j TARZAII en pe Wij lazen voor U RADIO i WI®I1@DIINI Vergaan schip gelicht Met mestvork bandieten verdreven Renners vallen I fTA© EDGAR RICL BURROUGHS - Uit de Pers van heden Rotterdam en het centrale vliegveld Turksche president wordt beter Het BrifschItaliaanschc pact Wielrennen PUBLICATIE PROGRAMMA DOOR NO. 14. Toen de riverstomer de aanlegplaats ver liet, zat Helen hulpeloos gevangen in haar hut. Zij keek naar de rivier, waarin de kro kodillen rondzwommen. Er was geen moge lijkheid om te ontvluchten, zij was in de macht van Atan Thome. Bij het aanbreken van de dag wilden Tarzan, Lavac en Gregory zich naar de politie begeven. Zij hadden hier zo lang mogelijk mee gewacht, teneinde het leven van Helen niet in gevaar te brengen. Juist hadden zij dit besluit genomen, toen er op de deur geklopt werd. Magra kwam bin nen. Zij keek Tarzan recht in het gezicht, zij vermoedde nog steeds, dat hij Brian Gregory was. „Ik zal U helpen Uw zuster te vinden," zei ze eenvoudig. „Waar is zij vroegen de mannen in koor. „Atan Thome heeft haar meegenomen naar Athair, hij is vannacht van Bonga vertrokken met de rivierboot." „Jij bent een vriendin van Thome", zei Tar zan, „waarom wens je ons dan te helpen?" „Hij behandelde mij slecht, ik haat hem," antwoordde Magra met een strak gezicht, „ik zal met U meegaan en U helpen zoeken." „Goed!" riep Helen's vader uit, en hij had er geen vermoeden van, dat hij een spion mee nam. ZIJN WIJ GEVLUCHT? In „Kerk en Vrede", het orgaan van de Ver. van Christen-antimilitairisten, trof fen wij een gedicht aan van den socialis- tisohen dichter Garant Stuiveling, getiteld „Bij het uitbreken van den Vrede", waar uit wij zoo vrij zijn, enkele coupletten over te drukken: Waarom, mijn God, vind ik geen rust? Waaroim, nu in een glimlach zacht al d' angsten zijn in slaap gesust, blijft dof mijn dag en schril mijn nacht door 't onverdrijfbaar visioen van bloed en tranen, die tóch vloeien? De dahlia's staan hoog, en bloeien, doch keren 't eind niet van 't seizoen. De winter komt Ach, onafwendbaar als 't daaglijiks korten van de zon, is vrijheid mij en vrede schendbaar in vree, die met verraad begon! Van verre schalt een mars, een zingen door d' onfoewolkje morgenlucht: ik zie alleen maar vluchtelingen, en God! zijn niet wij zelf gevlucht? HOORT GE DEN DREUNENDEN TRED? Uit de „Haagsche Post" (lih.j: Het geduld van de N.S.B. is teneinde! zoo heeft HET Nationale Dagblad verze kerd. Er moet nu worden begonnen met „de bevrijding uit de democratische wan orde". En zij zal ermede beginnen. Het werd in koeien van letters en in hyper- snorkende taal medegedeeld, verlucht door de portretten der fascistische Kamerleden en ondersteund door de krijgsleus: „De N.S.B. marcheert". Hoort ge den dreunenden tred?? Hoort ge den eersten stap naar de bevrijding, die is gedaan? Want het geduld is uit. Een staatsgreep? Bestorming van het Binnenhof? Neen, afschaffing van de rij- wielhelastiing en verandering van de motorbelasting in een heffing op benzine. „Ons geduld is uit!" riep Hitier, „en dus, geef ons Su- detenland". „Ons geduld is uit", papegaait de principieele N.S.B., en dus schaf de rijwielbelas ting af!" Er komt een beetje hoos vermoe den in ons op. Het volgende voorjaar zijn er weer verkiezingen: voor Staten en Raden. Dan heeft de N.S.B. dringend stemmen noodig, want anders is de kans groot, dat „de stervende democratie" haar, evenals ten vorigen jare, opnieuw een-fik- sche nederlaag toebrengt. Welnu, de rij- wielb-elasting is impopulair, en er zijn eenige millioenen fietsende Nederlanders: welk een dankbaar vischwater! 