Landhuishoud- kundig congres Jonken onder In Bergen slaat de wichelroede neer MI ««M '«uas%ss? zo° bommenwerpers Het eiland der dienstweigeraars Postvluchtcii op Indië Wettelijke regeling der zaaizaad- en pootgoed-voorziening noodig? Vier gewonden bij auto-ongeluk Interessant experiment met een stukje magisch staaldraad Wichelroedeloopers, die met beide beenen op den grond staan Dc vrije tijd van den jongen boer Te0„erSJtYPe'?a«e™ P^r™"' ,e Suikerbietenteelt wordt door de suikerconventie niet belem merd. De heilzame werking der pluimveeteeltregeling. Te 's Hertogenbosch werd gisteren en he den het 89ste Nederlandsch landhuishoud- kundig congres gehouden. Dr. P. J. H. van Ginneken uit Bergen op Zoom sprak over „De Londensehe Suiker- conventie 1937 en haar gevolgen voor de Nederlandsche suikerbietenteelt Na critiek uitgeoefend te hebben op de bestaande conventie drong spr. aan op een regeling, die minder op een tijdelijke voor- Eiening is gesteld, die minder een bevrie zend karakter heeft voor de teelt, die meer eenvoudig is in de uitvoering en niet be lemmerend werkt op de industrie". Aan de uitbreiding van de tegen woordige bietenteelt (die nu be perkt is tot 72 pet. der vroegere pro ductie) tot het vroegere niveau, nl. tot de totale verbruiksmogelijkheid in Nederland, legt de conventie geen enkelen hinderpaal in den weg. De vraag of, en tot welken omvang in komende jaren een gedeelte der voorziening in de totale verbruiksmogelijkheid in Ne derland aan Java moet blijven toegewezen, kan geheel vrij in Nederland worden be slist. Pluimveeteeltbeperking. De heden voortgezette zitting ving aan met een inleiding van Ir. J. G. Tukker, rijkspluimveeconsulent, over het onder werp: „Welken invloed hebben de crisis maatregelen gehad op de verbetering van den Nederlandschen hoenderstapel?" Sinds vanaf de oorlogsjaren het gebruik [van broedmachines met een voortdurend opgevoerde capaciteit zulk een groote vlucht heeft genomen, is het aanbod van kuikens steeds toegenomen, waardoor de prijzen daalden. De „massa-fabricage" van kui kens leidde bovendien tot een groote achter uitgang in de kwaliteit. Ziekten onder het pluimvee waren het onvermijdelijk gevolg. Ingrijpen bleek noodzakelijk om verderen achteruitgang te voorkomen. Bij de teeltre geling werd hieraan de noodige aandacht geschonken. De maatregelen welke genomen werden, zijn de volgende: Vaststelling van een be paald broedseizoen. Bepaling van een minimum gewicht voor broedeieren. Bevordering om zooveel moge lijk eieren van goede stammen als broedei te gebruiken. Voor het broedseizoen werd de gunstigste 'tijd van het jaar uitgekozen. Te lichte broedeieren leveren gewoonlijk kleine, zwak ke kuikens. De invloed van de genomen maat regelen ter verbetering van den stapel uit zich door betere opfok- resultaten van de kuikens, gunsti ger productieverdeeling over het geheele jaar, toeneming van de ge middelde productie per hen, en ver- hooging van het gemiddelde eige- wicht. In 1937 werden verkregen: 14.861.697 kui kens, hetgeen overeenkomt met een gemid delde broed'uitkomst van 64.2 pet. (vorig jaar 62.3 pet.) 12.954.702 kuikens kwamen uit eieren be trokken van fok- en vermeerderingsbedrij- ven (gemiddelde broed uitkomst 65,1 pet., vo rig jaar 63 pet.) cn 1.906.995 stuks uit eieren van andere pluimveebedrijven (gemiddelde broeduitkomst 58.8 pet. vorig jaar 61 pet.) Over de broeduitkomst in de jaren voor de teeltregeling bestaan geen nauwkeurige gegevens, doch er werd algemeen aangeno men. datd eze zeker niet hooger zou zijn dan 55 pet. Zaaizaad- en pootgoedvoorziening. Ir. J. Siebenga, secretaris van den Neder landschen Algemeenen Keuringsdienst te .Wageningen, besprak vervolgens