Di. Deckers als R.K.
Wiervisschers niet onder de
Zuiderzeesteunwet
Postvluchten
op Indië
Politiek proces te Parijs
Zuiderzeesteun mag nog
niet geliquideerd
De drooglegging van den
N.0.-Polder
Militair vliegtuig
verongelukt
Fransch journalist uit
Duitschland gezet
Elecfrificatie en water
voorziening
Critiek in de
Roomsche pers
Nieuwe Rijkszuivelconsulent
Heeft dc N.V. „Centrale Bagger
bedrijf" het monopolie
Prins Bernhard naar
Duitschland
Onverwachts overgestoken
„Maasbode" op de bres voor den
oud-minister.
Vele groepen der R.K. Staatspartij hebben
destijds bij de candidaatstelling voor de
Tweede Kamerverkiezingen getracht Dr.
Deckers, den oud-minister van Landbouw
en Visscherij, als no. 1 van de kieslijst
's Hertogenbosch te verdringen, vanwege
het feit, dat hij in het ministerie Colijn
zitting had genomen en aan het toenmali
ge, door de R.K. Staatspartij veel becriti-
seerde regeeringsbeleid, zijn medewerking
verleende. Deze toeleg is echter niet gelukt.
Thans zijn deze groepen en de hem verte
genwoordigende pers erover verbolgen, dat
dr. Deckers fractieleidei der R.K. Staats
partij in de Tweede Kamer is geworden.
Zoo schrijft „Ons Noorden":
„In de plaats van mr. Van Schaik krij
gen we nu als leider van de fractie een
persoon, die nog veel meer dan mr. Van
Schaik, de verpersoonlijking is geweest van
een Regeeringsbeleid, waartegen de Kath.
Kamerfractie steeds scherp stelling heeft
gekozen en waartegen ons kath. kiezersvolk
in de afgeloopen zomermaanden naar de
stembus is geroepen onder de leuze, dat
een geheel andere koers moest worden in
geslagen.
Is dan heel die oppositie van de Kamer
fractie, heel die verkiezingsactie een come-
diespel geweest?
Wij kunnen ons levendig indenken, dat
onze politieke tegenstanders en ook velen
onder onze eigen kath. kiezers op deze
vraag niet anders dan een bevestigend
antwoord zullen geven.
En wij willen eerlijk verklaren, op dit
oogenblik geen kans te zien bij gebrek aan
redelijke argumenten, om de juistheid van
dit antwoord te betwisten.
„De Maasbode", zegt het blad ver
zekerde ons gisteren met nadruk,
dat de keuze van een fractie-voorzit
ter een zaak is, welke alleen de
fractie aangaat en waardoor deze
alleen de verantwoordelijkheid
draagt,
Een stelling, welke wij met allen
nadruk ontkennen. De kath. frac
tie is geen sociëteitsonderonsje, waar
mee ons kath. volk niets te maken
heeft.'
De „Nieuwe Venlosche Courant" acht de
keuze ontactisch.
„Hoewel wij tegen vooroordeelen zijn, wijl
"wij niet voldoende kunnen oordeelen en ook
Dr. DECKERS.
niet gelooven, dat het noodig is, hadden wij
een zich terugtrekken toch zeer tactisch en
zegenrijk gevonden: dat zou 'n groote daad
zijn geweest.
En nu wordt hij gekozen als voorzitter der
R.K. Kamerfractie. Hoe begaafd hij ook is.
wij gelooven, dat deze keuze zeer ontactisch
is. Het is o.i. een klap voor minister Gose-
ling, maar ook voor ons kiezerscorps.
Wij kunnen niet gelooven, dat deze keuze
is gescnied door een groote meerderheid. Het
moet, dunkt ons, maar een zeer kleine zijn.
Was de vergadering voltallig?
Het bestuur van onze Kamerfractie be
staat o.i. uit te veel ouderen: mr. Van Schaik
(was) voorzitter, ir Bongaerts, ondervoor-zit-
ter, de heer Kuiners penningmeester, de
heer Suring secretaris, dr. Kortenhorst, lid.
Waren de meerderheid dezer oudere
leden misschien de stevige leiding
van den jeugdigen mr. Geseling zat?
Wilden zij meer vrij zijn? En nu
minder gaan bereiken?
Niet alle ouderen kunnen, gelijk een nrof.
Aalberse, plaats maken voor jongeren. Toch
moet dit.
