IT AIRZAN Abessinië voedden guerilla-oorlog Weer denaturafie- toeslag voor rogge Voortdurend geheim verzet Radioprogramma V&M EDGAR RICEj j BURROUGHS 1 Prins Bernhard bij kampvuur ETHEL M. DELl «•«••••(•iltiiatiMk DOOR i No. 79. „Hier is geen blank meisje", zei Malbihn. Korak ging dreigend een stap naar de Zweek toe, die in elkaar kromp voor de woede op het gezicht van de aapman. „Vertel me de waar heid!" zei hjj. „Spaar me", jammerde Malbihn, „ik zal alles vertellen wat ik weet. „Ze ont vluchtte me over de rivier. Het was slechts voor de beloning, die ik hoopte te kragen. Ze is voor de dochter van de Sheik doorgegaan, sinds haar jeugd, maar zij was dat net zo min als ik. Dood me en je zult het geheim nooit te weten komen". Malbihn moest bij zichzelf lachen toen hij de verbazing van Korak zag. „Alleen de oude Sheik en ik weten waar ze vandaan komt en hij zal het niet vertellen". Malbihn voelde zich niet op zijn gemak; de stekelige, kleine ogen van de olifant maakten hem nerveus. Korak ging de tent binen om zich er van te overtuigen, dat het meisje daar niet was. Toen hij verdween, deed Tantor een stap naar de Zweed toe. Hij ging met zjjn slurf over de man, die in elkaar kromp van angst. Tantor uitte een laag, brommend ge luid toen hij de man berook. Zijn kleine ogen schoten vonken. Eindelijk had hij het schepsel gevonden, dat jaren geleden zijn wijfje dood geschoten had. Tantor, de olifant vergeet en vergeeft nooit iets! Malbihn zag het woedende dier boven zich en gilde om hulp. Voordat Korak de woedende olifant kon tegenhouden, had deze zijn slurf over het slachtoffer ge slagen en gooide de mon hoog de lucht in. Trompettend en schreeuwend slingerde hij de man over de palissade, de jungle in. Korak keek bedroefd naar het drama. Kg hield niet van de Zweed, maar hij had hem willen red den, omdat hij het geheim kende. Tantor, nu weer gekalmeerd, tilde Korak op zijn nek. Vanuit hun schuilplaatsen zagen de mannen van de Zweed de vreemde, blanke krijger met de olifant in de jungle verdwijnen. GROOT ITALIAANSCH BEZETTINGS LEGER OP DE BEEN. De Manchester Guardian is begonnen jnet een serie van vier artikelen over den huidigen toestand in Abessinië. Het libe rale orgaan luidt deze artikelen in met een hoofdartikel, waarin het o.a. schrijft: „De plotselinge instorting van het Abes- sijnsche verzet in het voorjaar van 1936 en de snelle opmarsch van de Italiaansche troepen naar Addis Abeba kwam als een schok tot de buitenlandsche waarnemers. Het leek ongelooflijk, dat de oorlog zoo spoedig tot een einde zou zijn gekomen en dat de trotsche Amharische stammen zich zoo gemakkelijk zouden hebben overge geven, zelfs nog voordat de invaller hun gebied had bezet." „De waarheid is, dat het binnen dringen van de Italianen te Addis Abeba niet het einde van den oor log heeft beteekend en zelfs niet het einde van georganiseerd verzet. Het beteekende misschien de ineen storting van de centrale regeering en het einde van den modernen staat, welken de Keizer zoo snel had opgericht op den ouden feo- dalcn grondslag. Maar dat is dan ook alles. De oorlog ging voort en gaat nog steeds voort, met het ©enige verschil, dat in het eerste jaar de loop er van uitvoerig (zij het niet altijd even juist) in de dagbladen werd weergegeven, ter wijl zijn loop van de laatste twee jaar verborgen en geheim is ge bleven, onbekend voor iedereen, be halve de Italiaansche generaals en soldaten, die in dezen oorlog heb ben gevochten." Kleine georganiseerde legers. „Er is geen ander woord om hetgeen tlians in Abessinië geschiedt, te beschrij ven dan oorlog. Het