De Ossche nota van minister
Goséling verschenen
„Roosevelt
DAGBLAD VOOR DEN HELDER EN HOLLANDS NOORDERKWARTIER
Lof voor de gemeentelijke politie
Blaam voor de marechaussee
's Ministers
grieven
Wils
o n
Honger en angst in
Catalonië
Werd de pastoor
gechanteerd?
een tweede
KONINGSTRAAT 78, DEN HELDER. TELEFOON 30 (2 LIJNEN)
DONDER DA G
2 FEBRUARI 1939
67e JAARG. No. 8532
Schorsing of ontslag lag niet in de bedoeling
Zijne Excellentie diep
gegriefd
Dit nummer bevat 8 pagina's
EERBERICHT
DE BILT SEINT:
Ongekende versterking der
Westduifsche luchtdefensie
Weer zes wilde busdiensten stop
Bloedvergieten zal
tenzij
voortduren,
HELDERSCHE COURANT
Ultgav* der Ultg.-Ml}. Holland» Noorderkwartier N.V. te Den Helder
Verschenen is de nota van den mi
nister van Justitie, mr. C. M. J. F
Goseling, betreffende de feiten en
omstandigheden, op grond waarvan
op 1 April1938 aan de brigade der
Koninklijke Marechaussee te Oss is
gelast zich tijdelijk van opsporings
diensten te onthouden, en betreffen
de eenige daarmee samenhangende
aangelegenheden. Het stuk bevat
met inbegrip van de bijvoegsels, 93
folio-bladzijden druks. Zooals be
kend, is deze nota het gevolg van
de motie Albarda-Oud d.d. 22 Juni
1938. Wij zullen ons in het onder
staande tot de kernpunten van
's ministers verweer bepalen.
Zijne Excellentie teekent in de eerste plaats
aan, dat het gewraakte telegram door
hem als hoogsten justitieelen chef aan
opsporingsambtenaren aangaande de uit
oefening van hun taak gegeven aan de
leden der brigade niet de kwaliteit van op
sporingsambtenaar ontnam. Zij zouden op
last van den procureur-generaal opsporings
onderzoek kunnen instellen en aangiften in
ontvangst nemen.
Hun proces-verbalen, eventueel in overtre
ding van het bevel opgemaakt, zouden wet
telijke bewijskracht hebben bezeten.
De fraude door de opzichters bij
de werkverschaffing.
Eén der grieven van den minister tegen
de brigade betreft, zooals bekend, de affai
re tegen eenige opzichters bij de werkver
schaffing, verdacht van verduistering van
groenten en aardappelen ten nadeele van
jeugdige werkloozen.
De nota merkt op, dat de betrokken op
sporingsambtenaren reeds in het aanvangs
stadium van hun onderzoek tot het inzicht
hadden moet komen, dat er zeker geen
sprake kon zijn van ernstige fraudes, die
zöo ingrijpende maatregelen vereischten, en
dat, zelfs al zouden er kleine onregelmatig
heden zijn gepleegd, de kans om daarvan
het bewijs te leveren zoo gering was, dat
groote voorzichtigheid en terughoudendheid
geboden was. Volgens een rapport van amb
tenaren bij de werkverschaffing kon er van
fraude geen sprake zijn. Wèl waren de op
zichters onvoorzichtig en administratief on
juist te werk gegaan. Het door B. en W. aan
den gemeenteraad uitgebrachte verslag is
van geheel dezelfde strekking. De weergave
der marechaussee van de getuigenverklarin
gen zijn veel bezwarender voor de ver
dachten dan de voor B. en W. afgelegde
verklaringen, oschoon de getuigen beweren
bij beide verhooren gelijke verklaringen te
hebben afgelegd.