150 vaten haring op het droge gebracht. De Soh. 102, de logger die 14 dagen ge leden in het gezicht van de Scheveningsche haven is vergaail, is in den nacht van Za terdag op Zondag gelicht door de bok „Ko lossus" van Tak's Bergingsmaatscha""'i, met assistentie van de bergingsvaartuigen „Meermin" en „Bruinvisch". Om kwart voor 2 hing het wrak in de takels, waarna de „Hoek van Holland" van Smit's Interna tionalen Sleepdienst de bok met het wrak naar de haven heeft gesleept. Om kwart voor drie werd tusschen de havenhoofden naar binnen gevaren en om 4 uur lag het geheel gemeerd aan den kant, in de eer ste binnenhaven tegenover het havenkan toor. De lading van de Sch. 102 is gister gelóst. Er staan nu 150 vaten haring op den wal, oogenscfiijnlijk in goeden staat. Ook een partij netten werd nog aan boord gevonden. Pleidooi bij den minister van Waterstaat. Op het stadhuis te Botterdam, heeft on der leiding van den burgemeester, een be spreking plaats gehad, waaraan met de wet houders Brautigam en De Zeeuw, de voor zitter van de Kamer v. Koophandel en de tweede voorzitter van het Rotterdamsche Vliegveld-Comité deelnamen. Besloten werd voor de volgende week een onderhoud aan te vragen bij den minister van Waterstaat, om opnieuw te bepleiten het groote belang, dat Botterdam als centrum van handel en verkeer heeft bij een eigen vliegveld met internationale verbindingen, terwijl krachtig stelling zal worden geno men tegen de gedachte van een centraal vliegveld, dat slechts in naam centraal zou zijn. Mislukte overval te Beetster zwaag. Zaterdagavond zijn twee met re volvers gewapende en gemaskerde mannen de woning binnengedrongen van een bejaard, niet onbemiddeld echtpaar aan den vrij eenzamen postweg, tusschen Beetsterzwaag en Hemrik. De kerels eischten het geld van de oude menschen. De bewoner greep echter een mestvork, waarop de mannen het hazenpad kozen. Na eenigen tijd waarschuwden de menschen den in de nabijheid wonenden boschwachter, die daarop het politie apparaat der gemeen te Opsterland in werking stelde. De poli tiehond van den rijksveldwachter Boersma werd gerequireerd. Het spoor leidde naar een woon wagen in Sparjebert. Twee jonge mannen zijn hier door de politie, bij wie zich ook de burgemeester van Opsterland had gevoegd, aangehou- en overgebracht naar het gemeente huis te Beetsterzwaag. Hoewel zij ontkennen, worden zij toch vastgehouden. Het onderzoek wordt intus- schen voortgezet. WAAR HET VLEESCH BLEEF... Een bewoner van de Smitstraat te Den Haag was in het bezit van een hond, welke zeer goedleersch was. In een bepaalden sla gerswinkel in de Noorderbeekdvvarsstraat miste men geregeld stukken vleesch. Men wist maar niet op welke wijze dit vleesch verdween, totdat een der knechts merkte, dat een hond de zaak binnenkwam en een stuk wegnam. De knecht volgde het dier en zocht zoo de woning van den eigenaar op. Daar werden prompt 15 kg. vleesch terug gegeven, welke allen door den hond waren ontvreemd op drie achtereenvolgende stroop tochten. Nadien herhaalde het geval zich nog eenmaal. De politie gaaf thans na in hoeverre de hond „op eigen initiatief" handelde. De meeste ministers uit Istan- boel