Radioprogramma DE' EIMELUKE STRIJD PUBLICATIE Uit onze Omgeving MARKTBERICHTEN door Michael Corvin STEUN MARKTTUINDERS EN TELER HANDELAREN. De Nederlandsche Groenten- en Fruiteen- trale maakt bekend, dat de termijn binnen welken markttuinders of teler-handelaren hun aanvragen moeten hebben ingediend 0111 eventueel voor steun over in '36 verhnn delde tuinbouwproducten in aanmerking te komen, ingevolge Ministerieele beschikking is verlengd van 1 Juni tot en met 31 Juli 1937. Aanvragen, na dezen datum ingediend zullen onherroepelijk ter zijde worden ge legd. (Adv 's Gravenhage, 10 Juli 1037. DINSDAG 13 JULI 1937. Hilversum I. AVKO-Uitzending. 8.00 Gramofoonmuziek. 10.00 Morgenwijding. 10.15 Gewijde muziek (gr.pl.). 10.30 Jetty Cantor's Ensemble. 11.00 Huishoudelijke wenken. 11.30 Vervolg concert. 12.30 Gramofoonmuziek. I.30 Het Omroeporkest. 2.00 Declamatie. 2.15 Het omroeporkest. 3.00 Lyra-trio, zang en declamatie. 4.30 Kinderkoorzang. 5.00 Voor Je kinderen. 5.30 Kovacs Lajos' orkest. 6.30 AVRO-Dansorkest. 7.00 Orgelspel. 7.30 Reportage. 8.00 Berichten ANP. Mededeelingen. 8.15 Omroeporkest en solisten. 9.15 Zang door Padvinderskoor. 9.45 Vervolg concert. 10.30 Actualiteitsflitsen. 10.45 Gramofoonmuziek. II.00 Berichten ANP. Hierna: AVRO-Dansorkest. 11.4:012.00 Gramofoonmuziek. Hilversum II. KRO-uitzending. 8.00 Gramofoonmuziek. 9.00 Pontificale H. Mis. 10.30 Gramofoonmuziek. 11.30 Godsdienstig halfuur. 12.00 Berichten. 12.15 KRO-orkest en gramofoonmuziek. 2.00 Vrouwenuur. 3.00 KRO-orkest. 3.50 Gramofoonmuziek. 4.10 Sopraan en piano. 4.20 Gramofoonmuziek. 4.50 Vervolg zang en piano. 5.00 Gramofoonmuziek. 5.45 Felicitatiebezoek. 6.00 KRO-Melodisten en solist. (Om 6.15: Waar gaan de oude rijwielplaatjes heen? causerie.) 7.00 Berichten. 7.15 St. Servaas, de eerste Bisschop der Ne derlanden, causerie. 7.35 Reportage Heiligdomsvaart te Maas tricht. 8.00 Berichten ANP. Mededeelingen. 8.15 Gramofoonmuziek. 9.15 Radiotooneel. 9.45 KRO-Melodisten en solist. 10.15 Voor schaakliefhebbers. 10.30 Berichten ANP. 10.40 John Kristel en zijn Band. 11.3012.00 Gramofoonmuziek. WIERINGEN Opening jacht. Voor de provincie Noord-Holland is de volgende regeling gemaakt ten aanzien van de opening van het jachtseizoen voor de diverse wildsoorten. Grof wild: Hertenbokken en dambokken van 25 Sept. t.m. 9 Oct. 1937; Herten en damherten .van 27 Dec. 1937 t.m. 29 Jan. 1938- Reebokken, van 31 Juli t.m. 21 Aug. f® *an 16 Oct 13- Nov. 1937. Reegeiten vt 13 Nov- 1937 ^le'n ™Id: Patrijzen van 28 Aug. 1937 193~- Korhanen van 2 Oct. 1937 ■m. 29 Jan. 1938, Fazantenhanen, idem. Korhennen van 2 Oct. 1937 t.m. 6 Nov. 1937. iodZ~anr,enhermen van 2 October t.m. 31 Dec. 193/. Houtsnippen van 2 Oct. 1937 t.m. 29 Jan 1938. Hazen, van 2 Oct. 1937 t.m. 31 De cember 1937. Waterwild: Watersnippen van 2 Aug. 1937 t.m. 9 April 1938, Eenden, alle soorten, be- "ao've.bereReenden en eidereenden v. 2 Aug. in'H 5 Febr. 1938. Ganzen van 3 Aug. 9 April 1938. Meerkoeten en goud- Pluvieren van resp. 2 en 28 Aug. 1937 tot en met 5 Februari 1938. De jacht op wilde eenden op de eilanden Texel en Ameland zal zijn geopend van 26 Juli 1937 t.m. 5 februari 1938. Het vangen van alle soorten eenden, be halve bergeenden en eider-eenden door mid del van eendekooien zal in alle provinciën zpn toegestaan van 2 Augustus 1937 tan. 26 Februari 1938. Het vangen van waterwild door middel van netten, waarvan het gebruik is ge oorloofd, zal in alle provincies zijn toege staan voor Watersnippen, van 2 Aug. 1937 