Pleidooi voor een krachtige vloot Beschikbare gelden dienen krijgskundig juist en economisch aangewend te worden Vriidaq 24 Maart 1939 De vloot in Indië primair J. VAN DE WITTE Huiduitslag, Jeuk, Eczeem Circus van Bever een succes Twf>#>4c Blad Maritiem politieke gebeurtenissen in 1938 KEIZERSTRAAT 103 Massief 14 k.goud, reeds vanaf f Graveeren gratis GENEESMIDDEL TEGEN HUIDAANDOENINGEN „Sumatra" te Tanger Filmmiddag cn -avond van de Drankbestrijding Wij willen onszelf zijn en blijven Bij allerlei pijnen De „Tromp" te Bordeaux Schout bij Nacht Helfrich spreekt voor Marine- Vereeniging Gisteravond hield Schout by Nacht C. E. L- Helfrich, Directeur van de Hoogere Marine Krijgsschool in Den Haag, voor de Marine-vereeniging alhier een lezing over de „Mariticm-politieke gebeurtenis gen in 1938 en de Nederlandsche marine- politiek". Deze lezing zal volledig opge nomen worden in het Wetenschappelijk Jaarbericht van het Marineblad, dat in April a.s. zal verschijnen. De vergadering, die onder leiding stond van den voorzitter der vereeniging, kolonel baron C. J. v. Asbeck, Werd o.m. bijgewoond door den vice-admiraal b.d. L. J. Quant en den commandant der marine, Schout bij Nacht H. Jolles. De inleider noemde het jaar 1938 wel het voorbeeld bij uitstek van een snelle en ver rassende opéénstapeling van gebeurtenissen, waardoor het geven van een beknopt en toch duidelijk samenhangend overzicht en het trekken van conclusies werd bemoeilijkt. Een zich verdiepen in de gebeurtenissen schenkt de overtuiging, dat byna alles rechtstreeks kan wel indirect het wereldgebeuren beïn vloedt, waarmede uiteraard de maritieme zijde van de politieke problemen sterk wordt belicht en zelf dikwijls op den voorgrond treedt. Met de hegemonie van Duitschland in Midden- c.q. Zuidoost-Europa treedt b.v. de economische beteekenis der zeeverbindingen voor die mogendheid naar voren, de Italiaan- sche aspiraties in de Middellandsche Zee en de consequenties van den Spaanschen burger oorlog bedreigen de Britsche en Fransche maritieme posities, het Anti-Cominternpact heeft rechtstreeks invloed op de maritieme sterkte-verhoudingen in het Westen en het Verre Oosten, Japan's actie in China kan niet los van Westersche en Amerikaansche overzeesche belangen worden gezien, de vre despolitiek van Chamberlain beheerscht de maritieme positie van het Britsche wereld rijk en de bewapeningspolitiek der Vereenigde Staten. De Duitsche buitenlandsche politiek. Spreker gaf dan een overzicht van de Duitsche buitenlandsche politiek en den in vloed daarvan op de binnenlandsche verhou dingen tot het leger, de Anschlusz van Oos tenrijk en de gebeurtenissen in September j.1. t.a.v, Tsjecho Slowakije, de invloed daar van op de mogendheden Hij beschreef de „omzwaai" in de Britsche buitenlandsche po litiek „van Eden tot "l.amberlain" en de gevolgen daarvan t.a.v. Rusland en ook in de Vereenigde Staten van Amerika. Hij be handelde het Engelsch-Italiaansche verdrag en de overwinning van Franco en de betee kenis daarvan voor den status quo in de Middellandsche Zee, de Roode Zee, het Nabije Oosten en het Suezkanaal. Bijzondere nadruk legt spreker op de radio-rede van Chamberlain van 27 Sep tember, waaruit twee feiten komen vast te staan, n.1. de ondergang van de '„col lectieve veiligheid" en de verloren illusie dat Engeland „de beschermer der kleine naties" zou zyn. Feiten waaraan mili taire deskundigen steeds hadden getwij feld, doch die in de afgeloopen jaren niettemin de aanhangers van de natio nale ontwapening hadden geïnspireerd om ons volk weerloos te maken. Mede daardoor waren zjj de hoofdschuldigen aan onzen achterstand in weerbaarheid. Inleider beschreef de