vertrokken. Daar de in den toestand van den Turk- schen president Ataturk ingetreden verbete ring aanhoudt, keeren de meeste ministers en ook de voorzitter der groote nationale vergadering uit Istanboel naar Ankara te rug. Te Istanboel vertoeven nog de minister president en de ministers van binnen- en buitenlandsche zaken. De voorbereidingen voor de feesten van den löen verjaardag der Turksche republiek worden in vollen om vang voortgezet. Eerstdaags in werking? De vraag, of het BritschItaliaansche pact thans van kracht kan worden, zal naar men verwacht, Woensdag door het Britsche kabi net worden besproken, aldus de diplomatieke correspondent van Beuter. Naar verluidt, is tot dusverre in deze zaak geen beslissing ge nomen. Wanneer echter Woensdag de mi nisters de meening zijn toegedaan, dat liet oogenblik is gekomen om het pact ten uit voer te leggen, zal met Italië een datum worden vastgesteld, waarop het pact van kracht zal worden. Voor dien datum zal dan het parlement de gelegenheid worden gege ven de zaak te bespreken, volgens de belof te, die door den eersten minister in het La gerhuis is gegeven. Ernstige valpartij in het wieler- paleis te Parijs. In het Velodrone d'Hiver zijn gister wie lerwedstrijden gehouden. Tijdens den uur- wedstrijd deed zich een ernstige valpartij voor, waardoor drie deelnemers naar het ziekenhuis moesten worden vervoerd. De jonge Franschman Gabard raakte met zijn voorwiel de achterzijde van den motor van zijn gangmaker en viel. Achter hem reed Georges Paillard met zijn gangmaker Deliege. Zij konden den vallenden Gabard niet meer ontwijken en kwamen evensen- te vallen. Alle drie moesten zij naar het ziekenhuis worden overgebracht. Het ergst was gangmaker Deliege er aan toe. Zijn toe stand was zeer ernstig. Ook Paillard en Ga bard werden ernstig gewond. Bij het onderzoek in het ziekenhuis, waar in de stayers Gambard en Paillard en Pail- lards gangmaker Deliege na hun ongeval zijn opgenomen, is gebleken, dat de toestand van Gambard en Paillard zich ernstiger liet aanzien, dan hij inderdaad was. Beide ren ners bleken gelukkig slechts licht gewond De toestand van Deliege blijft echter ernstig INLEVERING VERSCH SPEK. De Nederlandsche Vcehouderijcentrale brengt ter kennis van belanghebbenden, dat met ingang van Maandag 24 October 1938 tot nader aankondiging te IJmuiden voor haar rekening versch spek zal worden inge nomen bij de N.V. Ijsfabriek en Koelhuis „IJsvries" te IJmuiden. De inlevering zal kunnen geschieden Dins dags en Donderdags van 9 tot 12 uur en van 2 tot 5 uur. 's-Gravenhage, 22 October 1938. (Adv.) DINSDAG 25 OCTOBER 1938. Hilversum I. 1875 en 415.5 m. KR O-U itzending. 8.009.15 Gramofoonmuziek. (Om ca. 8.13 Berichten). 10.00 Gramofoonmuziek. 11.30 Godsdienstig halfuur. 12.00 Berichten. 12.15 KRO-orkest. (1.001.20 Gramofoon muziek). 2.00 Vrouwenuur. 3.004.00 Modecursus. 4.05 Berichten, hierna: het KRO-Kamerorkest 5.00 Gramofoonmuziek. 5.15 R.K. Kinderkoren „Zang en spel" met pianobegeleiding. 5.45 Felicitatiebezoek. 6.05 Gramofoonmuziek. 6.20 KRO-Melodisten.en solist. 7.00 Berichten. 7.15 Causerie „Het aanslaan van de arbeiders beweging". 7.35 Sportpraatje. 8.00 Berichten ANP en Mededeelingen. 8.15 Het Stedelijk orkest van Maastricht en solist. 9.00 Interviews. 9.20 Vervolg concert. 10.05 Lajos Veres en zijn Hongaarsch orkest. 