Met den tooverstaf in
onze büllenfcassen
Naar buiten
UtiM
Afschaffing luchtrecht
gaat a,s, Zaterdag in
V ermakelijkheidsbelasting
op K L M.-vluchfen
Bedriegelijke bankbreuk
DE
EIMELUKE
STRIJD
Hoe tulpen blijvend van kleur ver
anderen door röntgenbesfraling
Motorrijder tegen boom
gereden
v';V O
vim V ^yv'. yu
Nationaal herstel en
Mn Westerman
HONIG'S BOUILLONBLOKJES thans 6 voor 8 ct. en 25% zwaarder dan de meeste andere.
door Michael Corvin
De Nederla.nd.sche vereeniging tot
bevordering der wetenschappelijke
veredeling van siergewessen, te
Amsterdam heeft ons een en ander
medegedeeld omtrent de erfelijk
heidsexperimenten met röntgen
stralen bij tulpen. Wij laten deze
mededeelingen hier voor onze lezers
volgen. O.m. blijkt hoe groot de
kans op verandering, althans bij
een juiste doorvoering van den
proef, is. Niet alleen het bloemblad
ook het bladerloof ondergaat een
gedaanteverwisseling.
In 19% is de Amsterdamsche erfelijkheids
onderzoeker Dr. W. E. de Mol met bestia-
lingsproeven op tulpen begonnen an—
kelijk zonder succes. In 19-8 kreeg hij ech
ter medewerking van prof. Dr. J. van Eb-
benhorst Tengbergen, die op zijn verzoek
in het Röntgenlaboralorium aan de Univer-
èitëit te Amsterdam béstralingen liet uit
voeren, en van den heer R. C. Segers, direc
teur van de -N.V. Gebr. Sepers, welke haar
kweekerijen te Lisse heeft.
De planten der 1928-bestraling zijn voor de
vereeniging reeds oude bekenden. Daarbij
beliooren o.a. de tientallen exemplaren van
William Pitt, donkerrood met blauw hart,
exemplaren, donkerrood met een „vlinder-
hart" (blauw hart met witten rand; en
fraaie rose exemplaren. Verder Roi dis-
lande, lichter rose en rood van tint. En dan
nog Eleonora, die licht violet is en gele
meeldraden heeft verkregen. Van de resul
taten van bestralingen in 1933 en 1934 kun
nen o.a. genoemd worden de donkerder rose
en roode Clara Butt, de lichter en donker
der oranje, Dido. Voorts de Flamingo in drie
soorten: lichter, donkerder en puntiger, en
fraai gevlamd, de rooder en puntiger gewor
den Generaal de Wet, de Generaal French,
waarbij het hart zuiver wit is geworden in
plaats van geel, de Herodiade, die lichter is
geworden, en de minder rood bevattende en
de witte Ibis. Tenslotte nog de fraaie regel
matig gevlamde Valentin, die geen mazaik
effect geeft en de getande Van der Neer.
Bedenkt men hierbij, dat voor laatst
genoemde proeven niet meer dan acht of
zestien bollen van elke variëteit zijn ge
bruikt, dan valt het eerst recht in het oog,
hoe groot de kans op mutatie is, tenminste
wanneer het experiment goed opgesteld en
doorgevoerd wordt.
Ook dê*loofbladèrèn óndergaan
een metamorphose.
De erfelijke verandering beperkt
zich niet tot wijziging van bloem-
kleur of bloemvorm. Evenzeer treft
men veranderingen aan van blijven-
den aard bij de loofbladeren (bont-
bladigheid). Bij Generaal de Wet, He
rodiade, Oranje, Nassau, Peach Blos
som, Prins van Oostenrijk en
Triumphator is dit verschijnsel op
getreden op uiteenloopende manie
ren: wit, geel, of geelgroen aan den
rand of in het midden.
