Stadsnieuws
VAN WILLIGEN
De strijd om de
„Betty
Bonn"
Het vertrek van
Hr* Ms+ ttDe Ruy ter"*
ASTO
voor Buitenritten
Een gezonde, opgewekte feeststemming
in onze stad*
Vrijdag 8 Januari 1937
Heldersche Courant
Tweede Blad
Het vertrek van Hr. Ms. „De
Ruyter" is bepaald op Dinsdag
12 Januari, tusschen 12—1 uur.
Om 11 uur moeten alle opva
renden aan boord zijn.
Feestmiddag Speeltuinkinderen.
Speeltuinkinderen planten
boomen op Tuindorp.
Autobotsing op de
Binnenhaven.
Honderden langs de straat om te genieten van versiering
en verlichting van onze stad.
Ouden van dagen rijden
door versierde straten*
De Koninklijke Delftsch aardewerkfabriek
„De Porseleijne Fles"
WANDBORD diam. 25 cm. f 12 50
WANDBORD diam. 18 cm f 5 00
Hulpwinkel WESTSTRAAT
F e ullleton
door Friedrich
L i n d e rn a n
IHr. W. DE SITTER EERVOL ONTSLAGEN
ALS PRESIDENT ZEEKRIJGSRAAD EN
PLAATSVERVANGEND KANTONRECHTER
Bij K.B. van 2 Januari 1937 is aan Mr W
de Sitter op zijn verzoek met ingang van
1 Januari 1937 eervol ontslag verleend uit
zijne betrekkingen van president van den
Krijgsraad voor de Zeemacht binnen het Rijk
in Europa te Den Helder en kantonrechter
plaatsvervanger in het kanton Den Helder
onder dankbetuiging voor de door hem in
rechterlijke betrekkingen bewezen diensten.
Zaterdagmiddag heeft de Speeltuinvereeni-
ging voor alle kinderen van hare leden een
feestmiddag in Casino georganiseerd. Dan
zullen er waarschijnlijk 1800 kinderen feest
Vieren, ter eere van het Vorstelijk paar.
Door de afdeeling Tuindorp van de plaatse
lijke Speeltuinvereeniging zijn gistermiddag
door een aantal kinderen een 2-tal boomen
geplant voor het clubhuis, welke men ten
geschenke gekregen had van het Gemeente
bestuur. Het is de bedoeling, dat in het voor
jaar om dit tweetal „gedenk-boomen" een
passend hekje zal komen.
Naar wij vernemen, is het plan morgen
middag een zelfde plechtigheid te houden
voor de kinderen der afdeelingen Vischmarkt
en Oude Helder.
NAAR SOERABAIA,
Abusievelijk werd vermeld dat de prijs was
f 280.dit moet zijn f 305.
ESTAFETTELOOP PRO PATRIA K.S.K.
Voor dezen loop,waarvan het startschot om
half vier zal vallen, wordt de medewerking
van het publiek gevraagd om de rijweg vrij
te houden, zoodat de loopers ongehinderd hun
weg kunnen volgen.
De wisselpunten zullen aangegeven worden
door witte strepen hierachter wordt de
stok overgenomen.
Door medewerking van de politie zal de
motorbrigade de loopers voorafgaan om de
weg vrij te maken.
De eerste prijs, de van Hooydonkbeker, is
te zien bij de fa. Nijpels, Spoorstr., benevens
de zes bijbehoorende draagmedailles.
De kleedgelegenheid voor de starters is
bovenzaal van Weelde, Koningsplein. Voor de
overige loopers in Musis Sacrumhiervandaan
gaan zij naar hun posten en kunnen daar hun
jassen afgeven aan de controleurs, kenbaar
aan de oranjecocarde. Na afloop is om vijf
uur prijsuitreiking in Musis Sacrum, voor
ieder toegankelijk. Verdere inlichtingen bij
A. Veen, Spoorstraat 70 en L. D. de Snayer,
Laan 1.
TELEF. 636 Ruijghweg38
Dokter Rienks gewond. Auto zwaar
beschadigd.
Woensdagmorgen te kwart over elf heeft
op de kruising ZuidstraatBinnenhaven
een botsing plaats gevonden van de luxe
auto van dokter Rienks, directeur van den
gemeentelijken geneesk. dienst, en een auto
van de Gemeentereiniging.
De gevolgen waren met name voor dok
ter Rienks vrij ernstig. Hij werd op een
2-tal plaatsen aan het hoofd gewond, ter
wijl zijn auto, welke door de botsing ge
kapseisd was, zwaar beschadigd bleek.
