Van voorbije dagen (V) §1*1 ZIJN STIJVE NEK IN 8 UUR GENEZEN KLOOSTERBALSEM k prebihhüurten J. DUNSELMAN s (Met een antwoord aan den heer W. N. Kikkert) VjütAche,\ij, Zaterdag 23 October 1937 Derde Blad Texelsch nieuws DOOR KLOOSTERBALSEM Lachen doet ons leven" H.W.ZEGEL De waarheid! Texcl-nieuws Vertrokken personen Texei Juwelier - BEEMSTERBOER^ Weekoverzicht Helderschc Visscherij IJmuider vischprijzen Vischafslag Den Helder MANUFACTUREN Keizerstr. 24 - Den Helder In het jaar 1856 verscheen hij de uitgevers Weytingh en Van der Hart een boekje van 150 bladzijden over het eiland Texel en zijn bewoners. De uitgave was mogelijk geworden doordat anderhalf honderd Texelaars er bij voorbaat op ingeteekend hadden en ik wees er reeds eerder op om met de deur in huis te vallen dat het boekje vooral waarde heeft voor een studie van Texelsche toestan den omstreeks het midden der vorige eeuw. Voor de oudere geschiedenis van het eilana heeft het boekje even weinig te beteekenen als de andere boekjes, die Allan o.a. geschre ven heeft over Marken en Vlieland. Naarstig- lijk heeft Allan plagiaat gepleegd uit de brie ven van Pieter van Cuyck, waaruit geheele stukken, alweer mèt de fouten, werden over genomen. Bovendien maakte hij gebruik van andere en minder betrouwbare bronnen. Merkwaardig is het om het boekje over Vlieland eens te lezen, waar de zeden en ge woonten van de bewoners van dat eiland be schreven worden. Klaarblijkelijk was Allan daar niet goed mee op de hoogte: zonder schroom schrijft hij Van Cuyck na, waar deze notabene het leven van den Texelaar beschrijft! Welnu, deze „geschiedschrijver" Allan wordt door den heer W. N. Kikkert te Amsterdam als een voorbeeld van betrouwbaarheid genoemd in een critiek op één dezer korte schetsen! Reeds eerder heb ik er op gewezen, dat bijna alle historische schetsen zonder critischen zin na geschreven werden uit boekjes van twijfel achtige waarde en reeds eenige malen vestigde ik de aandacht op de noodzakelijkheid van „bronnenstudie" in de Provinciale archieven te Haarlem en Leeuwarden, in het Bisschop pelijk archief te Utrecht en in het archief van het Algemeen Weeshuis te Den Burg. Als mijn geachte tegenschrijver zich de moeite wil getroosten zijn schreden te richten naar de hoofdstad van zijn provincie, zal hij daar in register 95 de gegevens kunnen vinden, die ik bijna letterlijk overnam in mijn artikeltje over het Eyerlandsche Huis en hij zal daar dan de correspondentie aantreffen tusschen de Hoogmogende Heeren van het gewestelijk bestuur te Hoorn en de weduwe Margaretha van der Markt, van wie de heer W. N. Kik kert een verre en trotsche nazaat blijkt te zijn. Hij zal dan inderdaad tot de ontdekking komen, dat deze dame in het jaar 1766 ver zuimd had om aan haar verplichting tot het leveren van „kaas en conijn" te voldoen. Op 12 Februari 1767 werd ze bij een brief van de heeren genoopt om binnen veertien dagen zeventig gulden aan de weesmeesteren op Texel te betalen. Dit bedrag vertegenwoor digde de belasting, die gewoonlijk in natura werd voldaan. Het spijt ons voor den heer W. N. Kikkert, dat ik een enkel feit van de geschiedenis van zijn voorgeslacht nader heb moeten belichten. Ondanks „de zeer goede maatschappelijke positie, waarin zij (de weduwe Van der Markt) zich