Aq&nda Bescherming van de aanvoeren over zee St* Nicolaas' blijde incomste Een belangrijke taak onzer Marine in oorlogstijd Voor een NUTTIG GESCHENK De grijze bisschop hartelijk door honderden kinderen ontvangen Vrijdag 3 December 1937 Tweede Blad tPiadimeuiaó Mooie Ladenkast met ingebouwd eierenkastje Van wicn was dit rijwiel? naar ZOETELIEF, KEIZERSTRAAT 75 „Helder's Warenhuis" Pracht Theeservies, 12-pers., f 2 98 Karpers in de Timorpark- vijver Uitslag aanbesteding Burgerlijke Stand van Den Helder De Kindervriend plechtig op het Stadhuis ontvangen na glorierijken tocht door de stad Een vertrouwd en zorgvuldig expediteur: „ESONA" Hoopvoller teekenen H E Hl. LACO-HORLOGES r Na een kort welkomstwoord van den Voor zitter, Kapt.-luit. ter zee C. J. Baron van Asbeck, krijgt de inleider van dezen avond het woord. De heer Bussemaker vangt zijn beschou wing aan met er op te wijzen, dat, hoewel de opzet is de oorlogstaak van het hier te lande aanwezige deel der Staatsmarine tijdens een Europeesch conflict te bespreken, dit alleen mogelijk is indien men zich verdiept in de situatie, waarin Nederland tijdens een derge lijk conflict kan komen te verkeeren. Is er oorlogsgevaar? TSi er voor ons land oorlogsgevaar? Dit ls, aldus spr. thans geen vraag meer. De Ingediende defensie-begrooting is in dit verband veelzeggend genoeg! Jarenlang is in ons land aangenomen, dat de hoofdtaak van de Nederlandsche marine in Indië lag en dat Nederland zelf volstaan kon met kustverdediging. Een onjuiste en onhoudbaar gebleken visie, daar hier met de economische situatie geen re kening is gehouden. Immers, iedere oorlog op het vasteland van Europa groeit gaandeweg uit tot „der totale Krieg", tot een oorlog van volk tegen volk, waarbij op een gegeven oogenblik de econo mische situatie een allesoverheerschende rol zal gaan spelen. Er is één kenmerk, dat de moderne oorlog van alle voorafgaande doet verschillen, n.1. zijn enorm verbruik van grondstoffen en materialen. Economische situatie overheerschend. In ons land werd het belang der econo mische en industrieele oorlogvoering door vele intendance-officieren in diverse geschrif ten naar voren gebracht. Belangrijke lezingen werden voor de Vereeniging ter beoefening van de Krijgswetenschappen te Den Haag ge houden. Door al deze voordrachten liep als roode draad, dat Nederland als importland in oorlogstijd uiterst kwetsbaar is. Veelal werd aangegeven, dat wij den invoer niet zouden kunnen missen, terwijl sterk de aan dacht werd gevestigd op voorraadvorming. Hier werd dus wel degelijk de economische situatie beschouwd. Er werden alleen, zooals begrijpelijk is, geen maritieme gevolgtrekkingen uit ge trokken. Spr. heeft, om een indruk te krijgen van de afhankelijkheid van Nederland, van een groot aantal artikelen de invoersaldi voor 1935 en 1915 berekend en welke getallen leeren, dat alle mineralen moeten worden ingevoerd en dat tevens Nederland lang niet in de voeding van de bevolking voorziet, aangezien belang rijke hoeveelheden voedingsstoffen, meststof fen, metalen, enz. moeten worden ingevoerd. Onze ongunstige positie. Is dit al een weinig gunstige positie, deze wordt in oorlogstijd nog belangrijk ongun stiger. Door spr. wordt dit met diverse voor- deelen verduidelijkt. Tal van producten zijn in ontzaglijk grootere kwanta noodig (ijzer, staal, springstoffen, olie en benzine etc.). In verband met het grondstoffen- en materialenvraagstuk wijst spr. er op, dat niet verwacht kan wor den, dat de toekomstige oorlog van korten duur zal zijn. Integendeel! Wat noodig voor moderne oorlogs voering De moderne oorlog is een bedrijf, dat lang duurt: wat is hiervoor noodig? In de aller eerste plaats aanvoer