LICHTSCHIP HAAKS: Het initiatief van Dn Colijn Eenzame wachter aan de Hollandsche Kust Den Helder krijgt zijn „Boltha 1937" Wat de radio voor de lichtschepen beteekent. Hoe eenzaam het leven van deze menschen is. Kettingen die niet meer breken. Vogels om de lamp (Van onzen specialen verslaggever) De „Haaks", het roode baken in volle zee De Radio. Het valt niet te ontkennen, dat de lichtschip bemanningen een eenzaam leven hebben, of schoon de omvangrijke arbeid hen tijdens de wachten weinig gelegenheid laat tot zwaar moedige filosophieën. Maar toch is men niet geheel geïsoleerd en dat dank zij de radio, die met name voor de lichtschepen een met geen schatten te betalen uitvinding was. Maar afgezien van het feit, dat men natuurlijk hierdoor via de bekende stations op de hoogte blijft van de dingen des daags, zooals die aan wal geschieden, is het vooral uit dienst-oogpunt, dat de draadlooze zijn waarde bewijst. Men heeft aan boord een eigen korte- golf-zender en een eigen ontvanger. De kustwacht te Kijkduin heeft eenzelfde apparatuur en beide z(jn permanent op elkander ingesteld. Verscheidene malen per dag roept de „Haaks" Kuikduin op voor het geven van inlichtingen van allerlei aard. Mocht Kijk duin gestoord zjjn, iets wat slechts zelden voorkomt, dan geeft men de berichten door aan de „Brandaris" op Terschelling. De „Haaks", een ideaal observato rium. Zoo worden o.a. per dag niet minder dan 3 i i weerberichten doorgegeven, want men zal begrijpen, dat een lichtschip tevens een ideaal meteorologisch observatorium is. En er wordt gebruik van gemaakt! Wat den aard der mededeelingen per draad looze betreft, behalve dat men natuurlijk in verbinding staat met het centrale punt van den technischen dienst in Scheveningen, doet men semafoor-diensten. Voorbijgaande schepen verzoeken om een loods, schepen geven parti culiere telegrammen door of boodschappen voor de kustwacht. Uit dit alles zal men wel begrijpen wat voor een zeer belangrijk onderdeel de radio-dienst op lichtschepen vormt. 10 Man op een schip, dat stilligt in de Noordzeegolven. 10 Man, die elkander kennen, die weten wat ze aan elkander hebben. De geest op de lichtschepen moet goed zijn. Reeds een leek zal begrijpen, dat het onmoge lijk is hier samen te wonen, week-in, week-uit, Jaren lang met een crew, waarvan sommigen elkander niet kunnen zetten. Het is gelukkig, dat de geest der manschappen op de Holland sche schepen goed is. En wij, die dit schrijven kunnen de verzekering geven, dat het geen frase is! Schepen passeeren. Schepen passeeren. Overdag, in den nacht. Des nachts leunt de wachtsman over de ree- ling van het roode schip en hij ziet de mail booten voorbijgaan. Met de lichten schemerend uit de patrijspoorten. Soms passeeren ze heel dicht en kan men het dreunen der machines hooren. Schepen, die voorbijgaan in den nacht. De „Haaks", wij zeiden het reeds, ligt in een druk-bevaren route. Op Zaterdag en Zondag, de drukke dagen, komen er soms niet minder dan 100 schepen langs, voornamelijk Duit- schers en Skandinaviërs. Een enkele maal ko men ze zóó dicht langs, dat men elkaar be schreeuwen kan. Anker en ketting. Landrotten denken wel eens, dat lichtsche pen aan 2 ankers, een vóór en een achter, lig gen, doch dat is niet het geval. Deed men dit wel, dan zou bij den eersten den besten Noord-Wester de schuit het geen half uur uithouden, doch door water en wind als een lucifersdoosje weggeslagen worden. Het ligt vast aan 1 anker, de „Haaks" aan het z.g. paddestoel-anker, waarom heen de ketting en het schip zich vrjjeiyk bewegen kunnen. Het kan geheel als spil ronddraaien, met als gevolg, dat het bjj zwaar weer steeds de meest gunstige positie kiest. Vroeger was het stooten van het schip aan de ketting soms niet uit te houden en meer dan eens braken de zware schakels. Hierin is thans een groote verbetering ge komen door de stootveeren, welke zijn aange bracht op de ketting en die er voor zorgen, dat de rukken en schokken een groot deel van hun hevigheid verliezen. Men zal zich ongetwijfeld nog goed kunnen herinneren, dat het voor 6, 7 jaar tot de ge woonte behoorde, dat een, of tweemaal per winter een lichtschip zijn anker