Een Spaansche tragedie ter zee Een stad staat leeg... Acht kammen en twee pond Spaansche zeep 350 jaar geleden werd de Onoverwinnelijke Vloot verwoest Licht in de Ossche duisternis Zaagselregen op IJpenburg Het doode meer Franscb milifa:r vliegtuig verongelukt REEDS BEIERDEN DE KLOKKEN DER „ARMADA" EEN ZEGELIED Het troosteloos overschot nog dobberend op de golven, Werd onder het zwalpend schuim den naasten nacht bedolven; Een kleen verachtelijk deel dreef achter Ierland heen Naar Spanje, dat, ontvolkt, in rouw versmolten scheen In het hart van. Spanje en afge- sioten van de wereld, zat in zijn klein kabinet een klein, somber, oudachtig, weinig ontwikkeld, altijd bezig, ziekelijk mannetje. Met grij zend haar, vooruitstekenden kin en perkamenten aangezicht broedde hij daar dag aan dag, terwijl er zel den een woord over zijne lippen kwam en er nooit zelfs een glimlach zijn gelaat ontplooide; uren lang over hoopen van brieven en andere staatsstukken gebogen. Een of twee klerken openden van tijd tot tijd de kamerdeur, en zonder gedruisch te mogen maken, brachten en na men zij mede de bundels brieven, door hooge beambten geschreven. Op deze maakte de altijd bezige man zijn aanteekeningen, die, steeds, even beuzelachtig en on leesbaar bleken. Philips 2, Koning van Spanje, in boven staand alinea geteekend door Motle.v, heeft ook in deze sfeer en in zijn stille regeerings- stoel gezeten, het plan uitgebroed Engeland en Nederland aan zijn troon te onderwer pen. Voornamelijk wilde Philips 2 de wereld monarchie veroveren en aangezet door zijn verbittering tegen de vrijbuiters van Enge land, Holland en Zeeland, besloot hij een vloot te bouwen, zoo machtig groot, als ooit de zee gedragen had, en die met één greep Engeland zou doen knielen en de Vereenigde Provinciën voor altijd aan de Spaansche ketting zou doen leggen. Jaren en onnoemelijke schatten waren noodig, alvo rens de „onoverwinnelijke vloot" op 28, 29 en 30 Mei 1ÖS8 de Spaansche haven kon verlaten. Koningin Elizabeth was zuinig. Het Engeland van Koningin Elizabeth, wier zuinigheid schier aan gierigheid grens de, voelde zich beveiligd door de zee, die het omringde. Engelands vloot kon die der Vereenigde Provinciën niet gelijken, hetgeen mede een gevolg was van het zuinig bestel Van Koningin Elizabeth. Ook de slechte toe- Stand der krijgsmacht was hiervan het ge volg. De reeds lang achterstallige soldij van de soldaten werd hun betaald in den klin kenden vorm van stokslagen! Niettegen staande scheen alle onbegeerlijkheid, kle vende aan de oppermacht van Elizabeth, vergeten, toen men haar de souvereiniteit over deze landen opdrong. Elisabeth nam een halven maatre gel, die voor beide landen zeer ge vaarlijk had kunnen worden. Zij zond haar vertrouweling Leicester, in wien men een anderen Willem van Oranje meende te zien, met een onbeduidende krijgsmacht, maar verbood hem de souvereiniteit te aanvaarden. "Een vergrooting van haar rijksgebied voor Engeland begeerlijker dan voor Nederland wenschte zij niet uit vrees voor de te maken kosten. De heerschzuclitige Leicester bleek ech ter niet tegen den met Italiaanschen sluw heid begaafden Parma opgewassen, Zoodat de staten hem, na twee jaar van berouw over hun overijling, naar Engeland terug stuurden en besloten de teugels niet meer uit handen te geven. Intusschen had Leices ter, gedeeltelijk uit onmacht, niets anders gedaan dan het land in handen van Parma gespeeld en hem een evcntueele overwinning mogelijk gemaakt. Koningin Elizabeth, die met Spanje vre de wenschte te