Welke inhoud dient gegeven te worden aan ordening? De traqedie in de Promerskazerne De benoeming van Visschersfonds Lezing van Dn Ir. Af. D. D1JL Sergeant verdacht van doodslag roode burgemeesters llit onze Omgeving Te half twee gisterenmiddag opende de heer P. S. Eenhoorn, voorzitter der Vereeni- ging van Oudleerlingen der Rijkslandbouw- wintarsdhool te Schagen de cursusvergade ring der vereeniging. Behalve de zeer talrijke aanwezigen, heet spr. o.m. in het bijzonder welkom den heer Stapel, voorzitter van de Holl. Mij. v. Land bouw en Dr. Ir. M. D. Dijt, te Haarlem, die hij als spreker van dezen middag dan het woord geeft voor het onderwerp: „Welke in houd dient gegeven te worden aan de „orde ning" Spreker begint met te constateeren, dat het woord „ordening" bij geen bespreking over economische politiek meer ontbreekt. Vrijwel nimmer wordt duidelijk gemaakt wat onder „ordening" wordt verstaan, maar vast staat, dat de vroegere economische „ordewaarbij de prijzen der goederen voor uitbreiding of inkrimping der productie zorgden, niet meer bevredigt. Deze betrekkelijk harmonische orde is, zegt spreker, thans door allerlei oorzaken, waarop ik straks terugkom, verstoord. Vanzelfsprekend is de menschelijke geest er op uit, daar waar wanorde is geschapen, de orde weer te herstellen, kortom dat men wil „ordenen". Ook ik heb, zegt spreker, in uw vergadering van Januari 1932 reeds een voorstel ontwikkeld. Men heeft aanvankelijk getracht door al lerlei lapmiddeltjes het economisch leven weer in 't goede spoor te krijgen, maar de chaos werd steeds grooter en thans klinkt een algemeene roep naar een principieele ordening. Niet duidelijk werd gemaakt, zegt spre ker. wat men precies wil, maar in hoofd zaak wilde men de regeling der voortbren ging niet overlaten aan de individueele producenten, maar men wilde een of andere instelling van den Staat met die regeling belasten. - Het voorontwerp Landbouwordeningswet is het eenige concrete resultaat van dien drang. Men dacht zich de daarbij een productie regeling door bedrijfsraden onder toezicht of directen invloed van den Staat, dus een z.g. ordening van hoven, terwijl men na de slechte ontvangst van dit voorontwerp in vrijwel alle kringen van de bevolking meer en meer ging praten over „ordening van onderen af" dus door de bedrijfsgenooten gezamenlijk. Het groote gevaar voor de samenleving is dat men is begonnen te ordenen zonder dat men eigenlijk weet wat mien ordent. Hierdoor gaat het toeval heerschen. Gaat het, zegt spreker, bij de ordening om de voortbrenging of om het verbruik? Redelijk nadenken, zegt hij. brengt ons er toe te zeggen, dat het niet om het een óf het ander, maar om het een èn het ander gaat. Er moet harmonie zijn tusschen beiden en daarom kan het verstoorde evenwicht in het economische leven onmogelijk worden opgelost door een z.g. ordening der produc tie alleen. Een der vele dwaasheden van de econo mische politiek der laatste jaren is dat vrij wel alle landen trachten en getracht heb ben hun invoer te beperken en hun uitvoer te vergrooten. Dit neo-mercan til isme is vanzelfsprekend voor de wereld als geheel ondoorvoerbaar. omdat nu eenmaal de in voer van den een, de uitvoer van den ander is, en dat de z.g. wereldinvoeren en de we- relduitvoeren gelijk zijn. Het gevolg is dan ook geweest, dat de wereldhandel inschrom- pelde. Ook de z.g.n. aanpassingspolitiek van ons eigen land hecritiseert spreken. De vermin derde koopkracht door de versoberingen ver minderde onze invoer en wij deden dus fei telijk hetzelfde als de landen, die den uit voer krachtens de wet verboden. Behalve voortbrenging en