Wij lazen voor IL„* Radioprogramma $loKm op MoAm aan mat i i - Uit de Pers van heden Slagersjongen tot meineed verleid Met gestolen auto verongelukt Door automotor verp'etterd Z'jn vrouw gewurgd i DOOR i EDGAR RICE j BURROUGHS 129 Koningin Atka maakte met haar hand een bevelend gebaar. Soldaten grepen Helen en agra vast en sleurden haar naar de onder aardse kerker, waar zij het laatste uur van haar leven '.ouden doorbrengen. „Nu", raasde Atka, „moeten wij Tarzan nog gevangen ne men en hem doodmartelen!" In die tussentijd keerde Herkoef met de kostbare cassette, waarin „De Vader der Diamanten" lag, naar Thobos terug en vertelde, dat de sterke Tar zan erin geslaagd was, het heilige embleem .weer te bemachtigen. „En," vervolgde Her koef, „Tarzan en zijn vrienden bevinden zich bij Athair in groot gevaar", Herat beval de oorlogsgaleien in gereedheid te brengen. „Wij zullen het kwaad, dat Atka ons en onzen god heeft aangedaan, wreken," riep hfj uit, ,.en wij zullen hen, die onze vrienden zijn, redden." Maar Koning Herat wist niet, hoe wanhopig de toestand van Tarzan was. De koning van de jungle had zijn troep apen, evenals de mensen, bevel gegeven De Verboden Stad te bestormen. De bewakers op de muren maakten alarm. Grote legerafdelingen haast ten zich om de aanvallers te overmeesteren. De aanval van Tarzan had iets van een klucht. Gemeenschapsgeld cn r.U, kerken bouw. „Men" schrijft aan het Handelsblad (lib.), dar in ons land meerdere malen gemeen schapsgeld gebruikt wordt voor roomsch- katholicken arbeid. Zoó heeft de gemeente raad van Eindhoven f 13000 gevoteerd voor den bouw van een nieuwe r k. kerk aldaar. Het curieuse was echter in Eindhoven, dat. voor den houw alleen in aanmerking konden komen leden van den R.K. Bond van Bouwpatroons, aldus scbr., die er voorts op wijst, dat zich in Weert een soortgelijk geval heeft voorgedaan Uaar besloot n.1. <le gemeenteraad voor den bouw van een nieu we parochiekerk gedurende 20 jaren een subsidie te verleenen van f 800 ;s jaars, en had de aanbesteding plaats onder leden van den R.K. 1'atroonshond. Het blijkt, dat de aandacht van den mi nister van Binnenlandsche Zaken op deze misstanden is gevestigd. De minister vond evenwel geen rer.enen aanwezig voor tus- schenkomst, aldus schr. Bevoordeeling hij kerkbouw staat overi gens niet alleen. Het komt herhaaldelijk in het Zuiden des lands voor, dat scholenbouw slechts opge dragen wordt aan leden van den R.K. Pa troonsbond. Daar deze scholen worden tot stand gebracht met rijks voorschotten onder garantie der gemeenten, geeft het ook hier geen pas om gelden door aile staatsburgers opgebracht, te misbruiken voor eenzijdige bevoordeeling. Aanval op het hart christendom. van het Het Volk geeft een verslag van een rede, welke Ds. A. M. Brouwer, Ned. Herv. Pred. te Engelen (N.Bop een vergadering van Eenheid door Democratie te Nieuwer Am- stel gehouden heeft. Ds. Brouwer zeide, dat het nationaal socialisme onder meer op trond van liet anti-semietisme door de ker' bestreden diende te worden en lichtte dit als volgt toe: Anti-semietisme heeft als kenmerk het veroordeelen van een bevolkingsgroep ter wille van het ras. Onder deze veroordeeling vallen derhalve ook Jezus Christus, Maria, de Apostelen, Paulus, het geheele Oude Testament. Het anti-semietis me is dus een regelrechten aanval op het hart van het Christendom. Inlander kijkt door den Europe aan heen. Het Nieuws van den Dag van Ned. Indië