Uitbreiding productieve
werkverschaffing
O
«.airp"- w«i,jn
Tragedie van een
Russische vluchtelinge
Radioprogramma
ÏEDGAR RICE
j BURROUGHSi
Steun aan zoetwatervisschers
Een dief jubileert
Prinses Juliana reikt Roode Kruis
onderscheidingen uit
UIT ONZE OOST
Vijf slachtoffers bij
auto-ongeluk
Ex-N.S.B.-leider gedagvaard
Hel rampokkwaad bedwongen
ETHEL M, DELL
VliltHNNtmiHI
ltllll||f||na|Ma|||t
No. 61.
Rokofrs hulpkreten vervulden de lucht.
Bevend stond hij als verlamd voor de vrese
lijke dood, die hem naderde. Tarzan deed een
stap in de richting van de Rus, al zijn ge
dachten gericht op wraak. Eindelijk had hij
de moordenaar van zijn zoon in zijn macht.
Hem was het recht der wrake. Deze keer zou
niemand hem tegen kunnen houden. Onheil
spellend als een dier tegenover zijn prooi,
kromden zijn vingers zich krampachtig, toen
hjj hem naderde. Opeens bemerkte hij, dat
Sheeta naar voren sloop en hem het voorwerp
van zijn haat wilde ontrukken. Hij sprak
scherp tegen de panter, die een ogenblik stil
hield. Dat ogenblik benutte de Rus en vluchtte
naar de brug. Achter hem kwam Sheeta, de
panter, niet luisterende naar de waar
schuwende stem van zijn meester. Tarzan liep
achter de twee aan, toen hij een aanraking
op zijn arm voelde en zich omdraaiend zag
hij Jane naast zich. Blijf bij me", fluisterde
zij. „Ik ben bang". Tarzan keek achter haar.
Daar stonden de grote apen van Akoet. De
tanden ontbloot, als gereed tot de aanval,
keken sommigen naar de jonge vrouw. De
aapman zond hen terug. Hij was vergeten,
dat dit slechts beesten waren, niet in staat
zijn vrienden van zijn vijanden te onder
scheiden. Hun wilde natuur was bovenge
komen tijdens het gevecht met de matrozen
en alle vlees was voor hen nu begerenswaar
dig. Tarzan keerde zich weer naar de Rus,
verdrietig, dat hij zich nu zelf niet wreken
kon, tenzij de man een Sheeta zou kunnen
ontkomen. Maar toen hij keek, zag hij, dat
er geen hoop meer was. De man had het
einde van de brug bereikt en daar stond hij
met wijd open ogen naar het dier te staren,
dat langzaam naar hem toekwam met nijdig
gegrom.
(Nieuwe spelling.)
Aantal tewerkgestelden wordt
met 50 -procent vermeerderd.
Minister wacht de voorstellen
der gemeentebesturen af.
De Regeeringspersdienst meldt:
De Minister van Sociale Zaken
heeft het navolgende rondschrijven
aan alle gemeentebesturen gezonden:
„Hiermede heb ik de eer uw col
lege te berichten, dat de Regeering
heeft besloten te bevorderen, dat
door middel van productieve werk
verschaffing aan een grooter aantal
werkloozen dan tot nu toe het geval
is geweest nuttige arbeid wordt ver
schaft.
Voorhands is deze uitbreiding be
paald op rond 50% van het aantal
der tot nog toe tewerkgestelden,
gerekend over het geheele land.
De regeering is bereid de hoogere
aanspraken, die als gevolg van deze
uitbreiding der werkverschaffing op
gewone bijdragen uit het Werkloos-
heidssubsidiefonds zullen geboren
worden in verband met het ver
schil tusschen de kosten van steun-
verleening en de loonen in werkver
schaffing te aanvaarden.
Bij deze uitbreiding dient op het volgende
te worden gelet.
„Het is de bedoeling der Regeering, dat
deze uitbreiding mede dienstbaar wordt ge
maakt aan het groote belang van het
scheppen van blijvende werkgelegenheid. In
de eerste plaats heeft de Regeering daarom
gedacht aan een krachtige bevordering van
alles, wat ligt op het gebied van ontginning,
bebossching en ruilverkaveling.