verbruik, in- en uitvoer kent ons economisch leven nog an dere tegenstellingen als vorderingen en schulden, kapitaal en arbeid, werkgever en werknemer, stad en platteland en tot op ze kere hoogte ook geld en goederen. Het gaat ook daarbij in het economisch leven 'nimmer om een van beide tegenstel lingen doch steeds om beide tezamen. Wanneer ik, zegt spreker, er in geslaagd hen U te laten zien, dat het in het eco nomisch leven altijd gaat om liet proces van de samenwerking der tegenstellingen, dus van voortbrenging èn verbruik enz. dan dienen wij nu even na te gaan waarom de vroegere orde nu niet meer bestendigd kan blijven en dus 0e- of zoo U wilt herordend moet worden. Spreker noemt als reden de ontwikkeling van stad en land, waarbij in de laatste eeuw een hoe langer, hoe grooter deel van de be volking in de steden is gaan wonen, 5 erder de toeneming van de handel waardoor de landbouw meer en meer afhankelijk is ge worden van de markt en dus van de prij zen. Daarenboven zijn in het uitgaven-budget van den boer steeds meer vaste lasten ge komen (loonen, renten enz.) waardoor het bedrijf-gevoeliger is geworden voor prijsda lingen. De verhooging van het welstandspeil bracht tot overmaat van ramp steeds ernstiger conjunctuurschommelingen. Hierbij is gekomen de abnormale schul denstructuur van Duitschland tegenover de abnormale vorderingenpositie van de Ver. Staten van Noord-Amerika, wat op zichzelf reeds een „crisis"-oorzaak is, temeer daar Amerika betaald wenschte te worden in goud, welk edel metaal er nu eenmaal te kort op de wereld is. De betrekkelijke orde van vroeger kon door al deze oorzaken niet gehandhaafd blijven. Er heerschte overal disharmonie. Tekort naast overvloed. Wat is er, vraagt spreker, gedaan en voorgesteld om de orde te herstellen? Als voornaamste hulpmiddel heeft men gegrepen naar devaluatie, welke echter slechts in schijn „ordent". Ordening van het geldwezen, dat men als doel der devaluatie vaak hoort aan duiden, kan slechts in internationaal ver band worden opgelost. In de tweede plaats noemt spreker het herleidingsstelsel, waarbij voorgesteld wordt harmonie te brengen tusschen schulden en vermogen tusschen prijzen en productie kosten door de geldvorderingen en schulden, loonen en renten te herleiden evenredig met het op- en neergaan van de kosten van levensonderhoud. Spreker noemt vele hieraan verbonden nadeelen als het schokken der geld- en credietverhoudingen, terwijl de prijsvor ming der grondstoffen er niet door wordt verbeterd. Het adres van het Ned. Verbond van Vakvereenigingen in September 1937 aan den Voorzitter van den Raad van Minis ters gericht, waarin op „globale" beheer- sching van de conjuctuur wordt gewezen, gaat mank aan het reeds eerder door mij, zegt spreker, hier genoemde euvel, n.1. dat men geen wég aangeeft waarlangs tempering van de conjunctuurschommelin gen is te bereiken. Men kan nu wel a la Blum aan den gang gaan, maar men krijgt dan inplaats van orde de chaos. Verder noemt spr. nog de z.g. beperkings- politiek, die in het reeds genoemde adres van het N.V.V. even om het hoekje komt kijken bij het stellen van de vraag of bij het vestigen van nieuwe ondernemingen niet op de behoefte aan dergelijke nieuwe zaken moet worden gelet. Dit is zegt spreker, een zeer belangrijke opmerking, waarbij men echter deze vraag moet stellen: „Wat moet er dan van onze medemenschen worden, wie men verbiedt een nieuwe onderneming te vestigen en die daardoor tot lediggang gedoemd zijn?" Het N.V.V. zoekt althans nog naar een betere harmonie tusschen voortbrenging en verbruik. De agrarische politiek echter ziet slechts