Kerkrecht boven Nederlandsch recht? Woensdagsche Mijmerij Gooischc tram maakt een slachtoffer De 1 fes film draait io vertraagd tempo verder Kalmte alleen kan ons redden Een nieuw serum tegen lepra Het vervoer is er voor het bedrijf! Onfvluchtingspoging van ccn gevangene Vuur verteert drie boerderijen Tweede Kamer zet vandaag behandeling voort Ook in België dure aardappelen De werkverschaffings- loonen „Als het Nederlandsche recht niet onvoorwaardelijk geldt, „is de rechtszekerheid althans voor het Protestantsche „deel van ons volk ondergraven." Aan het eind van een zeer bewogen Tweede Kamerver gadering, waarin de meeningen over de voorgestelde en quête-W endelaar zeer verdeeld waren, heeft de heer Al- bal da, gesteund door den heer Oud, een motie ingediend, waarin de Kamer den Minister van Justitie nadere inlich tingen over de kwestie Oss vraagt. Heden zal de Kamer dus te beoordeelen hebben of eerst over deze motie, dan wel over het enquêtevoorstel zal worden gestemd. De Oss-film gaat dus in vertraagd tempo verder. De zaak-Oss heeft in de Tweede Kamer wederom beroering verwekt. Was het eenige maanden geleden het publiek op de tribunes, dat door den voorzitter wegens wange drag huis-toe werd gejaagd (dit geschiedde, zooals men zich herin neren zal, tijdens de behandeling van de interpellatie-Drop), nu was het één der Kamerleden, die de zaal werd uitgezet. Tijdens de debatten over het en- quête-voorstel-Wendelaar keurde de heer Rost van Tonningen, afge vaardigde van de N.S.B., in heftige bewoordingen het ministerieele be leid af. Hij,- sprak van „verdoeze lingstactiek" en verweet ook de commissie van rapporteurs, een der gelijke tactiek toe te passen. „Want", aldus de heer Rost van Tonningen, „de commissie van rap porteurs heeft opzettelijk de door mij schriftelijk overhandigde, zwa re beschuldigingen tegen den minis ter weggelaten. Ik zeg opzettelijk omdat ik bij voorbaat in de afdee- lingen tegen de weglatingen pro testeerde." Op dit oogenblik hamerde de voorzitter, die gedurende het voor afgaande gedeelte der rede, den spreker reeds meermalen met ha merslagen tot de orde had geroepen, en zeide: „Ik kan dit niet verder toelaten. U kunt zóó niet doorgaan, ik ontneem u het woord". De heer Rost van Tonningen ant woordde hierop: „Dit kunt u niet doen, want ik oonstateer slechts feiten." De voorziter ontnam ten tweeden male den spreeker het woord. Het geen de heer Rost van Tonningen, die zeer toornig was, verder zeide, werd overstemd door het gehamer van den voorzitter en een kort ap plaus van een deel der kamer. De voorzitter deelde daarop mede, dat hij den heer Rost van Tonnin gen voor vandaag het recht ont zegde de vergadering der kamer bij te wonen. Deze verliet daarop de zaal, den voorzitter toeroepend: „Dat zijn in- quisitie-methoden". De vergadering wordt daarna tien minu ten geschorst Het woord is dan aan den heer de Geer, Öie zich tegen het houden van een enquête verklaart. Spr. is van meening, dat. de re geering over veel betere gegevens beschikt dan het publiek, en dat een nieuwe inter pellatie voldoende is. Men moet zich nooit achter iemands rug tot anderen wenden, roept de heer de Geer "uit, maar anderzijds dure de al dan niet gerechtvaardigde twijfel voort. De heer Albarda (SDAP) wijst er op dat het onbevredigend resultaat der interpella tie is, dat de antwoorden van den minister niet onmiddellijk werden geanalyseerd, bpr. liceft minachting voor zekere agitatie, antipapisme en antisemitisme fcijn even verachtelijk! Echter de heer