Röntgenbestralingen in verband met erfe
lijkheidsstudiën zijn de laatste jaren in ver
scheidene landen genomen. Wanneer in het
bijzonder de siergewassen worden bezien,
dan treden drie ondei zoekers op den voor
grond, nl. Goodspeed in Californië (sierta-
bak), Stubbe in Duitschland ^leeuwenbek) en
dr. de Mol in Nederland (hyacint en tulp).
Bij de bolgewassen zijn het de knopmu-
taties, welke op zoo verrassende wijze dooi
de bestraling worden opgewekt en aan dr.
de Mol komt de eer toe, de eerste en de
meest in het oog loopende resultaten van
deze speciale soort te hebben verkregen.
Op de fiets en dannaar buiten,
Wacht niet langer, 't is de tijd,
't Zonnetje schijnt door de ruiten,
En de wereld is zoo wijd!
Over bosschen, veld en weiden
Hangt een fijne voorjaarsgeur.
En nog prijkt er allerwegen
Heel de frissche voorjaarskleur!
't Allerschoonst van deze dagen
Gaat zoo snelzoo snel voorbij,
Eens per jaar is t waarlijk lente,
Alles is zoo licht en blij!
Blijf niet langer overleggen,
Zeg niet aarzelend: „Misschien
Op de fiets en nu naar buiten,
Want daar is iets schoons te zien.
Door de lommerrijke lanen
Glijden we onhoorbaar voort,
Telkens is er langs de wegen
Iets, wat heel ons hart bekoort,
Prachtig zijn de vèr-gezichten
Over 't goivend korenveld,
't Is of alles, sterk en innig,
Ons iets heerlijk moois vertelt!
Even uit het jachtend leven,
Even met onszelf alleen,
Met de levenskracht, de vreugde
Als een rijkdom om ons heen,
Dat is 't, wat den geest zal sterken
Bij de zorgen van den dag,
Dat brengt vaak in stille oogen
Weer een opgeruimden lach!
Op de fiets dus en naar buiten,
Schouw genietend in het rond,
En beluister eens het feestlied
Van den vroegen morgenstond!
Daar gaat langs de frissche velden
't Al, wat rijken zegen spreidt:
Heel de wonderschoone weldaad
Van een wonderschoonen tijd!
Juni 1937.
KROES
(Nadruk verboden.)
Het proces der kleurverandering.
De wijziging van kleur gaat dikwijls lang
zaam. Eerst verschijnt een kleine sector aan
een bloemdekblad met gewijzigden kleur.
Dan een bloemdekblad, dat half van kleur
is veranderd. Volgend jaar een halve bloem,
die de nieuwe tint vertoont. Eindelijk komt
dan de geheele plant in de nieuwe kleur.
Dit alles gaat natuurlijk alleen wanneer
zich in den gemuteerden sector een jonge
knop (klister) heeft ontwikkeld.
Dr. de Mol heeft dit al jaren lang zoo
voorgesteld en het is nauwkeurig uitgeko
men. Het spreekt vanzelf, dat dergelijke
knopvariaties materieele waarde en soms
zeer groote vertegenwoordigen, wanneer
de nieuwe kleur fraaier is dan de bestaan
de. Onafhankelijk, hjeryan staat de weten
schappelijke waarde van deze proeven.
Het genoemde röntgenlaboratorium zal
met de resultaten van deze zoo belangrijke
ërfelijkheidsexperinient'en eenigen tijd op de
wereldtentoonstelling .te. Parijs zijn vertegen
woordigd.
Ernstig gewond.
Gisterochtend om tien uur stond de auto
van den manufacturier W. L. uit Gilze Rijen
ter hoogte van café „De Stad Parijs" te
Huiten (gemeente Gilze Rijen) op den Til-
burgschen weg, toen van den kant van
Breda een personen-auto passeerde, bestuurd
door den handelsreiziger II. E. Op hetzelfde
moment naderde uit de richting Tilburg met
groote- vaart de motorfietsrijder Weber uit
clen Haag. Deze botste eerst tegen den
auto van den heer E. en vloog vervolgens
tegen een boom. Met een gebroken been
en ernstige hoofdwonden, werd de heer W.
naar het ziekenhuis te Tilburg overge
bracht. Zoowel de auto als de motorfiets
werden ernstig beschadigd.
