't HOEKJE
OUDERS
W aar Christendom en Islam
elkaar ontmoeten
Tob nooit!
Dc wonderen van Bombay
Karaktervorming
VOOR DE
Dc Levenschool van Borgman
fa."
Reeds van oudsher vormde de Middelland
sehe Zee „de oude Wereldzee" tusschen
Europa, Azië, Afrika, langs welker kusten
zich de wereldgeschiedenis afspeelde, ten
tijde van Joden, Phoeniciërs, Carthagers, de
kustvolken van Klein-Azië, de Grieken en
Romeinen. Deze beteekenls bleef zij behou
den in de Middeleeuwen, toen Venetië en
Genua den handel beheerschten. Ook nu
staat zij weer in het brandpunt der belang
stelling door de jongste gebeurtenissen op
politiek gebied, maar hoe wisselend het po
litieke spel aan haar oever ook mag zijn, de
schoonheid van de Middellandsehe Zee biyft
onveranderd de zelfde.
De Middellandsehe Zee! Wie denkt bij
het uitspreken van dezen naam niet aan
een diepblauwe watervlakte, die onder een
stralend warme zon als het ware, zwaar
adem schijnt te halen? Dit gebied is we
reldberoemd, om zijn bizar gevormde kus
ten, om zijn liefelijke inhammen in de brui
ne en grijsgrauwe rotsen, waarop eeuwig
ruischende bosschages zich donker afteeke-
nen. Aan ieder plekje rondom de Middel
landsehe Zee schijnen tallooze herinnerin
gen aan vervlogen eeuwen verbonden. In
het algemeen zijn de menschen er vroo-
DE ROTS VAN GIBRALTAR.
OOK de straat van Gibraltar, een der
gevoeligste punten aan de Zuidelij
ke kust van Europa heeft haar ge
schiedenis. Vele der Europeesche naties
hebben de uitstekende rotspunt willen be
zitten, om van hier uit hun invloed op de
Middellandsehe Zee te kunnen oefenen.
Engeland heeft in 1704 het pleit gewonnen
en heeft op en in de rots uitgestrekte for
tificaties aangelegd. Doordat het dakvor-
mig gebergte met zijn drie kruinen, slechts
door een lage, van lagunen doorsneden
landtong met het continent verbonden is,
krijgt men voorbijvarende, den indruk, dat
de rots met zijn steile wanden loodrecht
uit het water oprijst. Op deze landtong is
een vijfhonderd meter breede strook grond,
neutraal en onbewoond; zij vormt de grens
tusschen het Engelsche en het Spaansche
grondgebied. Op een der drie kruinen ligt
het Signaalhuis. Wat wel het meest opvalt
zijn enkele reeds op grooten afstand zicht
bare vlekken op de bergwanden, die aan
pleisters doen denken. Dit zijn de zgn. wa-
tervangvlakken, waarop het regenwater
opgevangen kan worden om naar een aan
tal groote reservoirs geleid te- worden, ten
-
De sultan Achmed Moskee in Istanboul.
lijk en opgeruimd. Daardoor doen deze
streken aan den vreemdeling, die er voor
eenigen tijd vertoeft met vacantie zich voor
als een waar paradijs.
IN de geschiedenis speelt dit gebied een
rol van overwegend belang. Cultuur,
wetenschap en beschaving, zij hebben
alle hun oorsprong, hetzij in Griekenland,
hetzij in het Romeinsche rijk. Toen men in
de Noordelijke streken nog geen geschie
denis schreef, en slechts barbaarsche volks
stammen ronddaalden en elkander bevoch
ten en van cultuur nog geen sprake kon
zijn, stond Griekenland reeds op het top
punt van zijn beschaving. Deze werd la
ter voor een groot gedeelte geimiteerd en
nagevolgd door Rome, om van daar uit
naar de Germaansche streken te worden
overgebracht. Talrijke bouwwerken en
ruines getuigen nog van dien bloei, eeuwen
her rondom de Middellandsehe Zee, waar
aan omstreeks het jaar 450 een einde kwam,
toen de koning der Vandalen, Geiserich ge
naamd, een inval deed en Rome plunderde.