M'en" delaar had samenwerking moeten zoeken. Spr. geeft voorkeur aan een nota van aen minister. Deze nota komt tenslotte in han den van de Kamerleden, en dan kan altijd nog een nieuwe en quête of interpellatie volgen. Dominee Kersten is voorstander Van de enquête. Een verwijt van antipapis me aan zijn adres wijst spr. af g maar bet wapen der marechaussee heetf recht op rechtvaardiging. Het is treurig dat het zoo lang moest duren, eer tegen de misstan den werd opgetreden. Spr. wensc 1 eerherstel voor de brigade der Kon. Marechaussee te Oss, die zoo goed is opgetreden tegen Toon de Soep e d.; Ook nu er R. Katholieke priesters hq betrokken zijn. Er is het noodigc licht ten opzichte van het toepassen van canoniek recht niet verkregen- Noch de protestantsche minister van Defensie, noch de Katholieke minis ter van Justitie heeft het noodige licht doen schijnen. Toch moet dit geschieden in het landsbelang, ter wille van ons Geuzenvolk en het Ne derlandsche recht. Wat gebeurd is, is duidelijk van Roomsch standpunt, in het stelsel van Roomsche kerk- regeering. Maar als het Nederland sche recht niet onvoorwaardelijk geldt, is de rechtszekerheid althans voor het Protestantsche deel van ons volk ondergraven. De heer Maarseveen (R.K.) wijst de en quête af. Door gerucht en sensatie mag men zich niet op ongewone wegen laten dringen, zegt spr. De heer van Houten (Chr. Dem.) vraagt zich af, waarom de minister zoo drastisch en haastig heeft ingegrepen. Moest de po litie een les krijgen. Handen af van geestelijken? Waarom juist Oss? Het blijkt dat volgens kanonniek recht een geestelijke verlof noodig heeft om als getuige op te treden. Staat het Nederlandsch recht dan niet op den voorgrond? Het privi legie der geestelijkheid bestaat dus, ook al mocht het niet worden toege past. Het is dus een feit dat de goe de naam der geestelijkheid zooveel mogelijk moet worden ontzien. De kern der Ossche zaak is: is hier een geval aan de orde, dat het kerkelijk recht is gesteld boven het Nederlandsche recht? Daaruit ver klaart zich de onrust onder ons volk! De zaak is geen relletje, roept spr. in ver voering, het is niet de bedoeling de Katho lieken een hak te zetten, maar tucht is ge- wenscht! Spr. verklaart zich' vóór een en quête mits de commissie zoo veelzijdig mo gelijk worde vastgesteld. Zwanenberg zei: 't Zal jullie berouwen, zegt de heer Marchant et d'Assembourg, toen de marechaussee Zwanenberg arresteerde. Hij wist dus al wat er volgen zou! Weerlooze ambtenaren is de mond gesnoerd, maar het is onjuist de schandalen in het regiem der R.K. Staatspartij te verbergen! Spr. zou wel eens willen weten of het wegvallen van bepaalde gedeelten uit het Yoorloopig Verslag al dan niet aan opzet is te wijten. Dat ware na het gebeurde met den heer Rost van Tonningen wel interes sant. De goede uitzonderingen daargelaten, schijnt men weg te laten, wat de regeering onaangenaam is. Spr. wil eerherstel voor de brigade-Oss. Doch dit gebeurt niet door het voorstel-Wen- delaar. Als het nationaal-socialisme recht en waarheid zal hebbep gebracht hier te lande, dan eerst zal het mogelijk zijn. (Vroolijk- heid.) De heer Oud (V.D.) toont aan, dat een enquête niet in de eerste plaats het beleid van den minister betreft. Een interpellatie beteekent geen wantrouwen. Als spr. stemt voor het voorstel- Wendelaar is dit geen wantrouwen tegenover den minister. Echter, is een enquête noodig? Spr. had liever een commissiale nota ge zien en wil de debatten over het voorstel Wendelaar schorsen. Onder het motief dat