10.30 Berichten ANP. 10.40 KRO-Boys en solist. (11.0011.10 Gra mofoonmuziek). 11.3012.00 Gramofoonmuziek. Hilversum II. 301,5 m. AVRO-Uitzending. 8.00 Gramofoonmuziek. (Om 8.15 Berichten). 10.00 Morgenwijding. 10.15 Gramofoonmuziek. 10.30 Voor de vrouw. 10.35 Ensemble Jetty Cantor. 11.00 Wenken voor de huishouding. 11.30 Vervolg concert. 12.15 Berichten, hierna: Gramofoonmuziek. 12.30 Orgel en zang. 1.00 AVRO-Amusementsorkest (opn.). I.45 Omroeporkest en solist. 2.45 Knipies. 3.45 Berichten, hierna: het Lyra-trio. 4.30 Kinderkoorzang. 5.00 Voor de kinderen. 7.05 Kinderkoor „Zanglust", 7.30 Engelsche les. 8.00 Berichten ANP; Radiojournaal: Mededee lingen; Gramofoonmuziek. 8.30 Bonte Dinsdagavondtrein. 10.00 Disconieuws. h3LG~a™ofoonplatencc>ncert met toelichting. II.00 Berichten ANP. Hierna tot 12.00 het AVRO-Dansorkest en gramofoonmuziek. FEUILLETON MAURICE WALSH 20. „Den volgenden morgen vergezelden Nor- rey en ik ze naar het altaar, de halve ketel lappersbende gluurde door de open deur; ze durfden niet binnen komen, omdat ze bang waren dat het dak in zou vallen en dat ze blaren zouden krijgen van het wijwater. De Canon staat al te wachten in zijn witte mis gewaad en hij werpt Jamesy een blik vol be- teekenis toe en Jamesy drukt hem een ver fomfaaid papiertje in de hand. De priester is een heer en heeft bovendien zijn gewgde klee- ren aan, dus hij bekijkt het papiertje met maar stopt het hier of daar weg en dan ver bindt hij die twee in het huwelijk. In de con sistoriekamer, na den dienst, waar we onze namen in het boek teekenen moeten, legt Maag" een briefje van vijf pond open en o oot op tafel. „Vader," zegt ze, „wilt u daar een mis voor lezen voor Timmy Brien, dien ik het laatst begraven heb en als het zoo ve' komt ook voor Jamesy Coffey?" ..Menschen kinderen!" zegt de Canon, die erg in zgn nopjes is. „Dat is veel te veel, mijn beste juffrouw Coffey." „U zult wel merken, dat het maar heel weinig is, vader!" zegt zg. ,Dat was me een bruiloft! Een ketellap- persbruiloft tart alle beschrijving. Daar zou ik ie heel wat van kunnen vertellen maar ik doe het niet. Den volgenden dag, ik weet niet precies hoe laat, nam ik een bad m e woelige zee. om van mijn kater af te komen en daar duikt ineens het hoofd van den Caron naa3t me uit een golf op. Hg begint te lachen en zegt: „Paddy Joe Long, vertel me eens, heb jij Jamesy ogge bracht, hoe hij me er in kon laten loopen?" „Als ik dat had gekund, zou i het zeker heb ben gedaan, Eerwaarde," zei ik. En dan ver telt hij me, hoe hij zijn hand in zijn zak stak en daar Jamesy's banknoot vond en in plaats van een briefje van vijf pond was het -e.i strook je vetvrij papier; jullie kent het soort het voelt net aan als een banknoot dit «va.-» het. De Canon en ik nebben er om geschaterd „Maar toen we even later samen ie dorp straat in kwamen, wie moesten we laar tegen het lijf loopen? Wel natuurlijk jamesy ir> eigen persoon, met een brutale snuit „Hait, jou schurk!" roept de Canon. „Dat gaat zoo maar niet!" „O, nee?" antwoordt Jamesy. „Je mag een man altijd in zijn eigen netten probeeren te vangen, dat is de reg van het spel." „En daarbij een gevaarlijk spelletje, ouwe dobbelaar," zegt de priester „.vant ik heb altijd nog wel een kunstje acht.» de hand Dacht je dat je huwelijk nu wettig Aas?" „Wat zijn dat voor praatjes!" roept Jamesy achterdochtig. „Een gesproken «voor 1 nreekt eiken koop." zegt de