Over de eilanden Sicilië, Corsica, Sardinië
en de Balearen breidde hij zijn macht uit,
maar kort na zijn dood geraakte ook dit
groote rijk in verval.
Het typeert den geest dier tijden volko
men, dat deze koning zich noemde: „heer
over alle landen en zeëen". Europa en een
stukje van Afrika was voor die dagen de
wereld. Sedertdien heeft dit gebied onder
wisselende heerschappijen altijd in de be
langstelling der volkeren gestaan. Want na
de Vandalen kwamen de Arabieren en de
Mooren. Later betwistten Italianen, Tur
ken, Franschen en Engelschen elkaar dit
bezit. Men mag veilig zeggen, dat die be
langstelling tot op den huidigen dag on
verflauwd dezelfde is gebleven.
Wie aan boord van een zeestoomer uit
den Atlantischen Oceaan de Middelland
sehe Zee binnenvaart, ondergaat de eene
verrukking na de andere, wanneer hy aan
de linkerzijde de hoog oprijzende rots van
Gibraltar en Ceuta ziet liggen, terwyl aan
de andere kant zich de vlakke Afnkaan-
sche kust afteekent. In dat oogenbl.k kan
men twee werelddeelen tegelijkertyd zien:
zonder dat men zich er rekensc ap jan
geeft, dat hier twee culturen elkaar raken,
maar de schoonheid, die men zoo °x®rv
dig om zich heen ziet, verhindert, dat de
reiziger zich hierin verder verdiept.
behoeve van de watervoorziening. Aan de
Westzijde verheft zich terrasvormig aan de
voet het gelijknamige stadje Gibraltar. De
meeste gebouwen, die nog herinneren aan
de tijden, dat hier Arabieren en Mooren
woonden, zijn thans ingericht als magazij
nen.
DE BALEAREN EEN
GELIEFD TOERISTENCTRUM
EEN geliefd doel voor vacantiereizen is
ook de eilandengroep der Balearen
en daarvan in het bijzonder het eiland
Mallorca. Nergens ontplooit zich de schoon
heid van de Middellandsehe Zee zoo in
vollen omvang als op deze Spaansche
eilanden, die tot voor enkele jaren vrij
wel „terra incognita" waren. Niettemin
hebben de Phoeniciers, het energieke koop
vaardij volk uit de oude geschiedenis, de
bewoners van Carthago, de Romeinen en
de Vandalen de strategische waarde van
deze eilandengroep ingezien en hebben,
evenals de Mooren na hen, daar gekoloni
seerd.
En toen Engeland de hegemonie in de
Middellandsehe Zee bevocht, zette het
tegelijkertijd troepen af op Menorca, het
kleine Baleareneiland en op Gibraltar. En
Het Eliasklooster Santorin In Griekenland,
dat rijk Is aan herinneringen uit Grieken-
lands bloeitijd.
toen Engeland met Napoleon zijn krachten
moest meten, was 't eerstgenoemde eiland
nog eenmaal een belangrijke troef in de
handen van Engeland.
Dan volgen Sardinië en Sicilië. Ook hier
wordt de nuchtere Westerling overweldigd
door de bloeiende, echt Romaansche
schoonheid. Te weinig denkt hierbij de be
zoeker aan de belangrijke rol, die deze
eilanden gespeeld hebben in de ontwikke
ling der Europeesche geschiedenis. Hier
ontmoetten Christendom en Islam elkaar.
Talrijke plaatsen aan de kust der Mid
dellandsehe Zee strijden om het hoogste
toeristenbezoek. Het zijn de beide Rivièra's
met Nizza en Monte Carlo, het woelige
Genua, maar bovenal Venetië, de stad van
de gondels en de groote paleizen. Was de
zucht naar rijkdom in deze stad niet zoo
allesoverheerschend geweest, dan zou Ve
netië ook thans nog een rol van belang
hebben kunnen spelen in het leven rond
de Middellandsehe Zee.
Dan volgt Griekenland met zijn talrijke
ruines. Iedere schrede zet men hier op een
bodem, die zijn geschiedenis heeft. Alle
bouwwerken herinneren aan de machtspo
sitie, die Griekenland innam, toen het de
hegenomie in de Middellandsehe Zee had
Maar toen binnenlandsche onlusten zijn
kracht verzwakten, moest zij de hegemo
nie afstaan aan het Oosten Istamboel!
ook heden nog een zeer bezienswaardige
stad, de poort, die toegang verleent tot het
Oosten.
