Stadsnieuws
De strijd om de
„Betty
Bonn"
Weer Griep?
ASTO
voor Buitenriffen
Waar gaan we heen?
Vrijdag 15 Januari 1937
Heldersche Courant
Tweede Bla d
Vragen van raadsleden
Ronselarij voor den
Spaanschen krijgsdienst*
Soldaten vieren feest*
Nederlandsche Reisvereeniging.
Dc Intellectfilm van
Zondagmorgen.
Dc Kerkelijke plechtigheid op
gramofoonplaten.
Even proeven van de Gruyter's
soepen.
De a.s* postduiven show
Vreugdevuur*
TELEF. 636 Ruijghweg 38
Licht op voor alle voertuigen
Winkeliers opgepast!
F e ullleton
Bij het op 21, 22 en 23 December j.L ge
houden examen in Boekhouden, door de Ver-
eeniging van Leeraren in de Handelsweten
schappen slaagden onze stadgenooten Mej H
j. Leeflang en de heer H. J. p. Hofman, als
mede de heer P. H. Crum, te Anna Paulowna
allen leerlingen van den heer J. Boon, Leeraar
M.O. Boekhouden, alhier.
Voor het diploma Nederlandsche Han
delscorrespondentie vanwege de Vereeniging
van Leeraren in d e Handelswetenschappen
slaagde Mejuffrouw R. M. Bos, alhier.
Op het te Den Haag gehouden examen van
de Supinator school (Supinator-Fachunter-
richt Frankfurt am Main) heeft onze stad
genoot, de heer D. J. Koppen, het diploma be
haald als Supinator Specialist.
Reeds eerder behaalde de heer Koppen het
diploma van de Vereeniging van Ned. Voet-
kundigen.
Door het raadslid, den heer J. J. Schoeffe-
lenberger, zijn de volgende vragen aan het
College van B. en W. gericht:
1. Is het U bekend, dat een gemeente, ter
gelegenheid van het huwelijk van de Prinses
en die daartoe financieel in staat is, aan de
werkloozen een extra steun kan verstrekken?
2. Is het U ook bekend, dat de Gemeente
raad van Koog aan de Zaan, met goedkeuring
van de Regeering, een extra uitkeering van
500 voor de werkloozen ter beschikking
stelt
3. Is de finantieele draagkracht onzer ge
meente daartoe ook in staat?
4. Zoo ja, hoe denkt het College van B.
en W. er over, ook aan onze werkloozen een
extra uitkeering te verstrekken?
Waarschuwing.
In den laatsten tijd hebben zich enkele ge
vallen voorgedaan, dat personen van Neder
landsche en vreemde nationaliteit, voor het
meerendeel werkloozen, werden aangezocht om
in Frankrijk dienst te nemen op schepen enz.
Dezen personen werd een bedrag ter hand
gesteld voldoende voor een reis per trein naar
Parijs, waar zij zich op een nader aangegeven
plaats moesten melden.
Gebleken is, dat deze menschen naar Frank
rijk werden gelokt, teneinde hen eenmaal
van hun vaderland verwijderd als vrijwil
ligers te doen treden in Spaanschen krijgs
dienst.
De aandacht wordt voorts gevestigd op de
bepaling van artikel 7 sub 40, der Wet op het
Nederlanderschap en het Ingezetenschap,
waarbij wordt bepaald, dat hij, die zich zon
der verlof, bij Koninklijk Besluit te verleenen,
in vreemden krijgs- of staatsdienst begeeft,
van rechtswege het Nederlanderschap ver
liest.
Den Helder, 14 Januari 1937.
De Commissaris van Politie,
A. J. VAN DER HOEVEN.
Wegens 123-jarig bestaan van
hun regiment.
