f EIRy G'
TARZAN
Treinongeluk
door schuld
RADIO
DE
De winkelsluiting op
eersten Kerstdag
De waterstand van den
Rijn bijzonder laag
GCbisb»
D G A R R I C E
URROUGHS
Eendeneieren en
paratyphus
PROGRAMMA
DOOR
No. 23.
Een ogenblik na de dood van de leeuw
werden de beide mannen omringd door een
opgewonden menigte wilden. Zij vroegen
duizend dingen door elkaar. De nieuwe vriend
van de aapman vertelde wat er gebeurd was.
Toen werd Tarzan door de hele bende met
eerbetoon overladen dit vreemde, schepsel,
dat hun makker had gered en met een
wrede leeuw had gevochten. Daarna brach
ten ze Tarzan naar hun dorp en gaven hem
vele geschenken, waaronder ook wapens.
Zijn eerste nacht met de wilden was gewijd
aan een groot feest te zijner ere. Er was
antilope- en zebravlees. De krijgslieden
dansten in het licht van het kampvuur. Tar
zan bemerkte, dat vele van hen zware sie
raden droegen van zuiver goud. Wekenlang
leefde Tarzan met zijn wilde vrienden, jagende
op buffels voor vlees en olifanten voor het
ivoor. Weldra was hij hun eenvoudige taal
machtig en leerde hun zeden en gebruiken
kennen. Hij bemerkte, dat zijn geen kanni
balen waren. Busuli, de krijgsman, die hij
gered had, vertelde hem allerlei legenden
van zijn stam. Eens waren ze talrijk en
machtig geweest. Maar de Arabische slaven
handelaren hadden hun aantal gedund. Ter
wijl Busuli zat te praten glinserden zijn
gouden sieraden. Het gezicht van dat kost'
bare metaal deed de slapende beschaving
van Tarzan ontwaken. Daarmee kwam ook
de zucht naar weelde in hem boven. Hij wist
dat goud macht en genot betekende. Hoe
kwamen ze aan dit gele metaal?
(Nieuwe spelling.)
Zware straffen tegen spoorweg
ambtenaren geëischt.
Op 17 Augustus ƒ.1. is op het Centraal
Station te Amsterdam, een zeer ernstig
ongeluk gebeurd, dat groote materieele
schade tengevolge had, doch waarbij geen
persoonlijke ongelukken plaats hadden.
Een binnenkomende, leege electrische trein,
komende van Zandvoort-Bad, was niet tijdig
afgeremd, de trein schoot met onvermin
derde snelheid door en kwam in botsing
met een leegen personentrein, die aan het
derde perron van het Oostelijk gedeelte
van het Centraal Station stond.
In verband hiermede stonden gisteren
de 41-jarige conducteur J. H. en de 43-jarige
wagenbestuurder der Nederlandsche Spoor
wegen II. P. terecht, voor de vierde kamer
der Rechtbank.
De rem sloeg niet aan.
De leerling-bestuurder, een conducteur, die
zijn theoretische kennis toetste aan de
practijk en die toestemming had om den
trein ite rijden, had op den ongeluksdag ge
merkt, dat de rem niet aansloeg. Hij was
toen ongeveer 1500 M. voor het station. De
wagenbestuurder P. nam de leiding óver,
doch ook hem gelukte het niet den trein tót
stilstand te brengen. Wel kon hij thor
noodseinen geven.
handremmen in werking te stel
len. Hij bleef volkomen passief.
Beide mannen, die het ongeluk zagen aan
komen, holdon de cabine uit naar den wa
gon er acuter; de instructeur was Dij de
botsing plat op den grond gaan liggen;
géén van beiden werd gewond.
Requisitoir.
De officier van Justitie mr. A. S. de Muinok
Keizer, merkte op, dat deze beide verdach
ten ernstig in hun plicht zijn tekort gescho
ten en een groot gemis toonden aan tegen
woordigheid van geest-
Het klinkt misschien hard, aldus de of
ficier, maar deze menschen waren in de
bestuurderscabine niet op hun plaats.
Spr. requireerde tegen beide ver
dachten twee. maanden hechtenis
voorwaardelijk met een proeftijd
van drie jaar, benevens een geldboe
te van f 50.subs, een maand
hechtenis.
