Visscherij uit tien onbrn ti'jb SAFETY FIRST WIE IN DIT BLAD ADVERTEERT Waar gaan heen? fiSTO-TAX TELEF. Rijkspostspaarbank Zeekrijgsraad Willemsoord bereikt alle gezinnen van iaa alle gezindten. Een belangrijke kwestie Uit het politierapport Licht op voor alle voertuigen Marineberichten De „Gelderland" weer in dienst gesteld* Een Britsch oordeel over de Nederlandsche Marine ELm.s* flottieljevaartuig „Edi" f lltöCll Speciale anti-vliegtuigkruisers Ruijghweg38 ven. Deze biljetten zjjn aan de navolgende stations verkrijgbaar: Zwolle, Deventer, Hen gelo, Den Helder, Dordrecht, Gouda. Arn hem, Nijmegen, Den Bosch, Breda, Tilburg, Eindhoven, Enschede, Apeldoorn. Groningen, Leeuwarden, Heerenveen, Venlo, Roermond. Opgave betreffende het kantoor der pos terijen te Den Helder. In den loop der maand Februari 1937 werd aan bovengenoemd kantoor op spaarbank boekjes ingelegd 110.454.42 en terugbetaald 79.412.99 Derhalve meer Ingelegd dan te rugbetaald 31.041.43 Het aantal nieuw uitgegeven boekjes be droeg 133. Een matroos le kl. wegens diefstal tot een maand gevangenisstraf ver oordeeld Beleediging van een meerdere. Gisterenmiddag kwam de Zeekrijgsraad Willemsoord onder presidium van Mr. Arn. Veldman, in openbare zitting, welke bijkans een half uur te laat aanving, bijeen. Op de rol stond een tweetal zaken, waarvan die van den matroos der le klasse P. P. wel de voornaamste was. Diefstal. Deze matroos, welke van Indischen bloede is, kwam op het beklaagdenbankje te zitten, omdat hij zich op verschillende tijdstippen van het vorig jaar schuldig gemaakt had resp. aan diefstal van een bezem en van een rijwiel. Die diefstallen waren nu niet bepaald gepleegd uit louter hebzucht, doch omdat P. danig in moeilijkheden zat. In den breede schilderde zijn verdediger, de kapitein der mariniers W. A. J. Roelofsen, de omstandigheden, waarin P. hier te lande geraakt was. Hij leefde in concubi naat, de vrouw schonk hem een kind, waarvan P veel ging houden. Er kwam geldgebrek, de man van de vrouw, waar P. mee in concubi naat leefde, staat op het punt thuis te varen, hemzelf dreigt ontslag wegens afkeuring, en hij wenscht de vrouw niet te verlaten. Ziedaar in a nutshell 's mans moeilijkheden. Helaas heeft P. noch met zijn divisiechef, noch met Soicale Zaken over zijn moeilijkheden gespro ken. Voorts betreurde kapitein Roelofsen het, dat de marineleiding nog steeds niet verhin dert, dat marinemannen trouwen met vrouwen waarvan bekend is, dat zij hen naar den afgrond brengen. Door te wijzen op den uitstekenden staat van dienst van beklaagde en op de omstandig heid, dat P. niet als een karakteristieke dief is te kwalificeeren, drong de verdediger op een voorwaardelijke veroordeeling, c.q. uiter ste clementie aan. In zijn dupliek zei de fiscaal, officier der administratie 1ste klasse, Mr. D. B. A. Fran ken, die in eerste instantie resp. vrijspraak (voor het stelen van den bezem) en 2 maanden (voor het stelen van de fiets) gevraagd had, dat in de tegenwoordige rechtspraak zooveel meer de aandacht gevestigd wordt op den persoon van den beklaagde dan op de daad, welke door dezen gepleegd is. De concubine was en is oorzaak van P's val en daar hjj deze niet wil verlaten, maar haar ook niet wenscht te trouwen, zal een gevangenisstraf wellicht afschrikwekkend op P. inwerken, zoodat hij niet spoedig recidivist zal worden. De heer Franken persisteerde dan ook bij zijn eisch, waarna de heer Roelofsen nogmaals op uiterste clementie voor P. aandrong. De Krijgsraad, uitspraak doende, veroor deelde P. tot een gevangenisstraf van één maand. Beleediging van een