Ras-problemen
in Amerika
S.
DE
Iburroughs
O
Wraakzuchtige olifant
Radioprogramma
jedgar rice
ETHEL M» DELL
U ontvangt het
dubbele en U
betaalt minder
reinigt I
aiies
DOOR
No. 21.
Alles ging goed tot de golven de boot de
den deinen, de apen kwamen in een paniek
stemming. Met moeite gelukte het Akoet hen
•e kalmeren. Toen kwam er een hoge golf,
die over het dek rolde. De apen sprongen op
:n vielen over elkaar heen. Tenslotte gelukte
het Tarzan en Akoet toch de dieren weer op
hun plaats te krijgen en ,hen hun krachten
aan de riemen te doen beproeven. Tien uur
lang duurde de tocht voordat de scherpe
ogen van de aapman de kust van het vaste
land ontdekten. Nu duurde het niet lang meer
of de boot liep op het zand. Tarzan en Mu-
gambi sprongen er uit en trokken de boot
nog verder op het strand, waarna de apen
over boord klommen en ook Sheeta volgde.
Gedurende de nacht zaten de apen dicht bij
elkaar terzijde van het vuur, dat Mugambi
had aangelegd om hen te verwarmen. Tarzan
en Sheeta echter, waren een andere mening
toegedaan. Geen van beiden vreesden de duis
ternis en daarbij hadden zij honger. Samen
gingen zij het bos in om voedsel te zoeken.
Tarzan was de eerste, die vlees rook. Opeens
stootten de twee op een buffel. Op een teken
van de aapman sprong Sheeta op de brede
rug van het dier en sloeg zijn sterke tanden
in diens nek. Tarzan stak met zjjn mes, ter
wijl htf het dodelijk verschrikte dier vast
greep. Vele honderden meters droeg het brul
lende dier zijn twee wilde aanvallers op zijn
rug, totdat het mes van Tarzan zijn hart
vond.
(Nieuwe spelling.)
WORDT HUWELIJK TUSSCHEN
NEGERS EN BLANKEN VERBO
DEN?
Senator Bilbo, uit Mississippi, heeft
dit jaar een wetsontwerp ingediend
om huwelijken tusschen blanken en
negers in het District of Columbia
(het door een commissie geregeer
de gebied, waarin de stad Washing
ton ligt) en de Amerikaarische kolo
niën en gebieden (territories) te ver
bieden.
Het is niet zoo eenvoudig!
Dit feit vestigt weer eens de aandacht
op het steeds urgente negersvraagstuk,
waarmede Amerika nu reeds meer dan 70
jaar heeft te kampen en waarvoor, aldus
de N.R.Crt. wel nooit een goede oplossing
zal te vinden zijn. Zoo eenvoudig als onze
negergedienstige de zaak inziet: absolute
geboortebeperking totdat het negerras in
Amerika zal zijn uitgestorven, is het niet.
Wij willen hier voornamelijk slechts één
zijde behandelen: de rasvermenging en de
factoren die hierop invloed hebben.
De blanken betreuren het, dat geleidelijk
de negers zich met de blanken gaan ver
mengen en gezien de veel grootere vrucht
baarheid van de negers ligt het voor de
hand, dat men zich zeer bevreesd maakt
voor een relatief sterke vermeerdering van
de negers of mulatten, (kinderen van Ame-
rikaansche negerinnen en blanken, of om
gekeerd). Recente betrouwbare cijfers over
het aantal mulatten en negers zijn niet te
krijgen.
Slechts 15 pet. van de kleurlingen zijn
mulatten: Shannon schat hun aantal op
ongeveer 30 pet.
Uit officieuze bron vernemen wij, dat de
rasvermenging steeds verder is doorgegaan.
Shannon constateert in een brochure over
dit onderwerp, dat in Amerika de mulatten
met slechts zeer weinig ftegerbloed zich
toch den toegang tot de blanke maatschap
pij zien afgesneden, waartegenover echter
staat dat zij in de negermaatschappij over-
heerschen.
Slimme negervrouwen.
