BEGRAFENISFEESTEN-
De Brabantsche Brief
Eindstri d aan de
'yreneeengrens
fals Carnavals
v
van Dré
De Balinees treurt niet lang;
hij verbrandt zijn dooden en
eet zee-schi.dpadden
De organisatie van het vreem
delingenverkeer op Java en Ba-
li is nog niet alles
DENPASSAR (Bali).
De Mohammedanen begraven hun dooden,
evenals wij. De aanhangers van den Hin
doe-godsdienst, in Britseh-lndië zoowel als
op Bali, verbranden de lijken van de over
ledenen, maar in de wijze, waarop dat ge
schiedt, bestaat een groot verschil.
In Britsch-Indië heb ik de lijkverbranding
aanschouwd, te Benaros, aan den oever van
den heiligen stroom, de Ganges. Vrome Hin
does, die hun einde voelen naderen, maken
vaak nog de reis naar Benares om te ster
ven nabij den heiligen stroom. Sterft een
Hindoe te Benares, dan wordt zijn lijk ge
stoken in feestkleedij en bedekt met bloe
men. Zoo wordt liet lijk eerst eenigen tijd
neergelegd dicht aan den oever van de Gan
ges, opdat de heilige wateren zijn voeten be
spoelen. Eerst daarna heeft de verbranding
plaats op een brandstapel van heilig san
delhout en de asch van het lijk en van het
heilige hout wordt daarna in de Ganges ge
worpen. Ik heb het bijgewoond, dat te Be
nares zeven lijken van pas gestorvenen, elk
op een aparten brandstapel, werden ver
brand. Zonder groote plechtigheid geschiedt
daar de verbranding.
De familie begint te sparen.
Op Bali evenwel is een lijkverbranding
aanleiding tot een groot feest eneen
feest kost geld. Daarom wordt op Bali ge
woonlijk het lijk eerst ter aarde besteld. De
familie begint dan te sparen voor de fees
ten, welke bij de lijkverbranding volgens
eeuwenoude gewoonte moeten worden ge
geven. Is er genoeg geld bijeen, dan wordt
het lijk, dat dan meestal reeds in verre-
gaanden staat van ontbinding verkeert, we
der opgegraven en de verbranding heeft
plaats. Regel is, dat op een bepaalden dag
meerdere lijkverbrandingen tegelijk plaats
hebben.
Voorpret.
Bij Oostersche volken maakt een overlij-
densgeval nooit zoon diepen indruk als bij
ons in het westen. Sterft er een vader, een
moeder, een kind, dan treuren de nabe
staanden hoogstens één of twee dagen.
Maar dan is het sterfgeval ook vergeten.
Op Bali blijft dan nog het vooruitzicht van
een pretje, de lijkverbranding, die aan
leiding is tot groote maaltijden.
Zoon lijkverbranding is een feest, geen
droeve plechtigheid, en van weemoedige na
gedachtenis aan den doode valt niets te be
speuren, ook niet bij zijn naaste verwanten.
Een praalkisf.
De vaak na weken weer opgegraven doo
de of wat ervan over is, wordt naar de ver-
brandingsplaats gebracht in een meer of
minder fraai bewerkten houten kist waarvan
de voorzijde een houten dierenkop draagt.
Welgestelde Balineezen zijn daarmede ech
ter niet tevreden en zij laten een houten
kist vervaardigen, die geheel den vorm van
een dier heeft, meestal van een paard of een
stier (als de overledene een man was). De
ze houten dieren, die veel aan figuren uit
een carnaval doen denken, zijn vaak meer
dan levensgroot. In feestelijke optocht gaat
het dan naar de verbrandingsplaats, waar
reeds een hooge brandstapel is opgericht.
