Rzm
Wij lazen voor II
M Pi
B@P1N j
TIP
De Staat gedagvaard
Radioprogramma
i
EDGAR RIC~
j BURROUGHS
- Uit de Pers van heden
Onze Oost
De bandjirs op Celebes
Meisje valt uit rijdende auto
Predikant opgelicht
Vuurgevecht met bandieten
Een fluitwonder
feuilleton
1-
maurice walsh
m
m
m
I
i
DOOR
a
a
43.
a
a
Door zijn overwinning op Ungo had Tarzan
j het koningschap over de troep apen gekregen.
Maar enkele van de jongere dieren waren het
hiermede niet eens. Het was gewoonte, dat
ieder, die wilde, met den nieuwen koning
i.i mocht vechten, om te trachten hem te over
winnen. Een der jonge, grote dieren kwam
langzaam en brommend op hem af. Tarzan
was niet bang voor hem, maar hij wist, dat,
als na dit dier er weer een ander zou komen,
om tegen hem te kampen, hij door overver
moeidheid zou worden overwonnen, vandaar
dat hij wilde proberen een geveoht te voorko
men. Hij richtte zich in zijn volle lengte op
en riep uit: „Tarzan doodt!" Daarna liep hij
naar het vreselijke dier toe, dat bang werd,
toen hij de witte gedaante op zich toe zag
komen. Hij wilde omkeren, maar Tarzan gaf
hem daartoe geen gelegenheid. Hij wilde, dat
hij onmiddellijk als koning van de apen werd
erkend. Daarom greep hij den jongen aap
beet, tilde hem gemakkelijk boven zijn hoofd
en smeet hem daarna tegen de grond. Vol be
wondering keek de troep apen nu naar hun
geweldigen, nieuwen koning. En Tarzan be
raamde een plan om zijn onderdanen te ge
bruiken bij de gevaarlijke avonturen, die hem
en zijn vrienden te wachten stonden.
DE GEREFORMEERDEN OVER DE
JODENVERVOLGING.
„HITLER EEN WERKTUIG VAN
GODS TOORN."
Het Volk (S.D.A.P.) schrijft:
Toen de verontwaardiging over de Duit-
sche pogroms zich door heel Nederland
uitte in protest en betooging, heeft 'n be
langrijke bevolkingsgroep zich nagenoeg
overal _met nadruk afzijdig gehouden. Het
Calvinistisch volksdeel toonde zich zeer
gereserveerd in zijn oordeel over de gebeur
tenissen aan gene zijde der oostergrenzen.
Noch uit de A.R. Partij noch uit
de Gereformeerde Kerken in Ne
derland, die practisch de politieke
en godsdienstige omgrenzing dier
groep vormen, kwam eenig stellig
openbaar getuigenis tegen de nazi
misdragingen, om maar te zwijgen
van eenigen aandrang op de lands-
regeering tot milder toepassing van
het asylrecht.
Het blad vond echter in de (geref.) „Hil-
versumsche Kerkbode" een artikel van ds.
G. Laarman, waarin deze zijn meening
over de pogroms naar voren brengt.
De strekking van dit artikel komt, aldus
het blad, kortweg hierop neer:
De Jodenvervolgingen zijn te wijten aan
de Joden zelf. God straft hen en blijft hen
straffen, omdat zij den Christus niet als
Messias erkennen, zooals Hij in de dagen
van Jesaja de Assyriërs over het zondigen
de Israël deed komen.
Zooals toen Assur een geesel in Gods
hand, zoo zijn thans Stalin en Hitier de
werktuigen van Zijn toorn. Op hun beurt
zullen echter ook zij gestraft worden. „Als
de stok gebruikt is, wordt hij gebroken en
weggeworpen". Daarom, wee den Assyriër!
Tot zoover ds. Laarman.
Het Volk vraagt nu:
Hoe zit het met de niet-Joden, die sinds
de opkomst van de Nazi-terreur worden
verdrukt? De socialisten en communisten
zullen, volgens ds. Laarman's beschouwin
gen, hunl ot wel hebben verdiend, maar
wat hebben de belijdenis-christenen, de vele
evangelische predikanten, de honderden ka
tholieke geestelijken, die God gehoorzamer
waren dan Hitier, dan voor kwaads gedaan?