economische gevolgen Voor Duischland van de laatste gebiedsuit breiding en kwam tot de conclusie, dat van «en onafhankelijk worden van overzeesche Verbindingen voorhands geen sprake kan zijn. Hij herinnerde aan de Italiaansche eischen t.a.v. Tunis, Corsica, Djibouti en het Suezkanaal en beschreef Engeland's moei lijkheden in het Nabije Oosten, met name in Palestina. Volgens spreker was een goede verstandhouding tot de Italiaansche volken «en eisch vooral voor Engeland, omdat de beheersching van zee-, land- en luchtwegen naar Indië en Zuid-Afrika voornamelijk daarvan afhangt. AUS 2E weEE OP DE aarde veruokomen <»aa(sj z.e dadelijk êen ver.lovin&frimö KOOPEN BIJ In een betoog van moer dan 2'/2 uur heeft de directeur der Hoogere Marine Krijgsschool, Schout-by-nacht (C. E. L. Helfrich, gisterenavond voor de Marine- vereeniging de Maritoiem politieke ge beurtenissen en de Nederlandsche Ma- rinepolitiek in 1938 behandeld, 't Was een duidelijke en klare uiteenzetting van de groote en verrassende gebeur tenissen in het jaar dat voorbijging, ge beurtenissen, die hun voortzetting vin den in de politiek van heden en daarom van zoo buitengewone beteekenis zyn voor het begrypen van de politieke ont wikkeling in onze dagen. Schout-bij-nacht Helfrich heeft daarin den nadruk gelegd op het oude krijgs kundig juiste beginsel, dat hier te lande het leger de eerste plaats in de defensie moet innemen, maar in een eilandenryk als Nederlandsch-Indië, die plaats on voorwaardelijk aan de zeemacht moet worden afgestaan. De politiek van de V.S. T.a.v. de politiek der Vereenigde Staten was spreker van meening, dat deze moet gezien worden in het licht van de oppositie EdenChurchill zonder nochthans Cham berlain tegen te werken. De versterking van Pan-Amerika en de ontzaglijke maritieme bewapening met den bouw van een afzonder lijk zeer sterke Atlantische vloot zijn er de uitingen van, terwijl tevens de uiteenzetting van maritieme steunpunten in den Pacific wijzen op het handhaven van de commer- cieele belangen in Oost-Azië, hetgeen moei lijk te rijmen is met het loslaten der Philip- prjnen. Na de oorzaken en gevolgen van de Mexicaansche olie-politiek gememoreerd te hebben, geeft spreker een beknopt overzicht van den toestand in het Verre Oosten, hierbij in hoofdzaak verwijzend naar zijn rede op 9 December 1938 te Breda, opgenomen in het Marineblad van Februari 1939. Volgens hem werkt de oorlog uitput tend zoowel op Japan als op China, ter wijl voorhands zelfs een economisch bloc JapanChinaManchukuo niet onafhan kelijk van overzeesche grondstoffen en afzetgebieden kan zijn. De Britsche bui tenlandsche politiek beschrijvende vanaf den wereldoorlog, komt inleider tot de conclusie dat Engeland een politiek van „wait and see" toepast en (tijdelijk?) verlies van prestige op den koop toe neemt. De alles beheerschende consequentie van den gevaarlijken en verwarden internationa len toestand is de enorme uitzetting der be wapeningen (welke spreker aan de hand van cijfers en gegevens aantoont) en de daarmede verband houdende politiek van maritieme steunpunten over den geheelen aardbol, voor namelijk van Engeland en Amerika. De les voor Nederland. De les die Nederland als derde koloniale zeemogendheid met groote overzeesche handelsbelangen daaruit moet trekken, vormt het slot van sprekers lezing. Hij acht een algemeene doelstelling voor de Staatsmarine noodzakelijk, welke nadruk legt op haar speciale taak in tegenstel ling m'et de „regionale (locale) gedachte". Het besef dat de vloot ook dient voor de bescherming van onze zeeverbindingen, zoo wel in oorlogstijd als in tijd van vrede (con- vooidienst Gibraltar), noemt spreker de „da geraad" van