schrijft: Er is in Nederland en in Indië niets, waar zoo druk, zoo regelmatig, zoo te onpas mee geleurd en geschermd wordt als het woord „prestige". Het prestige, dat krachtens de gangbare meening de Europeaan tegenover cïe eigen lijke bewoners van dit land heeft op te hou den. In Indië kan echter niet gesproken wor den van een algemeen Europeesch prestige. Zelfs de doodeenvoudige desa-man beschikt van huis uit over de gave dos onderscheids, welke hem nimmer verlaat. Hij weet uitne mend het kaf van het koren te scheiden. Hij spreekt niet over den" Europeaan. Zijn blik en zijn ervaring reiken niet verder dan zijn naaste omgeving. En dan weet hij drommels goed uit te maken wie van de Europeanen zijn respect waardig zijn en wie niet. Hij ziet al beseffen weinigen dit door den Europeaan héén. Hij wikt diens eigenschap pen op de weegschaal van zijn zelden fa lende intuitie. En komt dan ten laatste tot een oordeel, dat slechts op dén persoon, niet op het ras is ingesteld. Afgrond tusschen twee Germanen. De Volkskrant (r.k.) schrijft: Het Nationale Dagblad begroet den mi nister van Economische Zaken tot tweemaal toe als „Steenberghe, de Germaan." Als men zich herinnert hoe het NSB-blad geregeld met geringschatting gewaagt van „Karei de Frank" (waarmede de onbedui dendheid wordt bedoeld die elders Karei de Groote heet), dan is men geneigd in de bij stelling „de Germaan" een lofprijzing te le zen. Toch blijkt men het niet zoo te moeten opvatten. De minister wordt spottend „de Germaan" genoemd ortidat hij pas Duitsch- land heeft bezocht. Men zou de vraag kun nen stellen of „de Germaan" als spotwoord is toegelaten. Stel tegenover elkaar: Steen berghe de Germaan en :d'Ansembourg de Germaan, en men voelt de afgrond tusschen deze twee Germanen. Intusschen moge minister Steenberghe zich, aldus de Volkskrant, troosten met de overtuiging dat hij een Nederlander en een goed Nederlander is, en dat wie dit zijn aan een andere naamgeving geen behoefte heb ben. ELKE BUS EEN BON VOOR GESCHENKEN „Zeg maar dat je niets gehoord hebt." Wegens uitlokking van meineed moest gisteren de 36-jarige slagersknecht M. B. uit N'ieuwkerk, thans gedetineerd, voor het Haagsche gerechtshof terecht staan. Hij was door de Üordrêehtsche rechtbank voor dit feit tot 8 maanden gevangenisstraf veroor deeld met aftrek van de preventieve hech tenis. Op 7 October van het vorig jaar was de keuringsveearts H. in de slagerij van B.'s va der gekomen en had op een hoeveelheid vleesch aanmerking gemaakt. Hierover ontstemd, had B. den veearts een scheldwoord toegevoegd, naar aanlei ding waarvan de laatste een klacht indien de. Op de terechtzitting te Dordrecht verklaar de een slagersjongen, die bij het voorval tegenwoordig was, als getuige, dat hij het scheldwoord niet gehoord heeft. Daar de veearts anders verklaarde, werd de slagers jongen wegens meineed gearresteerd en voor den rechtercommissaris herriep hij de ze verklaring en deelde mede, dat hij het scheldwoord wél gehooid heeft, doch dat B. tegen hem gezegd heeft: „Zeg maar dat je niets gehoord hebt." Deze verklaring hield hij ook gisteroch tend voor het Hof vol. De procureur-generaal, vond het een ern stige zaak, daar verdachte van zijn positie misbruik heeft gemaakt om den getuige te bewegen een valsche verklaring af te leg gen. Spr. vroeg bevestiging van het vonnis van de rechtbank (acht maanden gevangenis straf.) Verdachte ontkende. De verdedigster, noemde