Wat de toedracht der feiten betreft, het
volgende.
Op genoemd tijdstip kwam dokter Rienks
aangereden vanaf het Ankerpark, met de be
doeling rechtdoor te gaan. Op het zelfde oogen-
blik wilde de vrachtwagen van de Gemeente
reiniging, komende van de Zuidstraat, de Bin
nenhaven oprijden. Beide voertuigen hadden,
volgens ooggetuigen, slechts weinig vaart.
Waarschijnlijk op het moment van de botsing
niet meer dan 15 kilometer.
Hoewel men over de juiste toedracht van
het ongeval nog niet geheel en al zeker is, is
het vermoeden gewettigd, dat de bestuurders
elkander te laat ontdekt hebben, tengevolge
van het slechte weer en de beslagen ruiten.
De botsing was hevig, en hierbij moest met
name de auto van dokter Rienks het ontgel
den. Het vehikel werd omvergeworpen en
kwam op de linkerzijde te liggen. Beide zij
kanten werden behoorlijk ingedeukt, evenals
de spatborden en de portieren, terwijl de voor
ruit verbrijzeld was.
Nadat men den bestuurder uit zijn benarde
positie verlost had bleek, dat hij een tweetal
hoofdwonden opgeloopen had. De geneesheer
werd naar Hr. Ms. Schorpioen getransporteerd
en aldaar verbonden. Het bleek, dat de ver
wondingen niet. van ernstigen aard waren.
Wat de auto van de Gemeentereiniging be
treft, ook deze kwam er niet zonder kleer
scheuren af. Het voorstel werd ingedeukt, de
koplampen bleven in den strijd terwijl de bum
per geheel verbogen werd.
Er is feest in onze stad. Een gezonde, op
gewekte feeststemming heeft zich van allen
neester gemaakt. Men heeft de conventie een
oogenblik op zij gezet, men is uit de plooi
gekomen. Er is een spontaniteit die zelfs de
meest nuchtere heeft aangetast. Daar was b.v.
de Woensdagavond in onze stad, den dag dus
vóór het groote gebeuren dat tot ieder Neder
lander spreekt, een stemming in de stad die
zich moeilijk beschrijven laat. Overal, vooral
in de hoofdstraten, waren drommen menschen,
die niet alleen genoten van de versiering en
verlichting, maar in het bijzonder van de vroo-
lijke stemming die zich van allen had meester
gemaakt en zich het sterkst uitte bij de jonge
lui, die zingend en juichend door de straten
gingen en met hun uitbundigheid anderen aan
tastten. Daar waren groepen verkleedde jonge
lui, daar waren de Volendammer-muzikanten,
die dichte drommen trokken, daar was de band
van jonge muzikanten, daar was de optocht
van de Emmastraatbewoners, die groote hilari
teit verwekte, overal waar hij zich vertoonde.
Het was een bruidsstoet, voorafgegaan door
een agent van drie el lang, met vervaarlijke
snorrebaarden en gevolgd door een stoet van
de meest komisch toegetakelde bruilofts
gasten. De politie moest telkens vrij baan
maken om den stoet te laten passeeren. En
dan was er de optocht uit de Vroonstraat, die
eveneens de lachlust opwekte van allen die
hem zagen voorbijtrekken. Dan was er het
feest in de Goversstraat, de verkleede jongens
en meisjes in de Middenstraat, enfin, door
heel de stad heen was er een hoogstemming,
die zich culmineerde in de city, waar eenige
duizenden in de meest opgewekte stemming
rondliepen.
Het weer werkte tot dit alles ook wel bijzon
der mee, het had alle grimmigheid van den
morgen verloren en toonde zich van zijn meest
gunstigen kant, tenminste den tijd van het
jaar in aanmerking genomen. De stemming
bleef er in, tot laat in den avond.
Gedeeltelijk verregend
Moesten wij in ons nummer van Woensdag
nog melden, dat vanwege de bijzonder ongun
stige weersgesteldheid de Reveille's der Pad
vinders en Oranje-Gardisten geen doorgang
konden vinden, ook in den loop van den mor
gen bleken de weergoden geen idee te hebben
van gedachten te veranderen
Het blééf regenen (zelfs hard regenen)
en het blééf stormen, zoodat de vernieling aan
tal van waarlijk bijzonder mooi versierde stra
ten doorging.