een maritiem-krijgskundig juist inzicht in doel en beteekenis der Koninklijke Marine, een inzicht dat echter nog verder baan moet breken en leiden moet tot een door spreker geconcipieerde algemeene doel stelling, welke haar oorsprong vindt in een door hem in het Marineblad van 10 October 1927 geschreven artikel, getiteld „De Staats marine". T.a.v. sterkte en samenstelling van de vloot verwijst inleider tevens naar dat artikel. Zuiver maritiem-krygskuncHg gespro ken, l^jdt het volgens spreker geen twij fel of Groot-Nederland zou een „slag- vloot" moet hebben. Alléén de Regeering echter bepaalt de finantieele draagkracht en de Nederlandsche marine-politiek. Wanneer de Regeering zegt, dat dc financiën het bouwen en exploiteeren van een slagvloot (slagschepen) niet toela ten, dan moet z(j met minder volstaan, waarbij spreker echter voor twee feiten de aandacht vraagt. Deze zyn ten eerste dat het vlootprogram 1930, opgesteld on der geheel afwijkende tijdsomstandig heden, thans niet meer aan te stellen eischen kan voldoen, en ten tweede, dat de preventieve waarde en de gevechts kracht van onze vloot reeds zeer belang rijk zou toenemen door verhooging der Schout bij Nacht C. E. L. Helfrich. artilleristische kracht in den vorm van „krachtige en snelle artillerieschepen", n.I. schepen die iederen bestaanden krui ser de baas zyn. Vloot in Indië primair. Oordeelt de Regeering dat de financieele middelen den aanbouw van een sterkere vloot niet toelaten, dan kan nochthans verschil van meening bestaan over de wijze, waarop de beschikbare middelen van den ganschen Staat thans worden besteed. Spreker wyst dan op het oude krijgskundig juiste beginsel, dat hier te lande het leger de eerste plaats in de defensie moet innemen, maar in een eilandenrijk als Ned.-Indië die plaats onvoorwaardelijk aan de zeemacht moet worden afgestaan. Deze immers heeft daar in ieder denkbaar oorlogsgeval een be langrijke taak. In een gebied, waar alles op zee gebeurt of alles over zee moet komen, draait alles om het meesterschap ter zee. Alle krachten moeten daarom op de maritieme strijdkrachten worden geconcentreerd. Dit geldt ook en vooral de neutraliteitshandha- ving, eerste doel van de Nederlandsche zelf- standigheidspolitiek. Ook als Staatsmarine heeft de vloot overal groote waarde, zij werkt overal samen met eventueele bondgenooten en behoudt als zoodanig haar waarde ook al zou het grondgebied verloren zijn gegaan. Wanneer men weet dat I slagschip 3 lichte kruisers 43 bommenwerpers, dan is de vraag, welke defensiemiddelen moeten overwegen teneinde versnippering der begrensde finantieele middelen te voorkomen. Het komt spreker voor, dat men in Indië het besef van de beteekenis van het meesterschap ter zee min of meer heeft verloren. Er is geen gebied waarop de Rijkseenheid scherper voor oogen moet staan dan t.a.v. de defensie, en er dient een instantie geschapen te worden die de totaal beschikbare gelden op krijgskundig juiste en daardoor tevens op de meest economische wijze aan de di verse onderdeelen der weermacht besteedt. Er mag daarvoor geen sprake zijn van Hol- landsch of van Indisch geld, doch alléén van Nederlandsch geld. Alléén dan kan een goede coördinatie plaats hebben en kunnen alle aan wezige krachten gericht worden op dat ééne grootsche doel: de verdediging van het Koninkrijk. De voorzitter sluit de vergadering met een woord van dank aan den spreker voor zijn hoogst interessante lezing, waarbij hij den wensch uitspreekt, dat het Schout bij Nacht Helfrich gegeven mag zijn, straks, als com mandant van de Marine in Ned.