meerdere. Op een der zalen van de Marinekazerne alhier is het op den derde van deze maand gebeurd, dat in bijzijn van eenige andere mili tairen, door den zeemilicien-matroos der 3e kl. F. A. v. d. M. een uitlating aan het adres van den bootsman E. S. was gelanceerd, welke nu niet bepaald op de qualificatie „vriende lijk" aanspraak mag maken. V. d. M. had kort te voren streng arrest opgeloopen voor een ander feit en die straf zat hem dwars, want hij vond die onverdiend. Het gevolg van zijn onbezonnenheid was, dat hij nu op het beklaagdenbankje zat. Zijn zaak scheen aanvankelijk niet slecht te staan, want de fiscaal was van oordeel, dat deze aan gelegenheid wel krijgstuchtelijk kon worden afgedaan. De Krijgsraad dacht er echter anders over en achtte „in het openbaar beleedigen van een meerdere" bewezen en veroordeelde derhalve den zeemilicien tot 3 weken gevangenisstraf. Een belangrijke kwestie, die speciaal Den Helder geldt, maar ook van beteekenis kan zijn voor Texel en Wieringen, is hetgeen aan den dag is getreden op de vergadering van den Bond van Kleinhandelaren in het visch- en haringbedrijf, welke in Den Helder is ge houden. Daar is niet meer of minder gezegd, dan dat men zich in Den Helder geen illusies moet maken over de mogelijkheid daar weer een markt te krijgen en dat men te Den Helder slechts doode visch kan krijgen, die men van IJmuiden moet betrekken. Als dat inderdaad zoo is, dan dient er alles op gezet te worden, dat dit kan geloochen- straft worden. Den Helder zou dus als aan- voerplaats van visch ten doode zijn opge schreven. Niet alleen de traditie verzet zich daar tegen, maar juist de geografische ligging ten opzichte van de vischgronden en de schitte rende gelegenheid om uit en in te varen, heeft de natuurlijke vereischten, die aan een bloeiend vischbedrijf gesteld kunnen worden. Dat daarvan geen voldoende gebruik wordt gemaakt, heeft dus andere oorzaken. Van visscherszijde wordt vaak aangevoerd, dat de markten elders hun betere prijzen waarbor gen, hetgeen van andere zijde wel is bestre den. Feit is echter, dat vaak door de vaar tuigen elders wordt gemarkt en dat de hier binnenvallende schepen ook wel hun visch met vrachtauto's naar elders laten vervoeren. omdat gemeend wordt, dat daar betere resul taten zullen worden bereikt. Men schrijft dat hier aan toe, dat het aan tal handelaars, die veel visch kunnen gebrui ken beperkt is, zoodat deze spoedig „vol" ge kocht zijn en er dus geen plaats is voor groote aanvoeren. Wringt daar inderdaad de schoen, dan kan er naar gestreefd worden deze bezwaren weg te werken. Vernieuwing van de vloot zou waarschijn lijk een der eerste dingen moeten zijn, waar naar gestreefd moet worden. Het is gebleken, dat met moderne motor- kotters bedrijfssucces is te behalen. De vloot zou dan in die richting moeten worden opge bouwd. Daarvoor is alweer kapitaal noodig. En nu komen we weer aan het punt, hetwelk reeds zooveel malen is besproken, n.1., dat er van overheidswege een credietfonds worde gevormd, waaruit door belanghebbenden op aanvaardbare voorwaarden, zal kunnen wor den geput. Daarmee is echter niet opgelost of deze vaartuigen dan hier hun visch aan de markt zouden brengen. Ook daarvoor dient dan een weg te worden gevonden. Het probleem hiervoor is moeilijker. Maar is het onoplosbaar? De Bond van Kleinhandelaren, die zich in ledental ontwikkelt, maar financieel uit den aard der zaak, niet sterk is, streeft ernaar coöperatief visch voor hun leden in te slaan. De behoefte aan visch voor die talrijke ven ters en winkeliers is zeer beduidend. Gevormd zou dus kunnen