Bovendien eischte spr. tegen den
bestuurder P. intrekking van de
bevoegdheid om electrische treinen
te besturen voor den tijd van vijf
jaar.
•i
Passagiers hadden Juist
stoomtrein verlaten.
den
Een oogenblik' later liep de electrische
met donderend geweld op den stilstaanden
stoomtrein, die juist door de passagiers
was verlaten.
Stoker en machinist waren op het laat
ste nippertje van hun machine gesprongen
en gevlucht van de plaats, waar een paar
seconden later een geweldige verwoesting
werd aangericht.
De leerling-bestuurder bleef vol
komen passief.
Aan den conducteur, die onder lei
ding van den wagenbestuurder het
leege electrische treinstel van Zand-
voort naar Amsterdam reed, was
ten laste gelegd, dat hij niet op den
stand van den manometer Jjad ge
let, om te zien of de luchtdruk vol
doende was om bij nadering te
Amsterdam vaart te minderen of
te remmen. Bij het overgeven van
de besturing aan den eigenlijken
bestuurder had hij verzuimd de
Scheepvaart stagneert.
De waterstand van den Rijn is dit
jaar voor 't eerst sedert 1934 zoo
laag, als sedert menschoniheugenis
niet is voorgekomen. In de haven
van Duisburg liggen de schepen
vier meter beneden den rand van
den kademuur.
Vooral tusschen St. Goar en Bin-
gen is de waters-tand zeer laag. De
„Sieben Jun.gfrauen" bij Oberwesel,
welke gewoonlijk onder water ver
scholen liggen, steken nu in haar
massalen omvang boven het water
uit.
De scheepvaart ondervindt van dezen la
gen waterstand hijzonder veel hinder. De
groote zware dubbelschroef sleepbooten kun
nen reeds lang niet meer stroomopwaarts
varen, want op het oogenblik is het vaar
water tusschen St." Goar en Bingen nog
slechts 1.65 meter diep.
Hierdoor kunnen de rijnaken met een
diepgang van twee en drie meter niet vol
geladen, word en. De groote kolenbooten mo-
genslcchts tot op de helft volgeladen worden
en zelfs kleine schepen gaan slechts voor
tweederde geladen stroomopwaarts.
De drie Nederlandsche midden
standsbonden, verzoeken den
winkeliers, eersten Kerstdag als
een Zondag te beschouwen.
Men schrijft ons:
Van meer dan één zijde is dit jaar de
aandacht gevestigd op de ernstige leemte,
welke de Winkelsluitingswet zou aankle
ven, dat daarin geen voorschriften zijn ver
vat om op 25'December, eersten Kerstdag,
de Zondagssluiting voor winkels toe te pas
sen.
Hoewel de winkelsluitingswet reeds ver
scheiden jaren van toepassing is, werden er
in de practijk weinig moeilijkheden onder
vonden. omdat door den winkelstand de
zaken steeds uit eigener beweging zooveel
mogelijk gesloten werden. Dit jaar doet
zich evenwel de bijzonderheid voor, dat de
beide Kerstdagen resp. op Zaterdag en
Zondag vallen, zoodat volgens de huidige
wettelijke regeling op 25 December de 10-
uur-avondsluiting zou gelden.
De drie Nederlandsche Midden
standsbonden, de Kon. Nederland
sche Middenstandsbond, de Neder
landsche R.K. Middenstandsbond en
de Christelijke Middenstandsbond,
hebben tot hun leden en den ge-
heelen winkelstand het dringende
verzoek gericht op eersten Kerst
dag (Zaterdag a.s.j zooals tot dus
verre, de Zondagssluiting toe te pas
sen, d.w.z. zoo eenigszins mogelijk
hun winkels gesloten te houden.
Aan het koopende publiek verzoeken de
middenstandsbonden rekening te willen
houden met het feit. dat eerste Kerstdag
door den winkelstand als Zondag wordt
beschouwd.
De afdeeling volksgezondheid van het mi
nisterie van Sociale Zaken schrijft:
Nu en dan worden gevallen van para-
typhusbesmetting bekend, veroorzaakt door
het gebruik van eendeneieren.