Mochten dergelijke objecten in uw ge
meente niet of niet voldoende beschikbaar
zijn, dan kunnen ook andere soorten van
objecten in aanmerking komen, mits ook
deze aan de voorwaarde bij te dragen tot
blijvende werkverruiming, voldoen. Opdat de
Regeering zich dienaangaande een ocjrdeel
kan vormen, is het noodzakelijk, dat zooda
nige gegevens worden overgelegd, dat het
nut van het werk kan worden afgewogen
tegen de blijvende kosten, daaronder begre
pen die van onderhoud en exploitatie.
„Ik zal het op prijs stellen zoo
spoedig mogelijk door bemiddeling
van den inspecteur voor de werkver
schaffing de noodige voorstellen van
uw college te ontvangen. Nadat uw
college zich bij mij er van zal heb
ben vergewist, dat de voorgelegde
plannen mijn instemming zullen
hebben, waren ten spoedigste de
eventueele noodige besluiten tot be-
grootingswijziging bij Gedeputeerde
Staten uwer provincie ter goedkeu
ring in te zenden".
„Ik doe hierbij namens de Regeering een
krachtig beroep op uw college en door mid
del van u op de burgerij, om de Regeering,
nu zij tot uitbreiding van werkverschaffing
heeft besloten, bij deze taak met kracht ter
zijde te staan. Alleen toch door een goede
en voortdurende samenwerking is het voor
gestelde doel, dat ook door u zal worden
toegejuicht, te bereiken, nl. een grooter
aantal werkloozen aan voor de maatschap
pij nuttigen arbeid te helpen."
„Indien uw college nadere voorlichting
wenscht, kan het zich met den betrokken
inspecteur voor de werkverschaffing dan
wel rechtstreeks met mijn departement in
verbinding stellen."
De minister heeft de inspecteurs voor de
werkverschaffing opgedragen met groote
kracht naar uitbreiding van de werkver
schaffing te streven.
Het totale aantal in de werkverschaffing
tewerkgestelde voor het geheele land heeft
in het jongste verleden om de 50.000 ge
schommeld. Het laatst bekende totaalcijfer
is dat van Februari 1938, dat 53.367 beloopt.
De bedoeling der ministerieele circulaire
is blijkbaar, dat het totaalcijfer op ongeveer
75.000 wordt gebracht.
Dit jaar zal wederom steun worden ver
leend aan zoetwatervisschers. Alleen de
visschers, die in het jaar 1937 als georgani-
seerden bij de Nederlandsche Visscherijcen-
trale zijn toegelaten en zijn ingedeeld in de
groep „Zoetwatervisschers" komen voor dé
zen steun in aanmerking.
Evenals vorige jaren is onderscheid ge
maakt tusschen visschers, die de zoetwater-
visscherij als uitsluitend bedrijf en dearenen,
die deze visscherij als hoofdbedrijf uitoefe
nen. De steun wordt in geld uitgekeerd in
twee halfjaarlijksche termijnen.
Ten einde voor steun in aanmerking te
komen, moet zijn voldaan aan bepaalde
voorwaarden, o.a. deze, dat de aanvrager
niet meer dan 10 weken in de werkverschaf
fing te werk is gesteld of steun heeft geno
ten volgens een door den minister van Soci
ale Zaken goedgekeurde steunregeling.
De Nederlandsche Visscherijcentrale te
's-Gravenhage is met de uitvoering dezer re
geling belast.
De 53-jarige koopman J. van G., werd
gisteren voor de 25ste maal van zijn leven
veroordeeld.
Wegens diefstal van een koffer mot cho
colade-artikelen ten nadeele van een han
delsreiziger, legde de Haagsche rechtbank
hem dezen keer een gevangenisstraf van
acht maanden op.
In een plechtigheid heeft H.K.H. Prinses
Juliana gistermorgen de op 30 April verleen
de onderscheidingen van het Roode Kruis
uitgereikt in het hoofdkwartier aan de Prin-
cessegracht.
De Prinses onderhield zich eenige oogen-
blikken met het dagelij ksch bestuur en
sprak bij de uitreiking der onderscheidingen
een toepasselijk woord tot de betrokkenen,
waarbij zij hun verdiensten voor het Roode
Kruis releveerde.
Warm pleidooi ter Haagsche
terechtzitting.
