Welke inhoud dient gegeven te
worden aan ordening?
De traqedie in de
Promerskazerne
De benoeming van
Visschersfonds
Lezing van Dn Ir. Af. D. D1JL
Sergeant verdacht van doodslag
roode burgemeesters
llit onze Omgeving
Te half twee gisterenmiddag opende de
heer P. S. Eenhoorn, voorzitter der Vereeni-
ging van Oudleerlingen der Rijkslandbouw-
wintarsdhool te Schagen de cursusvergade
ring der vereeniging.
Behalve de zeer talrijke aanwezigen, heet
spr. o.m. in het bijzonder welkom den heer
Stapel, voorzitter van de Holl. Mij. v. Land
bouw en Dr. Ir. M. D. Dijt, te Haarlem, die
hij als spreker van dezen middag dan het
woord geeft voor het onderwerp: „Welke in
houd dient gegeven te worden aan de „orde
ning"
Spreker begint met te constateeren, dat
het woord „ordening" bij geen bespreking
over economische politiek meer ontbreekt.
Vrijwel nimmer wordt duidelijk gemaakt
wat onder „ordening" wordt verstaan, maar
vast staat, dat de vroegere economische
„ordewaarbij de prijzen der goederen voor
uitbreiding of inkrimping der productie
zorgden, niet meer bevredigt.
Deze betrekkelijk harmonische orde is,
zegt spreker, thans door allerlei oorzaken,
waarop ik straks terugkom, verstoord.
Vanzelfsprekend is de menschelijke geest
er op uit, daar waar wanorde is geschapen,
de orde weer te herstellen, kortom dat men
wil „ordenen". Ook ik heb, zegt spreker, in
uw vergadering van Januari 1932 reeds een
voorstel ontwikkeld.
Men heeft aanvankelijk getracht door al
lerlei lapmiddeltjes het economisch leven
weer in 't goede spoor te krijgen, maar de
chaos werd steeds grooter en thans klinkt
een algemeene roep naar een principieele
ordening.
Niet duidelijk werd gemaakt, zegt spre
ker. wat men precies wil, maar in hoofd
zaak wilde men de regeling der voortbren
ging niet overlaten aan de individueele
producenten, maar men wilde een of andere
instelling van den Staat met die regeling
belasten. -
Het voorontwerp Landbouwordeningswet
is het eenige concrete resultaat van dien
drang.
Men dacht zich de daarbij een productie
regeling door bedrijfsraden onder toezicht of
directen invloed van den Staat, dus een
z.g. ordening van hoven, terwijl men na
de slechte ontvangst van dit voorontwerp in
vrijwel alle kringen van de bevolking meer
en meer ging praten over „ordening van
onderen af" dus door de bedrijfsgenooten
gezamenlijk.
Het groote gevaar voor de samenleving is
dat men is begonnen te ordenen zonder
dat men eigenlijk weet wat mien ordent.
Hierdoor gaat het toeval heerschen.
Gaat het, zegt spreker, bij de ordening
om de voortbrenging of om het verbruik?
Redelijk nadenken, zegt hij. brengt ons er
toe te zeggen, dat het niet om het een óf
het ander, maar om het een èn het ander
gaat.
Er moet harmonie zijn tusschen beiden
en daarom kan het verstoorde evenwicht in
het economische leven onmogelijk worden
opgelost door een z.g. ordening der produc
tie alleen.
Een der vele dwaasheden van de econo
mische politiek der laatste jaren is dat vrij
wel alle landen trachten en getracht heb
ben hun invoer te beperken en hun uitvoer
te vergrooten. Dit neo-mercan til isme is
vanzelfsprekend voor de wereld als geheel
ondoorvoerbaar. omdat nu eenmaal de in
voer van den een, de uitvoer van den ander
is, en dat de z.g. wereldinvoeren en de we-
relduitvoeren gelijk zijn. Het gevolg is dan
ook geweest, dat de wereldhandel inschrom-
pelde.