worden een asso ciatie tusschen het belang van Den Helder en dezen Bond. Den Helder zou (in groote lijnen geteekend) kunnen zorgen voor aanvoer van de benoo- digde visch en make het aan de leden van den Bond (gedekt door dien bond) gemak kelijk hun visch in te slaan. Een soort belangengemeenschap zou kun nen worden gesticht. Er ontstaat dan een basis, die eenige stelligheid waarborgt van aanvoer, voldoende waarborg voor loonende prijzen voor de visschers en bestaansmoge lijkheid voor de talrijke venters in den lande, die nu een pover bestaan lijden. In het kort herhaald, denken we ons dus de zaak zóó in: Opbouw van een kottervloot; verplichting, indien gesteund door credietfonds, hier te markten, met waarborg van prijzen gelijk staande minstens aan die op de IJmuider markt. Overeenkomst met den Bond van Kleinhan delaren voor coöperatieven inkoop, met ver plichting hier den inkoop te doen plaats heb ben, tegen minstens de prijzen van den af slag te IJmuiden. Maar de financiën? Hoeveel geld wordt er uitgegeven door de opbrengsten der visscherij aan de nevenbedrij- ven? Men schat dit op zeker 70 a 80% van de besommingen. Sterker kapitaalkracht van de nevenbedrij- ven werpt voor de plaats groote voordeelen af. Hoe groot zijn de bedragen der uitkeerin- gen aan noodlijdende visschers? Hoe groot in den lande de uitkeeringen aan noodlijdende vischventers Verkapitaliseert men deze bedragen, hoe groot kan dan de som zijn, die ter beschik king gestéld kan worden om een opzet, als bedoeld, te verwerkelijken? Deze vragen uit te werken zal moeizaam zijn, maar kan voor de toekomst misschien een zeer loonende arbeid blijken. Den Helder ten doode opgeschreven, wat betreft de visscherij, dat wil er bij ons niet zoo grif in, vooral omdat we een mogelijk heid zien om het tot bloei te brengen. Maar dan moeten alle krachten worden ingespan nen en vooral stevige samenwerking gezocht met den Bond van Kleinhandelaren. Dit zou dan tevens een oplossing kunnen zijn van de kwestie, die te IJmuiden zooveel stof doet opwaaien, n.1. die van den groot- en kleinhandel. De groothandel dan voor IJmuiden en de kleinhandel zijn basis te Den Helder. De animositeit tusschen beide groepen, die ook voor de overheid thans zulk een probleem is, kan daarmee worden teniet gedaan. Men overwege dit ernstig; een beduidend plaatselijk belang is hiermee gemoeid. Sterk varieerende vischprjjzcn. De tongprijzen mogen dan niet het niveau hebben bereikt, waarop indertijd A.N.P. wees, n.1., dat deze' visch ook onder ieders bereik zou vallen, hoog kunnen ze nog steeds niet worden genoemd, ofschoon er Donderdag eenige verbetering intrad, maar de prijs toch nog heel wat beneden den gulden bleef per kilo. De scholprijzen, die weer zeer omhoog wa ren gegaan, toonden een sterke verlaging. En zoo blijft de schommeling in de prijzen van het zeeproduct steeds gaande, zooals het trouwens immer is geweest. Visscherij blijft een echt avontuur-bedrijf, dat daardoor natuurlijk ook zijn eigen be koorlijkheid heeft, maar dat veel spanning eveneens te voorschijn roept. De besommingen van de trawlers waren goed; die van de loggers best. Er waren ook een drietal Denen aan de markt, die even eens goede besommingen konden boeken. Waarschijnlijk is het contingent nog niet uit geput voor deze maand, hetgeen anders reeds in het begin van elke maand placht te ge schieden. Of men doet een klein oogje toe! Eindelijk bracht een stoombeuger het tot een besomming van 600.Daarmee is het resultaat nog niet loonend, helaas. Deze be somming geeft nog weinig hoop, dat der gelijke visscherij op ruimer schaal zal worden toegepast. Nog steeds geen groote Invasie van haring. Steeds blijven de vangsten nog uiterst ge ring. De prijzen zijn daardoor hoog, maar deze kan, door de schrale vangsten, niet loo nend worden. Zelden zal men een dergelijk voorjaar heb ber. gehad. Maar misschien kan er nog ver betering in de vangsten optreden. F A R1 KA AT I N.V. „ONDER ON»" D* KRIM <0.