Daar wordt dan het houten dier of de hou
ten kist met het stoffelijk overschot onder
vele plechtigheden, die meer feestelijkheden
zijn, verbrand. Bij de „verbrandingsmaal
tijden" vormt (ten minste bij welgesteldcn
een der hoofdgerechten het vleesch van zee
schildpadden, die aan de kust worden ge
vangen. Bij een verbrandingsplechtigheid
spelen meestal ook fraai gekleede „dans
meisjes" en „dansknapen" met langzame
dansen, die feitelijk meer een gebarenspel
vormen, een belangrijke rol.
Hoe de
mest.
Balirees varkens vet-
Eèn doodkist voor een armen en één voor
een rijken Balinees.
fen zich aan de Ganges, de heilige rivier,
vele machtige tempels, die elk voor zich
een bezienswaardigheid zijn. Immer vertoe
ven daar duizenden pelgrims afkomstig uit
alle deelen van het groote Britsch-Indië. Op
elk uur van den dag baden zich er vele
honderden in den heiligen stroom; eiken
dag hebben daar lijkverbrandingen plaats.
Maar... als hij dit twee dagen heeft aange
zien, heeft de gemiddelde toerist er ook ge
noeg van. En iets anders dan de duizenden
pelgrims, de zeer onzindelijke heilige „aard-
sche goden" (de priesters), de machtige
tempels heeft Renares niet te bieden. Het
landschap is er troosteloos.
Bali echter, het eiland, dat door
twee wereldzeeën bespoeld wordt,
is landschappelijk buitengewoon
bekoorlijk met zijn heuvels, zijn
bergen, zijn zilveren riviertjes, ziin
sawahs (rijstvelden), zijn wouden,
waar men telkens weder een tempel
vindt met wonderlijke versieringen.
Het klimaat is er meestal aange
naam en de avonden zijn er koel.
Een „droomstadje".
Denpassar, het centrum van het toeristen
verkeer, is een vriendelijk, aardig plaatsje
tusschen hoog geboomte, een „droom-stad-
je", uitermate aantrekkelijk voor „rustige"
toeristen, want „mondaine' genoegens be
staan er niet. Als de avond valt heerschen
er de stilte en de duisternis en de hooge
boomen fluisteren dan wondere geschiede
nissen. „Dancings" en andere vermakelijk
heden ontbreken er geheel, tenzij dat de
toeristen onderling dansavonden prganisee-
ren.
Er zijn niet slechts rijke toeristen.
Zooals ik reeds opmerkte, gaat het met
het toeristenverkeer op Bali thans niet naar
weYisch. Van groote plannen, die men er
had voor hotelbouw, is thans afgezien, in
afwachting van betere tijden. Echter, naar
het mij voorkomt, is men met het toeris
tenverkeer op Bali (en in geheel Neder-
landsch-Indie) op den verkeerden weg. Men
rekent er nog steeds op groot-toeristen, die
met geld niet behoeven te rekenen. En van
dit standpunt uitgaande zijn vaak de prij-
zen te hoog. Men redeneert: toeristen, die
hier komen, moeten groote reizen maken
en zijn dus menschen die op geld niet be
hoeven te zien.
Deze redeneering is valsch. Er zijn thans
vele toeristen, die „spaarzaam" groote rei
zen maken. Met het schip, waarmede ik
een jaar geleden van Britsch-Indië naar
Nederlandsch-Indië voer, reisden ook eenige
Amerikanen, die een tocht om de wereld
maakten, wat hun op ongeveer elfhonderd
gulden kwam te staan. In elke haven die
wij aandeden, maakten die toeristen groote
tochten, waarbij ze echter wel degelijk re
kenden. Menigmaal zagen ze af van een
tocht, omdat die te duur werd. Maar opk
kapitaalkrachtige toeristen zijn niet steeds
bereid alle gevorderde hooge prijzen te be
talen.
Dertig gulden per dag.