Dit laatste is een voorname factor
die de rasvermenging in de hand
werkt: wanneer negervrouwen we
ten dat hun kinderen van- gemengd
bloed meer kans hebben om vooruit
te komen, zullen ze trachten verbin
tenis met een blanke aan te gaan.
Bij een nauwkeurig onderzoek is geble
ken, dat de onderwijskrachten aan neger
colleges en de technische middelbare scho
len grootendeels, soms zelfs uitsluitend, mu
FEUILLETON.
DOOR
9.
Maar haar broer merkte het niet op. ,,0,
was Pax er ook? Hij zei, dat hij gaan zou.
Heb je veel met hem gepraat?"
„Ik?" zei Claire. „Ja, onder één dans.
Waarom?"
Chisledon grinnikte. „Eén maar Dat was
onaardig. Hij had zoo op je gerekend!"
„Waarom zou hij op mjj rekenen?" zei
Claire, terwijl een plotselinge blos haar bleek
gezichtje kleurde.
Hij haalde de schouders op. „Dat moet je
mij niet vragen! Ik heb genoeg te doen met
mijn eigen zaken. Zeg mij één ding. Heeft
Yvonne behalve met Markham met iemand
anders gedanst? De waarheid, denk er om!^
„Waarom zou ik de waarheid niet zeggen?"
zei Claire. „Maar waarom vraag je het mij
Yvonne zal het je zelf vertellen."
„Waarom ik het aan jou vraag?" Hij her
haalde haar vraag met een luidruchtigen lach.
„Omdat je mijn partij kiest, als je het weten
wilt. Omdat je evengoed weet als ik, wat er
gebeurt en je er juist zoo over denkt als ik.
Nu antwoord, Claire!"
Zijn stem had een sissenden klank. Hij
keek haar aan met dreigende, bloeddoorloopen
oogen.
Maar Claire doorstond zijn blik zonder
eenigen angst. Zij zag dat hij niet voor rede
latten zijn; hetzelfde geldt voor den geeste
lijken stand: negerpredikanten zijn veelal
mulatten en hebben, gezien de eigenaardige
emotioneele godsdienstige geaardheid van
de negers, grooten invloed op hun rasgenoo-
ten. De betrekkelijk weinige negers, in fe
derale regeeringsposities toegelaten, zijn
ook meestal van gemengd bloed.
De kans dat een mulattenkind tot
een leidende positie opklimt is 54
maal zoo groot als bij een zuiver
negerkind. Reuter toch vond onder
2129 kleurlingen van naam 1638 mu
latten. Toch blijkt uit dit laatste on
derzoek tevens, dat ook zuivere ne
gers tot hoogere rangen kunnen op
klimmen.
Geen stemrecht voor negers.
De afscheiding tusschen blank en zwart
ziet men op alle levensgebieden. Alles wat
een zwarte of maar lichtelijk getinte huid
heeft of andere onmiskenbare teekenen met
zich draagt negerbloed te bezitten, ziet zich
over het algemeen in de wereld der blan
ken den pas afgesneden. In het politieke
leven: in het Zuiden kunnen de negers hun
bij de federale grondwet gegeven stemrecht
niet uitoefenen, dat beletten de kieswetten.
Zoo is hun de mogelijkheid, voor eigen
lotsverbetering te werken, belet. Alle Zui
delijke en vele andere staten in het ge-
heei 27 hebben wetten die huwelijken
tusschen blanken en kleurlingen verbieden.
In alle Zuidelijke staten gaan de neger
en mulattenkinderen op afzonderlijke
scholen; de wetten, die dit voorschrijven,
zijn door het Opperste Hof te Washington
geldig verklaard.
Blanke en bruine staten.