den getuige-sla- gersjongen niet geheel normaal en drong met klem op vrijspraak aan. Uitspraak 5 April. Vijf Haagsche jongelui wilden Zondag naar Amsterdam. Zij gebruikten daartoe een auto, die in de Reinkenstraat door een in woner van Leiden was geparkeerd, doch zij kwamen niét verder dan Haarlemmermeer. Daar sloeg de wagen op den Rijksweg ovel den kop en alle inzittenden werden min of meer ernstig verwond. In den loop van den nacht werden de avonturiers door de poli tie van Sassenheim naar Den Haag over gebracht, waar inmiddels aangifte van de vermissing was gedaan. De 18-jarige be stuurder is door een ziekenauto regelrecht naar het ziekenhuis aan den Zuidwal over gebracht, daar hij een hersenschudding had gekregen. Een van de anderen, een 16-jari- ge jongen, is later van het hoofdbureau van politie door den G.G.Ü. naar het ziekenhuis gebracht, daar ook hij licht gewond bleek. De overige jongens, twee van zestien en een van zeventien jaar, zijn in bewaring ge steld. De auto werd geheel vernield. Vreeselijk ongeluk onder Heiloo. Pastoor ernstig gewond. Gistermorgen omstreeks elf uur is op den Rijksstraatweg onder de gemeente Heiloo 'n ernstig verkeersongeluk gebeurd, waarbij één doode te betreuren en een pastoor ernstig werd gewond. Een auto uit Tuitjenhorn, bestuurd door pastoor Lindhorst aldaar en eigendom van den heer J. A. Mors, die naast den pastoor zat, is ter hoogte van de Kapellaan ge slipt, doordat de bestuurder te krachtig remde om een botsing met een voor hem rijdenden handwagen le voorkomen. De auto vloog tegen een uit tegengestelde richting komende vrachtauto uit St. Anna- Parochie. De gevolgen waren verschrikke lijk. De motor en de voorwielen van de vrachtauto drongen in de kleine personen auto en vepletterden den vijftigjarigen heer Mors. Pastoor Lindhorst werd zeer ernstig gewond. Hij heeft vermoedelijk een schedelbasis- fractuur opgeloopen. In bewusteloozen toe stand is hij naar het St. Elisabethziekcn- huis te Alkmaar overgebracht, waarheen ook het stoffelijk overschot is vervoerd. De auto is totaal vernield. De vrachtauto werd ernstig beschadigd. Limburger veroordeeld tot fö jaar gevangenisstraf. In den nacht van 27 op 28 September van het vorige jaar heeft zich in de woning van den 27-jarigen mijnwerker W. J. G. te Kerk- rade een vreeselijk drama afgespeeld. Gedu rende dien nacht heeft G. zijn vrouw, ge worgd en daarna heeft hij liet lichaam en de kleeren van zijn vrouw, die op bed lag, alsmede het bed zelf met petroleum overgo ten en in brand gestoken, tengevolge waar van de vrouw nog brandwonden kreeg. Wegens doodslag en brandstichting is G. door de rechtbank te Maastricht veroordeeld tot viiftien iaar gevangenisstraf. Op Maandag 16 Maart j.1. heeft G. in hoo- ger beroep terecht gestaan voor het gerechts hof te Den Bosch. De advocaat-generaal heeft toen tegen hem wegens poging tot doodslag en brandstichting, welke den dood van de vrouw tengevolge hebben gehad, le venslange gevangenisstraf geëischt. Gisteren arrest wijzende heeft het hof het vonnis van de rechtbank te Maastricht op formecle gronden vernietigd en, opnieuw rechtdoende heeft het hof G. wegens doodslag veroordeeld tot vijftien jaar gevan genisstraf, met aftrek van de preventieve hechtenis. Het verzoek van den verdediger uit Heer len om een onderzoek in te stellen naar de geestvermogens van den verdachte, heeft het Hof afgewezen. WOENSDAG 29 MAART 1939. Hilversum I, 1873 en 301,5 m. VARA-Uitzending. 