Mej. H.B., Russisch uitgewekene,
moest gisteren voor de rechtbank te
Den Haag terechtstaan wegens
diefstal van vijf vosbonten uit een
winkel daar ter stede. Uit het on
derzoek ter terechtzitting, bleek, dat
zij in België, Duischland en Frank
rijk vele malen wegens winkel
diefstallen veroordeeld was.
Nadat de officier van Justitie in zijn re
quisitoir een gevangenisstraf van acht maan
den had gevorderd, lichtte de verdediger,
inr. van Ilcyst van Iiomunde een tipje van
den sluier van het tragische verleden van
verdachte op.
Tijdens de Tsaren-regeering was haar va
der rector van de universiteit te Moskou en
als meisje genoot zij een goede opvoeding
op het gymnasium. Dit werd alles plotseling
afgebroken door de revolutie, waarbij haar
vader en moeder gedood werden.
Zij zelf werd toen verpleegster,
doch vluchtte later naar Constanti-
nopel. Nadat zij daar uit het land
gewezen werd, begon haar zwerf
tocht door Europa. In Parijs, het
toevluchtsoord voor Russische emi
granten, vertoefde ze langen tijd,
doch daar werk moeilijk te vinden
was, zonk ze steeds dieper. Ten
slotte kwam ze in Nederland te
recht en na het plegen van den
diefstal, in het Huis van Bewaring.
Thans, zoo deelde de verdediger mede,
heeft ze van de Sovjet-regcering vergunning
gekregen naar Rusland terug te keeren. In
verband daarmee drong pleiter op een cle
mente straf aan, opdat verdachte spoedig
naar haar vaderland zou kunnen vertrek
ken.
Uitspraak 24 Mei.
Ben band sprong
Een two-seater met zes inzittenden, be
stuurd door den landbouwconsulenit ir. H.
Th. Hirsch, is in Kediri, nabij de dessa
Bandoengan bij Doerenan, omgeslagen. De
wagen keerde terug van baai Poppoh. De
'bestuurder, ir. Hirsch, werd, aldus de N.
R. Ct., licht gewond, terwijl van de mede
inzittenden dr. ir. A. P. C. Bijhouwer op
slag werd gedood, de dames Bijhouwer en
van der Leeuw licht werden gewond en
de adj. landbouw-consulent Soejono uit
Toeloeng Agoeng een hersenschudding be
kwam. Mevrouw Hirsch bleef ongedeerd.
Het ongeluk is te wijten aan het sprin
gen van een band, waardoor de auto, wel
ke een groote snelheid had, omsloeg.
Nader wordt nog vernomen, dat de hee-
ren Bijhouwer en Hirsch gronden bezichtig
den in de buurt van Trenggalek.
De vroegere leider van de N.S.B. in In-
dië ir. van der Laaken, die thans in Ne
derland vertoeft, is op 5 Juli a.s. gedagvaard
voor den Raad van Justitie te Batavia, op
grond van zijn uitlatingen in de rede op
den N.S.B.-landdag. Als eenige getuige zal
aldus de N.R. Ct. worden gehoord de chef
van den politieken inlichtingendienst, de
commissaris van politie Meijer.
De commandant» van de 1ste divisie heeft,
aldus de N.R.Crt., een order uitgegeven,
waarin mededeeling wordt gedaan van de
beëindiging van den militairen bijstand aan
het binnenlandsch bestuur ter bestrijding
van het rampok-kwaaad in de residenties
Batavia en Buitenzorg.
De Gouverneur van West-Java heeft aan
de betrokken corpsen dank betuigd voor de
verleende hulp.
In een onderhoud met den Gouverneur
vernam Aneta, dat het rampok-kwaad thans
tot normale proporties is teruggebracht. De
sterkste opleving was in Maart en April van
het vorige jaar, toen resp. 32 en 25 rainpok-
gevalleu in de provincie voorkwamen, prac-
tisch alle in beide genoemde residenties. Het
aantal is dit jaar teruggeloopen tot 5 in Fe
bruari en 2 in Maart.
DONDERDAG 12 MEI 1938.
Hilversum I, 1873 en 415,5 m.
8.00 KRO. 10.00 NCRV. 11.00 KRO. 2.00—
12.00 NCRV.
8.009.15 en 10.00 Gramofoonmuziek.
10.15 Morgendienst.
10.45 Gramofoonmuziek.
11.30 Godsdienstig halfuur.
12.00 Berichten.
12.15 KRO-orkest.
12.45 Reportage van de doop van Prinses
Beatrix.