t.m. 9 April 1938 (in Groningen, Friesland en Drente slechts t.m. 5 Febr. 1938). Eenden (alle soorten behalve bergeen den en eidereenden) van 2 Augustus 1937 t.m. 5 Febr. 1938. Ganzen van 2 Aug. t.m. 9 April 1938. Meerkoeten van 2 Aug. t.m. 5 Febr. 1938. Goudpluvieren, van 28- Aug. 1937 tan. 2 April 1938. In het geheele Rijk zal de Jacht niet wor den geopend op hertenkalveren, reekalveren (t.w. reeën, die in den loop van het ka lenderjaar zijn geboren) benevens op zwa nen, bergeenden, eidereenden, duikers, kemphanen, wulpen, scholeksters, grutto's, tureluurs en waterhoentjes. Burgerlijke Stand van 3 t.m. 9 Juli 1937. Geboren: Grietina, dochter van H. Wie- nngh en H. de Roer; Pieter, zoon van A. Kroon en S. van Peursem; Popke, zoon van H. Ottens en H. Bos; Martinus Jacob, zoon van Jac. van Keulen en S. Severein (gebo ren te Harlingen). Ondertrouwd: Geene. Gehuwd: D. Bekendam en T. Lont; A. Schipper en J. van Breugel; M. Egel en P. G. de Haan; P. Keijzer en I. Jaspers; J. Mulder en T. Metselaar. Overleden: H. Glim, vr., 71 jaar, wed. W. F. Hollander. Als levenloos aangegeven kind van H. Akkerman en G. de Jonge. Loop der bevolking (Juni 1937). Ingekomen: J. Bruining uit Barradeel; Mw. J. Siderius uit Franekeradeel; G. J. Holstege uit Laren; Mw. G. Bouwmeester uit Medemblik; J. de Haas uit Alkmaar; A. M. de Haan en echtgen. uit Den Helder', A. Haagsima uit Achtkarspelen; F. Boonstra. idem; J. From uit Ooststellingwerf; M. Ste vens uit Assen; A. Advocaat e. e. uit Won- seradeel; S. Homsma uit Ferwerderadeel; A. den Braven uit Nieuwer-Amstel; A. Hoff- mann uit Vledde; I. K. v. Tiggle uit Schie- broek; C Prik en gezin uit Oude Pekela; G. Mudde uit Leidien; J. Mulder en gezin uit Grootegast; Mw. L. Roossien uit Medemblik. Vertrokken: A. Feenstra en gezin naar Harlingen; J. Lamimertsma naar Wierin- serwaard; P. Nierop Groot n. Alkmaar; A. Prin en gezin naar Rotterdam; A. de Hoog en gezin naar Kampen; J. van der Molen en gezin naar Arnhem; II. Oosterbeek en gezin naar Borne; P. J. Smit naar Am sterdam; J. Bruining naar Wonseradeel; A. J. de Rijck naar Wormerveer; P. Paulusse naar Middenimeer; Mw. R. Mud naar Smal- lingerland; St. Schoorstra naar Midden- meer; W. Leenen naar Weert; A. de Wildt. Mw. A. M. de Jong en Mw. II. J. Mooij naar Dordrecht; Mw. A. de Vries naar Oenkerk; W. J. Deckers naar Iloorn; H. J. Blaas naar Eindhoven; R. Zijl en gezin naar Oude Pe kela; H. J. Oosterveld n. Weststellingwerf; J. Gutman naar Leeuwarden; J. Lont en gezin naar Kampen; A. Bogaar naar Kam pen. Grietje Golfzang. Zaterdagavond werd in de concertzaal „Concordia" door het kinderkoor van de zangvereeniging „Zang en Vriendschap" een operette opgevoerd, getiteld: „Grietje Golf zang". Wat de opvoering aangaat, deze was uit- DRIE MUSKETIERS 249. DE PURITEINSCHE. „Ik katholiek!?" riep ze vertoornd. „Lord Winter, die verwaande katholiek, weet zeer goed, dat ik niet tot zijn geloof behoor. Hij wil mij alleen in een valstrik lokken." ,Welk geloof belijdt U dan?" „Ik wil het U wel verraden," sprak ze met overdreven hartstocht, „maar eerst dan, wanneer ik voldoende voor mijn ge loof geleden heb." Uit Felton's blik kon ze gemakkelijk op maken dat ze zeer veel bij hem gewonnen had. Hij nam het boek met tegenzin weer op en verzonk in diepe gedachten, 's Avonds kwam Lord Winter terug. „Het schijnt, dat we eenigszins het ge loof hebben laten varen," zei hij hoonencL ,„Hoe bedoelt U dat"? „Nu, ik meen alleen maar, dat we van godsdienst veranderd zijn, sedert we ons voor