En hoe zit het met de Joden in de demo
cratische landen, die geen haar minder
Joodsch zijn dan hun geloofsgenooten in
Duitschland, Polen, Italië, maar die niet
vervolgd worden?
Het Arbeidersorgaan merkt verder op,
dat ds. Laarman wel wat meer eerbied had
kunnen toonen voor het oude volk, waaruit
de Christus wilde voortkomen en staaft deze
opmerking met verschillende citaten uit het
gewraakte artikel, waarvan wij er hier en
kele overnemen:
„(God) heeft zich een stok uitge
zocht om te slaan. Want dat volk
wil niet naar Gods stemme hooren
Met gelaatstrekken verwrongen van
woede vervloeken ze den overwel
diger. Maar 't is een machtelooze
woede. Ze kunnen wel bijten in de
stok, waarmee ze geslagen worden.
Maar ze zien niet de Hand, die dien
stok vasthoudt" en
„Israël heeft zich een nieuwe grondslag
gezocht in mammonsdienst, om daardoor
een beheerschend positie in de wereld te
verkrijgen."
Een zin als deze laatste verwacht men,
aldus het Volk, nu toch eerder in „Volk en
Vaderland", dan in een Gereformeerde
Kerkbode.
„VERKEERSOFFICIEREN".
Het Handelsbl. (lib.) bepleit, ter vermin
dering van het aantal verkeersongevallen,
de^instelling van een z.g.n. „verkeersbriga-
de", welke de overtredingen der wegge
bruikers zou moeten signaleeren.
Op snelle motoren gezeten, moeten leden
van die brigade, volgens, het blad overal
op het onverwachts kunnen verschijnen,
liefst in tweetallen, ter wille van de bewijs
voering, indien deze noodig mocht zijn.
Hun ingrijpen dient stipt en met gezag te
geschieden. Niet altijd behoeven zij straffen
uit te deelen. In zeer vele gevallen zullen
reeds hun aanwezigheid alleen, en het ont
zag vooi hun mogelijke verschijning aan
den verkeershorizont, voldoende zijn om
onbehoorlijke weggebruikers tot de orde te
roepen. Maar daartoe is bepaald onmisbaar,
dat dergelijke „verkeersofficieren" met tact
doch tevens met kracht kunnen optreden,
zoowel tegen sommige ruwe klanten op den
bok van sommige vrachtauto's, als jegens
hooghartige meneeren die soms mochten
meenen, dat de verkeersregelen er slechts
voor anderen zijn.
Meer dan 100 dooden.
Het aantal dooden tengevolge van den
grooten bandjir op Celebes, waarvan wij
dezer dagen uitvoerig melding- maakte, is
voor het district Polewali belangrijk hooger
dan aanvankelijk werd opgegeven. Hier
door is het totaal aantal dood-en thans, al
dus de N.R.Crt., tot 113 gestegen.
Vorderingen van twee wilde
busdiensten algewezen.
Zaterdag j.1. waren aan den president
van de Haagsche rechtbank wederom twee
korte gedingen voorgelegd aanhangig ge
maakt door wilde autobusdiensten tegen
den Staat der Nederlanden.
Het waren de N.V. Nederlandsche Unie
en Schouten's automobiel Centrale, die een
dienst onderhielden tusschen Amsterdam
en de Nederlandsch-Belgische grens. De
Spoorwegen hadden verbod van deze dien
sten gevraagd bij den president van de Am-
sterdamsche Rechtbank en dit verbod ook
gekregen.
Hierop breidden de beide diensten hun be
drijf uit en reden van Amsterdam naar
België. Dit wilde in werkelijkheid zeggen,
dat zij het Hollandsche douane-kantoor te
Zundert passeerden, doorreden tot aan het
douanekantoor te Wuestwezel en dan om
keerden om weer naar Nederiandsch' gebied
te gaan.
Zij stelden zich op het standpunt, dat ze
op deze manier „een ander traject" reden,
waardoor het verbod van den Amsterdam-
schen president niet gold. Toen de politie
niettemin hun diensten belette, dagvaar
den zij den Staat in kort geding.
De president van de Haagsche rechtbank
wees evenwel hun vorderingen af, o.m.
overwegende, dat het zijn taak niet is een
interpretatie te geven van de strekking
van de vonnissen van zijn ambtgenoot te
Amsterdam.