I.30 Vervolg concert.
2.00 Handwerkuurtje.
3.00 Viool, piano en gramofoonmuziek.
3.45 Bijbellezing.
5.00 Cursus handenarbeid voor de jeugd.
5.30 De Eemlanders en Gramofoonmuziek.
6.40 CNV-kwartiertje.
7.00 Berichten.
7.15 Causerie „Zendingsmethoden op het ter
rein der Salatiga-Zending".
7.45 Reportage.
8.00 Berichten ANP, Herhaling SOS-Bericht,
8.15 Gramofoonmuziek.
8.20 Het Paaschbergkoor en Gramafoonmuz.
9.00 Causerie „Het nieuwe ontwerp tot reor
ganisatie van de Nederduits-Hervormde
Kerk".
9.20 Vervolg concert.
9.30 Gramofoonmuziek.
9.45 NCRV-orkest.
10.00 Berichten ANP.
10.05 Vervolg concert.
10.45 Gymnastiekles.
II.00 Vervolg concert.
11.30 Gramofoonmuziek.
Ca. 11.50—12.00 Schriftlezing.
Hilversum n, 301,5 m.
AVRO-Uitzending,
8.00 Gramofoonmuziek.
10.00 Morgenwijding.
10.15 Gramofoonmuziek.
10.30 Kniples.
11.00 Reportage van de doop van Prinses
Beatrix.
I.00 Johnny Kroon's ensemble.
2.00 Voor de vrouw.
2.30 Johnny Kroon's ensemble.
3.00 Kniples.
3.45 Gramofoonmuziek.
4.00 Voor zieken en thuiszittenden.
4.30 Pianovoordracht
4.50 Voor de kinderen.
5.30 Het Kovacs Lajos-orkest en het duo
„Ja".
6.30 Sportcauserieën.
7.00 Voor de kinderen.
7.05 AVRO-Dansorkest en soliste.
7.30 Engelsche les.
8.00 Berichten ANP, Mededeelingen.
8.15 Reportage van de doop van Prinses
Beatrix (gr.opn.).
9.00 Gramofoonmuziek.
9.30 „Guldana", operette.
10.30 Gramofoonmuziek.
II.00 Berichten ANP. Hierna: het AVRO-
Dansorkest.
11.4012.00 Orgelspel.
FEUILLETON.
DOOR
57.
Pax kwam naast hem bij den haard staan.
„Zoo ver ik weet, ziet zij op dit uur niemand
dan Claire en Chularn. Zij schijnt steeds het
bed te houden. Misschien wist je dat niet
„Ik wist dat zij ziek was ja." zei Chris
verlegen. „Maar dat kan op haar leeftijd toch
niet ongeneeslijk zijn. Dat zal ik nooit geloo-
ven. Zij zal er overheen komen. Zij moet beter
worden."
„Niet zoolang Ghulam daar is," zei Fax
met kalme overtuiging. „Maar niets kan haar
bewegen hem weg te zenden. Dus, ik zeg het
nog eens ik vrees, dat het een vergeef-
sche tocht voor je zal zijn."
Chris wierp met een uitdagende bewegi g
het hoofd in den nek. „Goed, dat zal ik dan
wel zien. Maai- nu ik hier ben, ga ik naar
haar toe. Het spijt mij, dat het tegen je zin
is, maar nu weet je het."
„Je zult een onherroepelijk verkeerden
doen," zei Pax. „Maar natuurlijk, je be
schouwt het als jouw zaak en niet als de
mijne. Het spijt mij ook."
..Hoor eens, oude jongen," zei Chris met
Zijn oude onstuimigheid, „laten wij er g
onaangenaamheden over krijgen. Ik ne j
zoo ontzettend gemist.
„Werkelijk?" zei Pax met een treurigen
glimlach. „Wel, steek een sigaret op. Ik zaï
Peters roepen om voor je koffers te zorgen.
Hij stak hem zijn sigarettenkoker toe en
Chris, geheel verteederd, nam er een uit. Een
oogenblik rookten de beide mannen zwijgend.
Toen, met een licht schouderophalen, verliet
Pax het vertrek om Peters te roepen, en liet
Chris bij den haard achter.