van materialen en grondstoffen, welke, gezien het voorafgaande, grootendeels uit het buitenland zullen moeten komen. Dit beteekent dus: invoer. Bij de bespreking van de mogelijkheden van den invoer in Nederland in oorlogstijd worden vragen onder het oog gezien: is de capaciteit van de Nederlandsche koopvaardij vloot voldoende en op welke wijze kunnen wij de gevaren, die onze handelsverbindingen bedreigen, zoo goed mogelijk elimineeren? Wat de eerste vraag betreft, staat het vrij wel vast, dat de Nederlandsche koopvaardij vloot den geheelen invoer voor haar rekening zal moeten nemen. Een gelukkige omstandig heid is het daarbij, dat haar tonnenmaat, ten opzichte van de bevolking, nog altijd groot geacht kan worden. Voorts kan hierbij opge merkt worden, dat de gemiddelde snelheid der moderne koopvaardijschepen sedert 1915 is toegenomen en dat dus de huidige capaciteit grooter is. Het laat zich aanzien, dat de capa citeit der Nederlandsche koopvaardijvloot vol doende is onder oorlogsomstandigheden ons van alle benoodigdheden te voorzien. De ver- voercapaciteit is zeker voldoende ter voor ziening van de vesting Holland. De beveiliging der handelsschepen. Hier komt men op geheel ander terrein. In het oorlogsgeval, waarin wij onze scheep vaart dienen te beveiligen,-oefent onze bond genoot de heerschappij ter zee uit. De taak, welke van de Nederlandsche marine', wordt verlangd, is er dus een van beperkten om vang. Toch meent spr., dat de gevaren, die de eigen scheepvaart bedreigen, veelal niet voldoende worden onderkend. De maritieme strategie heeft zich in de laatste decennia wel grondig gewijzigd. Thans toch is het voor een zwakkere zeemogendheid mogelijk, om, gebruik makende van de groote snelheid van U ZOEKT IETS VOOR MOEDER? Direct naar Zoetelief, Keizerstr. 75 HELDER'S WARENHUIS in alle kleuren oak met prima klokjes verkrijgbaar f 6.95 Door de wijziging in de Europeesche omstandigheden in verband met de Duitsche herbewapening, wordt de doel- steling van de vloot in Nederland een geheel andere. De Luitenant ter zee A< J. Bussemaker schetste gisterenavond in zijn belangwekkend betoog voor de Marine-vereeniging de Handelsbe scherming op de Noordzee als een taak van de eerste orde voor de Kon. Marine. zijn bovenwaterstrijdkrachten, en de nieuwe wapenen, als onderzeebooten en vliegtuigen, op geografisch geschikte punten de vijande lijke verbindingen krachtig aan te tasten. Niet voor niets beschouwt de Engelsche marine de handelsbescherming als punt één van haar plan van actie. Men acht de daar te lande voor dit doel beschikbare vlootsterkte, als nauwelijks voldoende. Beveiliging van onzen invoer. Na diverse bijzonderheden gegeven te heb ben over de positie van het gevechtsvliegtuig in den komenden oorlog, komt spr. tot de volgende conclusie: dat er plausibele oorlogs- gevallen zijn, waarbij de Marine tot hoofd taak heeft, op een beperkt terrein, den eigen invoer zoo goed mogelijk te beveiligen. Slaagt zij hierin op onvoldoende wijze, dan gaat het rijk in Europa ten gronde aan eco nomische uitputting. De middelen voor dit doel zijn aldus: Convoyeurs, voorzien van 12 cm geschut en zware anti-luchtv. mitrailleurs; ver kenningsvliegtuigen; torpedobooten (c.q. overjarige jagers); torpedomotorbooten; mijnenvegers- en leggers; hulpschepen (dit alles gesteund door een smaldeel, bestaande uit een kruiser (leader) jagers, onderzeebooten en torpedo-bomvlieg- tuigen. In dit licht bezien kan het als een geluk kige beslissing van de regeering worden be schouwd, dat zij besloten is tot de station- neering van een deel van het operatief or gaan in Nederland, terwijl de oorlogstaak van den Marine Luchtvaartdienst haar duidelijk voor oogen