Ook de z.g.n. aanpassingspolitiek van ons
eigen land hecritiseert spreken. De vermin
derde koopkracht door de versoberingen ver
minderde onze invoer en wij deden dus fei
telijk hetzelfde als de landen, die den uit
voer krachtens de wet verboden.
Behalve voortbrenging en verbruik, in- en
uitvoer kent ons economisch leven nog an
dere tegenstellingen als vorderingen en
schulden, kapitaal en arbeid, werkgever en
werknemer, stad en platteland en tot op ze
kere hoogte ook geld en goederen.
Het gaat ook daarbij in het economisch
leven 'nimmer om een van beide tegenstel
lingen doch steeds om beide tezamen.
Wanneer ik, zegt spreker, er in geslaagd
hen U te laten zien, dat het in het eco
nomisch leven altijd gaat om liet proces van
de samenwerking der tegenstellingen, dus
van voortbrenging èn verbruik enz. dan
dienen wij nu even na te gaan waarom de
vroegere orde nu niet meer bestendigd kan
blijven en dus 0e- of zoo U wilt herordend
moet worden.
Spreker noemt als reden de ontwikkeling
van stad en land, waarbij in de laatste eeuw
een hoe langer, hoe grooter deel van de be
volking in de steden is gaan wonen, 5 erder
de toeneming van de handel waardoor de
landbouw meer en meer afhankelijk is ge
worden van de markt en dus van de prij
zen.
Daarenboven zijn in het uitgaven-budget
van den boer steeds meer vaste lasten ge
komen (loonen, renten enz.) waardoor het
bedrijf-gevoeliger is geworden voor prijsda
lingen.
De verhooging van het welstandspeil bracht
tot overmaat van ramp steeds ernstiger
conjunctuurschommelingen.
Hierbij is gekomen de abnormale schul
denstructuur van Duitschland tegenover de
abnormale vorderingenpositie van de Ver.
Staten van Noord-Amerika, wat op zichzelf
reeds een „crisis"-oorzaak is, temeer daar
Amerika betaald wenschte te worden in
goud, welk edel metaal er nu eenmaal te
kort op de wereld is.
De betrekkelijke orde van vroeger kon
door al deze oorzaken niet gehandhaafd
blijven. Er heerschte overal disharmonie.
Tekort naast overvloed.
Wat is er, vraagt spreker, gedaan en
voorgesteld om de orde te herstellen?
Als voornaamste hulpmiddel heeft men
gegrepen naar devaluatie, welke echter
slechts in schijn „ordent".
Ordening van het geldwezen, dat men
als doel der devaluatie vaak hoort aan
duiden, kan slechts in internationaal ver
band worden opgelost.
In de tweede plaats noemt spreker het
herleidingsstelsel, waarbij voorgesteld wordt
harmonie te brengen tusschen schulden
en vermogen tusschen prijzen en productie
kosten door de geldvorderingen en
schulden, loonen en renten te herleiden
evenredig met het op- en neergaan van de
kosten van levensonderhoud.
Spreker noemt vele hieraan verbonden
nadeelen als het schokken der geld- en
credietverhoudingen, terwijl de prijsvor
ming der grondstoffen er niet door wordt
verbeterd.
Het adres van het Ned. Verbond van
Vakvereenigingen in September 1937 aan
den Voorzitter van den Raad van Minis
ters gericht, waarin op „globale" beheer-
sching van de conjuctuur wordt gewezen,
gaat mank aan het reeds eerder door mij,
zegt spreker, hier genoemde euvel, n.1.
dat men geen wég aangeeft waarlangs
tempering van de conjunctuurschommelin
gen is te bereiken.
Men kan nu wel a la Blum aan den
gang gaan, maar men krijgt dan inplaats
van orde de chaos.