bevond en ondanks de gegevens, waarover de heer W. N. Kikkert schijnt te beschikken, kan zijn ingezonden stuk aan de officieele gegevens uit het archief niets veranderen. Het komt nogal eens voor, dat de schrij vers van plaatselijke geschiedenissen uitslui tend de goede en betere feiten uit de geschie denissen naar voren brengen. Alsof in den loop der eeuwen heen streek of dorp een lustoord was geweest, waar de leeuw en het lam voortdurend met elkaar in vrede leefden! En nè, hen komende belangstellenden, die opnieuw die geschiedenis citeeren, verzui men evenzeer de aandacht te vestigen op de minder mooie toestanden en feiten, die op hun geliefde woonplaats betrekking hebben. Hoe vaak is Pieter van Cuyck al aange haald? Tallooze malen, maar nog nooit von den wij een citaat uit de brieven over de on deugden van de Texelaars, die deze z«o om streeks het einde van de achttiende eeuw toch ook wel gehad hebben. Ik zelf ben een enthousiast Texelaar, maar zou ik daarom blind zijn voor de gebreken, die elk sterveling en zeker elke bevolkingsgroep heeft? In zijn twaalfden brief schrijft Van Cuyck over de Texelaars: „In hun kleeding zijn ze zeer net, en hou den veel van opschik; geloof vrij, dat eene jonge Texelsche boerin zoo veel tjjd noodig heeft om zich op te kappen, als eene dame Een stijvfc nek behoeft Ge dus niet langer te hebben mlk had den geheelen dag door regen achtig weer geloopen met een sner penden wind. Toen ik s'avonds thuis kwam, kon ik mijn hoofd niet meet bewegen, zoo stijf waren de spieren van mijn nek. Ik ging vroeg naar bed maar liet mij tevoren eens stevig wrij ven mei Kloosterbalsem, 's Morgens was ik verrast te bemerkendat er van mijn stijve nek niets meer tt be speuren was. De Kloosterbalsem had mij in een enkelen nacht, of in 8 uur van m'n hevige stijve nek af geholpen. S. Sch. te den H ft Jf Jf PIJ't OKIOINEEl TER INZAGE Geen goud zoo goed" Onovertroffen bij brand-en snij wonden Ook ongeëvenaard als wrijfmiddei bij Hheumatiek, spit en pijnlijke spieren Schroerdoos ct Potten: o2ti -t. en 1 04 van de waereld; zij zijn zeer gesteld op haar blankheid, zoodat zij nooit, zelfs niet voor een oogenblik, in de lucht zullen koomen, zonder haare kaper of strooijen hoed op te zetten: de meisjes van het Dorp Oostereind kunnen elkander aan het kapsel onderschei den." Er volgen dan eenige deugden, als matig heid en zindelijkheid, maar dadelijk daarop volgen de ondeugden: hoofdig, wantrouwend, baatzuchtig en „zoo lui als de Spanjaarden". Een andere ondeugd, die sommigen eerder als een deugd zullen zien, volgt dan: „zij hebben weinig besef van het onderscheid der standen in de burgerlijke maatschappij: heer, vrouw, knegt, meid, ouders en kinderen zijn bij hen bijna alle in denzelfden rang". Verder: „Het daadelijke voordeel is het eenige middel, om de Texelaars in beweging te brengen, eh hun iets ten algemeenen beste te doen onder- neemen". Van Cuyck hekelt de snoepzucht in dc volgende woorden: „Jaarlijks worden voor zeventien of achttienduizend gulden babbe- luinen (een soort koeken) van Amsterdam naar Texel gebragt". En hij gaat nog eenigen tijd voort op een pad, dat ik nu verlaten zal. Het is nu eenmaa niet mijn bedoeling Texel of de Texelaars in een ongunstig dag licht te stellen. Integendeel mijn sympathie