> Een belangrijke kwestie, die reeds jaren lang hangende is, en waarvoor veel moeite is gedaan haar tot een goed einde te brengen; schijnt nu haar oplossing te naderen. We bedoelen die van den steun aan de ge dupeerden der afsluiting van de Zuiderzee. Deze gedupeerden werdi/.i tot dusverre alleen geacht te zijn de personen, wonende aan den rand van de voormalige Zuiderzee, tot den afsluitdijk als grens. Wie daar benoorden woonden, werden er niet toe gerekend. Nu, eindelijk, schijnt men tot het inzicht te komen, dat deze grens verder diende te worden getrokken. De vergadering, op Texel gehouden, heeft de hoop gevoed, dat er ten gunste van ook deze gedupeerden zal worden beslist. Veel onbevredigends zal daardoor worden weggenomen, al krijgt men er niet door terug datgene, hetwelk aan productie in de Waddenzee door de afsluiting is teloor gegaan. Naast dezen directen steun komt dan op den voorgrond te staan, dat gepoogd dient te worden in de Waddenzee de productie van dat watergebied op te voeren. In de eerste plaats denken we dan weer aan de oesterteelt. Het is in Zeeland gebleken, dat er met het zaaien van Fransche oesters, veel is te be reiken. Men heeft een meer gezonden oester stand ermee verkregen, zoodat het geenszins ondenkbaar is, dat de oestercultuur weer den stand van vroeger in Zeeland zal bereiken. Is er nu niet een mogelijkheid de overheid ook te interesseeren voor den oesterstand in de Waddenzee? Waarschijnlijk dat deze overheid er meer voor zal voelen nu er in Zeeland, door haar bemoeiing, zulk een .uitstekend resultaat is verkregen Het zal dan toch de autoriteiten een groote genoegdoening zijn geweest, dat hun initia tief zoo'n succes heeft gehal, zoodat er voor haar nu ook een dankbaar arbeidsveld ligt in de Waddenzee, waardoor misschien bereikt kan worden, dat aan velen rond dat gebied een bestaan kan worden verschaft. Het kan een eerezaak zijn om niet alleen direct te steunen, maar voor de toekomst het geslacht, dat van dien steun niet meer zal profiteeren, een mogelijkheid te hebben ge schapen in eigen onderhoud te voorzien. Zou het bezwaar ontmoeten, dat de Wadden oester te veel concurrentie zou geven aan den Zeeuwschen oester? Na dezen depressietijd, die het critieke punt schijnt te zijn gepasseerd, komt er waarschijnlijk weer koopkracht in die landen, die grootafnemers zijn van de oesters en dan zal er ook plaats zijn voor de Waddenoester, zoodat van concurrentie nauwelijks meer zal kunnen worden gesproken. In de tweede plaats denken we aan den waddenmossel. Nog altijd is het mosselzaad uit de Waddenzee een sterk gevraagd artikel om den mosselstand in de Zeeuwsche stroo men op peil te houden. Belangrijke afzet van den Waddenmossel is er in den handel niet. Daarvoor zou dus terrein gevonden moeten worden. Verleden jaar is er aan den waddenmossel een kansje gegeven zich op den binnenland- schen afzet te werpen. Immers voor dezen mossel waren de acht noordelijke provinciën gereserveerd, terwijl de drie zuidelijke provin ciën als terrein voor den Zeeuwschen mossel waren toegewezen. Nu zijn ook deze acht provinciën weer voor den Zeeuwschen mossel opengesteld. Maar het zou toch mogelijk zijn, dat de be paling van verleden jaar weer