het laatst zagen. Is u in die tusschen- tijd misschien nog met een derde, een pro testant, getrouwd? Mij laat dat trouwens koud. 250. DE COMEDIANTE. „U behoeft mij Uw onverschilligheid wat het geloof betreft niet meer te vertellen, Mylord. Uw uitspattingen en Uw overtre dingen tegen den godsdienst getuigen hier genoegzaam van." „Wat, praat U van uitspattingen. Of ik heb het verkeerd verstaan of U bent nog brutaler, dan eigenlijk door den beugel kan. „Ach, mijnheer de baron, U spreekt slechts zoo omdat U weet, dat Uw gevan genbewaarders luisteren en om hen tegen mij op te hitsen." „Mijn gevangenbewaarders? Maar mijn beste mevrouw, wordt U toch niet tragisch. Weest U toch kalm. Nog maar acht dagen en dan mag U voor mijn part net zooveel de Puriteinsche spelen als U wilt, want dan zult U ziich op 'n plaats bevinden waar U met al uw slinksche streken toch geen succes meer zult hebben." „Gij Goddelooze, schandelijke „Nero" riep Mylady hem op een toon alsof ze zich zeer opwond, achterna, want ze wist maar al te goed, dat Felton achter de deur stond en ieder woord van het gesprek gehoord had. Toen twee uur later het avondeten bin nengebracht werd, lag Mylady op haar knieën en bad luid puriteinsche gebeden. Ze scheen hierin zoozeer op te gaan, dat ze heelemaal niet scheen te bemerken, wat er gebeurde. stekend. Het was een lust te zien hoe vrij en natuurlijk die kleine dingen zich gaven. Niet één bleef er steken, alle&^liep„schitte rend van stapel. De samenzang en soli waren heel goed en duidelijk. Zus Omis, die de hoofdrol speelde, deed dit fijn; hét was haar wel toevertrouwd. Uitstekend was ook het broertje van Grietje Golfzang (Lies Doves) die door haar jongensachtig optreden de toeschouwers steeds in schaterlachen deed uitbarsten. Heel bijzonder trof ons het fijne stemme tje van het eenvoudige visschersmeisje (Cor- rie Rezel). En dan hoe lief waren niet de kleinsten, zooais Jopie Leen, Tinie Bosker, Rietje Kuit, Jet Lont e.a. Bep en Annie Geuzcbroek vertolkten hun rollen ook uitstekend. Vooral Annie had veel succes in de goed uitgevoerde klom pendans als strandwacht. Pietje de Vries (visschersjongen) had misschien onwetend, in het tweede bedrijf een uitstekend succes. Pietje stond daar ge kleed als visschersjongen. opeens begint haar zwart fluweelen broek, opgehouden door een padvindersriem. neigingen te vertoonen .om naar beneden te zaken. Pietje pakt echter de broek boven de riem vast en sjort 'in hierna op echte jongens manier omhoog! Het resultaat was: een ge weldige lachbui van het publiek, het succes was er! De heer Hovenier sprak na deze operette eenige woorden van dank tot zijn trouwe medewerksters, nl. de dames Tr. en A. Geu- zebroek. Het koor zong hierna de laatste concours- nummers: Schemering en Waakt op. En tot slot nog De Laatste Zonnestraal, met bege leiding van den heer "C.P"Poel. Een bal besloot dezen mooien avond. ANNA PAULOXVNA DE WERKLOOSHEID Ons bericht van Zaterdag vereischt een kleine aanvulling daar ons is gebleken, dat het in z'n algemeenheid niet geheel juist is Toen wij het schreven waren inderdaad allen, die voor steun of werkverschaffing iri aanmerking kwamen, in een of andere werk kring geplaatst. Eechter zijn er ook werkloo zen, die buiten de steunmaatregelen vallen. Van hen waren er bij den agent der arbeids bemiddeling nog 34 ingeschreven, zoodat er voor de werkgevers nog keus genoeg is in eigen gemeente en geen reden om werk krachten van elders aan te nemen. ALKMAAR, 10 Juli. N.V. Eierveiling voor Holl. Noorderkwar tier. Aanvoer: 170.000 kipeieren: 5658 Kg. f 3.50—3.60, 58—60 Kg. 3.55—3.70. 