door de enquête- Wendelaar alle andere wegen geblokkeerd zijn, verklaart de heer Schouten (A.R.) zich tegen, en dringt aan op een nota. Zeker zal de Kamer niet nogmaals onder de bekoring van 's ministers woorden komen, zoodat een derde interpellatie noodig is. De kleinere fracties steunden het enquête- voorstel zonder voorbehoud. Haar woord voerders waren behalve de hoeren Van Houten (c.d.) en Kersten (s.g.) de heer Wijnkoop (comm.) Een uitzondering maak te dus de n.s.b., welker woordvoerders de heeren Rost van Tonningen en de Mar chant et d'Ansembourg alle parlementaire ■middelenverwierpen en den minister in een strafproces voor den hoogen raad wil den dagen. De heer Wendelaar heeft de sprekers be antwoord. Spr. betoogde dat men licht wenscht, hij, Wendelaar het volle licht wil laten schijnen en men zelfs geen kaarsje wil laten branden. Het voorstel-Wendelaar is niet tegen de regeering bedoeld, maar het houden een,er nieuwe interpellatie is ondoeltreffend en het vragen van een nota is sterk vertragend. De heer Albarda, gesteund door den heer Oud, heeft daarna een motie ingediend, waarin de kamer den minister van Justitie nadere inlichtingen over de kwestie-Oss vraagt. De vergadering wordt om 5.40 verdaagd tot heden 1 uur. Heden zal de kamer dus te beoordeelen hebben of eerst over deze motie dan wel over het enquête-voorstel zal worden ge stemd. Een Franscli advies, om de harts tochten der partijgangers tot be daren te brengen. De vroegere minister-president Flandin heeft gisterochtend in een radiorede geant woord op de perscampagne, welke is ont ketend na zijn jongste verklaring in het congres van de Democratische Alliantie. Hij zeide o.a., dat hij zou voortgaan te strijden voor een algeheele nict-inmenging in Spanje en voor een aanpassen van de Fransche politiek aan de Engelsche. T FLANDIN Wat betreft Tsjecho-Slowakije loofde Flandin zonder voorbehoud de Fransche politiek op het oogen blik van het Sudotenconflict, welke bestond in het aansporen tot kalmte te Berlijn en Praag en zijn toe vlucht te nemen tot onderhandelen in plaats van tot geweld. Flandin betreurde do onjuiste berichten en beleedigingen welke de volken kunnen brengen tot een nutteloozen oorlog. Ten slotte zeide hij: „ik ben steeds van meening geweest, dat men om den vrede te bewa ren sterk moet zijn. De grootc kracht is evenwel de kalmte, welke de hartstochten van de partijgangers en de wraakzucht van de ideologiën het zwijgen oplegt," Belangwekkende proefnemingen. Naar Aneta uit Malang verneemt, vertoeft momenteel aldaar de Zweed- sche deskundige op het gebied der Lepra, prof. dr. Renstierna. Met toestemming en onder controle van den dienst voor volksgezond heid heeft hij naar de N.R.Crt, meldt aldaar leprozen ingeënt met een serum van eigen vinding. Binnen kort verwacht men hierover mede- deelingen te kunnen doen inzake het resultaat. Terzake van de proefneming door prof. Renstierna verneemt Aneta nader, dat het Lepra-instituut te Batavia inderdaad toe- semming daartoe heeft verleend. Prof. Renstierna bracht een eigen serum mee, bestaande uit een cultuur van lepra-bacil len, waarmede ook in andere landen reeds proeven zijn genomen. Resultaten zijn niet uitgebleven, doch de wetenschappelijke waarde daarvan kan eerst over zeer langen duur en door uitgebreide, vergelijkende onderzoekingen nader blijken. Ook in Batavia zijn enkele lepra-patiën ten reeds met dit serum behandeld. Prof. Renstierna vertoeft reeds eenige maanden op Java en hoopt, mede aan de hand van zijn verkregen