Nu de rokken korter zijn, Wat wij gaan dragen Najaarstinten en bontgrillen Zijn wij ondegelijker geworden Als de lampions branden HERFST- COMPLET Zomersche schoonheidszorg Zaterdag 13 Augustus 1938 Vierde blad besteden wij meer aandacht aan kou sen en schoenen! Hier een voor beeld van een lu xueuze voetbeklee- ding: zwart satijnen schoentjes m. goud leer versierd. Nog steeds het mantelpak! Neen, ik denk er niet aan uw va- eantie met herfst-visioenen te gaan bederven. Wie wordt er nu gaarne aan herinnerd, dat het verrukkelij ke tijdperk van zon en zomer, waar in wij ons zoo van ganscher harte verheugen kunnen, noodzakelijk een einde neemt? Maar toch, ik zou in mijn plicht te kort schieten als ik ditmaal niet een enkelen, zij het op- pervlakkigen blik op de stoffen wierp, waarin wij ons weldra klee- den zullen. Het heeft geen zin, niet waar, dat ik langer stilsta bij wat wij dragen dat ziet u zelf ook wel! maar het heeft zijn nut een paar voorloopige woorden te wijden aan wat wij dragen gaan. Het nieuwe offensief. De stoffenfabrikanten, die zich sinds we ken en maanden met de komende herfst- mode bezig houden, hebben hun werk voor een goed deel achter den rug. De wapenen voor het nieuwe offensief zijn gesmeed; aan de mode-huizen thans de taak van die wa penen een zoo goed mogelijk gebruik te ma ken! Laat ons zien hoe het er in het arse naal, dat den ontwerpers ter beschikking gesteld is, uitziet. Het is niet zoo eenvou dig tot dat arsenaal toegang te krijgen, want de ingangen worden tamelijk streng bewaakt. Maar toch, een vrouw heeft niet veel tijd noodig zich op dit. terrein te oriën- teeren'en geen geheim, waarin velen deelen, .kan lang een wérkelijk geheim blijven. Een vluchtige blik- Niettemin, wat hier volgt geef ik niet als een definitief en volledig overzicht, waar aan later niets meer toe te voegen zal zijn. In volgende artikelen zal ik corrigeercn en aanvullen; het gaat nu slechts om een vluchtig kijkje op een snel-voorbijtrekkend panorama, waarvan de kleine bijzonderhe den onopgemerkt blijven. Wie de nieuwe stoffen-collecties in oogensehouw neemt, krijgt heel sterk den indruk, dat het zwart, waaraan men eenige seizoenen lang ontrouw trachtte te worden, een tri omfalen terugkeer Viert. Wat al zwart! Geen dof en somber zwart ge lukkig, dat droeve gedachten aan rouw wekt, maar zwart, dat ieder spoor van doodschheid verliest, door dat het verlucht is met glanzende motieven, die op hef matte fond een vroolijk spel van zich verstrengelen de lijnen en lussen spelen. Nevelgrijs. Behalve zwart en de tinten, die ik in mijn vorige artikel noemde, zijn er nog een paar nieuwe kleuren, waarop ik de aandacht vestigen moet. Om te beginnen een zeer donker grijs, dat „nevel" genoemd wordt; Vervolgens tabaksblad-kleurige stoffen en andere, die aan de kleur van een lnngge- bruikt biljartlaken herinneren. Eindelijk is er een tint, die sommigen van ons buitenge woon goed zal staan: een roestkleurig grijs, dat onmiddellijk aan oud-ijzer denken doet. Al deze kleuren geven, samen, het volledig gamma der herfsttinten, want natuurlijk ontbreken niet de „dorre bladeren" en de „wilde wingerd in najaarstooi". Rr staat ons een rijkdom van varianten op bekende kleurmotieven ter beschikking, die een rui- me keus waarborgt en tegelijkertijd... moei lijk genoeg maakt. Wonderen van Weefkunst Sinds wij onze kleeren voor een enkel seizoen en niet meer voor een half men- schenleven koopen, komt het er ook weinig op aan of ze onverslijtbaar zijn. Gelukkig maar dat ze het niet meer zijn! Want wie onzer geeft niet de voorkeur aan een aardig stofje, dat zich een winter goed houdt, bo ven een onmogelijk-solied weefsel, dat na vijf winters nog geen spoor van slijtage vertoont? Zijn wij zooveel ondegelijker ge worden? Ik geloof het niet, maar wij leven sneller, wij beleven meer, wij