00-6,2 Kg. 3.60—3.80, 62—64 Kg. 3.70-3.85, 64—66 Kg. 380390. per 100 stuks ALKMAAR, 10 Juli. Op de heden gehouden botermarkt waren de ..prijzen..voor: groothapdel .70^7? cent en kleinhandel 721/?—77% cent. Handel matig. Kipeieren (groothandel) f 3.653.85. Eend- eieren f 2.65. Handel matig. WARMENHUIZEN, 10 Juli. Aanvoer: 148.000 Kg. aardappelen: Schotsche muizen 3.503.90, id, grove 3.503.80, id. drielingen 22.80. eigenheimers 4.20—4,70. ALKMAAR, 12 Juli. 72 vette koeien f 190—325, 12 vette kal veren f 5085, p. Kg. f 0.60—0.85, 91 nuch tere kalveren (slacht) f 2532, (fok) f 616, 261 vette varkens p. Kg. 5052 cent, han del goed. NOORDSCHARWOUDE, 12 Juli. Aanvoer: 203300 Kg. aardappelen: Schot sche muizen 3.504, grooten 3.604, bl. ei genheimers 4.504.60, drielingen 22.60, 1000 Kg. zilveruien, drielingen 5.20, zilver- nep 5.90—7.30 .70 Kg. tuinboonen 4.30, 2700 Kg. witte kool 3.90—4, 175 stuks bloemkool f 13.10. BROEK OP LANGENDIJK, 12 Juli. Schotsche muizen 3.504.60, grooten 3.70 4.20, eigenheimers 4.504.70, bl. dito 4.40— 520, drielingen 2.102.70, kleine 1—1.60. Peen f 4.105, spercieboonen f 24, tuinboo nen f 4, slaboonen f 2424.90, roode kool f 3.104.70, witte kool f 4.50, gele kool f 4.10 4.30, bloemkool f 14.50, tomaten A f 11.10 12.70, B f 13.50—13.60, C f 12, CC f 5.50—6. 56. Esther knikte en ijlde naar beneden om weder naar Dongen terug te rijden. De refe rendaris keek haar weliswaar wat weifelend aan, maar zorgde toch dadelijk voor al het noodige en nauwelijks twee uren later zat Esther in het tot haar speciale beschikking gestelde vliegtuig D.P. 56, dat met een snel heid van tweehonderd dertig kilometer per uur in Noordwestelijke richting Berlijn ver liet. In een der zakken van haar sport- costuum droeg zij een bevel tot gevangen neming en een ambtelijke missive voor de overheid te Meppen, benevens een klein auto matisch pistool. Voor haar vertrek had zij de redactie nog opgebeld en Burg verteld, dat zij voor hoogstens twee dagen de stad uitging, maar zich dadelijk na haar terug komst met hem in verbinding zou stellen. „Zaken als deze trachten we tegenwoordig steeds zooveel mogelijk te bespoedigen, dus denk ik in den loop der volgende maand, or uiterlijk binnen een week of acht." Een hernieuwde poging van Esther om ver binding met Selfride te verkrijgen, gelukte en zij kwamen overeen, dat zij hem in het b°te zou ontmoeten, waarom zij zich naar hotel Kaiserhof begaf en dien korten afstand e voet aflegde, daar zij zeer dicht in de buurt van het hotel in de Französischestrasse gete lefoneerd had. Selfride was reeds in de hal en keek haar grinnikend aan. „Wel, is het vliegtochtje u goed bekomen Ik heb mij intusschen veroorloofd..*" „Ik weet het al en dank u wel." Hij merkte natuurlijk haar sombere stem ming op. „Is er iets net naar uw zin? Wilde u soms Ray Jeffers, die uw vriend...?" „Neen. Ik dank u werkelijk. Het is slechts het is een beetje beangstigend, hoe u... Hoe wist u eigenlijk, waar mevrouw Jeffers woon de?" „Er zijn niet veel hotels in deze buurt, waar men zonder zich bij de politie aangemeld te hebben een paar dagen kan wonen zonder in het oog te vallen. Ik ben er toevallig drie en zoo was het niet zoo bijzonder moeilijk te ont dekken, waar zij zich ophield. Ik ben hier trouwens niet alleen. Gelukkig kreeg ik het berichtje over uw vliegtocht nog vroeg genoeg in de courant. Toen bewaakte ik die drie ho tels en een half uur