verspeelde en op drift kwam. Het is opvallend, dat dit sinds 7 jaar niet meer voorgekomen is en het is voor namelijk aan de constructie der kettingen, dat men dit te danken heeft. Jaren achtereen heeft men geëxperimen teerd om te trachten een constructie te vinden, die tegen de krachten van wind en zee bestand was en eindelek heeft men thans succes. Men hoort er niet meer van, dat de schepen losslaan. Dat er evenwel van de 105 vaam ont zaggelijk veel gevergd wordt, dat is iets wat wij ongetwijfeld niet speciaal behoe ven te accentueeren. Wij hebben reeds geschreven, dat de „Haaks", en uit den aard der zaak ook de andere schepen, die langs onze kust liggen te dobberen, ideale weerkundige observatoria zijn, maar ze zijn meer, en wel waarnemings posten voor de vogels. Vogels om 't lichtschip. Lichtschip-menschen zijn vogelkenners en hoe zou het ook anders kunnen: in het voor- en najaar, vooral echter in de maanden Octo- ber en November, strijken er soms enorme zwermen vogels over de schepen. Velen komen uitrusten op dat eigenaardige schip, dat daar zoo eenzaam en verloren in de Noordzee ligt. En ze kunnen rusten, want ze worden niet verstoord. Ernstiger is het met hen gesteld als de mist komt opzetten. Dan verliezen vele vogels ieder oriënteerings-vermogen en hopeloos komen ze neer op de dekken der schepen. Soms trekt het licht hen aan, die vreemde schitteringen over het avondlijk duister gehuld water 1 En soms ook vallen de vogels dood neer op het roode baken: dat zijn dan vooral strand- loopers en plevieren, die het zoeken niet op geven, doch zich doodvliegen. Mooi weer bjj windkracht 6. Wij zijn persoonlijk eenigen tjjd aan boord geweest van de „Haaks" en hoewel het goed weer was dankten we den hemel weer op een „gewoon" schip te zijn Het valt niet mee op de „Haaks". Ook b(j het mooiste weer Is er toch altijd nog die regelmatige zeeswell, die het schip mono toom van bak- naar stuurboord doet hellen. Het behoeft niet veel te zijn om den landrot den inhoud van z'n maag te doen nameten, doch daar niet van! De menschen zelf hebben er weinig of geen last meer van. Het moet al heel erg spoken, de brekers moeten wel tot hun allergrootste razernij gekomen zijn, willen ze hun „sjekkie" laten liggen, en smaakt het middag-potje hen niet. Nee, zelfs tot windkracht 5 en 6, hetgeen al aardig naar storm begint te loopen, spreekt de lichtschip - opvarende nog van „mooi weertje". De bemanning onderhoud het schip geheel. 10 Man op de „Haaks" en zij hebben hun handen vol. Meer dan vol! En zonder in details te vervallen geven wij hier een idee op welke wijze men hier de dagen doorkomt. Verveling kent men er niet. Wel iets anders: hard werk. En dat is maar goed ook. Er zijn 6 wachten, ieder durende 4 uur, Respectievelijk de hondenwacht, de dagwacht, de voor-den-middag-wacht, de na-den-middag- wacht, de platvoet en tenslotte de eerste wacht. Af geien van het omvangrijke vaste werk, zooals het onderhouden van de mo toren, de electrische installaties, de wach ten bij de lampen et cetera, gelieve men te bedenken, dat het lichtschip geheel en al onderhouden wordt door het aan boord zynde personeel. Roestkrabben, poetsen, schilderen, meniën en tal van an dere klusjes. Voorts worden de leerlingen afgericht tot „volbloed" -lichtschipmenschen, daar zijn de oefeningen der Marine, die een druk gebruik maken van de lichtschepen, en daar is voor velen een niet onbelangrijk deel administratie. Is het wonder, dat meestal de dagen toch omsnellen voor men het weet en dat het kalen derblaadje met het cijfer 30 of 31 er op, toch nog eerder verschijnt dan men op den eersten gedacht had! Luiheid kent men niet. Ook hier leeft een jongere generatie, die alleen d£n iets kan be reiken, indien men diverse, niet malsche, examens heeft afgelegd, zoodat er in de uren, dat men geen wacht heeft, duchtig gestudeerd wordt. Wat er gevraagd wordt. Ook de veronderstelling, dat men zoo maar een twee drie voor lichtschip-matroos in de wieg gelegd is berust op een misverstand. Ook hier heeft de selectie haar intrede gedaan en wij kunnen dit niet duidelijker bewijzen dan enkele punten aan te halen uit de voorwaarden waaraan men voldoen