Het was méér dan bedroevend. Daar lagen
afgerukte dennentakken, honderden en hon
derden roosjes vond men in het modderwater,
terwijl de vlaggen in de 3 hoofdstraten als het
ware krijgertje speelden met de spandraden.
Tegen den middag knapte het weer zoowat
op, ook al bleef er een behoorlijk stuk wind
staan, doch dit kon niet meer verhinderen, dat
de zanghulde en het défilé van de ruim 2000
kinderen voor den Burgemeester afgelast
moest worden en vastgesteld op hedenmorgen
half tien.
De Kinderfeesten op de Scholen.
Wat w e 1 doorging, (ondanks alle slecht-
weer miseré) dat waren de Kinderfeesten in
de scholen. Zooals men weet werd hieraan
deelgenomen door alle Lagere Scholen in de
Gemeente onder leiding van het onderwijzend
personeel.
Op alle scholenwel het was ons niet
mogelijk overal even binnen te wippen, ook
al hadden we dat werkelijk graag gedaan.
Maar waar we het deden, wel daar bleek ons
overduidelijk, dat de organisatie hiervan in
beste handen was. Als wij nog 10 meter van
de scholen afwaren hoorden we al de aanmoe-
digingskreten en luide adhaesiebetuigingen.
Het leek op iets als een internationale voet
balwedstrijd.
Maar dan binnen de scholen. Daar wer
den onder leiding van de leerkrachten met de
jongelui spelletjes gedaan, wedstrijden georga
niseerd, en tenslotte maakte het Gemeentebe
stuur bij jong-Den Helder een goede beurt
door dit te tracteeren op tal van uitgezochte
lekkernijen en eveneens te zorgen voor de
prijzen en prijsjes welke men uitrijkte aan hen
of haar, die zoo gelukkig was als nummero 1
te eindigen in de wedstrijden.
We hebben in verscheidene klassen een kijkje
genomen en geprobeerd onze leden in de ban
ken te wringenZoo'n doodgewone school
bankwat kan die je opeens nog een
massa te vertellen hebben!
Maar ter zake: daar werd me ge-wedstrijd,
en daar werd me gezongen en taartjes gegeten
(ja, dat ook!) dat je er zelf ook zin in kreeg.
Het ging alles even vlot en prettig en de hee-
ren onderwijzers of onderwijzeressen, die voor
ditmaal hun dicipelen maar eens lieten uit
razenhadden zelf evenveel plezier. Toen
het half twaalf was gingen de scholen „uit"
en velen van de jongelui kon men toen zien
loopen met pakken en pakjes beladen. Dat
waren de prijzen! Bekers, bordjes en andere
aardige snuisterijen.
Vermelden wij tenslotte nog, dat eveneens
uitgereikt werd de door de Regeering beschik
baar gestelde Herinneringsmedaille.
Voor den tocht door de versierde straten,
welke het Centraal Oranje-Comité den Ouden
van Dagen, Woensdagmiddag 5 uur had aan
geboden, was gerekend op ^ën honderdtal deel
nemers en -sters.
Helaasbehalve dat zij alle honderd op
deze excursie gerekend hadden (en dat vol
enthousiasme), daar was nog zoo iemand in
Den Helder als „Koning Griep" en dit heer
schap had het weten te klaren, niet minder
dan de helft in de lappenmand te doen ver
zeilen
En zoodoende waren er een goede 50 over
gebleven, die reeds voor 5 uur in de gezellig en
smaakvol versierde Casino-zaal zaten te
wachten.
Velen van hen droegen hun Paasch-best (om
niet te zeggen hun Oranje-best) en zij hadden
er zin in. Dat was duidelijk.
Om 5 uur reden de bussen van Koningsbrug-
gen voor en met behulp van v»iendelijke dames
en heeren stapte het bejaarde gezelschap in.
En daar gingen wij, dwars door Den Helder,
door al de kleurige en fleurige straten, met
menschen, waarvan het overgroote deel nog
weinig of niets hiervan gezien had.
Ze vonden het prachtig en tal van malen gin
gen er „sjonge-sjonge's" door ons vehikel, en
„nee, maar kijk dóór 'sen „As je me
nou, vader, hoe's mogelijk".
Naast ons zat eèn oude baas van meer dan
90 jaar. Met vriendelijke oogen en een ring
baardje. Hij vertelde, dat hij 2 koningen en
2 vorstinnen gediend had en dus mee kon pra
ten. Maar wat ze nou voor ons Prinsesje deden,
nee, dat had hij zelfs niet kunnen droomen...
het was geweldig".