het onder werp: „Welke vragen treden bij de zaaizaad- en pootgoedvoorziening in Nederland naar voren?" De zaaizaad- en pootgoedvoorzie ning aldus betoogde hij is voor de geheele land- en tuinbouw een zeer belangrijk vraagstuk, dat telken- jare weer de aandacht vraagt, omdat de hoedanigheid van het gebruikte voortkweekingsmateriaal mede be slist over de grootte en de waarde van de oogst van het komende jaar. De eischen, die aan behoorlijk zaai- en pootgoed zijn te stellen: rasechtheid, raszui verheid, kiemkracht, gezondheid, zuiverheid en vochtgehalte, zijn algemeen bekend. Toch is blijkbaar nog onvoldoende doorgedrongen, dat de garanties omtrent deze eischen uit sluitend verkreeen kunnen worden door 'n behoorlijke controle op de herkomst ,ecn veld- en parfijkeurine, al dan niet gepaard met een attest van het rijksproefstation voor zaadcontrole. Naarmate de belangstelling voor behoorlijk geregelde zaaizaad-verwisseling toenam, is gezocht naar middelen om de belangen van tien gebruiker te beschermen. Onder deze maatregelen kunnen worden genoemd: de oprichting van het rijksproefstation voor zaadcontrole; de instelling der gewassenkeuringen sedert 1903; de jaarlijksche uitgifte van een beschrij vende rassenlijst, en de wettelijke maatre gelen, als de wet tot bestrijding van bedrog in den handel in meststoffen, zaaizaad en veevoeder in 1920; de landbouwuitvoerwet 1929 en de poot- aardappélwet 1932, died aarop berust en de plant enziektenwet. Bij het treffen van maatregelen ten be hoeve van de zaaizaadvoorziening zijn der halve onderscheidene instanties betrokken cn de vraag mag daarbij opgeworpen worden of er voldoende coördinatie is, waardoor de zuiVerste richtlijnen algemeen worden ge volgd en of de wettelijke voorziening vol doende is om deze te kunnen doorvoeren. In het bijzonder zal overwogen dienen te worden of: bedrog bij de handel in zaaiza den voldoende is te voorkomen of te ach terhalen. Het doel waarvoor de pootaardappehvet is ingesteld voldoende wordt bereikt. Er voldoende waarborgen aanwezig zijn. dat ter bevordering van de zaaizaadvoorzie- ninig op de sedert 1903 ingeslagen weg kan worden doorgewerkt. Met de meerdere belangstelling, die er is ontstaan voor de zaaizaadverwisseling, de rassenkeuze, etc. is gepaard gegaan een stre ven om daar kruising of selectie nieuwe rassen te verkrijgen, welke in opbrengst en kwaliteit uitmunten boven de vroegere al gemeen gebruikte landrassen. Aan deze nieuwe rassen, derhalve aan den arbeid van de kweekers heeft de land- en tuinbouw zeer veel te danken. Bij de vraag of in Nederland gecentra liseerde zaaizaad-voorziening in de toe komst gepropageerd zal dienen te worden, zal ernstig dienen te worden overwogen of de groote ideëele waarden, die aan de bestaande gedecentraliseerde regeling ver bondon zijn, niet verloren gaan. Uit de groeiende belangstelling voor het kweeken van nieuwe aardappelrassen, mag worden afgeleid, dat de gedurende drie ja ren gedane uitbreidingen gunstig hebben gewerkt. Ondanks het verschil van inzicht in de richting waarin de zaaizaadvoorziening zich zal dienen te bewegen, zal getracht dienen te worden om aan het begrip „ori gineel zaad" een dusdanige definitie te ge ven, dat het begrip wederom voor alle ras sen en kweekers een zelfden inhoud krijgt. WaniMr de verschillende inzich ten onvereenigbaar blijken, zal de zaaizaadvoorziening er mede gebaat zijn, Indien aan de overheid rege len worden gesteld, opdat het door de erkende keuringsdienst af te geven certificaat worde verstrekt naar algemeene normen en de ga ranties van alle rassen en kweekers dezelfde waarde vertegenwoordigen. Zelfs verdient het aanbeveling na te gaan of het niet gewenscht