Doodelijk ongeluk te Nieuwe
Tonge.
Gisterochtend omstreeks tien uur is het
achtjarige meisje Dora Teuteberg uit Rot
terdam uit een rijdende auto gevallen en
onder de wielen terecht gekomen.
Het kind was onmiddellijk dood.
Het slachtoffer zat in een auto, welke
bestuurd werd door haar vader. Zij waren
op weg naar Nieuwe Tonge. Door nog niet
bekende oorzaak is de deur van den wagen
op den Stovendijk te Nieuwe Tonge, open
gegaan, waardoor het meisje uit de auto
viel, met het vermelde noodlottige gevolg.
Het stoffelijk overschot is naar Rotter
dam vervoerd.
Uitgever eigende zich meer dan
f 10.000 onrechtmatig toe.
De Haagsche politie heeft aangehouden
den 32-jarige uitgever L.L., wonende te
Voorburg, verdacht van verduistering van
tien- a twintigduizend gulden ten nadee-
le van een predikant.
Deze had in 1933 de uitgave op zich geno
men van een liederenbundel „Geestelijke lie
deren uit den schat van de kerk der
eeuwen."
Dit bracht veel werk met zich mede en
daarom droeg de predikant na enkele ja
ren de geheele administratie, met het fi
nancieels beheer der uitgave over aan L.L.
die daardoor in den loop van den tijd
over vrij groote bedragen te beschikken
kreeg.
Thans wordt L. L. er van verdacht een
groot bedrag, varieerende tusschen f 10.000
en f 20.000 te hebben verduisterd. Dit geld
behoort grootendeels den predikant toe en
was hem voor een ander deel door derden
ten behoeve van de uitgave geleend.
Twee mannen in Michigan ont
voerd.
Drie met geweren gewapende bandieten,
waaronder één vrouw, raakten in gevecht
met de politie in White Pigeon, Michigan,
Zij ontvoerden, volgens een bericht uit New
York aan de Daily Express, twee mannen
en verdwenen.
Men gelooft, dat twee der bandieten de
bankroovers Benny Dickson en zijn vrouw
Esther zijn. Eerder op den dag waren zij
alreeds gesignaleerd en werden gesommeerd
om te stoppen, maar de Dickson's antwoord
den met revolvervuur.
De politie opende nu ook het vuur, maar
juist toen zij met een vaart van 80 k.m.
per uur achter de auto der bandieten aan
snelde en deze bijna had ingehaald, werden
de voorbanden der politieauto door kogels
doorboord.
De bandieten reden naar het nabijgelegen
benzinestation Vicksburg en maakten den
eigenaar wakker. Nadat deze de tank van
de auto had gevuld, werd hij meegenomen
in den wagen. Eenige minuten later werd
bij een boerderij gestopt, waar zij den boer
vroegen, waar zij een dokter vinden kon
den. Hij vertelde het hun en werd even
eens meegenomen.
Alle wegen welke toegang geven tot den
staat Illinois werden afgezet, maar de
bandieten slaagden erin door de afzetting
heen te breken en de vlucht te nemen naar
Chicago.
Vierjarig Engelsch jongetje kam
pioen.
Op elk gebied vindt men in den tegen-
woordigen tijd wonderkinderen; zegt de
Daily Express. Nu is er in Engeland een
fluitend wonderkind. Ariene Lomers is vier
jaar oud en behaalde het kampioenschap
in een concours te New York voor fluiten
de kinderen. Het blad voegt eraan toe. dat
de kleine Ariene zéér zuiver en met veel
gevoel fluit.
VRIJDAG 2 DECEMBER 1938.
Hilversum I, 1875 en 415.5 m.
Algemeen Programma, verzorgd door de
NCRV.
8.00 Schriftlezing, meditatie.
8.15 Berichten, gramofoonmuziek.
(9.309.45 Gelukwenschen)
10.30 Morgendienst.
11.15 Pianovoordracht en gramofoonmuziek.
12.00 Berichten.
12.30 .Quintolia" en gramofoonmuziek.
2.00 Gramofoonmuziek.
2.252.55 Christ. Lectuur.
3.00 Zang met pianobegeleiding en gramo
foonmuziek.