En Chris keek in het vuur en mompelde
voor zich zelf: „Arme oude Pax! Wat
is hij veranderd!"
HOOFDSTUK VI.
De Spion.
Sinds Cartridge zijn kamer moest houden,
had Pax in het hotel gedineerd, om zich er
van te verzekeren, dat alles in orde zou zijn
voor eventueele bezoekers, en hfj en Chris
zaten dien avond tezamen aan een maaltijd,
die, hoewel, niet zeer uitgebreid, toch een
vermoeid reiziger alleszins kon bekoren. Alles
werd op een kleinere schaal gedaan gedu
rende het stille seizoen, maar daarom waa het
niet minder goed in orde.
Zij spraken gedurende den maaltijd over
allerlei dingen, maar vermeden bij zwijgende
overeenkomst, alle intieme onderwerpen. Pax
vertelde van zijn hotel-onderneming, van den
harden strijd dien zij hadden moeten voeren,
en van het overweldigende succes, dat hun
werk beloond had.
Chris luisterde met gewillige belangstelling,
zijn best doend niets te laten blijken van het
koortsachtig ongeduld, dat hem verteerde. Hij
zelf had niet veel te zeggen. De reis was
onbelangrijk geweest en hij wilde niet spreken
over hun leven in het regiment in Indië. Hij
was zich bewust van een geheime bewonde
ring voor het feit, dat Pax zich had kunnen
voegen in het leven, dat hij nu leidde, en hij
wist niet, of hij hem meer beklagen dan bewon
deren moest. Het was zulk een tegenstelling
met de omgeving, waarin hij zich Pax steeds
gedacht had. dat hij het niet anders kon be
schouwen dan een tijdelijke periode, en hij
kon daarom niet het noodige enthousiasme
toonen.
Maar daar vroeg Pax niet om. Hij sprak
voortdurend en blijkbaar zonder eenige in
spanning, eenvoudig omdat het onder deze
omstandigheden gemakkelijker was om te
praten, dan te zwijgen. En de tegenwoordig
heid van Peters, die het zijn plicht had ge
acht, aan tafel te bedienen, was hem een
welkome hulp.
Bij het einde van den maaltijd verbrak Pe
ters eensklaps zijn plichtmatig zwijgen. „Met
Uw permissie, mijnheer," zei hij, „ik heb U
iets te vertellen, dat U, geloof ik, wel graag
zult hooren."
Beide mannen keken op, Pax met een vra-
genden glimlach, Chris met een grijns van
genoegen.
„Uitstekend, Peters! Ga je gang! Stoor je
niet aan mij," zei hij.
„Ja, mijnheer. Dank U mijnheer," zei Peters
met een gevaarlijke buiging naar Chris, hoe
wel hij zich onmiddellijk tot Pax wendde.
„Het is iets over mijn huwelijksplannen mijn
heer, waarin U eenigen tijd geleden zoo vrien
delijk was, belang te stellen."
Chris liet een geluid hooren, dat hij haas
tig smoorde door een snellen teug uit zijn
glas.
„Wel, Peters," vroeg Pax vol vriendelijke
belangstelling, „wat is er gebeurd? Heb je
haar er toe gekregen om Ja te zeggen?"
Peters' beweeglijke mond opende zich en
verwijdde zich tot zulk een afmeting, dat hg
dreigde tot zijn achterhoofd door te loopen.
De talrijke artikelen, die hij in zijn handen
droeg, trilden in gevaarlijk medevoelen.
Een oogenblik stond hij zoo in een zalig
zwijgen, toen trok hij zjjn mond weer nor
maal, en liet onderwijl eenige vorken met luid
gekletter op den rug van een stoel vallen.
Dit ongeluk gaf hem zijn stem terug. '„Die
ellendige dingen ook." zei hij. „Maar er is
niets beschadigd, gelukkig. Neen mijnheer
neen, mijnheer, laat U het als het U belieft
liggen! ik zal alles oprapen. Ja, mijnheer dat
heeft zij gezegd, en het schijnt rnjj naar het
hoofd gestegen te zijn. En zij heeft geen aan
bevelingen noodig, mijnheer, zegt zij, maar
toch, bedankt voor uw bereidwilligheid."
„Knap gedaan!" zei Pax. „Ik feliciteer je
Peters. Breng nu eerst weg wat je in je han
den hebt, en kom dan terug met de dame en
een flesch champagne, en dan drinken wij op
jullie geluk!"