Eenige maanden geleden ontmoette ik op
Java een Amerikaansch echtpaar, dat voor
zijn excursies op Java een automobiel had
gekocht en zelfs een chauffeur in dienst
genomen. Strenge zuinigheid was voor hen
dus niet, noodig. Toch klaagden ze over de
duurte op Java. Te Batavia, te Semarang,
te, Soerahaia hadden ze in hotels steeds 20
tot ,10 gulden per dag voor hen beiden be
taald. Dit vonden ze te veel en ze waren
reeds van plan Java weder te verlaten,
tóen ze ontdekten, dat ze vrijwel overal op
■lava in keurige hotels 'n onderkomen kon
den vindon voor acht a tien gulden per dag
met, hun heiden (voeding inbegrepen).
Daarop besloten ze nog enkele maanden
langer op Java te blijven.
Bij de organisatie van het vreemdelingen
verkeer op Java en Bali dient men meer
rekening te houden met de veranderde om
standigheden: toeristen met zeer ruime
beurzen zijn zeldzaam geworden en men
moet het thans hebben van de vele toeris
ten met middelmatige beurzen.
J. K. BREDERODE.
Op Bali vindt men, behalve tijgers, apen,
herten en wilde zwijnen ook nog honderd
duizendengemeste varkens. De aanhan
gers van den Hindoe-godsdienst mogen, an
ders dan de Mohammedanen, varkens-
vleesch eten en talloos zijn er de varkens
fokkerijen. Die varkens loopen niet rond,
doch zitten in nauwe, kleine hokjes, waar
in ze zeer vet worden. Ze zijn niet alleen
bestemd voor plaatselijk gebruik, doch wor
den ook uitgevoerd, o.a. naar Java. Deze
varkens worden over land vervoerd in groo
te manden, welke door twee mannen wor
den gedragen.
Nog grooter dan het aantal der varkens
op Bali is er het getal der honden. De
kleinste kampong (dorp) heeft er al vele
honderden. Eiken dag worden er door auto
mobielen tientallen overreden, zonder dat
dit een merkbaren invloed heeft op hun
aantal.
Duizenden honden afgeslacht.
Die honden zouden een ernstig gevaar
kunnen gaan vormen voor de bevolking.
Indien er op Bali hondsdolheid uitbreekt,
zou dit een ramp worden. Daarom werd er
Indertijd door de regeering besloten een
opruiming te houden. Gedurende eenigen
tijd werden los loopende honden dood ge
schoten. Per dag werden er drie- tot vijf
honderd neergelegd, zonder dat dit het
aantal honden merkbaar verminderde. Men
is toen tot een anderen maatregel overge
gaan. Zeer strenge bepalingen werden ge
maakt op den invoer van honden om te
voorkomen, dat op het eiland Bali, waar
hondsdolheid onbekend is, die ziekte wordt
ingevoerd.
Bali is niet te vergelijken
Britsch-Indië.
met
Bali is als Hindoe-merkwaardigheid niet
te vergelijken met bij voorbeeld de heilige
ëtad Benares in Britsch-Indië. Daar verhef-
Ulvenhout, 16 Febr. 1939.
Amico,
Lijk twee sterre-
diamanten, fonkelend
aan den staalblaau-
wen gewulft van den
nachtelijken hemel,
daar boven de inkt
zwarte silhouetten
van de vezelende bos-
schen, waaruit den
nacht te ritselen
schijnt, lijk twee
bonken van diamant,
sprankelend als zon-
bespatten daauw op
zwarten, verschge-
ploegden eerde, lijk twee veromketsende
lichtsterren uit zonbeschenen kristal, zóó
bloeiden open twee lichtblommen in de don
kere velden van Nederland, afgepaald erf in
't zwarte gebied van deuze Weareld.
Twee zilverwitte Nachtschoonen van blan
ken bloei spitsten in sterrekrans de stralen
de blommeblaren uit, in 't donkere tij van
N egentiennegenendertig.
Donkere tij van de Negentiendertiger jaren,
waarin de hemelen verduisterd zijn mee- de
lage wolken van kou egoïsme, van eigen
waan, van., onderlingen haat.