En zoo trokken wij door de feestelijke stad
en er is bijna geen versierde straat geweest, of
men kwam er langs.
Twee verrassingen werden nog bereid: aller
eerst in de Lorentzstraat, waar het buurt-
comité op chocolade en sigaren kwam tractee
ren en dan in de Vroonstraat. Hier was een
waarlijk vorstelijke ontvangst. De heer Hors
man heette het gezelschap officieel welkom en
daarna kwam er weer een ander met sigaren
en bruidsuikers. Buiten zong een meisjeskoor
liederen, „Onder den Oranjeboom" en de natio
nale hymne en het was tenslotte de heer
Coltof, die namens het Oranje-comité dankte
voor deze zeer op prijs gestelde attentie.
Om kwart voor zeven waren we weer in
Casino, waar gewacht werd tot burgemeester
Ritmeester arriveerde en waar de tijd zeer ge
zellig doorgebracht werd bij het rooken van
geurige sigaren, het drinken van verscheidene
bakjes chocolademelk en het eonsumeeren van
eenige gebakjes. Behoeven wij het speciaal te
vermelden, dat het een buitengewoon prettig
samenzijn was?
De heer De Jong sprak nog een kort woord
tot de aanwezigen en wees hierbij op de betee-
kenis van den dag en op de vreugde van het
Comité, voor datgene wat men den oudjes had
mogen aanbieden. Met een driewerf hoera op
het Vorstelijk Huis besloot hij zijn woorden.
Dan beklimt de heer Fraaie, ver in de tach
tig, het podium en zegt dank namens alle aan
wezigen voor alles wat men aangeboden heeft.
Dat was een aardige geste en het was een da
verend applaus dat volgde op de zoo welge
meende woorden van dezen oude-van-dagen.
De burgemeester, die inmiddels gearriveerd
was, wees er op, dat men den dank van den
spreker natuurlijk op hoogen prijs stelde, doch
dat ook het Comité zelf dankbaar is voor dat
gene, wat zij had kunnen aanbieden.
Dan wijst spr. er op, op welk een waarlijk
alles overtreffende wijze onze stad versierd is
geworden. Niet alleen de straten, waar men
over vrij overvloedige geldmiddelen kon be-
vervaardigt in beperkte aanmaak wand
borden ter herinnering aan het Huwelijk
van Prinses Juliana en Prins Bernhard,
ontworpen door den bekenden kunstenaar
LÉON SENF.
Van bovenstaande schotel, diam. 35 cm.
worden genummerde exemplaren verkrijg
baar gesteld. Prijs f 62.50
Vroegtijdig bestellen voorkomt
teleurstelling.
Bestellingen worden gaarne opgenomen
door
hoek Kerkplein
schikken, maar ook daar, waar het niet mee
viel de eindjes bij elkaar te knoopen. Maar hoe
men ook aan de versieringen kwam... zij kwa
men er. En dat weet men op prijs te stellen.
Na die instanties bedankt te hebben, die hier
de behulpzame hand geboden hebben en zoo dit
intermezzo mogelijk maakten, wijst de burge
meester nog op het blijde van den dag van
Donderdag, en spreekt de hoop uit, dat allen
nog tot in lengte van jaren getuige mogen zijn
van een gelukkig huwelijk van ons Vorstelijk
Paar.
Een driewerf hoezee op het Koninklijk Huis
wordt hierna uitgebracht, weer gevolgd door
een driewerf hoezee op den burgemeester.
Hierna houdt de bejaarde heer Fraaie nog
een voordracht (geheel geïmproviseerd) en als
dan de heer De Jong nog allen bedankt heeft,
speciaal den heer D. Makelaar met zijn Tehuis-
Orkest, die voor zeer goede muziek gezorgd
had, wordt de bijeenkomst gesloten.
Wij vermelden nog, dat de vele gaven ge
schonken waren door de volgende plaatsgenoo-
ten: fa. Grunwald, Kanaalweg, de chocolade
en suiker, „Jong Holland" en de „Centrale"
de melk, de heer Polak de Casinozaal, fa. Kos-
sen, Tuindorp,-de sigaren en de banketbakkers-
vereeniging het gebak.
Rondgang van autoriteiten.