Verder noemt spr. nog de z.g. beperkings-
politiek, die in het reeds genoemde adres
van het N.V.V. even om het hoekje komt
kijken bij het stellen van de vraag of bij
het vestigen van nieuwe ondernemingen
niet op de behoefte aan dergelijke nieuwe
zaken moet worden gelet.
Dit is zegt spreker, een zeer belangrijke
opmerking, waarbij men echter deze vraag
moet stellen: „Wat moet er dan van onze
medemenschen worden, wie men verbiedt
een nieuwe onderneming te vestigen en die
daardoor tot lediggang gedoemd zijn?"
Het N.V.V. zoekt althans nog naar een
betere harmonie tusschen voortbrenging en
verbruik. De agrarische politiek echter
ziet slechts heil in productiebeperking.
De bedoeling is dan om door benerking
der productie hoogere prijzen te kunnen
bedingen.
De zin der samenleving gaat door
deze eenzijdige ordening verloren,
immers er zijn millioenen die aan
de producten gebrek hebben en een
samenleving gebaseerd op een der-
qelijke verkeerde opvatting moet
ten gronde gaan.
Neen dan, roept spreker uit, wordt in de
encycliek Quadragesimo Anno een geheel
ander en een geheel tegengesteld advies
voor ordening gegeven, wanneer wij daar
lezen: „Eerst dan immers zal het sociaal-
economisch organisme duurzaam geves
tigd zijn, en zijn bestemming bereiken,
wanneer zoowel de gemeenschap als de
individuen zullen deelen in alle goederen,
die door de schatten en de hulomiddelen
der natuur, door de techniek en door de
sociale organisatie van het economische
leven kunnen worden opgebracht, en de
maat van die goederen moet zoo groot
zijn, dat ze niet slechts toereikend is om
in het noodzakelijke en in een passend
comfort te voorzien, doch de menschen
ook kan brengen tot dien welstand, die,
mits verstandig gebruikt, niet alleen geen
belemmering is van de deugd, maar haar
veeleer krachtig bevordert."
Gedwongen productiebeperking is onso
ciaal en kan eerst tot haar doel komen, n.1.
tot hoogere prijzen, wanneer ze internatio
naal wordt doorgevoerd en indirect niet
tot te groote verbruiksvermindering aan
leiding geeft.
Spreker geeft als voorbeeld de bloem
bollenordening, waardoor inderdaad iets
hoogere prijzen zijn bereikt. Daartegenover
echter daalde het oppervlak, dat in ons
land met hyacinthen, tulpen en narcissen
is beplant, van omstreeks 9000 H.A., tot
circa 4700 H.A., terwijl het buitenland zijn
culturen uitbreidde van circa 2000 II.A. tot
circa 4500 H.A.
Gevolgen van de genomen saneerings-
maatregelcn zijn werkloosheid en verhoogde
productiekosten. De buitenlandsche kwee-
ker. die ook hoogere prijzen kon bedingen,
werd alzoo indirect door ons land gesteund
om zijn cultures lustig uit te breiden,
waardoor Nederland zijn monopoliepositie
heeft verloren.
Verder noemt spreker de beperking van
onze eierproductie. Terwijl wij gingen be
perken, bleef onze concurrent Denemarken
produceeren. waardoor zijn export steeg
van 53.9 ton in 1930 tot 73.3 ton in 1935,
terwijl de onze in dien tijd terugliep van
S5.0 ton tot 61.8 ton.
Met de varkens is het principieel de
zelfde zaak als met de eieren, met dit ver
schil echter, dat de contingenteeringen van
het buitenland de moeilijkheden hier wel
zeer groot maakten. De ordening door big-
genmerken is zulk een mislukking gewor
den, dat de Nedcrlandsche varkenshouderij
onlangs niet kon profitcercn van de be
staande vraag op de wereldmarkt.
De ordening van den melkveestapel met
het doel beperking der melkproductie, beeft
integendeel den melkstroom vergroot. Hier
bereikten de ordenaars dus wel een zeer
averechtsch resultaat.