De eigenaars van perceelen in bepaalde
buurten sluiten contracten af, waarbij zij
zich verbinden hun huizen niet aan negers
te verkoopen of te verhuren. Veelal ziet
men „blanke" wijken, als ze wat ouder
worden, door negers ingenomen. De kerken
geven ook al niet veel kans voor aanra-
kig der rassen. Slechts in zeer enkele
gevallen zal een kleurling in een kerk met
blanken den dienst bij kunnen wonen; in
Roomsche kerken komt dit voor, maar
dan nog zitten de negers op de achterste
banken. En bij de „sociale" bijeenkomsten
worden ze niet geduld. De treinen in het
OP ELKE BUS EEN BON VOOR GESCHENKEN
Zuiden hebben afzonderlijke wagens of
afdeelingen voor wit en zwart, in de trams
moeten veelal de negers aan een andere
zijde de wagens binnenkomen dan de
blanken. Zoo zijn dus de gelegenheden voor
de rassen om met elkaar in aanraking te
komen, uiterst gering.
Achter een zwart masker.
En toch komen in het Noorden gemengde
huwelijken voor, meer tusschen blanken en
mulatten dan tusschen blanken en zuivere
negers.
Maar: in het geheele land, vooral
ook in het Zuiden, worden heel wat
kinderen uit onwettige betrekkingen
tusschen blank en zwart geboren;
de blanke man is dan meestal de
schuldige. Hieruit komen de lyn-
chings veelal voort. Is een blanke
de werkelijke schuldige, dan gebeurt
het vaak dat hij een zwart masker
draagt, de plaats der misdaad ont
vlucht en bijtijds een neger voor
hem in de plaats wordt geschoven,
die dan zijn noodlot niet ontgaat.
De blanke vader wordt alleen aan zijn
onmiddellijke omgeving bekend, men doet
er verder het zwijgen toe.
Het rassenvraagstuk wordt steeds urgen
ter. Vooral ook nu in vele staten de negers
niet alleen meer politieke macht krijgen,
maar zelfs den doorslag kunnen geven bij
de stembus. Nu zij dit feit herhaaldelijk
in hun kranten kunnenl ezen, zullen zij
geleidelijk ook hoogere eischen gaan stellen.
Voor wat hoort wat! En toch hebben de
Zuidelijke Democraten een groote overwin-
nir"- behaald nu zij door obstructie te
voeren er in geslaagd zijn het wetsont
werp tegen het lynchen af te wenden. Daar
uit moet toch wel blijken, dat de Noordelij
ke Democraten niet al te bang voor hun
zwarte kiezers zijn.
Stuk suiker kost twee menschen-
levens.
Olifanten plegen een goed geheu
gen te hebben en vergeten vooral een
hun eenmaal aangedaan onrecht niet
gemakkelijk. Wanneer zij zich op een
gegeven oogenblik tegen een plagerij
niet kunnen verdedigen, wachten zij,
ook wanneer er dagen en weken ver
strijken, de eerste de beste gelegen
heid af om zich te wreken.
Dit goede geheugen en dit groote eergevoel
van de zoo goedmoedige dikhuiden hebben
reeds aan menig mensch het leven gekost.
Een zeer onaangename ervaring deed
thans ook een oppasser in Brindaban op,
die een olifant een stukje suiker had afge-
kaapt en het dier daarmede nog had ge
plaagd. De man wist niet, hoezeer hij door
deze daad en spot de trots van het dier had
gekrenkt. De olifant liet zich de volgende da
gen rustig voederen en deed, alsof tusschen
hem en zijn oppasser alles bij het oude ge
bleven was. Maar op het oogenblik, dat zich
een gunstige gelegenheid tot wraak voor
deed, greep hij den man plotseling beet en
wierp hem met zijn slurf tegen den grond.
Op het laatste oogenblik, toen het woedende
dier den oppasser nogmaals wilde aanvallen
en vermorzelen, gelukte het dezen zich door
een moedigen sprong in een nabijgelegen ri
viertje te redden.
Zijn woede nog niet gekoeld.
Daarop wendde de olifant zich tegen twee
sadhoes (leden van een Hindoe-sekte), die
den oppasser te hulp waren gesneld en ver
morzelde deze menschen onder zijn pooten.