voor het eiland en zijn bewoners was oor zaak, dat ik deze historische schetsen schreef. Maar de objectiviteit moet óók in dagbladlectuur zoo veel mogelijk worden na gestreefd en men bewijst Texel een kwade dienst door deze uit het oog te verliezen! J. VAN DER VLIS. Voor een geheel uitverkochte zaal traden gis teravond Paul Ostra, Jopie Koopman en Syl- vain Poons met bovengenoemde cabaret-revue in Pen's Schouwburgzaal op. Ook zou de muzi kale fantast Joop de Leur mee naar Texel zijn gekomen, doch door lichte ongesteldheid, moest hier voor den heer V. Limburg invallen. Het gezelschap heeft evenwel een geweldig succes gehad. Reeds door zijn uiterst geestige inlei ding had Paul Ostra direct volledig contact met zijn publiek, de snedigheid waarmede deze artist, (die voor Texel geen onbekende is) iedere gebeurtenis in de zaal in een grap wist om te zetten, was werkelijk onverbeterlijk. Na Paul Ostra trad Jopie Koopman op met een paar alleraardigste liedjes, naast een schitte rende voordracht bleek deze bekende artiste ook over een heerlijk zuivere stem te beschik ken. Sylvain Poons, dien we hier voor het eerst zagen, was volkomen op zijn plaats in dit uit nemend trio. Onbedaarlijk heeft vooral het pu bliek gelachen bij zijn voordracht als de oude Schoolmeester en een Geschiedenisles. Er werd waarlijk hoogstaande kunst gegeven en het doel is in den titel der cabaret-revue vermeld „Lachen is ons leven" is volkomen bereikt. Er gingen waarlijk (zooals in de aankondiging van deze revue werd vermeld) voortdurend lach salvo's op. Het meeste succes had het gezel schap met de voordracht „Wat zou U doen in dit geval" waarbij de aritisten enkele jongelui van hier wisten te bewegen de voordracht te herhalen. Een prettig bal volgde op dezen avond; de heer Pen had hiervoor een uitstekend muziek gezelschap geëngageerd hetgeen wel bleek uit de schitterende xylophoon-solo, die we in de pauze te hooren kregen en die een welverdiend applaus verwierf. CiNE-EN PCfTOHANDEL KONINQSTCAAT 73. TELEFOON 279 ONTWIKKELEN- AFDRUKKEN- VERQROOTEN Er wordt als kind je reeds geleerd, Dat leugens zijn totaal verkeerd, Je moet altoos de Waarheid spreken, Dat is voorwaar heel goed bekeken. Want liegen is verkeerd en slecht, Dan komt er niets van je terecht. Wanneer een kind de waarheid zegt, Dan zegt men dikwijls is dat echt? Dan zegt men extra tot dat wezen: Ik kan het op je voorhoofd lezen. Wanneer je jokt, groeit voor je straf, Je handje later boven 't graf. Wanneer je ouder bent en wijs Dan zeg je dikwijls het is grijs, Zooals die man daar staat te liegen, Je ziet hij staat je te bedriegen. Hij prijst je iets voor waarheid aan, Hoe zal het later hem vergaan? Wanneer het waar is van het voorhoofd, Wanneer het waar is van de hand, Dan moeten wij als Nederlanders Gaan uitzien naar een grooter land, Ons land is maar een heel klein plekje, Voor alle leugens veel te klein. Om al de handen te gaan planten, Moet ons gebied veel grooter zijn, Bij velen had het menschelijk voorhoofd, Als waterhoofd ook nog geen zin, Wanneer ook dat was volgeschreven, Dan was men nog slechts aan 't begin. JAN MENS. Het elftal, dat Zondag tegen Hollandia uit komt is eenigszins gewijzigd. De Graaf komt in de voorlinie uit. G. Witvliet neemt zijn plaats als spil; H. Ran wordt vervangen door J. Bruin Wz. De samstelling is als volgt: Dukers D. Zuidewind Joh. Ran H. Neyens G. Witvliet A. Huizinga M. Vlaming P. Kikkert P. Neyens De Graaf J. Bruin Wz. Reserve: A. Anrat. van 16 tot 22 October 1937. Emelie Langeveld, doopsgez., geh. m. A. J. de Graaf, van Suikerweg 6 naar Rotterdam, Kolendrechtsche Langedijk 18a. Stefani Music, r.