5.00 Declamatie.
5.10 Vervolg concert.
5.35 Vervolg declamatie en gramofoonmuziek
6.15 Gramofoonmuziek.
(Ca. 6.30 Berichten.).
6.30 Tuinbouwpraatje.
7.00 Berichten.
7 15 Literaire causerie.
7.45 Gramofoonmuziek.
8.00 Berichten ANP, herhaling SOS-Bericht.
8.15 NCRV-orkest.
9.00 Exegistische causerie.
9.30 Vervolg concert.
10.00 Berichten ANP, actueel programma.
10.45 Causerie over lichamelijke opvoeding.
11.00 Viool en piano.
11.30 Gramofoonmuziek.
11.5012.00 Schriftlezing.
Hilversum n. 301,5 m.
8.00 VARA. 1„.00 YPRO. 10.20 VARA. 12.00
AVRO. 4.00 VARA. 7.30 VPRO. 9.00 VARA
10.40 VPRO. 11.00—12.00 VRAA.
8.00 Gramofoonmuziek Om ca. 8.16 Bericht.).
10.00 Morgenwijding.
10.20 Esmeralda.
10.50 Declamatie.
11.10 Gramofoonmuziek.
11.20 VARA-orkest.
12.00 AVRO-Amusementsorkest. (Ca. 12.15
Berichten).
12,45 Ensemble Jetty Cantor.
2.00 Ensemble Jetty Cantor.
2.30 Declamatie.
3.00 Cabaretprogramma.
L00 Gramofoonmuziek.
5.00 Voor de kinderen.
5.30 Orgelspel en gramofoonmuziek.
6.15 De Ramblers. (Om 6.28 Berichten).
7.00 VAR A-Kalender.
7.05 Causerie „Engelsche caricaturisten",
7.23 Berichten ANP.
7.30 Berichten.
7.35 Ceuserie Wat en hoe gelooven wij?" (8)
8.00 Viool en piano.
8.30 Causerie „Het stilleven als uiting van
religieus gevoel".
9.00 „Le Coq dor", opera (opn.).
9.30 Radiotooneel met muz'ek.
10.00 Gramofoonmuziek.
10.30 Berichten ANP.
10.40 Avondwijding.
11.00 Zang en piano.
11.30 Jazzmuziek (gr.pl.).
11.5512.00 Gramofoonmuziek.
53.
Uit zijn oogen blaakte het magnetisme van
zijn persoonlijkheid. Nog een moment en hij
zou haar in zijn armen gegrepen hebben en
met haar de kamer uitgestormd zijn. Maar
voor hij zich kon bewegen, had zij zich op
haar hielen omgedraaid, zoodat ze recht tegen
over Rogue McCoy kwam te staan.
„U hebt veel te lang gezwegen, mijnheer
Stuart!" zei ze koel, „waarom toch?"
Doch Rogue bleek even koel als zij te zijn;
het zou een vrouw niet licht gelukken, hem
met een enkele scherp gestelde vraag van
zijn stuk te brengen. Langzaam stak hij zijn
arm uit, pakte haar bij haar elleboog, en, als
ware ze een klein meisje geweest, dat een
terechtwijzing verdiend heeft, zwaaide hij haar
om, totdat hij tusschen haar en Eudmon
Butler kwam te staan. Zonder eenige vrees
keerde hij zijn vijand den rug toe.
„Nu niet meer vragen, jonge juffer, maar
luisteren." Hij sprak met zijn zangerige,
Schotsch-Iersch accent. „Twee keer heb ik
je gewaarschuwd dit hier is de derde en
laatste keer. Maak, dat je wegkomt, en ga
alleen. Er is iets van verwantschap tusschen
onze beide persoonlijkheden, en omdat het
fatum mij nu eenmaal pardoes midden in deze
geschiedenis heeft neergezet, wil ik mijn best
doen, om te voorkomen, dat je in dit speciale
geval domme dingen gaat doen. Heb je me
begrepen? Je hebt iets in je wezen, dat niet
verslingerd mag worden aan dien Eudmon
Butler, al zou ik hem in stukken moeten
scheuren, om het niet zoo ver te laten komen."
Een oogenblik hield hij haar een arms
lengte van zich af en de druk van zijn vingers
iets in zijn vastbesloten mond en een gloed
in zijn diepliggende oogen vertelde haar, dat
hij ieder woord gemeend had. Toen deed hij
een stap opzij en liet haar den weg vrij.