Door de ongefundeerde meening,
welke bij de hoofdfiguren der Ossche
brigade leefde, n.1. dat bij de ge
meente Oss allerlei misdrijven wer
den gepleegd, waarin de brigade
opheldering behoorde te brengen,
kwam het corps volgens de nota
tot een onjuiste houding tegenover
den burgemeester. Met reden werd
dan ook' op 15 Nov. 1937 het bevel
gegeven, dat de brigade zich van
onderzoek in aangelegenheden waar
in de gemeente Oss en haar'orga
nen waren betrokken, had te ont
houden. Dat die order, zooals van
de zijde der marechaussee wordt be
weerd, nooit zou zijn gegeven, acht
de minister, gehoord de verklaringen
van don substituut-officier mr. van
den Burg, te eenen male onaan
nemelijk.
De zaak van den „bankier".
Als tweede grief tegen de Ossche mare
chaussee bad rle minister indertijd genoemd
de arrestatie van den „bankier", van den
H„ welke arrestatie op opzienbarende wijze
zou zijn geschied.
De minister blijft in zijn verweer bij
zijn conclusie, dat in deze zaak door perso
neel van de brigade Oss lichtvaardig on
oordeelkundig en ondoordacht js te werk
gegaan. Het verwijt dat de beslissing van
1 April, zonder beho-orlijk vooronderzoek op
de opzichters bij de werkverschaf
fing pleegden geen ernstige fraude;
jegens den bankier handelde de bri
gade lichtvaardig, onoordeelkundig
en ondoordacht;
tegen de geestelijken bestonden
geen aanwijzingen;
feiten waren verjaard;
getuigenverklaringen dubieus-,
er werd geen „verdachte" gehoord;
huwelijksgeluk van anderen is in
de waagschaal gesteld.
Tegen winkelier en arbeider werd
ongemotiveerd opgetreden.
dit punt genomen is, wijst de minister van
zich af. De substituut-officier van Justitie,
mr. van den Burg heeft zijn verklaring d.d.
19 Maart 1938, dat hij tot arrestatie van
en huiszoeking bij den bankier geen op
dracht had gegeven, later ingetrokken en
dit ontlast de brigade van het verwijt, dat
zij eigenmachtig heeft gehandeld.
Dit doet echter niets af aan de omstandig
heid, dat het beleid van mr. van den Burg
beheerscht is geworden door de voorlichting
van de zijde der brigade, voor welke voor
lichting het personeel der brigade verant
woordelijk blijft.
Pers en politie onder één hoedje?
De minister spreekt in verband
met sommige over deze zaak gepu
bliceerde persberichten het ernstige
vermoeden uit, dat zoo de bedoelde
artikelen al niet geïnspireerd waren,
zij toch waren samengesteld met
behulp van door de politie ver-
strekte gegevens.
De twee geestelijken.
Aan de zaak van de beide geestelijken
worden uitvoerige beschouwingen gewijd,
o.m. bevat de nota de mededeeling van
wachtmeester de G. aan den substituut-offi
cier inzake vermeend wangedrag van pas
toor B. Deze mededeeling behelst o.a. dat
pastoor B. zich met een zekere mevrouw X
zou hebben misdragen en mevrouw Z. daar
over een schriftelijke verklaring1 van eerst
genoemde dame zou bezitten. (De minister
teekent hierbij echter in een noot aan, dat
deze verklaring nooit tevoorschijn is ge
bracht.)
De minister concludeert inzake pastoor
B, dat, lo. de wachtmeester tegen dezen
geestelijke een uitgebreid onderzoek instel
de, zonder dat er eenige aanwijzing be
stond, dat de pastoor een strafbaar feit had
gepleegd, daar toch de geruchten over diens
„moreele misdragingen" alle feiten betrof
fen, welke, zoo zij al gepleegd mochten
zijn. niet strafbaar waren, behoudens de fei
ten welke volgens mevr. Z., zouden zijn ge
pleegd met mevr. X; 2o„ dat hier, gezien de
antecedenten van mevr. Z. en haar gezind
heid jegens pastoor B. (zij zou vroeger door
een gezegde van den pastoor gegriefd zijn),
aanleiding bestond voor groot voorbehoud.
3o., dat de feiten reeds verjaard waren;
io., dat de wachtmeester niettemin mevr.