sluiten, liep met niet te verklaren argeloosheid in een door Parma gespannen politieken strik. Parma had bij Leicester aangedrongen zijn Koningin te bewegen Maria Stuart, die reeds jaren gevangen zat, ter dood te brengen en nadat dit ten uitvoer was gebracht had Elizabeth tusschen haar en don Spaanschen Koning een ondempbare kloof gegraven. Om tijd te winnen liet Philips gefingeerde vredes onderhandelingen voeren, in welken tijd zijn onoverwinnelijke vloot in gereedheid werd gebracht. De bouw en uitrusting. Gteheele bosschen werden gekapt in Spanje en Italië voor het hout der schepen terwijl scheepsbehoeften in alle havens der Middellandsche Zee werdA opgekocht, hetgeen betaald r— werd met 's Konings geld. De scheepsbouw stond echter nog verre ten achter bij den monumentalen bouw van kerken en paleizen. Om zich tegen de vijandelijke kogels te schermen werden de zijwanden zoo zwaar betimmerd, dat de schepen zich slechts langzaam en log kon dén voortbewegen. Stangen en masten werden met dik touw doorwoeld en omslingerd. Sommige sche pen waren als kasteelen opgetrokken met kapellen en altaren, waarop vergulde beelden stonden. Andere schepen droegen kerktorens, waarin zware kioke hingen. Terwijl me aldus bezig was de onpractische schepen in gereedheid te brengen, trok de Engelsche zeeheld Drake in het jaar 1587 met een vloot van 27 schepen van haven tot haven en vernielde hij in de baai van Cadiz een honderdtal schepen, die met ma teriaal voor de vloot geladen lagen. Een vrouw voert het leger aan. Vele koopmansschepen voer Drake met zich mee naar Engeland, waar Koningin Elizabeth tijdens het bijeengeroepen Par lement o.m. de volgende woorden sprak: „Het zal niet noodig zijn om Uw moed en ijver op te wekken, al leen zij nog gezegd dat ik, hoezeer een vrouw zijnde, niet nalaten zal mannenmoed bij deze gelegenheid te toonen. Ik zal onversaagd alle gevaren ja den dood zelve tegemoet gaan, en gewillig mijn leven indien liet noodzakelijk is, ter bescherming van mijn volk opofferen." Het Parlement was diep getroffen door deze woorden en verleende bijstand van raad, wapenen, volk en schepen. Onder Admiraal Charles Howard van Effingham verzamelden zich honderd schepen in de haven van Plymond. ...Ip,.he.t,leg?r. reed.op.eeu wit paard, en gekleed als amazone met een blinkend borstharnas, koningin Eli zabeth van Engeland, die haar on derdanen tot geestdrift bracht en alle harten in vaderlandsliefde deed ontvlammen. Ook in de Vereenig de Provinciën nam men de wapens tegen den afgezworen Spaanschen Koning op. Prins Maurits werd tot, admiraal 'beëedigd en onder bevel van Kapitein Cornelis Lonck van Roosendaal voegde de Nederland- sche Vloot zich bij de Engelsche. Geheel Europa verkeerde in spanning. Het was het jaar 1588... Volgens den Duitschen astroloog Regiomontahus zou in dit jaar de wereld vergaan, en reeds stond in den horizont de silhouette van het log gevaarte der Armada. Strijd en ondergang. De silhouette der 150 schepen, tezamen metende 57910 ton, voer onder den Opper bevelhebber Alonzo Peres de Gusnian, Her tog van Medina Sidonia, heer van St. Lucar, die zich in de haven van Lissabon als een vorst had ingescheept. Hij droeg zijden prachtgewaden en dronk onder sna renspel uit gouden schalen. De geheele Spaansche en Portugeesche adel waren op de schepen tegenwoordig. De bemanning bedroeg 30.000 kopepn. Nauwelijks waren de schepen der Armada eenige dagen in zee of werden in den golf van Biskaje, waar het zee-element haar lusten botviert, door een hevigen storm te gen elkaar geslagen en uiteengedre ven. De voornaamste Portugeesche Galei, de Diana, verging met man en muis; verschillende andere sche pen verloren de masten. Vrijdag 22 Juli hereenigde de vloot zich, nadat de zware Schade was hersteld. 