In deus tij bloeiden twee lelieblanke blom
men los, gelijk ge wel meermalen ziet, dat
schoonste blommen bloeiden langs den mest
hoop...
't Leven wierd veul moeilijk. Den weareld-
akker wierd bar dor. 't Is kolossaal moeilijk
geworden van dieën akker te oogsten. Goei
zaad is er bekans nie aan te besteed. Want
misschien ontkiemt 't wel, maar 't gewas
groeit nie op. 't Vries deels kapot onder de
gure vlagen uit dieën killen, lagen hemel.
Deels verstikt 't, tusschen den wirwar van
onkruid, dat sjuust op 'nen barren grond zoo
welig tiert.
En daar is heldenmoed noodig, om op dieën
akker te arbeiden. Stillen, verbeten helden
moed, die teugen den weerbarstigen grond
tekeer gaat onder 't kraken der spieren.
Verbeten heldenmoed is noodig om te
zwoegen onder die kouwe lochten, dien den
eenzamen, stuggen mensch, daar in de dorre
vlakte van den schralen akker treiteren, tot
ziek-wordens toe.
Treiteren mee de snerpende, snjjende
sturmvlagen van wangunst, van eigenwaan,
van haat.
Treiteren mee den motregen van valschen
spot, miskenning en dikkels verwensching!
Ja 't leven wierd veul moeilijk eur dieën
eenzamen boer, die daar stug, teugen alles
en allen in, zijn zwaren arbeid verzet, hem
van God opgeleed!
En hij mag wel hebben 'nen schedel lijk
'nen jjzeren pot, z'n hart vervurmen tot 'nen
woestijn, zijnen wil harden tot koud staal,
om vol te houwen zijnen zwaren arbeid, hem
opgeleed van God!
ONBESCHRIJFELIJKE VERNIELINGEN IN
HET SPAANSCHE GRENSGEBIED.
ALLE HUIZEN LEEGGEROOFD.
(Van een bijzonderen correspondent).
PRATS DE MOLLO, Febr. 1930.
In het Catalaansche gebied, dat te
genover de Fransche stad Prats de
Mollo ligt, is tusschen de republi-
keinsche en nationalistische troepen
nog verder gestreden. Ongeveer
30.000 republikeinen boden daar nog
weerstand aan de oprukkende nati
onalisten om het transport der ge
wonden van 't oorlogsmateriaal en
van talrijke kudden vee naar
Frankrijk te dekken. Deze tegen
stand moest ook verhinderen, dat
de 11de en lScle republikeinsche di
visie, die zich nog op Catalaansch
gebied bevonden in den nog open
zak ingesloten werden.
In dezen opzet zijn de republikeinen ge
slaagd en thans worden de laatste vluch
tende troepen in de reeds ingerichte kam
pen aan de Fransche zijde opgenomen. 1 al
rijke afdeelingen zijn in de laalste dagen
over de grens ontweken en verder ook .een
aantal politieke gevangenen, die door de
republikeinen in vrijheid waren gesteld.
Naar verluidt, schijnen ook hij Perthus nog
eenige dorpen niet geheel van de republi
keinsche milities gezuiverd te zijn. De na
tionalisten hopen echter, nog heden de zui
vering van deze dorpen tot stand te bren
gen. Bij Perthus was overigens ten gevolge
van kleine incidenten tusschen nationalis
tische afdeelingen en republikeinsche vluch
telingen de grens eenigen tijd gesloten.