De soldaten van het fort Erfprins beleven
prettige dagen in verband met het feit, dat
hun regiment 123 jaar bestaat. De juiste
datum is eigenlijk 9 Januari, maar door de
feestelijkheden ter gelegenheid van het Prin
selijk huwelijk werd de herdenking enkele
dagen uitgesteld. Gisteren begon het met een
welgeslaagde filmvoorstelling in de Witte
Bioscoop, waar officieren, o. w. de majoor-
hoofdinstructeur A. v. d. Waag, onderofficie
ren en hun dames, benevens de manschappen
van de 1ste schoolcompagnie met belangstel-
'ing de Oranje-film, opgenomen bij het huwe
lijk van Prinses Juliana en Prins Bernhard,
gadesloegen.
Hedenmorgen 10 uur vond een marsch
door de stad plaats, waaraan de Koninklijke
Marine Kapel hare medewerking verleende.
De cantine op het fort werd feestelijk ver
sierd en het is hier, dat soldaten heden de
herdenking voltooien met een vroolijken avond,
waarop zij zelf voor een aardig programma
zullen zorgen. De plaatselijke goochelaar H.
Keet alias Prof. Melorini, zal eveneens van de
partij zijn, zoodat het een leuke avond belooft
te worden, die zeker door de meeste officieren
en de onderofficieren van het garnizoen al-
hier bijgewoond zal worden.
De N.R.V., afd. Den Helder organiseert voor
haar leden en genoodigden op Woensdag 20
Januari een filmavond. Het groote succes ^gn
den vorigen filmavond heeft haar doen be
sluiten wederom zoo'n avond te organiseeren.
Een viertal prachtige nieuwe films over
Duitschland zullen vertoond worden. Ie. Sonne
und Schnee über Deutschland; 2e. Die Bay-
rischen Alpen von Garmisch-Partenkirchen
zum Königsee; 3e. Ein Festtag in Rothen-
burg; 4e. Harzfahrt, als reserve.
Men maakt kennis met natuur en steden
schoon van Duitschland en met bekende
winter- en zomerverblijven. Verder zal worden
vertoond „Het Lippesche Land", het land waar
onze Prinsgemaal is geboren. De films zijn
voorzien van een geluids-installatie. De ons
bekende heer Gerisch zal verder een korte
voordracht houden. Het bestuur verwacht
wederom een grooten toeloop.
Zie verder de advertentie in dit nummer.
Nadat gedurende geruimen tijd geen
intellect-film meer in Den Helder vertoond is,
zullen de liefhebbers van dit speciale genre
a.s. Zondagmorgen wederom hun hart kunnen
ophalen.
Te 10.30 uur 's morgens zal namelijk in het
Rialto-Theater gedraaid worden de Holland-
sche film „Lentelied", waarover diverse uit
stekende critieken verschenen.
Onder verwijzing naar een in dit nummer
voorkomende advertentie maken wij er onze
lezers op attent, dat door de Nederlandsche
Klank Opname Studio te Amsterdam van de
Kerkelijke plechtigheid van het Vorstelijk
Huwelijk een serie gramofoonplaten vervaar
digd is, waarop men den completen dienst kan
beluisteren.
De vertegenwoordiger ter plaatse van ge
noemde studio is de heer N. J. Tielrooy, West
straat.
Voor de huismoeders heeft de firma de
Gruyter deze week een extra verrassing. In
haar zaak in de Spoorstraat kan elkeen, die
maar lust heeft, een proefje komen nemen van
de soepen, die deze firma in den handel
brengt.
Zoo'n pittig soepje kan ze door de Gruyter's
„Kant en klaar"-pakjes soep in een oogenblik
klaar hebben. Geen langdurig trekken van
bouillon, geen schoonmaken van groenten e.d.
Nu in enkele oogenblikken de inhoud van het
pakje oplossen, even doorkoken en klaar is de
soep!
Wordt Zaterdagavond geopend.
Op 16 en 17 Januari houden in de boven
zaal van het Alg. Mil. Tehuis in de Spoor
straat de vereenigingen van postduivenliefheb-
bers „Hollands Noordpunt", „Victoria",
„V.O.P." te Den Helder; „Altijd Verder" te
Anna Paulowna en „De Reisduif" te Bar-
singerhorn haar eerste gecombineerde kring
tentoonstelling.