Vervolgens komt Palestina in zicht, waar
de wieg van het Christendom stond.
De Noordkust van Afrika heeft zoowel
in haar oude als nieuwe geschiedenis een
rol gespeeld. Reeds voor het begin onzer
jaartelling toen Alexandrië groot was en
Carthago nog bestond; in later tijd, de af-
geloopen twee eeuwen, wordt Afrika's
Noordkust, het doelwit voor de macht der
verschillende Europeesche staten: Italië,
Frankrijk, Spanje en Engeland om hier
vasten voet aan den grond te krijgen.
Maar dit alles vergeet de reiziger, die op
een der moderne,'zeer luxueus ingerichte
plezierschepen, gelegen in een luie dek-
stoel, de kusten langs vaart. Hij ziet alleen
de schilderachtige schoonheid van het land
en voelt de zachte deining van de rustige
zee, die hem in slaap zou kunnen wiegen,
maar hij wil niet slapen. Hij wil zien, ge
nieten, zooveel als maar eenigszins moge
lijk, om de herinnering hieraan als een
blijvende schat mee door zijn leven te
dragen. Het schip brengt hem bij de kusten
van Afrika, vaart tot in de onmiddellijke
nabijheid der Spaansche bergen, op welker
toppen, ondanks de kracht der zuidelijke
zon, in Mei nog sneeuw ligt.
Elke dag brengt hem nieuwe verrukkin
gen en toont hem plaatsen, die van cul
tuur haast oververzadigd zyn. Hij ademt
de sfeer van vervlogen eeuwen. Wanneer
hij dan terug komt op het eiland Madeira,
dat over het algemeen het uitgangspunt is
voor een Middellandsehe Zee-reis, is het
hem of hij vertoefd heeft in een sprook
jesland.
De liefhebbers van merkwaardige licht
verschijnselen zullen zich verheugen, als
zij eens een bloempot met Diomatus fraxi-
nella krijgen. Deze plant is afkomstig uit
Chineesch-Turkestan en licht vooral, wan
neer het stormt. Zij ziet er dan uit, of zij
bezaaid is met glimwormen.
De natuuronderzoekers schrijven dit ver
schijnsel toe aan de verdamping van een
zeer lichte olie, waarmee de bloem door
drenkt is. Men behoeft echter niet op een
storm te wachten, om met deze plant de
kamer te verlichten. Het is voldoende, als
men het uiteinde van haar stengel in brand
steekt. Dan brandt de olie, zonder de plant
te beschadigen; integendeel, zij groeit
krachtig door! Tegenwoordig wordt deze
wonderbloem in verschillende exemplaren
in den Botanischen Tuin te Bombay ge
kweekt.
In hoeverre hebben wij deze In
eigen hand?
Menigmaal is de vraag opgeworpen:
„heeft de mensch het in zijn hand, zichzelf
te veranderen?
Het antwoord op die vraag is niet zoo
eenvboudig en zou eigenlijk moeten luiden:
„Ja en neen".
Zeer zeker kan degene die dit ernstig wil
zichzelf matigen en wijzigen. Ieder mensch
heeft eigenaardigheden in zijn aanleg, die
een zoo uitgesproken karakter dragen, dat
deze nooit geheel zullen verdwijnen. Wel is
het mogelijk, om ongewenschte eigenaar
digheden in intensiteit te doen afnemen,
hoewel ze zich waarschijnlijk toch altijd, zij
het sporadisch, met de oude kracht zullen
blijven vertoonen. Een vos verliest wel zijn
haren maar niet zijn 3treken. En velen ma
ken hun leven moeilijker dan noodig is door
vast te houden aan het standpunt: „ja, zoo
ben ik nu eenmaal, daar kan ik niets aan
doen, men moet mij nemen zooals ik ben."