moet, om in aanmerking te komen voor het lichtschip. Hier zijn er een paar: De sollicitant moet zijn: goed zeevast, vrij van water- en hoogtevrees, schoon en zindelijk op lichaam en klee ding, handig en vlug, beleefd tegen zijn superieuren, goed in den omgang goed met een sloep in zee kunnen omgaan, moet volledige navigatiekennis bezitten, moet de lichten en vlaggen kennen, en moet tenslotte aanleg hebben voor het seinen met morse-teekens. Punten, waaraan wij geen commentaar meer behoeven te verbinden. Belangwekkende beschouwing in de „Times". In een hoofdartikel wijdt de „Times" een uitvoerige beschouwing aan de reis van ko ning Gustaaf van Zweden en zijn minister van buitenlandsche zaken, Sandler, door West-Europa. Het blad schrijft, dat Sandler de volgende maand naar Engeland zal. ko men, om het bezoek dh-t Eden indertijd aan Zweden heeft gebracht te beantwoorden. Men kan veilig aannemen, dat de vorderingen in het streven naar nauwer handelsbetrekkin gen tusschen de staten van de overeenkomst van Oslo het doel vormen van de besprekin gen met van Zeeland eh Dr. Colijn. Het lijkt volgens de „Times" waarschijnlijk, dat Sandler, gesteund door de besprekingen te Brussel en in Den Haag, met de Britsche regeering zich zal onderhouden over de mo gelijkheid van een gemeenschappelijke po ging tot het doen opleven van den interna tionalen handel. Men is in Scandinavië en de lage landen van meening, dat een onder linge overeenkomst, hoe gewenscht en nut tig in psychologisch opzicht ook, slechts be trekkelijk geringe resultaten kan hebben, tenzij men zich bij het streven naar slechting der tolmuren kan verzekeren van de mede werking van Engeland en liefst ook van die der Vereenigde Staten. Er is geen sprake van een tweede wereld conferentie, die zeer waarschijnlijk meer kwaad dan goed zou doen, maar de over tuiging, dat de tijd gunstig is voor een sa mengaan van alle staten, die groote vrijheid in de uitwisseling hunner goederen wen- schen, is zeer verbreid. Deze overtuiging wint nog veld, sinds de muntovereenkomst tus schen de Vereenigde Staten, Engeland en Frankrijk werd gesloten. Men hoopte toen, dat men snel zou vorderen. En inderdaad werd er iets gewonnen. Enkele Fransche ta rieven werden verlaagd, eenige Nederland- sche contingenten verruimd. Maar wat tot dusverre is bereikt, is van geen beteekenis in vergelijking met de resultaten, welke ver wacht werden op grond van de besprekingen, in de Economische Commissie van den Vol kenbond, van October 1936. De beweging, die zoo hóopvol be gon, scheen reeds bijna weer gestuit, toen Dr. Colijn een nieuwen stoot gaf. De „Times" herinnert dan aan de ver klaringen door Colijn en Hansson te genover de pers afgelegd en aan den grooten indruk, die deze uiteenzet tingen maakten. De partijen bij de overeenkomst van Oslo hebben niet stilgezeten en nieuwe stappen kun nen verwacht worden na de bespre kingen tusschen Dr. Colijn, Sandler en Van Zeeland. De Noorsche regee ring heeft zich reeds bereid verklaard een conferentie bijeen te roepen, zoo dra dit wenschelijk mocht worden ge acht. Een tastbare overeenkomst, die de overeenkomst van Oslo vorm zou geven door de schepping van een uitgestrekt gebied van lage tarie ven, zou op zichzelf nuttig zijn als prikkelend voorbeeld voor de rest van de wereld. „Maar aldus vervolgt de „Times" wat Dr. Colijn en dengenen, die met hem sa menwerken, voor oogen staat, is niet alleen bet toepassen van de overeenkomst van Os lo, doch ook het inleiden van een beweging tot verlaging der tol-muren over een zoo groot mogelijk gebied en tot het doen her leven van den handel tusschen alle staten, die van goeden wil zijn, een beweging, waar in de Vereenigde Staten, Frankrijk en Enge land, een groot aandeel zouden moeten heb ben. Er zijn teekenen, die er op wijzen, dat het oogenbiik gunstig is voor zulk een beweging. Overal zoeken de staatslieden naar middelen om den uitvoer te vergrooten, overtuigd als zij er van zijn dat een binnenlandsch herstel zonder dat niet veel zal vorderen. En bo vendien ziet men meer en meer in, dat de internationale handel niet alleen verkoopen, maar ook koopen inhoudt. Het blad herinnert in dit-verband