Om het optreden van deze ziekte door het
gebruik van eendeneieren te voorkomen is
het noodig voor direct gebruik deze eieren
hard te koken (8 minuten) en ze in bak-
waren slechts te gebruiknn, indien deze
hard gebakken worden.
Aangeraden wordt daarom: eendeneieren
niet te gebruiken voor de bereiding van
pudding, vla, slagroommiengscls e.d. taart
vullingen, zacht gebak, kortom: niet voor
eetwaren, welke niet of onvoldoende ver
hit worden. Voor consumptieijs is het ge
bruik van eendeneieren verboden.
VIJDAG 24 DECEMBER 1937.
Hilversum I. 1875 m. (Tevens over de Jaars
veldzender op 415,5 m.).
Algemeen Programma, verzorgd door den
KRO.
8.00—9.15 en 10.00 Gramofoonmuziek,
11.30 Bijbelsche causerie.
12.00 Berichten.
12.15 De KRO-Melodisten en solist.
1.00 Gramofoonmuziek.
I.20 KRO-Orkest.
2.00 Orgelconcert.
3.05 Gramofoonmuziek.
4.15 Kamermuziek (gr.pl.). en Declamatie
(Opn.).
5.15 De KRO-Melodisten en solist. (Om 6.00
Gramofoonmuziek)
7.00 Berichten.
7.15 „De huidige jtand van het vreemdelin
genvraagstuk", causerie.
7.35 Musica catholica.
8.00 Berichten ANP.
8.15 KRO-Orkest.
9.00 „Het werk voor Moeder en Kind", cau
serie.
9.15 Het KRO-orkest.
9.45 KR©-koor, declamatie én carillonspel.
10.30 Berichten ANP.
10.4012.00 Gramofoonmuziek.
Hilversum II. 301 m.
8.00 VARA. 10.00 VPRO. 10.20 VARA.
12.00 AVRO. 4.00 VARA. 7.30 VPRO. 9.00
VARA. 10.40 VPRO. 11.00—12.00 VARA.
8.00 Gramofoonmuziek.
10.00 Morgenwijding.
10.20 Declamatie.
10.40 Viool en piano.
II.10 Vervolg declamatie.
11.30 Orgelspel.
12.00 Gramofoonmuziek.
12.30 Kovacs Lajos' Orkest en soliste.
2.00 Muzikale causerie (met gr.pl.),
3.00 Gramofoonmuziek.
3.15 Orgel en viool.
4.00 Gramofoonmuziek.
5.00 Voor de kinderen.
5.30 „The Lucky Birds" en solist.
5.55 Amateurs-uitzending.
6.30 Politiek Radiojournaal.
6.50 Hammond-orgelconcert
7.00 ,Het geld en zijn koopkracht", causerie.
7.20 Gramofoonmuziek.
7.25 Berichten ANP.
7.30 moeopraak over Weldadigheidspostzegels.
7.35 „De ezel en de heilige stal", causerie.
8.00 Orgelconcert.
8.30 Literaire lezing.
9.00 Gramc jonmuziek.
9.30 Radiotooneel met muziek.
10.00 Socialistisch wjjdingshalfuurtjs (gr.pl.),
en toespraak.
10.30 Berichten ANP.
10.40 Avondwjjding.
11.00 Sopraan en piano.
11.30 Jazzmuziek (gr.pl.).
11.50012.00 Gramofoonmuziek.
ZATERDAG 25 DECEMBER 1937,
Hilversum I. 1875 m. (Tevens over de Jaars
veldzender op 415,5 m.).
7.30 NCRV. 9.30 NCRV. 7.4512.00 KRO,
8.30 Kerstwijdings-Zangdienst.
9.30 Gramofoonmuziek.
10.00 Hoogmis.
11.00 Gramofoonmuziek.
12.15 KRO-Orkest en gramofoonplaten.
2.00 Sopraan en piano.
2.30 Gramofoonmuziek.
3.00 Rotterdamsch Philliarmonisch Koor e*
Orkest en solisten.
-30 Gramofoonmuziek.