X. is gaan hooren, daarbij riskeerend, dat
hij het huwelijksgeluk en de gemoedsrust
van deze vrouw en haar gezin ernstig zou
verstoren; 5o., dat in dit geheele onderzoek
geen „verdachte" gehoord werd en wel om
dat er tenslotte geen „verdachte" bleek te
zijn.
De ongure getuige.
In de zaak tegen pastoor V. komt Zijne
Excellentie tot de conclusie, dat omtrent
oude feiten waarvan geen bewijs was ver
kregen en waarvan het eene verjaard was,
thans wel bezwarende verklaringen werden
afgelegd, doch door getuigen, die vroeger
een ontlastende verklaring hadden gegeven
hetgeen niet vermeld werd. Voorts werd
een „onwillige getuige", teneinde hem tot
een 'andere verklaring te brengen, geduren
de geruimen tijd geconfronteerd met een
zeer ongunstig bekend staand persoon, die
destijds de eenige was, die een voor den
pastoor bezwarende verklaring had afge
legd. Verder is de wachtmeester overgegaan
tot het hooren van een nieuwe reeks getui
gen, zonder dat er één aanwijzing bestond,
Mr. C. M. J. F. Goseling
Minister van Justitie
dat de pastoor eenig nieuw strafbaar feit
zou hebben gepleegd.
Hier is eveneens geen „verdachte" ge
hoord.
Bij het onderzoek door een Rijksrecher
cheur is tenslotte gebleken voor wat be
treft de verklaringen van mevr. Z„ dat met
de mogelijkheid van laster, wraakneming
en chantage zeer ernstig rekening moest
worden gehouden.
De minister besluit, dat hier op geheel on
voldoende gronden twee personen publieke
lijk gestempeld waren tot verdachten van
misdrijven, die hun zeer zwaar zouden moe
ten worden aangerekend.
Noodeloos was het gezinsleven van an
deren in de waagschaal'gesteld. De betrok
ken wachtmeester had moeten begrijpen,
dat, zoo hij al ove-Viigd was materiaal te
dezen te moeten verzamelen, dit dan op on
gemerkte wijze zou moeten worden gedaan.
Zie verder volgende bladzijde.
t*
ZIJN NIEUWE POLITIEK BRENGT
DE GANSCHE WERELD IN BEROE
RING.
DE BELANGRIJKSTE VERKLARING
SINDS DEN WERELDOORLOG.
Dat de verklaringen van Roosevelt
de democratiën te steunen (zie el
ders in dit nummer) van het aller
grootste belang worden geacht, be
wijzen wel de vele commentaren in
en buiten Amerika.
Oud-president Hoover noemt een en
ander zelfs de belangrijkste verande
ring sedert den wereldoorlog. De
Duitsche pers, zeer boos, noemt Roo
sevelt een tweede Wilson.
ROOSEVELT.
Hoover laat echter een waarschuwend ge
luid hooren. Hij zegt, dat de nieuwe buiten-
landsche politiek, waaraan de Vereenigde
Staten zich overgeven, onvermijdelijk tot
een oorlog zou kunnen leiden. „Laat ons in
zien", zoo besloot de oud-president, „dat een
oorlog, welke moet dienen om de vrijheid
te redden, waarschijnlijk de vrijheid zou ver
nietigen, en over de geheele wereld dictators
zou doen opstaan."
Een nog onbevestigd bericht zegt, dat Roo
sevelt geneigd is niet alleen aan Engeland en
Frankrijk, maar aan alle „onafhankelijke"
staten, die door de dictaturen worden be
dreigd, wapens te leveren. Meer dan zij con
tant kunnen betalen, wordt echter niet ver
strekt
Reacties in de Ver. Staten.
Over het algemeen wordt Roosevelts nieu
we politiek gunstig beoordeeld, behalve dan
in de kringen der verstokte isolatievoorstan
ders.
Een uitlating, die typeerend is voor het
isolationnistische standpunt, is afkomstig
van Senator Hiram Johnson, die zeide, dat
het Amerikaansche volk recht heeft te we
ten, of de verkoop van vliegtuigen aan'
Frankrijk en Groot-Brittannië beteekende,
dat de Vereenigde Staten „op weg zijn naar
oorlog".