Gevolg is een buitengewone toename van
den boteruitvoer, o.a. naar Engeland.
Spreker schetst dan de groote moeilijk
heden van „ordening" daar de stemming
steeds wisselt bij veranderende marktom
standigheden.
Een nadeel van iedere produrtiebener-
king is een verhooging der productiekos
ten en daardoor vermindering van de
concurrentiekracht van onzen landbouw.
Scherp hekelt spreker het rapport van de
Nederlandsehe Handelscómm'ssie naar Zuid
Amerika, die als agrarische nouveauté niets
anders wist te adviseeren. dan uitvoer van
radiolampcn tegen invoer van Argentijnsch
vleesch.
Een typisch beeld van verslapping!
Als een ander groot nadeel der kalver-
teeltbeperking wordt genoemd de achteruit
gang van de kwaliteit van den veestapel
door het steeds meer aanhouden van oude
koeien. Dat er een betere selectie plaats
vindt betwist spreker.
Ruimden dan, vraag spreker, de boeren
vóór de teeltbeperking hun beste kalveren
op?
Er is dus, roept spreker uit, een
volkomen onmacht van de „orde
naars" om vooruit te zien en al moge
het dan waar zijn, dat ook de indi
vidueele producenten onvoldoende
in de toekomst kunnen kijken en dat
daardoor de marktfluctuaties zoo
groot zijn, het is nu wel afdoende
bewezen, dat een ordening door men
schen, die evenmin vooruit kunnen
zien, een grooter onding is dan hee-
lemaal geen ordening.
Spreker zegt zeer huiverig te zijn voor de
wijze waarop geordend wordt, doch acht de
verschillende onjuiste maatregelen een ge
volg van een gebrek aan inzicht in het pro
ces van de economische samenleving.
Er moet echter een oplossing gevonden
worden, daar het wankelbare evenwicht van
het economische leven ondragelijk is gewor
den.
Er zal dus een nieuwe betere orde moeten
komen en spreker ziet de mogelijkheid daar
toe in een grootere stabiliteit van het prijs
peil der landbouwproducten, bovenal van
het graan.
Door het vormen van reservevoorraden
moet het mogelijk zijn de prijzen der agra
rische stapelproducten zoowel voor daling
als stijging te behoeden.
Spreker begroot de kosten van dit stabili
satiesysteem op ongeveer f 1.50 per hoofd
der bevolking, welk bedrag tegenover de to
talen belastingdruk van ca. f 100 per hoofd
gering is te noemen.
Als men weet dat bijna 80% der wereld-
grondstoffenproductie agrarisch is, begrijpt
men hoe groot mede de invloed van een prij-
zenordening zou zijn op denafzet en con
junctuur in de industrie.
Een dergelijke redelijke ordening welke
ook in overeenstemming zou zijn met het
„Quadragesimo Anno" zou harmonie kun
nen brengen tusschen de belooning van stad
en platteland, tusschen voortbrenging en
verbruik en daardoor zou de vooruitgang van
de techniek tot uitdrukking komen in een
hooger levenspeil, terwijl tevens ruimte
wordt gelaten aan de individueele bestaans-
verantwoordelijkheid, aan vrije voortbren
ging en zoo vrij mogelijken handel.
En, eindigt spreker, als op deze basis geen
internationale samenwerking is te krijgen,
welnu laat ons dan naar een nationale oplos
sing zoeken. Hiervoor strijd Landbouw en
Maatschappij nu reeds jaren en ik sta hier
bij de aan zijde van de doelstellingen van
dezen Bond: het verkrijgen van een redelijke
verhouding tusschen de loonen van stad en
land. Als betere inzichten in de verhoudin
gen tusschen de afzonderlijke groepen in
onze nationale samenleving doordringen, zal
zich dat ook uiten in een beter inzicht in-de
verhouding der staten onderling.