29 Juli nam de Armada Kaap Lizzard in bezit waar de Armada zich voor het beloofde land schaarde in een liniebreedte van twee uren gaans. Het uitvaren der Armada. 136 Schepen lagen er als een drij vende vesting, waarop de klokken in de hooge torens het lied der over winning reeds beeirden en waar uien van meening was dat de Ar mada, zonder weerstand, als een zegepraalde onoverwinnelijke vloot de Theems zou opvaren. Zij hielden echter geen rekening met de stormen en winden, die nog steeds de distatuur over de zee voe ren en die ieder schip ook al draagt het den naam „onoverwinne lijk" tot den ondergang kunnen lei den. Het critieke oogenblik. Tienduizend vuren gaven kennis van het feit, dat de Armada de Engelsche kust naderde en onmiddellijk voeren 60 der beste Engelsche schepen strijdvaardig ter zee. In de kogelvrije ruimte der St. Lucar zat de Opperbevelhebber omringd door kolonels der cavalerie en generaals der in fanterie, die allen even weinig van zee zaken afwisten als de hertog van Medina zelf. De ranke Engelsche en Hollandsche scheepjes dansten om de onwendbare ga leien, wien zij de volle laag gaven. Hun logheid maakte het niet mogelijk een eigenlijken strijd te voeren. Aanhoudend leed de Armada schade, toegebracht door de Engelsche en Hollandsche plagers, die de schepen geen rust doch slechts nadeel brach ten. Reeds den eersten dag verloor de Arma da twee groote schepen, 450 man en een schat van 100.000 gouden dukaten. Dinsdag 2 Augustus bracht de wind de Armada in het voordeel en werden er levendige gevech ten geleverd. Onze kleine vloot hield echter dapper stand totdat de wind uit het Westen ging waaien en de Armada langzaam deed afdrijven. De Opperbevelhebber der Armade vroeg hulp aan Parma en schreef hem o.a.: „...de schepen der Arma da zijn door hun zwaren bouw ge heel in de macht des vijands, die aanvallen en wijken, vechten kun nen of niet vechten, juist zooals zij verkiezen, terwijl ons, dus voortdu rend getergd, niets anders rest dan met lijdzame volharding onze koers naar Calais te vervolgen. OSS KRIJGT EEN ELECTRISCH VERLICHT TORENUURWERK. De vereeniging ,,0ss' belang" nam eenige maanden geleden het initia tief tot electrische verlichting van het torenuurwerk der groote kerk te Oss. De toren dezer kerk is circa 60 meter hoog en tot ver in den omtrek zichtbaar. Oss' belang is thans verzekerd \an het benoodigd bedrag voor de installatie, een bedrag van rond f 1.000.—. Hiertoe heeft, de vereeni ging mét succes een beroep gedaan zoowel op ingezetenen als oud-in gezetenen, terwijl tot bestrijding der verlichtingsinstallatiekosten ook nog een serie voetbalwedstrij den tusschen plaatselijke clubs gaande is. De gemeenteraad van Oss besloot j.1. Maandag met algemeene stem men, dat de gemeente de zorg voor dc instandhouding der verlichting op zich neemt. De feestelijke ingebruikstelling zal in samenwerking met het Oran je-comité geschieden op den dag van het Regeeringsjubileum van 11. M. de Koningin. De bestulvingsproef met vlieg tuigen. Gisterochtend hebben de proeven met bestuiving van hoornen en planten vanuit vliegtuigen, in tegenwoordigheid van eenige deskundigen op IJpen.burg plaatsgevonden. Het .bestuivingstoestel, dat dooi de nationale luchtvaartschool ont worpen en geconstrueerd is, was in het vliegtuig de P.IL—A.T.I. inge