De Amerikaansche pers schrijft zeer
nuchter en zakelijkl
Wij lezen in de New World Telegram o.a.:
„Wat thans gebeurt, komt hierop
neer, dat Frankrijk en Groot-Brit
tannië ons in goud betalen voor het
voorrecht om een de belangrijkste en
meest bedreigde buitenposten van
onze eigen nationale defensie te ver
sterken. Het is een ongelooflijke
meevaller voor ons, dat wij zoo'n
zaak kunnen afsluiten.
In dit verband merkte heden iemand,
die commentaar leverde, op, dat in
geval van een nieuwen Europeesehen
oorlog, Amerika de grootste bron van
leveranties zou worden in de we
reldgeschiedenis.
Engeland en Frankrijk zouden de voor
naamste voordeelen trekken uit een zoodani
ge wijziging van de neutraliteitswet, aange
zien het Amerikaansche aandringen op' aan-
koopen op een basis van contante betaling,
natuurlijk ten gunste komt van den kant,
die de grootste oorlogsvloot, koopvaardij
vloot en goudreserves heeft.
De Duitsche pers uit booze woorden.
Zooais reds te voorzien was, is de Duitsche
pers zeer boos. „Voelkischer Beobachter"
noemt de levering van Amerikaansche vlieg
tuigen aan Frankrijk een schandaal. De
„Nachtsausgabe" heeft een kop: „De Ameri
kaansche grens ligt aan den Rijn". „Na de
vredesrede van den Führer een ongelooflijke
ophitsingscampagne van Roosevelt".
Uit New York, meldt het blad: „Het op
treden van Roosevelt kent sedert den oorlog
zijn weerga niet. Het staat thans vast, dat
Roosevelt een tweede Wilson is, die de voet
sporen van zijn voorganger nauwgezzet volgt
De verklaringen van president Roosevelt
voor de militaire commissie, worden in po
litieke kringen alhier buitengewoon_ verba
zingwekkend genoemd. Men heeft hier den
indruk, dat Roosevelt met deze manoeuvre
blijkbaar beoogde, niet alleen tegemoet te
komen aan binnenlandsche politieke moei
lijkheden, doch ook den indruk te verstoren,
die de Rijksdagrede van Hitier in de geheele
wereld gemaakt heeft.
Verwachting voor het geheele
land: Zwakke tot matige.
Oostelijke wind, helder tot
gedeeltelijk bewolkt, droog
weer, lichte tot matige vorst
des nachts, overdag tempe
ratuur om het vriespunt.
Alg. vooruitz.: Aanhouden van
den toestand van droog weer
met lichte vorst.
Onder persoonlijke leiding van
Göring.
De luchtdefensie in West Duitsch-
land wordt ongekend sterk en uit
gebreid, aldus de bevelhebber van
de Westelijke luchtverdedigingszöne
luitenant-generaal Kitzinger.
Onafhankelijk van stellingen, welke het
leger betrekt, zijn talrijke lichte en zware
luchtdoelkanonnen opgesteld. Overal zijn
batterijen schijnwerpers opgesteld, welke
voor de noodige belichting zorgen. Boven
dien staan talrijke jachtvliegtuigen ter be
schikking, om snel in te grijpen, in samen
werking met de luchtdoelartillerie, indien
de vijand de defensielinie mocht binnen
dringen.
De berichtendienst is in de luchtverdedi
gingszone bijzonder uitgebreid.
De luchtdefensie is aldus op ongekende
wijze versterkt en uitgebreid. Vijandelijke
luchtaanvallen op het Roergebied zullen bij
het vliegen over de luchtverdedigingszone
veel van hun kracht verliezen".
Al deze geweldige inrichtingen zijn ont
staan onder de persoonlijke leiding van den
rijksminister van luchtvaart., Göring, en de
enthousiaste medewerking van ook den laat-
sten arbeider beeft het mogelijk gemaakt dit
werk in zeer korten tijd tot een einde te
brengen".
Uitspraken van de Amsterdam-
sche rechtbank.