Peters lachte weer maar zijn mond bleef
ditmaal van normale afmeting. „God zegene
U, mijnheer", zei hij, terwijl hij zich met een
gesnuif van aandoening naar de keuken be
gaf. „Dat is net iets voor U om te zeggen."
Dit voorval verlichtte de onuitgesproken
spanning tusschen de beide mannen en bracht
weer iets van den ouden geest tusschen hen.
En toen Peters terugkwam met de boodschap
van Charlotte, dat zij niet gekleed was om
binnen te komen, verlieten zij de eetzaal en
drongen de keuken binnen, waar zij haar von
den in lachende verlegenheid, maar ook vol
dankbaarheid.
Het is U, die ons geluk heeft gebracht,
mijnheer," was haar antwoord op Pax' ge-
lukwenschen. „Dat voelde ik al op dien avond
in Mei, toen ik U rondleidde en dat was nog
voor ik Peters ooit gezien had."
„Ik!" zei Pax, en er was iets wrang in zijn
glimlach. „Ik kan mijzelf niet voorstellen als
geluk-aanbrenger."
„O, maar dat weet U zelf niet, mijnheer,"
zei de gelukkige Charlotte. „De menschen, die
geluk brengen doen het altijd, zonder dat zij
het zelf weten."
„En ik heb ook nooit anders dan ge
luk gehad, sinds ik U ontmoette, mjjnheer.
Het is net als electriciteit. Je weet niet waar
het vandaan komt. Je weet alleen, dat het
er is."
Pax en Chris, die arm in arm de keuken
verlieten, lachten samen over Peter's liefdes
geschiedenis. terwijl zij bij den haard zaten te
rooken, tot Pax opstond om te vertrekken.
„Ik moet eerst nog even den armen ouden
Cartridge goeden nacht wenschen, voor ik
weg ga," zei hij. „Alles is toch in orde Chris?
Zij zullen goed voor je zorgen. Bel, als je iets
hebben wilt."
„Ga je weg?" vroeg Chris.
„Ja. Ik slaap in Silverhayes maar dat
is ook alles." Pax stak zijn hand uit. „Wel
te rusten, oude jongen! Ik ben morgen weer
vroeg terug."
Chris drukte hem krachtig de hand. „Pax",
zei hij en hij keek hem recht in de oogen,
„vertel je haar, dat ik hier ben?"
"ïxr- het CIaire vertellen," zei Pax.
„Wil je niet met Yvonne over mij praten?"
vroeg Chris dringend.
Pax zweeg een oogenblik. „Waarom niet?"
vroeg hij toen.
„Omdat ik haar persoonlijk wil verrassen"
Chris hand drukte die van Pax met aan
drang. „Wil je mij dat gunnen?"
h axt aarze,lde; ..Denk je, dat ik zou trachten
haar tegen je in te nemen?" vroeg hij
„Neen, natuurlijk niet. Maar ik moet haar
onbevooroordeeld ontmoeten. Pax, oude jon
gen, zei Chris smeekend, „dat kan je mij niet
aanpaWien dit °P mijn Cigen manier
PaxEn '®eZeIf tot onder£ang brengen?" zei
°®r «8» Part Sa ik naar den ondergang wat
mnJZe\bttrfft'" ging Chlis heftif voort,
w -A Je toch het recht toe- Niet dat ik
M» hij er' Zich beheerschend, bij.
v geen onPartÖ<% rechter, weet
ïfêfA il met verseten, dat wjj ver_
liefd op elkaar waren vóór die ellendige
beèrin TZaak- Vind' dat dat moest pro-
nietMlJndlritoe wrel" Zei Pax' "dat ls het
niet dat is het absoluut niet. Zij is eenvou-
alTes" wlfIkC W °m Wl6r te tr—dat is
aiies, vat ik je zeggen kan."
dat 'S onzin" protesteerde Chris.
„Het is geen onzin. Ik zeg zulke dingen niet
zonder reden." Pax sprak met kracht maar
-"als 1eaddaneid'' l'Misfhien ala ïe haar ziet
ais je dan niet anders wilt zal ie dat
heb Telfen Dat 13 al]e*. ™t ik Te zeggen
heb. Goeden nacht! «sec"
(Wordt vervolgd.)