5.00 Gereformeerde Kerkdienst. Hierna ge
wijde muziek (Gr.p..).
6.45 Sopraan en orgel.
7.45 Gramofoonmuziek.
7.50 „Het Kerstgebeuren", causerie.
8.10 Berichten ANP. Mededeelingen.
8.25 Relais met Radio Vaticana. Gewijd con
cert (Gr.opn.).
9.25 Radiotooneel met muziek.
10.00 KRO-Strijkorkest.
10.30 Berichten ANP.
10.40 KRO-Orkest.
11.1512.00 Gramofoonmuziek,
Hilversum n. 801 m-
VA,iA-uitzending. 10.0012.00 en 7.80—
8.00 VPRO.
9.00 Orgelspel.
9.30 Gramofoonmuziek.
10.00 Hobo en orgel.
10.30 Nederduitsch Hervormde Kerkdienst,
12.00 Gramofoonmuziek.
12.30 Bach-cantate.
12.50 Declamatie.
1.10 „Filmland".
I.30—1.55 Prijsvraag.
2.00 Amateurs-uitzending.
2.30 Residentie-orkest, en solist,
4.15 Esperanto-uitzending.
4.35 Declamatie en pianoduetten.
5.30 Amusementsreportage.
6.00 Folkloristische uitzending.
6.30 „De Krekeltjes", en gramofoonmuziek
7.00 Kerstrede.
7.20 Gramofoonmuziek.
7.30 „Ik verkondig U groote blijdschap, eaus,
8.00 Herhaling SOS-berichten.
8.03 Berichten ANP, VARA-Varia.
8.15 Zang.
8.35 Radiotooneel.
8.45 Noviteiten-orkest, m.m.v. „Dubbel Zeven'"
9.10 Toespraak.
9.15 „En nu... Oké!"
10.30 Berichten ANP.
10.40 Souvenir-orkest.
II.15 Declamatie.
11.3012.00 Zang en orgel.
FEUILLETON.
1.
BOEK I.
HOOFDSTUK I.
Peter Cradd was dien morgen in een eigen
aardig gelijkmoedige stemming wakker ge
worden. Zijn periodieke ochtendpnkkelbaar-
heid was niet voorhanden. Hij wachtte ge
duldig tot Henry en George, zijn twee zoons,
de badkamer beschikbaar gelaten hadden,
welke heilige ruimte bij stilzwijgende over
eenkomst eerst dan door hen betreden mocht
worden, wanneer hij het teeken daartoe gaf.
Hjj luisterde, zelfs zonder één enkele sarcas
tische opmerking, naar de ellenlange jere
miade van zijn vrouw tegen Sarah. hun ge
dienstige geest, terwijl eerstgenoemde in de
kamer het een of ander bedisselde. Alles leek
hem plotseling zoo onbenullig zijn wach
ten op het koude linoleum met zjjn onder-
kleeren en zijn sokken over zijn arm, het
krassen van de gramofoon beneden, die hem
voor het ontbijt altijd hoofdpijn bezorgde
Lena, zijn door jazz-koorts aangetaste zeven
tienjarige dochter, was de boosdoenster
het eentonige gemopper van zijn vrouw, die,
na Sara afgehandeld te hebben tot een on
gezouten critiek op de leveranciers oversloeg,,
pruttelde, omdat ze dit of dat niet kon koo-
pen, zanikte over Henry's sigaretten en
George's onstiptheid. Hij sloeg haar bedekte-
lijk gade, terwijl hij zijn das strikte. Zij was
de laatste jaren beduidend zwaar lijviger ge
worden, en, daarover viel niet te twisten,
haar stem klonk luider en korzeliger. Zij had
zich vroeger eens door een wereldschgezinde
buurvrouw laten overhalen haar haren te
laten verven, maar nu waren ze aan de wor
tels aschgrauw, haar onderkleeren schenen
hem hinderlijk te zijn en eeuwigdurend be
handeling te vereischen slordig, met band
jes, kleedingstukken zonder verlokkelijkheid
of suggestie.
„Zou je me ook willen zeggen, Peter, waar
over je zoo zit te suffen, nog vóór het ontbijt,
en terwijl je straks je bus moet nemen?"
vroeg een onvriendelijke stem opeens. „Ik ge
loof niet, dat je een woord verstaan hebt van
wat ik gezegd heb."