Bij vonnis van 31 Januari 1939 heeft de
Arrondissementsrechtbank te Amsterdam
uitspraak gedaan in de procedures in de
hoofdzaak tegen zes ondernemers van wilde
autobusdiensten. Alle zes vorderingen, strek
kende tot schadevergoeding en tot stopzet
ting van de diensten zijn den Nederland-
schen Spoorwegen toegewezen.
Duizenden vluchtelingen stroo
men Frankrijk binnen. Zelis va
lide mannen willen hun vader
land in den steek laten.
RECHTSCHEN MELDEN NIEUWE
SUCCESSEN,
Er heerscht voedselgebrek in 't nog
linksch zijnde Catalonië en de be
volking verkeert in een angstpsy
chose. Zie hier de groote oorzaken
van de massavlucht der Catalanen
naar Frankrijk. De laatste dagen
zijn zij verontrust door zeer alar-
meerende berichten: de fascisten zou
den elk oogenblik voor hun neus
kunnen staan, de Mooren waren in
aantocht e.d. waarbij dan deze tegen
standers als ware hloeddorstelingen
worden uitgeschilderd. In sommige
kringen wordt een en ander als een
streven der Spaansche regeering be
schouwd, die nieuwe moeilijkheden
zou willen scheppen. Hoe dit zij, voor
Frankrijk is de zaak zeer onaange
naam. Het land wordt overstroomd
met vluchtelingen en duizenden en
nog eens duizenden wachten nu nog
gedwee aan de grens, tot ze worden
toegelaten. En het is daarbij opmer
kelijk, hoeveel weerbare .mannen,
hoeveel valide krijgslieden, ook van
hoogen rang, hun vaderland in den
steek willen laten. Zijn dit dezelf
den, die dat vaderland tot nog voor
kort, met alle kracht, die in hun was
verdedigden?
De gezondheidstoestand der vluchtelingen
is overigens over het algemeen bevredigend.
Er is geen enkel ziektegeval, waargenomen,
dat gevaar voor een epidemie, zooals typhus
of diphteritis, zou kunnen opleveren. Op
twintig kilometer van de grens zal een „ge
zondheidscordon" gelegd worden, opdat de
vluchtelingen een gebied hebben, waarin zij
rustig kunnen leven. In het dal van de Tech
niet ver van Perpignan, zal een tentenstad
verrijzen, waar tienduizenden vrouwen en
kinderen beschutting zullen vinden. Reeds
zijn 38.000 vrouwen en kinderen van het
departement der oostelijke Pyreneeën naar
het binnenland gezonden. Gisterochtend heb
ben Sarraut en Mare Rucart een inspectie
tocht gemaakt.
Opmarsch der rechtschen duuri
voort.
Het officiMe legerbericht van Franco
meldt, dat de opmarsch in Catalonië on
danks het verzet van den vijand is voortge
zet. In den noordelijken sector werden ver
scheidene dorpen en de heuvels van Gallon
bezet. In den Centralen sector werden de
dorpen Gironelle, Cantellas en San Martin
de Cantellas veroverd. In den kustsector
werden Tordera, Focas de Tordera, Breda
en Hostalrich bezet. Ook de stad Vich is in
genomen. Het aantal krijgsgevangenen be
draagt 1.B00.
Er wordt voorts weer melding gemaakt
van bombardementen van de steden Valen-
cia en Cartagena.
Tegenstand der republikeinen
legerbericht der regeering meldt., dat
in alle sectoren van het Catalaansche front
nog steeds hevig gevochten wordt. De regee-
ringstroepen hebben weerstand weten te
bieden aan den druk der Italiaansche divi
sies en rechtsche strijdkrachten welke echter
in het gebied van Malgrat konden opruk
ken.. In alle andere sectoren van dit front
werden de rechtsche aanvallen echter krach
tig afgeslagen.
De minister van buitenlandsche zaken der
rechtsche regeering heeft in een interview
gezegd, dat zoolang erkenning de jure van
zijn regeering uitblijft, dit het bloedvergie
ten nog eenige dagen zal doen voortduren
en den vrede in Europa verstoren.