heil in productiebeperking. De bedoeling is dan om door benerking der productie hoogere prijzen te kunnen bedingen. De zin der samenleving gaat door deze eenzijdige ordening verloren, immers er zijn millioenen die aan de producten gebrek hebben en een samenleving gebaseerd op een der- qelijke verkeerde opvatting moet ten gronde gaan. Neen dan, roept spreker uit, wordt in de encycliek Quadragesimo Anno een geheel ander en een geheel tegengesteld advies voor ordening gegeven, wanneer wij daar lezen: „Eerst dan immers zal het sociaal- economisch organisme duurzaam geves tigd zijn, en zijn bestemming bereiken, wanneer zoowel de gemeenschap als de individuen zullen deelen in alle goederen, die door de schatten en de hulomiddelen der natuur, door de techniek en door de sociale organisatie van het economische leven kunnen worden opgebracht, en de maat van die goederen moet zoo groot zijn, dat ze niet slechts toereikend is om in het noodzakelijke en in een passend comfort te voorzien, doch de menschen ook kan brengen tot dien welstand, die, mits verstandig gebruikt, niet alleen geen belemmering is van de deugd, maar haar veeleer krachtig bevordert." Gedwongen productiebeperking is onso ciaal en kan eerst tot haar doel komen, n.1. tot hoogere prijzen, wanneer ze internatio naal wordt doorgevoerd en indirect niet tot te groote verbruiksvermindering aan leiding geeft. Spreker geeft als voorbeeld de bloem bollenordening, waardoor inderdaad iets hoogere prijzen zijn bereikt. Daartegenover echter daalde het oppervlak, dat in ons land met hyacinthen, tulpen en narcissen is beplant, van omstreeks 9000 H.A., tot circa 4700 H.A., terwijl het buitenland zijn culturen uitbreidde van circa 2000 II.A. tot circa 4500 H.A. Gevolgen van de genomen saneerings- maatregelcn zijn werkloosheid en verhoogde productiekosten. De buitenlandsche kwee- ker. die ook hoogere prijzen kon bedingen, werd alzoo indirect door ons land gesteund om zijn cultures lustig uit te breiden, waardoor Nederland zijn monopoliepositie heeft verloren. Verder noemt spreker de beperking van onze eierproductie. Terwijl wij gingen be perken, bleef onze concurrent Denemarken produceeren. waardoor zijn export steeg van 53.9 ton in 1930 tot 73.3 ton in 1935, terwijl de onze in dien tijd terugliep van S5.0 ton tot 61.8 ton. Met de varkens is het principieel de zelfde zaak als met de eieren, met dit ver schil echter, dat de contingenteeringen van het buitenland de moeilijkheden hier wel zeer groot maakten. De ordening door big- genmerken is zulk een mislukking gewor den, dat de Nedcrlandsche varkenshouderij onlangs niet kon profitcercn van de be staande vraag op de wereldmarkt. De ordening van den melkveestapel met het doel beperking der melkproductie, beeft integendeel den melkstroom vergroot. Hier bereikten de ordenaars dus wel een zeer averechtsch resultaat. Gevolg is een buitengewone toename van den boteruitvoer, o.a. naar Engeland. Spreker schetst dan de groote moeilijk heden van „ordening" daar de stemming steeds wisselt bij veranderende marktom standigheden. Een nadeel van iedere produrtiebener- king is een verhooging der productiekos ten en daardoor vermindering van de concurrentiekracht van onzen landbouw. Scherp hekelt spreker het rapport van de Nederlandsehe Handelscómm'ssie naar Zuid Amerika, die als agrarische nouveauté niets anders wist te adviseeren. dan uitvoer van radiolampcn tegen invoer van Argentijnsch vleesch. Een typisch beeld van verslapping! Als een ander groot nadeel der kalver- teeltbeperking wordt genoemd de achteruit gang van de kwaliteit van den veestapel door het steeds meer