Voor deze show zijn door 64 exposanten niet
minder dan 387 vogels verdeeld over een 22
tal klassen, ingeschreven. Een bijzondere ver
melding verdient de klasse 700 K.M. oude
vogels, waarin niet minder dan 31 doffers
naar den eerepalm dingen.
Een moeilijke taak zal ongetwijfeld hebben
de jury, bestaande uit de heeren A. C.
Trigallez, Amsterdam en C. Klemans, Tilburg,
om uit de geheele collectie, samengesteld uit
het beste materiaal der corypheëen van Hol
lands Noorderkwartier, een juiste keuze te
doen. Laten wij hopen, dat zij daarin tot
tevredenheid der inzenders mogen slagen.
Het behoeft in verband met het vorenstaande
niet meer te worden gezegd, dat zoo'n expo
sitie, de eerste op het gebied van postduiven
in Den Helder te houden, een bezoek over
waard zal zijn. Wij verwachten dan ook, dat
de postduivenliefhebbers in de eerste plaats en
voorts ieder die de gevederde wereld een warm
hart toedraagt, in grooten getale deze ten
toonstelling, waarvoor geen entree wordt ge
heven, zullen komen bezoeken.
Dat de expositie zich reeds in de sympathie
van velen mag verheugen, blijkt wel uit het
feit, dat ruim honderd eereprijzen disponibel
zijn gesteld, waaronder prijzen van den Burge
meester, den Vice-Admiraal, het gemeente
bestuur van Den Helder, vele autoriteiten en
van winkeliers en particulieren.
De keuring zal plaats hebben naar vlieg-
type, op punten. De beoordeeling van iederen
vogel is gesplitst in vjjf onderdeelen, voor elk
onderdeel zijn maximum 10 punten te behalen.
Aan de duiven, die zooals gezegd, over 22
klassen zijn ingeschreven, wordt per klasse
naar het stelsel 1 op de 4 vogels een uitge
loofde prijs beschikbaar gesteld.
De officieele opening heeft Zaterdagavond
8 uur door den Burgemeester plaats, terwijl
verder de tentoonstelling van 8% tot 11 uur
en Zondag van 10 tot 8 uur voor het publiek
zal zijn open gesteld.
Het waren vele dennen, die in de thans
voorbije weken de straten versierd hebben.
Dennen, in vele soorten en afmetingen: ma
gere, armtierige stammetjes, maar ook dikke,
forsche exemplaren, stammen, waar zoowaar
het strooperige hars nog uitsijpelde.
We hebben ons oprecht verheugd bij het
vernemen van het bericht, dat men al dat
feest-materiaal naarstiglijk zou verzamelen en
er gisteravond den brand insteken. Tenslotte
schijnt er bij de meeste menschen nog altijd
iets van de liefhebberij van het „fikkies
maken" in te blijven zitten, ook al stevent
men hard naar den bekenden leeftijd des
onderscheidsmen zou het van die oer-
instincten kunnen noemen. Althans zoo iets.
En we waren gedesillusionneerd bij het
vernemen van de noodlotstijding, dat het niet
door zou gaan en kinderlijk verheugd toen het
achteraf wèl doorging. Zóó zijn we!
Gisterenavond trok een deel van de 35.000
Jutters er op uit. Mannen en vrouwen, die de
6 kruisjes al lang gepasseerd waren, verloofde
spannen, maar bovenal onze jeugd, die dit ge
notvolle evenement, om een „fikkie" in het
groot te kunnen aanschouwen, niet onopge
merkt wilden laten passeeren.
Op het terrein tegenover de Javastraat zag
het niet alleen zwart van de duisternis, maar
ook van de menschen. Zoodat men een idéé
heeft hoe donker het er was! In carré ston
den de belangstellenden er om heen ge
schaard, doch dat zag je alleen bij de wieken
de stralen van Lange Jaap, die energieke po
gingen in het werk stelde door regen en mist
heen te boren.