-k., van Oudeschild 38a naar Koningstraat 8, Den Helder. Divera Euphania Witte, r.-k., van B. 85 naar Aardenhout-Bloemendaal, Klooster St. Franciscus. Joh. Bakker, r.-k., van De Mok, en echtge- noote Margaretha v. d. Vis, van Warmoes straat 57, Den Burg, naar Polderweg, Den Helder. F. C. A. v. d. Bosch, r.-k., van E. 3 naar Sassenheim, Tijloostraat 37. Anna Pronk, van Oudeschild 244 naar Alk maar, Nassauplein 11. Ingekomen van 16 tot 22 October geene. BOUWVERGUNNINGEN. Verleend aan S. Bakker Sz. voor bijbouw woonhuis in de Peperstraat tc Oosterend. Gevonden: een halsketting, een bood- schappentasch, een damesfiets. Een aardig kijkje van de Groene Plaats uit op de Ned. Herv. Kerk in Den Burg. BURGERLIJKE STAND. van 1622 October. GEBOREN: Jan Cornelis, z. v. Krijn Rie- mens en Rigtje Schaap; Martinus Nicolaas, z. v. Eelke Groot en Emma Kiljan. GETROUWD: Albertus Justinus de Graaf en Emelie Trijntje Langeveld; Jan Plaatsman en Jannetje Voigt. OVERLEDEN: Klaas Duinker, 83 j., geh. met Guurtje Kikkert; Piroska Kerekes, 27 j., gehuwd met Egbert Luit Jan Lap. ENGELSCHE VISSCHERIJ DEELT NIET IN DE OPBLOEI. De Britsehe zeevisscherij heeft niet haar deel gekregen van de golf van voorspoed, die over het land gaat, aldusde Fishing News. Het rapport, waaruit deze zinsnede genomen is, komt in een tijd, dat de trawlvisscherij, die haofdzakelijk haar afnemers vindt in het bin nenland, lijdt onder een inzinking, welke met die van 1932 vergeleken kan worden. Het ver schil is echter, dat de depressie van 1932 paste paste in het kader van de algeheele in zinking, waarbij alle bedrijfstakken betrok ken waren. Sedert dien tijd is er een groote verbete ring in de industrie gekomen, maar de vis- scherij is hier buiten gevallen. De lichte ver betering, die viel waar te nemen in 1934, heeft niet doorgezet en vele maatschappijen, vooral die, welker schepen varen in de dichtbij ge legen wateren, verkeeren in financieele moei lijkheden. Over-productie. Er zijn vele oorzaken voor deze moeilijk heden en één ervan komt wel zeer duidelijk naar voren. In 't kort, een oorzaak van de depressie is zeker overproductie. Terzelfder tijd zijn de productiekosten ge stegen, want van alle werktuigen, die voor de trawlvisscherij noodig zijn, zijn de prijzen verhoogd. De kleine verbetering in de haring-industrie heeft in zooverre doorgezet, dat het dit jaar over het geheel genomen beter is geweest dan het sinds langen tijd was. De toestand is nog steeds allesbehalve rooskleurig, maar het is 't Is van ze,lf net zoo ofkommé, as ik en lange Wullem dochten: herrie in „Keudas, onze nuwwe tooneelvereeniging. Je weet wel: Kunst en uitspanning door aller samenwerking. Over de rollen, zoodat de uutvoering vooreerst niet deurgaat. En wie nou skuld het, volt niet precies uut te visschen, maar weer is het, dot lange Wullem, zóó as-ie hoort, dot Duuwtje van Aai ok meespeult, teugen me zeit: „Do's ofloope, Biem, vandaag of murgen leit Keudas op zien reg. Help uutkieken." 