Want het is tenslotte hetzelfde blinde ego
isme, dat de eene groep der samenleving
tegen de andere groep en de eene staat
tegen den anderen staat opzet.
Er moet bereidheid komen om offers te
brengen in het belang van den onderlingen
samenhang en de verhoudingen moeten be
paald worden door sociale liefde en sociale
rechtvaardigheid.
De techniek der ordening is dan zoo een
voudig als ze thans ingewikkeld schijnt,
Hierna ontwikkelde zidh over dit interes
sante onderwerp een zeer geanimeerde ge-
da ebte wisseling.
Krijrjsraad leqt zware straf op
Men herinnert zich het tragische
ongeval, dat op 25 Sept. van het
vorig jaar in het wachtlokaal van
de Promers-kazerne te gaarden
plaatsgreep. Een meisje, H. ten El
zen, vond daar door een pistool
schot den dood en de 21-jarige ser
geant J. L. van O., in wiens nabij
heid het ongeluk gebeurde, werd,
tot doodslag beschuldigd, in het
Huis van Bewaring opgesloten.
Deze zaak diende gisteren voor den Krijgs"
raad te 's-Hertogenbosch.
Van O. beweert, dat hij, op verzoek van
't meisje, dat hem in het wachtlokaal was
komen opzoeken, hot wapen gedemonstreerd
heeft. Hij dacht, dat het pistool ongeladen
was en dat de veiligheidspal „goed" zat.
Toen het meisje zeide: „Je durft toch niet
te schieten," heeft hij het wapen afgeUnk-
ken. De sergeant ontkende de bedoeling tot
dooden te hebben gehad.
Wilde bcklaaqde zich van het
meisje ontdoen?
De auditeur-militair, mr. J. S. L. Aghina.
requisitoir nemend, vraagt zich af of de be
klaagde niet de bedoeling hoeft gehad het
meisje opzettelijk dood te 'schieten. Het
leven van den heklaa<rde wijst daarop en ik
kan, zoo zeide de auditeur-militair, mij niet
vrij maken van de rodaehte. d°t d" beklaag
de zich van 't meisje heeft willen ontdoen.
Ik kan hem dat echter niet bewij
zen, vervolgde spr. en zal mij dus
houden aan de kwalificatie van
dood door schuld.
Over de toerekeningsvatbaarheid van den
sergeant bestaat tusschen den psychiater en
den auditeur-militair verschil van mieening.
De aud.-mil. eischt negen maanden
gevangenisstraf, met ontslag uit den
dienst.
Beklaagde wordt bijgestaan door mr. L.
Baudoin, die een zeer clemente straf be
pleit
De krijgsraad uitspraak doende veroordeeld
van O tenslotte wegens het veroorzaken van
dood door schuld tot negen maanden ge
vangenisstraf met aftrek van vier maan
den preventief en ontslag uit den dienst.
Nog geen gelijkschakeling der
S.D.A.P. met andere politieke
groepen.
De leden, die in het voorl. verslag over
de begrooting van Binnenl. Zaken 1938 op
merkten, dat de sociaal-democratische ar
beiderspartij nog steeds in een uitzonderings
positie verkeert ten aanzien van de bur
gemeestersbenoemingen en er daafbij op
wijzen, dat, bij een aantal van 110 ge
meenten, waar de grootste fractie in den
raad door de s.d.a.p-leden wordt gevormd.,
slechts drie leden dier partij hef burge
meestersambt bekleeden, wijst de minister
in zijn memorie* van antwoord op het vol
gende:
De minister aarzelt niet te er
kennen, dat de s.d.a.p. te dezen in
een uitzonderingspositie verkeert,
en, wel in deze uitzonderingspositie,
dat de evolutie, welke die partij in
den laatsten tijd heeft doorgemaakt
en die van beteekenis schijnt bij
de beoordeeling van de geschiktheid
harer leden voor het burgemeesters
ambt nog zoo jong is, dat het
niet aangaat, reeds thans te ei-
schen, dat een zekere gelijkschake
ling ten opzichte van andere poli
tieke groepen zou moeten worden in
acht genomen.