ervaring later de resultaten van zijn experiment te vergelijken en te publiceeren. Uitdrukkelijk vestigt het Lepra-instituut er de aandacht op, dat wetenschappelijk omtrent het resultaat thans positief noch ne gatief iets kan worden gezegd. Nederland maakt goede prijzen In antwoord op een interpellatie betref fende de maatregelen om ongeoorloofde ver hooging der aardappelprijzen tc voorkomen, heeft de Belgische minister van economi sche zaken in de kamer o.m. verklaard, dat getracht is den invoer van aardappelen te begunstigen. Nederland heeft lang niet zijn seheele contingent gebruikt. Het verkiest 't zijn aardappelen aan een ander naburig land te verkoopen tegen 'n voor Nederland veel voordeeliger prijs. Men kan de regee ring dus niet verwijten zich tc verzetten tegen den invoer van aardappelen, te minder, daar zij besloten heeft de contin genten tc vergrooten en invoervergunningen te verstrekken aan allen, die daarom vra gen. Deze laatste maatregel heeft gunstige en oumiddellijke gevolgen gehad. Spoorljjn met station t« koop. Ik zou nooit hebben geloofd, dat een van de phantasieën van Himpe tot werkelijkheid was geworden, als ik het niet met eigen oogen in de krant had gelezen. U weet wie Himpe was: de eeuwige stu dent, wiens beroemde grappen overliepen van originaliteit. Hg huurde op de Leid- sche veemarkt voor een tientje een koe, nam deze mee naar de „Vergulde Turk" en liet het beest als een trouwe hond aan zijn voeten liggen, terwijl hg zich laafde aan de dagelijksche dosis alcohol. Hij liet zich in Amsterdam stapvoets door de Leid- schestraat rijden in een open rijtuig, en droeg daarbij een breed wit lint over de borst, waarop te lezen stond: „Interessante vreemdeling". Hij had beloofd, op een studentencon cert de vioolsolo te verzorgen en bleek op den bewusten avond naar België te zijn vertrokken; zijn vrienden achterhaalden hem nog aan het station Rotterdam met een telegram en verheugden zich bij het begin van het concert met zjjn antwoord: „Ben onderweg". Twee uur later echter arriveerde zijn telegram uit Antwerpen: „Ben aangekomen". Maar ook begaf hij zich eens naar een veiling van oude locomotieven, even buiten Leiden, bekeek aandachtig alle typen, liet ten slotte zijn keuze vallen op een logge „Jumbo", informeerde naar den prijs, en sprak de beroemde woorden: „Stuurt u mij deze locomotief naar de Breestraat 49, tweede étage, en doet u er voor een dub beltje rails bij." Ik weet niet wat er van al deze boeien de verhalen waar is ook de studenten maatschappij bezit haar Emil Ludwigs maar een feit is het, dat het laatste ver haal nu werkelijkheid is geworden. De heer A. van Poelgeest te Leimuiden, zoo ver telt de courant, heeft (niet alleen een loco motief), maar een spoorlijn èn een station gekocht: de voormalige spoorlijn Alphen aan den RijnUithoorn, en het station Gouwsluis. Hij is er eigenaar van gewor den voor 99951 gulden, en misschien heeft juist die ééne gulden mij doen denken aan het dubbeltje rails van Himpe, of schoon er in dit geval meer aanleiding is voor de veronderstelling, dat de 9950 gul den voor de rails zjjn betaald en alleen die ééne gulden voor het station, want gezien de bekendheid van de gemeente Gouwsluis zal het station aldaar zeker geen Charing Cross of St. Lazare zijn ge weest Het meest heeft mij In het bericht ech ter de kleine bijzonderheid gefrappeerd, dat „de kooper zelf nog niet weet, wat hij met zijn nieuw verworven bezit zal doen." Men zegt, dat er vrouwen zijn, die alleen maar koopen óm te koopen, maar