-Indië, zijn ideeën te mogen verwezenlijken (applaus). Krabben verergert de kwaal en maakt U on toonbaar. Bestrijdt de oorzaak van uw ondra gelijke last en folteren de jeuk. Neem direct D.D.D., het recept van Dr. D. Dennis. Reeds de eerste druppels doen de ondragelijke jeuk bedaren. D.D.D. dringt diep in de poriën door en doodt de ziektekiemen, zoo dat de huid zich kan herstellen. Flacons k 75 ct., f. 1.50 en f. 2.50 bij Apoth. en Drogisten. De tegenslag, dien H. Ms. „Sumatra" op de laatste reis, begin December, onder vond door het in Tanger moeten achter laten van niet minder dan acht officieren lijders aan te Funchal opgeloopen para- typhus, moest blijkbaar hersteld worden, want 17 Maart j.1. werden de ankers voor een vierdaagsch bezoek weer in onze baai uitgeworpen. Dat het destijds bij de patiënten om vrij ern stige gevallen ging, bleek wel hieruit, dat de laatste lijders eerst eind Januari, gelukkig geheel hersteld, weer naar het vaderland kon den terugkeeren. Op den dag van aankomst opende de com mandant kapitein-luit. ter zee C. H. Brouwer zelf de rij der feestelijkheden met een keurig diner aan boord. Tot de gasten behoorden, naast onzen ge zant en mejuffrouw Gerth van Wijk, de con sul jhr. R. Testa en zijn gade, de president van het comité de Controle voor het loopende jaar, de Belgische gezant en mevrouw Janssens, be nevens de administrateur der Tangersche zone en mevrouw Le Fur. Der traditie getrouw, hadden onze gezant en zijn bedrijvige dochter eveneens voor de noodige festiviteiten ter eere van de Konink lijke Marine zorg gedragen. Zaterdagavond noodden de commandant en zijn état-major hun gasten aan den avond maaltijd, waarbij mede vele officieele persoon lijkheden met hun dames aanzaten; Zondag middag ontmoetten de Nederlandsche officie ren en Tangers uitgaande wereld elkander in de ruime salons der legatie. Van te voren stond een noenmaal ten huize van den Belgi schen gezant, die met een Nederlandsche dame is gehuwd, plaats. Des Zondagmiddags had de Fransche gezant, de heer Avonde, de heeren voor de lunch genoodigd. Onnoodig te zeggen, dat ook ditmaal de heer Gerth van Wyk er voor zorg had ge dragen, dat de bemanning kosteloos de voorstellingen in eenige cinema's kon bij wonen. Al met al geslaagde dagen, die dit vlag vertoon ons bracht. Door de Geref. Vereeniging voor drank bestrijding wordt, in samenwerking met de Nat. Chr. Geheelonthoudersver., vanmiddag en hedenavond, in „Musis Sacrum", een ge varieerd filmprogramma gegeven. Om 5 u. draaien eenige films voor de kin deren. En behalve de propagandistische zijde, die aan deze vertooning vastzit, zullen eenige fraaie natuurfilms vertoond worden, terwijl ook een paar komische filmpjes, de meer ern stige zullen afwisselen. Hedenavond 8 uur heeft een vertooning voor de ouderen plaats, waarbij als hoofdfilm, „De onbekende misdadiger", een film, die een zeer gunstige beoordeeling ontving in alle plaatsen waar zij draaide. Voor de kinderen is, volgens de adverten tie de toegangsprijs 10 ct. (geleiders 15 ct.) en voor de avondvoorstelling is de prijs op 25 ets. vastgesteld. Uitstekende acrobatiek en dres- suurwerk. Gisteravond heeft op het terrein aan de Javastraat de openingsvoorstelling plaatsgevonden van Circus Van Bever, een Hollandsch bedrijf, dat voor het eerst in onze stad optreedt. Laat ons het niet verhelen: zoo heel veel vertrouwen koesterden wij aanvan kelijk niet in datgene, wat ons daar in Circus Van Bever te wachten 3tond. Ten slotte parkeerden er geen kleine 50 wa gens zooals by Sarassani, of Hagenbeek, en ook de tent is beduidend kleiner dan bij deze bedrijven. Wij hebben echter de voorstelling van gis teravond in haar geheel bijgewoond, een voor stelling, die, gezien het feit, dat het de eerste avond was, flink bezocht