later was de zaak in orde." Esther kromp plotseling huiverend ineen; er scheen een koude wind door de hal van het hotel te strijken. Hoe onbarmhartig werkte deze man voor haar, en hoe nuchter ging hij zonder eenig spoor van menschelijk gevoel na het vellen van een vijand weder over tot de orde van den dag. Esther haatte Ray met haar geheele ziel, maar toch smartte het haar, dat deze trotsche en mooie vrouw door Selfride gevangen was als een kip, die men met enkele graankorerls in een donkeren hoek van den stal lokt. Zij had een leelijken smaak in den mond en zonder overgang zeide zij plotseling: „Dongen heeft de gecopieerde gas-aantee- keningen naturlijk niet kunnen vinden, om dat..." Haar overbuurman ging gelaten wat ge makkelijker zitten en keek Esther met een kouden blik aan. Stel u tevreden, Esther Raleigh, met het geen men u aanbiedt. Ik vraag u naar vele zaken niet. Bent u vergeten, wie de menschen hier op de Jeffers opmerkzaam maakte? Ik heb voor u verstaat u, mijn waarde? voor u heb ik Ray Jeffers onschadelijk ge maakt. En ik pleeg mijn betaling zelf te ne men,, wanneer ik daarvoor in de gelegenheid ben. U begrijpt mij?" O, ja, zij begreep hem, zij begreep den heer Selfride volkomen. Zij liet haar rechter elle boog op het tafelblad steunen en glimlachte Selfride tevreden over haar hand heen toe. „Ik begrijp het volkomen en een uitlegging was geheel en al overbodig. Vergeef mij mijn openhartigheid, mijnheer Selfride, maar ik neem aan, dat u mij ook begrijpt." „U bent nog eerzuchtig, Esther Raleigh. Haha! Heel goed! Maar ik neem het u heusch niet kwalijk. Hebt u al gehoord...?" En nu begon hij van Hardley's dood te vertellen. Hij was een schitterend verteller en bij zijn woorden moest Esther weder aan Burg denken. Dit was nu Siegfried Burg's broer, de broer, wiens werk het vreeselijkste was, wat men zich maar voor kan stellen, en zie hoe hij vertelde. Hij keuvelde over Hardley, zooals men over een vreemde praat. Hij stipte aan, dat het Hardley geweest was, die op zijn aanwijzingen Esthers vlucht mogelijk ge maakt had. Ja, ja, hij was een kranige jongen, alleen eerzuchtig, vervloekt eerzuchtig, tè eerzuchtig, begrijpt u, miss Raleigh? Hij wlde meer doen, dan men hem opdroeg. Na tuurlijk, de meeste menschen overschatten hun krachten en houden er teveel zelfvertrouwen op na. Maar eere zij zijn aandenken. Hij kwam dan in een dommen tredmolen men kon begrijpen, menschelijkerwijze begrijpen, dat hij bang werd, misschien wilde omkeeren. In dergelijke gevallen is men licht geneigd bij den vroegeren tegenstander bescherming te zoeken. Nu, het werd hem bespaard om in een mogelijk en langdurig en groot gevaar te komen. „U hebt reeds vernomen, dat hij gedood werd. Vermoord, Hij was een goede medewer ker, helaas, zooals reeds gezegd, soms al te ijverig." Selfride zweeg en staarde Esther aan, die zijn blik zonder ook maar even met de oog leden te knippen, uithield. Daarbij kostte het haar moeite hem niet met de vust in het ge zicht te slaan. Wat een schoft! Daarom dus dit heele verhaal. Jawel, mijnheer Selfride hield naar het scheen van didactische proza! Het was een waarschuwing, die hij haar op deze wijze gaf, een ernstige waarschuwing en het was van den heer Selfride nog zeer bemin nelijk, dat hij haar verbloemde op de wijze, die zij zooeven gehoord had. Esther maakte haar blik van den zijnen los en vroeg, of men nu kon vertrekken en welke voorstellen hij voor den eersten tijd te doen had. Hij haalde twee entréebiljetten voor een