't Begon al derek na de eerste vergadering We, ik en Jonnie, wazze' op de bruteree von Grietje-nicht, die dan onverhoopt toch nag onder de ponnen zal raken met d'r drie en veertigste, na veertien jaar 'skorreld te hew- we' met die snurker uit de Dennen en niks aarsopspaart as een theelichtje van de bon nen. „Wil je wel gelooven", zeit Jonnie, „dat 't onwennig zal wezen voor 't durp, as je dot stel 's Zundags niet meer over de weg ziet skuve', wont hee miste gien ien keer." Zoo vost as een huur kon je Dirk elke Zundagochte' met 't korretje zien verschie- nen. 't Peerd wist 't pod ol en hiew uut zien eige' stil voor de Mosselbuurt. Maar laat ik nou niet liegen: ien Zondag het-ie overslog'. Toen moest-ie naar de dokter, want -ie had het te kwaad met zien dormenkossie, ver- telde-d-ie ons later. „Foei, Dirk,", zei Grietje-nicht, „wat ben dot voor uutdrukkings, je bent hier onder nette burgermenschen, je ken toch wel zeg gen: Wot hew ik een pien in m'n buuk had." Afijn, we zitten don zoo op de bruteree en we hadde net e hèèle bos neven en nichten ofzoend en 'feliciteerd en Grietje hod net ons cadeautje uutpokt een schilderee von Pupelikediek met wot boomen, skèèepen en een boerplaas met rood dok toe Duuwtje von Aai binnenstapte. Nou, en ze zit nog niet, of zoo langs d'r neus weg, zeit ze: „Is 't weer, Biem, dot jullie gaan tooneel- speulen? 'k Hew er zooiets von 'hoord, guster bee meester Hannema." Dat was vonzelf, om ons de oogen wat te steken, dot ze bee Hannema op visite 'weest was. Zoo'n deftigheed is Duuwtje nuo, zie je. „Wel, we zaten don on de koffie met een biskwietje van Verkade en..." „Nou, nou," komt Dirk, de brugom, deer iniene tusschendeur, „meester doet niet min der. Ik ben ol blied, os 'k een endje blauwe koek krig, wanneer we een koppie doen; of harreketaai desnoods." „Geef mee maar sukerketaai," zeit Jaap Smit. En Grietjenicht: „Do's nou gien preat, Jaap, sukerketaai is oltoos lekkerder as harreketaai. Wot jee, Bien?" „Laat Duuwtje eerst eres uutpraten over d'r biskwietje," zeg ik zoo, wont 't begrootte me, dat Dirk 'r zoo pordoes 't woord of- sneje' had en met, dot ik 't zeg, krig ik onder tafel een voer von Jonnie. „Hufter," sist ze, „nou begint ze vonzelf weer over Keudas." En Duuwtje vervolgde: „O ja, do's weer ok. Goed, we zitten dus zoo on de koffie en ik zeg: Hé, Verkade, zou dot diezelfde Verkade wezen, die ok wel too- neelspeult? Nou, en toe begon meester te lachen en mevrouw zeit zoo, uut een lolletje vanzelf, dot binnenkort Verkade op 't durp een lesje ken komm' halen bee Keudas en metien d'r bovenop: Zeg Fred, die rol van de gravin is net iets voor mevrouw Baars". Je begriept, Jonnie zot op hèète kolen, wont kiek eres on, os d'r rollen te verdeelen zijn, hoet meester Hannema dot niet op z'n eege' houtje te doen en bovendien, dot opge- sne over „mevrouw Baars"! Toch zeker om je dood te lachen! Dus Jonnie zeit: „Zeker, voor die rol van gravin hodden we nag niemand, maar die ken iedereen ok niet speulen". „Dat hoef je mee niet te vertellen," ant woordt Duuwtje, „Deer benn' d'r maar heel weenig geschikt voor." En omdat Jonnie d'r oogen weer zoo gevaarlijk dicht kneep, vroeg Grietje-nicht, om het onweer wat of te leeje'; „Wat beteekend „Keudas" eegelijk?" „Kunst en uutspatting doen altied samen," zeit Duuwtje prompt. 