aan de besprekingen van Runciman in de Vereenigde Staten en zegt, dat men niet te ongeduldig moet zijn, maar ook niet mag verslappen. Het is bemoedi gend, dat de nieuwe pogingen veel meer re kening met de werkelijkheid houden dan eenige jaren geleden het geval was. Men er kent, dat de regeeringen in de eerste plaats den plicht hebben, de welvaart van de eigen volken te beschermen, en dat een zekere do sis economisch nationalisme niet alleen ge rechtvaardigd, maar ook onvermijdelijk is. Tarieven en contingenten zullen slechts gelei delijk verlaagd en verruimd worden, indien kan worden aangetoond, dat de belangen, die zij moesten beschermen, beter langs an deren weg bevorderd kunnen wcfrden. Geen land zal zijn tolmuren afbreken om den in ternationalen handel te stimuleeren, als dat ten koste van zijn binnenlandsche welvaart zou moeten geschieden. De internationale handel is geen doel, maar middel tot ver hooging van den algemeenen standaard der welvaart. Haasjeover in het zonnige Californië. „LENTE IN FEBRUARI". Reeds eenige maanden geleden werd door verschillende belanghebbende instan ties het denkbeeld geopperd in Den Helder een bolbloemen-tentoonstelling te organisee- ren en thans is hiertoe inderdaad definitief besloten. Deze tentoonstelling zal genaamd zijn! „Boltha 1937", in verband met de met zoo veel succes bekroonde expositie van bol- bloemen, gehouden in 1931, en zal te be zichtigen zijn in de beide zalen van Musis Sacrum. Als tentoonstellingsdagen zijn vastgesteld 18. 19, 20 en 21 Februari. Na Aalsmeer met zijn „Lente in Januari" thans dus Den Helder met „Lente in Fe bruari". Deze expositie is het resultaat van een vruchtbare samenwerking tusschen de kweekers in de omgeving van Den Helder en de handelaren ter plaatse. Middels de veiling heeft men dit contact gezocht en men verwacht dat de „Boltha 1937" gezien de belangstelling die in Noordhollands Noordpunt voor dezen tak van industrie bestaat, ongetwijfeld een succes zal zijn. Door de kweekers zal hun beste product ingezonden worden, doch daarnaast zijn het de Heldersche handelaren, die zorg dragen voor de algemeene aankleeding der zalen en tevens voor het bind- en opmaakwerk. Het is duidelijk dat, gezien de reclame- waarde van het geheel men zal trachten het geheel zoo smaakvol mogelijk te doen zijn. De voorbereidende maatregelen voor de Boltha 1937 zijn genomen met de mede werking van de V.V.V. Helder's Belang. Het bestuur werd gevormd door de heeren Klerk (voorzitter), Velthuijs (secretaris) en Delgorge (penningmeester). Tot eere-leden werden benoemd burgemeester G. Ritmees ter van Den Helder en burgemeester G. J, Lovink, van Anna Paulowna. ZATERDAG 6 FEBRUARI 1937. Hilversum I, VARA-uitzending. 10.00 en 7.30 VPRO. 8.00 Gramofoonplaten. 10.00 Morgenwijding VPRO. 10.20 Gramofoonplaten. 12.001.45 Gramofoonplaten. 2.00 „De psyche van den kermisexploitant", causerie. 2.20 Gramofoonplaten. 3.15 Schaakpraatje. 3.35 R'damsch Philh. Orkest en solisten. 4.30 Esperanto-Uitzending. 4.50 Vervolg concert. 5.40 Literaire causerie. 6.00 Orgelspel. 6.30 „De Wielewaal" en toespraak. 7.00 „Uit Filmland". 7.30 Bijbelvertellingen. 8.00 Herhaling SOS-Ber. 8.03 Berichten ANP en VARA-Varia. 8.15 „The two Cavelli's". 8.30 Amateurs-halfuurtje. 9.00 De Ramblers. 9.30 Mannenkoor „Excelsior", 10.00 Berichten ANP, 10.05 VARA-Orkest. 11.00 Berichten. 11.0512.00 Gramofoonplaten. Hilversum II, KRO-Uitzending. 4.06—5.00 HTRO. 8.00—9.15 en 10.00 Gramofoonpltaen. 11.3012.00 Godsd. halfuur. 12.15 KRO-orkest en Gramofoonplaten. 2.00 Jeugdhalfuur. 2.30 Vervolg KRO-orkest. 3.00 Kinderuur. 4.00 Gramofoonplaten. 4.10 „Levensinzicht", causerie. 4.30 HIRO-post. 4.35 Gramofoonplaten. 4.40 „De spurt naar de eindstreep", causerie. 5.00 Gramofoonplaten. 5.45 De KRO-Nachtegaaltjes. 6.15 Gramofoonplaten. 6.20 Journ. weekoverzicht. 6.45 Gramofoonplaten. 7.00 Berichten. 7.15 Kath. RVU. 7.35 Actueele Aetherflitsen. 8.00 Berichten ANP. Mededeelingen. 8.10 Overpeinzing en gramofoonplaten. 8.30 Gevar. programma. 10.30 Berichten ANP. 10.40 Sportoverzicht. 10.55 De KRO-Boys. 11.2512.00 Gramofoonplaten.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1937 | | pagina 8