staat. Uiteindelijk volgt hieruit, dat de stelling, dat de taak van de vloot in Holland zich kan beperken tot kustverdedi ging, niet langer kan worden gehandhaafd. Spr. vervolgt zijn betoog met het geven van een kort historisch overzicht van de ver schillende denkbeelden, die men de laatste tientallen jaren heeft gehad inzake de taak der Nederlandsche staatsmarine in een Euro peesch conflict en besluit het met er op te wijzen, dat geen enkele econoom in Neder land de hoofdstrekking van deze beschou wing, nl. dat zonder invoer het Rijk in Europa ten gronde gaat, kan ontzenuwen. Dèn moet men onderschrijven, dat de Neder landsche Marine tijdens een Europeesch con flict een onmisbare schakel vormt in ons weer systeem. Dèn ook dient men de hieruit voort vloeiende consequenties te aanvaarden, die bestaan in het ter beschikking stellen van de benoodigde middelen. Na een zeer geanimeerde discussie, waar tal van Marinedeskundigen aan deelnamen, komt de inleider aan het woord voor zijn re pliek. De heer Beusemaker maakt van deze gele genheid gebruik zijn denkbeelden nader uiteen te zetten. Zeer belangrijk was daarbij de opmerking, welk een belangrijke taak voor de Kon. Marine is weggelegd, wanneer eenmaal het hier be toogde principe van de noodzakelijkheid der bescherming van de aanvoeren over zee voor ons land als primair is aanvaard. Wil men dezen aanvoer verzekeren, dan komt het binnenbrengen van onze koop vaarders neer op 10 schepen per dag In komend en 10 schepen uitgaand. Zulks eischt een groot aantal convoyeurs Het liep reeds tegen het middernachtelijk uur, toen voorzitter Van Asbeck er in zijn slotwoord op wees, dat de heer Bussemaker met zijn vol aandacht door de vele aanwezigen gevolgd betoog een heel nieuw gezichtspunt naar voren bracht en den spreker zoowel als de debaters dank zegde. Door de recherche alhier is dezer dagen in beslag genomen een heerenrijwiel, merk „Magneet", No. 8245 A., dubbele remmen, vernikkelde velgen, kettingkast, jasbescher- mer, bagagedrager en electrische lantaarn, merk „BOS". Dit rijwiel is omstreeks de maand Mei 1936 in deze gemeente ontvreemd. De Commissaris van Politie alhier ver zoekt den eigenaar hiervan zich te willen vervoegen aan het Hoofdbureau van Politie alhier, teneinde verdere inlichtingen te kun nen verstrekken. TOONEELAVOND SPEELTUINVEREENIGING. Men verzoekt ons te verwijzen naar de ad vertentie van de Speeltuinver., afd. Tuindorp, waarin een ouderavond aangekondigd wordt op morgenavond, in „Casino". Opgevoerd wordt een blijspel in drie bedrij ven: „Een dag dame". Men zie de bizonder- heden in de betreffende annonce. -Éj^oedkooper dan Koffie Hag, dat kunnen wij ookOnze coffeine- vrije Sanka- koffie kost slechts 44 ets. per pakje. Maar beter dan Koffie Hag, dat bestaat niet! Bij Hag doet het niet alleen de fijne kwaliteit van uitgezochte hoog' landkoffie, maar vooral ook de 30-jarige bedrijfservaring en het unieke werkprocédé. Dus Koffie Hag, ook voor UI N.V. KOFFIE HAG MIJ. - AMSTERDAM Hedenmiddag wordt 100 pond uitgezet. Een tekortkoming van den vijver in het Timorpark is tot nu toe geweest, dat er geen visschen in zwemmen. Dit gebrek zal ver holpen worden, dank zij een even vriendelijk als royaal aanbod van de Visschersvereeniging „Den Helder". Dit gilde heeft n.1. het gemeen tebestuur, om te beginnen, 100 pond, dat is tusschen de 60 en 70 karpers, aangeboden. Deze visschen zullen hedenmiddag, tusschen drie uur en half vier, in tegenwoordigheid van den burgemeester, in den vijver van het Timor park uitgezet worden. Daar de karper een visch is, welke zich zeer snel voortplant, zal binnen enkele jaren de Timorpark-vijver een prachtigen voorraad visch bezitten! Natuurljjk