslag), dat Z.D.H. Prins
Bernhard, Leopold, Frederik, Ever-
hard, Julius, Coert, Karei, Godfried
Karei, Pieter van Lippe-Biesterfeld
en H.K.H. Prinses Juliana, Louise,
Emma, Marie, Wilhelmina der Ne
derlanden, Prinses van Oranje-
Nassau, Hertogin van Mecklenburg,
enz. enz. in den echt zijn verbonden".
Nadat Bruid en Bruidegom aan het ver
zoek om weder op hun zetels plaats te nemen
hadden voldaan, hield de burgemeester een
toespraak, waarin hij zijn groote vreugde
uitsprak, over dezen echtverbintenis.
Toen de burgemeester was uitgesproken
verzocht hij den assisteerenden ambtenaar,
den heer P. C. Wesseling, de huwelijksacte
voor te lezen, waaraan deze voldeed.
De huwelijksacte werd daarna door Prin
ses en Prins Bernhard geteekend met de
gouden veder, het geschenk der Haagsche
Burgerij, waarmede het paar ook de acte van
ondertrouw op 19 December j.1. heeft getee
kend.
De familieleden en de getuigen van Bruid
en Bruidegom teekenden met zilveren vul
penhouders.
Na de onderteekening overhandigde de
burgemeester aan Bruid en Bruidegom de
trouwboekjes, waarmede de plechtigheid in
de trouwkamer was afgeloopen.
Door de gang van het Stadhuis begaf de
stoet zich vervolgens weer naar de vesti
bule. Een breede Perzische looper was uitge
legd; de deuren van een der wachtkamers
waren verwijderd en in de nis in deze ka
mer was een schouw geplaatst en een vuur
aangemaakt. Een prachtig Perzisch kleed,
waarin jachttafereelen verwerkt, bedekte de
hall van het Stadhuis.
In de gang stonden Cadetten en Adelbor
sten als een eerewacht opgesteld. Bloem
stukken van witte begonia's hingen ter
weerszijden van het koepelvormige uitsteek
sel naar beneden.
De stoet werd in de; vestibule wederom
gevormd, teneinde zich haar de in de onmid
dellijke nabijheid gelegen Groote Kerk te
begeven.
Het wachten bij de kerk viel niet
lang, daar er veel te zien was.
Rondom de kerk, waar slechts weinig pu
bliek was toegelaten, hadden tal van be
langstellenden zich een plaatsie verschaft
in de omliggende woningen. Het wachten
voor hen duurde hier wellicht minder lang
dan op andere plaatsen langs den weg, aan
gezien telkens opnieuw een schitterend
schouwspel zich aan hun oogen vertoonde.
Het was een aanmarcheercn van de ver
schillende eerefronten van officieren, waar
van vooral opvielen die van de Blauwe Hu
zaren, de Gele Rijders en van den Generalen
•Maf. t oorts kwamen hier de Sfudentenweer-
afdeelinge® en de I.eidsch Meisjesstudenten,
de laatste getooid met tuiltjes campanula's,
die een eerefront tegenover den ingang dei-
kerk vormden. Tusschen kerk en Stadhuis
was een eerewacht van Adelborsten en Ca
detten, terwijl de Marinekapel en afdeelin-
gen mariniers en matrozen ter rechterzijde
waren geposteerd.
Het Vorstelijk Paar betreedt de
Kerk.
Hartelijk toegejuicht door het publick be
trad het paar de kerk, even later gevolgd
door de Koningin en Prinses Armgard.
Aan de deur van de kerk werd het Prinse
lijk Paar ontvangen door den Opperkamer
heer en een Kamerheer en naar de consisto
riekamer geleid, gevolgd door H. M. de Ko
ningin en de gasten van den stoet.
Tevens was bij de deur der kerk ter be
groeting aanwezig een Commissie uit den
Kerkeraad der Ned. Herv. Gemeente te
's-Gravenhage.
De begeleidende cavalerie-officieren en de
escorteerende officieren zoomede de Chef
van het Militaire Huis, de Gouverneur der
Residentie en de overige officieren van het
Militaire Huis stegen af en begaven zich
naar de voor hen bestemde plaatsen in de
kerlc
Iatniddels hadden ook de overige gasten,
die niet in het Stadhuis aanwezig waren,
hun plaatsen in het kerkgebouw ingenomen.
Hoe de kerk er uit zag.
De Groote Kerk was voor deze bijzondere
gelegenheid niet speciaal versierd; er was
slechts weinig aan haar gewoon aspect
veranderd.
Alleen waren uit het middenvak alle ban
ken verwijderd, waarvoor losse stoelen in
de plaats waren gekomen. De vloer was
bedekt met een wijnrood tapijt Voorts was
er voor den preekstoel een knielbank ge
plaatst, welke eveneens dienst had gedaan
bij de inzegening van het huwelijk van H.
M. de Koningin met wijlen Prins Hendrik,
evenals het tapijt, dat onder deze knielbank
lag.
De preekstoel was met witte leies en
groen op sobere, doch smaakvolle wijze ver
sierd Recht tegenover den kansel waren de
zetels geplaatst, bestemd voor het Prinselijk
Paar.