Abessijnsche verzet is niet dat 'van ongeregelde „sjifta's" of roo- vers, (hoewel die er ongetwijfeld ook ve len ziin), maar van kleine georganiseerde legei's, die vechten onder het bevel van Amharische edelen en hoofden, lieden, voor dien allerminst gewend aan ©en leven van hardheid en oorlogvoeren. Zij vechten niet om stoffelijk voordeel, maar voor de vrij heid en onafhankelijkheid van hun land. De Italanen zelf miskennen den omvang van hun tafk niet. Zij on derhouden in het land een leger van 200.000 man (100.000 Italianen en 100.000 inboorlingen), 300 vlieg tuigen en 10.000 vrachtauto's voor het vervoer van troepen en benoo- digdheden. De geweldige kosten van een dergelijk bezettingsleger, welke de Italiaansche schatkist amper kan dragen, zijn het beste bewijs van zijn noodzakelijkheid. Men mag er van overtuigd zijn, dat het werk zou geschieden met minder troepen en minder vliegtuigen, wanneer dat mogelijk ware." Verborgen geweren. „Het verzet, waarop men thans in be paalde provincies stuit, is even koppig als wanneer ook tevoren en over twee-der de des lands woedt een voortdurende gu- erilla. In Sjoa is een leider opgestaan, Ba- lambaras Ababa Aragai, die een held is geworden voor de Amharische krijgslieden. Er zijn tijden, dat hij een leger van 10.000 man onder zijn bevelen heeft en hij be- heerscht voortdurend een streek van 3000 vierkante mijlen. Men kan zelfs moeilijk zeggen, dat de Italianen dezen oorlog win nen, die al twee jaar geleden uit had moe ten zijn. Het vooruitzicht is nog weinig beter. Er zijn nog altijd vele geweren ver borgen in Abessinië, ondanks onverzwakte pogingen om het volk te ontwapenen. De Italiaansche terreur heeft de onverschilligen gewekt tot deelne ming aan de rebellie en de executie op groote schaal van hoofden heeft degenen, die ontsnapt zijn, slechts versterkt in de overtuiging, dat verzet hun ecnige hoop is. Tengevolge van het voortdurende ge vecht, van slecht beheer en een verkeerde politiek is de handel verminderd en de landbouw in verval geraakt. Dat heeft des te meer mannen vrij gemaakt om zich bij het verzetsleger te voegen, terwijl anderen er door gedwongen zijn, zich als roover een bestaan t© verzekeren. De Galla's en de Amharen, de Kopten en Mohammeda nen, schijnen allen evenzeer hun verovc raars te verafschuwen". Een riskante situatie. „Wanneer zoowel de omvang van het militaire verzet als de oeconomische crisis in aanmerking wordt genomen, is liet am per te veel gezegd, dat Italië's bozit van '1 land allerminst veilig is. Zoolang Italië niet in een oorlog is betrokken, zal het bezettingsleger ongetwijfeld in staat zijn zich te handhaven, maar in geval van een oorlog in Europa of een financi- eele instorting in Italië zou de toe stand ernstig zijn. Abessinië kan zich zelf niet onderhouden en alle aanvoeren moeten geschieden door het Suezkanaal, dat aan een blok kade kan worden blootgesteld". Tot zoover het hoofdartikel. Het eerste artikel van een reeks, welke met dit hoofd artikel is ingeleid, deel, aldus de N. R. Crt., mede, dat de kleine regenperiode van Januari en Februari dit jaar achterwege is gebleven, terwijl de groote regens in plaats van half Juni eerst eind Juli zijn begon nen, waardoor Abessinië bedreigd wordt met een volslagen mislukking van den oogst. Voor het eerst in zijn geschiedenis moet Abessinië zijn eerste levensbehoeften, meel, rijst en durra kafferkoren) bij groo te hoeveelheden over Massawa en Dzjiboeti invoeren. De besten des lands vechten. De schrijver van het artikel geeft ver volgens een indrukwekkende lijst van aan voerders der opstandelingen, met opgave van de stroken, waar bij opereeren. Het zijn allen volgens zijn zeggen lieden, die behooren tot de eerste families, niet iden tiek met de roovers, die vroeger de kara vanen in A!