In het midden kon je steeds even de enorme
houtmijt op zien doemen. Kolossaal, wat een
hoop! En de jeugd, die zoo rijkelijk vertegen
woordigd was, vond het prachtig en kon ziclj
ternauwernood inhouden van geestdrift Wat
zou die bende branden! Wat zou het knappen
en laaien. Nee, dét was nog eens een idéé ge
weest! Met geen goud te betalen!
En de jongeren vertelden elkaar van an
dere vreugdevuren, die ze beweerden gezien
te hebben en de ouderen klaagden over den
regen, die maar neer bleef drenzen en over
de kouwe voeten, waar je niet aan ontkomen
kon.
Toen het half acht was en men geen aan
stalten scheen te maken om de vlam erin te
steken, probeerden de jongens het met aan-
moedigingskreten. Er stak een fluitconcert
op, en toen ook dét niet hielp, staken een
paar jongens rotjes af, die nog over waren
van de feestelijkheden. Afwisseling te over
dus!
Zoo liep het naar 8 uur en een paar heeren
liepen heen en weer. Anderen smeten emmers
vocht op den berg dennen, terwijl de politie
agenten en burgerwacht-leden de handen vol
hadden de jongens in bedwang te houden.
Om 8 uur hooren we muziek en daar komt
het Stedelijk aan, geflankeerd door fakkel
dragers. Ter algeheele opluistering des vreug-
devuurs. Het is er nu van: van den straatweg
naar den stapel brandbaar materiaal begiet
men een breede strook met olie en even later
gaat de vlam er in. Ze laait prachtig op en
het is letterlijk een „loopend vuurtje", dat
zich naar den stapel dennen spoedt.
Een paar minuten later is het er bij en
kan het spel beginnen, De boel is rijkelijk met
olie begoten, zoodat men niet bang behoeft te
zijn, dat het niet zal branden. Direct vat een
flink gedeelte van de massa vuur en laaiend
kronkelen de eerste vlammen in de donkere
avondlucht. Het rookt van jewelste en het
knettert nog harder. Vonkenregens vallen neer
en het is inderdaad een juweel van een „fik
kie". De jongens worden er stil van, zóó mooi
vinden ze het.
Het Stedelijk maakt een ommetje ter sti
mulatie der stemming en als de vlammen
aanwakkeren, kun je eerst goed zien hoeveel
belangstelling er wel is. Zeker wel een paar
duizend menschen.
Daar men den stapel slechts aan één kant
heeft aangestoken, duurt het een heelen tijd
alvorens het einde daar is. Langzaam aan
gaat boom na boom er aan. Soms vermin
dert het vuur even, om daarna weer met dub
bele kracht op te laaien. Hoog lekken de
vlammentongen er dan uit, terwijl heele von
kenregens neerzijgen.
Velen zijn van dit schouwspel, dat nu een
maal tot ieders fantasie schijnt te spreken,
gedurende geruimen tijd getuige geweest, on
danks kou en natte voeten.
En zoo geviel het, dat de denneboomen der
Heldersche straatversiering zich op tweeër
lei wijze verdienstelijk hebben gemaakt.
En wat zou men van een denneboom méér
mogen verlangen.
Rillerig, koortsig en onbehaaglijk? Stuit die
aanval direct. Ga naar bed en gebruik
"AKKERTJES". Ge zult verbaasd en ver
heugd zijn de bijzonder krachtige werking
van AKKER-CACHETS te ondervinden.
Voordat Ge 't weet is alle narigheid ver
geten. Ze kosten slechts 52 cent per 12 stuks.
Natuurhistorisch Museum. Elke week:
eiken Woensdagmiddag van 36 uur, eiken
Zaterdagavond van 7—10 uur, den eersten
Woensdag van elke maand van 810 uur,
den eersten Zondag van elke maand van
3—5 u.
Vrijdag IS Januari.