DE DRIE MUSKETIERS
V i7: - ft
5o. u j JL
183.
EEN STOFWOLK.
Samen met Grimaud drukten de vier man
nen nu met hun musketten tegen den muur.
De steenklomp begon als een boom in den
storm te zwaaien, raakte los en stortte met
een luid geraas in de gracht. Een stofwolk
dwarrelde omhoog.
„Zouden ze allen dood zijn?" vroeg Athos,
„Het schijnt zoo", antwoordde d'Artagnan,
„Neen," zei Port hos, „daar hinken er nog
een paar!"
Inderdaad vluchtten drie, vier man, ge
heel met modder en bloed bedekt in de
richting van de stad. Alle anderen wanen
buiten gevecht gesteld.
184.
HET UUR IS VOORBIJI
Athos keek nu op zijn horloge en zeide:
„Heeren, nu zijn we juist een uur hier ge
weest en hebben onze weddenschap ge
wonnen. Maar we zullen nog een klein
toegiftje geven want d'Artagnan moet ons
nog over zijn idee vertellen, daar heeft hij
nog geen gelegenheid voor gehad."
Koelbloedig gingen de musketiers weer
zitten om hun ontbijt te beëindigen.
„Mijn idee?", zei d'Artagnan, „Ja, nu
weet ik het weer. Ik reis naar Engeland
en spreek met Buckingham."
„Dat zul je wel laten," zei Athos koel.
„Waarom niet? Heb ik het niet al eens
eerder gedaan!"
„Ja, maar toen waren we niet in oorlog,
toen was Buckingham een bondgenoot en
geen vijand. Wat jij van plan bent, is thans
verraad!"
d'Artagnan begreep wel, dat Athos gelijk
had en zweeg dus.
Heden zijn voor de laatste maal
brieven en briefkaarten naar Indië
verzonden, gefrankeerd met extra
luchtrecht.
Zaterdag, 5 Juni a.s. gaat de nieuwe rege
ling in, zoodat zij die nu hun post voor In
dië gereed maken met de nieuwe tarieven
rekening moeten houden, n.1.:
Brieven 12)4 cent voor elke 10 gram.
Briefkaarten 10 cent
Verzending geschiedt zonder meer met den
luchtdienst AmsterdamBandoeng.
Extra luchtrecht (boven de gewone por
ten en rechten) blijft echter verschuldigd
voor:
Postwissels 10 cent
overige stukken (drukwerken, akten, pakjes
monsters) 50 cent voor elke 50 gram.
Verzending met landmail of zeepost ge
schiedt alleen nog indien zulks duidelijk op
de stukken is aangegeven en wel tegen het
volgende tarief:
Brieven eerste 20 gram 12'A cent
elke volgende 20 gram 7Vz cent
Briefkaarten 5 cent
Postbladen 6 cent
Deoverige landmailtarieven zijn niet ge
wijzigd.
Het hoofdbestuur van het Verbond voor
Nationaal Herstel heeft een schrijven ge
richt tot Mr. Dr. W. M. Westerman, waarin
verzocht wordt, in verband met zijn toetre
ding tot de N.S.B., zijn zetel in den Haag-
schen Gemeenteraad ter beschikking van
het Verbond te stellen.
Conflict tusschen K.L.M. en Rijs-
wijkschen gemeenteraad.
Naar aanleiding van het door den ge
meenteraad v^n Rijswijk op 26 Januari 1937
genomen raadsbesluit tot heffing van ver
makelijkheidsbelasting op passagiersrond
vluchten, heeft de K.L.M. van haar voorne
men om dergelijke vluchten gedurende 1937
over de residentie en omgeving uit te voe
ren, afgezien.