van kracht zou worden. Natuurlijk kan men in een jaar tijd geen terrein exploreeren zoodanig, dat er 100 pet. succes wordt bereikt. Dit eischt nu eenmaal veel tijd, moeite en kosten. Het komt er dus op aam, dat tijd wordt gelaten en dat er gel den ter beschikking staan om den wadden mossel in deze provinciën te introduceeren. De moeite zal men er rond de Waddenzee wel voor over hebben. De voorbereidende tijd kan worden verleend door de overheid; het benoodigde kapitaal kan misschien door de overheid worden verstrekt op een basis, die geen zware lasten op de overheidskas zal leggen. Het geld zou immers kunnen worden verstrekt als leening op langen termijn met bepalingen van gelei delijke aflossing en heel lage rente. De grondstof om een mosselcultuur in de Waddenzee op te bouwen is aanwezig. Men dient dus de genoemde bezwaren tegemoet te komen. En, waar overheidsbemoeiing voor velerlei zaken wordt toegepast, is het geen ongeoorloofde wensch om voor de Wadden zee randbewoners eveneens hulp te vragen. De zaak zelf lijkt ons voor verwezenlijking vatbaar. Wis en zeker, juffrouw Kalker Door een bewoonster van de Tuinstraat is bij de politie de klacht geuit, dat door een buurvrouw lasterpraatjes over haar zijn rond gestrooid. De politie zal onderzoeken in hoeverre dit op waarheid berust. Openbare dronkenschap. Gistermiddag werd de Nieuwstraat opge luisterd door de verschijning van een man, die in kennelijken staat van dronkenschap ver keerde. Hij werd ter ontnuchtering tijdelijk in het politiebureau opgesloten. Vrjjdag 12 Mrt. is.28 uur Vergund om naar Nederland terug tekee- ren aan den luitenant ter zee der 3de klasse W. van Son. Bevel opgedragen aan Overste Van Straelen. Bjj Koninklijk Besluit van 10 Maart 1937 is bepaald, dat Hr. Ms. pantserdekschip „Gelder land", thans in dienst opgelegd te Willems oord, op den 18en Maart in actieven dienst zal worden gesteld. Met ingang van dien da tum is het bevel over dezen bodem opgedra gen aan kapitein-luitenant ter zee P. B. N. van Straelen. Wij lezen in „Onze Vloot": Een onzer leden, de heer P. Mulder, te Rot terdam, zendt ons een beschouwing van den bekenden schrijver over marinezaken, Hector C. Bywater, ontleend aan no. 51 van het En- gelsche tijdschrift „Shipping-Wonders of the World", en getiteld: „THE DUTCH EASTINDIES SQUADRON HET NEDERLANDSCH-INDISCH ESKADER", hetwelk wij hier vertaald weergeven: „Het Nederlandsch-Indische Eskader is niet krachtig genoeg om de uitgestrekte en waardevolle Oostersche gebieden onder Ne derlandsche vlag zooals Java, Sumatra en Borneo zonder hulp te verdedigen tegen een eersterangszeemogendheid. De strategi sche functie van dit eskader in geval van oor log zou moeten zijn een vijandelijke aanvals- macht te belemmeren en zoo mogelijk van het lijf te houden, totdat hulp van een sterke bondgenoot verschijnt. Eigenlijke slagschepen bezit de Nederland sche marine niet, de eenige pantserschepen zijn drie kustverdedigingsschepen van pl.m. 5000 ton en bewapend met 28 en 24 cm ka nonnen. Deze schepen zijn verouderd en wor den hoofdzakelijk gebezigd voor oefenings doeleinden. De grootste schepen der vloot zijn de kruisers „Java" en „Sumatra", zustersche pen van 6.670 ton, met een snelheid van 31 zeemijlen en een bewapening van 15 cm. ka nonnen. Kort geleden is daar een nieuwe kruiser aan toegevoegd, „De Ruyter", met iets minder tonnage, doch met grooter snel heid, welke 7 15 cm kanonnen bezit. Een belangwekend schip, dat nog in bouw is, is de flottieljeleider „Tromp", die een ge heel nieuw ontwerp belichaamt. Dit schip heeft een gewicht van 3350 