Voor den kansel was een katheder van
waar de voorgangers den dienst leidden Op
dezen katheder lagen in een bakie de beide
ringen van Prinses Juliana en Prins Bern
hard.
Binnenkomst van den Bruids
stoet.
De aankomst van den Bruidsstoet in de
Kerk werd aangekondigd door het koor
van Lohengrinn, door het orgel ingezet. Alle
aanwezigen stonden op terwijl de bruids
jonkers en bruidsmeisjes statig binnenschre
den.
Vervolgens kwam het Bruidspaar; de
vier bruidskinderen droegen den sleep van
het toilet der Prinses. Het maakte den in
druk, dat zoowel de Prinses als de Prins
iets bleeker zagen dan gewoonlijk.
Daarna traden twee aan twee binnen. H.
M. de Koningin met Prins Aschwin aan
haar linkerzijde H. D. H. Prinses Bernhard
van Lippe Biesterfeld met Z. H. Hertog
Adolf Friedrich van Mecklenburg, en vervol
gens de overige gasten de Kerk binnen.
Bruid en Bruidegom begaven zich naai
de voor Hen bestemde zetels.
Onmiddellijk achter het Bruidspaar bevon
den zich de zetels voor de Koningin, Prinses
Douairière Bernhard van Lippe-Biesterfeld.
Prins Aschwin en de overige Vorstelijke
gasten.
Wel zelden zal het Kerkgebouw, dat ge
heel was gevuld een zoo groote schare voor
name gasten en hoogwaardigheidsbekleeders
hebben bevat.
De Kerkdienst.
Na het votum, uitgesproken door den
Hofprediker, Prof. Dr. Obbink, klonk plech
tig de zang der gemeente door het Kerk
gebouw: „Dankt, dankt nu allen God, met
bliide lofgezangen" (enz.)
Vervolgens ging de Hofprediker voor in
gebed en hield daarna een toespraak,
waarin hij Bruid en Bruidegom; de Ko
ningin en de Moeder van den Prins allen
afzonderlijk toesprak en waarin hij aan het
slot God's zegen afsmeekte voor het geluk
van het Hooge Bruidsnaar. Nadat Prof. Ob
bink het „amen" had uitgesproken, stond
de Oud. Hofprediker, de grijze Ds. Weiter.
op en nam zijn plaats achter den catheder
in.
Hii sprak als volgt:
„Moge ik U thans eerbiedig verzoeken, on
te staan van Uwe plaatsen, elkander de
rechterhand te reiken, II teh volle te door
dringen van de Heiligheid en Heerlijkheid
van dit oogenblik en zoo staande, als voor
Gods aangezicht, God, die U ziet en hoort,
te antwoorden op de vragen, die ik U thans
van Zijnentwege ga voorleggen.
Bernhard Leopold Frederik Ever-
hard Julius Coert Karei Godfried
Pieter van Lippe-Biesterfeld bekent
Gij voor God en allen die hier zijn ver
gaderd, dat Gij genomen hebt en
neemt tot Uw wettige Vrouw haar,
Wier hand in de Uwe rust. Haar
nimmer te zullen verlaten. Haar lief
te hebben en te eeren gelijk een ge
trouwe en godvreezende man zijn
wettige vrouw schuldig is, dat Gij
heiliglijk met haar leven wilt naar
uitwijzen van het Heilig Evangelie?
Wat is daarop Uw antwoord?
Nadat Prins Bernhard deze vragen met
een kort en krachtig „ja" had geantwoord
richtte ds. Weiter zich tot Prinses Juliana
en stelde haar de vragen in gelijken zin.
De Prinses Juliana antwoordde met een
nauwelijks hoorbaar „ja" Dan schreed het
Bruidspaar voorwaats om te knielen, ten
einde den zegen te ontvangen.
De grijze predikant strekte zijn handen
zegenend naar het Jonge Paar uit en sprak:
„Mag ik U thans verzoeken, samen neder
te knielen tot het ontvangen van den Zegen
des Ileeren?"
Prins Bernhard en Prinses Juliana kniel
den op het kussen neer, waarop Ds. Weiter
hen toesprak. Na de korte rede zeide Ds.
el Ier: „Mag ik U thans verzoeken als
Koninklijk echtpaar uwe plaatsen weder in
te nemen?"
Daarop trad Prof. Ohbink wederom naar
oren tot het verrichten van de ceremonie
van het verwisselen der ringen.
Onmiddellijk hierop zette het orge! de
zegenbede in, welke staande door alletl
werd medegezongen.
Nadat de laatste orgeltonen verklonk
waren, reikte Prof. Obbink met een toePa;
selijk woord aan Prins Bernhard een bijbci
uit, het geschenk, dat elke man ontvanw
bij de kerkelijke inzegening zijns huwelijk
Daarna bad de predikant het „Onze Vader»
dat eveneens staande werd aangehoord.
De slotzang „Halleluja, eeuwig dank en
eere" (enz.) werd nog door de gemeente
gezongen, gevolgd door het uitspreken van
de zegenbede.