Thans heeft zij echter in overleg met het
bestuur van de N.V. Exploitatie maatschap
pij besloten voorloopig op haar standpunt
terug te komen zoolang het bovenbedoelde
raadsbesluit nog niet door de Kroon is goed
gekeurd. De K.L.M. handhaaft dus ten vol
le haar bezwaren tegen deze vermakelijk
heidsbelasting daar zij die onvereenigbaar
acht met het propagandistische karakter
der passagiersrondvluchten en wanneer de
Kfbon haar goedkeuring dan ook niet
mocht onhouden, zal de gelegenheid tot het
deelnemen aan de rondvluchten onmiddel
lijk worden stopgezet.
Valsche vordering bij curator,
ingediend.
Op last van den Officier van Justitie te
Haarlem heeft de politie een 55-jarigen
koopman en een 48-jarigen garagehouder
gearresteerd, die zich hebben schuldig ge
maakt aan bedriegelijke bankbreuk. De
koopman, die failliet verklaard was, had
met den garagehouder afgesproken, dat de
ze bij den curator een vordering van 3.750
gulden zou indienen. Er werd een valsche
acte opgemaakt om te kunnen bewijzen, dat
de koopman dit geld van den garagehou
der had geleend. De curator vertrouwde de
zaak echter niet en mengde de politie in
het geval. Bij onderzoek bleek, dat het hier
een schijntransactie betrof, welke de beide
mannen op touw hadden gezet om te pro-
beeren bij het faillissement de gefingeerde
vordering geheel of gedeeltelijk uitbetaald
te krijgen.
Beiden zijn in bewaring gesteld. v
23.
Mersheim had de gewoonte Dongen sommige
bijzonderheden uit de berichten van .zijn cor
respondenten mee te deelen, als hij meende,
dat zij zijn vriend in diens ressort van dienst
konden zijn. Dongen van zijn kant gaf den
hoofdredacteur vaak wenken om over bepaal
de omstandigheden inlichtingen te laten in
winnen, die men op de méést onverdachte
wijze door bemiddeling der officieele persmen-
schen kon verkrijgen.
De politiek in het Ministerie zelf was den
laatsten tijd een weinig tweedrachtig gewor
den. De Engelsche invloed, sedert 1920 onver
minderd sterk, stuitte in enkele opzichten op
een hardnekkigen tegenstand. Men was er niet
meer zoo geneigd als in de eerste na-oorlogs
jaren zich geheel en al naar Engeland te
schikken. De Amerikanen hadden aanneme
lijke overeenkomsten met de industrie in
Duitschland getroffen, geheimzinnige trans
acties en overschrijvingen volgden, om vele
Duitsche inrichtingen tegen elk ingrijpen te
beveiligen en hen in zekeren zin te neutrali
seeren. Een tijdlang had men met Moscou ge-
eoquetteerd, later deed men het tegen Fran
krijk de taktiek was onzeker en wisselvallig
onder elk der talrijke kabinetten.
Dongen behoorde tot een onlangs versterkte
groep in het ministerie, die op een fond van
een gelegenheidspolit.ek, van een taktiek van
het uitspelen van den een tegen der ander, de
souvereiniteit en de vrijheid van handelen van
Duitschland wilde verzekeren en vèrgrooten.
Hij was het geweest, die Mersheim voorstelde
een bijzonderen correspondent naar Londen te
zenden om de conspiratie van de Britsche che
mische industrie met de kolenmijnen tegen
Duitschland te ontsluieren. Toen Mersheim
hem nu het bericht en de foto's van juffrouw
Raleigh bracht, meende hij zijn vriend met
diens medewerkster geluk te wenschen. Zelf
had hij reeds een slechte opname van den
jongsten Patterson in zijn archief.
Daar Esther over de herkomst der foto's
niets geschreven had, hield hij het voor over
bodig daaromtrent in Mersheim's tegenwoor
digheid vermoedens te uiten. Het was Dongen
duidelijk, dat zij met menschen in aanraking
gekomen moest zijn, in de latere berichten, die
Mersheim hem zou breneen, aanknoopings-
punten te zullen vinden, die hem wel zouden
onth"'len, wie er hier in het spel waren.