>essinië lastig vielen. Het roo- verswezen van dezen aard vindt men al leen nog in het afgelegen Zuiden en Zuid westen. Het zijn allen of nagenoeg allen Amharen en zij treden ook op in Amhara. Aanvankelijk hebben de meeste voorname families uit Amhara zich na de verove ring van Addis Abeba slil gehouden. Onder liet regime van Badoglio als onderkoning traden de Italianen niet te hard op. De executies na de plundering van Addis Abeba in Mei 1930 waren militaire maat regelen van den ouden aard, welke zooal niet aannemelijk dan toch begrijpelijk wa ren voor de Abessijncn. Na het vertrek van Badoglio echter hebben de Italianen een warre terreur ontketend, en dat heeft aan leiding gegeven tot een hernieuwd en krach tig verzet, vooral ook omdat in de eerste plaats de oude hoofden als slachtoffers van deze terreur zijn gevallen. Bezoek aan de rationale koe- poelan der Ned. Padvinders Vereeniging. Z.K.II. Prins Bernhard heeft Zaterdag avond laat een bezoek gebracht aaa de na tionale koempoelan der Nederlandschc Padvinders Vereeniging, welke in het con ferentie-oord te Lunteren wordt gehouden. De Prins arriveerde omstreeks half elf, slechts vergezeld van zijn chauffeur Hij werd begroet door den waarnemend hoofdcom missaris der Nederlandsche Padvindersver- ecniging, den heer A. Oosterlee, die zijn vreugde erover uitsprak, dat Z.K.H. die in padvindersuniform was gekleed als padvinder op deze koempoelan wilde ver schijnen. In den geest van den Prins werd het even onderbroken programma op nor male wijze voortgezet, waarbij Zijne Ko ninklijke Hoogheid zich later bij de padvin ders om het kampvuur voegde. Omstreeks elf uur keerde de Prins, die herhaaldelijk daverende toejuichingen in ontvangst had te nemen, naar Amsterdam terug. Geen dorschtoeslag voor gerst, —r Regeering hoopt de richtprij zen weer te bereiken. Met ingang van 11 Sept. zal we derom worden overgegaan tot invoe ring van een denaturatievergoeding voor rogge. De vele voorbereidingen, die deze maat regel vraagt, zullen het niet mogelijk ma ken om onmiddellijk de gelegenheid tot de- naturatie open te stellen. De Nederlandsche Akkerbouwcentrale zal bekend maken, wan neer en waar de gelegenheid daartoe zal worden geopend. Men mag aannemen, dat overal binnen 14 dagen daartoe de gelegen heid zal bestaan. Het ligt daarbij in de bedoeling om de monopolieheffing voor ongcdcnaturccrde rogge met ingang van 11 Sept. te verhoo- gen met f 0.50 per 100 Kg., terwijl de dena- turatiepremie wordt vastgesteld op 1.50 per 100 Kg. Hierdoor worde in dc practij'k be reikt, dat de monopolieheffing op gedena tureerde rogge en mais even hoog wordt. Heffing op gerst onveranderd. De heffing op gerst blijft onveranderd. Aan te nemen is, dat de gerstprijs na verloop van eenigen tijd gelijk zal worden aand en bui- tenlandschen gerstprijs plus monopoliehef fing. Het ligt niet in de bedoeling voor gerst wederom een steun door dorschtoeslagen in te stellen. Wel wordt aan de mogelijkheid gedacht, mocht de aanpassing van den bin- nenlandschen prijs aan dien van de import gerst plus monopolieheffing onvoldoende snel geschieden, om door andere middelen daarin verbeterincr te brengen. Hierbij kan worden gedacht aan aankoop door of van wege de Nederlandsche Akkerbouwcentrale. Do regeering hoopt met dezo maat regelen uiteindelijk de toegezegde prijzen voor rogge en gerst te doen bereiken. Mocht de algcmccnc daling op de graan markt doorzetten, dan zal zij den maatregel toepassen. De omstandigheden zullen moe- den beslissen tot welken maatregel de regee ring haar toevlucht zal moeten nemen. DINSDAG 13 SEPTEMBER 1938. Hilversum I, 1875 m. AVRO-Uitzendhig. 