schouwburg uit zijn zak en vroeg haar of zij tijd had daar met hem heen te gaan. Zij kon den dan in de zaal wel een rustig plaatsje uit kiezen om nog te praten. Hij had informaties, die voor de Russen zeer interessant konden zijn. Esther nam de uitnoodiging aan en zij stonden op om zich naar den schouwburg te begeven. Inspecteur Symes had te Chelmford op ver toon van zijn instructie van Scotland Yard de lijken der beide automobilisten en daarna de overblijfselen van den verwoesten wagen nauwkeurig onderzocht. Het bleek, dat het po litietelegram een weinig onjuist geweest was. De auto was niet in den gewonen zin van het langs den weg gereden en in brand gevlogen. Uit de wrakstukken viel op te maken, dal het benzine reservoir dadelijk opengescheurd was, was ontploft, maar tegen een steenen paal zoodat de benzine eruit liep en met een open vlam verbrandde, dus zonder vergassing en zonder knal. De oezittingen der dooden, hun kleeren en lichamen, waren alle zoodanig door het vuur aangetast, dat zij nauwelijks meer eenig aanknoopingspunt aanboden. Men had alle voorwerpen op een tafel gelegd, waar Symes nu alles stuk voor stuk onderzocht. Zijn groote zorgvuldigheio werd beloond, want op de manchet van een met bloed bezoedelde mouw van een hemd vond hij een met aniline- potlood geschreven woord, dat hij ondanks het feit, dat het door het vocht erg uitgevloeid was, nog vermocht te ontcijferen Het was de naam Hard'ey. Iets meer evenwel viel er ook bjj het aller nauwkeurigste onderzoek niet te ontdekken, maar hetgeen hij gevonden had, beschouwde Symes als een niet onbelangrijke bevestiging van zijn vermoedens. Een nauwkeurig onder zoek van de overblijfselen van den wagen werd door den toestand, waarin deze verkeer den, buitengewoon bemoeilijkt. Als de inspec teur het met zijn vermoedens bij het rechte eind had, moest er öf in den wagen een hel- sche machine aangebracht geweest zijn, öf moest ei voor het minste een inrichting zjjn geweest, die de oorzaak van het ongeval ge worden was. Zijn zoeken naar iets dergelijks bleef echter vergeefsch. Hee eenige, dat hem opviel, maar hem geen stap verder bracht, was de omstandigheid, dat van de verbrijzelde auto een enkele electrische geleidingsdraad, die van een contact voorzien was, los afhing. Maar zelfs het passen en probeeren van alle metalen overblijfselen kon hem niet doen vermoeden, welk stuk daarmede wel in verbinding gestaan kon hebben. Hij keerde naar Londen terug en begon daar nasporingen te doen naar de woonplaats en de bezigheden van de beide gedoode Italianen. Een bezoek aan hun ver laten kwartier, leidde tot niets. Het eenige aanknoopingspunt, dat echter erg armzalig was, bestond hierin, dat een oude vrouw, die in dezelfde straat woonde, hem mededeelde, dat de twee Italianen tweemaal bezoek had den gehad van een opvallend dikken en groo ten man, dien zjj evenwel niet nader kon be schrijven. Mismoedig ging Symes ,'eder naar het bureau en peinsde er over, op welken firmanaam de letters, die hij op het afge scheurde couvert gevonden had, wel zouden kunnen passen. Het oude middel, om langs den weg van den fabrikant, drukker of ver- kooper van het couvert diens eigenaar te ontdekken, was tameljjk hopeloos, daar zoo wel het papier als de letters van een soort waren, die door tientallen fabrieken en druk kerijen worden geleverd. Als laatste mogelijk heid bleef hem dus nog slechts den weg der combinatie over. (Wordt vervolgd.)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1937 | | pagina 3