Zeevaartschool, 7.30 u. Lezing Dr. Raimond
Jr. Onderwerp: „Het uitdijende heelal".
Zaterdag 16 Januari.
Mil. Tehuis, Spoorstraat, 8.30 u. Kringahow
Postduiven.
Casino, 8 u. Winter-concert Heldere Fan
farecorps.
Zondag 17 Januari.
Mil. Tehuis, Spoorstraat, 108 u. Krin~-
show Postduiven.
R.K. Volkshond, 8 u. Tooneelavond R. K.
Gem. Tooneelgezelschap.
Woensdag 80 Januari.
Musis Sacrum, 20.30 u. Nederlandsdie Reis
vereeniging. Filmavond.
Vrijdag 15 Jan16.36 »«r
Spreekt niet van „Uitverkoopen"
in uw reclame.
Naar wij vernemen, zijn hier ter stede en
kele neringdoenden bekeurd, omdat zij in hun
reclamemateriaal als advertenties e.d. het
woord „uitverkoop" gebruikt hadden. Ten
einde de mogelijkheid te verkleinen, dat meer
deren het slachtoffer zouden worden van de
bepalingen, vervat in de wettelijke regeling
nopens Uitverkoopen en Opruimingen in het
winkelbedrijf, laten wij hieronder het een en
ander volgen, wat in deze geoorloofd is en wat
niet.
Zonder vergunning van de Kamer van
Koophandel en Fabrieken in alle andere
gevallen is deze vergunning wél noodig!
mogen verkoopen als „opruimingen" aange
kondigd worden in verband met de j a a rs-
of seizoenswisseling. Als data waarbinnen
deze opruimingen aangekondigd mogen wor
den zijn in de wet genoemd: 1 Januari1 Fe
bruari en 15 Juli15 Augustus.
Bij Algemeenen Maatregel van Bestuur is, in
verband met het huwelijk van H.K.H. Prinses
Juliana en Z.K.H. Prins Bernhard voor dit jaar
eerstgenoemde termijn gewijzigd in:
13 Januari13 Februari.
Woensdag, 13 Januari was dus de dag,
waarop met de opruimingen mocht wor
den begonnen, 12 Februari is de laat
ste dag, waarop zij gehouden mogen
worden.
De Wetgever heeft ten aanzien van het aan
kondigen van de verkoopen in verband met
jaars- of seizoenswisseling beperkende voor
schriften gegeven.
Bovengenoemde verkoopen mogen n.1.
alleen worden aangekondigd onder één
der volgende aanduidingen:
„jaarlijksche opruiming"
„halfjaarlijksche opruiming"
„seizoen-opruiming"
„balans-opruiming"
„inventaris-opruiming".
Hieruit blijkt dus duidelijk, dat het gebruik
van het woord „uitverkoop" of welke andere
qualificatie dan „opruiming" ook, v e rb o d e n
is. De winkeliers houden hier dus wel rekening
mede!
Volledigheidshalve voegen wij nog aan het
door Friedrich
Lindem a n
Hij verdedigde zich met zwaaiende handen,
met bevende lippen.
Dat weet ik niet, of het zoo genoemd
wordt. Kan me ook niet schelen! Ik weet
alleen, dat ik onschuldig ben, ik heb mijn
handen er niet mee bezoedeld. Ik was er
alleen bij. Ach meneer, misschien zult ge het
niet gelooven, maar het is waarachtig zoo
als ik u zeg. Ik zweer het u!
En voor ik nog iets kon vragen, vertelde
deze jonge blonde Emmo Dierksen in stij
genden angst zijn geschiedenis, omdat hij
eindelijk, na weken zwijgen, van twijfel, angs
heimwee, alle benauwenissen van zijn jonge
ziel wegpraten kon. Hij vertelde mij e ge
schiedenis van het laatste half jaar van zijn
jong leven, maar ons gaf hij daarmee - de
oplossing van het raadsel der „Betty onn
Emmo Dierksen was de tweede zoon vari
een kleine boer in een gehucht in Oost-Fries
land. Zijn vader was een jaar geleden g
storven. De oudste broer had volgens recht
de boerderij overgenomen.