Op zijn vraag, of de jongedame ook bereid
gevonden zou worden om rechtstreeks in den
dienst der Afdeeling N te treden, achtte Mers
heim zich verplicht uit Esthers naam te bedan-
kenen in ieder geval was het uitgesloten, dat
evtueel door zijn bemiddeling een ontmoeting
of iets dergelijks af™esproken kon worden.
Dongen lachte zijn opgewonden vriend eens
toe en beloofde, dat hij alle stappen, die hem
nuttig of noodig zouden schijnen, zelf en zonder
hulp zou doen.
Na Mersheims vertrek had hij tamelijk ont
moedigd de lijst van zijn menschen in Enge
land nog eens doorgekeken. Hij kor het er
niet op wagen iemand op Esthers spoor te
zetten om vast te stellen met wie zij omging.
De verdenking, die hij had en die in een zeer
bepaalde richting ging, zou hem dienen om in
geval van noodzakelijkheid na haar terugkeer
een zekeren druk op juffrouw Raleigh uit te
oefenen. Hij wist, dat Mersheim, indien hij
hem zijn vermoeden mogelijk al had kunnen
bevestigen, daar toch maa, moeilijk toe te
bewegen zou zijn. Hij kende de vaak groote
prik! elbaarheid van zijn vriend, zoodra het
om informaties te doen was, die naar diens
opvatting kwesties van persoonlijken aard be
troffen.
Zoo bleef hem dus niets anders over dan
verdere berichten af te wachten en daar zijn
conclusies uit te trekken. Tegenover Mers
heim had hij revanche gegeven door een ar-
beidsleider, die zijn groep hinderlijk was, door
m Jdel van indiscreties omtrent diens betrek
kingen tot het Ministerie van Binnenlandsche
Za' aan hem over televeren, waarop de
hoofdredacteur vertrokken was met de ge
lukkige zekerheid een groote corruptie-affaire
aan het licht te kunnen brengen en waarbij
hij zijn eigen onomkoopbaarheid en objectivi
teit ook aan bevriende partijen onweerlegbaar
kon ten toon spreiden.
Dongen liet de portretten dadelijk fotogra
feeren, om de afdrukken ten spoedigste aan
de grenskantoren en aan een reeks agenten
in het binnenland te laten uitdeelen.
George Herdemerten was reeds bijna een
half jaar geleden in kennis gekomen met
Tsun Kayi, een Japansch student. De Japan-
nees, onervaren in de dingen der Duitsche
samenleving, had dezt vriendschap gezocht en
F- dermerten was blij hem van dienst te
kunnen zijn. Tsun Kayi zag er ouder uit, dan
hij eigenlijk kon zijn en het duurde lang voor
hij zijn ondoordringbaarheid tegenover Her
demerten aflegde en hem toevertrouwde, dat
de chirurgie hem toch niet zoo bevredigde,
als hij eerst verwacht had. Maar hij was
bang hij glimlachte zijn vreemden, kouden
Japanneeschen glimlach om geheel alleen
een ander terrein der wetenschap te gaan be
treden. Hij had George in deze laatste maan
den zeer leeren waardeeren en nu wilde hij
hem een voorstel doen.
En toen had de Japannees het plan ont
wikkeld zich op de bacteriologie te gaan toe
leggen. Hij was gelukkigerwijze in staat alle
noodzakelijke technische hulpmiddelen aan te
schaffen. Men zou voorloopig te Berlijn blij
ven, maar dan later verschilende universitei
ten bezoeken, om de studies voort te zetten.
In he bijzonder de bestrijding van besmette
lijke ziekten epi- en endemieën hun
oorzaken, het navorschen van nog onbekende
phaenomenen, dat alles interesseerde hem
buitengewoon, en hij bood George aan met
hem samen het doctoraal en het staatsexa
men te halen.