Uit Port Bou komen verdere berichten
over het
onbeschrijfelijke vernietigings
werk
der republikeinen, die zich op hun terug
tocht als Vandalen gedragen schijnen te
hebben en alle huizen geheel hebben leeg.
g0De°'maeriee 1 e schade is ongekend groot
Jde nationalistische troepen zullen nog
veel tijd aan het opruimingswerk moeten
"Ven Fransch journalist, die tot Puigcerda
doorgedrongen was, beeft de talrijke ve*.
woestin^cn in oogenschouw kunnen nemen,
in talrijke gebouwen en huizen schijnen
ladingen dynamiet te zijn aangebracht, (iie
van tijdlonten waren voorzien. Twaalf re.
publikcinen werden bil dit, werk door ,ie
voorhoede der nationalistische troepen ver-
rast, na korten tegenstand gevangen geno.
"|0" 1 tegen den muur gezet.
In het gebied van Perpignan tot de grens
patrouilleerden voortdurend afdeelingen
Fransche cavallcrie om do dalen in het ge.
v-ergte te zuiveren van ongcwcnschte ele-
menton, die zich daar verborgen houden.
Talrijke arrestaties werden verricht. Bij de
ze gelegenheid werden steeds weer plunde
rende groepen, die groote hoeveelheden
edele metalen, geld en andere zaken van
waarde vervoerden, betrapt. De griffie van
de rechtbank te Perpignan is reeds zoo
vol van dit in beslag genomen geroofde
goed, dat de griffier
over heele bergen Spaansclj
bankpapier
moet stappen om zijn schrijfbureau te hg.
reiken. In Port Vendres zijn nieuwe gewon-
den aangekomen en ook een bijzondere
commissie van de Kamer van Afgevaar
digden, die zich van den santairen toestand
oj) de hoogte wil stellen. Het Fransche mi-
nisterio van volksgezondheid dementeert
overigens de geruchten over typhusgevallen
onder de Spanasche vluchtelingen in de
grcnsdepartcincnten.
Een andere commissie van linksche afge
vaardigden is van plan, de concentratie-
kamffen te bezoeken, over welker toestand
de meest onwaarschijnlijke geruchten ver-
spreid worden. De republikeinsche soldaten,
die daar ondergebracht zijn, zijn er voor
een deel zelf schuldig aan, dat de barak
kon, die in het kamp gezet zouden wor
den, niet gebouwd konden worden, wijl zij
het gereedliggend materiaal als brandhout
hebben gebruikt.
Tenslotte kan nog melding worden ge
maakt van'het gerucht, dat tusschen de
Spaansche en Fransche autoriteiten onder
handelingen over het herstel van het spoor
wegverkeer aan de grens ingeleid zouden
zijn.
Tja gemakkelijker zou 't zijn veur 'm
om „ginnen jjzeren kop" te hebben, gin her
senpan! En Gods water maar over Gods land
te laten loopen. Maar net te doen of ie gek
was enne... dus over niks anders te prakizee-
ren dan over z'n eigenbelangen.
Maar sjuust zulke uitgeslapen „gekken"
zijn er al zooveul in deus egoïstische weareld,
waarteugen... sjuust 'n „Katholiek Gemeen-
schapsgedacht" en 't Koninklijk gedacht
veur „Moreele Herbewapening", zoo fel op
komen.
En daarom ploetert ie deur, dieën stug
gen boer op den dorren weareldakker; veural
nou, nou dan eigenlijk twee zilverblanke
blommen losbloeien in dieën eigensten schra
len akker, daar onder die graauwe lochten.
Hjj zwoegt eenzaam wjjer, want hij wil:
'n Huishouwen, waarin alle lejen alleen aan-
eigenbelangen denken, zoo'n huishouwen is
'nen, eksternest!
Hij wit; 'n zaak waarin alle „medewer
kers" alleen op eigen belangen uit zijn, zoo'n
zaak gaat er onder.
En daarom verzaakt hjj nl ede hem van
God opgeleede taak!
'n Samenleving waarin ieder alleen aan z'n
e.gen denkt, zoo'n samenleving is éenen
grooten eksternest en... gaat ten onder!
Hij is boer! Ként den buiten. Speurt Gods
bedoelingen dus.