10.0010.20 7.30—8.00 VPRO. v.m. en 8.00 Gramofoonmuziek. (Om 8.16 Berichten). 9.30 Causerie „Onze keuken". 10.00 Morgenwijding. 10.20 Voor Arbeiders in de Continubedrijven, 11.40 Causerie voor de werkloozen. 12.00 Esmeralda. (Om 12.15 Berichten). 12.30 VARA-orkest. I.301.45 Gramofoonmuziek. 2.00 Voor de vrouwen. 3.15 Voor de kinderen. 5,30 Gramofoonmuziek. 6.00 De Ramblers. (Om 6.28 Berichten). 6.40 Voor de niet leerplichtige jeugd. 7.00 VARA-Kalender. 7.05 Gelukwenschen. 7.10 Vocaal concert. 7.30 Bijbelvertèllingen. 8.00 Herhaling SOS-Ferichten. 8.03 Berichten ANP, VARA-Varia. 8.20 Utrechtsch Stedelijk Orkest en solist. 9.15 Causerie „Schuldig of onschuldig". 9.20 Gramofoonmuziek. 9.30 VARA-Maandrevue. 10,00 Berichten ANP. 10.10 Zang en orgel. 10.45 Esmeralda. II.3012.00 Gramofoonmuziek. Hilversum II, 415,5 m. NC'RV-Uitzending. 6.307.00 Onderwijs fonds voor de Scheepvaart. 8.00 Schriftlezing, meditatie. 8.15 Berichten, gramofoonmuziek. (9.309.40 Gelukwenschen). 10.30 Morgendienst. 11.00 Gramofoonmuziek. 11.15 Ensemble v. d. Horst. 12.00 Berichten. 12.15 Gramofoonmuziek. 12.30 Vervolg concert en gramofoonmuziek. I.30 Gramofoonmuziek. 2.15 Zang, piano en gramofoonmuziek. 3.00 Christ. Lectuur. 3.30 Hobo-voordracht en gramofoonmuziek. 4.15 Gramofoonmuziek. 4.45 Felicitaties. 5.00 Voor de jeugd. 5.45 Gramfooonmuziek. Berichten. 6.30 Taalles en causerie over het Binnenaan- varingsreglement. 7.00 Berichten. 7.15 Enkrateia-kwartiertje. 7.30 Gramofoonmuziek. 7.35 Causerie over druiventeelt. 8.00 Berichten ANP. Herhaling SOS-Berichten. 8.15 Evangelisatie-avond. 9.45 Apollo-kwintet. 10.00 Berichten ANP, actueel halfuur. 10.30 Vervolg concert. 10.45 Gymnastiekles. II.00 Vervolg concert. 11.25 Gramofoonmuziek. Ca. 11.5012.00 Schriftlezing. FEUILLETON. Een zeemansverhaal door: Jaap Moulijn Sleepboot vast! roept de eerste door zjjn megafoon naar de brug. Aye aye! komt terug van den kapitein Tom en jan Noordeloos hebben maar wat verschrikt heen in weer gesprongen. Of ze snapten niet wat ze zouden hebben kunnen doen, of ze waren, éls ze dat dan al eens be grepen, steeds te langzaam. Dan liep een van de matrozen hen voorbij en had het werk al gedaan, als de leerlingen er nog aan beginnen moesten. Tom twijfelt plotseling aan het sprekwoord, dat beweren wil, dat de laatste loodjes het zwaarst wegen. Hij hoopt ten minste, dat dit op zijn tijd als leerling met van toepassing zal blijken, want hij voelt zien dezen eersten dag als een veulen in een circus- ring vol gedresseerde paarden. Rrrrrrrrt snerpt het fluitje van den kapitein: Let ro je spring! Het voorspring wordt losgegooid. In di ge val nogal eenvoudig, ze laten het ma,ai ui zichzelf wegloopen. Want de trossen zijn het eigendom van de werf en blijven dus aan den Wal. Even later krijgt de sleepboot een seintje en begint te trekken. Dan wordt ook de voor- tros losgegooid, er komt ruimte tusschen ae Midderlerveld en den wal, breeder en breeder Wordt de strook water. Weer een seintje, be antwoord door de stoomfluiten van beide sleepbooten. Tom ziet de voorste meer naar voren gaandan beginnen de gebouwen en kranen aan den wal langzaam achteruit te schuiven: de Middelerveld vaart, voor het eerst! Leerling, kijkers zijn d'r hier niet bij! valt de bootsman wat ongeduldig uit: gauw naar de midscheeps, helpen bij' het hijschen van de statietrap. Tom schrikt en haast zich achter de anderen aan de trap van de bak