is om de nomencla tuur, welke bij de opname in de rassenlijs- ten en bij de keuringen wordt toegepast, wettelijk te sanctionneeren in een algemee ne wet op de keuring en handel in zaaiza- zaden en pootaardappelen, opdat tegen mis bruiken van de gebruikte termen kan wor den opgekomen, in navolging van hetgeen op dit gebied in andere landen geschiedt. Het congres werd hierna gesloten. Minister beantwoordt vragen van den heer Albarda. Op schriftelijke vragen van den heer Al barda in verband met het voornemen der Regeering dienstweigeraars onder te bren gen in een kamp op het eiland Rozenburg en betreffende den aard van den door hen aldaar te verrichten arbeid heeft de minis ter van Defensie geantwoord: Het ligt in het voornemen de dienstweigeraars wier gewetensbe zwaren overeenkomstig de wet van 13 Juli 1923, zijn erkend, te werk te stellen in een speciaal voor hen in te richten werkkamp op het eiland Rozenburg. Hun arbeid aldaar zal bestaan in het vastleggen van sterk in verstuiving verkeerende duin- groepen in bebossching, in verbe tering van den zomerpolder, enz. Werk van militairen aard zal, gelijk wel vanzelf spreekt, van hen niet worden gevorderd. Het noodige toe zicht in het kamp zal niet door mi litairen worden uitgeoefend. De di rectie van het kamp zal berusten bij den rentmeester der domeinen te Klundert. Krachtens artikel 3 van het Kon. besluit van 3 Mei 1924, houdende maatregelen ter uitvoering van de wet van 13 Juli 1923, be treffende dienstweigering, geschiedt de na dere regeling van de in die wet bedoelde tewerkstelling door den minister van De fensie. De noodige wettelijke grondslag voor de hierboven geschetste tewerkstelling, waaromtrent voor zooveel noodig overleg wordt gepleegd met den minister van Fi nanciën, onder wien het werkkamp zal ressorteeren, is derhalve aanwezig en eeni- ge wijziging of aanvulling van de dienst- weigeringswet is niet noodig. De voor de tewerkstelling noodige kre dieten zullen, zooals steeds, in de ontwerp- Rijksbegrooting worden aangevraagd. Chauffeur van één der wagens sloeg plotseling naar links af. Gistermiddag reed een Friesche personen auto, bestuurd door den 29-jarigen J. Kampe naar, van Groningen naar Twijzelerheide. Even buiten de stad, op den Frie- schen straatweg, ter hoogte van de melkfabriek Ommelanden, wilde de chauffeur een voor hem rijdende vrachtauto passeeren, doch deze laat ste die bestuurd werd door den 28- jarigen expediteur J. Kazemier uit Aduard, sloeg plotseling linksaf in de richting Leegkerk. Daardoor kwam de personenauto in de knel en botste eerst tegen den vrachtauto en vervolgens tegen een boom. In de auto zaten zes personen. Van hen werd de 56-jarige mevr. Gr. van der Veen uit Dantumawoude ernstig aan het hoofd gewond, terwijl zij bovendien een hersen schudding kreeg. De 52-jarige mevrouw Tj. van der Kooi uit Zwaagwesteinde brak het Jinkersleutelbeen en liep eveneens een ernstige hoofdwonde op. De 54-jarige mevr. G. A. de Vries, eveneens uit Zwaagwesteinde en haar 15-jarig dochtertje Cornelia kwa men er met niet ernstige hoofdwonden af. De vijfde inzittende van deze auto en de beide chauffeurs bleven ongedeerd. De twee zwaargewonden zijn, na ter plaatse te zijn verbonden, naar het Acade misch Ziekenhuis te Groningen overgebracht De personenauto werd zoo goed als ver nield. De verkeersbrigade heeft het onder zoek ter hand genomen. Oorlog, handel en( zeerooverij. Het einde der Hoangho-piraten. Als verschrikte kippen zijn de jon ken, die in rustige tijden Ghina's rivieren bevolken, onder het gedon der der ontploffende bommen en granaten uit elkaar gevlogen. Ve len van deze schepen werden in den grond geboord. Andere jonken heb ben hun bemanning