6.30—7.00 RVU. 8.00 Gramofoonmuziek (Om 8.15 Berichten). 10.00 Morgenwijding. 10.15 Gramofoonmuziek. 10.30 Het Omroeporkest. 11.00 Huishoudelijke wenken. 11.30 Het Omroeporkest. (Om ca. 12.15 Ber.) 12.30 Gramofoonmuziek. 12.45 Het Amusementsorkest. 1.30 Pianovoordracht. I.50 Het Omroeporkest. 2.40 Gramofoonmuziek. 2.55 Orgelconcert. 3.15 Disco-Variété. 4.00 Zang met pianobegeleiding en gramo foonmuziek. 4.30 Kinderkoorzang. 5.00 Kinderhalfuur. 5.30 Het AVRO-Aeolian-orkest. 6.30 Causerie „De strijd om de vrijheid in onze dagen". 7.00 Het AVRO-Dansorkest. 7.35 Causerie: „Spreekt U Uw Nederlandsch zuiver?" (met gramofoonplaten). 8.00 Berichten ANP. 8.15 Orgel en zang. 8.45 Radiotooneel. 9.30 Het Amusementsorkest. 10.15 Gramofoonmuziek. 10.35 Het Renovakwintet (Om 11.00 Berich ten ANP)' II.30 Gramofoonmuziek. 11.4512.00 Orgelspel. Hilversum n, 801.5 en 415.5 m. KRO-uitzending. 8.009.15 Gramofoonmuziek. (Om ca. 8.15 Berichten). 10.00 Gramofoonmuziek. 11.30 Godsdienstig halfuur. 12.00 Berichten. 12.15 KRO-Melodisten en solist (1.001.20 Gramofoonmuziek). 2.00 Vrouwenuur. 3.00 Zang met pianobegeleiding. 3,30 Vervolg zang. 3.40 Gramofoonmuziek. 4.00 KRO-Kamerorkest. 4.45 Gramofoonmuziek. 5.00 KRO-Orkest. 5.456.05 Felicitatiebezoek. 6.10 KRO-Melodisten en solist. 7.00 Berichten. 7.15 Causerie „De vrouw en het reddings werk". 7.35 Sportpraatje. 8.00 Berichten ANP. Mededeelingen. 8.30 Larry Edwin en zijn Tripica-orkest. 8.55 Liedjes aan den vleugel. 9.05 Vervolg van 8.30. 9.3p KRO-orkest. 10.00 KRO-Boys en solist. 10.20 Gramofoonmuziek. 10.30 Berichten ANP. 10.40 Sportreportage. 11.00 Gramofoonmuziek. 11.10 KRO-Boys en solist. 11.3012.00 Gramofoonmuziek. F E I L L E T O N. HOOFDSTUK XXXIII. Een Smeekbede. Bg haar aankomst in Londen liet Molly zich rechtdoor naar het ziekenhuis rijden, hoewel ze eigenlijk liever eerst even naar haar hotel had willen gaan, waar ze verwachtte Rollo te zullen vinden. Xvor was veel beter; hij zat rechtop in zijn bed, flink gesteund door een heele stapel kus sens, en verwelkomde haar met meer warmte dan ze van hem gewend was. Ze had bloemen voor hem meegebracht, maar hij legde ze op zij en trok haar haastig naast zich neer. „Ik ben zoo blij dat je er weer bent, mijn liefste," zei hij. „Ik heb je ontzet tend gemist." Diep getroffen drukte ze zijn grijze hoofd tegen zich aan en kuste hem teeder. „Wat ben ik blij dat je zooveel beter bent, lieveling," zei ze. „Ja," zei hij, „ik ben bijna zoover dat ik hier weg kan. Zal ik je eens vertellen wat ik dan graag zou willen?" „Natuurlijk!" antwoordde ze en ging op den rand van het bed zitten. „En reeds van te vo ren zijn je wenschen vervuld, tenminste als ze zoo zijn. dat de dokter er zijn goedkeuring aan kan hechten." Met vochtige oogen keek hij haar aan. „Lieve vrouw," zei hij, „jij bent de eenige. die ik noodig heb. Ik zou met jou een tijdje ergens heen willen gaan met jou alleen." Molly begon zich onzeker te gevoelen. Zoo had hij nog nooit tegen haar gesproken, zoo zacht, zoo teeder. Ze glimlachte naar hem en hield zijn handen stevig vast. „Dat zou niet zoo moeilijk te regelen zijn," zei ze. „Weet je dat ik in dien geest een plannetje bedacht had? Het lijkt me zoo heerlijk om een tijdje met je naar Aubreys te gaan, zoodra je sterk genoeg bent om de reis te maken. We zouden dan Awkins en Rose