is het verboden om in het Timor park te visschen! Gisteren is op de afdeeling Boekhouding van 's Rijks Werf openbaar aanbesteed: het baggeren van de Doksluizen, van het z.g. Natte Dok en het leggen van een hoogspan ningskabel. De uitslag van deze aanbesteding was als volgt: L. Bakker, Hilversum 9.999 P. de Groot, Hilversum 10.240 Pranger en Roels 10.700 Noordennen, Sliedrecht 11.470 I. C. Kooyman, Harlingen 11.680 S. Spek, Sliedrecht 12.150 Meurs en Co., Alkmaar 12.500 v. Dongen en v. Hoven, Dordrecht 12.400 Smeulers, Den Haag 12.900 Kraayenveld, Zwijndrecht 14.825 van 2 December 1937. GETROUWD: C. Raaphorst en H. Bals; H. Verbrugge en M. Krijnen; A. K. van den Heu vel en J. G. Wieser. BEVALLEN: M. C. ZeemanJongejan, d.; E. NuijensWaker, d. Na een voorspoedige kustreis op de „Utrecht", waarop hij vanwege de enorme afmetingen van het schip, waarmede hq uit Spanje gekomen en waarop onze ha ven niet berekend is, overgestapt was, en onder de best denkbare weersomstan digheden, is St. Nicolaas gistermiddag in Den Helder aangekomen. De bisschop is een man-van-de-klok, want precies 2 uur het ongekondigde tijdstip zwenkte de boot, waarop voor deze gelegen heid extra gevlagd werd, de haven in om eeni- ge oogenblikken later aan den steiger van de Texelsche boot te meeren. Op dat moment steeg een gejuich op uit honderden kinder kelen, wier kleine bezitters dit gebeuren met zooveel spanning tegemoet gezien hadden. Dit gejuich werd overtroffen door het gejubel, dat bij het moment toen de hcoge gast voet op Helderschen bodem zette. Losbarstte! Met al de eerbied aan den Hoogeerwaarden bis schop verschuldigd, werd hij, eenmaal aan land zijnde, begroet door de organisatie-com missie onder leiding van den heer M. v. d. Horst. Ook Zwarte Piet, die er teeken des tijds! zwarter dan ooit uitzag, werd vrien delijk welkom geheeten. Tijdens al die plicht plegingen, onverbrekelijk verbonden aan elk hoog en tevens officieel bezoek, speelde het Stedelijk Muziekkorps een aantal liedjes, pas send in het kader van deze gebeurtenis, welke bijzonder toegewijd door de kinderen ze ker tusschen de 1500 en 2000! meegezon gen werden. Sinterklaas, die er ietwat bezorgd (van wege de gezelligheid „thuis" natuurlijk), maar gezond uitzag, was kennelijk onder den indruk van deze ontvangst, waarbij hij het evenwel, evenals wij, vreemd gevonden zal hebben, dat de groote vlakte voor den stei ger zoo angstvallig „schoon" gehouden was, zoodat vele kinderen het moment van zijn aankomst niet hebben kunnen meepiaksji, Het paard, dat de bisschop op zijn tocht door de stad zou torsen, stond reeds gerui- men tijd op zijn hoogen baas te wachten. Naar wij later van Piet vernamen, is de trouwe schimmel, waarop de bisschop altijd placht te rijden, in Spanje doodelijk getrof fen door een verdwaalden kogel van Franco's troepen. Vandaar, dat de Sint het ditmaal met een bruine merrie moest doen. Nadat het beestje door den bisschop met begrijpelijke moeite beklommen was, ving een glorierijke tocht door de stad aan. De Sint te paard. Voorop ging de Sint te paard, dat vei ligheidshalve aan den teugel geleld werd door Piet en door den man, die het beest om bijzondere redenen zeer goed kent. Dan volgt de geweldige stoet kinderen, allemaal van de laagste klassen der open bare lagere en r.k. scholen. In *het mid den marcheerde het Stedelijk met wap perende vanen en slaande trom. Zoo ging het onder groote belangstelling van de burgerij, die geheel uitgeloopen leek, over de Hoofdgracht, Weststraat, Spoor straat, Koningstraat, Kerkgracht naar het Raadhuis. Het was een ware zegetocht, die de Sint en zijn volgelingen maakten. Óver al noopten de omstanders den grijsaard om de