Tot slot zong het koor psalm 138, Van
J. P. Sweelinck.
De Kerkelijke plechtigheid was hiermede
teneinde waarna het Bruidspaar en de ovc-
rige leden van den Bruidsstoet door de coip.
missie uit den Kerkeraad, die ook bij
ontvangst aanwezig was, uitgeleide werd
gedaan.
Het verlaten van de kerk
Het was ruim 1 uur toen de deuren van
de kerk weer opengingen. Het Militaire
Huis van de Koningin steeg weer te paard
en in het voorportaal van de kerk vormde
zich een dubbele eerehaag van officieren
van het korps Rijdende artillerie, van Gre.
nadiers en Jagers, die in hun schitterende
uniformen een fraaien aanblik boden.
De officieren der Blauwe Huzaren stel-
den zich mede in afwachting op, en nadat
de galakoetsen, welke het Jonge Paar voor.
afgingen, waren afgereden, reed de Gouden
Koets opnieuw voor den kerkingang, weer
volgden commando's weer negen de vaan
dels en voor de tweede maal weerklonk
plechtig het Wilhelmus.
De klokken van den toren begonnen te
luiden, de eerehaag van officieren kruiste-
de sabels en onder dezen „eereboog" ver-
liet het Prinselijk Paar de kerk, hartelijk
toegejuicht door de met spanning wachten
de menigte, welke huldebetuiging door Prins
en Prinses vriendelijk neigend werd beant
woord.
Ook de Koningin thans vergezeld van
Hertog Adolf Friedrich van Mecklenburg,
die naast haar in de Glazen Koets plaats
nam, schreed onder de gekruiste sabels door
Opnieuw luide toejuichingen van het pu
bliek en minzaam groette hare Majesteit na
het afrijden de stram salueerende eerefron
ten der officieren.
De terugtocht naar het Paleis werd een
ware zegetocht langs den zes kilometer lan
gen „bruidsweg"
Weinig werk voor den Genees
kundigen dienst.
De groote organisatie welke de Gem. Ge-
neesk. Dienst, in samenwerking met andere
lichamen, op touw had gezet, heeft geluk
king weinig dienst behoeven te doen.
Slechts enkele flauw gevallen personen
meerendeels dames heeft zij te verzor
gen gehad.
Geen enkel noemenswaardig ongeval
verband houdende met de feestdrukte
heeft zich voorgedaan.
Vertrek Prinselijk Paar.
Gisternamiddag is het Prinselijk Paar
van het Koninklijk Paleis langs een der
achteruitgangen vertrokken per auto, met
onbekende bestemming.
Plechtig klokgebeier luidde in de hoofd
stad van Ned.-Indië het langverbeide feest
van den huwelijksdag van onze geliefde
Prinses met Prins Bernhard in. Reeds te
6 uur was de geheele stad in volle leven,
mede door de muzikale reveille, welke werd
gehouden door de muziek van het eerste
regiment infanterie voor de woning van
den divisie-commandant, den commandant
van de zeemacht en van den gouverneur van
West-Java. Op burgerlijke wijze hield de
muziek van de brandweer een reveille voofl
de woning van den burgemeester van Bata
via.
Om 7 uur begon het defile van de garni-
zoenen van Weltevreden en Meester-Corne-
lis met een compagnie van de Koninklijke
Marine voor het Paleis van den Gouverneur
Generaal Onder de tonen van de muziek
marcheerden de troepen kranig langs het
Paleis onder leiding van den divisiecomman-
dant generaabmajoor Bakker.
Ter zelfder tijd had een godsdienstoefe
ning plaats in de R. K. kerken waar vooS
het heil van het jonge paar werd geheden.
Ofschoon aanvankelijk de regen nog uit
den hemel viel (het is momenteel de regen
tijd in Indië) klaarde tot ieders vreugde
in den loop van den morgen het weer op,
hetgeen natuurlijk tot de feestvreugde niet
weinig bijdroeg.
Op een later uur, half tien en tien uuB
hadden andere godsdienstoefeningen plaats
n.1. in de Gereformeerde kerk, in het loge-
gebouw voor Israëlitische ingezetenen ert
in de Willemskerk een Maleische godsdienst
oefening.
In de historische Portugeesche buitenkerk
werd de meest-bezochte godsdienstoefening
gehouden waarbij Ds. E. A. A. de Vreede
voorganger was.
De kinder-auhade, welke des morgens had
moeten plaats hebben, werd, in verband met
den regen afgelast.
Op verschillende terreinen waren volks
spelen georganiseerd, met de typische spelen
welke aan Indië eigen zijn en op het gene
raal Staalnlein te Meestcr-Cornclis gaven
Amhoneesebe en Menadoneesche militairen
van de garnizoenen te Weltevreden en Mees-
dansj>rneliS ee" Tjakalé,é (Moluksche krijgs
Tegen het middaguur verplaatste de vreug
zich zooals dat met de toenemando
\\aimte en de felle zoneschijn de gewoonte
ts naar de verschillende hotels en andere
centra van amusement, waar strijkies en
muziekcorpsen met Vaderlandsche liederen
me door allen op enthousiaste wijze werden
meegezongen, de Oranjestemming er duch
tig inhielden.