's Ministers' streven is er op gericht, in
zijn benoemingsvoordrachten den eisch van
deskundigheid, van burgemeesters, ook in
kleine gemeenten, tot zijn recht te laten
komen.
W1ERINGEN
Liquidatie in de vergadering
besproken.
Zondagmiddag j.1. vergaderde het Vis
schersfonds Wieringen in Hotel de Haan.
Te ruim drie uur heet de voorzitter, de
heer J. J. Tijsen, de talrijke aanwezigen
welkom en opent de vergadering.
De heer S. P. de Vries leest hierna de
notulen voor, die onveranderd worden
goedgekeurd.
Verslag financiën 1937. Ontvangsten en
kasgeld f 8311.56%, uitgaven f4118.73, nog
te betalen uitgaven f 200, saldo f 3992.83%.
Hiervan, is 1/3 (f 1330.94) voor leden bo
ven 60 jaar en 2/3 (f 2661.89) voor weduwen-
en weozenfonds.
Het bedrag ad f 1330.94 komt ten goede
aan 49 leden voor een voldeel, is 49 keer
f26.83 is f 1314.67, 1 lid deel is f 13.41%,
1 lid 1/10 deel is f2.68, totaal f 1330.71%,
saldo f 0.17%.
Van het 2/3 dee] Wed.- en Weezenfonds
f 2611.89 is over 1937 aan weduwen uit
betaald f 654.—, saldo f 2007.S9.
Het saldo f 2007.89 komt ten goede aan
loden boven 60 jaar en aan de weduwen,
zijnde 49 leden boven 60 jaar over 12
maanden ad f32.42V2 is f 1588.821/', 1 lid
over 6 mnd. ad f 16.22 is f 16.22, 1 lid over
1 maand ad f 2.70 is f 2.70, 11 weduwen
boven 60 jaar, over 12 maanden ad f 32.42%
is f 356.667%, 1 weduwe over 10 maanden
ad f *27.02 is f 27-02, 1 weduwe over 6
maanden f 16.22 is f 16.22, totaal f 2007.66.
Saldo f 0.23.
Ieder lid boven 60 jaar. rechthebbende
op 12 mnd. uitkeering, ontvangt uit het
fonds voor leden boven 60 jaar f 26.83 en
uit 't Wed.- en Weezenfonds extra f 32.42%,
totaal f 59.25%.
Iedere weduwe, rechthebbende op 12 mnd.
uitkeering uit het Wed.- en Weezenfonds
ontvangt extra f 34.42%.
1938. Bezittingen en kasgeld Hipp. f2850.
Rijkspostspaarbank f 83.43, Boerenleonbank
f 1776.2*2, Kasgeld f 2806.10, totaal f 7515.75,
uit te keeren f 3338.67, blijft f 4177.08. Af
voor kasgeld voor nog te betalen uitgaven
f 200.saldo belegging f 3977.08. Kasgeld
op 20 Jan. 1938 f 200. met overschot uit
keering f 0.40%, saldo f 200.40%.
Verslag afslag.
Er is aangevoerd: 518 H.L. alikruiken,
53159 kilo wulken, *228876 pond bot, 56653%
kist haring, 455975 pond paling, 6189 pond
baars, 62061 kilo spiering, 479 kist nest, 1
kist toters, 48 kist sprot, 719 k. oesters, 820
pond zalm. 400 kist schar, 72101 kilo ansjo
vis, 31 mand kokkels, 180 kist makreel, 37
kist geep.
Totale opbrengst f 450.618.69. Hiervoor
komt 1%% voor het fonds zijnde f 5632.79.
De totale opbrengst was f 23.073.39 hooger
dan het vorige jaar.
Bestuursverkiezing.
De aftredende bestuursleden C. Metselaar
S. P. de Vries en S. ten Bokkcl worden allen
herkozen.