De „Volkskrant" had liever iemand „uit
de school van Goseling en Steenberghe" ge
had. De „Maasbode neemt het echter voor
Dr. Deckers op. Het blad schrijft:
„Dat de keuze zóó uitviel en werd aan
vaard, juichen wij toe.
In mr. Deckers krijgt de fractie een voor
zitter met een schitterenden staat van dienst
voor de partii op zeer uiteenloopend terrein
b.v. zedelijkheid, defensie, landbouw, pro
paganda en met. een ongemeen rijke re-
geeringservaring aan meer dan één departe
ment gedurende een ministerieele loopbaan
van ongewoon lange duur.
Bovendien is mr. Deckers een vlot en slag
vaardig spreker.
Wij zien hem, ondanks reëele moeilijkhe
den aan zijn ontreden als fractieleider on
middellijk na zijn lidmaatschap van het vo
rig kabinet verbonden, dan ook met ver
trouwen zijn nieuwe verantwoordelijke func
tie aanvaarden."
De commissie van onderzoek
dient niet afhankelijk te zijn
van de Regeering.
Verscheidene Tweede Kamerleden waren
blijkens het Voorloopig Verslag over de Zui-
derzeefondsbegrooting 1938. getroffen door
de mededeeling, dat als gevolg van den
voortgang van de liquidatie van den Zui
derzeesteun sommige uitgaven wel is waar
ccnige vermindering zouden hebben kunnen
ondergaan, doch dat dit om andere redenen
niet het geval kon zijn.
Deze leden stelden er prijs op, als
hun mcening te kennen te geven,
dat van liquidatie van den Zuider
zeesteun geen sprake zal kunnen of
mogen zijn, zoolang de schade, die
„belanghebbenden" ten gevolge van
de afsluiting van de Zuiderzee heb
ben geleden, niet volledig is ver
goed.
Gevraagd werd, hoe de minister staat te
genover de wenschcn van het Centraal Co
mité van Zuiderzeevisschers, en de R.K.
Zcevisschersverecniging „Sint Petrus".
Wederom merkten verscheidene
leden op, dat zij de werking van
de Zuiderzeesteunwet te beperkt
achtten.
Deze leden zouden den minister willen
verzoeken, een speciale commissie te be
noemen, die tot taak zou hebben haar oor
deel uit te spreken over de wenschelijkheid
van wijziging van de Zuiderzeesteunwet en
de daarmede samenhangende koninklijke
besluiten.
Hoeveel waardeering zij ook koesterden
voor het werk van de generale commissie,
toch meenden deze leden, dat deze commis
sie voor dit onderzoek niet op de juiste wij
ze is samengesteld. In de door deze leden
bedoelde commissie.zouden immers ook zit
ting moeten hebben personen, die van den
Rijksdienst, de generale commissie en
's ministers Departement volkomen onaf
hankelijk zijn.
Dr. Schey gaat heen.
Dr. L. T. C. Schey, rijkszuivelconsulent te
Hoorn, zal. naar het Hdbld. meldt, op 1 Mei
1938 den dienst met pensioen verlaten en
worden opgevolgd door ir. II. J. Huisman,
thans werkzaam ter directie van den Land
bouw. Deze laatste zal reeds 1 Januari zijn
werkzaamheden te Hoorn beginnen, voorloo
pig onder leiding van di. Schey.
VREES VOOR ONNOODIGE VER
ZWARING DER KOSTEN.
Het stemde allerwegen tot voldoening, al
dus het Voorloopig Verslag van de Tweede
Kamer, over de Zuiderzeebegrooting voor
1938, dat de droogmaking van den noord
oostelijken polder met voortvarendheid wordt
voortgezet, getuige het feit, dat hiervoor
thans ruim 3 miUioen meer wordt aange
vraagd dan voor 1937.
Grondgebrek.
Intusschen drongen eenige leden
er op aan, dat met dit werk nog meer
spoed zal worden gemaakt, aange
zien er, naar hun meening, aan
grond gebrek is.
Is de „Centrale Baggerbedrijf"
nog bij de uitvoering betro! n?
Gevraagd werd, of de „Centrale Bagger
bedrijf" nog op eenigerlei wijze bij de uit
voering van de Zuiderzeewerken betrokken
is en of de minister de noodige waarborgen
heeft, dat materiaal, dat in vroegere bere
keningen geheel of voor het grootste deel
is afgeschreven, niet opnieuw in rekening
wordt gebracht, waardoor de uitvoering dei-
werken financieel zou worden verzwaard.