houden van afwisseling en verandering. En in onze kleeding komt onze geestesgesteldheid nood zakelijkerwijze tot uiting. die zich als zuivere wolaandienen, en op dien eeretitel ook zeker aan spraak maken kunnen, maar daar tegenover, hoeveel andere, die ón der de „gemengde weefsels" gcrang- schikt moeien wprden. Wol en pscu- do-wol, die geen dierlijk, maar een plantaardiq pro'duet is, wol en kunst, zijde, wol en vezels van dit of van dat hebben zich innig verbonden en stoffen doen geboren worden, die elk een eigen karakter hebben. De eene stof valt soepeler dan de an dere, het eene weefsel is zacht als fluweel en het andere hard als zak- kengoed, de eene „wol" doet warm aan, de andere veeleer koud. Maar alle hebben, eigen aantrekkelijke kwaliteiten en zelfs zulke, die zuive re wol alléén niet bezit en dus niet ten toon spreiden kan. Ongetwijfeld, de „Ersatz"-stoffen, waarmee de chemie ons verrijkt, missen misschien iets essentieels de „betrouwbaar heid", waarvan onze grootmoeders met zooveel geestdrift konden ge wagen maar zij bieden ook zoo veel aantrekkelijks en zooveel moois, dat wij het graag op den koop toe nemen, dut zij de producten zijn van procédé's, iraarran vroegere ge neratics zelfs niet droomden. De vos, het kind van de reke ning. Van bont, echt bont ditmaal, zal over vloedig gebruikt gemaakt worden. De vos wordt opnieuw het kind van de rekening, vooral als het er om gaat de hals op „rijke" wijze af te maken. Maar op het gebied van bontversieringen zal men tenminste als het publiek er aan wil nog curieuze din gen zien; ruitvormig aangebrachte bont- randjes, die den mantel een „Schotsch" uiterlijk geven, bontversicringen, die de na den volgen of diagonaalsgewijze zijn aan gebracht, bont hier en bont daar, maar vooral op plaatsen waar men het het minst verwacht en waar het geen enkele nuttige rol speelt. Hier en daar zal natuurlijk wel een geluk kige greep gedaan worden, maar in vele andere gevallen zullen dergelijke grillige er. docllooze versieringen slechts doen glim lachen. Overigens kunnen wij gerust zijn: mode-ontwerpers vergissen zich vaak ge noeg, maar het publiek dwingt hen wel op de dwalingen huns weegs terug te keeren. Bij den aanvang van elk seizoen worden er tientallen modellen gelanceerd, die het nooit tct iets brengen en enkele, die de algemccne gunst verwerven. In laatste instantie zijn wij, vrouwen, het die uitmaken wat er ge dragen zal worden en wat Mode zal zijn. v GERTRUDE. en feestmuziek klinkt op een warmen Auguslus-avond in den tuin, dan is het de tijd voor onze zomeravondjapon, welke door zijn jeugdige allure en lieflijken een voud, bijna bekoorlijker is dan het groote" avondtoilet! Héél goedkoop kan zoo'n flatteus luinfeestjurkje zijn. Natuurzijde wordt er zelden voor gebruikt, kunstzijde of kunst-crêpe de chine en voile hebben den voor rang! Eerste vereischte is een fleu rig of heel teer dessin, in ieder ge val moet het japonnetje karakter bezitten. Voor nevenstaand toiletje werd een patroon van korenbloemen en klaprozen gebezigd, terwijl als eenige versiering geestige vlinder- strikken dienst doen. Een kunst bloem in het haar en onze tuinprin- scs is klaar! Toegepaste chemie? De stoffen zelf zijn wonderen van weefkunst, of moet ik zeggen: won deren van toegepaste chemie? Want dat de scheikundige een zwaarwe gend woord bij de schepping der herfststoffen meegesproken heeft, laat zich niet in twijfel trekken. Er zijn, zeker, nog heel wat weefsels, Hef mantelpak" verliest niets van de gunst, waarin het zich verheugt. Cheviot, ratiné, tweed, wollen en- pseudo-wollen weefsels zullen in ongekende hoeveelheden tot „tail leurs" verwerkt worden. Wat de lange win termantels betreft komen er stoffen op de markt, die zich als bont-wol aandienen. Of er bij de fabricage van die stoffen wol ge bruikt is, wil ik in het midden