verloren, wijl deze meer of minder vrijwillig bij het Chineesche leger is ingelijfd!. Maar verreweg de meeste booten zijn toch naar het uiterste zuiden van China gevlucht, naar de omge ving van het Britsche Hongkong en het Portugeesche Macao. Het schijnt, dat de dagen van het onbe kommerd visschen enrooven op de jonken van de Gele Rivier en de Jangtsekiang voor eeuwig voor bij zijn. Het leven op een Jonk. Het visschersvolk op de Chineesche ri vieren vormde reeds lang een wereld op Daar is veel zwendel bij de wichel- roede-beoefening, en waar het geen zwendel betreft en men tóch frappante uitkomsten krijgt, is het meestal zóó, dat de wichelroede evengoed vervangen kan worden door een pook of een mattenklopper. Om een voorbeeld te geven: een veldwachter was op zoek naar een boer, die een koe gestolen had. Hij kon de rampzalige niet vinden en wilde z'n pogingen juist opgeven, toen hij een wichelroede-looper, een kennis van hem, tegenkwam. Hij verzocht dezen den dief aan te wijzen, de ander haalde z'n roede van huis en... wees precies den weg aan waarlangs de dief geloopen had. Het eindigde met de arrestatie. Het is verbluffend, maar ook dit heeft niets met nuchter wichelroede- werk te maken. Het is zuiver een kwestie van telepatische overbrenging van gedachten. Op weg naar de oplossing. Onze vereeniging is niet zoo heel groot, alsdus de heer van Tengbergen, maar de kern bestaat uit zuiver wetenschappelijke personen, die het mysterie (want een mysterie is het nog steeds) pogen te door gronden, doch, let wel, ontdaan van iedere vorm, die naar het occulte zweemt. Aan onze vereeniging zijn toegevoegd adviseerende leden, doctoren en geleerden en het is buiten kijf, dat we thans steeds dichter komen bij de oplossing van het vraagstuk. Wanneer men daar echter zal zijn... dat ligt nog in de nevelen van het ongewisse verborgen. De invloed der golven. De proeven, die mjjgienteel genomen worden door geleerden, zijn Zeer interessant. Het zijn proeven, die bewijzen, dat zeer veel in het leven op aarde berust op het golf-wezen. Ver moedelijk berusten ontelbare functies van menschen en dier op aarde op de werking van deze golven en het is dit gebied, dat licht zal moeten doen schijnen ook over het wichel roede-probleem. Dat deze golven-veronderstelling niet uit de lucht gegrepen is, wordt door tal van bewijzen gestaafd: postduiven, bij voorbeeld in de nabijheid van radio-zend masten losgelaten, raken volkomen de kluts kwijt en verliezen de richting. Met trekvogels is het precies eender gesteld. Eerst als ze op een goeden afstand hier van zijn gekomen, vinden ze hun posi tieven weer terug. Het is een gebied, waarvan we nog zeer weinig weten, doch dat thans intensief be studeerd wordt, met name door den geleerden Lakhovsky, een Franschman, die reeds tot tal van interessante resultaten kwam. Het magnetistische gedeelte. Voorts heeft men ook te maken met het magnetistische gedeelte van het vraagstuk: ieder lichaam, ook het menschelijk, straalt en met een klein stukje staaldraad van een H millimeter dikte demonstreert de heer van Tengbergen dit: het draadje slaat herhaalde lijk om, echter bij ieder onderdeel van het lichaam op andere wijze. Bijv. tweemaal bij de neus, eenmaal bij de armen, 3 maal bij de voeten. Deze stralingen oefenen, ook vanuit de aarde, een kracht uit, waarmede de wichelroede-looper rekening moet houden en welker verklaring men nog zoekende is. Het schijnt mogelijk te zijn zekere ziekten- gevallen aan te duiden; het is zeer waar schijnlijk, dat verreweg het grootste aantal ziekten het gevolg is van afwijkingen in de lichaams-stralingen en zelf heeft de heer van Tengbergen eens een dergelijke interessante proef