Het bestuursvoorstel tot het nemen van 10
aandeden bij de op te richten Garnalen-
drogerij wordt met 1 stem tegen aangeno
men.
De heer Kooy voelt voor liqui
datie.
Rondvraag. De heer M. Kooy merkt op. dat
de regeering ons, onze rechtspersoonlijkheid
heeft ontnomen. Wij mogen geen nieuwe le
den meer aannemen.
En nu geef ik in overweging, al
dus spr., om zoo met hebben en hou
den over te gaan naar de D.E.T.V.
en daar een onderafdeeling van te
worden. Zoodat wij dus liquideeren.
De heer Kooy licht dit nog uitvoerig toe.
Voorzitter zegt dat liquidatie mogelijk is, als
2/3 der leden vóórstemt. Maar als wij bij
D.E.T.V. zijn, dan mag D.E.T.V. toch niet
doen, dat wat wij thans doen, zegt. voorz.
De heeren S. P. de Vries en P. de Graaf
nemen aan de discussie over dit onderwerp
deel.
De oud-voorzitter, thans bestuurslid, de
heer Jac. Kaptein, zegt: „In 1900 werd het
fonds opgericht met een contributie van f 2
per jaar en dan kregen de leden boven de
60 jaar f 1 in de week, de weduwen even
eens en de weezen f 0.20 in de week. Het
was echter bedroevend hoe weinig visschers
lid werden. Anderen bedankten als men om
de contributie kwam.
Wat betalen aangaat, de jongeren
betalen voor de ouderen. Was er
geen Visschersfonds geweest dan had
den we hier waarschijnlijk een Ge
meente-afslag gehad en dan kon
men 5 of 4% betalen, nu echter de
afslag er gekomen is door het geld
van de leden nu betaalt men 2%
aan den afslag.
Er is geprobeerd de contributie op f 5 te
brengen, maar hoeveel waren er voor? zegge
en schrijve 17 leden!"
Nadat door anderen deze kwestie ook nog
eens onder het me# genomen is, sluit de
voorzitter de discussie en zegt toe dat het
bestuur nog eens pogingen zal aanwenden
tot voortbestaan der vereeniging. Spr. sluit
dan onder dankzegging voor de groote op
komst (60) en gevoerde besprekingen, de
vergadering.
Collecte.
Aan net Leger des Heils te Den Helder
is vergunning verleend tot het houden van
een collecte, de z.g. Zelfverloocheningsaan-
vrage, in Februari a.s.
Aanleg nieuwe Algemeene Be
graafplaats.
Naar wij vernemen, hebben Ged. Staten
hunne goedkeuring gehecht aan het Raads
besluit tot den aanleg van een nieuwe
begraafplaats op Noordburen, waartoe be
reids grond was aangekocht.
Do plannen zullen nu dus wel spoedig
tot uitvoering worden gebracht.
Plaatjeswec.
Bij de Zondag ƒ.1. alhier door de belas
tingambtenaren gehouden controle op de
rijwielplaatjes liepen wederom 15 wielrij
ders in den val.
Een hunner, zekeren K. uit Den Oever,
die geen belasfingplaatje kon toonen, wei
gerde het verschuldigde bedrag te betalen.
Evenmin gaf hij gehoor aan de herhaalde
uitnoodigingen zijn rijwiel dan maar af te
geven. De man is verbaliseerd en zal later
ongetwijfeld dubbel voor zijn overtreding
moeten boeten.
Drankwetovertreding.
Door de Rijkspolitie alhier is proces-ver
baal opgemaakt tegen een verlofhouder te
Den Oever wegens het voorhanden hebben
van sterken drank in zijn verlofslokaliteit.
Politie.
Gevonden: een heerenportemonnaie met
inhoud. Inl. bij den Gcm.-bode.
AMSTERDAM, 24 Jan. 1938.