Om 8 uur vertrokken autoriteiten en Cen
traal Oranje-bestuur, begeleid van 2 muziek
korpsen, van Casino voor een rondgang door
de versierde stad. Heel wat stadgenooten
sloten zich aan, te voet evenals de burge
meester en de comité-leden, die er ook een
wandeling van maakten. Het werd een vroo-
lijke gang, begeleid door de daverende klan
ken van één van de muziekkorpsen. Het
gansche repertoire vaderlandsche liederen
werd gespeeld. En men begon telkens maar
weer opnieuw en overal waar de feeststoet
Nancy vertelde mij, dat zij halve nachten
wakker lag of met haar oor tegen den wand
in de kombuis gedrukt zat, in de hoop een los-
weggeworpen woord of zin te kunnen opvan
gen. Maar niets, niets.
Het was net alsof de „Betty Bonn" ner
gens vlugger en zekerder vergeten was dan
juist op dit schip bij deze menschen, die er
rijk door geworden waren.
Maar er was nog iets anders, dat ons zeer
merkwaardig scheen, hoewel het niet ge ee
tot ons bewustzijn doordrong, omdat wij het
voor een scheepsgebruik hielden, men ie
ons streng verwijderd van het voordek.
lederen keer wanneer wij, of een van ons
verder dan het manschapslogies naar voien
slenterden, kwam een der mannen op ons a
betrok ons in een onverschillig gespre en
bracht ons, zonder dat we het eigenlijk be
merkten, weer naar achteren.
Eens, toen het ons gelukt was op den boeg
te klimmen en op den boegspriet te gaan zit
ten, verscheen plotseling Ciane
adem en verklaarde met een vooi em 01
wone grofheid, dat de passagiers achter op
het huttendek hoorden, en dat behoorde p
schip zoo. Wij stelden hem gerust. Nancy
der de lachende opmerking, dat zij eigenlijk
tot de bemanning hoorde, maar wij vonden
het toch beter te gehoorzamen aan de onge
schreven wetten van het schip.
Het was net, alsof men tegen een gummi-
wand aantrapte, zoodra het gesprek in de
buurt van de „Betty Bonn" of Emmo Deerk-
son belandde.
Een derde punt viel ons op, ja dit begon
ons zelfs meer en meer te drukken. Spurling
werd hoe langer hoe stiller.
Hij was niet onvriendelijk of slecht gehu
meurd, neen, alleen werd hij steeds terugge-
trokkener.
Bij het eerste middageten had hij toch nog,
aangestoken door Nancy's vroolijkheid, ge
lachen en had zelfs een flesch wijn te voor
schijn gehaald.
De tweede dag was zijn hoofd alweer op
zijn borst gezonken en antwoordde hij slechts
wanneer het hoogst noodzakelijk was en alleen
op direct tot hem gerichte vragen. Den laat-
sten tijd kon hij zelfs midden onder het eten
opspringen en met het een of ander waan
zinnig excuus naar buiten rennen.
Den derden dag b.v. sloeg ik Spurling gade
door het bovenlicht, terwijl hij heel alleen aan
de gedekte tafel zat, met schuwe, zachte han
den over het witte goed streek, zijn blankge-
poetsten lepel bekeek als een zeldzame vondst.
Toen zag ik hem opstaan, de kajuit rond
gaan en alle dingen bekijken, waarmee Nancy
de kajuit een gezellig en bewoonbaar aanzien
gegeven had; een bonte doek waarmee zij de
patrijspoort afgeschoten had, een kleurig pa
pier, dat zij in plooien gevouwen had en waar
mee zij de nuchtere lamp een beter aanzien
gegeven had, een portret, dat zij ergens opge
hangen had, alle dingetjes van niks eigenlijk,
maar zooals alleen een vrouw die schikken
kan.
En daar bleef Spurling voor staan? Toen
ik de trap afkwam, zat Spurling alweer aan
tafel, hield zijn hoofd naar beneden en ver
roerde zich niet. Ik durfde hem niet te vra
gen, waar hij zoo naar gekeken had.
Zoo kon hij ook halve dagen zitten op een
kleine bank aan den kant der hut, zijn han
den diep in zijn zakken, zijn kin op zijn borst.
Steeds meer kromp hij in elkaar. Een akelig
gezicht.
Ik sprak er eens met den stuurman over.
Zeg, Crane, wat is er eigenlijk met
Ouwen aan de hand?
Maar hij maakte een geringschattende be
weging met zijn hand.
Laat hem maar. Die heeft zoo zijn buien.
Hoe bedoelt ge? Is hij vaker zoo?