kunnen nemen. Een arts verzocht met behulp van de wichelroede een kanker-patiënt in de om geving aan te wijzen. Hij ging aan het werk en zie, de roede volgde een tweetal sporen. Bij de kruising hiervan lag, in de onmiddel lijke nabijheid, een woning en het bleek, dat in deze woning een kankerpatiënt ziek te bed lag. Demonstratie met de roede. Na deze bespreking noodigde de heer van Tengbergen ons uit met hem mee te gaan in den tuin en aldaar werd ons gedemonstreerd waartoe een simpel stukje ijzerdraad, op een bepaalde manier gebogen en dat de zelfde eigenschappen blijkt te bezitten als de haze laar, in staat is. Na eerst in horizontalen stand gebleven te zijn, sloeg de draad plotseling met een hoek van 45 graden naar beneden. Even later nog iets meer en vervolgens draai de zij om haar eigen as. In den grond, waarlangs wij thans loopen bevindt zich een waterader en proefondervindelijk is bewezen dat dit water er inderdaad zit. Op de zelfde wijze, uit de bewegingen van de draad, valt af te leiden waar zich ijzeraders in de aarde bevinden. Niet iedereen is het gegeven op deze wijze te ontdekken waar zich water of ijzer in den grond bevindt. Men moet over een zekere geestelijke constellatie beschikken, men moet goed kunnen concentreeren en gevoelig zijn voor de meest subtiele aandoeningen. Dan lukt het! Wij zelf hebben het ook geprobeerd en zie: zij het in belangrijk mindere mate, er kwam leven in de roede. Op enkele plaatsen drong zij met zachten drang naar beneden en dat op de zelfde plaats als waar dit gebeurde bij den heer van Tengbergen. Men moet het zelf hebben meegemaakt om zich een denkbeeld te kunnen vormen van deze sensatie. Het is een wonder en wij kunnen ons volkomen de reactie begrijpen die wichelroede- loapers uit de middeleeuwen kregen. Geen occultisme! Maar van occult bedrijf wil de heer van Tengbergen en zijn vereeniging niets weten: dat gedeelte van het vraagstuk is weer in handen van een ander. Ir. Koopman in Am sterdam, voorzitter van de afdeeling Psycho- logical Research. Ook dat heeft weer niets te maken met hetgeen somnabule's, clair-voyante dames, in het kader van madame Sylvia, ons trachten te doen gelooven en voor hun ont dekkingen geeft de Nederlandsche Vereeni ging tot Bescherming van het Wichelroede Vraagstuk geen cent. Z(j adviseert alleen maar: laat de ontdekkingen proefondervinde lijk bewijzen. En dan blijkt doorgaans dat het schwindel is. Alzoo sprak de heer van Tengbergen in het lieflijke dorpje Bergen, waar niets is wat aan lugubere nachtelijke omzwervingen van wichelroede-loopers herinnert. Waar geen katuilen worden geslacht en waar de volle maan schijnt om late vacantiegangers bij te lichten. Vertrek van Aankomst te Reiger JBasra 13 Sept. Alahab. 14 Sept, (heenreis) Specht [Rangoon 13 Sept. (terugreis) Ibis I Schiphol 15 Sept (heenreis) I Valk Band. 15 Sept. (terugreis)l 1 Bagdad 14 Sept, Op het te 's Hertogenbosch giste ren en lieden gehouden 89e Neder landsche Landhuishoudkundig con gres zette Ir. C. van Meel, consulent van den Noord-Brabantschen Chris- telijken Boerenbond uiteen, hoe vol gens hem de jonge boer zijn vrijen tijd moet gebruiken. Met groote voldoening mag ge constateerd worden, zeide spr. vol gens liet Hbl., dat de jonge boeren niet met de werkloosheid te kam pen hebben, dus niet met een ge dwongen vrijen tijd. De normale vrije tijd zijn de Zon dagen, heilige dagen, vrije avonden in den winter. Men moet dien vrijen tijd besteden met: a. studie, het op hooger peil bren- gen van zijn algemeene ontwikke ling, b. ontspanning, welke hem past, en die met staat en stand overeen komt. Een van de vormen van ontspan ning is de sport. Ook hiervoor zeker geldt dat gewaakt moet