aanhouden van oude koeien. Dat er een betere selectie plaats vindt betwist spreker. Ruimden dan, vraag spreker, de boeren vóór de teeltbeperking hun beste kalveren op? Er is dus, roept spreker uit, een volkomen onmacht van de „orde naars" om vooruit te zien en al moge het dan waar zijn, dat ook de indi vidueele producenten onvoldoende in de toekomst kunnen kijken en dat daardoor de marktfluctuaties zoo groot zijn, het is nu wel afdoende bewezen, dat een ordening door men schen, die evenmin vooruit kunnen zien, een grooter onding is dan hee- lemaal geen ordening. Spreker zegt zeer huiverig te zijn voor de wijze waarop geordend wordt, doch acht de verschillende onjuiste maatregelen een ge volg van een gebrek aan inzicht in het pro ces van de economische samenleving. Er moet echter een oplossing gevonden worden, daar het wankelbare evenwicht van het economische leven ondragelijk is gewor den. Er zal dus een nieuwe betere orde moeten komen en spreker ziet de mogelijkheid daar toe in een grootere stabiliteit van het prijs peil der landbouwproducten, bovenal van het graan. Door het vormen van reservevoorraden moet het mogelijk zijn de prijzen der agra rische stapelproducten zoowel voor daling als stijging te behoeden. Spreker begroot de kosten van dit stabili satiesysteem op ongeveer f 1.50 per hoofd der bevolking, welk bedrag tegenover de to talen belastingdruk van ca. f 100 per hoofd gering is te noemen. Als men weet dat bijna 80% der wereld- grondstoffenproductie agrarisch is, begrijpt men hoe groot mede de invloed van een prij- zenordening zou zijn op denafzet en con junctuur in de industrie. Een dergelijke redelijke ordening welke ook in overeenstemming zou zijn met het „Quadragesimo Anno" zou harmonie kun nen brengen tusschen de belooning van stad en platteland, tusschen voortbrenging en verbruik en daardoor zou de vooruitgang van de techniek tot uitdrukking komen in een hooger levenspeil, terwijl tevens ruimte wordt gelaten aan de individueele bestaans- verantwoordelijkheid, aan vrije voortbren ging en zoo vrij mogelijken handel. En, eindigt spreker, als op deze basis geen internationale samenwerking is te krijgen, welnu laat ons dan naar een nationale oplos sing zoeken. Hiervoor strijd Landbouw en Maatschappij nu reeds jaren en ik sta hier bij de aan zijde van de doelstellingen van dezen Bond: het verkrijgen van een redelijke verhouding tusschen de loonen van stad en land. Als betere inzichten in de verhoudin gen tusschen de afzonderlijke groepen in onze nationale samenleving doordringen, zal zich dat ook uiten in een beter inzicht in-de verhouding der staten onderling. Want het is tenslotte hetzelfde blinde ego isme, dat de eene groep der samenleving tegen de andere groep en de eene staat tegen den anderen staat opzet. Er moet bereidheid komen om offers te brengen in het belang van den onderlingen samenhang en de verhoudingen moeten be paald worden door sociale liefde en sociale rechtvaardigheid. De techniek der ordening is dan zoo een voudig als ze thans ingewikkeld schijnt, Hierna ontwikkelde zidh over dit interes sante onderwerp een zeer geanimeerde ge- da ebte wisseling. Krijrjsraad leqt zware straf op Men herinnert zich het tragische ongeval, dat op 25 Sept. van het vorig jaar in het wachtlokaal van de Promers-kazerne te gaarden plaatsgreep. Een meisje, H. ten El zen, vond daar door een pistool schot den dood en de 21-jarige ser geant J. L. van O., in wiens nabij heid het ongeluk gebeurde, werd, tot doodslag beschuldigd, in het Huis van Bewaring opgesloten. Deze zaak diende gisteren voor den Krijgs" raad te 's-Hertogenbosch. Van