bouwd, doch is zóó eenvoudig van constructie, dat het zonder eenige moeite in kort tijdsbestek in elk ander sportvliegtuig kan worden aangebracht. Het bestaat uit een groote, bonde bus, met spits toeloopenden bodem, welke in een buis eindigt. Deze buis steekt onder het vliegtuig uit en is af te sluiten door middel van een houten prop. Op het mo ment, dat men wil gaan bestuiven, trekt men de prop naar de hoogte en het fijne poeder valt in een dikken stroom onder het vliegtuig uit. De bus bevat 25 liter bestuivingsmateri- aal, hetgeen voor de bestuiving van een oppervlakte \an eenige hectaren bosch kan dienen. Gisterochtend deed men de proeven slechts boven het vliegveld, waarbij het insectenpoeder vervangen was door be- stuivingsmiddelen van verschillende zwaar te (talk, thomas-slakkenmeel, zaagsel), om op deze wijze na te gaan, hoe de verschil lende stoffen zich verspreiden. Deze stof fen de z.g. draagstoffon, zullen dan dienen om het insecten-poeder aan te mengen, op dat dit zich in voldoende mate kan ver spreiden. De wind als spelbreker. Er stond gisteren evenwel te veel wind om in dit opzicht een bepaal de conclusie te trekken. Alle „draag stoffen", zoowel de lichtere als dc zwaardere, werden onmiddellijk door den wind weggeblazen en 't eenige. wat de deskundigen konden vaststellen, was, dat de bestuiving van vliegtuigen uit zeer zeker mo- Zaterdag 6 Augustus viel het anker voor Calais. Parma kon zich niet bij de Spaan sche vloot voegen, daar de Hollandsche sche pen van allerlei grootte, eiken mogelijken uitgang van Nieuwpoort, Grevelingen, Sluis, Vlissingen en Duinkerken blokkeerden. Geen enkel schip kon de haven verlaten zonder in den grond geboord te worden. Hollanders mee de diepte in. Intusschen deed het weer van zich spreken. De maan ging schuil ach ter zwarte, dicht opeen gepakte wolken. Uit het Zuidwesten bracht de donder een storm met zich mee. Een gespannen duisternis hing over de zee.Plotseling deed de vloed acht in lichter laaie staande bran ders de Armada indrijven. De vloot werd uiteengejaagd, terwijl een groot gedeelte uitbrandde. Eén der grootste galeien, de St. Philippus, werd door de Hollanders veroverd, die zich na de overwinning aan de Biladaja-wijn te goed deden. Toen plotseling het schip zonk, nam het een 300-tal te zorneloozen in de diep te mede. Door den storm van 13 tot 16 Augustus werd de Onoverwinne lijke Vloot verpletterend verslagen. Op de Iersche kust strandden 17 gal joenen, die een bemanning van 6000 koppen hadden geteld. Zij die levend op het I-ersche strand stonden, wer den met den bijl vermoord. De Opperbevelhebber, de Hertog van Me dina Sidonia, bereikte de haven van Oud- Castilie. St. Andero, waar hij in stilte en ziekte zijn verdere dagen leefde. Slechts 53 van de 150 schepen der Armada keerden met 10.000 man in het Vaderland terug. De meeste hunner stiexwen door ziekte een vroegtijdigen dood. Niet als Cesar kon Philips 2 roemen: „Ik kwam en zag en overwon", doch slechts kon „het sombere mannetje met perkamen ten aangezicht' 'stamelen: „Ik kwam en zag en werd verpletterend verslagen" gelijk is en in bepaalde gevallen de eenige wijze. Het bestuiven van boomenrijen langs lanen b.v. brengt dikwijls gi-oote moeilijkheden mee en van uit een vliegtuig, dat de heele laan overvliegt, zal dit nu zeer eenvoudig te doen zijn. Men hoopt zoo spoedig mogelijk een wer kelijke bestuivingsprocf te kunnen nemen. HET PROBLEEM DER LEEG STAANDE WONINGEN IN ONS LAND. WEL aL TE GAUW IS EEN WONING „OUDERWETSCH" Nu de minister van