Vaker? Dat nu juist niet. Eigenlijk pas
een... half jaar, dat wil zeggen zoo erg als
nu heeft hij het maar een keer gehad, dat
was to^n op die krankzinnigen reis naar
Canada.
En wat was daar de oorzaak van?
Ik wist het precies. Spurling had het mij
zelf verteld Maar ik wilde het nog eenmaal
door Crane bevestigd zien. Hij gooide het als
nutteloos van zich af.
Ach, de eene of andere vrouw steekt er
achter.
En denkt ge, dat dat nu weer de reden
is?
De stuurman haalde zijn schouders op.
Wie weet?
Voor mij was het echter niet twijfelach
tig meer. Ik had Spurling gadegeslagen, toen
hij voor al die kleine vrouwelijke dingen in de
kajuit gestaan had.
Ik had gezien, hoe hij vijf minuten, terwijl
hij zich onbespied waande, zijn oogen op
Nancy had laten rusten met een blik, die
tegelijkertijd smart en diepen haat uitdrukte.
Ik kon het niet anders uitdrukken, maar
mij liepen de rillingen van afschuw over mijn
rug, als ik den kapitein ineengedoken zag zit
ten als een afzichtelijke kleine dwerg, waar
een donkere dreiging van uitging.
En dat was voor mij nog het onrustigste,
op de een of andere manier had het iets uit
te staan met Nancy.
Zij lachte mij uit, als ik er met haar over
sprak. Maar al heel snel kreeg ik de bevesti
ging van mijn vermoeden, sneller en geheel
anders dan ik ooit had durven denken.
Het was de derde avond.
„Frisco" was reeds ongeveer ter hoogte van
Ajaccio.
Aan stuurboordzijde waren de bergtoppen
van Corsica opgedoemd en verguld door den
rooden gloed der ondergaande zon. Het was
koel, te koel om aan dek te zitten. Dus bleven
we na het avondeten in de kajuit zitten.
Nancy en ik zaten aan tafel onder de gele
lamp, die zachtjes schommelde en verdreven
den tijd met een spelletje kaart. Spurling was
in een hoek gekropen.
Daar zat hij in 't donker, zwijgend, vlak
tegen den rug van den wand gedrukt. Ik
voelde het in mijn rug, hoe hij elke beweging
van ons gadesloeg. Ook Nancy scheen het te
voelen.
Onze stemmen werden, zonder dat wij het
wilden, zachter, onze woorden spaarzamer, tot
wij geheel zwegen en slechts het ritselen der
kaarten zich mengde met het steunen en kra
ken van het schip. Een nerveuze spanning
heerschte plotseling in deze ruimte en kwam
steeds tastbaarder .voort uit den hoek, in welks
donker Spurling zat, hoewel hij niet te zien
was.
Tot hij plotseling begon te spreken, te spre
ken met een zonderlinge weekheid in zijn an
ders zoo scherpe stem. En dat, wat hij zei,
deed mij met een ruk omdraaien:
Wilt gij beiden trouwen
Op elk ander oogenblik had ik hem om deze
vraag hartelijk uitgelachen. Nu in deze om
geving werkte dit woord zeer akelig.
Trouwen?
Ik keek Nancy aan. Zij keek mij aan. Toen
onze oogen elkaar ontmoetten, keek zij in haar
kaarten.
Ik kon in het gele licht der lamp niet zien,
of zij rood geworden was. Maar ons hart
kromp ineen.
Uit den mond van dit mensch, van dezen
zeeman, dien wij niettegenstaande alles toch
nog met een bepaalde verdenking achter
volgden, moesten wij op dit spookachtig uur,
de vraag vernemen, die ons zelf beangstigde
en waarvoor wij eigenlijk deze reis en dit
avontuur begonnen waren, om haar te ont-
loopen. Wilden wij trouwen? Bij ons ging het
echter allang niet meer om het willen. Wy
zwegen lang.
Spurling had den draad van zijn gedachten-
gang verder uitgesponnen. En opnieuw kwam
zijn onaardsche of eigenlijk al te aardsche stem
uit den hoek:
Weet ge, dat men beweert, dat een vrouw
aan boord ongeluk brengt?
Nancy trachtte deze vraag met een scherts
te ontwijken.
De aanwezige natuurlijk...
Spurling ging er niet op in. Hij had deze
woorden misschien niet eens gehoord. Zijn
zinnen kwamen te voorschijn als steenen, die
iemand uit een hoop te voorschijn haalt en ze
stuk voor stuk wegsmijt.
(Wordt vervolgd.)