O. beweert, dat hij, op verzoek van 't meisje, dat hem in het wachtlokaal was komen opzoeken, hot wapen gedemonstreerd heeft. Hij dacht, dat het pistool ongeladen was en dat de veiligheidspal „goed" zat. Toen het meisje zeide: „Je durft toch niet te schieten," heeft hij het wapen afgeUnk- ken. De sergeant ontkende de bedoeling tot dooden te hebben gehad. Wilde bcklaaqde zich van het meisje ontdoen? De auditeur-militair, mr. J. S. L. Aghina. requisitoir nemend, vraagt zich af of de be klaagde niet de bedoeling hoeft gehad het meisje opzettelijk dood te 'schieten. Het leven van den heklaa<rde wijst daarop en ik kan, zoo zeide de auditeur-militair, mij niet vrij maken van de rodaehte. d°t d" beklaag de zich van 't meisje heeft willen ontdoen. Ik kan hem dat echter niet bewij zen, vervolgde spr. en zal mij dus houden aan de kwalificatie van dood door schuld. Over de toerekeningsvatbaarheid van den sergeant bestaat tusschen den psychiater en den auditeur-militair verschil van mieening. De aud.-mil. eischt negen maanden gevangenisstraf, met ontslag uit den dienst. Beklaagde wordt bijgestaan door mr. L. Baudoin, die een zeer clemente straf be pleit De krijgsraad uitspraak doende veroordeeld van O tenslotte wegens het veroorzaken van dood door schuld tot negen maanden ge vangenisstraf met aftrek van vier maan den preventief en ontslag uit den dienst. Nog geen gelijkschakeling der S.D.A.P. met andere politieke groepen. De leden, die in het voorl. verslag over de begrooting van Binnenl. Zaken 1938 op merkten, dat de sociaal-democratische ar beiderspartij nog steeds in een uitzonderings positie verkeert ten aanzien van de bur gemeestersbenoemingen en er daafbij op wijzen, dat, bij een aantal van 110 ge meenten, waar de grootste fractie in den raad door de s.d.a.p-leden wordt gevormd., slechts drie leden dier partij hef burge meestersambt bekleeden, wijst de minister in zijn memorie* van antwoord op het vol gende: De minister aarzelt niet te er kennen, dat de s.d.a.p. te dezen in een uitzonderingspositie verkeert, en, wel in deze uitzonderingspositie, dat de evolutie, welke die partij in den laatsten tijd heeft doorgemaakt en die van beteekenis schijnt bij de beoordeeling van de geschiktheid harer leden voor het burgemeesters ambt nog zoo jong is, dat het niet aangaat, reeds thans te ei- schen, dat een zekere gelijkschake ling ten opzichte van andere poli tieke groepen zou moeten worden in acht genomen. 's Ministers' streven is er op gericht, in zijn benoemingsvoordrachten den eisch van deskundigheid, van burgemeesters, ook in kleine gemeenten, tot zijn recht te laten komen. W1ERINGEN Liquidatie in de vergadering besproken. Zondagmiddag j.1. vergaderde het Vis schersfonds Wieringen in Hotel de Haan. Te ruim drie uur heet de voorzitter, de heer J. J. Tijsen, de talrijke aanwezigen welkom en opent de vergadering. De heer S. P. de Vries leest hierna de notulen voor, die onveranderd worden goedgekeurd. Verslag financiën 1937. Ontvangsten en kasgeld f 8311.56%, uitgaven f4118.73, nog te betalen uitgaven f 200, saldo f 3992.83%. Hiervan, is 1/3 (f 1330.94) voor leden bo ven 60 jaar en 2/3 (f 2661.89) voor weduwen- en weozenfonds. Het bedrag ad f 1330.94 komt ten goede aan 49 leden voor een voldeel, is 49 keer f26.83 is f 1314.67, 1 lid deel is f 13.41%, 1 lid 1/10 deel is f2.68, totaal f 1330.71%, saldo f 0.17%. Van het 2/3 dee] Wed.- en Weezenfonds f 2611.89 is over 1937 aan weduwen uit betaald f 654.