Wanneer Emmo Dierksen dus met *gn hee
verdere leven knecht op de boerden) van zgn
broer wilde blijven, was er voor hem maar
één weg, welke zooveel boerenzoons van dien
tijd volgden: de weg naar „buiten": vertrek
ken.
Deze uitweg werd hem in verhouding zeer
gemakkelijk gemaakt en wel om twee rede
nen. Ten eerste hadden de Dierksen's onder
hun bekenden een kapitein van een vracht
boot, die den jongen als jongmaatje kosteloos
meenemen wilde. In de tweede plaats was er
in de States een oom, een broeder van zijn
vader,die in Chicago een zaak had, vrijgezel
was en zijn neef graag in de zaak wilde op
nemen.
Emmo Dierksen was 19 jaar oud toen hij
de vaderlijke hoeve verliet en de wijde wereld
introk. Onderweg leerde hij van zijn metge
zellen aan boord de eerste woorden Engelsch,
die hem als plat-Duitscher niet al te moeilijk
vielen, zoodat hij er zich doorheen slaan kon.
Toch was hij sterk verwonderd, ja, zelfs
voor een oogenblik dood-ongelukkig geweest,
toen bij zijn aankomst te New-York zijn oom
niet, zooals afgesproken was, aan de haven
stond om hem af te halen.
Toen echter, toen zijn kameraden hem had
den uitgelachen en bespot, kwam zijn jongens
achtige onverschilligheid en reislust weer bo
ven, nam hij afscheid van den kapitein en zijn
vaartgenooten en ging op eigen houtje met
den trein naar Chicago.
Hier trof hem echter de eerste slag, die
tegelijkertijd het begin van zijn ongeluk be-
teekende.
Zijn oom was een week vóór Emmo's aan
komst te New-York gestorven. In de zaak,
een drogisterij, was allang weer een ander.
In drie zinnen hoorde de jonge Dierksen
het bericht over de kas heen. Mr. Deerkson is
dood, geen nabestaanden, al het verdere kunt
gij bij de Rechtbank hooren. Met deze woorden
wendde de nieuwe bezitter zich reeds tot een
klant en liet den vrager kalm staan. Al het
andere bij het Gerecht?
Emmo Dierksen had nog nooit wat met
het Gerecht te doen gehad. Gerecht, dat be-
teekende voor hem te allen tijde, straf, ge
vangenis, zelfs den galg.
En moest hij daar naartoe? Nu? In een
vreemde stad? In een vreemd land, waarvan
hij de taal slechts moeilijk verstond? Ja, zelfs
in een vreemd wereldeel, waarop hij slechts
een handjevol vrienden en kennissen wist;
daarginds te New-York, op het schip, dat hem
hier gebracht had. Dat scheen hem op het
oogenblik en in dezen toestand nog de eenige
plek, waar hij heen kon gaan en hulp ver
wachten.
In zijn boersche onbeholpenheid en onwe
tendheid hij was, strikt genomen, voor het
eerst van zijn leven zijn dorpje uitgegaan
wist hij niets beters te doen dam terug naar
het schip, naar den kapitein en dan terug
naar huis. Nauwelijks vijf uur was hij te Chi
cago geweest, of reeds zat hij alweer op den
trein naar New-York.
Maar hier trof hem de tweede slag, dien
hij eigenlijk had kunnen verwachten: het
schip was weg.
Zoo stond hij dus moederziel alleen op straat
te New-York en klemde zijn kleinen reiszak,
dien hg in echten boerentrant, geen moment
losgelaten had, vast in zijn hand.
Het reisgeld, dat zijn broer hem mee
gegeven had, was door de spoorreizen op.