tot eer van het zwakke geslacht moet ik getuigen dat nog nooit een vrouw is thuisgekomen met de mededeeling: „Mannie. ik heb van daag in de opruiming een station gekocht, een echt station, met een snoezig spoor lijntje erbij. Ik weet nog niet goed wat ik ermee moet beginnen, maar het was zóó ongelooflijk goedkoop, dat ik er eenvoudig niet van af kon blijven. Bovendien waren er ook andere vrouwen, die er op loerden, en dus De vraag laat mij niet los: Wat gaat meneer Van Poelgeest met zjjn station en zijn lijntje doen? Aan zijn zoon geven op zijn 12den verjaardag? Dit lijkt mij in strijd met alle paedagogie. Zoo'n jongen wordt op die manier steeds veeleischen der! Hij zal beginnen met Prof. Goudriaan van de N. S. als collega aan te spreken, en hij zal niet rusten vóór hij op zijn 13en verjaardag eenige Diesels op de lijn mag installeeren. Op zijn 14den verjaardag zal hij een underground, een Zeppelin of een Nieuw-Amsterdam verlangen, en waar is het einde? Neen, dit is geen opvoeding, zulke kinderen worden op den duur onuit staanbaar en ik durf de hoop uitspreken, dat de familie den heer Van Poelgeest van zulk een noodlottig plan zou afhouden. Ik denk zelfs, dat de heer Van Poelgeest het heelemaal niet voor zijn zoontje heeft gekocht, maar voor zichzelf. Er zijn col- lectionneurs die graag iets hebben wat een ander niet heeft, en het is altijd de moeite waard te kunnen zeggen, dat je een spoor lijn en een station bezit. Maar het waar schijnlijkste is nog, dat hij op dit traject veel moet reizen en voortaan geen last van medepassagiers wil hebben, zoodat hij de raampjes kan open- en dichtdoen wanneer hi^wil. Is dat ten slotte niet ieders ideaal? En niet omgekeerd. Onze Rijn vaart is bij het stelsel van vrije vaart groot geworden! In zijn jaarrede, ter vergadering van het Centraal Bureau voor den Rijn- en Binnen vaart te Den Haag gehouden, legde de voor zitter, de heer J. Roelofs Azn er den nadruk op, dat algemeen bindende voorschriften voor het vervoer in hun reacties ons totale economisch bestel direct raken. Teneinde wellicht onherstelbare schade aan do alge- meene Nederlandsche belangen te vermij den, dient volgens de ordening van het ver keer met nog meer voorzichtigheid te wor den aangezet, dan de ordening van op zich zelf staande bedrijfstakken. De principiëele gedachtefout wordt gemaakt, dat het bedrijfsleven er is voor het vervoer en niet omgekeerd en daarom vreest spr. dat de ko mende verkeerscoördinatie zich te veel zal richten op het binnenland- sche vervoer-paparaat als zoodanig, resp. verstarring zal veroorzaken. Spr. acht het in te voeren vergunnings- en tariefstelsel onvereenigbaar met de func tie en het wezen van het vervoer in ons maatschappelijk bestel en uit in dit ver band zijn bezorgdheid voor de gevolgen van coördinatiemaatregelen, ten opzichte van het Rijnverkeer, vooral voor dat buiten onze grenzen. Onze Rijnvaart is immers bij het stelsel van vrije vaart groot geworden! Hij voelde nies voor den celwa gen. Na achtervolging door drie veldwachters weer gepakt. De dertig jarige Haarlemmer K., die we gens diefstal was aangehouden en na het verhoor door den rechtercommissaris met nog vijf andere gedetineerden per celwagen van het gerechtsgebouw naar het Huis van Bewaring teruggebracht zou worden, heeft heden een poging gedaan om te ontvluch ten. Op de binnenplaats van het paleis van Justitie, waar vier rijksveldwachters toe zicht hielden op het transport, rukte hij zich los en snelde den achteruitgang van het gebouw uit, waarvan het