—, saldo f 2007.S9. Het saldo f 2007.89 komt ten goede aan loden boven 60 jaar en aan de weduwen, zijnde 49 leden boven 60 jaar over 12 maanden ad f32.42V2 is f 1588.821/', 1 lid over 6 mnd. ad f 16.22 is f 16.22, 1 lid over 1 maand ad f 2.70 is f 2.70, 11 weduwen boven 60 jaar, over 12 maanden ad f 32.42% is f 356.667%, 1 weduwe over 10 maanden ad f *27.02 is f 27-02, 1 weduwe over 6 maanden f 16.22 is f 16.22, totaal f 2007.66. Saldo f 0.23. Ieder lid boven 60 jaar. rechthebbende op 12 mnd. uitkeering, ontvangt uit het fonds voor leden boven 60 jaar f 26.83 en uit 't Wed.- en Weezenfonds extra f 32.42%, totaal f 59.25%. Iedere weduwe, rechthebbende op 12 mnd. uitkeering uit het Wed.- en Weezenfonds ontvangt extra f 34.42%. 1938. Bezittingen en kasgeld Hipp. f2850. Rijkspostspaarbank f 83.43, Boerenleonbank f 1776.2*2, Kasgeld f 2806.10, totaal f 7515.75, uit te keeren f 3338.67, blijft f 4177.08. Af voor kasgeld voor nog te betalen uitgaven f 200.saldo belegging f 3977.08. Kasgeld op 20 Jan. 1938 f 200. met overschot uit keering f 0.40%, saldo f 200.40%. Verslag afslag. Er is aangevoerd: 518 H.L. alikruiken, 53159 kilo wulken, *228876 pond bot, 56653% kist haring, 455975 pond paling, 6189 pond baars, 62061 kilo spiering, 479 kist nest, 1 kist toters, 48 kist sprot, 719 k. oesters, 820 pond zalm. 400 kist schar, 72101 kilo ansjo vis, 31 mand kokkels, 180 kist makreel, 37 kist geep. Totale opbrengst f 450.618.69. Hiervoor komt 1%% voor het fonds zijnde f 5632.79. De totale opbrengst was f 23.073.39 hooger dan het vorige jaar. Bestuursverkiezing. De aftredende bestuursleden C. Metselaar S. P. de Vries en S. ten Bokkcl worden allen herkozen. Het bestuursvoorstel tot het nemen van 10 aandeden bij de op te richten Garnalen- drogerij wordt met 1 stem tegen aangeno men. De heer Kooy voelt voor liqui datie. Rondvraag. De heer M. Kooy merkt op. dat de regeering ons, onze rechtspersoonlijkheid heeft ontnomen. Wij mogen geen nieuwe le den meer aannemen. En nu geef ik in overweging, al dus spr., om zoo met hebben en hou den over te gaan naar de D.E.T.V. en daar een onderafdeeling van te worden. Zoodat wij dus liquideeren. De heer Kooy licht dit nog uitvoerig toe. Voorzitter zegt dat liquidatie mogelijk is, als 2/3 der leden vóórstemt. Maar als wij bij D.E.T.V. zijn, dan mag D.E.T.V. toch niet doen, dat wat wij thans doen, zegt. voorz. De heeren S. P. de Vries en P. de Graaf nemen aan de discussie over dit onderwerp deel. De oud-voorzitter, thans bestuurslid, de heer Jac. Kaptein, zegt: „In 1900 werd het fonds opgericht met een contributie van f 2 per jaar en dan kregen de leden boven de 60 jaar f 1 in de week, de weduwen even eens en de weezen f 0.20 in de week. Het was echter bedroevend hoe weinig visschers lid werden. Anderen bedankten als men om de contributie kwam. Wat betalen aangaat, de jongeren betalen voor de ouderen. Was er geen Visschersfonds geweest dan had den we hier waarschijnlijk een Ge meente-afslag gehad en dan kon men 5 of 4% betalen, nu echter de afslag er gekomen is door het geld van de leden nu betaalt men 2% aan den afslag. Er is geprobeerd de contributie op f 5 te brengen, maar hoeveel waren er voor? zegge en schrijve 17 leden!" Nadat door anderen deze kwestie ook nog eens onder het me# genomen is, sluit de voorzitter de discussie en zegt toe dat het bestuur nog eens pogingen zal aanwenden tot voortbestaan der vereeniging. Spr. sluit dan onder dankzegging voor de groote op komst (60) en gevoerde besprekingen, de vergadering. Collecte. Aan net Leger des Heils te Den Helder is vergunning verleend tot het houden van een collecte, de z.g. Zelfverloocheningsaan- vrage, in Februari a.s. Aanleg nieuwe Algemeene Be graafplaats. Naar wij vernemen, hebben Ged. Staten hunne goedkeuring gehecht aan het