Daarop stormde hij onder een woest ge
trompet op een schaar pelgrims af, die op
weg naar een heilig oord waren. Doch voor
dat de olifant hier verder onheil kon aan
richten, openden politie-agenten het vuur op
hem en dreven hem de wildernis in. Zwaar
gewapende jagers hebben nu het bosch om
singeld, om te beletten, dat het gewonde dier
vlucht.
Woont de componist Dupont hier?
Neen, mijnheer, hij woont een octaaf
hooger.
WOENSDAG 16 MAART 1938.
Hilversum I. 1875 en 415,5 m.
VAR A-uitzending. 10.0010.20 v.m. VPRO.
11.00—11.30 v.m. en 6.30—7.00 RVU. 7.30—
8.00 VPRO.
8.00 Gramofoonmuziek.
9.30 Keukenpraatje.
10.00 Morgenwijidng.
10.20 Voor Arbeiders in de Continu Bedrijven.
11.00 Causerie „Kinderen van gescheiden
ouders".
11.30 Voor de werkloozen.
12.00 Gramofoonmuziek.
12.30 VARA-Orkest en soliste.
I.30—1.45 Gramofoonmuziek.
2.00 Kniples.
2.30 Voor de vrouw.
3.00 Voor de kinderen..
5.30 Gramofoonmuziek.
6.00 De Ramblers.
6.30 Causerie „Wat maken wij van onze wo
ning?"
f.00 Gramofoonmuziek.
7.10 Zang.
7.30 Cyclus „Ons werk en ons geloof."
8.00 Herhaling SOS-Berichten.
8.03 Berichten ANP. VARA-Varia.
8.15 Gramofoonmuziek.
8.45 Radiotooneel.
9.10 VARA-Orkest, Mannenkoor van „De Stem
des Volks" en solisten.
10.00 Berichten ANP.
10.05 Esmeralda-Septet.
10.30 Solistenconcert.
II.00 Viool en piano.
11.3012.00 Gramofoonmuziek.
Hilversum H. 301,5 m.
NCRV-uitzending. 6.307.00 Onderwijsfonds
voor de Scheepvaart.
8.00 Schriftlezing, meditatie, gewijde muziek
(gr.pl.).
8.30 Gramofoonmuziek.
9.30 Gelukwenschen.
9.45 Gramofoonmuziek.
10.30 Morgendienst.
11.00 Gramofoonmuziek.
11.45 Ensemble Van der Horst. t
12.00 Berichten.
12.15 Gramofoonmuziek.
12.30 Vervolg concert.
I.30 Gramofoonmuziek.
2.00 Bas-bariton en piano. In de pauzes: Gra
mofoonmuziek.
3.00 Christ. lectuur.
3.25 Gramofoonmuziek.
3.40 Zang, piano en gramofoonplaten
4.40 Felicitaties.
5.00 Kinderuurtje.
5.45 Grmofoonmuziek.
6.00 Land- en tuinbouwcauserie.
6.30 Taales en Causerie over het Binnenaan-
varingsreglement.
7.00 Berichten.
7.15 Boekbespreking.
7.45 Reportage.
8.00 Berichten ANP. Herhaling SOS-Ber.
8.10 Zangavond van den Bond van Christ.
Zangvereenigingen in den Zuid-Oothoek van
Friesland. (9.109.40 Causerie „Petrus
Dathenus").
10.10 Berichten ANP.
10.15 Dampraatje.
10.30 Gramofoonmuziek.
10.45 Gymnastiekles.
II.00 Gramofoonmuziek.
ca. 11.5012.00 Schriftlezing.
neering vatbaar was. „Je moet de dingen niet
overdrijven, Guy" zei ze, „ik zal je alles ver
tellen wat je weten wilt. Maa, er is werkelijk
niets te vertellen. Niemand heeft alle dansen
gedanst; het was te warm. En, zooals je ziet,
wij zijn vroeg naar huis gegaan. Nu ga ik naar
bed. Wel te rusten!"
Zij liep naar de deur maar hij greep haar
onverwachts bij den arm.
„Probeer je de waarheid voor mij te ver
bergen?"