Masters kunnen meene men. Er kunnen nog heel wat mooie dagen komen en het hindert niets dat ze al zooveel korter worden, want we zullen je toch vroeg in bed moeten stoppen. Denk je dat je het prettig zou vinden? Den eersten tijd zouden we een verpleegster kunnen nemen, als je dat wilt." „Ik heb geen verpleegster noodig," zei Ivor. „Alleen jou jij bent altijd zoo rustig en zacht en je zorgt altijd zoo goed voor me." Molly bloosde als een schoolmeisje, bij dit onverwachte compliment. „Oh, Ivor! Wat lief van je om dat te zeggen!" „En je plan lijkt me prachtig. Ik zie niet in waarom we het nog al te lang zullen uitstellen. De dokter was vanmorgen hier en hij zei dat ik een verandering noodig had en het treft al heel toevallig dat hij me de zeelucht aan raadde." „Maar dat is prachtig!" riep Molly uit. „Wat zullen we het prettig samen hebben. Je bent nog nooit lang achter elkaar in Tregant ge weest en je weet niet half hoe heerlijk het daar is, vooral als de zon schijnt!" „Nu, laten we dan maar hopen dat ze er voor ons wil schijnen," zei Ivor. „En ik zal er op letten dat je dan eens flink room drinkt je bent den laatsten tijd werkelijk veel mager der geworden." „Wat een nonsens!" zei ze lachend. „Ik ben goed gezond, hoor! Maar we zullen het er prettig hebben en je zult eens zien hoe gauw je weer sterk en gezond bent. Als we dan terugkomen op Aubreystone Castle, kun je weer alles doen." „Daar verlang ik heelemaal nog niet naar." de eerstvolgende weken heelemaal voor mij zei hij zacht haar hand streelend. „Ik zal jou alleen hebben meer wensch ik niet. Oh ja, dat is waar ook," een lichte rimpel was op zijn voorhoofd verschenen „wat gebeurt er nu met Rollo Ik neem aan dat hij over enkele dagen naar Cambridge terug gaat." Molly maakte onwillekeurig een afwerende beweging. „Ik heb nog geen gelegenheid ge had daarover met je te praten," zei ze. „Hij heeft zijn zinnen op heel iets anders gezet, Ivor iets, waarmee je misschien niet al te zeer zult zijn ingenomen, maar waarvoor ik graag zou willen dat je je toestemming geeft. Ikzelf heb het hem ook nie. kunnen weigeren hij is zoo verlangend nu eindelijk eens aan den slag te gaan." „Heb je dien jongen niet iets kunnen wei geren?" vroeg Ivor en de rimpel op zijn voorhoofd werd dieper. „Oh Ivor!" smeekte ze. „oordee' niet nu reeds voor je nog iets weet." „Ben jij ,ran mij vooroordeelen gewend?" vroeg hij een tikje scherp. „Wil je alsjeblieft heel geduldig zijn, lieve ling?" p.eit'e ze. „Ik rek je liefde voor ■>i --je weet hoeveel Rollo's toekomst voo: mij beteekent." De uitdrukking op zijn gezicht werd zach ter. „Je hebt mijn zwakke plek geraakt", zei hij. „Vertel maar op. liefste. Wat is dat voor een gek plan. waarmee de jongen, rondloopt? Wil hij misschien optreden in een variété theater of wil hij bü een circus?" „Neen. Ivor, nee'" Ze hield zijn hand vast en streelde die zachtjes. „Het is ge'ukkig iets beters. Die acteur, die uit Amerika overge komen is. ziet veel in Rollo. Craven Ferrars heet hii je hebt misschien wel over hem gelezen." „Wat! Die man m dat opgelapte gezicht? Natuurlijk heeft hij daaraan zijn populariteit te danken Maar ik betwijfel het of Rollo daar veel voordeel van zal hebben. En nu wenscht die jongen zijn lot in handen te stellen van dien avonturier! Hij verwacht daarvan na- 'uurl.k schitterende resultaten! En wat zal gebeuren, als ik vragen mag. als het een mis lukking wordt?" Molly keek hem heel ernstig aan. „Ik vraag je niet hem te helpen, als dat mocht gebeuren alleen vraag ik je nu niet hard voor hem te zijn. Ik weet dat hij zijn oplei ding aan de