Dus bleef hem niets anders over dan hier
in de haven een nieuw schip te zoeken, dat
hem als jongmaatje meenemen wilde. Verder
de stad ingaan durfde hg niet. Dus liep hg
den heelen dag de haven langs, ging op elk
Duitsch schip dat hjj zag liggen, vroeg en liet
zich weer wegsturen, bedelde om een beetje
eten bij medelijdende koks of matrozen en
sliep 's nachts in een kist of op een bank in
het Rutger-park.
Hier vond hem op een morgen dat moest
dus den 15en October geweest zijn Tho
mas Glover. De kapitein had allang op het
eerste gezicht gezien en dat was werkelijk
niet moeilijk dat hjj hier een eerlijke jon
gen gevonden had.
Hij bood hem den post van wacht aan kok
en kajuitsjongen voor den tijd, dat het schip
nog te New-York lag, en stelde hem in het
vooruitzicht een reis naar Genua mee te ma
ken.
Genua was wel is waar niet Bremen, maar
toch reeds Europa, en bovendien had Emmo
Deerkson niet veel keus meer.
Hij trok dus met zijn reiszak aan boord van
de „Marlborough", richtte zich een plaats in
in de manschapslogie en begon zijn werkzaam
heden in de kombuis en kajuit.
Het was geen zware arbeid, die hij op dit
leege schip te verrichten had: Eten koken
voor den kapitein en voor zichzelf, de hut en
de kajuit schoonhouden. Voor het overige kon
hjj den dag doorbrengen, zooals hjj dat zelf
wilde.
Hjj durfde het schip niet te verlaten Glo
ver was den meesten tijd aan land, maar hjj
had er ook geen behoefte aan. Hjj zielsblij, een
dek boven zijn hoofd te hebben en zjjn dage-
lijksch brood.
Over hetgeen wat er enkele dagen later ge
beurde, vertelde Dierksen op dezelfde manier
als indertijd Spurling en Crane het gedaan
hadden: Clover's moeilijkheid, een nieuwe be
manning te krijgen, omdat hij met den ronse
laar Fisher gevochten had, de aankomst van
de „Frisco" den 28en October, het gesprek der
beide kapiteins, de zaak met de bemanning
en de vracht, Glover's liefdesgeschiedenis met
de pianiste Betty Bonn en de kwestie van den
stuurman.
In minder dan acht dragen had Crane en
zijn menschen het schip opgekalefaterd, de
„Malborough" in de „Betty Bonn" omgetoo-
verd en ze met de vaten, die op de kade lagen,
bevracht. Bovendien was het gelukt een bijna
voltallige bemanning samen te stellen.
De kern van de bemanning waren de drie
matrozen van de „Frisco": Frank Clyde,
Williams Higgins, Robert Harley.
De kapitein zelf had voor een stuurman
gezorgd, dien hij, God weet waar, opgedui
keld had. Deze heette Andrew Gilling.
Dierksen beschreef hem als een kleine man
van ongeveer veertig jaar, ongelooflijk sterk,
met een onmatige zelfbewustheid en met
vlijmscherpe oogen in een baardeloos door
groefd gezicht.
Crane had slechts zjjn schouders opgehaald.
Men kende Gilling in alle havens als een
heerschzuchtige man, met wien geen kapitein,
zoomin als een ronselaar iets te doen wilde
hebben.
Deze „William" nu had Glover zich op zijn
hals gehaald. De bootsman. Jack Dugan en
een matroos Charlie Moore had Crane be
zorgd. Hij was eenvoudig zonder het Glo
ver te zeggen naar den ronselaar Fisher
gegaan, om, zooals hij het noemde de ge
schiedenis uit de wereld te helpen.
Met een eindeloozen woordenvloed en op
zjjn bijzondere manier, zooals hij in dergelijke
gelegenheden zich gedroeg, had hij tegen den
beleedigde gesproken. Deze had in den be
ginne alleen maar met zijn hoofd geschud,
later echter, op zijn hardnekkig aandringen,
twee man beloofd.
(Wordt vervolgd).