Binnenland- sche Zaken aan de gemeentebe sturen een circulaire heeft gezon den, waarin de mogelijkheid wordt geopend om onder ver schillende voorwaarden woningen te verbeteren met steun van rijk en' gemeente, openbaren zich merk waardige toestanden. Het is gebleken, aldus de „Gelder lander" dat in de drie grootste ste den van ons land zooveel woningen leeg staan, dat ze samen een wo ningruimte bieden die toereikend is voor meer dan honderdduizend zielen... Een stad staat dus leeg! Niettemin wordt in die steden nog steeds bijgebouwd. Ook voor wat ons geheele land betreft. In het afgeloopen jaar werden ruim 32.009 woningen gebouwd en ruim 7000 door on bewoonbaarverklaring of anderszins aan haar bestemming onttrokken. Men zou dus kunnen constateercn dat in een kort tijdsbestek de woningconjunctuur volledig is omgeslagen van nijpend gebrek tot verkwistenden overvloed. Hoezeer ook op het eerste gezicht de cij fers voor de gevolgtrekking pleiten, toch lijkt ons de gevolgtrekking niet juist, zegt het Hsb. Want en op het platteland èn in de steden worden nog tal van woningen aangetroffen, die zelfs bij zeer matig gestel de eisclieh niet voldoen aan de eischen, die men aan een volkswoning moet stellen. Iets anders is echter, of er onder be- naalde soorten woningen niet een teveel is. Dat lijkt ook ons het geval en is inderdaad een heel netelig vraagstuk ontstaan: het probleem der leegstaande woningen. De diepere oorzaak van dit probleem zien we in het prikkelen van overdi'even be hoeften op woninggebied, speculatiebouw die sociaal en economisch tot allerlei na doelen leidt. Zóó bekeken kan de proef, die van Over heidswege thans wordt genomen voor wo ningverbetering een sancerende werking uitoefenen. De spil, waarom deze proef zal draaien is de kwestie: zal de vraag naar be hoorlijk verbeterde woningen een zoodanige zijn, dat overbodige en daardoor ongezonde uitbreiding van woningbouw voldoende wordt geremd? Er groeit een factor van onzekerheid in de woningpolitiek, die zich vooral wreekt ten nadeele van den bouw van goede en goedkooop woningen. Er rijst hier echter nog een ander be langrijk vraagstuk, dat van de ongezonde stadsuitbreiding. Door aanhoinv van woningen Waaraan geen behoefte is in den gezonden zin van het woord, worden telkens weer groote ter reinen aan de behoefte voor tuinbouw, land bouw. enz. onttrokken. En dat geschiedt, terwiil de kernen der steden ontvolkt wor den. Dat alles leidt tot onevenredige stijgine van den cultuurgrond en niet minder ook tot onnoodige en ongewenschte opvoering der uitgaven voor de gemeentehuishouding. Dét behoorde vroeger btj den uitzet der Amsterdamsche wees kinderen. - Het werk van de „Kammoeder". Tot de functionnai'issen in het Bur- genveeshuis te Amsterdam behoor de in vroeger jaren de „kammoe der". We kunnen ons, afgaande op dezen titel, de taak van deze amb tenares voorstellen, die een groot deel van den dag „op jacht" was! Bij 't „kleejen en reejen" va^j de verpleegden behoorde toch ook' het reinigen van de hoofden en in den tijd toen meer dan 1000 kinderen een „blije toevlugt" vonden in het Burgerweeshuis, kon deze taak lang niet als een sinecure worden be schouwd. In de instructie van de „kammoeder" stond, dat zij de kindei'en had vrij te hou den van „luysen, seerichheden ende dier- gelijkck", vooizeker een taak die toewijding en zorg eischte. De regenten in den vroegei-en tijd, die vaak tot in de bijzonderheden de instructies van het weeshuispex-soneel vaststelden, waren de deftige kooplieden en burgei-s wien gold de