Peter Cradd was al opgestaan en trok aan
de slippen van zijn das.
„Jawel, lieve, ik verstond je ik heb je
natuurlijk verstaan," zei hij, met een poging
zich Jen zin van de hol galmende woorden te
herinneren. „Je sprak over Padstowe, den
slager. Jawel, als je wenscht te veranderen,
ga dan naar Jones. Je zou het in ieder geval
met hem kunnen probeeren."
Zijn betere helft wierp hem argwanende blik
ken toe.
„Ik wou dat je zoo verstandig geweest
was mij dat zes maanden eerder te zeggen,"
gromde zij. „Toen wou je niet naar mij luis
teren, omdat die Padstove Vrijmetselaar, of
Oddfellow, of zooiets was."
„Beste," verklaarde Peter Cradd nader, „ik
gun mijn clandizie graag aan mijn vrienden,
maar de bediening moet natuurlijk niets te
wenschen overlaten. Zeker, wij, met onze be
perkte middelen, moeten de beste waar heb
ben voor ons geld! Daarin heb je volkomen
gelijk."
Harriet Cradd keek haar echtvriend ten
tweeden male met verdachte oogen aan.
„Ik kan er niet uit wijs worden wat jtj
vanmorgen mankeert, Peter,'" merkte zij op.
„Je lijkt wel och, je sclijnt niet heelemaal
normaal te zijn wat zie je in je gedachten,
Peter?"
„Ik weet het waarlijk niet, beste," haastte
hij zich haar te verzekeren. „Verbeelding van
jou kant verbeelding! Ha, de gong! Nu
ontbijten. Ruik ik gebakken bokking?"
„Best mogelijk," antwoordde zij, „maar je
zult gebakken schelvisch krijgen. En spreek
eens een woordje met George over dat late
thuiskomen, 't Is lederen nacht hetzelfde. Dat
nest van Seddon, wil ik wedden!"
Mr. Peter Cradd antwoordde niet, maar
v/el wist hij, dat niemand dien morgen uit
zijn mond een standje zou krijgen. Hjj nam
zjjn plaats aan het einde van de slordig ge
dekte tafel in, en hoewel zijn grijsblauwe
oogen, die verstrooide uitdrukkig bleven be
waren. zag hij alles met ongewone bizondere
duidelijkheid. Hij zag de vlekken op het tafel
laken, de kleverige jampot, waarin iemand
een mes gestoken en gelaten had, de boter,
een onsmakelijk smeervel, dat van den rand
van het vlootje afdroop, Het gehavende over
schot van een pover schelvischje, waarvan de
beste stukken al opgepeuzeld waren door hen,
die hem voor geweest waren. Den onsmake
lijk, klef gebakken en slordig aangesneden
brood stond op een broodplank, die met een
patroon van korenaren versierd was. Een
stuk gerookte ham, door ieder lid van het ge
zin naar willekeur gekerfd, lag op een ge
schilferde schaal. Tegenover hem schonk zjjn
vrouw een slappe bruine vloeistof uit een
metalen koffiekan, en mopperde dat de melk
geschift was. Zijn oogen bleven op haar rus
ten. Zij was een vrouw, waarin voorspoed
misschien een zekere goedaardigheid had
kunnen ontwikkelen, maar die door lange
jaren van betrekkelijke armoede tot een vit-
achtig, ongevoelig wezen verzuurd was. De
bekoorlijkheid van de vrouwelijke secse was
voorbij er was niets overgebleven om zelfs
de herinnering daaraan op te wekken een
menschelijk wezen, misschien méér niet
log van vorm, zonder gratie. Naast haar zat
George, bleek en puisterig, met gladde, ach-
tei-wer geborstelde haren, in een schreeuwe
rig overhemd, een krant te lezen, die hij
rechtop ergens tegenaan gezet had geen
sportnieuws, maar een feuilleton, sterke prik
kellectuur. Naast hem zat Lena, matig ge
kleed, naar de mode van den dag, op haar ma
nier knap, maar met een teint, dat verried,
dat haar frischheid eerder aan poeder dan
aan zeep en water te danken was. Zij was
klaar met ontbijten en zat zich in een spie
geltje te bekijken, de lippenstift in de hand.