Raads besluit tot den aanleg van een nieuwe begraafplaats op Noordburen, waartoe be reids grond was aangekocht. Do plannen zullen nu dus wel spoedig tot uitvoering worden gebracht. Plaatjeswec. Bij de Zondag ƒ.1. alhier door de belas tingambtenaren gehouden controle op de rijwielplaatjes liepen wederom 15 wielrij ders in den val. Een hunner, zekeren K. uit Den Oever, die geen belasfingplaatje kon toonen, wei gerde het verschuldigde bedrag te betalen. Evenmin gaf hij gehoor aan de herhaalde uitnoodigingen zijn rijwiel dan maar af te geven. De man is verbaliseerd en zal later ongetwijfeld dubbel voor zijn overtreding moeten boeten. Drankwetovertreding. Door de Rijkspolitie alhier is proces-ver baal opgemaakt tegen een verlofhouder te Den Oever wegens het voorhanden hebben van sterken drank in zijn verlofslokaliteit. Politie. Gevonden: een heerenportemonnaie met inhoud. Inl. bij den Gcm.-bode. AMSTERDAM, 24 Jan. 1938. Veemarkt, 388 vette koeien, le kw. 72 80 ct., 2e kw. 6470 ct., 3e kw. 5262 ct. per Kg. slachtgewicht; 89 melk- en kalf- koeien f 180—250 per stuk, 48 vette kalve ren: 2e kw. 72—S0 ct., 3e kw. 5S68 ct. 66 nuchtere kalveren f 8—13 per stuk, 43 schapen f 1832 per stuk, 453 varkens: vleeschvarkens, wegende van 90—110 Kg. 7172 ct., zware varkens 7071 ct,, vette varkens 6970 ct. per Kg. slachtgew., 6 paarden f 100—150 per stuk. Aangevoerd: 3 wagons geslachte runderen uit Denemar ken. Overzicht: Slachtrunderen matige aanvoer, handel zeer stug, vaste prijzen, melkkoeien constante aanvoer, handel stil, prijshoudend. Vette kalveren matige aan voer, zeer stugge handel, prijzen hoog. Nuchtere kalveren korte aanvoer, vlugge handel, onveranderde prijzen. Schapen ma tige aanvoer, stugge handel, vaste prijzen. Varkens behoorlijke aanvoer, vraag naar vleeschvarkens, onveranderde prijzen. Paarden onbeteekenende aanvoer en han del. AMSTERDAM. 24 Jan. Binnenl. granen. (Boerennoteering). Rog ge 7.507.75, chevalier gerst 7.507.S0, win- tergerst 7.50—7.80, haver 6.25—6.50, duive- boonen 9—10, paardeboonen 89, groene erwten 8.509.50, alles per 100 Kg. Karwij- zaad 11.50 en blauwmaanzaad 14—15.50, bei den per 50 Kg. ALKMAAR. 24 Jan. Andijvie 6.50—16, appelen 3.60—8, Bloemen daler kool 1.502.60, bloemkool I 910, id. II 45, boerenkool 1.80—4.60. bieten 2.90— 3.60, gele kool 1.502.20, groene kool 1.80 4. knolselderie 23. peren 3—6, prei 1.80 3.60, peterselie 4.60—5.20, roode kool 2.60 6. selderie 24.20, spruiten 2.505.50, uien 9.4012, wortelen 1.603.60, wasrhwortelen 4—8. witlof 7—9.60, idem II 4—6. PURIMF.REND, 25 Jan. Veemarkt. Koeien, totaal 400 stuks; 180 vette koeien 5860 ct. per Kg., gelde koien 150210, melkkoeien 180300, stieren 58—60 ct. per Kg., 11 paarden f 90—190, 35 vette kalveren 30—60 ct. per Kg., 300 nuch tere kalveren f 717, 151 vette varkens 60 62 ct. per Kg., 65 magere varkens f 25 45, 290 biggen f 15—25. 900 schapen f 17— 34. 20 bokken 413. WARMENHTJIZEN, 24 Jan. Roode kool f 3.20—5.0, gele koijl f 1.50— 1.70 Deensche witte kool 1.70. 'Aanvoer: 1700 Kg. roode -kool, 600 Kg. gele kool, 300 Kg. Deensche witte kool. BROEK OP LANGENDIJK, 25 Jan. Uien 11.4012.40; drielingen 10.5010.80; grove 11.40—11.80; stek 7.20—8; peen 2.40— 2.80; kleine peen: 1.80; kroten 3.90—4.40; roode kool 2.80—5.80, gele kool 1.50—2.50; cl witte kool 1.30—2.50 NOORDSr.IIARWOPDE, 25 Jan. Uien 11.60—12.40, drielingen 10.2010.70, grove 11.1011.90, gele nop 8.peen 2.50 2.70. kleine peen 1.10—1.30, kroten 2.30— 3.50. roode kool 3.40—5.80, gele kool 1.50— 1.80, D. witte kool 1.30—2.50. De veiling duurt voort.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1938 | | pagina 3