Canon voor de grap „De «voorden die ik Qver jullie gesproken heb, hebben even weinig bindende kramt als de wind en je zult nog eens weer moeter komen anders begaan jullie een doodzonde." „Du'zend bommen en granaten!" roept Ja nesy dat is het mooiste nieuws, dat u mg zoudt kun nen vertellen, ook al peinsde u er van eeu wigheid tot amen over. Op mijn woJrd, ik heb al meer dan genoeg van de ouwe heks meer hoef ik niet te zeggen! Gegroet! „Kom terug, kom terug!" roept de Canon, doodelgk ontsteld. „Jullie bent vo.gens alle regelen der kerk getrouwd ik maakte maar een grap!" Grappenmakerij of ernst, Canon," roept Jamesy terug, „dat i geen manier, om je nu weer te bedenken," en meteen verdwijnt hij in de kroeg van Carrol Op mijn woorl zoo is het gebeurd." „Jrj bent goed verDc wn met de gebruiken van de zigeuners," ->ve.-- peinsde Rogan halfluid, vanuit de he.n ver vullende gedachten, want hg begon te tegr-j- pen, waar Paddy Joe heen wou 2. Paddy Joe schudde langzaam het hoo£d. „Ik weet adeen maar iets van den allerbuitenst-i. buitenkant. Maar als ik mg'n zin kreeg als orrey het goed vond, wat niet het geval is dan zou een paar jaar in mijn leven wiUen doorbrengen in het gezelschap van Jamesy Coffey en dan tenminste één boek schrijven, dat de moeite waard was. Maar al zou ik de kans krijgen, dan ben ik bang, dat ik dat leven zelfs geen jaar zou kunnen v hhou len. IK ben niet meer zoo taai als ik geweest ben en om een zwervend leven te leiden, om altijd onderweg te zijn, een vijand van alle vaste banen gaan, moet een mensch al zijn beste hoedanigheden in het spel brengen en soms zg'n slechte daarbij. Het is een prachtig, loute rend leven ten goede of ten kwade." Rogai. gaf met een glimlach te kennen, dat hij begrepen had. Hij zelf moest verdwijnen, spoorloos, niet alleen om den moord, maar om den man, die in leven was gebleven; au Paddy Joe wees hem den weg. „Wat zijr. de vereischten voor een behoor- gken ketellapper?" vroeg hij vriendelijk. Paddy Jo<- grabbelde naar zijn pijp en zgn .abakszak. „Dat zal ik je vertellen," zei hij met een soort grimmige beminnelijkheid, „ai zou ik er ook een jaar over moeten door praten. De regen zal hem doorweeken en de zon zal hem weer opdrogen, en noch de nat tigheid, noch de droogte doet hem iets. De winden «.es hemels zullen om zg'n hoofd waaien, de vorst zal nijpen, de zon zal haar verzengende hitte in zijn nek gieten en alles zal hem om het even zijn, ongevoelig voor de kwellingen, die de natuur hem zal opleggen, zoowel voor de liefkoozingen, die zg' hem ten deel zal laten vallen, diezelfde natuur, die hem later aan zijr eind zal brengen, zonder dat hg het voelt aankomen. En het weer, waarvoor hij onverschillig is, zal hij kennen, aanvoelen e doorgronden als de zwartgerugde meeuwen De vogels kent hij aan hun wiekslag en hg moet de grauwe ganzen en de wulpen kunnen besluipen in hun eigen moerassen. Op een af stand van twee akkers, moet hg kunnen zeg gen: „Dat daar is geen graspol, maar «een haas in zijn leger," en hij stuurt er zijn hond op af en die drijft d<_ haas in zijn stroopers- zak, waarop hg hem aan den eigenaar ver koopt, of er soep van kookt voor zijn troep. Een fazant, twintig voet boven den grond, op een boomtak vlak voor de deur van den kodde beier zal op eer, donkere Novembernacht niet veilig voor hem zijn. Een ude slimme zalm, in zg'n poel onder de hazelstru'ken