Velen van ons hebben een lange en harde
leerschool noodig om te ontdekken, dat onze
eigen fouten tenslotte altijd het hardst op
ons eigen hoofd neerkomen, ^.en ons beken
de jongeman hac' een uitgesproken roeke-
loozen aanleg. Hij stortte zich hals over
kop in riskante ondernemingen, zonder
eerst onderzoek te doen naar het wat en
hoe, hy flapte er in drift alles uit, wat
hem voor den mond kwam en maakte zich
daardoor veel vijanden. Daardoor liep alles,
wat hij ondernam falikant uit, en op een
dag was hy er leelijk aan toe en zonder be
trekking, zonder geld en zonder vrienden.
Ten einde raad was hij nu bezig zyn laatst-
overgebleven vriend zonder redelijken grond
uit te maken voor alles wat onaangenaam
was. Deze liei hem stil praten, en zei, toen
hij ademloos zweeg: „was het niet onver
standig van je om naar aanleiding van
zoo'n kleinigheid uit die zeer behoorlijke
betrekking te loopen?"
„Ja, maar ik was driftig en dan flap ik
er alles uit, zoo ben ik nu eenmaal."
„Ja," luidde het antwoord, „ik ben pre
cies geweest zooals jij, met een dolle kop
overal tegenin, tot ik ontdekte dat je,
zoodoende het hardst van alles tegen jezelf
en tegen je eigen belangen ingaat. Je komt
er niet met: „zoo ben ik nu eenmaal", we
moeten ons allemaal min of meer aanpas
sen aan het leven en aan onze omstandig
heden. Wil je een raad van mij aannemen?
Ga zoo gauw mogelijk naar dien chef van
je toe en zeg dat het je spijt. Je bent een
goede kracht en hy is een ruimdenkend
mensch, misschien neemt hij je terug".
„Dat kan ik niet," viel de jongere man
uit, „zeggen dat iets my spijt, zoo ben ik nu
eenmaal".
„Ja, en met dit standpunt, waar je zoo
geweldig trotsch öp bent, belandt je eerst
daags in het stempellokaal Bedenk nu maar
eens, dat je je niet kunt permitteeren om
te blyven, zooals je nu eenmaal bent, dat
je het tot nu toe, niet ver gebracht heeft.
Wees wijs en redt die baan, als het nog
gaat".
De driftkop volgde den raad op, hoe
wel het een bittere pil voor hem was. daarna
begon hy met naar kalmte en zelfbeheer-
sching te streven en geen genoegen te ne
men met zichzelf „zooals hy nu eenmaal
was".
Het was niet gemakkelyk, maar het
loonde de möeitë. De eerste maal, dat men
tegen een karakterfout ingaat, is dé moei
lijkste.
Dr. JOS DE COCK.
Taormina op Sicilië. Gezicht op de ruïnes van een Grieksch theater.
Is zy geschikt voor algemeene
toepassing?
Volgens Borgman is het hier in Neder
land de groote onderwijskwestie, of Bewe
gingsonderwijs absoluut verboden moet blij
ven ten bate van het bankonderwijs, dat
voor 100 onze scholen beheerscht. Ik kan
me voorstellen, dat B. enthousiast is voor
zyn levenswerk en dat hy vurig verlangt
naar verdere uitbreiding van hetgeen hij
na moeizamen arbeid tot stand heeft ge
bracht. Ik kan ook begrijpen, dat het hem
pijnlijk moet zyn, te bemerken, dat zijn
enthousiasme slechts door een enkelen on-
derwysman wordt gedeeld. Maar ander
zijds moge B. wel begrijpen, dat hetgeen hy
als het eenig goede ziet, sterk gekleurd is
door den bril, waardoor hy het beziet. Het
is nu eenmaal met alle ieuwe dingen zoo,
dat de wereld er voorloopig sceptisch tegen
over blijft staan. Zeer sterk is dit op onder-
wysgebied De strijd, welke thans byv. ge
streden wordt voor de vernieuwing van het
onderwijs in den geest van hetgeen in Bel
gië en andere landen reeds verwezenlykt is,
is in dit opzicht leerzaam voor ons en
voor B.l
Of er een absoluut verbod van bewegings-
onedrwys volgens B is? Ik geloot het niet.