universiteit er aan zal moeten geven en van jouw standpunt bezien is dat natuurlijk heel erg. Maar Rollo ziet dit heel andere hij zegt dat dit zijn groote levens kans is en dat hg die niet mag laten voor bijgaan. Hij vindt..." Kr'bbig viel Ivor haar in de rede. „Het spijt me," zei hij, „maar ik kan werkelijk niet langer naar die nonsens luisteren. Zoo als gewoonlijk is je hart weer met je hoofd op den loop." Mo'ly's "gen stonden vol tranen. „Toe Ivor, wees alsjeblieft niet boos", smeekte ze, „De jeugd wil nu eenmaal haar eigen weg gaan, precies zooals wg vroeger. Och toe, Ivor, vees nu niet boo Zijn blik verzachtte zich. „Je bent nog altijd zoo'n kind, Mary," zei hij, nauwelijks een dag ouder dan toen ik je leerde kennen. Weet je nog hoe je er tegen opzag om met me te trouwen? Herinner je je dat nog? En wist ik niet.wat het beste voor je was? Heb je er ooit spijt van gehad?" Ze huiverde bij de herinnering aan dien eersten moeilijken tijd en aarzelend ant woordde ze: „Ja. ik geloof wel dat je gelijk had. Ons huwelijk is tenminste geen misluk king geworden, wel?" „Een mislukking!" zei hij en hij trok haar dichter naar zich toe en kuste haar op de lippen. „Duizend maal neen, liefste! Ik ben zooveel van je gaan houden; ik kan eenvou dig niet meer zonder je! Wat zullen we het heerlijk samen hebben! En misschien komt er nog wel eens een baby! Zou je dat niet gelukkig maken?" Ze verborg haar gezicht tegen zijn schou der en hij voelde hoe een siddering door haar heen ging. ,Zou je het niet prettig vinden nog weer eens een baby te kragen?" „Oh nee. Ivor. dat niet!" zei ze wanhopig. „We hebben toch al zorgen genoeg, vind je niet?" „Ik verwacht met onze kinderen heelemaal geen moeilijkheden," zei hij. „Voor zoover ik kan zien beloven ze veel goeds voor de toe komst." „Daar kunnen we nog zoo weinig van zeg gen, Ivor. Ze zijn nog zoo jong! Maar laten we ons geen zorgen maken voor den tijd. Het eenige wat ik je wilde vragen is te trachten Rollo te verdragen, terwille van mij. Ik smeek je niet hem te helpen alleen zou ik zoo graag willen dat je niet meer boos op hem was. Hij is heusch niet zoo on dankbaar als hij schijnt, hij wil alleen zoo grasg een onafhankelijk mensch worden." „Dat heb ik begrepen." zei Ivor. „Maar als hij er op staat tegen mijn wenschen in te handelen, kan ik niets meer voor hem deen en dat heb ik hem ook gezegd." „Dat «eet ik wel maar laat het geen definitieve breuk tusschen jullie zijn. Toe Ivor, alsjeblieft!" Nog nooit had ze hem zoo dringend om iets gesmeekt. En de tegenstand van den man, in wiens armen ze lag, brak. Hij was verbaasd over zijn eigen zwakheid sinds d;en keer dat hij met Rollo die woordenwis seling had gehad, was hij vastbesloten ge weest hem niet meer onder zijn oogen te laten komen. Maar, zooals ze daar pleitte, kon hij haar onmogelijk weerstaan. Mis schien hadden de lange uren van eenzaam heid en do gedwongen rust in het ziekenhuis hem c'oen beseffen hoeveel deze vrouw hem eigenlijk waard was. Plotseling boog hij zich over haar heen en kuste haar lang en hartstochtelijk op haar mond, haar oogen, haar heele gezicht. „Mgn liefste meisje!" zei hij innig. „Mijn kleine vrouw! Hoe zou ik jou iets kunnen weigeren jjj, die altijd alles, alles geeft!" .,Je zult me dus ook dit niet weigeren?" fluisterde ze. „Nee, liefste, nee," zei hij en hij kuste haar telkens en telkens weer. „Zal dit ons ver blijf in Tregant prettiger voor je maken?" Stil legde ze haar armen om zijn hals en gaf hem zijn kussen terug. (Wordt vervolgd.)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1938 | | pagina 7