'k Docht, dat ik temet van me stoel tumel- de van 't lachen en Jonnie kreeg er de hik van. „Kunst en uutspotting," gierde ze, „hoe kom je d'r bee, we benne' gien nochtclub." „Zoo, 't skeelt aars niet veul," vinnigde Duuwtje, ,,'k Wil gien namen noemen, maar d'r zit er hier in deuze kamer lentje, die om over twaalven in een teil met water sprong achter op 't strietje bee Aris". „Die slog is jou, Duuwtje," riep ik, want ik wou niet kwaad worden, „weer wil je 'em hewwe?" Gelukkig wier 't zoowot tied om op te krossen en terwijl we overeend gingen, zeit Dirkt ,,'k Ga zooveert mee, Biem, wont ik moet nag een rööster bestellen." „Best, we loopen dus samen op en Jonnie gaat vast naar huus. Bee de meubelwinkel staat Dirk stil. „Hier moet ik wezen," zeit-ie. „Loop effe mee naar binnen, meskien ken je me nag raad geven." „Ja?" zeg ik, „nou, m'n eerste raad is, de iezerwinkel op te zoeken, je had 't toch over een rööster?" „Had ik ok. En wat jee met je iezerwinkel bedoelt, gaat boven mien petje." Hee na binnen; en ik mee: Zeit-ie: „Juffie, 'k moet een rööster." „O," kirt ze, ,,'k zal juffrouw Alie effe roepen." Juffrouw Ali komt. „Juffrouw, 'k wou graag een rööster." „Een rooster?" Dirk wordt paars. „Ja, juust, een rööster!" ,,'k Zal meneer effe roepe, meneer." Deer komt meneer. „Ha", zeit-ie. „Dirk! Nog wel gefeliciteerd, kerel. En wat wou je gehad hebben? „Een rööster," zeit Dirk koppig. „Hewwe' jullie zóö'n ding, ja of nee?" „Natuurlijk," zingt meneer, maar hee kekt naar mien of ik het 'm uut wil leggen. Hee ken net zoo goed naar wossen poppen kieken. „Hoe groot wou je 't hebben? Zoo onge veer?" „Nou, do's ok wat, de gewone maat von zelf, Grietje heit toch gien buten-model?" „O, is 't voor Grietje?" vraagt meneer wanhopig. „Ja. vonzelf, gniest Dirk. „Ze heit veertig jaar of een koffen bed 'slèèpen en nou wil ze wel es op zöö'n iezeren ding. Hewwe' jullie d'r niet meer?" „Ha, ha!" schriwt meneer, „natuurlijk hebben we spiraalmatrassen! Al kwam je met tien Grietjes!" Zöó kwam ik nag vroolijk thuis en ik was „Keudas" heelegaar vergeten, toen ik Jonnie skriwwend ontrof. Meeste was net 'wees en hod 'zeid, dat zee de rol had van de kamenier en Duuwtje voor de gravin speulen. Nou, en dat vertikt Jonnie en ik en lange Kullem benne' d'r ok niet von gediend, dat olies achter je reg beskorreld wordt, dus nou moeten ze maar zien, dat ze „De erfenjs van de Bultenaar zonder ons op de pionken bren gen. Maar net zöó 'k zeg, 'k zie het nag niet 'beuren. BIEM. 7 U. Ned. Herv. Gemeente. Den Burg, v.m. 10 u. Ds. Visser. Oosterend, v.m. 10 u. Ds. A. Kok. De Waal, v.m. 10 u. Ds. v. 't Hooft, H. Avondmaal. Den Hoorn, v.m. 10 u. Ds. Moen. De Cocksdorp, v.m. 10 u. en n.m. Ds. Salm. Maandcollecte. Oudeschild, v.m. 10 u. Ds. Scholte Doopsgezinde Gemeente. Oosterend, v.m. 10 u. Dr. Vis. Den Burg, n. m.7 u. Dr. Vis. Kerkbus van De Koog. Den Hoorn, v.m. 10 u. Ds. Smidt. Geref. Kerk. Den Burg (Geb. Fanfare), v.m. 10 u. Cand. Wouda, n.m. 3 u. Ds. v. d. Leer. Oosterend, v.m. 10 u. Ds. v. d. Leer, n.m. 3 u. Cand. Wouda. Geref. Kerk. H.V. Oosterend, v.m. 10 u. en n.m. 3 u. Ds. E. Kok. Leger des Heils. Zaterdagavond 8 uur, Straatzang Den Burg. Zondagmorgen 7 uur, Bidstond. Zondagmorgen 