teugels los te laten en vriendelijk met de gerimpelde hand te wuiven. Gezien den ouderdom van den ruiter en zijn betrekkelijk geringe routine in de edele hippische kunst, was een en ander niet zonder risico. Het liep echter telkens weer bijzonder goed af en zoo verliep de tocht naar wensch, zeker oqk van St. Nicolaas zelve, op wien de opvallende har telijkheid van oud en jong wel diepen indruk gemaakt moet hebbenIn de Koningstraat was er een oponthoud van enkele oogenblik ken, wijl Sint's paard iets deed wat nu een maal des paards en niet der kip is... We mogen niet ontveinzen, dat dit intermezzo een tegelijkertijd grappig en pijnlijk voorval was Ontvangst ten raadhulze. Voor het raadhuis wachtte de burgemeester en mét hem eenige honderden de komst van den heilige af. Met behulp van vriendelijke handen slaagde de bisschop er in heelhuids van het paard te komen, waarna hem een hartelijke ontvangst van den burgemeester ten deel viel. Het gezelschap verdween daar op in het Stadhuis om tot groote vreugde van de kinderen eenige oogenblikken later op het balcon te verschijnen. Aan het gejuich kwam eerst een einde, toen de heer Pala en zijn mannen een Sinterklaasliedje inzetten, dat onmiddellijk door de jeugd overgenomen werd. Aandachtig luisterde de Sint, die nog geen blijken van „staffigheid" gaf, toe en gaf door goedkeurend knikken en handgewuif te kennen, dat hij het erg mooi vond. Door een geluidsinstallatie, aangebracht door de firma van Baaren, kon iedereen hooren, wat de burgemeester vervolgens tot den Sint zeide. Mijnheer Ritmeester heette den Bisschop heel hartelijk welkom en noem de het een bijzonder voorrecht, dat de Sint nu persoonlijk eens naar Den Helder heeft willen komen. „Ik weet, dat U het erg ver drietig vindt, dat U zoo dikwijls nagebootst wordt, maar wij zijn nu dubbel blij den ech ten Sint in ons midden te hebben". De bur gemeester vertelde toen den Sipt, dat zoo velen meegewerkt hebben om hem te kunnen ontvangen als thans geschied is en om de kinderen zoo'n mooi feest te kunnen aanbie den. De burgemeester roemde het personeel van de scholen, de heeren Van Twisk, Polak, de muziek en de heer Van Baaren, en de Sint knikte alsmaar dankbaar met het oude lang- gebaarde hoofd. Toen de burgemeester ge sproken had, sprak de Sint zelf de kinderen met zijn mooie zware geluid toe en maakte diepen indruk. Nu eens vriendelijk dan ver manend klonk zijn stem en als hij de kin deren vroeg om op school goed hun best te doen dan riepen ze in koor: jaaaa! De Sint betoonde zich voorts zeer vereerd door de ontvangst op het raadhuis en door het woord van den burgemeester. Door de vermoeiende bootreis en den tocht door de stad sprak de Sint maar kort. Nog zongen de kinderen hem een tweetal liederen toe, waarna de grijsaard zich onder luid „Daaag"-geroep van de kin deren in het gebouw terugtrok Heden feest voor de jeugd. Den nacht bracht de Sint, naar wij van den bode van het Raadhuis vernamen, in een voor hem ingerichte kamer door, waar hij, vanwege de zeelucht, een gezonde slaap ge noot. Opgewekter dan ooit begaf de Sint zich dan ook hedenmorgen naar het feest van de kin deren in de Tivoli en in Casino. Daar was het „reuze" gezellig; in Casino zorgden goo chelaar en poppenkast voor de pret, in Tivoli de leuke films. De aanwezigheid van den Sint was natuurlijk de groote attractie! ^et is heusch niet als een Sinterklaasver rassing bedoeld, de kop, die we hierboven schreven. Er zijn inderdaad eenige teekenen aan den politieken horizon, die hoopgevend zijn. Het werk, deze week in Londen begon nen, of liever, voortgezet, om de verstand houding tusschen Engeland en Frankrijk hechter te maken, heeft, zoo schreven we reeds, een