af en het voorschip over. Langzaam glijden ze de nauwe slurf uit en de Maas op. Wat lijkt zoo'n schip groot als je aan boord bent en naar de dingen aan den wal kijkt, denkt Tom: net of er nergens genoeg ruimte voor is. Maar er blijkt ruimte genoeg te zjjn. Ze liggen al spoedig dwars in de rivier. De voorste sleepboot begint dan de kop om te trekken naar bakboord, de achter ste haalt het achterschip naar stuurboord, zoodat de Middelerveld begint te zwaaien. Zwaar dreunen haar korte seinstooten, telkens, maar wat lichter van toon, beant woord door de sleepbooten. Eindelijk ligt het schip in zijn volle lengte tusschen de rivier oevers: slaags. En dan rinkelt op de brug de telegraaf. Heel kort daarna begint er trillend leven door de Middelerveld te loopen, de mo tor zet zijn achtduizend paarden aan het werk Daar gaat het schip op eigen kracht! Maar de sleepbooten blijven vastgemaakt en varen mee om zoonoodig te assisteeren, vooral bij het sturen. De kapitein weet nog niet hoe deze jongste aanwinst der Nederlandsche koop vaardijvloot zich zal gedragen, daar moet je in nauwe vaarwaters heel voorzichtig mee zijn. Eventjes maar uit het roer loopen en je kunt de grootste brokken maken. Ze varen langzaam de bocht om, op loods- aanwijzing. De loods staat naast de kapitein en geeft een lang aangehouden stoot op de fluit, een attentiesein voor de bruggen. Maar dat is in orde, ze kunnen erdoor. Onder het meehijschen van de valreep ziet Tom de bruggehoofden langs schuiven. Voor de hekken der verkeersbrug staat een heele menschenmenigte te wachten. Kaak eris wat een hoop vollek! roept Tuinman met een blijde glans op zijn gezicht: die motte' nou is faan wachte' totdat ik gepasseeid bin! Kom manne', wat zegge' me? Hé hé hé.... pull, hé hé hè... pull, hé hooo ...pull, trek' em op... pull! Langzaam wordt de trap geheschen, tot dat ze horizontaal op de hoogte van het dek hangt, buitenboord. Dan wordt ze om haar lengteas gekanteld en komt dus plat tegen de buiten kant der reeling te liggen, waar ze wordt vast gesjord. Aangezien alles nieuw is gaat het niet zoo vlot als gewenscht wordt, hier en daar past er weieens iets niet. As 'et niet wil, dan spreek je moar is een woordje Fransch hoor Brouwer! raadt Willem, als hij ziet dat Brouwer een van de draaibare klampen, waarop de trap moet ko men te rusten, niet op zijn plaats kan krijgen en rood van inspanning wordt. Je mot zien dat je in de Tweede Kamer komt, jij, zegt de baas: doar dinke' de meesten ook, dadde ze 't mit mooie woorde' voor mekoai zulle' krijge'! Dank je, ik slaap 's nachts veuls te groag mit een gerust gewete'! Loate' ze voor maan moar een dief neme'! De passagiers loopen onder leiding van den eersten stuurman het schip te bekijken. Tom wenscht een oogenblik, dat hij ook maar pas sagier mocht zijn. Varen en kijken, niet slecht. Ze moesten je zo'n eersten dag eigenlijk een beetje met rust laten om te wennen, denkt hij. Leerlingen, hebben jullie niks te doen? vraagt meteen alweer de bootsman. Ga maar is mee, d'r is heel wat op te klaren, is me dat een rotzooi op zoo'n nieuwe boot! Alles even smerig en vet, niks op z'n plaats! Het opklaren van het schip door personeel van de werf is niet geschied op de wijze, die de Nederlandsche zeeman lief is geworden en die opgesloten ligt in de uitdrukking „schoon schip maken." Tom en zijn collega's moeten als ware voddenrapers dienst doen en alle ongerechtigheden, die niet aan dek