was en... die een succes werd. Er is door het publiek genoten van een zeer uitgebreid en zeer gevarieerd menu en bij het verlaten om kwart over elf hoorden wij vrijwel louter tevredenheidsbetui gingen. Zooals dat bij een écht circus behoort, is ook hier de paardendressuur nummer één. Diverse malen kreeg men dit werk in de piste te zien, dat tot in onderdeelen de sporen van een groote mate van zorg verried. De paarden, zoowel de Arabieren als de typische Shetlandsche ponny's, maken een uitmunten den indruk en zien er gezond en uiterst ver zorgd uit. De hoogeschool-dressuur bracht de aanwezigen keer op keer in extase, zoowel bij de uitvoering door den directeur als van diens echtgenoote. Tot de hoogtepunten van den avond be hoorde voorts een trio van wereldreputatie: „De drie Janeke". Wat deze twee mannen en één vrouw aan de trapéze verrichten grenst aan het ongelooflijke. Zij wisten een climax te forceeren, temeer waar al hun werk ge schiedt zonder gebruikmaking van een valnet. En dan zijn daar de clowns. Ook hun werk mag hier zeker met eere genoemd worden. Zonder tot grofheden te vervallen wisten zij van hun nummers meermalen iets zeer goeds te maken, en een storm van enthousiasme te doen opgaan. Speciaal Pedro bleek in den geest van het publiek t vallen. Rosa, de olifant, had eveneens een nummer van belang: deze, meer dan 2000 kilo wegende dikhuid, verhief zich o.m. op één poot en demonstreerde een staaltje „sprietloopen", zooals wij dat nog nimmer voorheen aan schouwden. Niet minder sloeg in het optreden van „The Blizzards", een jongedame en partner, die hun kunnen op het gebied van rolschaatsen aan toonden. Ook hier eerste klas werk, dat een dankbaar onthaal vond, evenals dat van springplank-acrobaten „the Asgards". Wij meenen met het noemen van deze num mers te mogen volstaan, doch vestigen er wel de aandacht op, dat deze opsomming in geen enkel opzicht aanspraak maakt op volledig heid. Integendeel, het zijn slechts enkele wille keurige grepen uit het groote program, dat de aanwezigen van 8 uur tot kwart over 11, met een pauze van 10 minuten bezig hield. Wél mogen wij er op wijzen, dat het geheel een zeer zindelijken indruk maakt. In dit opzicht kan men dan ook spreken van „Hol- landsche properheid". In geen enkel buiten- lansch circus mochten wij iets dergelijks con- stateeren. Het circus zal, naar wy vernemen, \vaarsch(jnl(jk enkele dagen langer dan Maandag in onze stad blyven. Wie van een circus houdt en zich op deze wijze enkele uren wil amuseeren, kunnen wy een gang naar de Javastraat adviseeren. Het pro gramma is het zeker waard. Men mag den dag niet loven voor den avond, maar by het schryven van dit over zicht in den vroegen morgen, kunnen we toch met genoegen constateeren, dat Duitschland, na Memel, zijn landkaart niet opnieuw heeft gewijzigd, al is uit de rede van Hit Ier, gisteren te Memel gehouden, wel gebleken, dat de Führer nog niet vol daan is, al is in hoofdzaak 't aan Duitsch land berokkende leed hersteld. Doch er zyn nog Dantzig, de Corridor en bepaalde deelen van Opper-Silezië, die „hunkeren" om Duitsch gebied te worden. En dan is er nog de zone van Noord-Sleeswijk en... Eupen Malmedy. Er kunnen dus nog ver rassingen verwacht worden, doch die zul len dan vandaag niet komen en dus kun nen we ons voor heden gevoegelijk bepalen b(jde handhaving van de zelfstandigheid van ons eigen land. „Wij willen ons zelf zijn en blijven", heeft Hare Majesteit de Koningin eens gezegd en dat woord is overgenomen door Hare onder danen. Wij hebben het gisterenavond beluis terd in de rede van den diredteur der Hoogere Marine Krijgsschool, schout-bij-nacht Helfrich, uitgesproken op een algemeene