Andere leden vroegen, of het waar is, dat
een twintigtal aannemers trachten, mede
door middel van de „Centrale Baggerbedrijf"
zich het monopolie te verzekeren van de in-
polderingswerken en of het waar is, dat de
minister, ten einde aan de nadeelige gevol
gen daarvan te ontkomen, overweegt of over
wogen heeft, de uitvoering dezer werken aan
buitenlanders op te dragen of in eigen be
heer te nemen. Het een zoowel als het ander
zouden deze leden ten zeerste betreuren.
Eenige leden hadden tot hun bevreemding
kennis genomen van dagbladberichten, als
zouden de Overijsselsche randgemeenten zich
voorbereiden op toevoeging van den geheclen
Noordoostelijken polder aan de provincie
Overijssel.
Gevraagd werd, of de bovenbedoelde be
richten juist zijn.
Naar wij vernemen zal Z.K.H. Prins
Bernhard zich voor eenige dagen naar
Duitschland begeven om daar o.m. een on
officieel bezoek te brengen aan de jachtten-
toonstelling te Berlijn.
H.K.H. Prinses Juliana zal gedurende
dien tijd op het Loo logeeren.
Het Prinselijk paar, dat Woensdag a.s.
van Soestdijk vertrekt, zal daar Maandag
a.s. weer terugkeeren.
In een sloot gestort en over den
kop geslagen. Inzittenden
ongedeerd.
Gistermiddag omstreeks half een is
onder de gemeente Teteringen bij
Breda een Fokker C 5, een militair
vliegtuig nr. 626, van geringe hoog
te afgegleden en over den kop ge
slagen. De beide inzittenden, de
eerste luitenant-vlieger en de serg.~
majoor Lambermont, bleven onge
deerd.
Het toestel was des morgens van het
vliegveld Soesterberg vertrokken en voor
een oefenvlucht op weg naar Haemstede.
Even voor Breda weigerde de motor, zoodat
de vliegers gedwongen waren een noodlan
ding te maken, waarvoor zij een geschikt
terrein meenden gevonden te hebben op
een weiland buiten Teteringen. Bij het ne
men van de bocht om in de goede richting
te kunnen dalen, gleed het toestel, dat
reeds veel hoogte verloren had, af en kwam
in een smalle sloot terecht. Het sloeg over
den kop, waarbij de schroef versplinterd
werd en een vleugel afknapte.
De beide inzittenden, die m.et den schrik
vrijkwamen, konden zich zelf uit het toestel
redden.
Man te Nunspeet levensgevaar
lijk gewond.
Gistermiddag is te Nunspeet een ernstig
verkeersongeval gebeurd, op het nieuwe ge
deelte van den rijksweg ZwolleAmersfoort,
ongeveer ter hoogte van de melkfabriek der
firma Schaap en Co. De heer Witteveen uit
Nunspeet werd hier, toen hij onverwachts
den weg overstak, gegrepen door een auto,
welke bestuurd werd door den heer B. uit
Den Haag, en ongeveer 25 meter meege
sleurd. Hij kreeg ernstige verwondingen aan
het hoofd en een beenfractuur, en is in zorg-
wekkenden toestand naar het ziekenhuis te
Ermelo overgebracht. Men vreest voor zijn
leven.
OOSTERSCH VORST KOOPT
EEN VLIEGTUIG.
K. L. M. zal het toestel monteeren.
De Maharadja van Kashmir heeft een
Lockheed vliegtuig gekocht en wel van het
type 12a, uitgerust met 2 Pratt en Whitney
Wasp motoren van 450 p.k. Dit speciaal voor
den Maharadja ingerichte toestel zal heden,
per s.s. Volendam van de Holland-Amerika
lijn in de Rotterdamsche haven aankomen.
Op Waalhaven zal de technische dienst
van de K.L.M. het vliegtuig monteeren en
in vliegwaardigen toestand brengen Daarna
wordt het naar Britsch-Indië overgevlogen.
De vorst heeft een eigen piloot, den heer
A. C. Gazdar, die de vlucht zal uitvoeren,
vergezeld door den invlieger van de I.ock-
heedfabrieken.
Het toestel, dat de vlag van den staat
Jammu en Kashmir voert, zal de gewone
Indië-route van de K.L.M. volgen.
Zooals men weet heeft ook de K.L.M. Lock
heed vliegtuigen besteld, maar van een groo-
ter type, de super-electra, welke o.a. in West-
Indië in gebruik zullen worden genomen.
kiet-inmenging
AANZIENLIJKE VORDERINGEN DOOR
ONDERHANDSCHE BESPREKINGEN.