Veemarkt, 388 vette koeien, le kw. 72
80 ct., 2e kw. 6470 ct., 3e kw. 5262 ct.
per Kg. slachtgewicht; 89 melk- en kalf-
koeien f 180—250 per stuk, 48 vette kalve
ren: 2e kw. 72—S0 ct., 3e kw. 5S68 ct.
66 nuchtere kalveren f 8—13 per stuk, 43
schapen f 1832 per stuk, 453 varkens:
vleeschvarkens, wegende van 90—110 Kg.
7172 ct., zware varkens 7071 ct,, vette
varkens 6970 ct. per Kg. slachtgew., 6
paarden f 100—150 per stuk. Aangevoerd:
3 wagons geslachte runderen uit Denemar
ken. Overzicht: Slachtrunderen matige
aanvoer, handel zeer stug, vaste prijzen,
melkkoeien constante aanvoer, handel stil,
prijshoudend. Vette kalveren matige aan
voer, zeer stugge handel, prijzen hoog.
Nuchtere kalveren korte aanvoer, vlugge
handel, onveranderde prijzen. Schapen ma
tige aanvoer, stugge handel, vaste prijzen.
Varkens behoorlijke aanvoer, vraag naar
vleeschvarkens, onveranderde prijzen.
Paarden onbeteekenende aanvoer en han
del.
AMSTERDAM. 24 Jan.
Binnenl. granen. (Boerennoteering). Rog
ge 7.507.75, chevalier gerst 7.507.S0, win-
tergerst 7.50—7.80, haver 6.25—6.50, duive-
boonen 9—10, paardeboonen 89, groene
erwten 8.509.50, alles per 100 Kg. Karwij-
zaad 11.50 en blauwmaanzaad 14—15.50, bei
den per 50 Kg.
ALKMAAR. 24 Jan.
Andijvie 6.50—16, appelen 3.60—8, Bloemen
daler kool 1.502.60, bloemkool I 910, id.
II 45, boerenkool 1.80—4.60. bieten 2.90—
3.60, gele kool 1.502.20, groene kool 1.80
4. knolselderie 23. peren 3—6, prei 1.80
3.60, peterselie 4.60—5.20, roode kool 2.60
6. selderie 24.20, spruiten 2.505.50, uien
9.4012, wortelen 1.603.60, wasrhwortelen
4—8. witlof 7—9.60, idem II 4—6.
PURIMF.REND, 25 Jan.
Veemarkt. Koeien, totaal 400 stuks;
180 vette koeien 5860 ct. per Kg., gelde
koien 150210, melkkoeien 180300, stieren
58—60 ct. per Kg., 11 paarden f 90—190, 35
vette kalveren 30—60 ct. per Kg., 300 nuch
tere kalveren f 717, 151 vette varkens 60
62 ct. per Kg., 65 magere varkens f 25
45, 290 biggen f 15—25. 900 schapen f 17—
34. 20 bokken 413.
WARMENHTJIZEN, 24 Jan.
Roode kool f 3.20—5.0, gele koijl f 1.50—
1.70 Deensche witte kool 1.70. 'Aanvoer:
1700 Kg. roode -kool, 600 Kg. gele kool, 300
Kg. Deensche witte kool.
BROEK OP LANGENDIJK, 25 Jan.
Uien 11.4012.40; drielingen 10.5010.80;
grove 11.40—11.80; stek 7.20—8; peen 2.40—
2.80; kleine peen: 1.80; kroten 3.90—4.40;
roode kool 2.80—5.80, gele kool 1.50—2.50;
cl witte kool 1.30—2.50
NOORDSr.IIARWOPDE, 25 Jan.
Uien 11.60—12.40, drielingen 10.2010.70,
grove 11.1011.90, gele nop 8.peen 2.50
2.70. kleine peen 1.10—1.30, kroten 2.30—
3.50. roode kool 3.40—5.80, gele kool 1.50—
1.80, D. witte kool 1.30—2.50. De veiling
duurt voort.