zal den dag vervloiv.en, waarop zijn oogen het diepe water naspeuren. Als hij een kip hoort kake len, dan moet hg weten of dat om een ei of om een worm is en het e' zal hij bg de thee opeten. Hij meet kunn zien, of een paard gebreker heeft en een ezel moet hg iemand kunnen aansmeren als een Spaansch paard- „Je doet me denken," zei Alistair, „aan mijnheer Polly in de herberg van Potwell. Als die ketellapper van je niets'te doen heeft, waar amuseert hij zich dan mee?" „Hij moet zich gelukkig kunnen voelen met een leege maag, zoowe, als met een maag, die maar al te vol is en als zg'n hemd vuil is, moet hij het wasscl.en. Hij moet een vrouw kunnen oppikken en haar weer laten loopen, net als het hem behaagt, balladen zingen op de kermis, liegen alsof het gedrukt staat tegen burger en edelman en als hg' eenmaal zijn woord gegeven heeft, moet hg dat houden. Hij moet vriendschappelijk om gaan met ieder, die vriendschap verdient, en zich aan geen mensch ter wereld binden en hg' moet klaar staan om te vechten, tot hg op de plaats is waar hij hoort en dan blgven vechten, om zich op die plaats te handhaven, maar in de wereld daarbuiten mag hg heele- maal niet vechten, behalve in den uitersten, wanhopigen nood en dan mag h,j niet fa len... Een oogenblikje, dan kan ik wat Dp adem komen, want ik ben nog maar aan het allereerste begin." „Zou ik zoo iemand kunnen worden, Paddy Joe?" vroeg Rogan eenvoudig. „Dat kun je," zei Paddy Joe, terwijl hij hem recht in de oogen keek, „omdat je wel zult moeten." Rogan knikte verstrooid. „Je zult wel moeten in je eigen belang en in het onze. Bedenk eens, hoe we vanmid dag vastzaten en niet wisten, hoe we je nog weg moesten krijgen. En toen kwam Jamesy Coffey opdagen. Het was, alsof de hemel hem gezonden had." „Het is een goed voorstel," zei Alistair pein zend. „De eenige manier, waarop je op dit eiland kunt verdwijnen, is je identiteit op geven." „En geen enkele speurder zal hem ooit vin den in de huid van een ketelappersmaat als die huid hem past," zei Paddy Joe en hij wendde zich tot Rogan. „Hoe heette je moeder?" „Mackay-Rogan." „Dat is een beste naam. We zullen dien ne men en hem passend maken aan de omstandig heden. Je bent niet langer Rogan Stuart. Je bent Rogue McCoy, zwervend langs Ierland's kronkelwegen met den troep van Jamesy Cof fey, levend naar Jamey Coffey's wet. Als je werkelijk de man bent, die we denken, dAt je bent, dan zul je ons geen schande aandoen en je zult dingen beleven, die... nu ja, je zult din gen beleven. En wacht eens! WU je mij één jaar van je leven afstaan?" „Je zult het hebben al is het dan ook niet veel waard." „Het is best mogelijk, dat het niets waard is maar toch wou ik je in de gaten blijven houden. Jamesy Coffey houdt zich min of meer aan een vaste route, de groote kermis te Puck. de groote paardenmarkt te Cahuramee, de veiling van veulens en jachtpaarden te Cast- leinch allemaal in den herfst; vandaar naar de streken, waar de vossenjachten zijn en de gekweekte fazanten, Mallow, Cappawhite, Thures, Templemore en over Loch Derg naar Calloway; in den zomer hier, of Kilkee of Bal- lybwignan. Ik woon den geheelen zomer in Ballywingan en ongeveer over een jaar moet je je daar bij mij melden, dan zal, zoo God wil, het juk je van de schouders genomen worden." (\Tordt vervolgd.)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1938 | | pagina 7