Hij wil: in 't bosch daar gunderwijd, ach
ter 't eerpelland, daar groeit eiken boom
naar den hemel, omdat... alles boomen mal
kaars leven meugeljjk maken. Den bosch-
bojem wordt gemest mee malkaars herfst
blaren. 't Vocht wordt bewaard deur mal
kaars kruinen, die de hitte en de zon af
schermen. In kwaje, felle wintertijen wordt
de temperatuur bewaard... deur malkaar!
Ginnen Noordooster is opgewassen teugen
de boomen van 't bosch, die 'm samen ont
krachten.
Ieder sturmgeweld vindt z'n portuur teu
gen de boomen van 't bosch, die wijzen „tot
hier!"
En zoo groeit 't bosch tot één natuurlijk
oaradijs, want daar is samenhang in 't be
staan van al die boomen.
Zoo groeit 't gras, zoo rijpt 'n korenveld,
zóó... is de Schepping ingesteld deur God!
Dieën boer wit dat.
Nie uit boeken, opgesteld deur menschen;
nie uit „wetten", geschreven deur rnenschen;
nie uit kranten, nie uit de radio geleid duer
menschen, hjj ként de geheimen van den
buiten deur God eigens, Dien ie daar ziet in
Zijn werken!
Van God éigens, Die Zich nie teugensprikt
in verschillende boeken, in verschillende wet
ten, in verschillende politieke redevoeringen,
maar Die eigens één Wet is, waaraan Hjj,
waaraan dieën boer, waaraan elk redelijk
wezen, waaraan elk dier, waaraan eiken
Boom, waaraan eiken korenhalm waaraan
elke planeet alleen maar gehoorzamen kén!
De groote Wet der Liefde der Saamhoorig-
heid, der... Gemeenschap, of hoe ge die Wet
betitelen zult.
Wat is de kracht van onze Kerk? Den on
verbreekbaren samenhang tusschen den St,
Pieter te Rome. ons Ulvenhoutsche Tempel
tje, 't bergkapelleke daar ieveraans in den
Deze folo uit het gebied, waarover onze correspondent schrijft, geeft een tref
fend beeld, welke gevolgen de wilde vlucht der linksche troepen heeft gehad.
Men ziet hier een chaos van automobiel resten en lijken van muildieren. Som
migen auto's zijn eerst met benzine overgoten, daarna in brand gestoken.
eeuwigen sneeuw en 't schuurkerkske daar in
de tropische missie. De éénheid, de Gemeen
schap kortom!
Neeë, sjuust dieën boer mee z'n ijzeren
harsenpan kan „Gods water nie over Gods
land laten loopen." Sjuust hjj kén nie doen of
ie gek is en dan alleen maar denken aan z'n
eigen. Zijn harsenpan, zjjn Redelijkheid, zijn
grootste Gave Gods verzet zich daarteugen!
Hoe jammer 't ook is, dat veul harsenpannen
nie de wijsheid der boomen hebben
Mijn vader was van hooge geboorte, dus
„ik" ben beter dan die boerenkevers.
Mjjn meesters hebben me veul lessen laten
leeren, dus „ik" ben beter, dan die zwoegers.
..Ik" heb veul geld, dus „ik", dus „ik", dus
•.ik". Dus altjj „ik". Ocherme! Adel, Geleerd
heid, Rijkdom, eenmaal komt veur ons alle
gaar den lesten dag, de allerleste minuut.
Eenmaal komt den zwarten kuil, den eerde,
die veur iedereen 't zelfde is.
De eeuwigheid, waarin wij allemaal „Niks"
zjjn!
Niks, al worden naar dieën kuil gedra
gen in de planken van 'nen dennenboom, 'nen
eikenboom of van 'nen notenleer. Planken mee
hars en splitsers, geschaafd of gepolitoerd.