Zoolang hij haar arm vast hield, had
Elspeth Trant zich niet verroerd; nu onder
wierp zij de drie mannen stuk voor stuk aan
een nauwkeurige beschouwing. Toen, zoo
plotseling, dat het hun alle drie een schok
gaf gooide zij het hoofd in den nek en begon
te lachen, met een helderen lach, waarin iets
klon." van bittere vroolijkheid, een onbarm
hartige spot en een zoete, wilde vreugde,
waar nooit iemand iets van zou kunnen be
grijpen. Uit haar gezicht was ieder greintje
kleur verdwenen, er straalde een gebiedend
licht uit haar oogen, elk harer zwarte haren
scheen een eigen leven te hebben verkregen.
Ze legde een hand op het hart.
„Dus ben ik een pion in het spel van
jullie mannen? Neen! In eer enkel spel wil
ik meer pion zijn. Kijk me eens goed aan.
Hier sta ik, Ailish Jonroy, dochter uit een
vorstelijk geslacht en ik wil voortaan mijn
eigen spel op mijn eigen manier spelen. Het
spel kan beginnen mijne heeren!"
Met deze woorden keer' e zij Jch om. en
wandelde kaarsrecht, met opgeheven hoofd,
het vertrek uit, den nacht in.
8.
Maar buiten in den nacht, achter de jonge
ceder, voelde Elspeth Trant of liever
Ailish Conroy zich niet anger de koningin
uit het schaakspel. Ze was nu alleen maar
meer opgewonden en bang. Ze pakte Jamesy
Coffey bij de mouw en trok hem mee over
het gras, tot ze buiten de lichtstreep ston
den. Julie hielp al duwende een handje mee
want hij wilde volstrekt niet weg van het
venster. Midden op het grasveld gekomen
plantte hij zijn voeten stevig op den grond
en weigerde zich nog langer te laten drijven
waarop Elspeth hem bij de opslagen van zijn
jas greep en hem heen en weer schudde.
„Wat moet ik beginnen? Wat moet ik be
ginnen
„Voor zoo'n klein vrouwtje ben je al aar
dig aan den gang," zei Jamesy boos.
„Maar ik ben zoo bang zoo bang!" Haar
stem werd dringend. „Ik moet weg van dit
afschuwelijke huis. O, toe! Je kunt me hel
pen als je wilt. Wil je me alsjeblieft
verbergen net zooals je Rogue McCoy ver
borgen hebt gehouden?"
„Wel alle drommels!" ze' Jamesy, voor een
enkele maal in zijn leven van zijn stuk ge
bracht.
„Alleen maar een paar dagen." bleef ze
aandringen, „tot ik tijd heb gehad, om tot
bezinning te komen. Ik zal heusch niet lastig
zijn in het minst niet lastig. Ik ben gewend
in de vrije natuur te leven en - en ik
kan alles begrijpen. C toe, doe het toch!"
Jamesy Coffey krabde zich eens aan zijn
blauwe kin. Per slot van rekening was het
Julie Brien, die tot woorden zoowel als daden
overging. Haar stem, gewoonlijk zoo zacht en
een weinig heesch, kreeg iets van de klokke-
klank van die van haar moeder.
„Lieve dame." Beschermend sloeg zij haar
armen om de trillenue jonge vrouw naast
haar heen. „Kom mee naar moeder die za)
weten, wat we doen moeten. Ga maar dade
lijk mee."
9.
Toen Elspeth Trant de deur uit was ge
stapt, heerschte er eerst in de kamer een
diep „wijgen. Geen der drie mannen keek den
ander aan, ze waren alle drie te zeer in hun
eigen gedachten verzonken. Eén ding hadden
die gedachten gemeen: verbazing over de
niets ontziende wreedheid e. vrouw.
De oudste van het geze schap bewoog zich
het eerst. Hij deed de la van zijn schrijftafel
met een klap dicht, leur.de achterover in zijn
stoel en streek met zijn Deide ongewapende
"anden door het haar.
„Zoo is het,' zei hrj, ,ons spel is uit, en met
jou hebben we afgedaan, Butler."