dichterlijke ontboezeming „gij, eed'len, die ons kleedt en reedt", aldus de N.R.Ct. Van de oudsten tot de jongsten toe Op vaak realistische wijze werden in de. huisreglementen en verordeningen de zaken gei-egeld en bij herhaling wordt dan ook gesproken van het „reynigen der hoofden op gesette tijden van de oudste keyndei-s tot die jonexten toe". De stichters van het Armenweeshuis in Den Haag bepaalden, dat de taak van den weesvader was: „den weeskinderen adrni- nisti-eei-en, spijs en di'ank geven en met een dienstmaech ofte meer na den tijt ver- eysche sal, doen reijnigen en havenen ende ook mettei-tijt denselve daertoc houden, dat sij op gesette tijden hen selven sullen leeren haven en ï'eijnigen". In de notuien van een gesticht in Arn hem leest men, dat de „wollennaayniatres" een extra toelage werd gegeven, omdat zij- door de ziekte van een der suppoosten zoo veel werk had gehad, met het „luysen en pluysen" der jongste kinderen. In hetzelfde weeshuis wei'd een meisje, dat zich stilletjes had onttrokken aan de ochtendreiniging, drie dagen in- „schand- kleei-en" gestoken, nadat zij eerst met de rotting was gestiaft. Uitdeeling van schoone hemden. Volgens het dagregister voor den binnenvader van het Burgerwees huis te Middelburg moest deze functionnaris er voor zorgen, dat des Zaterdags de kinderen behoor lijk van „alle vuyl" waren gerei nigd, waarna hij iederen Zaterdag avond onder het eten aan de wee zen schoone hemden moest uit- deelen. In een instructie van den binnenvader van het weeshuis te Aardenburg was be paald, dat hij er streng op moest toezien, dat de kindei-en „zich zelf ï-einigen van alle vuiligheid en luizen". Zoo nu en daix moest deze opvoeder der jeugd de verpleeg den visiteei-en en indien hij nog ongedierte vond, moest het kind, dat zich niet vol doende had „gekuist" met de plak worden getuchtigd. We willen ons praatje over dit onver kwikkelijke onderwerp eindigen met de nie- dedeeling, dat de regenten van het Burger weeshuis te Amsterdam bij het vertrek der kinderen uit het huis nog van hun bezorgd heid blijk gaven voor de reinheid van hun pupillen door bij den uitzet, die o.a. drie stel kleeren bevatte, te voegen acht kammen en twee pond Spaansche zeep. Geen plant groeit er, geen dier ziet men er. Het „doode meer" op Sicilië, niet ver van Kalta Girone, kende men reeds in het oude Rome. Maar nog veel vroeger gold het water van dit meer als doodelijk en de bevolking noemde dit water, met het zwarte, groen glanzende oppervlak, sinds die tijd het „doo de meer". Ook de omgeving is geheel uitge storven; geen plant groeit er, geen dier ziet men er. Ook in het water zelf is geen levens- teeken te ontdekken. De moderne wetenschap heeft zich natuurlijk ook met het geheim, van dit meer beziggehouden. De veron derstelling, dat het water giftig is, is onjuist gebleken; de oorzaak van het feit, dat er geen leven mogelijk is in de omgeving van het meer, is een andere. In de diepte ontdekte men namelijk sterke koolzuurbron- nen. Het koolzuur stijgt door het water heen naar boven. En daar dit gas zwaarder is dan lucht, blijft het giftige gas laag bij de grond hangen. Een verblijf in dc nabijheid van het meer kan daardoor al gevaarlijk zijn. Rondom het meer zijn nu waarschuwings borden geplaatst, die op dit gevaar wijzen. Vijf dooden. I.yon, Gisternacht is bij de heuvel Saint-Ramhert Dalbon, in Frankrijk, een militair vliegtuig brandend omlaag gestort. Uit het wrak zijn vijf lijken geboi-gen.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1938 | | pagina 6