ton, een gecon tracteerde snelheid van 32.5 zeemijlen en is bewapend met 6 15 cm kanonnen, tien stuk ken automatisch antiluchtvaartgeschut en zes torpedolanceerbuizen. Voorts zijn er acht moderne torpedoboot- jagers en een zelfde getal torpedobooten, be nevens een aantal kleine, maar goed bewa pende flottieljevaartuigen en kanonneerbooten en negen mijnenleggers. De onderzeebootflottielje is buitengewoon sterk, immers deze bestaat uit 29 booten, waarvan de meeste modern van constructie zijn. De grootste onderzeebooten werden op stapel gezet in 1935 en hebben een opper vlaktewaterverplaatsing van bijna 1100 ton, een snelheid van 20 zeemijlen en een torpe dobewapening van 8 lanceerbuizen. Het Europeesche personeel der marine telt aan officieren en minderen 7700 koppen en bovendien een groot aantal „inheemsche" schepelingen die dienen op het Oost-Indische Eskader. Nederlandsche zeelieden behooren tot de beste van de wereld en om deze reden moet de defensieve waarde van de Nederlandsche Marine niet uitsluitend worden berekend be rekend naar het getal en de bewapening harer schepen". Uit het bovenstaande oordeel blijkt: le. dat men in het buitenland de Nederlandsche Ma rine niet beschouwt als te verwaarloozen fac tor en 2e. dat de volgorde in urgentie voor wat de uitbreiding van het zeegaand mate rieel betreft, eerst de kruisers aan de beurt komen, daarna jagers en daarna onderzee booten. 26 Juni 1897—1937. 1 Juli a.s. zal het veertig jaar geleden zijn, dat Hr. Ms. „Edi' 'te Vlissingen in dienst werd gesteld, gebouwd bij de Kon. Mij. „De Schelde" aldaar. Op 26 Juni d.o.v. vertrok Hr. Ms. „Edi" uit Hellevoetsluis met een bemanning van 70 kot>- pen. r Niets bijzonders zult ge allicht zeggen, doch het comfort aan boord van een tegenwoordige onderzeeboot biedt meer gemakken dan zoo'n scheepje. Het leven destijds van een .vierde klasse zooals de „Edi", was dan ook geluk aan het leven van een thans modern oorlogs schip, verre van dat. Voornamelijk de voeding, betaling en de verzorging liet veel te wenschen over Ver- versching werd ingenomen als het schip een haven aandeed, voor de rest werd volstaan met blikkenkost en hard brood. Ofschoon er een bakkerij aan boord was, werd één of twee maal per week versch brood verstrekt zoo ver dat genietbaar was; van passagieren op reis geen sprake, enz., 'b.v. meer dan een half jaar op Noord Nieuw-Guinea doorgebracht was van verversching nimmer sprake Tenzij de Zendeling van Hasselt voor Rn Zilverlingen den Secretaris een kapstok (san pie) verkocht. Gewoonlijk kwam de geheele bemanning er aan te pas om eerst het sapp e met de noodige waschljjnen te vangen Het werd dan onmiddellijk plaatselijk geslacht en gebracht"1 de S'°ep boord Nochtans trots dat harde en geestdoodende leven waardoor je niet verwend werd in tegendeel vierde vriendschap en de kameraad" schap onderling van hoog tot laag, h00gt Men kon op elkander vertrouwen, een kostelhk' goed. Dat vergoedde veel, zelfs zeer veel. Natuurhistorisch Museum. Elke weelp eiken Woensdagmiddag van 3—6 uur, eiketJ Zaterdagavond van 7—10 uur, den eersten Woensdag van elke maand van 8lo UUr den eersten Zondag van elke maand van 3—5 u. Zaterdag 15 Maart. Musis Sacrum, 8 u. Bal-Masqué. Dansinatl- tuut „Polak". Casino, 8 u. Revuevoorstelling „Zoek de zo« op". Zondag lk Maart. Casino, 8 u. Revuevoorstelling „Zoek de zon op". Maandag 15 Maart. Casino. Tentoonstelling Wereldbibliotheek, Berichten uit het „Vliegend Blad", thans „Heldersche Courant", Dagblad voor Den Helder en omstreken. (Op rijm gezet door Jan Mens.) In de oude tijden kwamen, Ook de buren