vergadering van de Marinevereeniging. „Wij willen ons zelf zijn en blijven", d.w.z. dat wij onze zelfstandigheidspolitiek willen handhaven, dat wij geen verdragen sluiten met buitenlandsche mogendheden, dat wij geen verplichtingen op ons nemen en dat wij ook niet militair afhankelijk willen zijn van den steun van eenig land. De politiek van de groote mogendheden heeft ons trouwens geleerd op hun steun niet te rekenen. Van de collectieve veiligheid is al bitter weinig terecht gekomen en zelfs de pogingen om in dezen tijd van hoogspanning daarvan nog iets te maken, willen nog maar traag vlotten. Wij willen ons zelf zijn en blijven! En nu is dezer dagen de verzekering afgekomen, zij het dan niet officieel, dat Engeland en Frankrijk de onafhankelijkheid van Nederland zullen verdedigen als gold het hun eigen onafhanke lijkheid. Natuurlijk heeft de Nederlandsche on afhankelijkheid voor Engeland groote betee kenis en gezien de innige vriendschap met Frankrijk, kunnen wij ons begrijpen, dat ook Frankrijk die Nederlandsch onafhankelijkheid Wil verzekeren met de kracht van zijn wa penen. Hoe moet onze houding daar nu tegenover zyn? Wij meenen, dat de N. R. Crt., dat gisteren avond in een hoofdartikel juist gestipuleerd heeft. Het blad schreef o.m.: Dit besluit van Engeland en Frankrijk zou voor ons land nimmer kunnen beteekenen, dat Nederland betrokken zou worden in eenig buitenlandsch defensiestelsel. Indien ooit een oorlog tusschen Engeland en Duitschland mocht uitbreken, zal ons land daarin neu traal zijn en zal het met alle middelen er naar streven deze neutraliteit te bewaren. Welke ook de waarde van Nederland als stra tegisch gebied voor de strijdende partijen zal zijn, hoezeer zij ook zouden aandringen onze grenzen voor hen open te stellen, gelijk in de jaren 19141918 zal Nederland iedere poging ons in een dergelijk conflict te betrekken, af wijzen en zich gewapend te weer stellen tegen ieder, die tegen onzen wil toch zou trachten, gebruik van ons grondgebied te maken, en wij zouden dan hebben te overwegen, of wij in ons belang, van welken kant ook, hulp moeten in roepen. Onder geen omstandigheden kunnen wij echter bij voorbaat aanbieden, aan wie dan ook, het slagveld van Europa te worden. Dit is het principe van de politiek, welke wij tijdens en na den grooten oorlog met kracht hebben voorgestaan. In tijden van spanning, als welke wij beleven, zal voor de naleving van dit principe meer dan ooit worden gewaakt. Hartjes van Mijnhardt maken U pijnvrij. Doos 30 en 50 ct. De bladen van Bordeaux, aldus het „Hbl.", wijden artikelen aan de komst van den Neder- landschen flottieljeleider „Tromp" te Bor deaux. De „France te Bordeaux et Sudoues" repro duceert een fraaie foto van deze Nederland sche vlooteenheid met een interview met de Nederlandsche officieren, die de journalisten, met de grootste hoffelijkheid ontvingen. Men denkt MaandagBordeaux te verlaten, om naar Nederland terug te keeren. In den morgen maakte de commandant van de „Tromp", kapitein ter zee L. C. A. M. Door man, zijn opwachting bij den prefect van het departement van de Gironde, den burgemees ter van Bordeaux en den generaal-comman- dant van de achttiende militaire afdeeling, alsmede bij den commandant der marine, Vittu. Deze bracht daarna een tegenbezoek aan boord van de „Tromp". Gisteravond om zes uur werd in den marinekring een receptie gehouden onder voorzitterschap van commandant Salles. Daarna bood de commandant der marine een officieel diner aan den état-major van de „Tromp" aan. Vrijdag en Zaterdag zullen de Neder landsche officieren de wijngaarden be zoeken.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1939 | | pagina 5