Tegenover haar zat Henry, een ontevreden
kijkend jongeling, van hetzelfde type als zjjn
moeder. Zij zat nog te kauwen, hoorbaar, gul
zig, maar ..och met een zekeren laatdunken-
der tegenzin in wat hij at, die eerder uit zijn
eigen bewegingen dan uit zijn gezichtsuit
drukking merkbaar was. Dit was zijn gezin
het gezin van Peter C add, reiziger in
leaerartikelen, maar toch een man, die in zijn
jeugd hooge idealen gekpesterd had.
„Je zult mij vanmorgen wat geld moeten
geven, Peter," sprak zijn vrouw met klem.
„De melkboer zal er zeker om manen, en de
bakker was gisteren ook al zoo stroef."
Mr. Cradd kwam met een lichten schok tot
zichzelven. Hij had naar een zwakken lente
zonnestraal zitten kijken, die over het versle
ten karpet speelde.
„De melkboer en de bakker, beste," her
haalde hij „welzeker. Niet zooveel, hoop ik."
..Zesentwintig shilling te zamen," luidde het
norsche antwoord, „maar kun je wat meer
afschuiven
„Hoor eens, vader," viel George in, „zou ik
geen lid van de tennisclub kunnen worden? Er
is juist een plaats opengevalen, geloof ik. Het
Kost maar een guinea."
„Ik vrees, dat die guinea uit je eigen zak
zal moeten komen," zei zijn vader met spijt.
„De zaken gaan op 't oogenblik slecht. Zoodra
de toestand verbetert, zal ik zien wat ik voor
je doen kan."
Henry schoof een catologus van motorfiet
sen weg, die hij had zitten bestudeeren.
„Ik ban de eenige op ons kantoor, die nog
geen motorfiets heeft," bromde hij. „Ik zou er
nu een van het beste merk kunnen kragen,
tegen vijf pond contant."
„En ik zou lid van de golfclub kunnen wor
den, als ik het entreegeld missen kon," zuchtte
Mr. Cradd. En jij Lena?" Wat zijn voor het
oogenblik jou bizondere wenschen?"
Hef meisje bergde haar lippenstift vastbe
raden op.
„Och, al had ik die," was haar antwoord,
,dan zou er niet veel kans op verwezenlijking
zijn. Hiet niet, tenminste."
Een harde trek gleed over Peter Cradd's ge
zicht. Toen kwam er een welkome afleiding.
Het was het geluid, dat lederen morgen ver
wachting of vrees in de harten van millioenen
menschen doet geboren worden het kleppen
van de brievenbus, het insteken van een paar
brieven, het vallen op den steenen vloer van
een paar enveloppen. George zat het dichtst b(j
de deur en ging kijken. Hij kwam terug met
een pakketje in zijn hand.
„Niet veel goeds voor een van ons allen, zou
ik denken," merkte h(j onder het uitdeelen op.
„Alweer een prijscourant van motorfietsen
voor jou, Henry ik snap niet, hoe je die
durft blijven aanvragen. Rekeningen voor jou,
Lena twee stuks. Voor u ook rekeningen'
moeder, of circulaires. Rekeningen of circulai
res voor vader, en één brief. Wat een post!"
Lena was weldra met haar correspondentie
gereed, en schoof haar portie eenigszins ver
achtelijk van zich af. Haar moeder volgde haar
voorbeeld. Mr. Cradd slikte het feit, dat hij bii
Padstowe, den slager, ln het krijt stond voor
drie pond zeventien en zes pence, en werd door
een met de hand geschreven en onderstreepte
aanmaning opmerkzaam gemaakt, dat het geld
welkom zou zijn. Hij werd er eveneens aan
herinnerd, dat een steenkolenhandelaar wien
men de bagatel van zes pence schuldig is ook
wel eens geld wil zien, terwijl de derde enve
loppe een circulaire bevatte, die den aankoop
van een prima kachel aanbeval.
(Wordt vervolgd.]