bij elkaar, Om een beetje te gaan roddelen, En de koffie stond dan klaar. Heel gezellig werd gebabbeld, Voor de koffie zorgde Griet, Maar hoe schuin ze ook de pot hield, Dezen keer toch schonk ze niet. Griet probeerde met een haarspeld, Stak deez' even in den tuit, Om de dik iets te verwerken, Maar er kwam geen druppel uit. Toen de deksel van de kan af, Wat ze toen zag was een strop, Want haar fijn gezette koffie, Dreef een dikke kikker op. Alle buren werden bleekjes, Met een lachje sprak buur Griet: Als je zoo nauw kijkt, geloof me, Heusch, dan komen wij er niet Uit Nieuwediep: Een paar nette jonge mannen, Van 't machine personeel, Vragen een paar nette dames, Zacht humeur, en liefst niet scheel. Om het Kroningsfeest te vieren, 't Zou beslist gezellig zijn, Maar de Nieuwediepsche schoonen, Vonden 't aanbod minder fijn. En het antwoord van de damës, Dat behelsde dan ook dit. Dat ze zich niet lieten lijmen, Door een gewone Oliepit. Zou in dezen tijd, bij 'n aanbod, Door een Oliepit gedaan, 't Antwoord ook door onze schoonen, In hetzelfde teeken staan? Op dezelfde Kroningsfeesten, Waar ik eerder over sprak, Klom een man van tachtig jaren, Eventjes op zijn gemak, In een mast, die voor een wedstrijd, Speciaal was neergezet, Kwam beneden en sprak lachend, Is die even voor zijn pet? Het publiek was vol verbazing, En men sprak, dat is toch grijs, Maar de „Ouwe" zei, dat kan wel, Maar ik heb den eersten prijs. (Wordt vervolgd.) Op verzoek heeft zich een commissie ge vormd, bestaande uit W. C. Waalwijk, Vincent van Goghstraat 17, Amersfoort en onderge- teekende. Zij stelt zich voor, dit vertrek 40 jaar geleden onderling te herdenken, door alle opvarenden ongeacht rang of stand samen te doen komen in het midden van ons land en wel op huize „Oranjehof" te Soestdijk, op Zaterdag 26 Juni a.s. om dat vertrek en de belevenis aan boord van dien bodem nog eens voor den geest terug te roepen, onder ernst en luim. Velen zullen reeds zijn overleden, gesneuveld of door ouderdom of ziekte zijn verhinderd. Met het bovenstaande, doe ik een dringend beroep op alle oude „Marineklanten" welke destijds op de „Edi" hebben gediend ons de noodige adressen te verschaffen. Zij die voor dit samenzijn op dien dag iets gevoelen, kunnen zich daartoe opgeven bij W. C. Waalwijk voornoemd, K. Kimstra, Brou- wersdijk 183a, Dordrecht, J. Reidsma, Coosjes Buskenstraat 42, Vlissingen, C. P. Korndörf- fer, Langestraat 114, Den Helder en onderge tekende, allen opvarende destijds van Hms. ,Edi 40 jaar geleden. J. VAN BAERLE, Middelwijkstraat 42 Soest. De „Coventry" en „Curley" zij" In drijvende luchtdoelbatterijen her schapen. h P™ woral in de Middellandsche Zee over van h ucbtdoelgeschut ter bescherming beschiuJl vteg:en luchtaanvallen te kunnen ventrv" heeft Engeland de kruisers „Co- luchtdoelbattëriÏÏey" V6randerd 111 dnjV6nde knnnnf'k !dezer knjisers van 4300 ton, die 30 van ai! open, zijn 30 luchtdoelkanonnen knnna„ sPeciale constructie opgesteld. Zij kelen (.een..^eer Sroote vuursnelheid ontwik- muniH» erwy' over een enorme hoeveelheid sers vnn beschikt. Tevens zijn deze krui- ten hinnrZ'en van toeetellen om onderzeeboo- steiien er.eeï, bePaald rayon te kunnen vast- maf Ha j Engelsche vlootdeskundigen zijn sul ta fan r de beide kruisers verkregen re- zullen „Zee,r tevreden. Behalve in open zee wiizen vf« °j Zeer £oede diensten kunnen be rinebases verdediging van havens en ma- kruuPPStWaarsc'li-'nIi-'k zullen de genoemde vlootrav,aaü de 20 Mei te Spithead te houdea vlootrevue deelnemen.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1937 | | pagina 6