Zij keek hem onversaagd in het verhitte
gezicht. „Wees niet zoo onbillijk! Je kunt toch
met je eigen oogen zien maar probeer niet
te willen zien wat niet bestaat in je eigen
belang. Laat mij gaan, Guy, ik ben moe."
Hij staarde haar eenige seconden aan alsof
hij de strekking van haar bewering overwoog,
wendde zich toen met een ruwe beweging
naar de tafel. „Jullie zijt allen hetzelfde,"
gromde hij, „en ik ben ook moe."
HOOFDSTUK VI.
„De" Vrouw".
Claire sliep dien nacht zeer onrustig; ont
waakte herhaaldelijk met een wild kloppend
hart uit angstige droomen, en bleef dan lang
wakker liggen .waarin zijn den toestand met
steeds groeienden angst onder de oogen te
zien trachtte te zien.
Dat Yvonne met vuur speelde, was aan
geen twijfel onderhevig, en het eenige voor
behoed tegen een hevige uitbarsting was ge
legen in de manier waarop Pax een der beide
vuuraanstokers wilde verwijderen. Hij had
gesproken met een besliste zekerheid, en hg
was een man van zijn woord. Als Chris
Markham voorloopig van het tooneel ver
dween, zou het onmiddellijk gevaar afgewend
en misschien voor goed vermeden kunnen
worden. Maar Yvonne zou ongetwijfeld elders
naar afleiding zoeken, want zij kon nu een
maal niet zonder aanbidders, die zij, waar zij
ook ging, op haar weg steeds ontmoette.
Maar Claire trachtte zich te troosten met de
gedachte, dat er ook hier veiligheid in het
aantal lag, en zij kon zich niemand zoo heet
hoofdig en doordrijvend voorstellen als Chris
Markham. Het zou een ongeloofelijke opluch
ting voor haar zijn, wanneer hij uit het be
reik van Yvonne was. En het zou voor Guy
ook veel rustiger zijn. Zij betrapte zich er op,
dat zij een rilling moest onderdrukken, tel
kens wanneer zij aan haar broer dacht. Zijn
toestand had haar meer aangegrepen, dan dat
zij zich zelf bekennen wilde. Op sommige
tijden had zij haar vermoedens omtrent hem
gehad, maar vannacht was hij blijkbaar zich
zelf niet meer meester geweest. Maar onrust
en zenuwen waren de oorzaak dat hij zijn zelf-
beheersching verloren had. Hij maakte zich
ongerust over Yvonne. Als zij dat Yvonne
maar aan het verstand kon brengen hoe
veel ellende zou dan vermeden kunnen worden!
En toch lag er in Yvonne's luchtige levensop
vatting zelf een zekere n ate van veiligheid.
Zoolang zij bleef lachen en schertsen, kon nie
mand haar handelwijze werkelijk ernstig op
nemen! Guy zou na een goedt nachtrust weer
zich zelf zijn en inzien dat het Yvonne slechts
om genoegen en afleiding te doen was. Zij
trachtte de herinnering uit haar geheugen te
bannen aan den blik in Yvonne's oogen, die
haar zoozeer verontrust had, en ofschoon zij
hierin slechts gedeeltelijk slaagde, vond haar
vermoeide geest eindelijk rust en zij viel in een
diepen slaap, waaruit zij niet ontwaakte voor
de zon hoog aan den hemel stond en de be
diende haar ochtend-thee binnen bracht.
Toen z(j zich oprichtte zag ze Yvonne in de
deuropening staan. Yvonne in een bruin rij-
costuum met blozende wangen en lachende
oogjes, die haar helmhoed vroolijk heen en
weer zwaaide.
„Jou luilak!" was haar begroeting. „Ik ben
juist terug van een heerlijken rit. Heb je goed
geslapen?"
Claire, die zich weer op haar kussens had
neergevleid en nog niet helder wakker was,
antwoordde bevestigend, omdat dit haar ge
makkelijker was.
Yvonne kwam met haar lichten gang als
een beeld van levenslust de kamer binnen en
zond met een handbeweging den bediende
weg.