Indien dit zoo ware, zou ook B. in zijn
school geen onderwijs op deze wijze kunnen
geven en... onze lager onderwijswet laat
werkelijk veel ruimte om experimenten te
nemen. Ik geloof dan ook niet, dat het ver
bod B.'s onderwys tegenwerkt, doch veeleer
de opvatting van zyn collega's, die er
vooralsnog geen belangryke voordeelen in
zien. Hetgeen trouwens ook wel blykt uit
B.'s opmerking, dat de heer L. Welling,
hoofdinspecteur van het l.o. in Groningen
in zyn (B.'s onderwys dus) niets nieuws
ziet...
B. voert een aantal bewyzen aan ter sta
ving van zyn bewering, dat, het bewegings-
onderwys den leertijd tot 1/12 verkort.
Uitvoerig gaat hy de voordeelen na van
beweging voor het lichamelyk welzijn
van het kind en hy noemt de zitstilschool
van thans de wegbereider tot de ze
nuwzieken van onzen tyd!
Men ziet het: B. laat geen mogelykheid
onbenut om zyn onderwijs te propageeren.
Maar ondanks dit alles kan ik niet ontko
men aan den indruk, dat hetgeen B. wil
niet vatbaar is voor algeheele
invoering. Het is hier al weer precies
hetzelfde als bij zooveel dingen: de man van
het systeem kan niet begrypen, dat de
doorvoering van zyn systeem voor anderen
zeer, zeer groote moeilijkheden met zich
mee brengt. Ieder Nederlandsch onderwy-
zer is nog geen Borgman, ik bedoel, be
schikt niet over de capaciteiten van B„ be
heerscht de wetenschappelyke zijden van dit
systeem niet in deze mate, beschikt niet over
het inzicht om telkens maar weer het
systeem zoo door te voeren als B. Prof. van
Poelje heeft dezer dagen opgemerkt, dat de
Overheid rekening te houden heeft met den
gemiddelden onderwijzer!
Wat B. bereikt, zal de gemiddelde onder-
wyzer dat met B.'s methode ook kunnen be
reiken? Het is B.'s levenswerk geweest en
uit den aard der zaak spant men dan alle
krachten in, en naar mate men met moei-
lykheden, als tëgenwerking, te strijden heeft,
zal men trachten deze door ontzettend veel
arbeid te overwinnen. Dit getuigt o.m. de
samenstelling van B.'s brochure, die hij ge
heel gestencild heeft en gratis beschikbaar
stelt.
Ik heb respect voor B.'s enthousiasme en
zijn idealisme, maar de mentaliteit kennende
van den Nederlandschen onderwijzer, houd
ik rekening met de inderdaad aanwezige
mogelykheid, dat anderen van B.'s me
thode weinig terecht zouden brengen.
Dit beteekent niet, dat ik afwijzend sta
tegenover de verschillende voordeelen van
B.'s onderwys. Allerminst! Ik acht het bo
vendien zelfs wel mogelijk, dat we in onze
gewone volksschool heel wat bewegings
onderwijs kunnen invoeren. Ik wil verder
gaan: er wordt reeds veel aan dit onder
wijs gedaan.
Wanneer B. met nadruk wyst op de waar
de van het tooneelspel voor het onderwys,
dan kan ik hem volkomen gelyk geven en
mededeelen, dat er reeds heel wat scholen
zijn, waarin van deze wyze van onderwys
geven gebruik gemaakt wordt.
Het is niet mogelyk B.'s brochure op den
voet te volgen en te behandelen.
Ik wil evenwel opmerken, dat ik 't van zeer
veel belang acht, dat men kennis neemt van
zijn werk. Ik heb er de vorige maal reeds
op gewezen, dat het niet aangaat er hoofd
schuddend en schouder-ophalend aan voor-
by te gaan. B. heeft recht, evengoed als een
Kerschensteiner, een Decroly, een Montes-
sori, enz. gekend te worden. Het is geheel
en al verkeerd alleen het van uit het bui
tenland komende uitsluitend onder de aan
dacht te brengen en het te bestudeeren. In
dit opzicht zyn wy Nederlanders wel wat
te internationaal! Het is dan ook daarom,
dat ik belangstellenden met klem wys op
de mogelijkheid nader met B.'s werk in
contact te komen, n.1. door B. te vragen
naar zyn brochure van Kerstmis 1937. Deze
wordt gratis verstrekt.