Planken, versierd mee 'n zilverpampieren
kruiske, 'n gesmeed kruiske, of een geslagen
uit edel-metaal. Éénmaal keeren we verom tot
de ééne Gemeenschap, daar in de eerde, waar
we niks te commandeeren, te willen te
eischen, te „ikken" hebben.
'n Gemeenschap ,die de tijen, de eeuwen telt
lijk seconden...! En waar zestig, zeuventig
jaren van „ikheid" zoo belachelijk zijn!
Zekers, 't is wel veul gemakkelijk om er
..gin harsenpan" op na te houwen en lijk 'n
dier altij op roof uit te zijn naar de vette slob
bers.
't Is veul gemakkelijk om mee twee han
den in de zakken langs dieën dorren, guren
levensakker te staan bespotten en té treite
ren dieën stuggen, eenzamen boer, die daar
ploetert veur despotters!
Ja, 't is gemakkelijker dieën boer zijnen
arbeid kapot te critiseeren, dan te prijzen
Want gichelen en misprjjzen gaat deuze dorre
weareld, waarin we al zoo content zijn mee
rif* j)01100116 boeiers, zoo triestig gemakke-
Deuze weareld, wier hemmeke waait zooals
de wind waait.
Deuze weareld, waarin 't „Hosanna"*' en
„kruisigt hem" malkaar steeds schaamteloos-
sneller gaan opvolgen.
Verlejen week was President Roosevelt den
grooten raddraaier van de Waereld. Hij stak
den oorlog aan!
Vandaag is 't alles gelogen en den Roos is
'nen soortement van Vredesengel (mee 'n
bietje griep).
In September kwam het oorlogsgevaar uit
't Oosten, verlejen week uit 't Westen, daar-
tusschen in uit 't Zuiën.
En onderwijl krijgen wij, erme deftighedens,
erme geleerdhedens, erme rijkaards, erme
prullen nooit rust.
Worden we oud, schuiffelen we naar 't End
in éénen angst en vrees, in éenen onrust en
zurg.
Ons korte leven hangt aan malkaar van
proefverduisteren, van 't bouwen van bom-
vrije kelders, van 't kerven van loopgraven in
den eerde, van 't passen van gasmaskers, van
onruststokende berichten deur radio en pers,
vanvervolging.
Vervolging op den weg naar 't graf, altjf
vervolging, die den mensch ginnen tijd tot
iaden laat...! En 'm de „ik"-ziekte bezurgt.
Waaraan 't bosch der Menschheid kapot gaat,
omdat eiken boom den anderen in den weg
gaat staan!
Maar:
Ljjk twee sterrediamanten, fonkelend aan
den staalblauwen gewulft van den nachteljj-
Ken hemel, daar boven de inktzwarte bos-
,.®n' waaruit den nacht te ritselen schijnt,
y k twee bonken diamant, sprankelend als
zon bespatten daauw op zwarten, verschge-
ploegde eerde, üjk twee veromketsende
lichtsterren uit zonbeschenen kristal, z°ó
bloeiden open twee lichtblommen in de don
kere velden van Nederland.
u ?®e zilverwitte Nachtschoonen van blan*
hil LSplltsten in sterrokarns de stralende
n Z' ren Uit' in donkere tjj van
egentiennegenendertig.
C'1°nk.orste moment begost de Gemeen
schapsgedachte weer aan te gloren.
dorrt =t1Zame boeren. hier en daar op gWA
nil-s oJ ^6rf' ze bobben nie heelegaar veur
bloei h p?e'ercl! Huilie gewas komt in den
Moei, begint te blossemen!
np„ 'e®' da's. óók de Wet van God, die gin*
arheiri d zonder 00£St laat, al valt den
arbeid soms veul zwaar..?...!
Amm°. ik schei er af
Herbew°aLdWJS Fedachten over de Geestelijk
Herbewapening 'ns kwijt.
en rinfhnl? V&" Trui' Dré n en den EckCr'
en ging horke minder van oewen. t.a.v-
DR&