Eudmon Butler gaf geen antwoord. Hjj was
nog niet weer in evenwicht. Hij stak zijn
vinger tusschen hals en boord en maakte een
beweging alsof zijn boord hem te nauw ge
worden was. Toen viel zijn oog op de schrijf
tafel en op zijn glas. Het was nog halfvol.
Langzaam stak hij zijn hand uit en hief het
op, tot zijn oogen gelijk waren met den rand.
Hij keek Rogue McCoy aan. En Rogue hield
hem scherp in het oog, iedere zenuw gespannen
Ging hij werkelijk alleeen maar een slok
nemen
Plotseling verwrong zijn heele gezicht onder
een vlaag van woede. „Jou hond"! barstte hij
uit, en tegelijk slingerde hij het glas zijn
vijand recht in het gezicht terwijl hij zich op
hetzelfde moment met zwaaiende armen op
hem stortte.
Maar Rogue was voorbereid, dus het nood
zakelijke onderdeel van een seconde vlugger
dan zijn aanvaller; met één enkele, bliksem
snel glijdende beweging was hij onder glas
en armen weggedoken; het glas sloeg te
pletter tegen den muur en de Zwarte Hoofd
man bonkte, door één slag tegen zijn borst
been getroffen, neer in den hoek bij de deur.
„Nu is het met je gedaan, Butler!" bromde
Rogan Stuart diep in zijn keel.
Maar nog voordat Éudmon Butler er in
gesla-.gd was, weer bij den muur weg te krab
belen, voordat Rogan Stuart zich op hem kon
storten, klonk er luid en scherp een com
mando van bij de open deuren.
„Zacht wat! Zacht wat! Ik heb jullie beiden
onder schot!"
Het was inderdaad een nacht vol verras
singen.
Midden in de deuropening geplant, welke hij
met zijn breede schouders bijna geheel vulde,
stond daar Jamesy Coffey, de kolf van zijn
geweer tegen zijn wang gevleid, één hand aan
de beide korte loopen, die regelrecht op het
midden van Butler's overhemd gericht waren.
Hij had nu het gezicht, dat alle Coffeys ver
toonden, als ze gingen vechten: koud en ge
vaarlijk, de zwarte wenkbrouwen neer, het
oogwit zichtbaar onder de blauwe oogen, die
wel Ijssplinters leken.
„Zeg jij het maar Rogue", drong hij aan,
„op je eerste woord schiet ik hem zijn hart
uit zijn lijf."
Rogue McCoy haalde langzaam en diep een
paar maal adem en ontspande zijn spieren en
zijn zenuwen. Jamesy Coffey's aanwezigheid
en Jamesy Coffey's eigenaardige tongval en
wijze van uitdrukken waren voldoende om alle
leelijke aandoeningen te bezweren. Verdwenen
was z(jn vaste voornemen om te dooden, ver
dwenen de met purper doorweven duistere
sluiers, die zijn geest een oogenblik hadden
omfloerst, verdwenen de sombere demonen
met hun verleidelijke inblazingen.
„Neen, Jamesy!" zei hij. „Hij is per slot
van rekening niet meer dan een levend lijk.
Laat hem maar loopen." Hoe dikwijls had hij
zichzelf niet als een levend lijk beschouwd?
Eudmon Butler hing ineengezakt tegen den
muur. Die vreeselijke slag had hem half be
dwelmd en zijn adem benomen. Lichaam en
geest leken hem bedwelmd te zijn. Hij was
öp. Niets bleef over van zijn eigen kracht,
niets stond hem in het leven meer te wachten.
Wat kon hem nog baten? Het spel was ver
loren.
Rogue McCoy behandelde hem nu als
iemand, waar het niet meer op aankomt. Hij
stapte recht op hem af opende de naast-
bijzijnde deur, pakte hem zonder ruwheid bij
zijn schouder en duwde hem de duistere gang
in.
„Zie maar met jezelf in het reine te komen,
man die er geweest is als God het je
tenminste toestaat,' zei hij, waarna hij de
deur achter hem dicht deed en de kamer door
liep tot waar Jamesy in de open deuren
stond.
„Jij bent als het onkruid het is maar
goed, dat je niet vergaat!" zei hij zacht.
Jamesy keek hem grinnekend aan en liet
toen zijn oog op het ingekorte geweer vallen.
..Alle joden!" zei hij. „Ik bedenk me daar nu
pas, dat het niet geladen was."
(Wordt vervolgd.)