laten. Maar zeker geen bont. Niettemin geeft deze bont wol een zeer aantrekkelijken astrakan-in- druk, een zóó bedriegelijken indruk boven dien, dat men een echt astrakan-huid.je naast dit weefsel houden moet om vast te stellen dat er wezenlijk verschil is. Ook mantels van cheviot en van tweed zullen vermoedelijk veel gedragen worden. Het meerendeel van die mantels belooft vrij lang te worden; in ieder geval bestaat er onder de nieuwe modellen een uitgespro ken neiging de rok geheel te bedekken. Dit zou er op kunnen wijzen dat de drie-kwart lange mantel voor het oogenblik zijn beste dagen gehad heeft. Ifet mantelpak nog sleeds in de gunst! Een buitengewoon effect wordt hier verkregen door de wijze waarop effen en gerui te stof gecombineerd zijn! De hoed doet aan een bon bonnière denken; de blouse is in tegenstel ling met het hoofd deksel zéér een voudig. zelfs voor Uw mantelpakje! Kun stig zijn reepjes geborduurde kant in de naadjes van het mantelpakje verwerkt. Ook de blouses, die wij in dit seizoen nog dragen, vert.oo- nen de ouderwetsche „entre-deux". Handschoenen beslaan eveneens voor een groot deel uit rijke kant. DE HUID MOET TOT RUST KOMEN. De vacantieweken, die ons veel vrijen tijd geven, verschaffen een prachtige gelegenheid ons „uiterlijk schoon" te verhoogen. Niet door het gebruik van kunstmiddelen; wie in een tijd, waarin de zon mild en lang schijnt, altijd weer haar heil bij crèmes en poeder zoekt, is niet op den goeden weg. Het gebruik van poeder kan beter gedurende eeni ge weken volkomen achterwege blij ven. Dat geeft do huid gelegenheid tot rust te komen en de zon een kans leven en kleur in en op de bleeke wangetjes terug te brengen. Niettemin, met die zon moet u een beetje voorzichtig omgaan. Hebt u een donkere huid en donker haar, dan loopt u niet veel gevaar. Dan is er alle kans dat u mooi bruin brandt, en mocht dat niet het geval zijn, dan schaft u zich een zonnebrand-crème aan, die het verbrandings-proces regelt en geheel gevaarloos maakt. Blomie meisjes, die vaak een heel teere huid hebben, moeten evenwel veel voorzich tiger zijn. Niet alleen maakt het haar meestal niet veel mooier als ze zich, zonder overgang en zonder haar huid van een be schermend laagje crème voorzien te hebben, aan. urenlange bestraling blootstellen, maai de mogelijkheid bestaat óók dat het teere vel rimpelen gaat en dan kost het een in spanning van weken om de huid de vroe gere glad- en gaafheid te hergeven. Zonne baden zijn, als de maat niet uit het oog verloren wordt, ongetwijfeld gezondheid bevorderend, maar de maat is niet voor iedereen dezelfde, en het is dwaas tot lede ren prijs te willen bruinbranden. Als het eindresultaat is dat u alleen maar kreeft- rood wordt, kunt u er zeker van zijn dat tc veel zon eerder een schadelijken dan een heilzamen invloed op uw organisme heeft, op uw gezondheid en uw „schoonheid" bei de. Maar blijf zooveel en zoolang mo gelijk in de buitenlucht. Dat is voor treffelijk. Doe aan sport en als u daartoe weinig gelegenheid hebt, verzuim dan toch niet de lichaams- oefeningen, die u jong en lenig hou den en die overtollige vetvorming beletten. Vergeet vooral niet mins tens drie maal per dag een aantal malen diep en rhythmisch adem te halen. Dat sterkt de longen en de zuivere lucht, waarmee u ze vult, heeft een grooten en goeden invloed op uw lichamelijke gesteld heid. Vrees ook niet te transpireeren. Niets is beter voor de huid dan een overvloedige transpiratie. Een huid-voedende crème, waarvan u al leen 's avonds, voor u zich ter ruste begeeft, gebruik maakt, kan tenslotte goede diepsten bewijzen. Zulk een crème geeft den dieper- liggenden huidcellen wat haar toekomt, en voorkomt rimpclvorming, die felle zonne schijn altijd min of meer bevordert. GERTRUDE.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1938 | | pagina 13