hooren, op een hoop gooien. Ook dt matrozen werken hieraan mee, maar die schieten er alweer heel wat beter mee op dan de leerlingen. Soeke' jelui de faane wasch uit? in formeert Tuinman, doch helpt hen meteen water beter op dreef. Tom en Bolting vooral, geneeren zich voor de overal rondneuzende passagiers, die hen hier zóó aan het werk zien. Tom had zich zijn taak als stuurmansleerling heel wat an ders voorgesteld. In uniform op de brug bij voorbeeld, met een kijker voor zijn oogen of een hoogte nemend met zijn sextant. Zooiets Engelsche-plaatjesachtigs. Maar het leven lijkt hem gelukkig weinig op een Engelsch plaatje! De „Middelerveld" stoomt intusschen lang zaam Rotterdam en Schiedam voorbij. Tom ziet de huizenmassa's aan stuurboordszij langs schuiven. Aan bakboord moet nu Pernis lig gen, herinnert hij zich /an aardrijkskunde. Ja, dat is waar ook, hij is nogeens op school geweest. Gek, dat lijkt al veraf en bijna onbelangrijk, nu hij middenin deze nieu we belevenissen staat. Hij moet dan wel vod den rapen, maar nou ja, dat duurt niet eeuwig. Deze gedachte kikkert hem bepaald op. Tom neemt zich voor zijn tanden dit eerste, moeilijke jaar op elkaar te zetten. Het is 's nachts half één, als de vier stuur mansleerlingen van de „Middele veld" in het Zeemanshuis te Amsterdam nog een flauwe poging doen om zich te wasschen. Maar brandschoon worden ze niet, ten eerste om dat hun nog niet geharde huid alle onge rechtigheden als 't ware geabsorbeerd heeft en het vuil er dus niet buitenop, maar erin zit. En ten tweede, omdat ze te moe zijn om pap te zeggen, laat staan behoorlijk kracht op een borstel met zeep te zetten. Stijf en pijnlijk, met een strak gevoel in hun handen, schieten ze eindelijk onder de wol, Ondanks alle moeheid kan Tom nog niet dadelijk slapen. Het is of hij een film ziet afdraaien van zijn eersten vaardag, doch niet in geregelde chronologische volgorde. Nee, de beelden springen op de meest onlogische wijze met den tijd om. Hij ziet de donkere, verlaten kade van de Atlantische Lloyd, bij aankomst om een uur of elf van avond. Wat viel het hem lang voor het schip gemeerd lag en eindelijk naar de stad mochten gaan om te slapen. Wèg is dat beeld; een ander volgt het dadelijk op: Het is helder dag nu: daar staat hij op ue bak van de „Middelerveld" en vaart voor het eerst tusschen de pieren van Hoek van Holland door naar zee. Bijna plech tig was hem dat moment. Dan hoort hij driemaal een fluitje sner pen: er moet een leerling op de brug komen. Ja, dat was wat moois. De ruiten wareu te vies en te vet om door te kyken. Hij Tom, moest ze komen lappen. Het kostte veel tijd en moeite om een puts en een spons te vin den. Zeemlappen schenen bfj het inventari seeren vergeten te zijn, ze waren tenminste nergens te ontdekken. De bootsman zei, dat hij het maar met een paar kranten moest doen, dat ging best. Zoodat Tom eindelek geagiteerd met het ochtendblad van "de Nieuwe Rotterdammer op de brug verscheen. En met de puts. De eerste stuurman keek erin en raadde hem sterk aan, er ook een beetje water in te doen. Over het ramen lappen zelf denkt hij maar liever niet meer na. Dén ziet hij het schip in de sluis van IJmuiden, dan weer het hijschen van de maatschappijvlag in de achtertop, het bewijs, dat de Atlantische Lloyd het schip over neemt van de werf, na de geslaagde volle krachtproef. (Wordt vervolgd.)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1939 | | pagina 7