Inzake de kwestie van het terugtrekken
der vrijwilligers uit Spanje heeft I-ord
Cranhome gistermiddag in het Lagerhuis
medegedeeld, dat voorzoover hij wist., nog
geen antwoord was binnengekomen van een
der beide partijen in Spanje, ten aanzien
van het voorstel tot het zenden van com
missies van onderzoek. Echter waren aan
zienlijke vorderingen gemaakt bij de onder-
handsche besprekingen tusschen de verte
genwoordigers der voornaamste, betrokken
landen met betrekking tot talrijke techni
sche punten, die geregeld moeten worden
alvorens de voorstellen tot uitvoering kun
nen worden gebracht.
Hij zou onjuist bericht over
mond- en klauwzeer hebben ge
publiceerd.
Officieel wordt te Berlijn mede
gedeeld:
De rijksregeering heeft zich ge
noodzaakt gezien den Berlijnschen
correspondent van het Fransche
Nieuwsbureau Havas uit Duitsch
land te wijzen. Ravoux moet het
land binnen drie dagen verlaten.
De Berlijnsche vertegenwoordiger van het
Havasbureau Ravoux, die zich, zoo vervolgt
de officieele verklaring, van oudsher heeft
onderscheiden door een bijzonder kwaad
willige berichtgeving over het nationaal-
socialistische Duitschland en derhalve door
zijn berichtenpolitiek herhaaldelijk de
grootste verwarring in de publicistische be
trekkingen tusschen Duitschland en Frank
rijk stichtte, heeft een bericht uitgegeven
over het in West Duitschland -heerschende
mond- en klauwzeer. In dit bericht durfde
hij de ziekte in verband te brengen met het
vierjarenplan en de uitwerking die dit zou
hebben.
Hij schrok evenmin terug voor de bewe
ring, dat de Duitsche pers om de aandacht
af te leiden een campagne moest voeren,
om te verklaren, dat de ziekte uit het bui
tenland was binnengedrongen.
Dit, terwijl het vaststaat, aldus de ver
klaring, dat het mond- en klauwzeer dat
in Mei van dit jaar uit Afrika naar Frank
rijk werd overgebracht, zich daar zeer snel
Vertrek van
Aankomst te
Ibis
(heenreis)
Rang. 15 Nov.
Band. 15 Nov.
Valk
(heenreis)
Jodhp. 15 Nov.
Rang. 15 Nov.
Nandoe
^terugreis)
Bagd. 15 Nov.
Athene 15 Nov,
Torenvalk
(heenreis)
Alex. 15 Nov.
Basra 15 Nov.
Oehoe
(terugreis)
Bangk. 15 Nov.
Jodhp. 15 Nov,
Reiger
(heenreis)
A'dam 16 Nov.
verbreidde, en van den Elzas uit naar Ba,
den en den Paltz is overgeslagen.
Ook de bewering van den Berlijnscheq
Havas-correspondent dat de ziekte in
Duitschland bijzonder hevig woedt, is vol,
komen uit de lucht gegrepen; het is eer,
der waar, dat zij in Duitschland in
genstelling met Frankrijk geen kwaad,
aardig karakater draagt, en dat de verlie,
zen onder het vee dank zij de direct geno-
men afweermaatregeien binnen matigs
grenzen blijven.
WIERINGERMEER,
Verschillende Tweede Kamerleden heb,
ben de vraag gesteld, op welke wijze de
minister zich voorstelt uitvoering te geven
aanh et lan om 1000 H.A. van den Wieriiv
germeerpolder in staatsexploitatie te hou
den, aldus lezen wij in het Voorloopig Ver,
slag over de Zuiderzeefondsbegrooting voor
1938.
Vele leden betuigden hun Instemming
met het voorstel om 1 500.000 beschikbaar te
stellen voor de electrificatie en de water
voorziening buiten de dorpen. Do bewoon
baarheid van dezen nieuwen polder zal
daardoor toenemen.
Eenige leden zouden gaarne een overzicht
ontvangen van de bedragen, welke tot dus
ver aan deze drooglegging, met inbegrip vanl
alle bijkomende kosten, zijn ten laste ge
legd.
Verscheidene leden drongen er op aan,
dat het openbaar lichaam „de Wieringer-
meer" spoedig zal worden ingesteld.
„EEN LEUGENAAR ALS DE LA
ROCQUE."
Oud-premier Tardieu getuigt te
gen den fascistenleider.