„Ik heb hem gezegd nog een kopje te bren
gen, dan kunnen wij gezellig samen thee drin
ken voor ik mijn bad neem. Lieve, wat zie je
er doodmoe uit. Blijf je niet liever wat
rusten?"
Ze keek bezorgd op Claire neer, en boog zich
voorover om haar een kus te geven.
„Zal ik je een kopje thee inschenken? Dat
zal je helpen om wakker U worden. Het was
werkelijk heerlijk vanmorgen. Wij reden
den ouden tempelweg en hielden stil bij de
ruïne om de zon te zien opgaan. Er was geen
menschelijk wezen te bekennen maar op
den terugweg hadden wij een echt avontuur.
Iemand schoot op ons van achter den aarden
wal bij het reservoir, en Chris zoowel als ik
denken, dat het die gekke Pathan was, maar
hte maakte de paarden schichtig en wij ren
de terug om niet tot verder mikpunt van zijn
schietkunst gebruikt te worden. Hier is Je
thee, schat. Dat zal je goed doen."
Met haar innemenden, vroolijksten glim
lach reikte zij Claire het kopje thee toe
maar Claire vond geen lach voor zoovee!
zorgeloosheid.
„Maar, lieveling, waarom neem Je dien
vreeselgken verlaten weg?" zei ze „Dat is
juist een plek waar dergelijke individuen
zich schuil houden. Chris Markham moet
werkelijk half krankzinnig zijn om je daar
heen te brengen."
„Dat is hij ook beslist krankzinnig."
Yvonne dronk lachend haar kopje leeg. „Ik
geloof, dat iedereen het min of meer is in
dit vreeselijke land. Maar hij heeft een pret
tige soort krankzinnigheid, die dwaze
jongen! Tusschen twee haakjes hij gaat
op de tijgerjacht om zich te troosten, als ik
naar Kapoo vertrek."
Claire keek haar half verschrikt aan, De
woorden „dan pas?" lagen haar op de lip
pen, maar ze uitte ze niet en zei niets, zich
sterk bewust» van een gevoel van ontrouw,
bijna verraad, dat haar den vorigen avond
ook zoo gehinderd had.
Yvonne ging door met spreken half
tot zich zelf half tot Claire, er klonk
ondeugende vroolijkheid in haar stem. „Dus
wij moeten zooveel mogelijk genieten van de
volgende dagen. Ik heb hem gezegd, dat hij
in geen geval op het polo-bal mocht ontbre
ken, dat zou werkelijk ondenkbaar zijn, vind
Je ook niet?"
„Zou je dat zoo erg vinden?" vroeg Claire
met een gevoel dat zij een onhandigheid be
ging-
Yvonne vond dat blijkbaar niet, want zij
antwoordde zonder eenige verlegenheid: „Ik
zou natuurlijk wanhopig zijn. Er is niemand
hier, die zoo goed danst als Chris" zij liet
haar vroolijken lach hooren en met
wien men zoo gezellig kan zitten praten als
de anderen dansen. Als het niet om jou was,
geloof ik dat ik in het geheel niet naar
Kapoo zou gaan."
Claire bleef staan. Zij was nooit bang voor
hem geweest, maar er was iets in zijn hou
ding, dat haar zelfvertrouwen aan het wanke
len bracht. H(j zou zich niet tegen haar wen
den, dat wist zij, maar zij moest aan Yvon
ne denken, en een rilling van angst ging door
haar binnenste. Zij had hem nog nooit in een
dergelijken toestand gezien.
Zij zag hem zijn glas in één teug ledigen.
Iets in haar verzette zich in diepen afkeer.
VVas dit Guv deze halfdronken snoever, die
zich opzettelijk in haar gezelschap aan whisky
te buiten ging?" Angst en afkeer vervulden
haar. Maar zij wist dat protesteeren niets zou
baten.
Toch draalde ze in weerwil van haar eigen
gedachten, totdat hij onverwachts op haar
afkwam.
„Waarop wacht je? Ik dacht dat je naar
bed wilde," zei hij.
(Wordt vervolgd.)