10 uur, Heiligingssamenkomst. Zondagmiddag 4 uur, Openluchtsamenkomst. Zondagavond 8 uur, Verlossingssamenkomst. Jeugddiensten. Zondagmorgen 9 uur, Handleiding. Zondagmiddag 12.30 uur, Compagniesamen komst. Zondagmiddag 5 uur, Heilsamenkomst. tenminste al een voldoening een kleine vooruit gang te kunnen constateeren. De kleine visscherij. Een kleine visscherij van eenige beteekenis voor de kustvisscherij, vooral op de Oost, Zuid- Oost en Zuidkust is de visscherij op sprot. Dit is een tak, die in een bepaald seizoen kan wor den uitgeoefend en die tamelijk onzeker is wat de uitkomst betreft. Dit jaar is het seizoen beter dan het in de laatste zes jaren geweest is. Zeer gedupeerd; onmiddellijke hulp dringend noodig. Zooals trouwens te voorzien was, was de vischaanvoer deze week zeer gering. Het groote aantal vaartuigen dat wegens onge schiktheid niet meer mag uitvaren, tenzij er eerst de noodige herstellingen aan zijn ver richt, laat zich noode missen. Want, het is niet gering dagelijks een veertien-tal botters minder aan de markt te hebben en dat juist in een tijd dat ook een deel van onze schepen voor IJmuiden aan het garnalenvisschen zijn. De vischaanvoer is te gering. De kooplieden hebben daardoor ook geen werk voor hun per soneel en kunnen hun klanten niet bedienen, moeten dus de noodige bestellingen laten gaan. Men ziet dus de verstrekkende gevolgen van de genomen maatregelen. Het is dan ook zeer wenschelijk, dat er middelen gevonden worden en wel zoo spoedig mogelijk, waardoor de schippers in de gelegenheid worden gesteld hun schepen in orde te laten brengen. Het is hard noodig èn voor de schippers met hun mannen èn voor de handelaren met hun per soneel. Immers onze visscherij is ook een groot raderwerk dat in elkaar grijpt en waarvoor geen onderdeel kan worden gemist. De regeering is bereid bevonden 65 pet. van de te maken onkosten tot een maximum van duizend gulden te vergoeden. Maarwie helpt aan de resteerende 35 pet.? Is er nu geen instantie, die bereid is den schippers een renteloos voorschot te verleenen b.v. op voor waarde, dat een zeker percentage van de be somming der verkochte visch wordt ingehou den? Lezers het gaat hier om het belang van menschen die gedoemd worden straks steun trekkers te zijn, ze willen werken en graag. Geeft hun de kans om het hoofd boven water te houden. De ellende door het leggen van de Zuiderzee dijk en de crisis is werkelijk al groot genoeg. Hen helpen finantieel beteekent hen ook moreel voor ondergang te hoeden. De prijzen aan den rijksvischafslag te IJmui den waren gisteren: tarbot 8675 c„ tong 1.30—1.—, beide per kg.; griet 24—17.50, zetschol 15.50, kleine schol 15.504.50, schar 8.101.05, kleinmiddel schelvisch 15.50, kleine 143.70, groote gul 109, kleine 71.55, wijting 3.201.45, makreei 8—2.25, versche haring 3.50—1.60, alles per 50 kg.; kabeljauw 4324 per 125 kg.; vleet 1.25, leng 1.050.90, koolvisch 0.950.35 alles per stuk. 22 October. Aangebracht door korders: Tongen per kg 1.161.06 Slips ti o.92 Schol le soort p. kist 7.507 00 Schol 2e soort 3.00—2.70 Schar 2.25—1.80 Door garnalenvisschers: Gekookte garnalen per kg 0.15 COUPONS lijdelijk QQ 6 el prima Nederl. Flanel ct* Tijdelijk

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1937 | | pagina 9