Gistermiddag is voos de strafrecht-
bank te Parijs een aanvang gemaakt
met de behandeling van de vijftien
processen, die kolonel de la Rocque
heeft aanhangig gemaakt tegen ver
schillende Parijzenaars, welke hij be
schuldigt van smaadschrift door het
overnemen van een verklaring van
Pozzo di Borgo in de „Choc", waarin
deze de la Rocque verweet, geheime
fondsen in ontvangst te hebben geno
men.
Eenigen tijd geleden had de oud
premier Tardieu reeds voor het voor
onderzoek verklaard, dat hij de la
Rocque inderdaad uit geheime fond
sen had gesteund.
Tardieu, thans als getuige gedagvaard,
verklaarde, dat de la Rocque verscheidene
Aanleg afsluitdijk geen oorzaak
van achteruitgang der wiervis-
scherij.
Naar aanleiding van de door de Tweede
Kamer aangenomen conclussie van het ver
slag der commissie omtrent de inlichtingen
op het adres Van der Vlas Wzn., te Texel
en drie anderen, betreffende toepassing der
Zuiderzeesteunwet ten aanzien van ingeze
tenen van Texel heeft de minister van Wa
terstaat de Kamer een brief gezonden, waar
aan ontleend is:
De minister van Waterstaat is nog aan de
Kamer een antwoord schuldig op de vraag,
of er voor wier- en andere visschers be
noorden den Afsluitdijk in verband met den
achteruitgang van hiun bedrijven uitzicht
bestaat op tegemoetkoming ingevolge de
Zuiderzeesteunwet, dan wel of uit anderen
hoofde iets voor hen zou kunnen worden ge
daan.
Bij het stellen van de vraag, of de bedoel
de visschers vallen onder de Zuiderzeesteun
wet, is in de stukken aangeroerd het punt:
dat^ onder Zuiderzee moet worden verstaan.
Naar het den minister voorkomt., is het
K.B. van 15 April 1911 tot vaststelling van
de grenzen tusschen kust- en binnenvissche-
rij en tusschen de wateren, waarin kust-
visscherij wordt uitgeoefend, zooals dit be
sluit tijdens de totstandkoming van de
Zuiderzeesteunwet gold, in deze als een
gezaghebbende bron te beschouwen. In dat
besluit nu wordt als grens tusschen de Wad
denzee aangegeven de lijn, gaande van het
licht van de Ven (Noord-Holland) naar den
molen op het Roode Klif bij Laaxum: deze
lijn ligt dus nog aanzienlijk zuidelijker dan
de tegenwoordige Afsluitdijk.
Waar dé Zuiderzeesteunwet zelf geen defi
nitie geeft, ligt het voor de hand, dat men
voor wat rde toepassing van de Zuiderzee
steunwet betreft, den afsluitdijk als grens
van de Zuiderzee heeft aangenomen. Im
mers, indien men zich er rekenschap van
geeft, dat de Zuiderzeevisschersbevoiking in
hoofdzaak haar bestaan vond uit de op
brengst van visch, welke uit de Noordzee
in de Zuiderzee was binnengetrokken, is
het aannemelijk ,dat door de toepassing van
de Zniderzeestennwet onder Zuiderzee wordt
verstaan het vischwater, dat door den af
sluitdijk voor deze visch ontoegankelijk is
gemaakt.
Ook al zou echter aan de Zuiderzeesteun
wet een ruimer strekking gegeven worden,
zoodat zij mede omvat tegemoetkoming aan
belangen benoorden den Afsluitdijk, welke
door den aanleg van de Zuiderzeewerken
schade mochten geleden hebben, dan dient
opgemerkt te worden, dat, voor wat betreft
de wiervisscherij, geen rechtstreeksch ver
band tusschen aanleg dier werken en den
achteruitgang van de wiervisscherij aanne
melijk gemaakt is.
De minister gaat hierbij er van uit, dat
het wetenschappelijk onderzoek heeft uit
gemaakt, dat over geheel West-Europa een
ernstige ziekte in het wier is opgetreden.
De mate van aantasting is in de verschil
lende landen niet overal even sterk. Het
feit echter, dat dc achteruitgang van het
wier benoorden den Afsluitdijk niet als
maximaal, maar als gemiddeld te beschou
wen is, wijst er duidelijk op, dat plaatse
lijk ongunstige omstandigheden geen in
vloed van beteekenis op dien achteruitgang
hebben uitgeoefend. De alles overheerschen-
de factor is de uit Amerika gekomen wier
ziekte.