George aarzelde. Hij had zich reeds een
beeld van zijn toekomst gevormd, dat nu
jammerlijk in duigen dreigde te vallen. Maar
toen speelde de Japannees zijn steikste troef
uit. Hij kon George garandeeren, dat hij een
vaste en zeer hoog betaalde betrekking als
bacterioloog in JaDan kon krijgen, zoodra zijn
studiën voltooid zouden zijn. Wat dit voor
George beteekende, behoefde hij wel niet te
zeggen. Een staatsbetrekking in Japan opende
later alle universiteiten en wetenschappelijke
instituten in Duitschland voor hem.
Tsun Kayi legde een ongewonen ijver aan
den dag om Herdermerten te overreden.
George wankelde eenige dagen, maar gaf toen,
na een herhaalde verzekering van den Japan
nees, dat hij voor al het verdere zorgen zou
toe en was van dat oogenblik af besloten
bacterioloog te worden. Zijn ouders waren ge
makkelijk tc overtuigen, dat hij op deze wijze
betere vooruitzichten had en Tsun Kayi toonde
zich zoo verheugd, dat zijn Aziatische kalmte
hem geheel verliet.
George had op zijn verzoek aan niemand
iets over de bijzondere omstandigheden me
degedeeld, onder welke hij het besluit om zich
op een andere studie te gaan toeleggen had
genomen. De brief aan Esther was hem zeer
zwaar gevallen. Hij had nog nooit iets ge
heim gehouden, zoolang zij vrienden geweest
waren en Esther's antwoord bracht hem in
hrLSa°° verlegenheid. Zij schreef, dat zijn
brief haar een teleurstelling geweest was en
a zij aanspraak kon maken op het recht
dit hij zaken, die hem zoozeer ter harte gin-
te "daM-ni hn r m°eSt, mededeelen- Zij verwacht
te dat hij in zijn volgenden brief uitvoerig zou
schrijven, wat hem ertoe gebracht had" van
gedachten te veranderen. Hij las den brief vele
malen door en besloot ondanks het verzoek
van Tsun Kayi, alles aan Esther te vertellen.
Dien ochtend had hij Hans Raleigh, Es-
tehr's broer, gezien en was van het uiterlijk
van de commies geschrokken. Door Esther
kenden zij elkander, maar slechts oppervlak
kig. Bij de twee of drie ontmoetingen, die
zij gehad hadden, had Hans zich hoogmoedig
en afwijzend gedragen, zoodat George geen
aanleiding vond zich nader met hem bezig I®
houden. De ambtenaar, die steeds veel waar
de aan correcte kleeding en stramme militaire
houding gehecht had, was nu de huizen langs
geslopen, alsof hij niet openlijk gebruik van
het trottoir durfde maken. Hij zag er ver
waarloosd uit en voorzoover George zijn ge"
zicht te zien kon krijgen, scheen het vervallen
en slap. Daar Hans Raleigh hem niet op-
merkte, liep George door zonder den broer
van zijn vriendin aan te spreken, maar hg
besloot Esther over deze ontmoeting te
schrijven.
Hoe dichter de avónd naderde, hoe onrus
tiger Esther werd. De beide laatste dagen wa
ren omgevlogen en zij wa3 nauwelijks in ataa
geweest zich om iets anders dan om het ge
reed komen van haar toilet te bekommeren,
waarvoor zij urenlang bij de naaister had moe
ten zitten. De schoone Ray Jeffers had zg
slechts eenmaal kort gezien en daarbij den
indruk opgedaan, dat haar mislukte bezoek
bij Zagainoff haar humeur niet weinig be'
dorven had. Ray had naast gehad en beweerd,
dat Esther haar veronachtzaamde, en in den
zelfden adem gezegd, dat zij de handen vol
had met voorbereidselen voor de reis. Zij zou
den over een paar dagen naar het Continent
vertrekken. Esther herademde, toen mevrouw
Jeffers weggeruischt was. Ook Jury had het
te druk gehad, dan dat zij elkander meer dan
af en toe een paar minuten hadden kunnen
spreken.
w (Wordt vervolgd.)