dieperen achtergrond, n.1.: „den vrede van Europa". Het hoopvolle nu is, dat men heeft durven aanroeren het koloniale vraagstuk en dat daarbij gebleken is, dat men niet meer zoo afwijzend staat tegenover de Duitsche eischen. Zoolang dit vraagstuk geen oplossing gevon den heeft, zal er niet met vrucht met Duitsch- land onderhandeld kunnen worden. Duitsch- land voelt het nog immer als een grievende beleediging, dat het zijn koloniën niet heeft teruggekregen en dat de mogendheden, die daar beslag op gelegd hadden, tot nu toe ook niet bereid bleken, daarover met Duitschland te onderhandelen. Daarin is nu, gelukkig, een kentering ge komen. Men schijnt geneigd, wellicht in den vorm van een samenhangend gebied in Afrika, aan den Duitschen eisch tegemoet te komen. Natuurlijk heeft dit vraagstuk nog in geenen deele zijn oplossing gevonden en er zijn nog heel veel klippen, die omzeild moeten worden, wil men uiteindelijk in behouden haven komen, maar dat neemt niet weg, dat het feit alleen, dat men het vraagstuk aan durft te snijden, een stap in de goede richting is. Maar we zijn er nog niet. Zoo schreef de „N. R. Crt." in een beschouwing over dit vraagstuk: Wanneer wordt overwogen om aan Duitsch land een zeker koloniaal gebied in Afrika af te staan, in welke richting de Duitsche wen- schen zich bewegen, dan dient daarover een breedvoerig overleg te worden gepleegd met die landen, welke, gelijk België en Portugal, daar koloniale gebieden hebben. Maar ook met de andere landen, met name de Dominions, die vroegere Duitsche koloniën onder hun beheer hebben gekregen, dient overleg te worden ge pleegd. Want de teruggave van koloniale ge bieden dient te geschieden in overeenstemming met deze landen en onder het opstellen van zekere voorwaarden, waaraan de Duitschers zullen moeten voldoen en die in de eerste plaats garanties dienen te bevatten, dat de wereldpositie van Engeland en Frankrijk door deze maatregelen niet wordt verzwakt. Hoewel dus nog heel wat tijd verloopen kan sprak Hitier zelf niet van een periode van zes jaar is er toch wel reden voor eenig gematigd optimisme. En naast het feit van de bespreking van het koloniale vraagstuk, zijn er nog andere aanwijzingen voor een terug- keerend vertrouwen. Het is zeker opmerkelijk, dat na een periode waarin Engeland en Frankrijk geen 'gelegenheid voorbij lieten gaan om op de versterking van hun bewapening te wijzen, nu het woord bewapeningsbe perking weer op het tooneel is verschenen. Zonder twijfel zou men daaraan niet den ken, wanneer men er niet van overtuigd was, dat er in Europa geen ernstige agressieve plannen bestaan en indien men niet meende vertrouwen te kunnen stellen met betrekking tot de nakoming van aangegane verdragsver plichtingen. Men ziet, het kopje is dus inderdaad niet misleidend. LOOPEN ALTIJD ACCURAAT. tr-'-.UtfiV-.V-S.V Bioscopen; Tivoll-theater, Spoorstraat: aanvang half 8: „De raadselachtige Mr. Moto", en Vrouwen noodlot". Rialto, Spoorstraat, aanvang half 8: „De mijnen van Koning Salomo" en „De revolutiebruid". Witte Bioscoop, Koningstraat, aanvang half 8: „De parvenu" en „Het geheim van de schorpioen". Heden: Zeevaartschool 8 u. Drs. Borghouts spreekt over Wereldbeeld en Wereldbeschouwing. Zaterdag 4 December. Casino, 8.15 u. Ouderavond Speeltuinvereeni- ging Tuindorp. Musis Sacrum, 8 uur. Soiree Dansinstituut „Polak". Opgenomen om 8 uur hedenmorgen. Licht op je.18 Barometerstand Den Helder 745.2 Temperatuur lucht 5.8 Laagste temp. lucht gisteren 5.5 GESLAAGD: Bq het te Den Haag gehou den Esperanto-examen slaagde voor Diploma B de heer J. Heres, leerling van den heer C. Govers, alhier.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1937 | | pagina 5