hek open stond. Veldwachter schoot viermaal, maar kon hem niet raken. Terwijl een der veldwachters de gevan genen bleef bewaken, zetten de drie ande ren den vluchtende na, die slechts een ge ringen voorsprong had. Hij stoorde zich niet aan de herbaalde sommatie om te blijven staan, waarop een der veldwachters zijn re volver trok en vier schoten loste, zonder echter den man te treffen. K. wist hierna zijn voorsprong nog te vergrooten en via allerlei steegjes in het Begijnenhof, de Kor te Jansstraat te bereiken. Toen een der veldwachters, die van een voorbijganger een fiets leende, enkele oogenblikken later de ze straat inreed, bleek de vluchteling echter verdwenen te zijn. Het vermoeden, dat hij in een van de vier huizen van het straatje was ingegaan, werd bcwaardheid toen de veldwachter deze woningen doorzocht. Op den zolder van een mcubelmagazijn troffen zij den man aan, die daarna zonder ver zet weer naar het gerechtsgebouw werd te ruggebracht. Dit is in korten tijd reeds de dorde maal. dat er te Haarlem door een arrestant een poging tot ontvluchting werd gedaan. Doodelijk ongeval te Blaricum. Gisteravond is op den Huizerweg te Bla ricum een ernstig ongeluk voorgevallen.. De heeren G. uit Blaricum en P. N. de B. uit Laren kwamen per taxi bij de woning van den heer G. aan. De heer G. was reeds zijn woning binnen gegaan, terwijl de heer de B. met den chauf feur afrekende. Deze wilde daarna eveneens naar binnen gaan, waartoe hij de rails van de Gooische tram moest overste ken. Op dat dbgenblik naderde juist de motortram, welke om even voor half elf van Huizen naar Blaricum vertrekt. De heer de B., merkte den wagen niet op, ondanks het feit, dat gelijk de taxichauffeur bevestig de de wagenvoerder signalen gaf. De heer de B. werd vijftien meter verder op het trottoir geslingerd, waar hij met verbrijzeld hoofd bleef liggen. De dood was terstond ingetreden. De tram stond eerst 58 meter na de plaats van het ongeluk stil. Het slachtoffers was 53 jaar oud, gehuwd en vader van twee kinderen. Brandweer kan niets uitrichten wegens gebrek aan water. Gistermiddag omstreeks twee uur heeft in den uithoek Derpt te Veghel een felle brand gewoed, tijdens welken drie boerde rijen in de asch zijn gelegd. Het vuur is ontstaan in een hooimijt, staande achter de boerderij van den land bouwer M. de Mol. De vlammen sloegen weldra op de hoeve over en deelden zich vervolgens mede aan de op meer dan der tig meter afstand gelegen boerderijen, be woond door de landbouwersgezinnen J. van Asseldonk en P. van Lieshout. De plaatselijke brandweer verscheen spoe dig ter plaatse, doch kon wegens gebrek aan water niets uitrichten. Zij moest lij delijk toezien hoe alle drie boerderijen een prooi der vlammen werden. De inboedels konden gedeeltelijk worden gered. De oorzaak van den brand is vermoe delijk het spelen met vuur door kinderen. De schade wordt door verzekering gedekt. Minister stelt onderzoek in. Op de vragen van den heer Hilgenga be treffende herziening van de basisuurloonen der in de werkverschaffingen tewerkgestel de arbeiders heeft de minister van sociale zaken geantwoord, dat hij ter zake een onderzoek Iaat instellen. Mede aan de hand van het resultaat van dit onderzoek zal de minister nagaan, of, als gevolg van verhoogingen van de loonen in het vrije bedrijf, herziening van loonnor- men bij de werkverschaffig verantwoord is Indien zulks het geval blijkt te zijn, zai tot herziening worden overgegaan.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1938 | | pagina 3