worden te gen overdrijving. Er is maar één sport, die bij uitstek geschikt is voor den jongen boer: dit is de lan delijke ruitersport, zichzelf, waarin belastingambtenaren, po litieambtenaren, politie agenten en een bur gerlijke stand volkomen onbekende dingen waren. Slechts eenige malen per jaar kwam dit visschersvolk met de buitenwereld in aanraking: kort voor den vischtijd kooht men groote hoeveelheden zout op crediet en na den vischtijd verscheen men dan weer in de kantoren, om zijn schulden met gezouten visch te vereffenen en nog wat geld toe te krijgen. De vischtijd duurt steeds van October tót Mei, daar in de zomermaan den de wind te onbetrouwbaar is. Maar de zen winter zal er van het visschen wel weinig komen. Want zelfs dicht onder de kust zullen de Japanneezen het Chineesche visscherijbedrijf wel onmogelijk trachten te maken. Het visschen op de groote jonken betee- kent toch al reeds een soort geluksspeL Soms vangt men voor een waarde van 3000 dollar aan visch maar het gebeurt ook dik wijls, dat men met een leege boot naar huis terugkeert. Vreugde en leed worden door alle families, welke zich aan boord bevinden, gedeeld. De grootste ondanks gelapte zeilen zeer zeewaardige schepen herbergen dikwijls tien families en bet was niets ongewoons, indien men jongens en meisjes van drie jaren naast de ouderen een jonk zag voortroeien. Den jongens werd gewoonlijk een houten blok op den rug ge bonden, opdat zij niet konden verdrinken, wanneer zij in het water vielen. Vrouwen: zijn onder dit visschervolk niet zeer in tel en bij de meisjes nam men dergelijke voorzichtigheid&maatregelcn dan ook nim mer! Ontbrak er aan boord een arbeidskracht, dan werd er van een naburige jonk een kleine jongen gekocht of gestolen. Het ver dwijnen van dezen kinderhandel zal ten minste een voordeel van de nieuwe situatie in de Chineesche wateren zijn, want reeds thans ziet een Chinees liever een eter min der dan meer in zijn familie. Bovendien is er thans ook wel een eind gekomen aan de minder nobele nevenbedrijven der jonken bewoners, zooals opiumsmokkel, menschen- roof ter afpersing van een losgeld en over vallen op koopvaardijschepen. De Hoklo-booten, de haaien vart de Janqtse. Gevaarlijker dan de groote jonken waren voor de veiligheid van de Chineesche ri vieren sinds oudsher de kleine booten van ongeveer zes meter lengte met hoogen boeg en zeer geringen diepgang. Hun eigenaars belmoren tot den stam der Iloklo, een soort waterzigeuners, die in kleine paalwoningen aan de oevers van de groote rivieren leven, up den dag zitten deze gevaarlijke gezel- en vredig op het strand in de zon en her- K«. K-ihu,n notten' Wanneer er een politie- ambte komt en vraagt, wie wel in den on',"'n nac'>t de pleizierjonk van den J!" '11 hoopman Li-sing overvallen heeft, -iijnzen zij en zweren, dat het een „poen- }an.. een Sr°ote visschersjonk geweest stam Pn heslist niemand van hun «Vreemdelingen" heeten deze Chi- He fnn\WI -hUn volk onder de Tsin-dvnas- ènu Jaar 2/19 voor Christus uit het rivieren'leeft" en sindsdien °P de snelle V.n'"!0 bun Weine, maar pijl- den nacht lil» P -R<!n in hot donkcr van der Hok n eigenaardige rieten hutten sche riv oro t oevers van alle Chinee- sjoekwo T on. i a.an de grcils van Mand" sche Vee VangS dekus,cn van de Chinec- aenden HnU ÜU de Iaa,Rte weken dui trokken no?." naar Zuid-China ge- gers van rn i Gn-Z1Jn versierd met slin- Ietters saatte PaPier- waarop in gouden blijft verre lü ^°n "Koen" Tai hier - is n 1 ,i„ k J geesten!" Koeng Tai Maar 7il'vprnTlmhp1Kder Iloklo. Pen niets teg-en politie Koudcn ,cttcrs hel" <e hopen dat lle li hommen. Het is

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1937 | | pagina 2