De conclusie ligt dus voor de band, dat
zelfs bij een verruimde strekking van de
Zuiderzeesteunwet daarop geen beroep kan
worden gedaan om de belanghebbenden bij
het wier benoorden den Afsluitdijk tegemoet
te komen.
Op de belangen van de betrokken vis
schers is nog in het bijzonder de aandacht
van het departement, dat de visscherij aan
gelegenheden behandelt, gevestigd.
malen bij zijn woning is geweest en in hef
geheel 2ÖO.OÖO tot 250.000 francs in ontvangst
heeft genomen. Op de vraag, hoe hij als mi
nister-president geheime fondsen naar huis
kon meenemen, antwoordde Tardieu, dat dit
zeer gewoon is, omdat de minister-president
met het beheer van de geheime fondsen be
last is.
„Toen ik hem het gold overhandigde
aldus vervolgde Tardieu had ik vertrou
wen in de ia Rocque, doch iater kwam ilf
te weten wie hij was, en toen heb ik fat
soenlijke mensclien van de zaak in kennis
gesteld. Ongelukkig heb ik het zoo ook aan:
Pozzo di Borgo verteld, die zonder mij te
waarschuwen een geïmproviseerd artikel
schreef. Daarmede zou echter de zaak afge
loopen zijn als de la Rocque niet beweerd
had, dat ik loog. Toen heeft de leugenaar
zich nader verklaard en ik heb Pozo di Bor
go dus ontvangen."
Op verzoek van Tardieu werden toen da
brieven voorgelezen, die de la Rocque hem.
geschreven heeft. In den eersten brief, ge
dateerd op April 1930, verzocht de kolonel
door Tardieu, toen minister van landbouw,
ontvangen te worden: hij maakte toespe
ling op een door de „Croix de Feu" georga
niseerde manifestatie. „Wij hebben gedaan,
wat wij konden schreef de la Rocque
den volgenden keer doen wij het beter. Be
kolonel verklaarde na het voorlezen van
dezen brief, dat hij geen enkele der brieven
die nog zouden worden voorgedragen, loo
chende, hoewel hij in zijn blad meerina-
len de brieven valsch heeft genoemd.
Tijdens het voorlezen van de brieven van
de la Rocque aan Tardieu barstte het pa*
bliek meermalen in lachen uit.
In zijn ondervraging verklaarde de la
Rocque dat hij een werkelijke sympathie en
vertrouwen had opgevat voor Tardieu, doch
hij heeft zich vergist. De brieven die hij g®"
schreven heeft,- waren een uiting van deze
sympathie en van dit vertrouwen.
Hij had toen het leger verlaten en een
minister-president maakte toen nog indruk
op hem. Hij steunde Tardieu, omdat deze
iets voor het land beteekende. Verder ver
klaarde hij, dat de „Vuurkruisen" bij het
vertrek van Tardieu naar Gcnève een bc-
tooging hadden georganiseerd. Tardieu ant
woordde hierop, dat hij geen reden had om
nuzich tegen dit optreden te verzetten.
„Een leugenaar als de la Rocque"
verdediger van de la Rocqe, Xavier
vallat, vroeg vervolgens aan Tardieu waar
om deze zijn meening over de la Roquc ha"
gewijzigd. Tardieu antwoordde: „Ik had vei;
trouwen in den kolonel, ik dacht dat h'j
iets nuttigs kon doen. Ik verliet de macht
en heb hem niet teruggezien. Ik heb mij»
meening omtrent hem gewijzigd, omdat ik
°P i Pebruari 1934 met verbazing vernam
«at de la Rocque..de eenige was, die heelt
geantwoord op den oproep van den prefec
die de inenschon op de Place de la Concorde
hoeft laten doodschieten. De la Rocque
een verrader, hij Leeft steeds voor eig®n
voordeel gewerkt."
Hierna ki;eeg de la Rocque het woord, hji
scheen zeer bewogen. Hij zeide: „Te Ly°"
heb ik gezegd en ik herhaal het hier: 1 ®r"
dieu heeft gelogen". Tardieu antwoordd
hierop: „De la Rocque is de laatste, die m'J
een dergelijke beleediging kan toevoeg®»-
want hij is genoeg hekend en sedert Z,J
studietijd te Saint Cyr is liet spreekwoord
ontstaan: Een leugenaar als de la Rocque -
De president van de rechtbank besloot
volgens de zaak tot heden te verdagen.